SPORT EN SPEL. DONDERDAG 6 APRIL 1933 RADIO-PROGRAMMA RADIO-BERICHTEN WERELDKAMPIOEN SCHAP BILJARTEN CADRE Vo'2. DE PAR1JSCHE ZESDAAGSCHE. LUCHTVAART. EEN LANGE VRIJE VAL. VLIEGDIENST NAAR DE ORKNEY EILANDEN. AANVAL OP HET LANGE AFSTAND- RECORD. ITET GRAF VAN LENA BERNSTEIN. DE STEM VAN DEN REUS UIT DE LUCHT. DE LUCHTVAART IN AMERIKA. NIEUWE TOCHT VAN ELLY BEINHORN. MARKTBERICHTEN. PUBLIEKE VERKOOPINGEN. kenrdieamijededen Vreezen, dat - VRIJDAG, 7 APRIL. HUIZEN (1875 M., 160 K.H.) Alg. programma, verzorgd door den K.R.O.: 8.00 9.15 en 10.00 11.30 gramofoonplaten; 11.30—12.00 halfuurtje voor zieken en ouden van dagen; 12.00 politie berichten; 12.15—1.40 K.R.O.-orkest en gramo foonplaten. O.a. ouv. Norma, Bellini; 1.40 solis tenconcert, piano en viool. O a. sonate op. 19 c- moll, E. Sjogren; 2.30 gewijde muziek, solisten ensemble o. 1. v. Ol. Koop; 3.50 gramofoonpla ten; 4.00 interview mr. J. J. Wintermans, over cris'issteun aan den landbouw; 4.306.00 litt. voor dracht H. Eerens en gramofoonplaten; 6.00 cau serie: Paaschgetruiken in Duitschland; 6.15 gra mofoonplaten; 7.00 Prof. v. d. Pluym over kunst werken in openbare gebouwen en op pleinen; 7.30 politieberichten; 7 45 Europeesch concert uit Warschau, Philh. orkest en solisten. O.a. 4e symphonie, Ch. Szymanowsky: 9.20 Vaz Dias; 9.25 gramofoonplaten; 9.30 pop. concert door Dina Schmetterling en haar orkest; 11.00 Vaz Dias; 11.05—12.00 gromofoonplaten. HILVERSUM (296 L. 1013 K.H.) 8.00 VARA; 12 00 AVRO; 4.00 VARA; 8.00 VPRO.; 11.00 VARA- 8 00 VARA-uitzending; 12.00 gramofoon platen- 12 30 Omroep-orkest en gramofoonpla ten o'a fragm. Aida, Verdi; 2.00 causerie over Zweden door mevr. W. v. Hoof-Gualtherie v. Wéezel2 30 vervolg orkest. O.a. 2e Slavische rhapsodie Friedemann; 3.00 gramofoonplaten; 4 00 VARA-uitzending; 8.00 VPRO.; 10.05 Vaz Dias; 11.00 VARA. RAVFNTRY (1554 M., 193 K.H.) 10.50 tijdsein, berichten; 11.05-11.20 voor moeders; 12.20 or gelspel H. Dawson; 1.05 B.B.C-dansorkest; 2 05 Havdn Heard's orkest. O-a. Patrouille Siede; 3.20 gramofoonplaten; 4.20 Northern Studio orkest met medew. v. A. Wilkes (tenor) O.a. oud. Don Juan, Mozart; 6.35 kinderuur; 6.20 be richten; 6.50 Schumann-pianarecital door C. Dixon; 7.10 over tooneel; 7.50 causerie „werkers in Europa"; 8.20 „The Pyranud hoorspel door N. Edwards en „A visitor trom down under' naar L. Hartley; 9 20 berichten; 9.40 causerie „I'll tell you everything"; 955 „l he Ptper ly- risch drama in 1 acte van H. ïerrers; 10_55 htt voordracht; 11.00 gramofoonplaten, 11.05—12.20 dansmuziek. T-TT. PARIJS (Radio-Paris 174 K.H.) 7.05 en 11.50 gramofoonplaten, o-50 6.10 en 6.40 7.05 idem; 8.05 kamermuz.ek. O.a. Trio voor piano, klarinet en cello, v. d Indy. KALUNDBORG (1163 M., 260 K.H.) 2.20— 4 no c Rvdahl's orkest met medew. v. K. Hjorth (zang) en V. Fischer (piano); 9.35-10.05 Brahms' trio voor piano, viool en waldhoorn in es gr. t. bp. 40; 10.0511 50 dansmuziek. LANGENBERG (473 M„ 634 K.H.) 6.25 gra mofoonplaten; 9 20 berichten; 9.35 mtz. voor werkloozen- 10.40 gramofoonplaten; 11.20 orkest met medew' v H. Recker (viool). O.a. Sehotsche dansen .Beethoven; 12.20 concert o. 1. w Eysoldt met medew v. E. Rauch (tenor) en E. Grape (piano) O.a. fragm. „Doode oogen", d'Albert; 1 50—2 50 gramofoonplaten; 4.20—5.35 orkest. O.a. Schubert-fantasie, Rolf; 7.20 gevarieerd pro gramma met medew. v. Werag-kleinorkest en solisten; 9.50 berichten; 10.05—1.20 pop. concert. ROME (441 M., 680 K.H.) 6.40—7.20 gramo foonplaten; 8.05 gevarieerd concert, orkest en solisten. O.a. Kwintet es gr. t., Schumann: 8.50 radio-toonéel; 9.20 vervolg concert. O.a. fragm. „I Puritani", Bellini. BRUSSEL (338 M., 887 K.H.) 11.20 gramo foonplaten: 12.301.20 Omroepkleinorkest. O.a. Scènes foraines, Mignon; 4.20—5.20 dansmuziek; 5.205.35 gramofoonplaten; 5.506.35 piano kwartet. O.a. kwartet in es, Dvorak; 6.356.50 over Röntgenstralen; 7.40 zie Huizen; 9.3010.20 dansmuziek. (508 M„ 59 0K.H.) 11.20 Omroep-kleinorkest. O.a. Serenade, Pierné; 12.30—1.20 gramofoonpla ten; 4.205.20 radio-symphonie-orkest. O.a. Bas- kische rhapsodie, Pierné; 5.35 gramofoonplaten; 5.50 medische anekdoten; 6.05 muzikale cause rie; 6.356.50 litt. voordracht; 7.20 radio- symphonie-orkest met medew. v. mad. Pairoux (zang). O.a. ouv. La princesse Jaune, St. Saëns; 9.45—10.20 gramofoonplaten. KöNIGSWUSTERHAUSEN (1635 M„ 183,5 K.H.) 5.507.20 concert; 11.20—12.15 en 1.20 2.20 gramofoonplaten; 3.504.30 orkest. O.a. dramatische ouverture, Ries; 5.20 5.50 piano kwartet op. 6, e gr. t., H. Götz; 6.55 orkest en solisten, werken van R. Strauss; 7.20 gramofoon platen; 7.50 Alois Pachernegg en zijn orkest. O.a. fant. „Der Kuhreigen", Kienrl; 9.20 en 10.05 berichten; 10.2011.20 pop. concert. ROTTERDAM (Gem. radiodistr.) Program ma 1: Huizen. Programma 2: Hilversum. Programma 3: pl.m. 9.05 Langenberg; 1.20 Kö- nigswusterhausen2.20 Londen R„ orkest. O.a. Pizzicato, Delibes; 3.20 Kalundborg; 4.20 Lan genberg; 5.35 Brussel (508 M.); 6.40 Luxem burg; 7.40 Warschau, zie Huizen; 10.40 Kalund borg. Programma 4: 10.50 Daventry; 11.20 Königs- wusterhausen; 12.20 Daventry; 5.35 Brussel f338 M.); 6.50 Londen R., orgelspel