Ill pn IiSp"* EERSTE KAMER AANVAARDT DE KIESWET. KOOPT NEDERLANDSCH FABRIKAAT DONDERDAG MEI 1933 WAAKZAAMHEID mi m De communistische propaganda in de Nederlandsche kun stenaarsorganisaties. CELLENBOUW IN DE PRACTIJK. DE ELFDE MISSIOLOGISCHE WEEK TE LEUVEN. de achteruitgang der r. k. STAATSPARTIJ IN LIMBURG. En hoe is zij te genezen BEZUINIGING KEURINGSDIENSTEN. PASTOOR H. AVESKAMP. ZIELZORG ONDER DE DAJAKS. *rSMmJBL r f t'- mm. mm. Im&W DE PRESIDENT VERRAST ALWEER. Vergadering van Woensdag 3 Maart. OVERZICHT VAN DE ZITTING. MGR. VAN HOECK S.J. f CONSECRATIE ST. JOSEPHKERK TE ZWOLLE. HET DR. SCHAEPMANHUIS. DE „KWARTEL" LANGS DE ZOMER- ROUTE HUIS TOE. ZAANDAM IN FINANCIEELE MOEILIJKHEDEN. OPBRENGST TENTOONSTELLING SCHILDERIJEN KONINGIN. DE WOLLENSTOFFENINDUSTRIE DOOR DE ACTIE SLECHTS INDIRECT GEBAAT. iW* Er gebeuren tegenwoordig ernstige en be treurenswaardige dingen in de Nederlandsche kunstwereld. De nood is er groot en er is wei nig uitzicht op verbetering. Dat de groeiende ontevredenheid zich ook richt op de overheid en de politieke partijen, is zooal niet gerecht vaardigd, dan toch wel verklaarbaar, het is immers een bekend feit, dat de daadwerkelijke officieele belangstelling voor kunst en letteren in ons land vergeleken met elders minimaal is. Een beroep op de tijdsomstandigheden zou al leen opgaan, indien in perioden van voorspoed de scheppende arbeid der kunstenaars krach tig bevorderd ware geweest, maar ook toen bleven steun en bescherming van boven-af „hoogst bescheiden" (om met het befaamde rapport-Weiter te spreken) of: bedroevend schriel, om het in niet-ambtelijke taal te zeg gen. Deze staat van zaken in Nederland wordt door de kunstenaars uiteraard bijzonder pijnlijk gevoeld, nu door de algemeene inzinking van het economisch leven hun arbeidsmogelijkheden zoo sterk zijn ingekrompen. De strijd om het bestaan is voor velen zeer zwaar geworden en in menige kunstenaarswoning heeft gebrek zijn intrede gedaan. De algemeene en gerechtvaardigde ontevre denheid is natuurlijk een welkom aanknoo- pingspunt voor uiterst links om propaganda en agitatie te voeren. Hoever de revolutionnaire invloed In onze kunstenaarsorganisaties reeds is doorgedrongen, leerden de laatste maanden eenige opmerkelijke feiten en het is wel de moeite waard ze hier eens naast elkaar te zet ten. Want het wordt hoog tijd, dat de oogen geopend wordenHet heeft den schijn, dat sommige besturen van kunstenaarsorganisaties te goeder trouw zich laten op sleeptouw nemen. Onkunde en goedgeloovigheid spelen de drij vers achter de schermen in de kaart en zoo grijpt een revolutionnaire besmetting om zich heen, die bij de noodige waakzaamheid gekeerd had kunnen en moeten worden. Eenige feiten Daar is allereerst het gebeurde met de voor jaarstentoonstelling van „De Onafhankelijken" in het Stedelijk Museum te Amsterdam. De zaak op zichzelf is als een plaatselijk incident van niet zooveel gewicht, maar zij teekent een jammerlijke en betreurenswaardige mentaliteit. Men kon toen spreken van „een door links-georiënteerde elementen geforceerde rel" en hoezeer deze waardeering van het ge beurde juist was is door het verder verloop van de zaak wel gebleken. Het schijnt dat niet alle leden van „De Onafhankelijken" met de dwarse houding van het bestuur accoord zijn gegaan, maar van de zoozeer in haar recht zijnde oppositie ging dan toch weinig kracht uit en er is naar buiten niet veel van geble ken. Volgde het congres „de Kunstenaar in de Crisis" te Amsterdam. Het was zoogenaamd algemeen van opzet en eerbiedwaardige kun stenaarsgenootschappen deden eraan mee. Toen het op kleur-bekennen aankwam, was die kleur niettemin rood en menigeen moet wel op die bijeenkomsten het gevoel gehad hebben erin geloopen te zijn. Op sommige referaten lag de marxistische propaganda in verschillende nuances er duimen-dik op en de sociaal-demo cratische voorzitter zelfs moest constateeren, dat eenige inleiders het eigenlijke doel van het congres wel wat uit het oog verloren hadden Een zeer ernstig feit (het derde in drie maan den tijd) kwam ons thans weer ter oore. Men kent de vereeniging „Opbouw", die beoefenaars van bouwkunst, stedebouw en kunstnijverheid te Rotterdam samenbracht. We herinneren ons nog de oprichtingsvergadering onder leiding van den architect Kromhout en menigen vrucht baren avond met bekende figuren uit het bui tenland als Erich Mendelssohn, Bruno Taut en Henry van de Velde. „Opbouw" vervulde toen uitstekend zijn taak en bracht vaklieden van allerlei richting en levensbeschouwing samen. Den laatsten