SPRUTOL DONDERDAG 15 JUNI 1933 Zomer sproeten UIT HET ROOMSCHE LEVEN. DE PENSIOENKORTING. ONZE VORDERINGEN OP DUITSCH LAND DOMINICAANSCHE DERDE ORDE. NEDERLANDSCHE KATHOLIEKEN DAGEN. NEDERLANDERS TE BERLIJN. DE BROCHURE VAN MR. DUYS. PIJPER'S HALEWIJN. WERK VAN GROOTE MUZIKALE WAARDE. DE S.D.A.P AAN DEN TWEESPRONG. verdwijnen spoedig/ door een pot A. R. K. A. Bondscongres te Tilburg. A. J. C.-OPVOEDING. DE S. D. A. P. TELEFOONDIENST MAKASSAR-JAVA. Plechtige inwijding St. Ignatiuskerk te Menado. Te Menado is met groote plechtigheid de nieuwe Sint Ignatius-kerk ingezegend, onder enorme belangstelling van duizenden Katholie ken, uit geheel de Minahassa te Menado sa mengekomen. Mede gaven van hun belang stelling Llijk de Resident van Menado en alle overige B.B.-ambtenaren; de Burgemeester van Menado; de heer Mandagi afgevaardigde voor de Minahassa in den Volksraad; het Bestuur der Locale Raden; vertegen woordigers van Handel en Bankwezen en meerdere andere vooraanstaande inwoners van Menado. Circa 8 uur in den morgen schrijft de „Koe rier" werd Mgr. Panis de Apostolisch Prefect van Celebes, aan den hoofddeur der nieuwe kerk door de geestelijkheid ontvangen en in plechtigen stoet van koorknapen en bruidjes naar het altaar geleid. Na inzegening der kerk nam de Pontificale Hoogmis een vaanvang. De feest predikatie werd gehouden in het Hollandsen en m het Maleisch door pastoor W. van Opstal, leeraar aan het missie-seminarie te Woloan. Te ruim 10 uur werd Monseigneur door een oef van bruidjes, voorafgegaan door een tal rijke groep van Minahassische krijgsdansers, naar de pastorie teruggebracht. Hier kwamen de voorname gasten den Apostolisch Prefect en den Pastoor van Menado gelukwenschen met de prachtige nieuwe kerk. De receptie had een gezellig verloop en er heerschte een echte feeststemming. Rond de pastorie gonsde een blijde menigte van enkele duizenden Katholieken uit de Minahassa, die met vreugde naar Menado ge komen waren om hun voldoening te uiten, dat de hoofdplaats van het Gewest nu een katho lieke kerk heeft, die alle overige kerken der Minahassa in sierlijkheid overtreft. In den namiddag stelde zich op het voorplein der kerk een lange stoet op, vertegenwoordigers Uit Mie kerkelijke ressorten der Minahassa, en met vlaggen en vaandels en wimpels en muziek, en zang trok men naar het groote sportterrein op „Sario", om aldaar een grootsche katho lieke manifestatie te houden. Op Sario aangekomen, werd ruim twee uur lang gezongen en gemusiceerd en gespeecht, waarbij mooi uitkwam de groote blijdschap en fierheid onzer Katholieken met hun heerlijke, nieuwe kerk. De kerk is geheel opgetrokken uit ijzer en beton, zoodat wij vertrouwen, dat zij bestand is tegen aardbevingen, waarop men in de Mina hassa steeds moet bedacht zijn. Om 7 uur ind en avond werd het blijde feest met een plechtig Lof en dankbaar „Te Deum" gesloten. Intvijdingskapel Lourdesstichting te Batavia. In intiemen kring heeft de inwijding plaats gehad door den Hoogeerw. heer Van Hoof S.J., Provicaris, van de bescheiden, doch stemmige kapel op het terrein van de Lourdes-Stichting op Tanah Njonja, te Batavia-C. Uitnoodigingen waren niet verzonden, zoo dat slechts eenige heeren Pastoors, waaronder de Hoofdpastoor van Batavia, de Directeur van het Missie-bureau en Pater Baptist M.S.C. deze plechtigheid bijwoonden. Na de plechtige inwijding werd de eerste H. Mis door den Provicaris opgedragen, na af loop waarvan men nog eenigen tijd gezellig bij elkaar bleef. Als bijzonderheid zij nog vermeld, dat deze inwijding de eerste was, welke Pastoor Van Hoof als Provicaris deed. UITVAART PASTOOR SIMONIS. Nadat het stoffelijk overschot van pastoor W. Simonis van Boekei naar Aalst was overge bracht, heeft daar de plechtige Uitvaart van den vroegeren herder plaats gevonden. Pastoor Gudde uit Aalst droeg met assisten tie de plechtige Requiem-Mis op. Voorafge gaan door de schoolkinderen trok de stoet na den lijkdienst naar het kerkhof, waar pastoor Gudde de absoute verrichtte. Naar aanleiding van het bericht inzake de korting van 17 pet. op de Indische pensioenen beklaagt zich een oud-gediende in „De Vrij zinnig-Democraat" en vraagt o.a. het geld te eischen van hen, die in Insulinde groote schat ten hebben kunnen vergaren en zich in weelde kunnen baden en waarvoor een heffing ineens van enkele procenten geen noemenswaardige verandering in hun leefwijze zal brengen. Hierop antwoordt de redactie d.i. het dage- lijksch bestuur van den vrijz.