en zang; 7.35 Hongaarsch orkest. O.a. Hungaria, Leopold; 8.35 Philh. orkest. O.a. concerto grosso in g., Han- del; 9.20 gramofoonplaten; 9.55 Daventry. VRIJDAG. De K. R. O. vangt dezen morgen te 10 uur aan met een Beethoven-programma. Van ver schillende zijden wordt deze colossus aange pakt; vanuit z'n oeuvre voor viool (Sonate op. 12, no. 3) voor piano (Sonate in E-dur, Op. 14, no. 1). door W. Backhausvoor orkest (Symphonie no. 6, Op. 68) door het Weensch Philharmonisch orkest o. 1. v. Franz Schalk). De twee eerstgenoemde werken behooren tot Beethoven's eerste scheppingsperiode. Zij heb ben nog alle frischheid en blijheid van het ont luikend leven. Wij ontwaren klanken, die ook aan tijdgenooten Haydn en Mozart herinneren, waarbij Beethoven ter schole is gegaan. Met de Pastoraal-Symphonie breekt een meer persoonlijk accent door. Het is een rustpooze te midden van den gigantischen strijd, die Beet hoven had te strijden in z'n eigen zieleleven; een strijd met heldenmoed gevierd en als held zegevierend beëindigd. De natuur en het land leven, waar deze meester in den zomer weer nieuwe krachten verzamelde, gaven hem in spiratie tot dit werk, dat overigens met de aan duiding der onderdeelen gemakkelijk is te volgen I. Erwachen heiterer Empfindungen bei der Ankunft auf dem Lande. II. Scène am Bach. III. Frölichen Zusammensein der Landleute, Gewitter und Sturm. IV. Hirtengesang, Dankbare Gefühle nach dem Sturm. Na het solistenconocert van 2.303.50 geeft Huizen het derde Koraal van CéSar Franck in de magistrale vertolking van Charles Tournemire, op het orgel van Franck in de Sainte Clotilde te Parijs. Nimmer kan men een orgel prachtiger hooren klinken De wedstrijden te Keulen begonnen. Onze speciale verslaggever telefoneert uit Keulen: Keulen is thans het middelpunt van interna tionale biljartsport. De stad. die de organisatie heeft van het 45/2 wereld-kampioenschap, is de verzamelplaats van acht zeer sterke spelers, behoorende tot vijf nationaliteiten, en het cen trum van belangstelling voor allen, die van de biljartsport houden en er de dienaren van zijn. De Kölner Biljart-Klub telt vele leden, heeft een buitengewoon mooi en goed geoutilleerd clublokaal in het Ufa-Haus, waar den avond te voren de spelers nog even een partijtje hebben gemaakt. Ik zag er den jongen Joachim even een serie van 234 uitgooien, die alles belooft voor het tournooi. In de groote Guerzenich-zaal is gisterenmiddag de groote wedstrijd, waaraan voor Nederland deelneemt onze kampioen Jan Dommering, begonnen. De voorzitter van de organiseerende vereeni- ging, Herr Pink, opende den wedstrijd met een te lange rede, waarin hij veel vertelde over de biljartsport, wat allen reeds wisten. De prachtige Guerzenich-zaal, met de frissche gobelins langs de wanden, is op uitnemende wij ze in een biljart-arena veranderd. De tribune rondom is voor ongeveer 500 toeschouwers. PoensgenJoachi m. Begonnen werd met de partij Poensgen—Joa chim. Deze partij begon hoe zou het ook an ders met een paar zenuwachtige stooten van beiden. Het eerst herstelde zich de wereldkam pioen, die een tamelijk moeilijk opgebouwde serie van 30 maakte. Joachim blijft nog krukken onder den invloed van zijn nervositeit, maar de oude geroutineerde wedstrijdspeler, Albert Poensgen, voelt zich warm worden en rustig. Hij krijgt het vastbeslotene, dat scherp getee- kende, dat volop besliste en steeds zuiverder worden de rappels, steeds afgemetener de se ries a la ligne. Zijn vijfde beurt is er een staal van; aan den korten band gehouden, met slechts een enkel, maar dan noodzakelijk lange rappel. Sterker wordt het, naarmate de serie stijgt. Het amorti is wonderbaarlijk, het masseeren schijnbaar stijf, maar toch prachtig. Een der moeilijkheden want die zijn er toch nog legio wordt goed opgelost. Op 85 komt plots door buttage het einde van deze goede serie. Joachim ketst. Poensgen legt er nogmaals het hout op. Ietwat moeilijk komen er 63 in de 7e beurt. Joachim poedelt. Met 29 komt Poensgen in acht beurten op 225. Dan komt ineens de jonge tegenstander los. Met een serie van 62, vlot gespeeld en uiterst klein gehouden; nog eens 27 en twee beurten later weer een zeer gevoelig gespeelde 27. Poensgen is er even uit, komt echter na een paar beurten weer aardig op dreef en produ ceert dan achter elkaar 65, 49 en in de laatste, (vijftiende) beurt 42. De cijfers zijn als volgt: Poensgen 400 15 85 26,66 Joachim 216 14 71 15,57 Albertde Gasparin. De partij Albertde Gasparin is eerst na de twintigste beurt interessant. Tot dat moment had Albert met wat kleine, maar toch wel goede serietjes, 'n voorsprong van 37 behaald. Toen kwam de Gasparin op werkelijk onna volgbare wijze los. Ineens beheerschte deze speler zijn nervositeit en ging er van door op een wijze, die bewondering afdwong. Uiterst klein bijwijlen, met gedurfde lange stooten, dan weer een uitbundig beklapte masse, kwamen de punten. Na de 80 ging het moeilijker, maar de 100 ging op onder klaterend app(aus, met een ietwat riskant trekstootje. Op 104 strandde hij. Het schudde Albert volkomen wakker, want met een achterstand van 237 om 304 in de twin tigste beurt, maakt hij eerst 51 en twee beur ten later 49 en toen nog eens 55. waarmede hij op 388 kwam. Met 12 maakte Albert de partij uit. De cijfers zjjn: Albert 400 25 55 16.