mmmm
WOENSDAG 2*1 ^PTEMBER 1933
R. K. UNIVERSITEIT.
R. K HANDELSHOOGESCHOOL.
WINTERDIENST BIJ DE SPOOR
WEGEN.
MGR. C. PRINSEN.
PASTOOR REINDERS DOOR TRAM
GEGREPEN.
BOCHT TE KORT GENOMEN.
ERGERLIJKE ONTGROENINGS-
TOONEELEN.
Een student en een noviet naar het
ziekenhuis gebracht.
STIJGING WERKLOOSHEIDSCIJFER.
OVERTREDING LOTERIJ WET.
DOODELIJKE VAL.
MEISJE DOOR AUTO GEGREPEN.
BESCHERMING TEGEN DEN
LUCHTOORLOG.
WIJZIGING VAN DE ZIEKTEWET.
VEEL APPELEN MAAR WEINIG
PEREN.
HERDENKING VERKEERSAGENT
BAAS.
HET SPOORWEGONGELUK TE
VUGHT
Viering van het tweede lustrum.
De plechtige viering van den tienden dies
natalis (tweede lustrum) der R. K. Universiteit
te Nijmegen zal als volgt geschieden:
Op Maandag 16 October 1933 om 3 uur 's mid
dags wordt in. de groote zaal van De Vereeni-
ging een academische zitting gehouden, ter ge
legenheid van het Heilig Jaar, waar de Christus
zal worden herdacht door de hoogleeraren van
tlinneken, Kreling en Duynstee.
Om zeven uur 's avonds zal in de St. Augus-
tinuskerk Z. H. Exc. Mgr. A. F. Diepen, bis
schop van 's Hertogenbosch, een pontificaal Lof
celebreeren.
Op Dinsdag 17 October 1933, des morgens om
tien uur in de St. Augustinuskerk, zal Z. H.
Exc. Mgr. J. H. G. Jansen, Aartsbisschop van
Utrecht, een pontificale H. Mis van dankbaar
heid opdragen.
Van half één tot één uur 's middags, wordt
receptie gehouden in de Aula aan den Bijle-
veldsingel.
Om drie uur 's middags zal in de groote zaal
van De Vereeniging de Rector Magnificus een
rede uitspreken en Z. H. Exc. de Aartsbisschop
van Utrecht een toespraak houden.
Tot bijwoning van deze plechtigheden, welke
door zang zullen worden opgeluisterd, noodigen
Rector en Senaat allé belangstellenden uit.
Ambtsaanvaarding prof. mr. P. W.
Kamphuisen.
Mr. P. W. Kamphuisen door de St. Radboud-
stichting bij besluit van 24 Februari 1933 be
noemd tot gewoon hoogleeraar in het staats
recht, administratief recht en volkenrecht aan
de R. K. Universiteit te Nijmegen, zal op Dins
dag 3 October 1933, des namiddags te vier uur,
zijn ambt aanvaarden met het uitspreken eener
rede in de aula aan den Bijleveldsingel.
Ambtsaanvaarding Dr. De Quay.
Donderdag 5 October te 4 uur zal Dr. J. E.
de Quay, gewoon hoogleeraar in de bedrijfs
leer en psychotechniek aan de R. K. Handels-
hoogeschool, Hoogeschool voor Econ. en Sociale
wetenschappen te Tilburg, zijn ambt aanvaar
den met een openbare rede in het auditorium
van het conservatorium der R. K. Leergangen
aldaar.
Mgr. C. Prinsen Protonotarius Apostolicus,
Kanunnik en pastoor der parochie van St.
Jacobus de Meerdere te 's Hertogenbosch is ter
observatie opgenomen in het ziekenhuis der
Broeders van St. Joannes de Deo aldaar.
1
In zorgwekkenden toestand naar bet
ziekenhuis.
Gisteren omstreeks half 12 is de Zeereerw.
Heer G. J. Reinders, pastoor te Zeist, nadat
hij uit een autobus gestapt was, op den
Utrechtsche weg door deze Zeister Stoomtram
aangereden. Met een ernstige hoofdwonde en
een zware hersenschudding bleef het slacht
offer bewusteloos liggen. Nadat Rector W. van
den Hengel van de St. Josephkweekschool
hem het Heilig Oliesel had toegediend, werd
de gewonde naar het St. Antoniusziekenhuis
te Utrecht vervoerd. Zijn toestand is zorgelijk.