tijd werd gefluisterd, dat de ver eeniging in communistisch vaarwater was ge raakt. Het lijkt zeer waarschijnlijk, te oordeelen naar het nieuwe plannetje, waarvoor zij thans bij de andere Rotterdamsche kunstenaarsge nootschappen stemming poogt te maken. Het bestuur is n.l. overtuigd geraakt van een be staande verwarring van begrippen, welke dan in het bijzonder zou blijken uit kortzichtige be- en veroordeeling van het marxisme Hoe het zij: daar moet een eind aan komen. „Op bouw" organiseert daarom (in samenwerking met den Rotterdamschen Kring) een cursus over „het marxisme als wetenschap" te geven door.... David Wijnkoop! Dat we hier met een brutaal stukje commu nistische propaganda te doen hebben, is wel zeer duidelijk. Een cursus van vier avonden over het marxisme ligt natuurlijk verre buiten het eigenlijke gebied van een kunstvereeni- ging. Dat men bovendien voor deze z.g. weten schappelijke voorlichting een beroepspropagan dist kiest van de C. P. H. is wel in staat om de laatste twijfels over dit initiatief weg te vagen. Ons kwam dan ook reeds ter oore, dat som mige kunstenaarsgenootschappen weigeren zich met dezen opzet in te laten. Maar toch zijn er nog, die zich in goed vertrouwen voor dit be denkelijke roode wagentje laten spannen. En het heeft ons niet weinig verwonderd, dat een bekende vereeniging als „Bouwkunst en Vriend schap" zich daarvoor liet vinden. Wel verklaart het bestuur, dat het „zich van elke medewer king aan deze lezingen zal onthouden", maar intusschen vindt het de uitnoodiging toch be langrijk genoeg om deze aan de leden door te gevenHet zal wel ter wille van de „vriend schap" geschieden, maar men doet beter zich van zülke vriendschappen verre te houden. Dit zijn eenige feiten van den allerlaatsten tijd. Men ziet hieruit hoe er van revolutionnaire zijde in onze kunstenaarsgenootschappen ge werkt wordt. Daartegenover is waakzaamheid méér dan geboden. Men kan aannemen, dat de groote meerderheid van de leden der vereeni- gingen van deze propaganda vooralsnog vol strekt niet gediend is. Maar dan moeten deze leden zich laten gelden en druk uitoefenen op sl te» toegeeflijke besturen. En ook mogen be trokkenen wel eens overwegen, of zij van ver enigingen die geheel geïnfecteerd blijken als „De Onafhankelijken" of „Opbouw", het lid maatschap wel langer verantwoorden kunnen. k faat k'er niet om kleinigheden. De hoog- s e belangen van een importante bevolkings groep de toekomst van de jongere kunstenaars vooral, staat op het spel. 27 !ot 1 Augustus a.s. zal te Leuven de week vaor Missiologie gehouden worden. °u uGnZerP Voor deze studieweek zal wor- undeld: Het onderwijs in de Missie, een zeer uitgebreid thema waarover een uit gebreide gedachtenwisseling zal volgen. Juist omdat het onderwerp zoo breed mogelijk is op gevat. biedt het voor de deelnemers een goede gelegenheid om aan de besprekingen deel te nemen. Deze Missiologische week is gratis toe gankelijk voor alle missionarissen en leden van missie-instellingen zonder onderscheid van taal of nationaliteit. Alle congressisten zijn ook ge rechtigd om aan de besprekingen deel te nemen. JUBILé. Den 5den Mei a.s. is het 50 jaar geleden, dat de zeereerw. pater Anselmus (J. Karsten)van de orde der Minderbroeders Capucijnen, te IJmuiden (Oost) in het klooster trad. De ker kelijke viering zal plaats hebben op 8 Mei. Waar is de zetel der kwaal. Om de genezing van een kwaal met kans op succes te beproeven, is het noodzakelijk haar oorzaken op te sporen. En om de redenen van een electorale neder laag te doorgronden, is het noodig om vooraf na te gaan, waar de verliezen werden gele den. Dit onderzoek is voor Limburg niet moeilijk, wanneer men beschikt over de gegevens van ieder der acht provinciale kieskringen en ieder der» 121 gemeenten. Bepalen wij ons beknoptheidshalve tot den uitslag der kieskringen, dan zien wij, dat Venlo Weert, Roermond, Sittard en Maastricht een kleine winst opleverden die relatief natuur lijk toch een verlies beteekende maar dat Horst, Heemlen en Gulpen een volstrekten ach teruitgang te zien gaven van resp. 138, 1782 en 3915 stemmen. Het absolute verlies valt dus vooral waar te nemen in het Zuiden der provincie en bovenal in den kieskring Gulpen. En het is niet een gevolg van socialistische winst: want die bepaalt zich hier tot 252 stem men. Maar het is bijna uitsluitend toe te schrij ven aan het overloopen der landelijke bevol king naar de dissidente partijtjes. Dit houdt geen verband hoegenaamd met godsdienstige factoren; want relatief zijn de zwaarste verliezen