-dem. bond: Een korting op verleende pensioenen is inderdaad een onaangename maatregel. Een uniforme korting van 17 pet. op alle Indische pensioenen zou bovendien de onbillijkheid met zich brengen, dat niet werd onderscheiden tusschen hen, die onder verschillende pen sioenregelingen vallen. De oud-gepensionneer- den, wier pensioenen reeds veel lager zijn, zouden op deze wijze scherper worden getrof fen dan de anderen. Dit zal in elk geval moe ten worden vermeden. De door inzender in overweging gegeven heffing van de Indisch* kapitalisten mag intusschen als een volkomen onmogelijkheid worden beschouwd. Deze hef fing immers zou dwingen tot realisatie van een deel van het vermogen tegen de afbraak- koersen van thans en volkomen desorganisee- rend werken op het in Indië belegde kapitaal. De heffing op onze Indische kapitalisten heeft zich intusschen reeds op een andere wijze vol trokken. De waarde van hun vermogen is ge daald met minstens 70 pet., en voor zooveel be treft rubberondernemingen e.d. met nog meer. Dividenden uit Indië komen ons land vrijwel niet meer binnen en het inkomen van hen, die hun gelden in Indië hebben belegd, is tot vrij wel niets teruggebracht. Voor de zoo nood zakelijke sluitend making der Indische be* grooting zal de door inzender aangegeven weg dan ook niet kunnen worden gevolgd. DE WIJZIGING DER H. O-WET. In een adres aan de Tweede Kamer stellen de heeren G. J. van Sierenberg de Boer en W. C. Lignac, resp. voorzitter en secretaris van het comité, ingesteld naar aanleiding van het wets ontwerp, houdende wijziging en aanvulling van de hooger onderwijswet, op initiatief van de besturen der Oudersvereenigingen aan het Ly ceum Stokroosplein en aan de 5e Gem. H. B. S. te Den Haag, voor genoemd wetsvoorstel zoo danig te wijzigen, dat a. de collegegelden worden geheven op pro gressieven grondslag gedurende de eerste jaren van de studie b. gedurende het restant van de jaren, waar over de studie volgens vast te stellen norm van duur zal mogen loopen, geen collegegeld zal worden geheven c. daarna (dus voor hen die langer dan den normalen tijd studeeren) een sterkere progressie zal worden ingevoerd d. het aantal jaarlijks per universiteit en per faculteit toe te laten studenten te begrenzen, ter beoordeeling van een commissie van aan neming e. de betaling van collegegelden per kwartaal of per half jaar mogelijk wordt gemaakt f. voor hen, die reeds de Universiteit bezoe ken, billijke overgangsbepalingen worden gege ven, welke worden vastgelegd in de wet, althans in de uitvoeringsvoorschriften. VIJF EN VIJFTIG JAAR PRIESTER. Pater A. Bakker O.E.S.A. te Utrecht herdenkt heden den dag, waarop hij 55 jaar geleden tot priester werd gewijd. Met het oog op den hoogen leeftijd van den jubilaris, zal geenerlei viering naar buiten plaats vinden. Benoeming Promotor Generalis. De Hoogeerw. Pater Martinus Gillet, magister- generaal van de Orde van St. Dominicus, heeft een zijner socii, den Hoogeerw. Pater Thomas Garde benoemd tot Promotor Generalis van de Derde Orde van St. Dominicus. Rome-bedevaart der Ter tiarissen. In verband met het H. Jaar wordt door het Centraal Bureau der Derde Orde van St. Domi nicus te Nijmegen een bedevaart naar Rome ge organiseerd. 1934.eZRif Vaart zal Plaats hebben in Februari ning h;Judeen°rlaetiSdaetienfaltmen bijZ°nd6r neringen verbondon .P aatsen> waaraan herin- Orde van St. Dommig" leven en werk der Siena en Florence. am- ook Bologna, Monument voor mgr. Joannes Zwijsen, dat door den beeldhouwer Toon Dupuis in samenwerking met den architect Bran- des vervaardigd wordt» De enquete van de Nederlandsche Bank. De Nederlandsche Bank N.V. te Amsterdam bericht het volgende: Mede dank zij de welwillende medewerking van een groot aantal particuliere bankinstellin gen, commissionnairs in effecten en kassiers, zijn of worden dezer dagen op ruime schaal formu lieren verspreid tot het doen van opgaven voor de enquete, die door De Nederlandsche Bank wordt ingesteld naar het Nederlandsche bezit aan Duitsche effecten en andere vorderingen op, en belangen in Duitschland. In verband hier mede wordt nogmaals met nadruk gewezen op de wenschelijkheid, dat een ieder die Duitsche fondsen of andere voor aangifte in aanmerking komende vorderingen op, of belangen in Duitsch land heeft, die effecten, vorderingen en/of be langen, met gebruikmaking van de bedoelde for mulieren aan De Nederlandsche Bank opgeeft. Het is duidelijk, dat het bezit van een zoo vol ledig mogelijk overzicht van den omvang en den aard der hier bedoelde activa in hooge mate in het belang kan zijn van stappen, die naar aanleiding van de van Duitsche zijde aangekon digde maatregelen nopens de transfereering van de rente en de aflossing van Duitschlan's