— De Gasparin 325 24 103 13,54 MoonsGabriels. Na een 9 in de eerste beurt van Moons, da delijk pen rustige en beheerschte serie van Ga briels tot 44; toen kwamen de moeilijkheden en op 54 kwam er een einde aan. Maar het was een heel behoorlijk begin van de eerste partij öp een vreemd laken. Zelfvertrouwen, dat is het, wat deze 21-jarige jongeman heeft. De manier, waarop hij ballen piqueert, naar bin nenhaalt, toont het. Moons stootte een paar lekker op, om „los" te komen. Het lukt. hem niet. Zijn kop gaat hem gloeien en Gabriels, geheel in zijn magniefique kleine spel, brengt een nieuwe serie van 51. Zijn masse's vooral zijn formidabel. Hij blijft uiterlijk volkomen onbewogen, deze jonge bil jart-matador, alleen zijn fel-gesloten lippen tee kenen zijn spanning. Prachtige détache in de volgende beurt, heeft applaus. Dan komen de caramboles a tempo. Moeilijkheden dagen op, maar Gabriëls masseert en piqueert prachtig. Het wordt een pracht-serie in de zevende beurt. Daar is een meester aan bet werk, jong nog, maar een, die de bezonkenheid heeft van een veeljarige, een speler van hooge begaafdheid. Met snelheid, gepaard aan acuratesse, komt de tweede 100 van het tournooi, en welk een. Op 101 liggen de witte ballen vast, de détache mis lukt, 18 om 234. Het lijkt hopeloos voor Moons, die nochtans vlug aan het werk tijgt en mede, door de gun stige positie, hem door zijn tegenstander gela ten, even heel vlug 23 scoort. Een eenvoudig piqueetje mist. En haast eentonig klinkt dan weer de stem van den arbiter als de „.iongen" weer een serie opzet. Een van belang: 68 wor den het er. 302 in acht beurten tegen 41 voor Moons. Met een vlug gespeelde 62 komt Theo Moons aan de drie cijfers. Even poedelen zij beiden en heel zware gemaskeerde stooten, dan trekt Moons nog eens van leer, maakt in snel tempo een serie van 87, een kwaliteits-serie in ieder opzicht. Gabriëls gemiddelde zakt. Van acht beurten 302 wordt het 14 beurten 333. En Moons blijft inloopen, masseerend en piqueerend als nooit te voren. „Fablehafl", klinkt het tel kens bewonderend. De spanning stijgt, tot Ga briëls in de achttiende beurt op 397 komt. Moons staat dan 268. Slechts 18 maakt hij, dan besluit Gabriëls de partij. De cijfers zijn: Moons 286 19 87 15.10 Gabriëls 400 19 101 21,05 Soussa slaat Dommering, Soussa kwam laat. Hij had meen ik de boot gemist ergens in Cairo of in Alexandrië, maar pikte in Napels nog juist een goeden sneltrein. En zoo van den trein om even zes uur moest bij aan het werk tegen Dommering. De Egyptenaar noch onze landgenoot waren er best in, zoodat het begin een vrij saaie ver tooning was. Enkele kleine series van onzen kampioen gaven goed klein spel te zien maar hoog werden zij geenszins. Zijn 54 in de 10e beurt was de beste nog. Soussa, die in de 5e beurt 65 en in de 8e beurt 49 had gemaakt bracht in de 10e beurt een gelukkig gespeelde 188. Nadat de Egyptenaar in de 14e beurt nog 17 had gemaakt had hij er 340 tegen Dommering 140. Daarna werd het een stevige carotte partij waarbij zij elkaar niets toegaven en het werd schrik niet 167 om 351 in 23 beurten. En ziet, toen kwam het ineens over onzen Dommering. Klein, heel klein maakte hij een serie van 107, een bewijs van zijn kunnen dat noodig was om nog in hem te blijven gelooven en met nog eens 31 werd de stand 305 om 370, een belangrijke verbetering dus voor onzen nationalen kampioen. Soussa speelde voort onder sterker wordende depressie. Zijn zekerheid was weg en daarmee verdween ook zijn veine: Dommering kreeg daarvan nu juist meer. bovendien durfde onze man nu veel meer. Met 29 en 34 kwam onze landgenoot op 374 en dan maakte Soussa de partij uit. Dommering 374 28 107 13.36 Soussa 400 28 118 14.28 DE AVONDPARTIJEN. De GasparinGabriels. Spel van twee volkomen verschillende spe lers. De Gasparin, type van den klassieken spe er, die zich eemgszins bij de nieuwe school heeft aangepast. Gabriels misschien de sterkste vertegenwoordiger van de nieuwe school Ga briels bleek stukken sterker. Zijn eerste serie van 76 toonde dat reeds in voldoende mate die van 127 m de vierde beurt was verbluffend' van conceptie ei verrukkelijk-eenvoudig. Het was een voortdurend vermijden van moeilijkheden, een beheerscht en toch zoo echt-levend spel, uit gevoerd met een uiterst gemakkelijk coup de queue Deze beurt overtrof alles wat tot nu toe aan klein spel te zien gegeven was. De wijze waarop de serie van 192, waarmede trouwens de partij beëindigd werd, gespeeld werd. was meer dan magistraal. Het was een caramboles- symphonie. Het applaus was daverend. De cijfers van deze partij luiden; De Gaspai'in 100 6 51 16.66 Gabriels 400 6 192 66.66 MoonsAlbert. Moons is altijd een speler waarnaar kijken een pleizier en een lust is. Zeker was dit het geval in deze partij, waarin de wondersterke Belg als het ware een demonstratie gaf van masse en pique zooals het zeer talrijke publiek hier zeker nog nooit had aanschouwd. Het was dan ook geweldiger dan ooit en elke kopstoot