rVERDODEn
DEUR
juk
50 35 20
SPORT EN SPEI,
LUCHTVAART,
WOENSDAG 5 JULI 1933
RADIO-PROGRAMMA
imsi
mmmm
WWmm
RADIO-BERICHTEN
„DE HOLLANDSCHE MOLEN".
VOETBAL IN HET BUITENLAND-
TOUR DE FRANCE.
NU goedkooper!'
EEN FRANSCHE ES QUADRILLE-
VLUCHT.
Met 25 vliegtuigen naar de
Fransche koloniën.
HOOGTERECORD LUCHTBALLONS.
MARKTBERICHTEN.
'Avonturen roman naar het Engelsch
van
E. CHARLES VIVIAN.
DONDERDAG 6 JULI.
HUIZEN (296 M., 1013 K. H.) 89.15 K.R.O.;
10 00 N.C.R.V.; 11.00 K.R.O.; 2—11.30 N.C.R.V.
8.00 Gramofoonpl.; 10.15 Evang. morgendienst;
1100 Gramofoonpl., „Musica Catholica"; 11.30
Godsdienstig halfuurtje; 12.00 Politieberichten;
12.15 K.R.O.-orkest o.a. „Dance of the Merry
Mascots", „Eine Soirée bei Liszt", Urbach; 2.00
Handwerkcursus; 3.00 Gramofoonpl.; 3.30 Pauze,
4.00 Bijbellezing; 5.00 Cursus handenarbeid; 5.30
Liederenrecital, o.a. liederen uit Tannhauser en
Lohengrin; 6.45 E.N.S.A.I.D.-cursus; 7.00 Politie
berichten; 7.15 Causerie; 7.30 Politiek overzicht;
8.00 Orkest met orgel, o.a. Suite voor orgel en
strijkorkest, Blaauw; 9.00 Lezing; 9.30 Vervolg
concert, o.a. Adagio cantabile, Tartini; 10.00 Vaz
Dias; 10.30—11.30 Gramofoonpl.
HILVERSUM (1875 M., 160 K. H.) A.V.R.O.-
uitzending. 8—10 en 10.15—10.30 Gramofoonpl.;
10.30—11 Solistenconcert, piano en zang, o.a.
Aria uit „La Tosca", Puccini; 11.00 Knipcursus;
11.30 Vervolg solistenconcert; 12.00 Tijdsein, om
roeporkest, o.a. ged. uit de opera „Eugen
Onegin", Tschaikowsky; 2.15 Pauze; 2.30 Gra
mofoonpl., voordracht; 3.30 Gramofoonpl.; 4.U0
Voor zieken en ouden van dagen; 4.30 Zangvoor
dracht; 5.Radiotooneel; 5.40 Omroeporkest;
6.30 Sportpraatje; 7100 Omroeporkest, o.a.
Marschpotpourri „VoorwaartsMarsch Ciere
7.30 Causerie over „Circus"; 8.00 Vaz Dias; &.15
Concertgebouworkest uit „Tivoli" te Utrecht
met medew. van Gitta Alpai, sopraan, o.a. Aaria
uit „La Traviata", Verdi; 10.30 Gramofoonpl.;
11.00 Vaz Dias; 11.10—12 Dansmuziek.
DAVENTRY (1554 M., 193 K. H.) 10.50 Tijdsein
en berichten; 11.05—11.20 Causerie over „De
week in West"; 12.20 Orkestconcert, o.a. Ameri-
kaansche nationale liederen, Tobani; 1.35 Gra
mofoonpl.; 2.35 Schotsch Studio-orkest, o.a. ouv.
„Le Cheval de bronze", Auber; 3.20 Godsdienst
oefening uit de Westminster Abdij; 4.05 Sted.
orkest van Buxton, o.a. „Le Cygne", St. Saëns;
5.05 Northern Studio-orl*st, o.a. Romance, op.
44 no. 1, Rubinstein; 5.3||Kinderuur; 6.20 Tijd
sein en berichten; 6.50 Spaansche muziek; 8.20
Radio Militair orkest, o.a. Fantasie over studen
tenliederen, Douglas; 9.20 Berichten; 9.40 Toe
ristenpraatje; 9.55 Concert met solisten, bariton
en clavecimbel, o.a. Dans voor Cembalo, Delius;
11.0512.20 Dansmuziek.
PARIJS (Radio-Paris 1724 M., 174 K. H.) 8.05
en 12.50 Gramofoonpl.; 5.05 Concert uit het
Amerik. Conservatorium te Fontainebleau, o.a.
kwartet in f, Raevl; 7.30 en 8.20 Gramofoonpl.
KALUNDBORG (1153 M., 260 K. H.) 12.20—2.20
Concert; 3.35 Gramofoonpl.; 4.35 Liederenrecital;
4.55 Declamatie; 5.205.55 Gramofoonpl.; 8.20
Tijdsein, omroeporkest, SchubertStrauss con
cert, o.a. ouv. „Die Fledermaus", Strauss, ouv.
in B, Schubert; 10.10 Gramofoonpl.; 10.4011.25
Omroeporkest. Klassieke balletmuziek, o.a
framg. uit „Les petits riens", Mozart.
LANGENBERG (473 M., 634 K. H.) 6.20 Gra
mofoonpl.; 7.20 Concert door de S. A. Standarten
Kapelle, o.a. ouv. „Wallensteins Lager", Kerling;
8.20 en 10.20 Berichten; 10.05 Gymnastiek; 10.25
Voor de werkloozen; 11.30 Voor de scholen; 12.20
Concert uit München; 1.20 Concert, o.a. Hongaar-
sche dansen 1, 3 en 7, Brahms; 3.20 Voor de kin
deren; 4.50 Concert door stafmuziek (Instr. Bat.
16 R. I.) o.a. Deutscher Sang, potpourri v. Hane
mann; 7.20 Rkijsuitzending, concert uit den dom
van Passan; 8.20 Berichten en Paul Keller-her
denking; 9.20 Dansmuziek; 10.20 Berichten; 10.50
—12.20 Dansmuziek door het omroeporkest.
ROME (441 M., 680 K. H.) 5.50—6.35 solisten
concert; 8.50 „Sly" opera van Wolf, Terrari.