bui- tenlandsche schuld, overwogen of gedaan zou den kunnen worden. Het kan dan ook van groot belang zijn, dat De Nederlandsche Bank de na men der Nederlandsche belanghebbenden kent. Zooals reeds eerder werd medegedeeld, zal De Nederlandsche Bank de individueele opgaven als strikt vertrouwelijk beschouwen en behan delen. De hier en daar tot uiting gekomen vrees, als zouden de beschikbaar komende ge gevens op een of andere wijze kunnen worden dienstbaar gemaakt aan andere belangen, welke dan ook, mist allen grond. Op volstfekte geheim houding van de individueele opgaven kan wor den gerekend. De Nederlandsche Bank behoudt zich alleen het recht voor, aan de totale bedra gen (gerangschikt naar de verschillende soorten Z Z Vjf jlngen of belangen, en debiteuren) de DeKendheid te geven, die zij zal noodig achten. Men geve dus voor zoover men het nog met deed ziJh Duitsche effecten, vorderingen en belangen waartoe de enquete zich uitstrekt, zonder aarzeling en liefst zoo spoedig mogelijk aan De Nederlandsche Bank op Formulieren voor de opgave zijn, voor wie deze nog met mochten bezitten, kosteloos ver krijgbaar aan ale kantoren van De Nederland sche Bank. Op telefonische of schriftelijke aan vraag worden zij, desgewenscht, ook franco toe gezonden. Alle kantor envan de Bank zijn voorts gaarne bereid om ieder die dat wenscht, omtrent de invulling der formulieren voor te lichten, of bij de invulling der formulieren behulpzaam te zijn. Vorderingen, die onder de zoogenaamde „Stillhaltung vallen, en vorderingen die recht streeks voortvloeien uit den uitvoer van goede ren naar Duitschland, moeten niet worden op gegeven. Naar aanleiding van het bericht betreffende de Reorganisatie van het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Katholiekendagen deelt men ons mede, dat de Federatie van R. K. Vrouwenbon den in Nederland eveneens reeds heeft vol daan aan het verzoek van het hoofdbestuur van de Nederlandsche Katholiekendagen en dat het bestuur als zijn afgevaardigde in dat hoofd bestuur heeft aangewezen de bondsvoorzitster mevrouw F. Steenberghe—Engeringh. Commissie voor economische belangen gevormd. Op initiatief van de vereeniging „Hollandia" te Berlijn is aldaar een commissie voor econo mische belangen van Nederlanders gevormd, waarin de meeste branches vertegenwoordigd zijn. De commissie hoopt o.a. voor de talrijke in Berlijn gevestigde landgenooten, wier be staan op het oogenblik tengevolge van de crisis bedreigd wordt, nieuwe bronnen van inkom sten te ontdekken en denkt hierbij aan de mo gelijkheid ter zake kundige landgenooten, die zekerheid kunnen stellen, met het beheer van huizen, die in Nederlandsch bezit zijn, te doen belasten. Ook voor de behartiging van andere Nederlandsche belangen, zooals bijv. den afzet van Nederlandsche artikelen hoopt de commis sie nuttig werk te kunnen verrichten. Nadere inlichtingen verstrekt haar secretaris de heer B. Luetkemeijer Berlijn S. 59, Sanderstrasse 24, terwijl het consulaatgeneraal der Nederlanden Berlin W. 10 Rauchstrasse 10 eveneens tot na- 1 dere informatie bereid 8. Mevr. Liesbeth SandersHerzberg als 't Koningskind in Willem Pijper's Hale wijn(Speurder-opname). Het tooneel in de verdrukking. Onze Amsterdamsche muziekreferent schrijft ons Men kent sinds gisterenavond het „sympho- nisch drama" en als ik het zoo mag zeggen, dan heeft het verbazend veel weg gehad van een „ouderwetsch" muziekdrama met een in de ver drukking geraakt tooneel. Pijper is niet de eerste in de rij van compo nisten, die als muziek-dramaticus een stokpaard beklommen en in het zand beten. Hij had op eenvoudiger wijze een opera kunnen schrijven, die de muziek al haar rechten gaf, zonder zich te kwellen met de vraag hoe hij dit op de meest nadrukkelijke wijze kon demonstreeren. Hij had zich daarbij alleen, na met de muziek tot klaarheid te zijn gekomen, behoeven af te vragen, welke eischen het tooneel stelt. De conclusie zou zijn geweest, dat het tooneel een belangrijker taak heeft, dan het „ook visueel waarneembaar" maken van een symphonie. Men zit tenslotte dan toch in de opera, waar men het tooneel ziet en men acht het lichtelijk over bodig als men een tooneel den geheelen avond rustig ziet wachten tot het van tijd tot tijd aan de beurt komt om dan tot uitdrukking te brengen, wat de muziek in hoofdzaak reeds veel volmaakter heeft gezegd. Aldus verging het ons bij dezen Halewijn. Enkele momenten uitgezonderd, bleef het too neel niets anders over, dan ons bewegende beel den te schenken, die telkens weer tot stilstand kwamen tot de muziek haar maten had uitge speeld, waarna zij weer een stapje verder