geleden in de kleinere, vol komen eensgezinde en goedgeloovige katholieke gemeenten, waar in verschillende gevallen de Staatspartij niet of nauwelijks de helft van het aantal geldige stemmen behaalde. Zoo werd te Slenaken 56,7 pet te Mheer 43,9 pet. en te Mesch slechts 41,3 pet. genoteerd. Wel is het percentage over den heelpn kies kring Gulpen aanzienlijk hooger; maar in de 24 gemeenten die bij de berekening zijn be trokken en waar het aantal andersdenkenden nog geen 5 pet. der bevolking bedraagt, werd toch geen hooger gemiddelde bereikt dan 64,3 pet. dus veel lager dan in eenige andere streek van het Zuidn en slechts weinig hooger dan in het door soode giftkiemen zwaar besmette Maas tricht dat een percentage van 58,7 aanwees. Men kent derhalve thans den zetel der kwaal en men kent ook de oorzaak: de wassende on tevredenheid in landbouwkringen met den gang van zaken en vooral met de crisismaatregelen, die in deze streek als een onduldbare uiting van overheidswang worden gevoeld. Wellicht zal de tijd zich belasten met het verzachten of wegnemen dezer grief. Immers wanneer de crisis voorbij is, verdwijnen meteen de crisiswetten en keert met de rust ook te te vredenheid terug in de landelijke gemoederen. Maar het zou o.i. stellig niet verstandig zijn het verloop der dingen werkloos af te wachten. Voor zoover de bezwaren gegrond zijn, dienen ze zooveel doenlijk te worden weggenomen; en voor zoover zij overdreven of ongemotiveerd zijn, behooren zij door deskundige voorlich ting tot de juiste proporties te worden terug gebracht. Het bestuur van den Limburgschen Boeren bond vindt hier een ruim veld voor vrucht baren arbeid. Dat daarnaast de politieke organisaite uit breiding en verbetering behoeft betoogden wij reeds bij herhaling. Juist in den kieskring Gulpen is de verkie zingspropaganda allesbehalve actief gevoerd. De kiezers hebben drie of viermaal meer re- clame-drükwerk ontvangen van de dissidente groepen dan van de Staatspartij. (Experto crede!) Dit kan en moet anders worden. Want het blijft toch een ergerlijke misstand, dat in dorpen, waar nooit tevergeefs een beroep wordt gedaan op de trouw en de medewerking der geloovigen voor de kerk, de processie, de missie of andere goede werken, de Staatspartij verlie zen van 40 a 50 pet. te betreuren heeft! Als men nu niet bij de pakken gaat neerzit ten en eerst weer in beweging raakt wanneer een nieuwe verkiezing voor de deur staat, maar onverwijld de hand aan den ploeg slaat, dan kan de organisatie thans in alle rust en kalmte den politieken akker bezaaien, om over vier jaren een rijken oogst van katholieke stemmen binnen te halen. R. L. Het aandeel van het Rijk. Bij de Tweede Kamer is een nota van wij ziging ingediend betreffende het wetsontwerp tot wijziging en verhooging van het vijfde hoofdstuk der rijksbegrooting voor het dienst jaar 1933. Aan de toelichting wordt ontleend, dat de post voor het aandeel van het rijk in de kosten van de keuringsdiensten voor 1933 met 350.000 verminderd is, zulks op advies van de com missieWelter, die voor haar advies als grond slag heeft genomen het desbetreffende rapport der commissieVan Beresteyn. In dit rapport komt laatstgenoemde commissie tot de conclu sie, dat op de uitvoering der warenwet 350.000 kan worden bezuinigd, hetgeen neerkomt op 175.000 ten laste van het rijk en 175.000 ten laste van de gemeenten, dmdat rijk en gemeen ten de lasten gezamenlijk dragen. De commissie—Weiter heeft geadviseerd, al leen op de rijkskosten 350.000 te bezuinigen, hetgeen op een misverstand moet berusten. Zulk een bezuiniging zou niet kunnen worden bereikt, zonder de werking der warenwet ern stig te schaden. Het is daarom gewenscht, de bezuiniging op de rijksbijdragen te beperken tot 175.000 overeenkomstig de oorspronkelijke bedoeling. Daartoe dient de desbetreffende post met 175.000 te worden verhoogd. De bezuiniging wordt gevonden door korting op de salarissen, door inkrimping van personeel van enkele te zwaar bezette diensten en door verdaging van het salarispeil. Daartoe wordt de algemeene maatregel van bestuur tot uit voering van art. 13 der wet (voorwaarden voor de rijksbijdragen) gewijzigd. Na een afwezigheid van enkele maanden wegens gezondheidsredenen is de Zeereerw. heer H. L. Aveskamp, pastoor der parochie van het H. Hart van Jesus te Hilversum, in de pastorie teruggekeerd. Het verblijf te Rome Dracht nog geen volledig herstel, maar gelei delijk aan hoopt Z.E.W. weer zijn bediening te kunnen vervullen, voorloopig met behulp van een assistent. Opening klein seminarie op