Nader vernemen wij dat Pastoor Reinders
gisteravond omstreeks 9 uur weer even tot be
wustzijn is gekomen. Zijn toestand was overi
gens onveranderd.
GOUDEN KLOOSTERJUBILé.
3 October is het 50 jaar geleden, dat Pater
L. G. Le Roux O.F.M. thans Pastoor in Megen
(N.Br.) zijn intrede deed in de Orde der Min
derbroeders
Maandag 2 October a.s. zal het 50 jaar ge
leden zijn, dat Pater Adr. Peters, Prior van
het Carmelietenklooster te Boxmeer, zijn in
trede deed in de Orde der Carmelieten.
CRISIS—ZUIVEL—AANGELEGENHEDEN.
De Minister van Economische Zaken heeft
aan de commissie van advies in zake vetten en
oliën toegevoegd als lid: A. J. Avis, te Am
sterdam, en als plaatsvervanger: P. Mooy D.z.,
te Zaandam, op voordracht van de vereeniging
van groothandelaren in olie.
Auto grijpt twee jongens.
Tengevolge van het te kort nemen van de
bocht door een grooten zeswieligen veeauto,
werden gisterenmiddag aan het Hoendiep even
buiten Groningen twee wielrijders aangereden,
n.l. de 14-jarige J. D. en de 15-jarige A. W.
Beiden geraakten bekneld tusschen den wa
gen en het groote hek, dat daar is geplaatst om
dit verkeer op de gevaarlijke bocht opmerk
zaam te maken.
D. werd ernstig gewond aan hoofd en knie
en is op advies van den politiedokter naar het
Diaconessenhuis overgebracht. Zijn toestand
baart zorg.
De andere jongen kwam er zonder letsel af.
De verkeerspolitie heeft proces-verbaal opge
maakt tegen den chauffeur, den 29-jarigen H.
H. De remmen van zijn auto waren niet in
orde.
Belangrijkste wijzigingen.
De nieuwe spoorboekjes, zoowel de groote
als de kleine uitgave voor de winterdienst-
regeling, welke 8 October ingaat, zullen van
30 September af aan de stations en van Maan
dag 2 October af bij den boekhandel verkrijg
baar zijn.
Behalve de wijzigingen in den internationalen
treinenloop en de daardoor noodige verande
ringen in de nationale verbindingen, welke
een gevolg zijn van den terugkeer van den
zomertijd naar den Amsterdamschen tijd, zijn
nog enkele wijzigingen aangebracht, waarvan,
zoo lezen we in „Spoor- en Tramwegen" de
volgende de belangrijkste zijn:
De dagboottreinverbinding AmsterdamVlis-
singen wordt gevormd door de treinen 1035/
435/77.
In den electrischen trein 1035 (Amsterdam
Cs. V. 9.15) wordt een doorgaand rijtuig le en
2e klasse AmsterdamVlissingen geplaatst,
welk rijtuig te Rotterdam D.P. overgaat op
trein 435 en te Roosendaal op trein 77 (Vlis
singen A. 12.43). Bovendien zal een Pullman
rijtuig le- klasse AmsterdamVlissingen loo-
pen in trein P. 56 (Amsterdam Cs. V. 9.36),
welk rijtuig te Roosendaal eveneens overgaat
op trein 77. De dagboottreinverbinding Vlis-
singenAmsterdam blijft gehandhaafd met de
treinen 137/436 (Vlissingen V. 17.37; Roosen
daal V. 18.49; Amsterdam Cs. A. 21.09). Het
Pullmanrijtuig le klasse wordt vervoerd met
de treinen 137/P 57 (Vlissingen V. 17.37; Roo
sendaal V. 18.43; Amsterdam Cs. A. 20.49).
Op het baanvak RoosendaalVlissingen
hebben reizigers 2e klasse toegang tot dit
Pullmanrijtuig le klasse indien zij in dit rij
tuig een maaltijd gebruiken en den daarvoor
verschuldigden Pullman-toeslag betalen.
Trein 348 MaastrichtNijmegenAmster
dam Cs. en trein 190 Heerlen—Eindhoven-
Rotterdam D.P. worden ongeveer 20 minuten
later gesteld. De vertrektijd van Maastricht
wordt 16.36 en van Heerlen 16.37. De aankomst
van trein 190 te Rotterdam D.P. wordt 20.18.