moch ten gaan. Deze miskenning van de functie van het too neel viel te scherper op, omdat de muziek een enorme dramatische kracht heeft, waardoor zij alle aandacht ten volle absorbeerend, het too- neelgebeuren als een storing deed ondervinden. Het valt daarom gemakkelijk Pijper's muziek afzonderlijk te beschouwen en als zoodanig is zij een verrukking voor het oor geworden. Zij munt uit door enorme beheersching van den vorm. Haar volgehouden monothematische bouw verleent haar een eenheid, die heel het drama omvat. Deze monothematiek, welke oppervlak kig gehoord, eenigszins monotoon kan aandoen, is dramatisch een vondst, waarop de componist trotsch mag zijn. Want het evenzeer monothe matische drama, dat zich onafwendbaar op één enkel conflict toespitst, kan niet sober en enkel voudig genoeg door de muziek benaderd wor den. En deze. muziek richt zich binnen een streng omlijstend raam met feillooze zekerheid, met een onstuimige stuwkracht op haar doel; zij trekt ons met niets ontziende vaart in het hart van het conflict. Daar is van de eerste noot af de ongewisse dreiging Halewijn, zijn legendarische existentie hangt als een onnaspeurlijk, maar altijd voel baar aanwezig noodlot over deze partituur. Daar is geen noot, die om de zaak heenpraat, daar is geen wending in de muziek, die niet op Halewijn aantrekt. Zelfs als de librettiste den componist noodzaakt het Koningskind, op het punt de groote reis aan te vangen, te laten dwingen en zeuren tegen den stalknecht, als een verwend nest, vindt Pijper zelfs een van zijn beste, het meest direct illustreerende dra matische momenten in het gespannen rhythme van een galoppeerend paard. Altijd binnen het zelfde strakke kader vindt Pijper schier einde- looze schakeeringen. In de Halewijn-scènes kan de muziek met bijtende wreedheid in scherpen, doch niet sner penden koperklank op zwaar deinenden cadans uit de nevels losbreken, zij vindt momenten van sterk bewogen, voorname melodie, doch als zij na al deze pracht ontwikkeld te hebben tot het hoogtepunt van het conflict komt, als het Ko ningskind achter de schermen Halewijn's hoofd afslaat, neemt de muziek af om als het Konings kind met het afgeslagen hoofd verschijnt, in een enkel pianissimo-accoord van de strijkers, als in een onwillekeurige huivering tot zwijgen te komen. Dit is een van de zeldzame momenten, waarop Pijper den schakel tusschen het tooneel en de muziek met meesterhand legt. Voor het overige blijft het tooneel vrijwel buiten de dramatiek. We moeten Pijper echter gelukwenschen met deze partituur, waarin hij stylistisch schijnbaar een stap terugdoende naar het impressionisme, met vrij geavanceerde harmonische splitsingen een bezonken evenwicht en een meesterschap over de realiseering bereikt, die in de heden- daagsche Nederlandsche muziek, althans in wer ken van grooten opzet, nog vrijwel uniek is. Het is dus des te meer te betreuren, dat men naast Pijper een zoo onmachtige librettiste plaatste als Emmy van Lokhorst zich hier toon de. Het gaat u aan het hart, wanneer ge door den prachtigen tekst van den oorspronkelijken Halewijn zulk een serie gemeenplaatsen en ba naliteiten gemengd ziet. Daarbij is dit libretto wijdloopig, verliest het zich in niet ter zake doende bijkomstigheden en is het zeer van mu zikaliteit gespeend. Men moet er echter zoowel den componist als de librettiste een verwijt van maken, dat zij gemeend hebben aan den Halewijn een modernistische „uitlegging" te moeten geven, waardoor Halewijn het symbool van het instinct en het Koningskind een symbool van de rede moest worden, maar waardoor geen van beiden menschen bleven, terwijl het heele geval er nogal bedenkelijk kwam uit te zien. Wat de uitvoering betreft, stond Johan de Meester als regisseur stellig voor de moeilijkste taak. Hij heeft haar handig opgelost door de symboliek maar te laten voor wat zij was en het spel in een zeer suggestief decor te plaatsen, waarin hij hoofdzakelijk de poëtische sfeer van het Halewijn-gedicht liet heerschen. Bij zijn opvatting paste zich het best aan Liesbet San- ders-Herzberg als het Koningskind, die een ontroerend zuivere houding en treffend stil spel gaf, waarbij haar muzikale dictie zich als derde factor voegde om deze rol tot een voortreffelijke creatie te maken. Rest ons tenslotte Pierre Monteux, die, zooals de zaken nu eenmaal stonden, uiteraard de dankbaarste, maar tevens een buitengewoon moeilijke taak had. Als dit nog noodig ware, is deze minutieus afgestemde van heel den rijk dom en den gaven bouw van deze partituur partij trekkende verklanking een nieuw bewijs voor Monteux' superieure