hoe zwaar ook zat er boven .op. Doch ook Moons' spel a la ligne was de moeite waard van het aankijken. Zeker in de machtige serie van 154 in de zevende beurt, waarmede bij op 341 Albert verdedigde zich prachtig. Volkomen kalm verkocht hij zijn huid zoo duur mogelijk. Een fraaie 115 in de zesde beurt bracht den Franschman een dankbaar applaus. De groote serie van Moons beantwoordde hij met een juweeltje van 18. Toen stond het in zeven beur ten 341—227. In elf beurten was de partij uit. De cijfers luiden: Moons 400 11 154 36.36 Albert i....239 10 115 22.96 Dommering slaat Poensgen. Een zware partij in het begin met enkel er, alleen moeilijke beginstooten. Maar van de zesde beurt af kwam Jan Dommering er in, steeds be ter terwijl Poensgen het altijd maar meer af legde. De achtste en negende beurt gingen nog, die brachten den Duitscher 54 en 41, maar de rest was niet veel. Poensgen speelde mat, vol komen hoffnungslos. Dommering maakte een heel goede 50, een bijzonder mooie 86 en een cordate 71, zoodat hij na 16 beurten 345 punten had. Toen kwam Poensgen ook ineens goed los met een goed gespeelde serie van 76, tenslotte ongelukkig eindigend doordat de bal „dedans bleef. Met 15 en 40 maakte Dommering daarop de partij uit. De cijfers luiden: Dommering 400 18 86 22.22 Poensgen 248 17 76 14.58 Soussa slaat Joachim. De laatste partij van den avond 's nachts mogen we eigenlijk wel zeggen ging tusschen Soussa en den jongen Duitscher Joachim. Soussa had gelegenheid gehad even uit te blazen; zijn spel droeg er alleszins teekenen van. Vooral de 'derde beurt was prachtig, een 137 van hooge kwaliteit, bijzonder klein gehouden en met zeer veel elegance gespeeld, gevolgd door frissche, ferme series, een van 78 en een van 88. Met 33 maakte de Egyptenaar bij de achiste beurs de partij uit. Joachim speelde uitmuntend, maar kon tegen het geweldige spel van Soussa niet op. De uitslag luidt: Joachim 184 8 69 23.— Soussa 400 8 137 PARIJS, 5 April. Vanmiddag waren er weer eenige duizenden toeschouwers in het Velodro me d' hiver aanwezig. Er werd in een zeer vlot tempo gereden. Voor zoover op het oogenblik een oordeel mogelijk is, vormen Pijnenburg- Wals het sterkste koppel Om zeven uur waren 432, 250 K.M. afgelegd. De stand was toen als volgt1 Dipace-Dinale 4- put2 Ronsse-Loncke 31 pnt.met een ronde achterstand: 3 Schoen-Buschenhagen 53 pnt., 4 Broccardo-Guimbretiere 23 pnt., 5 Guerra-Li- nari 21 pnt., 6 Pelessier-Dayen 20 pnt.met twee ronden achterstand: 7 Pijnenburg-Wals 44 pnt., 8 Wambst-Leducq 30 pnt., 9 Coupry- Pecqueux 17 pnt., 10 Tietz-Bulla 15 pnt., 11 Ig- nat-Fabre 10 pnt.met drie ronden achterstand: 12 Piet en Jan van Kempen 27 pntmet vier ronden achterstand 13 Peix-Mouton 28 pnt., 14 Charlier-Deneef 16 pnt., 15 gebr. Lemoine 13 pnt. s. Z. C. 1 KAMPIOEN VAN DEN Z. R. O. Door gisteravond in het Oosterzwembad te Rotterdam, onder groote belangstelling den be slissingswedstrijd tegen R. Z. C. met 2—0 te winnen, in een spannenden en forschen wed strijd, heeft S. Z. C. voor de tweede maal in successie beslag gelegd op het winterkam pioenschap van den Z. R. O. Om half negen ving deze belangrijke wed strijd aan onder leiding van den heer H. van Senus en stelde S. Z. C. zich als volgt op: Van Woerkom, doel; Van Bruggen, v. d. Meer en Ogroske, achter; Jurgens, Bokhorst en Ver linde, voor. Voor de rust ging het spel gelijk op, alleen waren de aanvallen van de Schiedammers iets gevaarlijker. Jurgens was het, die na goed samenspel een juweel van een doelpunt maak te en hiermede aan S. Z. C. de leiding gaf. Rust kwam met 10. Na de rust waren de Schiedammers over wegend sterker, maar wederom bleek, dat de achterhoede van S. Z. C., beduidend betei is dan de voorhoede. Het spel werd forscher maar scheidsrechter van Senus leidde streng. Na goed samenspel vergrootte Jurgens den voorsprong, waardoor het einde kwam met een 20 overwinning voor S. Z. C., die daarmede, onder groot gejuich van de vele S. Z. C.-sup- porters het kampioenschap behaalde. In snelheid wogen beide ploegen tegen elkaar op, ook in baltechniek, maar het samen spel van S. Z. C. was beter dan dat van R. Z. C. Echter dient de voorhoede van S. Z. C. be ter te worden. Zij is het zwakke gedeelte van de ploeg. De snelheid die wordt bereikt. John Tranum, een Britsche beroepsparachu tist, is te Heston bij Londen op 2800 voet of 854 meter hoogte, uit den Fokker-eendekker van den vlieger Barnard gesprongen en heeft zich eerst 1400 voet (427 meter) laten vallen, alvorens zijn valscherm open te trekken. Tranum, die een Irvin rugparachute gebruikte, had een stophor loge in zijn hand en trok den ring niet eerder los, dan na verloop van 14 seconden. Aan het einde van zijn vrijen val, had de springer een snelheid van 119 mijl of ca. 190 K.M. per uur be reikt. Gedurende den vrijen val sloeg de sprin ger driemaal over den kop. Tranum heeft thans het plan een aanval te doen op het wereldrecord voor vrij vallen. Er zijn vele springers die aanspraak maken op dit record. De Irvin Chute Co. beschouwt echter als officieel gecontroleerd wereldrecord dat van den Amerikaan E. S. Manning, die op 1 Maart 1931 met twee