BRUSSEL (338 M., 887 K. H.) 12.20 Omroep
kleinorkest voor den K.V.R.O., o.a. Marche
Orientate, Granados: 1.20 Gramofoonpl.; 5.20
Radio-syrriphonie-orkest; 6.05 Kinderuurtje; 6.50
Omroepkleinorkest voor de dames; 7.35 Causerie
over het Apostolaat des Gebeds; 7.50 Causerie
voor de vrouw en het gezin; 8.20 Radio-sympho-
nie-orkest, o.a. Walkiirenrit, Wagner; 9.05 Cau
serie over rozen in den tuin; 9.20 Zangvcor-
dracht; 9.35 Gramofoonpl.; 10.15 Avondgebed;
10.20 Gramofoonpl.
(509 M., 590 K. H.) 12.20 Gramofoonpl.; 1.20
Omroepkleinorkest, o.a. Serenade, Desprez; 5.20
Gramofoonpl.; 5.50 Kinderuurtje; 6.20 Causerie
over kunst in onze woning; 6.35 en 7.50 Gramo
foonpl.; 9.20 Mandolineconcert, o.a. fant. „Les
Saltimbanques", Ganne; 10.20 Dansmuziek.
KöNIGSWUSTERHAUSEN (1635 M., 183.5 K,
H.) 6.35 Concert; 8.55—9.20 Gymnastiek; 12.20 en
2.05 Gramofoonpl.; 4.20 Concert uit Könisberg:
5.55 Hedendaagsche muziek; 7.20 Zie Langenberg:
8.20 Gramofoonpl.; 9.40 Populair concert; 11.20
12.20 Concert.
LUXEMBURG (1191 M., 252 K. H.) Duitsche
6vond; 7.20 Gevar. muziek; 7.50 Voor de kinde
ren; 8.Weerbericht; 8.05 Concert, der Rosen-
kavalier, Strauss. Brandenburgsch concert no. 2
in f majeur, J. S. Bach; 8.50 Duitsche liederen
Overste van Santen brengt het eere-saluut
voor het monument der gevallen kamera
den bij het 20-jarig bestaansfeest der mil.
Luchtvaartafdeeling Soesterberg.
9.10 Berichten (Fransch); 9.35 Gevar. muziek;
10.05 Berichten (Duitsch); 10.15 Dansmuziek.
ROTTERDAM (gem. radio-distributie). Pro
gramma 1: Hilversum.
Programma 2: Huizen.
Programma 3: 8.00 Langenberg; 8.55 Königs-
wusterhausen; pl.m. 10.05 Langenberg; 12.20 Pa
rijs R.; 2.20 Londen R.; 3.20 Langenberg; 3.35 Ka-
lundborg; 4.20 Königswusterhausen; pl.m. 4.50
Langenberg; 6.05 Brussel (338 M.); 7.20 Königs
wusterhausen; pl.m. 10.30 Brussel (509 M.); 11.20
Königswusterhausen.
Programma 4: 8.05 Parijs R.; 10.05 Königswus
terhausen; 10.35 en 12.20 Daventry; 5.05 Parijs
R.; 6.40 Daventry; pl.m. 9.35 Londen R.; pl.m.
9.55 Daventry.
DONDERDAG.
Van 11 tot 11.30 uur hooren wij door Huizen
„Missa de Angelis" klinken.
Motala geeft door het omroeporkest de
ouverture Carmen van Bizet en de Habenera
en Seguidilla uit de eerste acte. De ouverture-
muziek behoeft weinig commentaar; ze spran
kelt zóó levendig en spreekt zoo onmiddellijk,
dat ieder ze verstaat.
De instrumentatie is voor strijkers, harpen,
groote trom en bekkens, triangel, pauken,
bazuinen, hoorns, trompetten, fagotten, klari
netten (in a), hobo's, fluiten en piccolo.
Verrassend klinkt het middendeel met het
bekende onderstaand motief voor de strijkers,
begeleid door trompetten en bazuinen: (men
leze de noten van de bovenste balk 3 tonen
lager, terwijl de bazuinen normaal op hoogte
staan, in de tenor-sleutel).
De Habanera (een dansvorm uit Cuba af
komstig) doet op een tango-achtig motief in
de violoncellen, een chromatisch dalende, lok
kende melodie hooren door lichte pizzicati van
violen ondersteund. Dit couplet herhaalt zich
met steeds sterker en rijker wordende in
strumentatie.
De Seguidilla van vloeiender en sneller
danskarakter dan de Habanera (in drieën) zet
in met een fluitsolo op een fond van strijkers.
De meest oorspronkelijke wendingen van
tonaliteit kan men in het verloop dezer melo-
diek, ook in de zangpartij, waarnemen. Men
hoort duidelijk een zigeuner-karakter in de
opeenvolging (fis, gis, ais, b, cis, d, e, d, cis,
b, a, g). Het stuk vormt een volkomen zelf
standigheid in het verloop van dit drama,
vlak vóór de Finale van het eerste bedrijf.
Een drijvend radio-station.
In verband met de strenge bepalingen van de
Amerikaansche Radio-controlecommissie heeft,
een groep zakenlui uit Los Angelos besloten om
even buiten de territoriale wateren der Ver-
eenigde Staten een drijvend 10 Kilowatt radio
station in gebruik te nemen. Het schip zal onder
Midden-Amerikaansche vlag varen en speciaal
ten doel hebben reclame-uitzendingen te ver
zorgen, hetgeen via de Amerikaansche zenders
verboden is.
Vele molens behouden, andere bedreigd.
Gistermiddag is in het gebouw van de Vrij
willige Burgerwacht te Amsterdam de alge-
meene ledenvergadering gehouden van de Ver-
eeniging „de Hollandsche Molen".
Op 15 Mei j.l. bestond de vereeniging tien
jaar. De feestelijke herdenkingsvergadering zal
eerst in Maart 1934 gehouden worden, in ver
band met de Heemschut-tentoonstelling die in
die maand in het Koloniaal Instituut wordt ge
organiseerd.
In de hedenmiddag gehouden vergadering
heeft de secretaris het jaarverslag uitgebracht.