muzikaliteit. Daarbij is Monteux niet weinig geholpen door het Utrechtsch Stedelijk Orchest, dat zich een ensemble van den eersten rang toonde, met een discipline ook als ensemble, welke voor een opera-orkest juist eerste vereischte is. Tenslotte aan allen (niet het minst ook aan het fraai klinkende koor, door den componist zeer terecht in het orkest opgesteld) onze hulde voor de toewijding, waarmede zij deze belangrijke op voering tot stand hebben gebracht. De S. D. A. P. spreke zich uit. Een zevental stellingen. In zijn bij de uitgevers W. J. Thieme Co. te Zutphen verschenen brochure, getiteld: „Ter oriënteering naar aanleiding van enkele vra gen van democratie" poneert mr. J. E. W. Duys, Sociaal-democratisch lid van de Tweede Ka mer, de volgende zeven stellingen 1. De partij spreke zich duidelijk en klaar uit, dat onder geen enkele voorwaarde ooit van eenige samenwerking, verstandhouding, „eenheidsfront" of wat dan ook met de com munisten sprake kan en zal zijn. 2. De partij stelle een onderzoek in naar de vraag of de communisten niet onder zoodanigen invloed (resp. bevelen) staan van een buiten- landsche mogendheid (Rusland), dat zij daar door in een Nederlandsch Parlement eigenlijk niet kunnen worden getolereerd, tenzij duide lijk kome vast te staan, dat zij eiken band, zoo wel direct als indirect met dien buitenlandschen Staat hebben verbroken en Nederlandsche volksvertegenwoordigers zijn, in staat in volle onafhankelijkheid van buitenlandsche Mogend heden, Nederlandsche belangen te behartigen. 3. De S.D.A.P. spreke het duidelijk uit en brenge practisch haar optreden daarmede in overeenstemming dat zij tegenover het Konings huis in Nederland inneemt hetzelfde loyale standpunt als de zuster-partijen in Engeland, Denemarken, Zweden, enz. 4. De S.-D. partij spreke zich duidelijk en klaar uit hierover, dat zij haar doel niet anders dan met wettige middelen wenscht te bereiken en zich volkomen stelt op den bodem der Lega liteit. 5. De S.-D. partij spreke zich eveneens klaar en onomwonden uit, dat zij het wettig gezag steeds wenscht te eerbiedigen, zulks onder geen enkel ander voorbehoud, dan zooals ook van zelfsprekend ieder (ook b.v. de Anti-Revolu tionaire Partij en alle burgerlijke partijen) natuurlijk maakt. 6. De S.-D. partij verklare uitdrukkelijk, dat wanneer ons land in gevaar mocht komen, zij onvoorwaardelijk achter de Regeering staat wanneer het er om gaat die gevaren van ons land af te weren of tot een minimum te be perken. Elke gedachte aan sabotage van mobili satie of handelingen van dergelijken aard, wan neer een oorlog, ondanks al onze pogingen om dien te keeren, eenmaal een feit is geworden, worden door haar onherroepelijk en met den meesten nadruk veroordeeld. 7. De partij benoeme een commissie, ten einde te onderzoeken, of, gegeven de veranderde in ternationale omstandigheden, het standpunt van eenzijdige ontwapening nog wel juist mag wor den genoemd. VIERDE KATHOLIEKE ONDEHWIJZERSDAG TE LEIDEN- Dinsdag heeft te Leiden de vierde Katholieke Onderwijzersdag plaats gehad, georganiseerd door de afdeeling Leiden en Hillegom ep om streken der St. Augustinusvereeniging, dioce sane vereeniging van R.K. onderwijzers en onderwijzeressen in het bisdom Haarlem. Deze dag werd begonnen met een gezongen H. Mis in de St. Jozefskerk aan den Heeren singel, te half tien opgedragen door den zeer- eerw. heer K. F. Elsenbroek, adviseur der afd. Hillegom. Zeer vele leden der beide afdeelingen woonden deze H. Mis bij. Te kwart voor elf begon in de Stadsgehoor zaal de ochtendvergadering, welke zich in een buitengewoon drukke opkomst mocht ver heugen. De voorzitter van het Comité voor dezen Onderwijzersdag de heer R. J. J. Heirman uit Hillegom, opende deze bijeenkomst. Verschil lende eerw. geestelijken waren onder de aan wezigen. Ook mr. Tepe, wethouder van Onder wijs der gemeente Leiden was tegenwoordig. Na het openingswoord van den voorzitter, sprak pater de Greeve over het Americanisme in de zedelijkheid en bepaalde zich tot eenige symptomen daarvan. Samenvattend zegt spr. dat er een over de geheele wereld losbrekende sexualiteit en sexueele nood heerscht en 'n cultuur, die zuiver ingesteld is op zakelijkheid en succes met de uiteindelijke bedoeling en het bijna onfeilbaar volgend succes, dat de christelijke moraal tot in den wortel wordt uitgeroeid. Na de pauze behandelde spr. hetgeen ons te doen staat om die kwaal te bestrijden. Met een dankwoord van den voorzitter tot pater de Greeve werd de ochtendbijeenkomst gesloten. Te half drie werd de middagbijeenkomst in de stadsgehoorzaal geopend. Begonnen werd met een