Borneo. In het Apostolisch Vicariaat van Neder- landsch Borneo is te Pontianak een klein Se minarie opgericht, dat hoofdzakelijk bestemd is voor de Dajaks. Tot Directeur is benoemd de zeereerw. Pater Justinianus, Capucijn-Mis- sionaris, terwijl de Eerw. Broeders van Huyber- gen behulpzaam zullen zijn bij het onderwijs. Er wordt begonnen met drie leerlingen. Op Palmzondag werd door Z.H. Exc. Mgr. Pa- cificus Bos het seminarie geopend met het opdragen van een H. Mis in de kapel van het seminarie, waarbij Z. H. Exc. werd geassis teerd door den Z. E. Pater Justinianus, direc teur, terwijl de eerste drie Dajaksleerlingen als misdienaars het altaar omringden. De kabinetsformateur, dr. H. Colijn, verlaat Ruigenhoek na het 'ontvangen van de opdracht tot het vormen van een ministerie. Rector Kerkvliet en zijn vrienden de schip pers hebben geduld moeten oefenen, want het crisisontwerp tot steun aan de binnenschipperij is heden nog niet' aan de orde gekomen. De heeren kunnen zich troosten met de gedachte, dat dit ontwerp wel in veilige haven gesleept zal worden. Vanmiddag eqhter waren wij weer in den electoralen storm. Want de Kieswet was aan de orde, al was het helaas net eenige dagen te laat. Indien men al geen groot-mathesis moet hebben gedaan om de Kieswet te doorgronden en zelfs geen Einstein behoeft te wezen om de vrij ingewikkelde berekeningen te volgen, er komt toch een soort algebraïsche kennis aan te pas. Zoowel prof. van Embden als jhr. van Citters becijferden, dat het ontwerp de groote partijen bevoordeelde en de kleine handicapte, terwijl mr. Mendels, aan de hand van de laatste verkiezingscijfers bewees, dat de vrijz. dem. pro fessor heel wijs zou doen te zwijgen, aangezien zijn partij juist bij het vigeerende stelsel ge weldig „gezwijnd" heeft, om het maar studenti koos te zeggen. Daar kunnen de katholieken het gloeiend mee eens zijn, want het huidige stel sel heeft hun drie zetels door den neus geboord en zij beleefden het twijfelachtig voorrecht den hoogsten prijs te moeten betalen voor eiken zetel. Men moet wel stekeblind zijn, indien men geen bittere onbillijkheid ontwaart in een stel sel, dat de eene partij duizenden stemmen meer laat betalen voor een zetel dan de andere en het is ons dan ook totaal onbegrijpelijk, dat de Vrijheidsbond dit niet heeft begrepen, nu hij zelf aan den lijve het onrecht heeft gevoeld. Wat natuurlijk niet wegneemt, dat het huidige stelsel ook al weer bezwaren heeft, zoodat mr. Janssen al begonnen is een ander systeem te bepleiten. De katholieke senator kan dit ge rust met eenige hoop op succes doen, want her innerde hij er niet aan, dat de Kieswet ook in 1921, 1923, 1925 en 1928 is gewijzigd? Mocht dit opnieuw gebeuren, dan verdient de in ons blad gelanceerde idéé de aandacht om maatregelen te nemen tegen eenmans-partijen, Want het is toch een feit, dat deze heeren in de Kamer kun nen „getuigen", maar geen practisch werk kun nen verrichten. En met mr. Mendels kan men het niet betreuren, dat zelfs serieuze partijen in den aanvang niet dadelijk slagen. Vervullen zij een behoefte, dan komen zij er toch wel en voor „getuigen" is er in de Kamer geen plaats. De zonderlingste manoeuvre hebben wij bij onze c.h. vrienden gezien. Hoe onmogelijk de positie van mr. Pollema werd, moet deze van scherpzinnigheid niet ontbloote afgevaardigde toch zelf hebben begrepen. Afgezien van zijn bezwaar tegen de zetelverdeeling in lagere or ganen, was de quintessence van zijn redenee ring, dat hij vóór de nieuwe wet zou hebben gestemd indien ze in den huidigen vorm ware ingediend door de Regeering, maar dat hij dit niet meer kon doen na het daarin opgenomen amendement-v. d. Bergh. Minister Ruijs, die vanmiddag ongewoon op dreef was en zijn op sommige momenten haast agressief betoog met vuistslagen op de regee- ringstafel accompagneerde, zei, dat hij geen be wondering had voor „beleidlooze kracht", ver klaarde ook maling te hebben aan niets zeg gende nederlagen en voegde er bij, dat Polle ma's uitspraak hem „zoo helder als koffiedik" was. Vooreerst ware een onaannemelijk-verkla- ren van bedoeld amendement ij del krachtsver toon geweest, daar het zeker zou zijn aange nomen en dan de wet, die noodig geoordeeld werd, ingetrokken had moeten worden. Ver volgens verklaarde de Minister eerlijk, dat hij tijdens den loop der discussies ook overtuigd was van het billijker element in v. d. Bergh's voorstel en dat hij zich niet schaamde publiek voor argumenten te wijken, zooals wijlen de Savornin Lohman zoo dikwijls deed. Mr. Pollema bleef onvermurwbaar. Nu