Deze trein krijgt een stopping te Rotterdam
Beurs. De aansluitende trein 1260 VenloEind
hoven wordt eveneens ongeveer 20 minuten
later gesteld. Venlo V. 17.00 Eindhoven A. 18 09.
De aankomsttijd te Amsterdam Cs. (20.35) van
trein 348 blijft ongewijzigd.
Trein 3383 Leiden (V. 7.33)Utrecht wordt
versneld en komt ten 8.45 te Utrecht Cs. aan.
Hierdoor komt te Utrecht Cs. de aansluiting
tot stand aan trein 303 Utrecht Cs. (V. 8.51)
's-HertogenboschRoosendaal. Dientengevolge
komen de stoppingen te Waarde en Harmeien
te vervallen.
In verband met de opheffing van het station
Vlake als station voor reizigersvervoer zijn de
stoppingen der treinen van Vlake overge
bracht naar KruiningenIerseke.
In een huis aan de Kromme Nieuwe Gracht
te Utrecht, waar studenten wonen, bevonden
zich Maandag verscheidene jongelui, die den
ontgroeningstijd voor 't Utr. Stud. Corps door
maken, meldt het „Utr. Dagblad".
Het schijnt bij deze ontgroening eenigszins
luidruchtig te zijn toegegaan; van omwonen
den vernam het blad ten minste de klacht, dat
er met glazen uit de ramen werd geworpen op
straat, zoodat politie gewaarschuwd werd, die
aan dit onnoodige kabaal een einde maakte.
In het hetzelfde perceel is het in den namid
dag blijkbaar nog wat erger toegegaan. De
buren vertelden als ooggetuigen 't navolgende
een noviet bevond zich in de dakgoot van het
huis aan de tuinzijde en werd door studenten
die zich in den tuin ophielden, verplicht om
langs een houten ladder, die zij tegen den
achtergevel hadden opgesteld, naar beneden te
komen. Toen de jongeman daaraan geen ge
volg wenschte te geven, werd een anderen
noviet opdracht gegeven om langs de ladder
naar boven te klimmen. Deze jongeman had
hierin niet veel zin, werd toen eerst met water
nat gegooid, waarna de jongen de ladder op
ging. Hij werd op korten afstand gevolgd door
'n student. Toen ze beiden op de ladder stonden
hebben de andere jongelui hevig daaraan ge
schud: de grap was niet zoo onschuldig, want
de ladd-r stond tegen het huis in zeer schui
nen stand opgesteld, zoodat zij aanmerkelijk
van den gevel week en in het midden zwaar
belast werd. Wat de buren,die uit de ramen
het geval gade sloegen, wel gevreesd hadden
gebeurde: de ladder brak in tweeën en de
beide jongelui vielen. De student kwam in
den tuin terecht, met het hoofd op een gazon
maar de noviet die boven hem gestaan had
deed een leelijker smak, hij sloeg met zijn
hoofd op de steenen van 't plaatsje en bloed
de direct hevig uit daardoor bekomen verwon
dingen. De geneeskundige dienst werd ge
waarschuwd, die per zieken-auto de beide
jonge mannen naar de klinieken overbracht
Waarschijnlijk had de noviet een schedelfrac
tuur, de student een hersenschudding.
Het gebeurde had in hooge mate de veront
waardiging gaande gemaakt van de omwonen
den ,die reeds den geheelen morgen min of
meer hinder hadden ondervonden van de jonge
lui en het tooneel in den tuin van begin tot
einde hadden gezien.
Dadelijk heeft het blad zich eveneens gewend
tot de nog in het huis aanwezig zijnde studen
ten, met verzoek ook van hun kant te wil
len mededeelen, wat er gebeurd was.
De uitroep was: „Dat zal niet gaan". Een
ander roep: „Niets zeggen. Het geval heeft nie
mendal te beteekenen, een klein ongelukje".
Door werkvermindering in den
mijnbouw.
De directeur van den rijksdienst der werk
loosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling
deelt mede, dat de werkloosheid onder de
603.600 leden van ingevolge het Werkloosheids
besluit 1917 gesubsidieerde vereenigingen in de
week van 4 t.m. 9 September 1933 heeft bedra
gen 24,5 pet., terwijl zij in de vorige verslag-
week (21 t.m. 23 Augustus) bedroeg 23,6 pet.