drietal zangnummers door een jongenskoor onder leiding van den heer W. P. Braun. Daarna was het woord aan „Sapiens"* die een inleiding hield over „De IJszee en «iet land van de Middernachtzon" aan de hand van een serie lichtbeelden. Nadat de heer de Boer namens het hoofdbe- s uur noS een enkel woord gesproken had, s oot de heer Heirman den onderwijzersdag met den Chr. groet. PRINSES JULIANA OPENT DE LINGE-BRUG. Mr. D. FOCK 75 JAAR. at^'t OU(l-gouverneur-generaal van fq s' 7- r Eerste Kamer, zal Maandag 19 dezer den 75-jarigen leeftijd bereiken. Op zijn verzoek zal deze dag zooveel mogelijk onopgemerkt voorbijgaan. Mr. Fock zal daarom ook dien dag met in Den Haag, doch bij familie ui het fcUUenland doorbrengen, Nieuwe verbinding Geldennalsen-Buren. Het kleine plaatsje Geldermalsen In het mid den van de mooie Betuwe waar de kersen reeds kleur beginnen te krijgen, was gistermorgen ge heel en al in feeststemming. De geheele be volking was op de been voor de ontvangst van LI. K. H. Prinses Juliana, die de nieuwe brug over de Linge zou komen openen, de nieuwe brug, die een meer doeltreffende verbinding tot stand brengt tusschen Geldermalsen en Buren. Op het Marktplein stond de bevolking opge steld toen H. K. H. in gezelschap van Ba ronesse Bentinck en Baron Baud over de oude brug over de Linge passeerde en het dorp na derde. Aan de brug waren de Commissaris der Koningin in de provincie Gelderland mr. S. baron van Heemstra en de burgemeester van Geldermalsen de heer F. Roozeveld van der Ven ter begroeting aanwezig. Toen de Prinses was begroet, reden de hooge gasten onder de toejuichingen der bewoners naar het Markt plein, waar een oogenblik werd halt gehouden om de hulde in ontvangst te nemen van de schoolkinderen. Voorafgegaan en gevolgd door een stoet van ruiters van de rij vereeniging „Ons Genoegen" onder leiding van den heer Joosse, ging de stoet van auto's vervolgens naar de nieuwe brug, waar zich inmiddels ook een drom menschen' had opgesteld. Hier nam de burgemeester het woord. Spr. wees vooreerst op de genegenheid der be volking van deze streken voor het Koninklijk Huis en zette vervolgens uiteen hoe belangrijk de bouw van deze brug is, waar zij een doel treffende verbinding vormt tusschen de door de Linge gescheiden gedeelten van de Betuwe! Nadat aan de Prinses een schaar was aan geboden, knipte zij het lint door dat over de Brug was gespannen. Terwijl de muziek eenige vroolijke wijzen hooren deed, liet de Prinses het gemeentebestuur en enkele andere perso nen aan zich voorstellen. Geruimen tijd onder hield zij zich ook met den gemeentearchitect, onder wiens leiding deze brug tot stand was gekomen, den heer Erkom. Vervolgens nam de burgemeester afscheid van de Prinses, die hem verzocht aan de be volking haar dank over te brengen voor de spontane ontvangst die haar ten deel was ge vallen. Hierna zette haar auto, wederom voor afgegaan door de ruiters, zich in beweging. Aan de overzijde van de brug werd de Prin ses opgewacht door den loco-burgemeester van Buren, den heer van Stenis. In Buren bracht de Prinses vervolgens een bezoek aan het bekende weeshuis, gesticht door Prinses Maria van Oranje Nassau, gravin van Buren en dochter van Willem den Zwijger, en aan de Ned. Her vormde Kerk aldaar, waar zich de graftombe van deze prinses bevindt. Het bestuur vergadert. De soc.-dem. pers deelt mee, dat 't bestuur der S. D. A. P. Zaterdag te Amsterdam vergaderde. De voorzitter, J. Oudegeest, die in Januari jX het voornemen had kenbaar gemaakt om tegen het partijcongres van 1934 af te treden, deelde mee, dat hij, in verband met de ernstige tijds omstandigheden en de belangrijke vraagstuk ken, die er aan de orde zijn, op zijn voornemen is teruggekomen. Voortgezet werd de reeds vroeger aangevan gen bespreking over de oorzaken van den teruggang van het stemmenaantal der partij bij de jongste verkiezingen; de materieele en moreele gevolgen van den langen duur en de in de partij opkomende vraag, of een nieuwe oriënteering voor de partij noodzakelijk is. De discussie leidde tot het besluit een com missie in te stellen, die zal nagaan, of en zoo ja welke wijzigingen noodig zijn in programs, resoluties en tactiek der partij. Deze commissie zal zoo worden samengesteld, dat zij een veel zijdige behandeling der problemen waarborgt. Zij zal zoo spoedig mogelijk en uiterlijk in Sep tember uitvoerig aan het partijbestuur rappor teeren. Het partijbestuur zal, na behandeling in eigen kring, het rapport met eventueele voor stellen of conclusies publiceeren en in de partij ter discussie en ter amendeering aan de orde stellen. Een vervroegd partijcongres kan dan eventueel de noodige beslissingen nemen. Omdat de uitgaven voor politieke vluchtelin gen uit de gewone middelen der partij niet kun nen worden bestreden, zal een buitengewone maandelijksche heffing aan de leden der S. D. A. P. worden opgelegd. Bij alle drogisten. jffe'.c. Reel. 7323-5 een socialistische maatschappij; wij moeten dit ronduit erkennen. Gebeurt dit, dan kan over de wijze, waarop dat gezag gehandhaafd moet worden, zakelijk worden gediscussieerd. 