Irvin parachutes gewapend, op 5082 meter hoogte uit een vliegtuig sprong en zich eerst over een verticalen afstand van 4655 meter liet vallen alvorens zijn parachute open te trekken. Deze vrije val werd gecontroleerd door een barograaf, die na den vrijen val on derzocht werd door de National /Eronautic As sociation. Ook bij dezen vrijen val bleek de on juistheid van de theorie en de onhoudbaarheid der beweringen van sommige beroepsparachu tisten, dat zij na een langen vrijen val een snel heid van meer dan 400 K.M. per uur zouden hebben bereikt. Het toenemen der valsnelheid houdt namelijk slechts aan tot men 365 meter is gevallen en bedraagt dan circa 180 a 190 K.M. per uur. Verder blijft die valsnelheid constant, hoe diep men ook valt. Op 8 Mei a.s. zal, bij gelegenheid van het in gebruik nemen van het gemeentelijke vliegveld van Inverness, een luchtdienst geopend worden tusschen Inverness en de Orkney-eilanden. De lijn, welke geëxploiteerd zal worden door de Highand Airways Ltd., een nieuwe onderneming zal gebruik maken van Monospar eendekkers met 85 paards Pobjoymotoren. De nieuwe lijn zal een der Noordelijkste luchtverbindingen van Europa zijn. Het vorige jaar overleed te Biskra de jongs Poolsche vliegster Lena Bernstein, die toen met haar vliegtuig te Biskra vertoefde om zich ge reed te maken voor een vlucht naar Zuid-Afri- ka. Ir. de bladen schreef men haar dood toe aan zelfmoord, omdat de vliegster met ernstigen te genslag te kampen had gehad. Vrienden ver wierpen echter met kracht een dergelijke ver onderstelling en stelden vast, dat Lena Bern stein de gevaarlijke gewoonte had in de woes tijn te gaan slapen, 11a eerst een slaapmiddel te hebben ingenomen. De laatste maal moet zij door een zonnesteek zijn getroffen, zij werd althans een volgenden dag dood gevonden. De vorige maand is nu, op verzoek der ouders, een katholiek priester het graf der kleine vliegster te Biskra gaan zegenen. Alle te Biskra aanwe zige Fransche militaire vliegers, alsmede de Fransche vliegster Maryse Bastié, waren bij deze plechtigheid tegenwoordig. Een vlieg-avontuur. Bossoutrot en Rossi starten naar Zuid-Amerika. De Fransche vliegers Bossoutrot en Rossi, die reeds maanden lang voorbereidingen hebben getroffen om het wereldrecord lange afstands- vlucht te breken, zijn Woensdagmorgen met hun vliegtuig „Josephe le Brix" van het vlieg veld Istres bij Marseille gestart en rechtserteks in de richting Zuid-Amerika vertrokken. Het lange afstand-record, dat onlangs ver overd werd door de Engelsche vliegers Gayford en Nicholette met een vlucht LondenKaap stad (8592 K.M.), moet met minstens 100 K.M. verbeterd worden om officieel te worden er kend. Bossoutrot en Rossi hebben 7000 liter benzine en 300 liter olie aan boord. Zij vliegen over Zuid-Spanje, Casablanca en Dakar, vanwaar zij de Fransche luchtpostlijn naar Natal in Brazilië volgen. Er wordt veel geklaagd over den slechten gang van zaken bij den vliegtuigbouw in de oude wereld, maar de nieuwste statistieken, welke betrekking hebben op de Amerikaansche luchtvaart, toonen aan, dat ook de toestand aan de andere zijde van den grooten plas weinig rooskleurig genoemd kan worden. Werden er in 1927 in Amerika geproduceerd 1400 civiele en 600 militaire vliegtuigen, in 1929 was het aantal civiele vliegtuigen reeds gestegen tot 5400, ter wijl het aantal militaire vliegtuigen 600 bleef. Ook in 1932 bleef het aantal militaire toestellen ongeveer gelijk, maar het aantal civiele vliegtui gen liep terug tot 600. Tusschen 1926 en 1931 liep het luchtpostver- voer in Amerika op van 250.000 pond tot 9 mil- lioen pond. Doch in 1932 zakte dat vervoer tot 2 millioen pond. Het passagiersvervoer nam echter stérk toe en steeg van 1929 tot 1932 met 210 procent. Het spoorwegvervoer liep in dien tijd terug met 40 percent. In laatstgenoemd opzicht heeft de luchtvaart dus een overwinning op het spoor wegvervoer geboekt. Tijdens de besprekingen over de luchtvaart- begrooting in het Lagerhuis heeft Sir Philip Sassoon. de onder-staatssecretaris voor lucht vaart, een uitvoerige uiteenzetting gegeven van het werk der Britsche luchtmacht in Irak en de actie tegen de rebellen. Hij zeide, dat met suc ces gebruik gemaakt was van een vliegtuig, voorzien van een enormen luidspreker, dat bo ven de rebellen ging vliegen en waaruit, als met de stem van een reus, den rebellen werd toegeroepen dat zij zich zouden overgeven, daar anders een luchtbombardement zou volgen. Ook vertelde Sir Sassoon van een vliegtuig monteur, die in een vliegtuig dienst deed als radio-telegrafist en zich voor een kleine her stelling achter in den romp van het vliegtuig begaf en daarbij het ongeluk had door den romp te zakken. Vóór de monteur wist wat er ge beurd was, was hij in de vrije lucht met groote toenemende snelheid op weg naar de aarde. Ge lukkig herinnerde de jongen zich, dat hij een parachute aan had. Hij trok het ding open en bereikte veilig den grond. Hij was geland in een vijandelijke streek, maar kende van een vroeger verblijf aldaar den weg. Hij toog op stap en toen hij een radio-post bereikt had van het Iraksche leger, zette hij zich aait het radio-toe