Uit dit zeer uitvoerige en goed gedocumen
teerde verslag stippen wij de volgende bijzon
derheden aan:
Sinds de laatste vergadering heeft de ver
eeniging geijverd voor het behoud en de ver
betering van niet minder dan honderd vijftig
molens. Korenmolens vormden hiervan verre
weg de meerderheid. De stroomlijnwieken wer
den op veel grootere schaal toegepast dan tot
dusverre
Mede door den steun van de vereeniging wer
den hersteld de molens te Schoorl, Oterleek,
Monnikendam, St. Maartensdijk, Scherpenisse,
Hoedekenskerke, Middelbeers, Bavel, Kerk-
driel, Hierden, Zoelen, Snippeling, Lattrop,
Wedde, Woltersum, Oudeschip, Kruiningen, en
Persingen.
Voorts is besloten tot herstel van de molens
te IJsselmonde, Puttershoek, Schildwolde, Son
en Wageningen, terwijl dit wordt overwogen
voor de molens te Nocrdhorn, en Noordbroek.
Hoewel buiten bedrijf bleven de molens „Het
jonge schaap" te Zaandam, de korenmolen
te Berkel en de standaardmolen te St. Anthonis
voorloopig nog gespaard.
Vele molens werden dit jaar voorzien van
stroomlijnwieken. In Juni 1932 waagde zich de
eerste pelmolenaar aan deze verbetering en
wel P. Broekema te Stedum. De resultaten wa
ren verrassend. Na Stedum begon een ware
zegetocht der stroomlijnwieken door de pro
vincie Groningen. Ook in andere provincies zijn
verschillende molens thans met stroomlijnwie
ken toegerust.
Acht en vijftig molens konden in totaal ge
red worden. Twee en twintig werden van
stroomlijnwieken voorzien.
Dat er echter ook verliezen waren te boeken
zal niemand verwonderen. De molens, die in
het verslag onder de rubriek „verloren molens"
worden genoemd zijn niet reeds allen van den
aardbodem verdwenen, doch het werken is hun
ontzegd en als zoodanig zijn zij dus verloren.
De rubriek „bedreigde molens" bevat onge
veer zestig stuks, waarvan er verschillende
doen hopen, dat zij het volgend jaar als behou
den kunnen worden genoemd. Enkele molens
worden met den ondergang bedreigd, doordat
hun windvang wordt belemmerd, door nieuwe
bebouwingen op beplantingen in de omgeving
van deze molens. Deze omstandigheid heeft de
vragen doen rijzen: „is er nog windrecht in
Nederland en zoo dit nog op een molen rust, is
dit dan nog van kracht of kan men zich hierop
niet meer beroepen". Over het windrecht is
helaas weinig bekend. Een nader onderzoek
daarnaar lijkt zeer gewenscht.
Het ledental der vereeniging is verminderd
tot 532. De nieuw toegetreden leden totaal
38 stuks vormden weliswaar een welkome
compensatie, doch konden het verlies niet op
heffen.
Een groot verlies ondervond de vereeniging,
doordat haar eerst verworven bezit „De
Adriaan" te Haarlem door brand werd vernield.
Tot wederopbouw kon nog niet worden overge
gaan, omdat de benoodigde gelden nog niet
bijeen zijn. De voor dit doel ingezamelde
gelden zijn in een z.g. „Adriaanfonds" gestort
en de vereeniging blijft hopen, dat vroeg of
laat een nieuwe „Adriaan" den thans zoo dood-
schen hoek van het Spaarne weer zal verleven
digen.
DE HEEMSKERCK NAAR NOORWEGEN.
Hr. Ms. pantserschip „Heemskerck", onder be
vel van den kapitein ter zee C. ter Poorten, is
gistermorgen uit Nieuwediep vertrokken, met
bestemming Odda (Hardanger Fjord) in Noor
wegen.
Zweden wint van Hongarije; wedstrijden
om den Mitropacup.
Zooals we de vorige week al voorspeld heb
ben, heeft het Hongaarsche team ook na den
wedstrijd in Amsterdam niet veel succes be
haald. De Hongaren speelden Donderdagavond
met slechts 3 andere spelers dan' te Amsterdam,
met 00 gelijk tegen het elftal van den Bran
denburger Bond te Berlijn, en daarna trokken
zij Vrijdags naar Zweden, waar zij des Zondags
te Stockholm met een drietal spelers van Hun-
garia er bij met 5—2 klop kregen van Zweden.
Het groote verschil lag niet in de spelhoe-
danigheid, doch uitsluitend in den psychischen
toestand der spelers. In Zweden heeft men in
de wintermaanden „gesloten seizoen". Men is
er thans eerst weer sedert enkele maanden in
volle actie, met het resultaat, dat de Zweden
momenteel in prachtige conditie zijn. De Hon
garen daarentegen zijn nog steeds bezig met het
seizoen 1932—1933, rust hebben zij nog niet ge
had, steeds is het maar reizen en trekken en
voetballen. De verwachting dat de ploeg ver
sterkt kon worden door nog snel enkele spelers
van Hungaria te laten overkomen, werd niet
vervuld, want deze spelers waren extra moe van
de inspannende wedstrijden om den Mitropa-cup
en de geforceerde reis van Praag—Berlijn—
Stockholm.
Onder deze omstandigheden was het geen
gelijke partij, geen zuivere krachtmeting in
Stockholm. De Hongaren kunnen er de les uit
putten, dat men in vrijwel alle landen van
Europa te goed voetbal speelt om te kunnen
verwachten dat een ietwat vermoeide en on
volledige ploeg succes behalen zal.
Mitropa-Cup.
Ook voor den Mitropa-cup is Hongarije uit
geschakeld. Hungaria had in Boedapest met
32 van Sparta uit Praag verloren en te Praag
hebben de Spartanen daarop opnieuw van Hun
garia gewonnen, zij het ook slechts met 21.