De stijging, die het werkloosheidscijfer doet
zien, moet worden toegeschreven aan de toe
neming der werkloosheid in den mijnbouw,
waarin vooral het aantal gevallen, waarin
een of meer dagen per week niet wordt gewérkt
(z.g. verzuimdiensten)sterk is gestegen. Indien
men het mijnbedrijf buiten beschouwing laat,
is de omvang der werkloosheid gelijk gebleven.
In de overeenkomstige week van het jaar
1932 bedroeg de werkloosheid 26.7 pet.
Bij 1053 organen der openbare arbeidsbemid
deling stonden op 9 September 1933 in totaal
305.106 werkzoekenden ingeschreven, waaronder
289.753 mannen. In totaal waren werkloos 278.780
personen, waaronder 268.843 mannen.
Op 26 Augustus 1933 bedroeg het totaal aantal
ingeschrevenen bij een ongeveer gelijk aantal
organen der openbare arbeidsbemiddeling
306.507. Hiervan waren werkloos 279.909 perso
nen, waaronder 270.528 mannen.
Het totaal aantal werkzoekenden is derhalve
sedert 26 Augustus 1933 verminderd met 1129,
het aantal werkloozen met 871.
Proces-verbaal opgemaakt tegen Leidsche
winkeliers.
De politie te Leiden heeft tegen enkele win
keiiers daar ter stede proces-verbaal opgemaakt
wegens overtreding der loterijwet. Gedurende
eenige jaren was het de gewoonte, dat tijdens
de Leidsche winkelweek de winkeliers, die
daaraan deelnemen eenige hunner artikelen
gratis beschikbaar stelden voor koopers. Deze
krijgen dan genummerde bons en de winkel
weekcommissie bepaalde dan door het lot, wie
voor een prijs in aanmerking kwam.
Het vierde ongeluk bij den brug-
bouw te Zaltbommel.
Bij de werkzaamheden aan de nieuwe brug
over de Waal te Zaltbommel is gisterenmid
dag te ongeveer drie uur de voorwerker Th.
Bouman uit Amsterdam van een 16 meter hoo-
gen pijler gevallen. Nadat medische hulp uit
Herwaarden gearriveerd was, werden het
slachtoffer eenige injecties toegediend, waar
na hij naar het ziekenhuis te Zaltbommel werd
overgebracht. Direct na aankomst is de man
overleden. B. was gehuwd en laat een vrouw
en acht kinderen achter. Dit Is reeds het
vierde ongeluk bij den bouw van deze brug.
TWEE O. S. P.-ERS VOOR DE RECHTBANK.
Op 5 October zal de heer de Kadt, secretaris
van de O. S. P., voor de Vijfde Kamer der
Arr. Rechtbank te Amsterdam wegens opruiing
bij geschrifte terecht staan.
De zaak tegen den voorzitter der O. S. P.,
den heer P. J. Schmidt, die door den politie
rechter te Dordrecht wegens opruiing tot twee
maanden gevangenisstraf was veroordeeld, zal
op 16 October in hooger beroep voor het Hof
te Den Haag worden behandeld.
RIJWIELDIEVEN TE BUSSUM
GEARRESTEERD
Herhaalde malen kwam het den laatsten
tijd in de gemeente Bussum voor, dat rijwielen
werden ontvreemd en na eenigen tijd werden
teruggevonden ontdaan van lantaarns en rij-
wielmerken. De politie stelde steeds een onder
zoek in, doch altijd liep het spoor dood, vooral
omdat de feiten op verschillende plaatsen en
op zeer uiteenloopende tijden plaats vonden.
De politie liet zich niet uit het veld slaan en
zette haar onderzoek voort. Het is haar nu ge
lukt één der daders op heeterdaad te betrap
pen. Twee anderen stonden op den uitkijk. De
politie arresteerde het drietal. Het bleken te
zijn. V. en N. uit Bussum en W. J. uit Hilver
sum. Uit het onderzoek bleek dat zij op zeer
veel plaatsen in de gemeente Bussum dergelij
ke diefstallen hadden gepleegd.
Een deel van hun buit werd in beslag geno
men.
Het gestolene werd in Amseterdam van de
hand gedaan en de opbrengst in drieën ver
deeld.
Ze zijn voor den officier van justitie te Am
sterdam geleid.
WANDELAAR DOOR MOTOR GEGREPEN.