stel, verteldewaar hij vandaan kwam en was tevens in staat belangrijke mededeelingen over de krijgsverrichtingen te doen. Naar de ..Lokalanzeiger" meldt, is de Duitsche vliegster Elly Beinhorn begonnen, iu opdracht van den „Berliner Lokalanzeiger" met een vlucht, die verscheidene maanden zal duren en die haar naar verschillende deelen der aarde zal voeren. Maandag is zij om 6 uur 10 van Berlijn gestart, waarna zij in den recordtijd van 10 uur en drie kwartier Constantinopel bereikte. Vandaar heeft zij bericht gezonden, dat zij waar schijnlijk Donderdag naar Aleppo zal vliegen. RODENRIJS, 5 April. Coöp. groentenveiling Verecnigtag Rerkel en Rodenrijs G. A.: rozen dame edith helen 5—6.70, aug. noack ƒ2.20— 5.50 mrs. hoover ƒ3.505, briar cliff ƒ2.203.70 per'100 tulpen: pr. elisabeth 13-19 ct„ muriilo 6—17 ct., king harold 12 ct., william pitt 9—12 ct., gele prins 15 ct., bartigon 1113 ct., gen. de wet 11—12 ct. william Copland 611 ct., la reine 5—10 ct., pride of harlem 9—10 ct., duchesse de parma 510 ct., theeroos 611 ct., brillant^ star 5—9 ct. pr. van oostenrijk 68 ct.. cram, brillant 4—7 ct. gris de lin 8 ct. per dozijn, diversen; lathyrus 15—37 ctasp. plumosus 11—37 ct.. asp. sprengerie 21—32 ct., irissen 16—27 ct.. violieren (dubbel) 26 ct., anemonen 9—17 ct., fresia 10—16 ct., bl. druifjes 4—5 ct, narcissen 1—4 ct.. per bos, oleandertakken 15 ct. per tak, violen 43 ct. ppr bak, hortensia 1870 ct., azalea 34—54 ct.,- cacteeën 0.25-2.70, potrozen 5-8 ct. per pot, calla's 3—9 ct. per kelk. TE ROTTERDAM. In het Notarishuis aan de Geld. Kade. Op W rensdag 5 April des namiddags ten 2 uur* EINDAFSLAG. Heerenhuis en erf, Noordsingel 81. In bod op 1 J.600. Voor ƒ17.900 verkocht. VOORLOOPIGE AFSLAG. Pand en erf, Schiedamschedijk 127. Trekgeld 4.500 Pand en erf, Korte Hoogstraat 10 hoek Toe« steiger 2. Trekgeld ƒ90.000. Winkelhuis en erf, Schoolstraat 1. hoek J. v, LooDslaan Trekgeld ƒ11.500. Twee panden en erf. Maaskade Wz. 97 en 98* Trekgeld ƒ26.000. Kantoorpand en erf. Parklaan 28. Trekgeld ƒ72 000. Pand en erf, Leuvehavcn 209 Trekgeld 54.500* Kantoorpand en erf, Schermlaan 14 a. b. hoek Bellevoystraat 57a, b. c. Trekgeld 30.000. Pand en erf, Jan Poroellisstraat 2. Trekgeld 9.000. Winkelhuis en erf, Ged. Slaak 88. Trekgeld f 11.000. Pand Wilnbrugstraat 13. Trekgeld ƒ11.100. Hach'inerieën, persen etc., Trekgeld ƒ4547. Naar het Engelsch van J. C. LENEHAN. 36.) Hemingway schoof zijn stoel zoo, dat hij links van Kilby en een beetje verder naar achteren kwam te zitten. Er volgde een gespannen stilte. Kilby keek het meisje plotseling strak aan. U wist dat het pistool daar achter dat schilderij lag? zei hij, en zijn scherpe toon verbrak de stilte als de steen uit een katapult öie een ruit in scherven slaat. Edith werd door die vraag niet verrast. Ja, ik wist dat het daar lag, gaf zij kalm toe. Ik 'heb het daar zelf neergelegd. Er volgde een nieuwe periode van gespan hen stilte. Misschien wilt u mij eh alles ver tellen? Kilby voelde zich weer bevangen Qoor zijn oude vrees de vrees voor de waar- heid en de streng-onderzoekendc rechters- toon maakte plaats voor die van vaderlijken vriend. Hij zag hoe het meisje haar tanden in haar °hderlip drukte om het beven daarvan tegen te gaan Minutenlang bleef hij zoo zitten, ge- «ullfg wachtend tot zij tot een beslmt zou k°mern vertellen, zei ze einde lijk. Zij bevochtigde haar lippen ^vond^ Het moeilijk om te begmnem k We<et 1werke- .jjk niet waar te Ibe|a"" ^"'aUe omstandigheden Irift hem de baas geworden was. moet ge ^eten hebben, waarvoor ik Kilby knikte bemoedigend. -- Maar ik had "-"^^tlds stem werd een H.lks bang moeten zijn. E weten dat oom geinig vaster. Ik had moe^" had kun- Hooit in koelen bloede een geuit. Maar Hen uitvoeren, in een bui Ja heelemaal me- tk denk, dat ik dien avond met n was. Ik verliet het liul Ik 'lieh u reeds ^nld van bange voorgevoe naar binnen verteld dat ik, inplaats van di te gaan, eerst buiten om liep en door de tuin deur naar binnen keek. Toen ik daar stond maakte de schrik over hetgeen ik zag en hoor de mii sprakeloos, want anders zou ik het luid uitgeschreeuwd en aldus mijn aanwe zigheid onthuld hebben. Hoe ik er in geslaagd ben terwijl ik mij tegen den muur drukte, mii' stil te houden terwijl Fred dokter Beeston de deur opende en die later weer sloot weet ik nog niet. Gelukkig stak hij zijn hoofd niet naar buiten, want anders zou hij mii zeker ontdekt hebben. Ik zag het het lichaam Ik zag dat inspecteur Hemingway het Distooi opraapte en hoorde hoe hij dokter Beeston's aandacht op het speciale merkteeken vestigde. Ik geloof dat mijn hart toen bijna stilstond want de jongste bediende van het kantoor'had mij dien middag verteld dat er -oo'n merkteeken was aan het pistool, dat oom van mr. Dennison's kantoor had meege- nomen. En toen viel Kilby haar in de rede, be- sloot u zeker' het gemerkte pistool te verber- ge—Neen op dat oogenblik was ik niet in staat ook maar iets te besluiten. Al mijn ge dachten waren vervuld van het idee, dat mijn oom het gemerkte pistool hiernaar toe ge bracht had En dat was met zoozeer een ge dachte als wel een doffe smart. Niet wetend