Ujpest verloor in Boedapest met 42 en in
Turijn met 62 van Juventus en bleek tegen de
fameuse Italiaansche kampioens-club niet be
stand. De groote verrassing leverde echter
Austria in Weenen door Slavia met 30 te
slaan. Te Praag bleef Slavia vrij gemakkelijk
met 31 in de meerderheid en het feit dat
Sindelar, de beroemde midvoor van Austria en
van 't Oostenrijksche elftal tegen den geduchten
spil van Slavia, Cambal (men zal zich dezen
crack herinneren van den wedstrijd Nederland
Slowakië) niets in te brengen had, was oorzaak
dat men er algemeen mee rekende dat Slavia
zich te Weenen wel handhaven zou. Doch
Austria had een grooten dag en ondanks held
haftige verdediging van Planicka moest Slavia
er met 30 aan gelooven. Het doelgemiddelde
van beide wedstrijden, 43 voor de Weeners,
is oorzaak, dat Austria de volgende ronde be
reikt.
Verrassend hoog was de overwinning die Am
brosiana te Milaan op den Oostenrijkschen kam
pioen First Vienna behaalde n.L 40. Wel had
den we op een revanche gerekend, doch het is
heel lang geleden dat deze sterke Oostenrijksche
ploeg zoo'n nederlaag leed en het spreekt boek
doelen voor de kracht van de Italiaansche clubs.
We zeiden het de vorige week: een wedstrijd
ArsenalFirst Vienna is een minder goede
krachtproef dan een wedstrijd ArsenalJuven
tus, ten minste als men een vergelijking hebben
wil tusschen de sterkste Britsche en de sterkste
continentale clubploeg.
Voor den halven eindstrijd en voor den Mitropa
cup zullen nu dezer dagen weer 4 wedstrijden
gespeeld worden. Austria moet het in 2 wed
strijden opnemen tegen Juventus en Sparta
tegen Ambrosiana. We vermeenen dat een eind
strijd tusschen de beide Italiaansche clubs te
verwachten is.
Toerende Oostenrijkers.
Het blijkt nu toch wel dat de zomerrust voor
de voetballers in vele landen ingetreden is.
Speciaal in West-Europa ligt het voetbalbedrijf
vrijwel stil, al worden er door vele clubs nog
wel wedstrijden georganiseerd. Zoo is b.v. de
Wiener Sportclub van Nederland naar Duitsch-
land getrokken, waar zij met afwisselend suc
ces speelt en ook reeds eenige nederlagen in-
casseeren moest, o.a. met 43 te Hamburg, van
H.S.V. en te Bielefeld met 5—2 van Arminia.
Admira speelde een aantal wedstrijden in
Noord-Afrika en had te Madrid op de terug
reis een goeden dag. Daar wonnen deze Weeners
met 5—0 van de F. C- Madrid, hetgeen in Span
je veel indruk maakte.
De W.A.C. maakte een reis naar den Balkan
en in de provincie van Oostenrijk en ook de
andere Weener clubs trokken er op uit. Het
einde dezer toeren schijnt echter thans ook
gekomen te zijn.
Ook enkele Hongaarsche clubs probeerden
nog elders wedstrijden te arrangeeren, doch dit
schijnt steeds moeilijker te gaan. Wij achten dit
zéér verklaarbaar. Men krijgt thans geen ploe
gen in werkelijk prima conditie. De juiste op
lossing ware dat men in heel Europa het voet
balbedrijf van eind Juni tot eind Augustus stop
zette!
Kampioenschap van Zwit
serland.
Ook in Zwitserland is men thans uitgespeeld.
Servette is er in den beslissingswedstrijd te Bern
in geslaagd met 3—2 van de Grasshoppers te
winnen en zoodoende weer eens thans voor
de 7e maal het kampioenschap van Zwitser
land te behalen. Het is wel eigenaardig dat
Grasshoppers nu al tweemaal achtereen in laat
ste instantie den titel aan een ander most laten.
Het vorige jaar was het Lausanne Sports, nu is
het weer Servette. Wij achten Grasshoppers de
sterkste ploeg, doch ook deze club neemt al te
veel hooi op de vork en speelt, door het over-
groote aantal wedstrijden, niet meer op volle
kracht.
In Duitschland.
In Duitschland was het einde ook reeds be
reikt, doch daar heeft de heer Hitler een ver-
lengstukje aan het seizoen gemaakt. Hij deelde
(of liet indeeien) Duitschland in 16 voetbal
districten in en schonk een beker om er door
die districten om te laten spelen. Voor elk der
districten werd een vertegenwoordigend elftal
op de been gebracht en de le ronde om dezen
beker isZondag gespeeld. De resultaten laten
een ieder vrij koud. Een wedstrijd NoordZuid,
of Oost—West, of een ontmoeting Berlijn—Mün
chen of Hamburg—Frankfort, zegt alles, doch
een ontmoeting Beieren Neder Saksen of Pom-
merenHolstein bitter weinig. Maar 't resultaat
van de bemoeiing van den heer Hitler is dat er
in Duitschland nog weer een paar weken ge
voetbald wordt.
Elders zijn nog verschillende vriendschappe
lijke wedstrijden gehouden, o.a. speelde de F.C.
Barcelona te Milaan tegen de F.C.Milano en won
met 3—1. Belangrijk zijn deze zomerwedstrijden
echter niet, zoodat we ons van een vermelding
van verdere resultaten zullen onthouden.
Guerra wint ook de zevende étappe.
In den Tour de France werd gisteren de
étappe Aix-les-BainsGrenoble afgelegd, een
afstand van 229 K.M., waarbij hellingen van
tot 2650 M. hoogte en een lengte van 33 K.M.
te overwinnen waren, zoodat de rit van de
deelnemers veel vereischte.
Winnaar was Guerra met een tijd van 8 uur
43 min. 46 sec., welke tijd voor een geheele
groep van 11 deelnemers gold.
In het individueele klassement is Archem-
baud nog steeds eerste met 50.49.51. Dan vol
gen; Guerra 50.54.15; Aerts 50.58.01; Lemaire
51.1.1 en Rinaldi 51.5.39.
Het landen-klassement is als volgt: België
153.4.43 Frankrijk 153.14.32 Duitschland
153.30.25; Italië 153.40.5 en Zwitserland 155.12.46.
DE WATEEPOLO-COMPETITIE.