3. Eerbied voor den godsdienst. Onze par tij eischt die onvoorwaardelijk en toch zijn er altijd nog weer schrijvers en sprekers, die, als zij voor de partij op stap zijn, godsdienstigen van allerlei richting, misschien onbewust, weten te kwetsen, althans onzen tegenstanders wape nen in de hand te doen om ons als godsdienst belagers voor te stellen. Ook daartegen dient krachtig stelling te worden genomen. Opbouwend, practisch werk doen in de open- bare lichamen, waarbij wij zeker in dezen tijd van minder financieele mogelijkheden meer dan eens een stap terug moeten doen en ook doen. Maar daarbij mag dan m.i. ook niet bij voorbaat een of meer onderdeelen van het werk voor „taboe" worden verklaard en als het ware „bevriezen". Dit handicapt ons in hooge mate en zal beteekenen, dat wij uit eindelijk niet slechts een of meer stappen terug zullen moeten doen, doch gedwongen zullen worden van de plaats, welke wij de laatste jaren hebben ingenomen voor wat onze algemeene positie betreft op „Der Weg zurück". Wij bediscussieeren nu deze dingen niet, maar ze registreeren lijkt ons belangrijk, want er openbaart zich hier een streven, dat wij waardeeren, omdat de verwerkelijking ervan tot heil kan strekken van ons heele volk. Al leen de overtuiging, dat allen hoe ook onder ling verschillend, zelfs op wezenlijke punten het beste voor de gemeenschap willen bereiken en dit onvoorwaardelijk langs den wettigen weg, kan leiden tot zulk een samenwerking van alle krachten, als heel ons volk in dezen barren tijd behoeft. In het Handelsblad verscheen onlangs een stuk van een hoofdonderwijzer, die veront waardigd melding maakte van een eigenge- maakten brief van een leerling, waaruit de onderwijzer concludeerde, dat er iets haperde aan de opvoeding van de A. J. C. „Het Volk" schrijft naar aanleiding daarvan: Wij hebben er op gewezen, dat de A. J. C. de jongeren tot 16 jaar zorgvuldig buiten de Mei-betooging houdt en de opstelschrijver dus onmogelijk A.J.C.-er kan zijn, maar onder communistisch of dergelijk commando betoogd moet hebben. 4 Deze tegenspraak was ons ontgaan; wij stel len er prijs op, daarvan alsnog melding te ma ken, al lijkt zij ons niet bijzonder sterk. De leuzen, die de verontwaardiging van den hoofd onderwijzer gaande maakten, heeft de jongen in kwestie helaas!, wel degelijk kunnen hooren bij gelegenheid van een groote protestbetooging van de S. D. A. P. Daarvoor behoefde hij niet onder communis tisch commando te hebben betoogd! Der Weg zurück? Het Geldersche Statenlid, de heer A. van Geurs schrijft in de „Sociaal-Democraat" van 10 Juni, dat de S. D. A. P. er goed aan zal doen op gewichtige punten haar tactiek te herzien, omdat deze „vaak aanleiding kan geven en geeft tot misverstand en verwijdering". 1. Het democratische karakter onzer partij. Terwijl geen enkele partij zoo zeer de democra tie behoeft en nastreeft als de onze, geven we ons telkens allures van revolutionnair te zijn. Wij zijn slechts in afwijking van andere, ook burgerlijke partijen in zooverre revolution nair, dat wij het productiestelsel willen wij zigen in een socialistisch. Wij streven dit na langs volkomen wettelijken weg, waartegen niemand bezwaar zal hebben. Echter telkens geven wij onzen tegenstanders gelegenheid om ons voor te stellen als „revolutionnair", zooals de volksmond dat verstaat n.l. nastre vende „moord en doodslag". Dit komt, omdat er nog altijd zijn, die vertrouwen daarmede de onderste lagen der bevolking voor ons te kunnen winnen en dan met dikke woorden, practisch gesproken, drijven in de richting van „hara-kiri". Ik vind, dat wij zelfs internatio naal minder revolutionnair zijn dan welke andere partij ook en goed doen deze allures van schijnbare gewichtigheid op te bergen. 