Op den we gtusschen Emmen en Noord-Barge
is 'n landbouwer die met twee anderen aan den
rechterkant van weg liep te praten, gegrepen
door een motorrijder die met groote vaart
hun achteropkwam. De man werd een eind
meegesleurd en ten slotte tegen den grond
gesmakt. Hij kreeg een hoofdwonde en een
gecompliceerde beenbreuk. Hij werd naar het
Acad. Ziekenhuis te Groningen overgebracht.
De motorrijder die afkomstig was uit Erica,
kwam onder de machine te liggen en liep eenige
niet ernstige hoofdwonden op.
NEGENHONDERD GULDEN VERDUISTERD
Voor de Maastrichtsche Rechtbank stond
Maandag terecht A. B. Verdachte had als con
troleur der Crisis Zuivel Centrale in dienstbe
trekking 900 verduisterd. Bovendien had hij
den slager F. H. B. te Vaals voor 100 opge
licht. De 900 betroffen door hem van winke
liers ontvangen geld voor banderolles van vet
en reuzelmerken.
Verdachte verkeerde in moeilijke financieele
omstandingheden en had deze met het verduis
terde geld voorloopig willen oplossen.
Het O.M. eischte een jaar gevangenisstraf.
Gisterenavond omstreeks zes uur had op
den Zwolsche weg te Heerde nabij het woon
wagenpark een ernstige aanrijding plaats. Op
genoemd tijdstip reed daar het 15-jarig doch
tertje van een der woonwagenbewoners op het
rijwielpad in de richting Zwolle. Op een ge
geven oogenblik stak zij plotseling den weg
over en daar het rijwielpad door een rij hoo
rnen van den grooten rijweg gescheiden is,
werd dit niet tijdig bemerkt door den auto
mobilist v. d. Berg uit Apeldoorn, welke met
zijn auto in de richting Zwolle reed. Hoewel
hij een aanrijding nog trachtte te voorkomen,
mocht hem dit niet gelukken en werd het
meisje een eind meegesleurd. Ernstig gewond
aan armen en hoofd is het kind per zieken
auto naar het ziekenhuis te Zwolle overge
bracht.
AUTOBUS CONTRA KAR.
Vermoedelijk door den zwaren mist van Dins
dag kwam, nabij het spoorwegviaduct te
NieuwstadtSittard, een autobus van de firma
V., te Echt. in botsing met de kolenkar van ze
keren S., te Sittard. De botsing was zoo hevig,
dat het paard van S. op slag gedood werd en
de autobus zware beschadigingen opliep. In de
bus bevonden zich gelukkig geen passagiers.
Aan een circulaire van het bestuur der
Studievereeniging voor luchtbescherming waar
in verzocht wordt het streven der vereeniging
daadwerkelijk te steunen, is het volgende ont
leend:
Als gevolg van een daartoe in breede krin
gen te kennen gegeven verlangen is hier te
lande opgericht een studievereeniging voor
luchtbescherming, welke zich ten doel stelt:
le. bestudeering van de volkenrechtelijke be
schermingsmiddelen tegen den luchtoorlog in
aansluiting aan de ontwikkeling der intern,
rechtsgedachte in en door den volkenbond; 2e
bestudeering der middelen, welke het Neder
landsche volk meerdere bekendheid kunnen
verschaffen omtrent de wijze, waarop de ge
varen van luchtaanvallen kunnen worden voor
komen of worden beperkt.
Zij ziet in de technische ontwikkeling en de
geweldige toename van het aantal oorlogs
verkeersvliegtuigen een gevaar, dat in tijd van
oorlog zulke ongedachte afmetingen kan aan
nemen, dat hiervoor in vredestijd de oogen
niet mogen worden gesloten. Zij is van meening
dat het niet geoorloofd is zich te onttrekken aan
de vraag: welke is de taak, die ieder voor zich
reeds thans ten opzichte van dit gevaar heeft
te vervullen?