A. D. Z.Nereus 32.
Dat het waterpolospel heel moeilijk is, lieten
bovengenoemde ploegen zien. Het weinig ver
band, dat er in zat, maakte het verwonderlijk,
dat er doelpunten gemaakt werden. Intusschen
scoorde mej. W. Steijsel tweemaal uit een
scrimmage (2—0). Na de rust werd het iets
beter, doordat Nereus vrijwel uitgespeeld was
en mej. Husken gemakkelijk kon doelpunten
(3—0). Uit een vrijen worp, vlak voor doel,
maakte mej. Empelius het eerste tegenpunt
(3—1), terwijl direct na het opnieuw uitzwem-
men, mej. Stelling er 3—2 van maakte. Er werd
verder niet meer gescoord, zoodat de A.D.Z.
haar eerste overwinning boekte.
Zwembond voor Rotterdam en omstreken:
S.Z.C. 2—V.Z.C. 4—0..
Tweede klas heeren: S.Z.C.R.Z.C. 1 1.
Voorts gaat het schrijven verder voortHet
heeft geen doel voor U te verbergen, dat het
optreden destijds van de Fransche federatie zeer
ernstig in België is beoordeeld en het zou dan
ook naar onze meening eerder op den weg lig
gen in alle onderdanigheid uw „mea culpa" te
maken.
Men ziet dus, dat de houding van ons Bonds-
bestuur steeds aangehouden, nu ook gedeeld
wordt door de Belgische federatie en mogelijk
zal dit nu wel een wending voor de Franschen
moeten gaan beteekenen. Vooral nu de stappen
tot een internationalen bond doorgezet worden.
RET WERELDKAMPIOENSCHAP DAMMEN.
Bij het bondsbestuur van den Nederlandschen
Dambond is een schrijven ingekomen van den
wereldkampioen Ben Springer, waarin hij mede
deelt, dat hij den titel van wereldkampioen, in
zijn bezit, door het tournooi van 1928, weder
ter beschikking stelt van dat College.
Hij motiveert deze daad, omdat daardoor
mogelijk gemakkelijker een oplossing wordt ge
vonden betreffende den chaos, welke momenteel
in de internationale dambeweging betreffende
dezen titel bestaat en omdat hij bovendien in de
toekomst niet meer zal deelnemen aan persoon
lijke wedstrijden, in welken vorm ook.
DE INTERNATIONALE DAMBOND.
Geruimen tijd is de Nederlandsche Dambond
bezig, om te komen tot oprichting van een Inter
nationalen Dambond. Bij de bonden in België,
Duitschland en Zwitserland heeft dit volle in
stemming mogen verwerven. Alleen de Fransche
damfederatie heeft officieel op deze uitnoodiging
van het laatst van het vorig jaar nog geen ant
woord gegeven. Het is wel teekenend, dat nu
ook de Belgische bond zijn teleurstelling tegen
Frankrijk gaat uitspreken, want deze bond kreeg
evenmin antwoord op eenen daarmede in ver
band staand schrijven van December 1932. Nu
doet zich het geval voor, dat de Franschen weer
op eigen houtje een match hebben georgani
seerd om het Fransche wereldkampioenschap
tusschen de spelers Fabre (Frankrijk), en Herm.
de Jongh (Holland). Deze match zou in October
e.k. aanvangen. Het Bondsbestuur hier heeft al
de noodige maatregelen getroffen. Het is den
Hollandschen spelers uitdrukkelijk verboden
aan deze match deel te nemen, zoodat van een
officieel erkend resultaat geen sprake zal kun
nen zijn. Ook België heeft zich tegen deze match
verzet.
In een schrijven aan de Fransche federatie ge
richt, wordt over deze match o.m. gezegd
„Zonder verder te willen stilstaan bij de ironie
die een dergelijk antwoord op onzen brief onge
twijfeld is, zal het niet verwonderen door met
nadruk te doen weten, dat indien de Belgische
Dambond het ontstaan van den internationalen
bond wenscht, dan verlangt hij tevens, dat
„Home-spelers" ook in de gelegenheid zijn regel
matig om een titel te kampen en dat de be
voegdheid van dezen titel, waarvan het bestaan
onbetwist zou zijn, onderworpen zij aan voor
waarden, vervat in een vastgesteld wedstrijdre
glement.
Tenslotte, teneinde de kwestie zuiver te stel
len, erkent de Belgische bond de officieele waar
de van wereldtitels niet, toegekend aan het eind
van tournooien, die niet onderworpen zijn aan
de door de vereeniging van federaties vastge
stelde reglementen."
PARIJS, 4 Juli. (V.D.) De minister van lucht
vaart, Pierre Cot, heeft besloten, in de eerste
komende weken een Fransche esquadrillevlucht
te ondernemen naar de Fransche koloniën, ten
einde te bewijzen, dat de Fransche luchtvaart
niet ten achter staat bij de Italiaansche.
Deze vlucht gaat slechts boven land en wel
boven Fransch gebied. De Fransche luchtvaart
is niet in staat een eskadervlucht te ondernemen
op de wijze, als de Italianen, daar Frankrijk
tot nu toe nog geen vaste lijn voigt op lucht
vaartgebied. Er zijn thans geen eerste klasse
Fransche watervliegtuigen, welke het tegen de
Italiaansche zouden kunnen opnemen.
De door den minister van luchtvaart vastge
stelde erkadervlucht, welke zal worden uitge
voerd met 25 toestellen, zal via IstrisRabat—
CaoDakarFort Lamy naar Bangui en van
daar terug gaan. Men is reeds bezig, landings
plaatsen gereed te maken en proviand te ver
zenden.
DE OCEAANVLUCHT DER MOLLISON'S-
Mollison en zijn echtgenoote zijn Maandag met
hun vliegmachine „Seafarer" uit Londen ver
trokken naar Pendine Sands in Wales, vanwaar
zij zullen starten voor den tocht over den At-
lantischen Oceaan.
De „Goodyear Zeppelin Corporation" heeft
naar het ontwerp van commandant Settle een.
ballon vervaardigd, waarmede Settle tusschen
1 en 20 Juli te Chicago wil opstijgen om het
record van prof. Piccard te verbeteren. Settle
wil trachten een hoogte van 17 tot 20 duizend
meter te bereiken.