begrij pen wij, dat bij een zeer orthodoxe opvatting van het regeeringsgezag zuig een houding ver klaarbaar is in de Tweede Kamer. Daar kan men dan getuigen door tegen zulk een amendement te stemmen. Maar de Eerste Ka mer heeft geen recht van amendement; zij moet een wet goedkeuren of verwerpen. Doch verwerpen op grond van een amendement, dat een denkbeeld bevat, waarmee de Regeering tenslotte hartelijk instemt, is toch wel heel sterk. Het comble van de heele historie was, dat twee C. H. leden, n.l. jhr. de Gijselaar en baron de Vos van Steen wijk zelf vóór de wet stemden, die werd aangenomen met 27 tegen 16 stemmen. Vóór stemden dit tweetal met de katholieken en de sociaal-democraten; tegen verklaarden zich de vrijheidsbond, de vrijzinnig-democraten en de anti's behalve de professoren Anema en Diepenhorst, die afwezig waren. Toen de voorzitter zijn „vóór" liet hooren, keek heel de Kamer verrast op de Premier en de perstribune incluis en de heer de Vos van Steenwijk zette een gezicht alsof hij vra gen wilde: „Wat zeggen jullie daar nu van?" Ja, wat zou men daar van zeggen? „Zeker bang, dat Ruys hem niet zal voordragen als president voor de vereenigde zitting", meende een grappenmaker op de perstribune. Maar een C. H. man, dien wij spraken, krabde zich achter het oor en zei nadenkend: „Maak dat nu eens duidelijk aan de menschen." Zoover reikt ook onze perscapaciteit niet, al bestaat o.i. de mogelijkheid, dat de voorzitter, gezien het resultaat der laatste verkiezing, voor welks uitslag hij tenslotte de verantwoor delijkheid draagt, bij zichzelf gedacht heeft: „Dat nooit meer!" Het eert dan den man, dat hij van standpunt veranderen durft of althans blijk geeft een gemaakte fout op vrij ostentatieve wijze te her stellen voor zoover hem dat mogelijk is. Want een fout blijft het voor ons, dat de Kamerpre sident tegen den wensch der Regeering en der Kamermeerderheid in, deze Kieswet niet vóór de verkiezingen behandelde. Misschien, dat zij spoediger dienst zal moeten bewijzen dan velen vermoeden. Want dat de nieuwe Premier mo- raliter met 'n Kamerontbinding op zak loopt is niet heel erg twijfelachtig. Onze Brusselsche correspondent meldt ons: Te Ranchi (Br. Indië) is in den ouderdom van 63 jaar, overleden de te Antwerpen ge boren missie-bisschop Mgr. van Hoeck S.J., die lange jaren in Britsch Indië is werkzaam ge weest. 5e EEUWFEEST ST. NICOLAASKERK TE VENLO. Op 9 Juli a.s. zal te Venlo de plechtige her denking van het vijfde eeuwfeest der conse cratie van de St. Nicolaaskerk, aldaar plaats vinden. De K. R. O. zal dien dag de Hoogmis uit zenden. Gisteren is door Z. H. Exc. Mgr. J. H. G. Jansen, aartsbisschop van Utrecht de nieuwe parochiekerk te Zwolle, toegewijd aan dep H. Joseph, geconsacreerd. ZILVEREN JUBILé. Te Eindhoven in de kerk der Paters Augustij nen is het zilveren jubilé der godsvruchtige vereeniging „O. L. Vrouw van Goeden Raad" op luisterrijke wijze gevierd. Hiertoe was een 100-tal zelatricen uit Brabant en Limburg naar het klooster te Eindhoven gekomen, waar de directeur pater Provinciaal dr. F. Makaay haar toesprak en mededeelde, dat de prior-generaal te Rome, krachtens bijzondere volmacht van den H. Stoel, de verdienstelijke mevrouw Boe laarsDe Vries ingelijfd had bij de geestelijke gemeenschap der Augustijner orde. Des morgens was door pater Gerve een plech tige Hoogmis opgedragen, terwijl een plechtig Lof met predikatie den dag besloot. DE TIELSCHE 100 JAAR. De N.V. Nederlandsche Maatschappij van Brandverzekering te Tiel bestond Dinsdag 100 jaar. Dinsdagmorgen is de directie door de agenten en het personeel gehuldigd, waarbij geschenken werden aangeboden. De directeur Jhr. P. A. Reuchlin heeft in zijn dankwoord meegedeeld dat een verhoogde gratificatie en verlengde vacantie zal gegeven worden, M De kantoren van het Algemeen Secretariaat der R.K. Staatspartij, het Bureau van de Stich ting „Dr. Schaepmanfonds", het Centraal Ad viesbureau voor Gemeentepolitiek van de R.K. Staatspartij, de Redactie en Administratie van het maandblad „De R.K. Staatspartij", het Secretariaat van de Federatie van Bonden en Centrales van R.K. Gemeenteraadsleden in Ne derland en de Redactie van „De Gemeenteraad", officieel orgaan van deze Federatie zijn met ingang van 15 Mei gevestigd in het nieuwe Partijbureau, het dr. Schaepmanhuis, Maurits- kade 25, 's Gravenhage. Het telefoonnummer is veranderd in No. 116680. Postrekening van het Algemeen Secretariaat R.K. Staatspartij No. 692. Postrekening van het dr. Schaepmanfonds (Comité van Actie) No. 132750. Kantoor- en