De veiligheid der vreedzame burgerbevolking
mag niet eenzijdig worden behartigd; onver
minderd het vertrouwen op een eenmaal duur-
zamen vrede, dienen maatregelen te worden
genomen om die burgerbevolking voor lucht-
gevaar te behoeden. De Nederlandsche burgerij
mag niet zonder meer aan het luchtgevaar wor
den overgeleverd. Door zijn centrale ligging zijn
dichte bevolking, zijn talrijke strategische pun
ten, zijn belangrijke industrieën kan Neder
land bij internationale conflicten, zelfs wanneer
het er niet rechtstreeks bij is betrokken, de ge
volgen van een luchtoorlog ondervinden. De
Nederlandsche Regeering heeft een organisatie
voor luchtbescherming ontworpen, die met die
pen ernst en groote kennis van zaken is op
gezet en derhalve allerwegen groot vertrouwen
verdient. De daarin voorgeschreven maatrege
len eischen echter de samenwerking van wel
haast alle burgers, in de eerste plaats van hen,
die als bestuurders van openbare lichamen, als
leiders van takken van openbare diensten, van
particuliere bedrijven, van bepaalde groepen
van burgers ter bereiking van eenigerlei doel
samengesteld, optreden. Dezen met hun taak
nader op de hoogte te brengen en in hunne
voorbereiding daartoe te steunen behoort on
der meer tot de doelstelling der Studievereeni
ging voor luchtbescherming.
Een krachtige organisatie over het geheele
land dient te worden opgebouwd een groot
aantal leden behoort het hier beschreven doel
te steunen.
Het bestuur der vereeniging bestaat uit P. L.
de Gaay Fortman burgemeester van Dordrecht
voorzitter; mr. L. B. J. van Oppen, burge
meester van Maastricht; A. van Walsum, burge
meester van Vlaardingen; P. Bergmeyer, bur
gemeester van Onstwedde; mr. J. J. P. C. van
Kuyk, burgemeester van Veenendaal; A. P
Scheltus, burgemeester van St. Michielsgestel;
P. van Rees, burgemeester van Papendrecht; H.
Bierman, Middelburg; A. Duiker, secretaris,
's Gravenhage en mr. Th. G. Donner, penning
meester, 's Gravenhage.
Correcties en wegneming van
onbillijkheden.
Het onderstaand overzicht betreffende den
stand van het fruit en de warmoezerijgewas
sen op 20 September 1933 is, onder medewer
king der Rijkstuinbouwconsulenten, samenge
steld naar gegevens, verstrekt door de corres
pondenten der Directie van den Landbouw.
De droogte heeft den groei van het fruit
geremd. De vruchten zijn dientengevolge vroeg
plukrijp geworden en vrij klein gebleven. De
in den laatsten tijd gevallen regens hebben ech
ter tot nieuwen groei aanleiding gegeven, zoo
dat de vooruitzichten weer verbeterd zijn. Uit
de provincie Utrecht worden klachten verno
men over het in sterke mate voorkomen van
spreeuwenschade. De appelen vertoonen een
stand, die eenigszins boven het gemiddelde uit
gaat, daarentegen blijft de stand van de peren
beneden het gemiddelde van de laatste 10 jaren
Door den velen zonneschijn valt de oogst van
de druiven aanmerkelijk vroeger dan in andere
jaren. De kleur van de vruchten is zeer goed.
Het gewas kan goed genoemd worden.
Verschillende groenten hebben eveneens van
de droogte geleden. De bloemkool en in mindere
mate ook de sluitkool hebben in verschillende
streken met draaihartigheid te kampen. Bloem
kool, witte en savayekool staan vrij goed; de
roode kool staat matig tot vrij goed. De stand
van de spruitkool en die van de boerenkool kan
goed tot vrij goed genoemd worden.
De schorseneren vertoonen een vrijwel nor
malen stand. Prei staat vrij goed.
Sla en andijvie zijn op vochtige gronden
beter ontwikkeld dan op drogere plaatsen.
Het eerstgenoemd gewas staat goed tot vrij
goed, terwijl de andijvie een goeden stand
vertoont.
POGING TOT INBRAAK IN EEN PASTORIE
Gisterennacht hebben dieven getracht in te
breken in de pastorie van den zeereerw. heer
H. A. J. M. Quant, pastoor der St. Josephkerk,
te Noordwijkerhout. De dieven hebben aan de
voorzijde een ruit ingedrukt en daarna getracht
met een beitel het raam te openen. Een ijzeren
stang, welke achter het raam was aangebracht,
heeft de dieven vermoedelijk gestuit. De politie
heeft voet- en vingerafdrukken genomen. Nóch
een der huisgenooten, nóch een der omwonen
den heeft eenig onraad bespeurd.
BH
- -
Ingediend is een nota van wijzigingen op het
ontwerp tot wijziging van de ziektewet.