2. De gezagskwestie. Door een schijnbare weifeling in het begin hebben wij onzen poli- tieken tegenstanders gelegenheid gegeven ons na de muiterij op de „De Zeven Provinciën" voor gezagsondermijners uit te maken en ge ven wij Deckers gelegenheid allerlei maatrege len tegen ons in het leven te roepen. Men kan het optreden van Deckers nog zoo sterk ver- oordeelen en ik doe dat, omdat ik van mee ning ben, dat hij het gezag, dat gelijk moet staan met ontzag en niet met uitingen van macht een slechten dienst bewijst ons wei felen gaf hem gereede aanleiding om een deel onzer beweging en als het aan hem ligt geheel onze beweging buiten de volksgemeenschap te plaatsen. Welnu, gezag mqet er zijn, ook in (Vervolg tweede dag.) De afgevaardigde van groep 6 (ambtenaren warenkeuringsdienst) deelde mede, dat a.s. Za terdag in hotel Central te 's-Bosch een ver gadering van deze groep zal worden gehouden ter bespreking van de aangekondigde salaris verlaging voor de ambtenaren bij dezen dienst. Dezelfde afgevaardigde stelde voor op den derden Dinsdag in September ten tijde van de voorlezing van de troonrede, een massale actie in samenwerking met de andere organisaties van Overheidspersoneel te ontplooien om te protesteeren tegen het feit, dat de ambtenaren steeds weer de eerste slachtoffers zijn van de bezuiniging. Van de zijde van de bestuurstafel werd ten sterkste ontraden aan deze actie mede te doen. Hierna werd gepauzeerd voor het gebruiken van de lundh. In de namiddagzitting en slotvergadering werd eerst met gesloten deuren een huishou delijke bespreking gehouden, over de reorgani satie van het secretariaat van den Bond. Als resultaat dezer bespreking werd besloten de functie van secretaris en penningmeester niet te scheiden. Om circa 3 uur werd de openbare congres- vergadering heropend. De voorzitter beant woordde de verschillende sprekers. Naar aanleiding van de desbetreffende op merking van den afgev. van groep 3 (belasting ambtenaren) deelde de voorzitter mede, dat het Hoofdbestuur zich bij het opnemen in het orgaan van het artikel „Politieke Plicht" heeft laten leiden door de vermaningen ten dezen van de Bisschoppen alsmede door de overtuiging, dat alleen van de R.K. S.P. iets is te verwach ten. Spr. achtte het intusschen ook veel beter, dat de organisatie zich buiten de politiek houdt en dat dergelijke artikelen voortaan uit het orgaan blijven. De opgeworpen financieele bezwaren werden verwezen naar de financieele commissie. Bij de replieken deelde de afgevaardigde van Hilversum mede, dat als een volgenden keer wederom zooveel tijd wordt zoek gebracht met debatten over verslagen, bestuursbeleid enz., zijn afdeeling als protest van het congres zal wegblijven. Een voorstel Eindhoven om de contributie per maand en per lid met 4 cent te verhoogen, om zoodoende het jaarboek gratis aan de leden te kunnen verschaffen werd verworpen met 92 tegen 54 stemmen. Hulde werd gebracht aan de redactie van het orgaan voor den door haar gepresteerden ar beid. Bestuursverkiezing De aftredende bestuursleden de heeren F. Clement, A. Conijn, mr. P. Kallen en A. Fort- gens werden bij acclamatie herkozen; als nieuw hoofdbestuurslid werd bij enkele can- didaatstelling de heer J. v. d. Donk 's-Bosch benoemd. Als plaats voor de volgende jaarvergadering werd Nijmegen aangewezen. Op grond van een verklaring van het Doorluchtig Episcopaat in zake verbod van aansluiting bij het R.K. Werk liedenverbond werd deze kwestie als afgedaan beschouwd. Heerlen stelde voor, dat het hoofdbestuur, zal ijveren voor de instelling van een zieken fonds door het Rijk, zooals dat bij verschillende gemeenten reeds bestaat en dat zeer goed vol doet. Het hoofdbestuur zal het gunstige tijdstip af wachten, waarop actie in dezen kan worden ontplooid. Een voorstel van dezelfde afdeeling tot streeksgewijze herziening van de classificatie der gemeenten werd afgewezen. Verkiezing alg. voorzitter. Na stemming en herstemming werd tot al gemeen voorzitter der A.R.K.A. gekozen de heer Dr. J. C. M. Sweens, hoofdcommissies redacteur ter gemeente-secretarie te Nijmegen. De heer Sweens vereenigde 87 stemmen op zich, terwijl op Dr. J. v. Dael, Amsterdam 54 stemmen werden uitgebracht. Dr. Sweens verklaarde zijn benoeming te aanvaarden. Na afhandeling van enkele huishoudelijke zaken, werd het congres hierop om circa 6 uur gesloten. BUITENZORG, 14 JunL (ANETA). De telefoondienst MakassarJava zal op 1 Juni a.s. worden opengesteld. Makassar zal ook worden opgenomen in het verkeer met Neder land. De proefgesprekken welke reeds plaats had den, zijn geslaagd. INKRIMPING STROOCARTGN-INDUSTRIE De directie van de stroocartonfabriek De Dol- Iard te Nieuweschans heeft aan het personeel bekend gemaakt dat de productie met ingang van 3 Juli a.s. met een vierde deel wordt inge krompen. Op dien datum wordt n.l. de fabriek een week stopgezet, hetgeen in den vervolge steeds na drie weken werken zal worden her haald.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 3