spreekuren 912.30 en 1417.30 uur. Het vliegtuig de „Kwartel", dat gisterenmid dag op Schiphol is geland had vier passagiers aan boord. (Rangoon-Londen, Calcutta-Londen, Bandoeng-Amsterdam en Medan-Amsterdam). Het aantal passagier-kilometers bedroeg op de uitreis 18.229 en op de thuisreis 56.286. (Indien h# toestel volgeboekt is bedraagt het maximum aantal passagiers K.M. 57.376. De „Kwartel" is de eerste machine, die dit jaar langs de zomerroute via Boedapest heeft gevlogen. Het toestel vertrok op 26 April uit Bandoeng. Het heeft het traject dus in acht dagen afgelegd. HERNIEUWING VAN DE ORANJE NAèSAU-KAZERNE TE HARDERWIJK. Gisteren is de gerestaureerde Oranje Nassau- kazeme te Harderwijk weer betrokken door het 7e Regiment Infanterie. De kazerne heeft een enorme inwendige verbouwing ondergaan, en is geworden tot een aangenaam en hygiënisch verblijf voor de soldaten. In een geheel nieuw bijgebouw is de gymnastiekzaal ondergebracht. Er is een keurig ingerichte nieuwe ziekenzaal in de nabijheid waarvan zich een dokterska mer bevindt. Kortom, de kazerne van het 7de regiment is weer nieuwj _Ll VEREENIGING VAN NEDERLANDSCHE TANDARTSEN. Zaterdag en Zondag j.l. hield bovengenoemde vereeniging hare voorjaarsvergadering in Utrecht, onder voorzitterschap van tandarts Jan Visser. Na afdoening van enkele huishoudelijke aangelegenheden en installatie van een aantal nieuwe leden, werd het wetenschappelijk deel van het programma ingeleid door een voor dracht van' tandarts B. R. Bakker, lector aan de Universiteit te Utrecht, over „Stabilisatie der volle prothese volgens E. Wilfred Fish Er volgde een bespreking omtrent de door de ver eeniging in het leven geroepen Stichting voor Wetenschappelijk Tandheelkundigen Arbeid, waarvoor de noodige geldmiddelen werden ge voteerd. Nadat voorstellen tot wijziging der statuten waren afgedaan, werd het programma van den Zaterdagavond besloten met voordrach ten resp. van tandarts P. J. J. Coebergh, direc teur van het Tandheelkundige Instituut der Universiteit te Utrecht over „boren en slijpen", van dr. S. O. Cherpin uit Parijs over „Cast Gold Inlay Technique" en van tandarts H. C. van Deinse, Amsterdam, over „De schadelijkheid van geretineerde koolhydraten voor de levende tand". Op den tweeden dag werd aangevangen met demonstraties door verschillende der sprekers van den vorigen dag, ter aanvulling en illustra tie hunner voordracht. Tevens demonstreerde tandarts J. A. M. de Decker, Gouda, het ge bruik van de Kunz-tand voor het contoureeren van kroonbanden. Tandarts Th. E. de Jonge-Cohen, Amsterdam, behandelde vervolgens het onderwerp: „De reductie der snijtanden", terwijl mevr. E. Elema, tandarts te Utrecht, voor haar gehoor de waarde van de Walkhoff-methode voor de behandeling van periapicale aandoeningen uiteenzette. Tot slot hield tandarts A. Have, Haarlem, een voor dracht over „Abnormale" doorbraak van een aanvankelijk geretineerde fonttand". Uit de levendige discussie, die op deze voordrachten volgde, bleek de belangstelling voor het ge hoorde. HOOFDAFDEELING CRISISZAKEN. Naar aanleiding van het bericht, dat binnen kort de benoeming van ir. C. Stevens, Rijks- landbouwconsulent te Goes tot hoofd van de afdeeling Crisis-Zaken aan het Departement van Economische Zaken en Arbeid te verwach ten zou zijn, vernemen wij van bevoegde zijde, dat hieromtrent nog geen beslissing genomen is. Nieuwe loonkorting voorgesteld. In verband met de van hoogerhand gedwon gen bezuinigingen op de begrooting 1933, zul len B en W. den raad voorstellen, opnieuw een loonkorting van 3 pet. op het gemeenteperso- neel toe te passen, benevens over te gaan tot intrekking der vacantietoelagen. Een en ander brengt reeds een bezuiniging van 45.000 over een vol jaar gerekend. De commissie voor ge organiseerd overleg en de financieele commis sie zullen dezer dagen hun standpunt hierom trent bepalen. UIVOER VAN AARDAPPELEN NAAR BELGIë, BESTEMD VOOR VEEVOEDER De Minister van Economische Zaken en Ar beid heeft goedgevonden: voor het tijdvak van heden tot en met 30 Juni, in afwijking van het bepaalde bij zijne beschikking dd. 19 Decem ber 1932, A. voor onderzoek van voor uitvoer bestem de zendingen aardappelen, voor zoover deze voor veevoeder zijn bestemd, het tarief vast te stellen op 1 (één gulden) per 10.000 K.G. of gedeelte daarvan; B. te bepalen, dat eene partij aardappelen, om geacht te worden als veevoeder te zijn be stemd, aardappelen van ten minste twee soor ten, dooreengemengd, moet bevatten; C. de vergoeding, toe te kennen aan de plaat selijke