ROTTERDAM, 4 Juli. (Veilingvereeniging Vrijs
Aardbeienveiling Charlois) Kroten 4.90, postelein
f 5.50— <3.90, tuinboonen 3.704.50, krombekken
1314, blauwputten 5.50—5.70, id. poters 3
3.30, roode bessen 21—23, kruisbessen 18, ju-
cunda's m. dop n.m. ƒ2026, ld. z. dop n.m. ƒ17
19.20, aardbeien v.m. ƒ1822 per 100 kg., sla le
srt 1—1.50, bloemkool le srt 11.50—12.20, 2e srt
5-7, andijvie le srt 2-2.10. andijvie 2e srt
80-90 ot, spitskool 4.80-5 per 100 stuks, peen
3.904.30, kroten 1.80—2.30, selderij 0.601.60,
rabarber f 1 70, boonenkruid 70—80 ct per 100 bos,
ROTTEiRDAM, 4 Juli. (Coöp. Tuinbouwveiling
Rotterdam en Omstreken G. A.) Holl. platg. kom
kommers le srt 5.708.10, 2e srt 3.806 per 100
stuks sla (meikoning) ƒ0.50—1.80 per 100 krop
spinazie 5.30—10.60 per 100 kg., bloemkool 6.60
—15 per 100 stuks, peen 2.907.90 per 100 bos,
tomaten A 7.90—10.40, B 7-8.80, C 7.70-8.20,
CC 4.506.60 per 100 pond, postelein 47.70.
spitskool 3.50—5.10 per 100 kg. Aanvoer tomatea
42.480 pond.
25)
Zij hadden ieder een deken meegenomen,
■welke zij om hun schouders gerold hadden, en
in de deken welke Coulson droeg hadden zij de
lichtste van de twee slaapzakken gerold ten
gerieve van Maraquita Terryindien zij
ten minste ooit zoo ver zouden komen, dat deze
er gebruik van kon maken.
Twee revolvers en een paar honderd patro
nen, lucifers, een zaklantaarn, ongeveer zes
pond meel uit hun voorraad, een pakje bakpoe
der en een blikje dat als pan zou moeten dienst
doen, in Josiah's deken gepakt, voltooiden hun
uitrusting; zij durfden niet méér mee te nemen,
behalve dan het jachtmes dat Coulson droeg.
Het was je reinste krankzinnigheid om met
zóó weinig de jungle tusschen Lake Ipang en
de rivier te betreden, maar het was meer dan
krankzinnigheid om te blijven.
En toen begon Coulson zich in de laatste mi
nuten van hun wachten af te vragen: zou het
niet beter zijn een beroep te doen op Fleur,
wanneer zij weer in een stemming verkeerde
zooals die van den vorigen avond, liever dan
deze wanhopige onderneming te wagen? Maar
de herinnering aan haar, zooals hij haar het
laatst gezien had, deed hem beseffen, dat hij
van een beroep op haar niets behoefde te ver
wachten: zij kon dan al hartstochtelijk en vurig
zijn, maar niet medelijdend, niet zacht. Moge
lijk beoordeelde hij haar verkeerd: hij was er
niet zeker vanzou dat nooit zijn.
Hij stootte Josiah aan. Tijd om te beginnen,
fluisterde hij.
Zij staken den tuin over, vonden de deur
Itaar Se Cd klnmmen naar den top van den
toren, van waaraf zij nim eerste
gemaakt hadden. Coulson ging voorop. Slui
pend, opdat zij niet gezien zouden worden door
mogelijke wachters op een van de daken, be
reikten zij het punt van waaraf zij zich moes
ten neerlaten op den muur, die dezen toren met
den volgenden verbond. Zonder moeite liet
Coulson zich op den vlakken bovenkant van den
muur neer, en Josiah volgde. Op handen en
voeten kropen zij over den rand, die ongeveer
een voet breed was, wel beseffend dat een
zwakke plek in de steen of een ongelukkige
beweging van hun kant hen een honderd voet
of meer naar beneden zou doen tuimelen op
de steenen van de binnenplaats.
Maar zonder ongelukken volbrachten zij hun
tocht en bereikten zij den muur van den vol
genden toren welke eveneens een plat dak be
zat. Josiah ging voorzichtig met zijn rug tegen
den muur staan, waarop Coulson via zijn han
den op zijn schouders klom.... het gevaarlijk
ste 'evenement van hun onderneming, tot dus
verre. Maar toen Coulson hoog genoeg gekomen
was om over den rand te kunnen heenkijken,
kwam hij weer haastig en geruischloos naar
beneden, tot hij andermaal voor Josiah op den
rand van den verbindingsmuur stond. Hij
bracht zijn mond vlak aan Josiah's oor.
Schildwacht daarin slaap, fluisterde
hij. Zal eerst mijn schoenen uittrekken.
Hij trok ze uit en hing ze aan de samenge
knoopte veters om Josiah's hals. Daarna klom
hij opnieuw op Josiah's schouders waarhij hij
zich met oneindige voorzorgen omhoog trok,
tot hij voorover op het plat van den toren
kwam te liggen. Halverwege dat dak lag, op
zijn zij gekeerd, het lichaam van een man, die
diep ademhaalde en schijnbaar vast in slaap
was. Zonder 'n geluid te maken kroop Coulson
overeind, en zijn revolver uit de holster ne
mend, sloop hij op zijn kousen zachtjes in de
richting van den slaper. Misschien alleen als
gevolg van de aanwezigheid van een ander
menschelijk wezen, of misschien omdat het
maanlicht juist op zijn gelaat viel, opende de
slaper zijn oogen.net te laat. Josiah, die op
den muur-rand stond te wachten, hoorde het
begin van een uitroep, direct gesmoord in een
doffen val, toen de zware revolverkolf zijn
werk had gedaan. Daarop leunde Coulson over
de borstwering van den toren en stak zijn han
den naar omlaag.
Eerst mijn schoenen, fluisterde hij, dan zal
ik je optrekken.
Is hij veilig? vroeg Josiah eveneens fluis
terend.
Coulson knikte.