Hieraan wordt het volgende ontleend
Het bepaalde onder letter f van het eerste
lid van artikel 1 der Ziektewet maakt het mo
gelijk, dat een persoon, die in den zin der
Ziektewet arbeider is en naar de algemeene
wettelijke voorschriften onder de verplichte
verzekering zou vallen, desniettemin buiten die
verzekering blijft, omdat hij overeenkomsti
het bepaalde onder het tweede lid van artikel
5 der Ziektewet als werkgever wordt be
schouwd. Deze consequentie is voor den be
trokkene niet billijk en daarom wordt voorge
steld het bepaalde onder f van het eerste lid
van artikel 1 te doen vervallen.
Bij een wijziging van het derde lid van ar
tikel 11 der wet luidt de toelichting„de nieu
we redactie breidt de verplichting tot het ge
ven van inlichtingen, naar het voorbeeld van
het bepaalde in het tweede lid van artikel 11
uit tot de werkgevers, die bij de bedrijfsverze
kering aangesloten zijn geweest en tot de ar
beiders, die in dienst van de bij de vereeni
ging aangesloten werkgevers zijn geweest.
Voorts houdt de nieuwe redactie rekening
met de omstandigheid, dat een aantal bedrijfs
vereenigingen gebruik maakt van een admi
nistrateur, in wiens dienst de ambtenaren zijn,
die bemoeiing hebben met de uitvoering der
verzekering. Deze ambtenaren zijn derhalve
niet ondergeschikt aan het bestuur der bedrijfs-
vereeniging. De eisch van ondergeschiktheid
aan dat bestuur is daarom in de nieuwe redactie
weggelaten."
Zooals het derde lid van artikel 20 thans luidt
wordt de van tafel en bed gescheiden vrouw
als «en gehuwde vrouw beschouwd, zoodat zij
ook bij bevalling, welke plaats heeft, meer dan
300 dagen na het in kracht van gewijsde gaan
van het vonnis tot scheiding van tafel en bed
aanspraak kan maken op uitkeering overeen
komstig artikel 39 der Ziektewet. Dit is uiter
aard niet de bedoeling van den wetgever ge
weest. De voorgestelde gewijzigde redactie
brengt de noodige voorziening.
Volgens de jurisprudentie van den centralen
raad van beroep is het enkele bestaan van
dienstbetrekking, niet gepaard gaande met ar
beidsverrichting en loonbetaling afgezien
van de normale onderbreking van den arbeid
op Zon- en feestdagen niet voldoende voor
het doorloopen van de verzekering. Indien de
arbeider wegens weersomstandigheden tijde
lijk niet kan werken, is hij derhalve volgens
de jurisprudentie over den duur van de ver
hindering niet verzekerd ingevolge de ziekte
wet. Hetzelfde geldt bij verhindering om te
werken wegens andere omstandigheden, als
bijv. gebrek aan materiaal. Deze jurispruden
tie is voor den arbeider, in het bijzonder voor
wat betreft de toepassing van art. 52 der ziek
tewet van beteekenls. Dit artikel geeft den ar
beider, die ongeschikt wordt, terzake daarvan
aanspraak op ziekengeld, mits hij gedurende
een bepaald tijdvak onafgebroken verzekerd is
geweest. De arbeider, die tijdens het voortdu
ren van zijn dienstbetrekking wegens vorst, re
gen, enz. tijdelijk niet heeft kunnen werken
en naar de bedoelde jurisprudentie over den
duur dier verhindering niet verplicht verze
kerd is geweest, zal derhalve menigmaal aan
den eisch van artikel 52 niet kunnen voldoen.
Wettelijke voorziening schijnt billijk, omdat het
hier betreft arbeiders, wier dienstbetrekking
voortduurt. Het nieuw voorgestelde derde lid
bevat die voorziening.
De bepaling van het tweede lid is een billijke
aanvulling van hetgeen het bestaande artikel
reeds bepaalt. Indien de verzekering voort
duurt over den duur der ziekengelduitkeering
is er geen reden, waarom datzelfde niet mede
zou gelden met bétrekking tot de Karenzda-
gen, de dagen derhalve, waarover ingevolge ar
tikel 39 nog geen aanspraak op ziekengeld be
staat.
De in het oorspronkelijk wetsontwerp in het
5de lid neergelegde regeling kan leiden tot te
vroege hervatting van den arbeid, hetgeen
zoowel voor de moeder als voor het kind onge-
wenscht is. De thans aangebrachte wijziging
verzekert aan de verzekerde na haar bevalling
een uitkeering over den vollen duur van zes
weken.