controleurs van den Plantenziektenkun- dige Dienst, voor keuringen dezer zendingen, te° bepalen op 1 (één gulden) per keuring van 10.000 K.G. of een gedeelte daarvan. INVOER FIJNE ZADEN. Het Centraal Bureau voor de Statistiek deelt mede, dat in de maand April 1933 aan fijne zaden werd ingevoerd: Maanzaad (papaver zaad): 97.699 kg. Karwijzaad: 5080 kg.; Kana riezaad 527.837 kg.; Bruin mosterdzaad: 11.738 kg.; Geel mosterdzaad: 700 kg. MALANG, 3 Mei (ANETA), De opbrengst van de tentoonstelling van schil» derijen van H.M. de Koningin bedraagt 1160. Het oordeel van een groot-industrieel. Onder de Nederlandsche bedrijfstakken neemt de textielindustrie een zeer belangrijke plaats in. De laatst uitgebrachte arbeidsstatistiek (1920) besomde het aantal industrie-arbeiders in Ne derland op 1.028.155, waarvan 66,487 textiel arbeiders. Daarentegen waren volgens dezelfde statistiek werkzaam in den landbouw 622,514 arbeidskrachten, in handel, verkeer en bank wezen 562.991. Van onze industrie-arbeiders in strikten zin was dus nagenoeg 6 pet. in de textiel werkzaam. In deze textielgroep zijn opgenomen de katoen-, tricotage-, deken- en wollenstoffen- fabrieken met Tilburg als centrum voor laatst genoemde branche. Van de Neder landsche wollen- stoff en-industrie neemt Tilburg na genoeg deel voor zijn rekening. In 1930 omvatte onze wolnijver heid volgens het Statistisch Zak boek 1932 van het Centraal Bureau voor de Statistiek 11.836 man perso- Zij produceerde voor een waarde van 38.185.000. Hiervan werd aan wollen- en half wollen stoffen, ex clusief dekens, voor Fr. Mutsaers. ƒ27.922.000 voor binnenlandsch verbruik ver kocht en voor ƒ10.263.000 geëxporteerd. Het binnenlandsch verbruik van wollen- en half wollen weefsels (geen dekens), bedroeg even wel in genoemd jaar voor een waarde van ƒ61.437.000, zoodat ons klein land nog voor ƒ33.515.000 invoerde. Onze wollenstoffen-productie overschreed volgens deze cijfers slechts voor een waarde van circa ƒ5.000.000, hetgeen door het buiten land werd ingevoerd en deze invoer overtrof nog het verbruik van het Nederlandsch fabri kaat in het binnenland met in ronde cijfers eveneens voor een waarde van ƒ5.000.000. Deze getallen wijzen uit, dat er voor een grootere waarde aan het buitenlandsch fabrikaat werd ingevoerd, dan door het eigen land werd be trokken van de inheemsche wollenstoffenindu- strie. Onder dit aspect krijgt de leuze: „Koopt Nederlandsch Fabrikaat" een bijzonderen klank, hetgeen voor ons een gereede aanleiding was om er het oordeel over te vragen van den voorzitter der Vereeniging van Tilburgsche fabrikanten van wollen stoffen. De Tilburgsche wollen stoffenindustrie is van dien aard, verklaarde de heer Mutsaers, dat zij door een reclame-campagne niet direct gebaat is. Indirect is daarvan echter toch iets goeds te verwachten. Zoo mag men het als een gelukkig verschijn sel beschouwen, dat verschillende grossiers verzenders, confectiefabrikanten en winkelbe drijven begonnen zijn speciaal te wijzen op de Nederlandsche stoffen, die zij in hun series op nemen. De afnemers weten daardoor producten te koopen van eigen land en worden er tevens toe aangezet. Dit is van dubbele waarde, wijl er bij den particulier een streven ontstaat om naar binnenlandsch fabrikaat te vragen. Dat deze medewerking van groot belang is, wordt nog duidelijker, indien men er zich rekenschap van geeft, dat vooral in een land als het onze met een klein afzetgebied, onze fabrikaten moeten concurreeren met buiten- landsche fabrikaten, die in een onbegrensde variëteit en tegen vaak extra lage prijzen worden aangeboden. De handelaar is bovendien geneigd om te zoeken naar artikelen, die niet in de collectie van den concurrent voorkomen, waar naar mate een artikel minder algemeen is, er ge makkelijker een betere prijs voor kan worden bedongen. Dit richt de belangstelling van den handel automatisch op het buitenland, waar dan meer kans bestaat op exclusiviteit, dan wanneer Nederlandsche stoffen in die collec tie worden opgenomen. Daarbij komt nog, dat de buitenlandsche industrie beschermd in eigen land en gesteund door uitvoerpremies, verleidelijke aanbiedin gen kan doen aan prijzen, waarvoor de zwaar belaste Nederlandsche industrie niet producee- ren kan. Door ongelijke sociale verhoudingen, door dumpingspolitiek, mogelijk gemaakt door vaak prohibitieve invoerrechten, vaak nog gesteund dooi, export-premiën, kan dè industrie san over de grenzen, In het bijzonder Duitschland, haar overproductie op onze markt afzetten. Daartegen is geen reëele concurrentie