wat te doen trad ik het huis binnen waar inspecteur Hemingway direct vóór mij stond. U weet wat er toen en later gebeurde. Het gedrag van den inspecteur stel de mij in staat goed na te denken en ik be sloot dat het noodzakelijk zou zijn te trachten hem ervan te overtuigen dat oom al den tijd dat ik daar geweest was, in huis was geble- ven. Vandaar de leugentjes? zei Kilby glim lachend. Het meisje knikte en vervolgde. Pas toen ik naar boven ging en de kleed kamer van mijn oom betrad, kwam ik op het idee het pistool te verbergen. De bos sleutels lag op de toilettafel. Xk wist dat de studeer kamer afgesloten zou worden en dat het pis tool nog altijd op den grond lag, want voor dat ik naar de kleedkamer ging had ik boven aan de trap staan luisteren. Ik vermoed dat ik mij zou moeten schamen bij deze bekente nis, maar dat doe ik niet. Op hetzelfde oogen blik dat ik de sleutels zag liggen, besloot ik naar beneden te gaan en het pistool weg te ne men. Ik haalde den sleutel van den ring om mogelijk gerammel te voorkomen. Het meisje zweeg. Kilby zat op z'n gemak maar Hemingway vond het noodig voorover te leunen daar Kilby's lichaam hem anders belette het gezicht van het meisje te zien Geen kleinigheid! merkte Kilby op Wist u niet dat er binnen in huis een agent op wacht stond? Ja, dat wist ik. En dat was de eenige werkelijke moeilijkheid. Indien hij zich ermee tevreden gesteld had deze kamer te bewaken dan had ik onmogelijk kunnen doen wat ik nu deed. Maar inplaats daarvan patrouilleer de hij door het heele huis de heele bene denverdieping bedoel ik. Geruimen stond ik boven aan de trap te luisteren en zoo «oed mogelijk te kijken. Nadat ik daar 'k weet niet hoe lang had gestaan ontdekte ik, dat het iedere maal wanneer de agent naar de bedien- den-afdeeling ging, drie of vier minuten duur de voor hij weer bij de deur van deze kamer terug was. Ik meende, dat ik veel milder tijd zou noo dig hebben om hier naar binnen te glippen Ik heb opgemerkt, zei Kilby, dat de voet van de trap niet ver van de deur verwijderd is. Maar ga verder als u wilt. De agent liep de deur voorbij, vervolgde Edith, en ik wachtte tot het geluid van zijn voetstappen was weggestorven in de richting van de dienstbodenhall. Half sluipend half rennend, begaf ik mij daarop met den grootst mogelijken spoed naar beneden. Het kraken van de traptreden klonk in mijn ooren als geweerschoten, maar ik moest haast maken want de agent zou weldra terugkeeren. Zij zweeg even en glimlachte heel flauwtjes. Een tijdje terug, vervolgde zij met wat meer beslistheid, zag ik in een humoristisch blad een plaatje, dat op geestige wijze de moeilijkheden weergaf welke een feestgan ger, die een beetje tipsy van een diner thuis kwam, ondervond om het sleutelgat van zijn eigen huisdeur te vinden. Typisch genoeg moest ik aan dat fuifnummer denken toen ik voor de deur van deze kamer stond, met een bevenden sleutel naar een onvindbaar sleutel gat zoekend. Eerst toen ik den agent al weer hoorde terugkomen slaagde ik er in de deur te openen en naar binnen te sluipen. Edith zweeg. Misschien beleefde zij in den geest opnieuw die angstige, spannende oogen- blikken; en Kilby, die haar ongemerkt gade sloeg, zag dat haar hand beefde, zooals die dien avond ook gebeefd moest hebben bij haar pogingen om de deur te openen. Ja? moedigde hij haar aan. En toen? Ik was zóó overstuur, dat ik den sleutel aan den buitenkant in het slot liet steken. Te laat herinnerde ik mij dat. Daarop heb ik de vreeselijk5te oogeublikken van mijn leven doorgemaakt. Ik hoorde den agent met iederen stap dichterbij komen. Zou hij den sleutel be merken' En wat zou hij doen indien hij den sleutel ontdekte? Ik stond vlak tegen de deur, in een zwarte duisternis, vol ontzetting naar het geluid van die regelmatige voetstappen luisterend. Maar mijn eigen wildkloppend hart klonk mij nog luider in de ooren. Opnieuw wachtte Edith even, terwijl zij diep ademhaalde. Van buiten drong het geronk van een passeerenden motor tot hen door, zoo ab soluut was de stilte. Kilby zei niets. Heming way leunde nog steeds voorover, zijn mond half open, als een goudvisch op het droge. Eindelijk vervolgde het meisje weer. De agent liep de deur van deze kamei voorbij en ging naar de voordeur. Maar de afstand naar de voordeur was zoo kort, dat ik geen beweging dorst te maken voordat hij weer terug was, opnieuw voorbij deze deur, cn andermaal op weg naar de bediendenafdee- ling. En het gevaar dat de sleutel ontdekt zou worden was nog even groot. Gelukkig echter was het licht in de hall maar heel flauwtjes, en voor de tweede maal liep hij hier vooibij zonder te bemerken dat er iets niet in orde was. Zoo spoedig als ik het maar eenigszins dorst te wagen, deed ik de deur weer open, haalde den sleutel aan den buitenkant uit het slot en sloot de deur. Daarna eerst dorst ik het licht aan te draaien om de deur van bin nen af te sluiten. Mijn hand beefde echter zoo dat ik, in plaats van den sleutel een hal ven slag te geven, dezen heelemaal in het slot omdraaide met het gevolg dat de sleutel uit mijn hand viel. Ik wist waar ik moest zoeken naar hetgeen ik kwam halen. Precies