Absoluut.... ik sloeg te hard, verklaarde
hij. Josiah stak de schoenen omhoog en daarna
trok hij zich, met Coulson's hulp, eveneens
naar boven op het dak van den toren. Samen
msi gwg hij nas-- ton slachtoffer kij
ken; zooals gebruikelijk «ad £f>uison's revol
verkolf een ijzeren ring aaa het eind, en deze
ring was diep doorgedrongen in den schedel
van den man, toen Coulson hem zoo hard mo
gelijk op het hoofd had geslagen. De Chinees,
naar zijn gelaatstrekken te oordeelen, had voor
het laatst op wacht geslapen, en zou nu nooit
meer wakker worden.
Kijk eens! in zijn opwinding sprak Josiah
hard op, terwijl hij naar het geweer wees dat
naast den dooden schildwacht lag.
Zij vonden circa vijftig a zestig houders met
patronen bij hem, en toen zij hem omwentelden
era zijn patroongordel los te maken, zagen zij
dat hij op een valdeur had liggen slapen welke,
nadat zij die geopend hadden, een breede trap
onthulde die naar beneden in het inwendige
van den toren voerde. Zijn zaklantaarn voor
zich uithoudend, begaf Coulson zich naar be
neden, waar hij in een kamer belandde, waar
langs den eenen muur een half dozijn zware
houten kisten, en een rij ouderwetsche pieken
stonden. De eerste kist welke hij opende, bleek
vol bijlen, waaruit hij concludeerde dat deze
kamer een soort wapenmagazijn was; de tweede
kist was leeg en hij liet de deksel openstaan,
terwijl hij naar Josiah terugging.
Wij moeten hem naar beneden brengen en
hem daar verbergen, verklaarde hij. Zij moe
ten hier geen lijk vinden, wanneer zij hem
komen aflossen.
Tusschen hen in droegen zij daarop het
lichaam naar de kamer onder de trap, plaatsten
het daar in de kist en sloten het deksel. Coul
son stond op het punt ook het deksel van de
eerste kist weer te sluiten, toen Josiah zi-h
daarover heen boog en er een groote zware bijl
uit haalde. Hij probeerde de „slag" en deze
scheen hem te bevredigen.
Leg dat ding terug, adviseerde Coulson,
wij hebben öl genoeg te dragen.
Ik heb hem noodig, hield Josiah vol, ter
wijl hij de bijl behield. Daar zij geen
tijd hadden om er lang over te rede
neeren, sloot Josiah de deksel van de kist
waarop zij zich opnieuw naar het plat van den
toren begaven, de valdeur achter zich sluitend.
Indien die kerel zijn plicht gedaan had en
niet had geslapen, merkte Josiah op, hadden
wij hier rechtsomkeert moeten maken. Nu is
het te laat om nog terug te gaan.
Zich over den rand van de borstwering heen
buigend, bevonden zij dat ook deze toren door
'n muur verbonden was met dien, waarin Jo
siah geloofde dat Maraquita Terry gevangen
zat. De afstand tusschen beide torens was niet
meer dan tien voet, maar de bovenrand van de
verbindingsmuur was driekantig, en niet plat
zooals de vorige. De muur lag ongeveer vijf
voet beneden het torenplat, en Josiah schudde
het hoofd terwijl hij naar beneden keek.
Nu zullen wij toch terug moeten, zei hij.
Wij kunnen niet terug, hield Coulson vol.
Wij moeten er schrijlings op gaan zitten en ons
dan telkens met onze handen een eindje verder
schuiven. Ik zal eerst gaan.
Hij trok zijn schoenen weer aan en knoopte
die vast, maakte dan een geimproviseerde ban
delier aan het geweer van hun slachtoffer met
een stuk touw, dat hij gelukkig in zijn zak
vond, waarna hij het wapen over zijn schouder
wierp, kruiselings over de deken met de slaap
zak. Nadat hij vervolgens ook de patronengor-
del omgespt had, liet hij zich over de borst
wering van den toren zakken tot hij op de als
'n mes zoo scherpen bovenrand van den muur
stond. Terwijl Joaiah, die zoo ver mogelijk
voorover leunde, hem stevig aan zijn handen
vasthield, liet hij zich langzaam naar omlaag
zakken, tot hij tenslotte met een schok schrij
lings op de gevaarlijke scherpe rand kwam te
zitten, zijn gelaat naar den toren gewend.
Josiah stak de steel van den bijl tusschen de
deken, die hij om zijn lichaam had geslagen en
liet zich aan zijn handen zóó ver afzakken, tot
Coulson zijn voeten kon grijpen. Zoo kwam
ook hij op den muur te zitten, eveneens met zijn
rug naar den toren gekeerd welke zij nu moes
ten zien te bereiken.
Zich met hun handen telkens een eindje op
heffend, schoven zij met kleine rukjes in de
richting van 't doel van hun gevaarlijken tocht,
totdat Coulson den bewusten toren in zijn rug
voelde. Uiterst voorzichtig, zich met zijn han
den op Josiah's schouders in evenwicht hou
dend, hief hij zich omhoog, draaide zich om en
wist zich vast te grijpen aan de gekanteelde
borstwering, welke deze toren bekroonde: ge
lukkig was de top daarvan niet zoo hoog boven
den rand van den muur als de vorige, zoodat
hij ineens den rand kon vastgrijpen.
Josiah voorloopig vergetend, trok hij zich
omhoog waarna hij er door een geweldige
krachtsinspanning in slaagde den top van den
toren te bereiken, waar hij even moest rusten,
over al zijn leden bevend van de schier boven-
menschelijke inspanning, welke deze tocht tot
dusverre van hem gevergd had. Nu beseften
zij nog nauwelijks het schier wonderlijke feit
dat zij volbracht hadden, door aldus van hun
uitkijktoren naar dezen toren over te steken,
balanceerenu tusschen hemel en aarde, maar
later zouden er oogenblikken komen waarop
zij zich zouden verwonderen, over dezen tocht,
waarbij één oogenblik van opoplettendheid,
één verlies van evenwicht onvoorwaardelijk
hun dood ten gevolge zou hebben gehad. Want
deze zware torens waren honderd voet en meer
hoog, en één blik naar omlaag was genoeg om
duizeligheid te veroorzaken, hoewel de diepten
bij dit flauwe maanlicht tamelijk vaag waren en
de afstanden nog onzekerder werden door de
damp, die altijd om dit oude paleis zweefde,
nu de winden nooit in deze vallei doordrongen
om de lucht eens flink schoon te blazen. Op
dit uur van den nacht was die damp bovendien
in dikte toegenomen, tot het een soort door
schijnende mist leek, blauwachtig, geheimzin
nig, het geheel een onwezenlijk, spookachtig
uiterlijk gevend, als een gezichtsbedrog, maar
toch maar al te wezenlijk voor die twee die
daar in den nacht hun avontuur volbrachten.