mogelijk. De Duitsche handelspolitiek was er steeds op gericht, vervolgde de voorzitter van den Tilburgschen Fabrikantenbond, om in het eigen land aan hoogen prijs te verkoopen en aan het buitenland te leveren beneden kost prijs. Een compensatie daarvoor vindt de Duitscher in de bescherming van de eigen in dustrie en in regeeringssteun door hooge uit voerpremies bij export. Nederland kan zich daartegen slechts vrijwaren door een zeer streng doorgevoerde contingenteering, des noods door sluiting der grenzen voor wollen en halfwollen textielgoederen uit Duitschland. Met een vrijwillige bevordering van het Ne derlandsch fabrikaat antwoordde de heer Mut- saerts op onze volgende vraag komen wij er niet Ondanks de contingenteering Immers voerde Duitschland in de maanden Januari en Fe bruari 1932 nog 334.000 K.G. wollen- en half- wollenstoffen in en in dezelfde maanden van dit jaar wist het dezen invoer nog te verhoo- gen tot 351.000 K.G. Gezien het feit, dat hier nog zooveel wollen- stoffen uit het buitenland worden ingevoerd, stelden wij verder de vraag of onze wollen- stoffenindustrie misschien niet in voldoende mate voortbrengt hetgeen door het groote publiek wordt gevraagd. Technisch kan de Nederlandsche wollen- stoffenindustrie practisch alle artikelen maken waaraan hier te lande behoefte bestaat, was het antwoord. Daar staat echter tegenover, dat het productie-apparaat niet een zoodanigen omvang heeft, dat er aan invoer uit het buiten land geen behoefte zou zijn. Van de zijde dei fabrikanten is dan ook nooit bepleit de gren zen geheel te sluiten, doch alleen om tot een zoodanige beperking van den invoer te komen, dat de Nederlandsche bedrijven behoorlijk kunnen draaien. Thans is echter door den overgrooten toe- voer van buitenlandsche artikelen de toestand deze, dat volgens door de Fabrikantenvereeni- ging verzamelde gegevens de industrie nog met een onderbezetting van 30 tot 40% te kampen heeft. Er is derhalve nog ruimte genoeg voor expansie. De noodzakelijkheid van invoerbeperking klemt nog te meer, waar in verband met de groote moeilijkheden, die de katoenindustrie ondervindt, verschillende ondernemingen uit die branche zich op de fabricage van bepaalde wollen- en halfwollen manufacturen zijn gaan toeleggen. "I Op uw positieve vraag of onze wollenstoffen- industrie ook inderdaad alles maakt, wat. er gevraagd wordt, wil ik gaarne een positief antwoord geven. De allerbeste en allerfijnste stoffen maakt onze industrie niet. Zooals ik reeds zeide, kan zij deze fabriceeren evengoed als Engeland, doch in een klein land als het onze hebben wij voor de fijnste stoffen geen voldoenden afzet, zoodat de productie niet loonend is te maken. Dergelijke stoffen toch worden ten onzent slechts gevraagd in kleine coupons. Een groot land als Engeland kan daarvoor een debiet vinden, maar al zou Nederland dezelfde exquise stoffen fabriceeren dan zouden deze nog niet worden afgenomen. De importeur van Engelsche stoLen zal, wanneer hij een gelijkwaardig product in het binnenland kan betrekken daar toch met toe overgaan, al zou men ze terecht als Engelsche stof kunnen kwalificeeren. Intusschen laat onze contingenteenngspolitiek meer dan voldoende ruimte aan de importeurs van Engelsche stoffen om dat deel van het publiek, dat met geen andere dan de speciale dure Engelsche stoffen tevreden te stellen is, van deze stoffen een costuum te leveren. Zou het in dit opzicht niet gewenscht zijn, vroegen wij ten slotte, een wettelijke verplich ting In het leven te roepen om buitenlandsche artikelen als zoodanig te merken. Een verplicht merkteeken heeft zijn vóór en zijn tegen, luidde het antwoord. Voor textiel goederen is het bovendien moeilijk door te voeren. De producten onzer wollenstoffen- industrie worden als inlandsch en als buiten landsch fabrikaat verkocht. Dit laatste heeft in vele opzichten ook zijn voordeél. Men kan vele middelen overwegen en plannen beramen, maar onze industrie zou er wel bij varen, wan neer de invoer uit het buitenland afdoende werd beprekt. Want terwijl de prijzen van wollen- en halfwollenmanufacturen in de laatste iaren schrikbarend zijn gedaald en nog steeds meer dalen, wordt door den grooten in voer onze eigen industrie lam geslagen en bedreigd, vermindert de koopkracht door werkloosheid en krijgen onze fabrieken slechts bestellingen bij mondjesmaat, omdat niemand in deze onzekere en onvaste tijden een groo teren voorraad durft op te nemen, dan het geen hij oogenblikkelijk noodig heeft. J, d. L.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 3