hier op het karpet lag het pistool, op de plek waar ik gezien had dat de inspecteur het neerlegde. En toen kwam het vreeselijkste deel van een vreeselijke taak. Het wapen had een man gedood, en het ver vulde mij met een ontzettenden afkeer. Ik moest het wapen weghalen, en toch voelde ik, dat ik 't niet dorst aanraken. Hier staande, sta rend naar het wapen aan mijn voeten, voelde ik mij niet in staat een hand of voet te be wegen. En U vergat den agent, naar ik vermoed? viel Kilby haar in de rede. Ja, maar niet lang. Hoewel ik in het ge heel niet meer aan hem dacht, schijn ik toch onbewust naar zijn terugkeer geluisterd te hebben. Bijna voor dat ik wist wat ik deed, bad ik het licht weer uitgedraaid en luister de ik naar het regelmatige geluid van zijn voetstappen in de hall. Maar ik schijn een seconde te laat geweest te zijn, want ik geloof dat hij den schijn van het licht onder de deur gezien heeft. In ieder geval bleef hij voor de deur stilstaan en toen ik hem aan den knop van de deur hoorde ram melen, dacht ik dat ontdekking nu onvermijde lijk was. Ik was er van overtuigd, dat hij nu een sleutel in het slot zou steken. Maar hij had geen sleutel. Het was He mingway die dat zei. De eerste woorden die hij sedert geruimen tijd gesproken had. Dat weet ik. Maar toen wist ik het niet. En zelfs wanneer ik het geweten had was ik toch veel te veel overstuur om te redeneeren, dat hij zonder sleutel niet in staat zou zijn hier binnen te komen. Zich tot Kilby wendend vervolgde zij: Misschien kunt u begrijpen, hoe zeer een dergelijke angst iemands brein be nevelt. Kilby knikte. Ik geloof het wel. En? Wat deed de agent toen? Niets. Althans niets om mij angstig te maken. Hij ging eenvoudig verder. Ik denk dat hij zichzelf ervan overtuigd had, dat het licht slechts in zijn verbeelding bestaan moest heb ben. Ik wachtte, denkend dat hij weldra zou terugkomen. Maar ik hoorde hem de voordeur openen en daarna vernam ik het geluid van ge dempte stemmen. Kilby zat met een ruk overeind. Hemingway zette zijn voeten zoo stevig op den vloer, dat die plotselinge beweging zijn stoei een beetje achteruit deed schuiven, terwijl de vee- ren protesteerend kraakten. In deze nieuwe houding was hij in staat het meisje langs Kil by's rug recht in het gelaat te zien. Daarop sprak Hemingway. U wilt toch niet zeggeh, merkte hij mees muilend op, dat u zich hier verborgen hield, terwijl ik in tn'n eentje nog eens poolshoogte kwam nemen? Maar voor zij tijd had om te antwoorden, viel Kilby haar scherp in de rede. Hemingway, je hebt me nooit verteld, dat je hier dien avond nog eens bent teruggeko men? Ik ben bang dat ik dat vergeten heb, be kende Hemingway. Maar er was zooveel an ders te vertellenen dit was zoo onbelang rijk. Bovendien had ik toen niets gevonden. Wat verwachtte je te vinden? Niets in het bijzonder. Wou alleen nog maar eens goed rondkijken, zonder daarbij op mijn vingers gekeken te worden. Althans, dat meende ik. Kilby wendde zich weer tot het meisje. Ga verder, als 't u blieft. Maar nu richtte Edith haar woorden tot Hemingway. U hebt gelijk. Ik was al dien tijd hier binnen. U kunt zich mogelijk mijn gevoelens voorstellen, toen ik hier achter de deur stond en ik U met den agent hoorde naderbijkomen. Natuurlijk wist ik toen nog niet, dat U het waart, maar een instinct leerde mij dat ik mij moest verbergen. Ik ken deze kamer zoo goed. dat ik zelfs in de duisternis die er heerschte geen moeite had om de canapé te vinden en mij daarachter te verbergen. U stak den sleutel in het slot, opende de deur, en trad binnen. Toen U het licht aandraaide, was ik er van overtuigd, dat ontdekking nog maar een kwestie van seconden moest zijn; en hoewel ik er in slaagde mezelf zoo klein mogelijk te ma ken, had ik het gevoel van den spreekwoorde lijken struisvogel, met zijn kop in het zand. Ge lukkig stond de canapé een heel eind van de deur vandaan en bent u in het geheel niet m de buurt ervan geweest. Terwijl ik daar zoo neerhurkte, hoorde ik dat U naar het bureau waart gegaan en daar op *iw knieën rond- kroop. En vervolgens, dat u de laden van het bureau opentrok om de papieren die er in lagen te onderzoeken. En al dien tijd was ik vervuld van de verschrikkelijken angst daar ontdekt te zullen worden. Hoe wenschte ik, dat ik er in geslaagd was het pistool te ver wijderen, voordat u op het tooneel waart er- schenen. Ik hield mezelf voor, dat u het wa pen nu natuurlijk zoudt meenemen zoodat al mijn moeite voor niets geweest zou zijn. Maar dat hebt U niet gedaan. Uw onderzoek scheen afgeloopen, u vertrok, de deur wederom af sluitend. Zij zweeg. Kilby's oogen waren onafgebro ken op haar gelaat gevestigd. Om Hemingway te zien, zou hij zich hebben moeten omdraaien. En hij draaide zich niet om. Een zeer opwindende ervaring, merkte hij slechts droogjes op. Daarna haalde hij zijn horloge uit zijn zak te voorschijn. Hemingway sprak hij over zijn schouder, je kunt nu beter weggaan. Indien je je haast, zul je den trein van 11.10 nog kunnen halen. Zonder te antwoorden haastte Hemingway zich weg. Ja? zei Kilby tegen het meisje. (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 7