Nadat hij zich van zijn ergste uitputting wat
hersteld had, nam Coulson het geweer, dat hij
droeg, van zijn rug en met een waarschuwend
„Sst" leunde hij voorover, de kolf van het ge
weer binnen het bereik van Josiah's handen
brengend, die zich er aan vast greep en zich
met behulp daarvan in staande houding om
hoog hief. Coulson voelde hoe hij beefde bij
zijn poging om op den puntigen rand van den
muur te blijven staan. Met Coulson s hulp
kwam ook hij boven, en daar stonden zij dan,
op den top van den toren, dien zij gezocht had
den, maar nog steeds aan het begin van hun
karwei voor dien nacht, zooals zij wisten, en
ieder oogenblik kon het verdwijnen van den
schildwacht van den vorigen toren ontdekt
werden.
In een hoek van het torendak vonden zij een
zelfde valdeur als die, waardoor zij het lijk
van den schildwacht hadden neergelaten, maar
deze was open en geheel onbewaakt. Coulson
liet even de stralen van zijn lamp naar beneden
schijnen en zag dat ook daar een trap naar be
neden voerde. Zijn lantaarn uitknippend be
gon hij in het donker naar omlaag te gaan,
Josiah achter hem aan.
Toen zij de eerste verdieping bereikten,
knipte hij zijn licht weer aan en zag een open
deur weike toegang verleende tot een kale
kamer, welke schijnbaar de geheele opper
vlakte van den toren besloeg en niet ge
bruikt werd. De volgende verdieping gaf een
zelfde resultaat, en evenzoo de derde, toen zij
berekenden, dat zij al ongeveer halverwege
den toren moesten zijn. Maar op de vierde
verdieping, van bovenaf gerekend, was de
daar liggende kamer gesloten door een deur,
welke echter geen grendels of sloten vertoonde.
Wij moeten het wagen, zei Josiah. Waar
schijnlijk is dat haar kamer.
Probeer eerst de volgende zei Coulson.
Maar de volgende was weer open, leeg en on
gebruikt. Daaronder, waarschijnlijk de bene
denverdieping, was geen toegang naar een ka
mer zichtbaar, maar een zware deur in den
buitenmuur sloot de toegang naar den toren
af, en deze had evenals de deur in de kamer
boven hen, blijkbaar de grendels en sloten aan
de andere zijde. Zij konden althans niets daar
van zien.
Terug naar boven en kloppen, fluisterde
Josiah. Het is onze eenige kans om haar te
vinden.
Indien zij in den toren was, moest zij onge
twijfeld in die kamer met de gesloten deur
zijn, en daarom gingen zij terug waar zij zich
voor de gesloten deur opstelden, Josiah met zijn
bijl in de hand gereed die bij een onvoorziene
gebeurtenis te gebruiken, en Coulson met zijn
15lt
revolver in den aanslag.... hij klopte zachtjes
op de deur, en wachtte.
Na een paar seconden klopte hij opnieuw,
en even later antwoordde het geluid van weg
schuivende grendels hem. Josiah hief zijn bijl
omhoog, maar de opengaande deur toonde hun
het meisje, dat zij gezocht hadden, voor het
oogenblik verblind door het licht van Coul
son's lantaarn. Zij moest Josiah's opgeheven bijl
gezien heben, want Coulson zag hoe een uit
drukking van vrees in haar oogen verscheen
en hoe zij haar mond opende om een kreet van
angst uit te stooten. Zonder te aarzelen sprong
hij vooruit terwijl hij zijn hand op haar mond
legde om alle geluid te verhinderen. Terwijl
hij zich bewoog viel zijn revolver kletterend
op den grond.
Stilwij zijn gekomen om U te redden!
fluisterde hij. Wij zijn het wij hebben U
ook uit van Huysen gered. Wees vooral stil.
Daarop liet hij haar los en trad achteruit. Zij
was in nachtgewaad, waarover heen zij net
zoo'n geborduurd zijden kleed droeg als zij
van Fleur gezien hadden: in het licht van de
zaklantaarn was er waarlijk maar heel weinig
verschil tusschen haar en Fleur.
Uopnieuw! zei ze fluisterend.
Vrij, gal Coulson haastig toe. Wij hebben
nu geen tijd om alles uit te leggen, maar wij
verkeeren hier alle drie in het grootste gevaar.
Wij hebben samen het plan gemaakt hier van
nacht vandoor te gaan, maar wilden U niet ach
terlaten. Wilt U zich aan ons toevertrouwen?
Zij aarzelde slechts een seconde. Dan:
Natuurlijk vertrouw ik U. Wat moet ik
doen hoe
Kleed U aan, en denk er om dat U zich
aankleedt voor een week in den jungle, ant
woordde Coulson. Breng alles mee wat ge
wilt, maar zoo min mogelijk, indien zij althans
iets hebben achtergelaten om mee te brengen.
Trek dat zijden ding over alles heen, dat kan
van nut zijn. Vlug, wij zullen hier wachten.
Hebt U licht?
Zij schudde ontkennend het hoofd. Coulson
gaf haar zijn lantaarn.
Neem deze. Houd het licht naar beneden
gericht; gebruik de lamp zoo min mogelijk.
Maak voort!
Zijn polshorloge leerde hem dat het nog geen
tien minuten geduurd had vóór de deur weer
geopend werd, maar zijn gespannen zenuwen
maakten er bijna tien uur van. Eindelijk deed
zij de deur open en gaf hem de lantaarn terug,
zij droeg nog steeds het fantastische zijden
kleed zoodat hij niet kon zien hoe zij zich voor
den tocht gekleed had, maar de tijd ontbrak o®
daar nu over te spreken.
Kunnen wij die deur onder in den tore#
openmaken? vroeg hij.
(Wordt vervolgd)