Voorgesteld wordt voorts, artikel 38 van het
ontwerp te wijzigen als volgt: „in het eerste
lid van artikel 52 der ziektewet worden tus
schen de woorden „werkloos is" en „aanspraak
op ziekengeld" ingevoegd de woorden „tegen
over de ziekenkas van den Raad van Arbeid,
onderscheidenlijk de erkende bedrijfsvereeni-
ging, waarbij zijn laatste werkgever was aan
gesloten". De ingevoegde woorden sluiten mo
gelijke onzekerheid, welke risico-drager het
ziektegeval voor zijn rekening dient te nemen
uit. Volgens de oorspronkelijk voorgestelde le
zing van artikel 83, lid 2 der ziektewet kan een
vrouw, die ten tijde van de bëeindiging van
haar verplichte verzekering ongehuwd en zwan
ger was, zich nog de voordeelen van een uit
keering wegens zwangerschap bezorgen, door
na de bëeindiging van de verplichte verzekering
in het huwelijk te treden. Dit is niet de be
doeling, en de thans aangebrachte wijziging
voorkomt dat onbedoelde gevolg.
Ook de in het eerste lid van artikel 47 der
Ziektewet bedoelde werkgever behoort recht
van beroep te hebben, indien hij meent, dat
zijn aanspraken, als omschreven in die wets
bepaling, niet of slechts ten deele zijn erkend.
Daarom is het tweede lid van artikel 106 der
Ziektewet aangevuld.
De redactie van het zesde lid van artikel 106
in de lezing, als voorgesteld bij artikel 62 van
het wetsontwerp, geeft door de woorden „on
geschiktheid tot werken wegens ziekte" aan
leiding tot opvatting, dat de Centrale Raad van
Beroep zich niet zou kunnen uitspreken over
de vraag, of iemand ongeschikt is wegens ziek
te dan wel wegens een gebrek, dat niet als
ziekte is te beschouwen. Daarom is het beter
de woorden „wegens ziekte" weg 'e laten. De
nieuw voorgestelde redactie stelt bovendien
buiten twijfel dat beroep op den Centralen
Raad uitgesloten is, wanneer het uitsluitend
gaat om de zuiver feitelijke vraag, of er is on
geschiktheid tot werken.
De geldende bepaling van het vijfde lid van
artikel 114 Iaat het doen van uitkeeringen uit
sluitend toe met betrekking tot leden van af-
deelingskassen. Die beperking is niet billijk,
daar de reserve, waaruit die uitkeeringen wor
den gedaan, door alle leden van de bedrijfs-
vereeniging wordt opgebracht, ook derhalve
door de z.g. omslagleden. Daarom wordt voor
gesteld, de mogelijkheid tot het doen van uit
keeringen ten behoeve van een abnormaal hoog
risico opleverende verzekerden algemeen te
stellen, zoodat zij eveneens komt te gelden
voor verzekerden, in dienst van omslag-leden.
De gekozen redactie opent bovendien de ge
legenheid, de uitkeeringen te doen aanwenden
voor het opleiden van verzekerden tot een an
der beroep, dat beter voor hun gezondheids
toestand past.
Voorgesteld wordt nog artikel 85 van het
wetsontwerp te laten vervallen, aangezien aan
de daarin vervatte regeling geen behoefte be
staat in verband met de voorgestelde uitbrei
ding van de bevoegdheid van den centralen
raad van beroep. Geschillen, als in dat artikel
bedoeld, kunnen dan door dit rechtscollege tot
oplossing worden gebracht.
Ten slotte wordt nog opgenomen de volgen
de bepalingDe rechtsvordering wegens zie
kengeld verjaart door verloop van drie maan
den.
Kranslegging op zijn graf.
Men meldt ons uit Den Haag:
Heden is het één jaar geleden dat de agent
van politie H. Baas, die tengevolge van een
moordaanslag op den dag van de opening van
de Staten-Generaal, terwijl hij op de Heeren
gracht op post stond, zwaar gewond werd, aan
de gevolgen van die verwondingen overleed.
Door een inspecteur van politie alsmede enkele
agenten dienstdoende aan de afdeeling Ver
keerswezen werd hedenmorgen op zijn graf op
de algemeene begraafplaats een krans gelegd.
Behandeling voor het Bossche Hof.
Maandag stond voor het Bossche Gerechts
hof terecht de 50-jarige machinist P. R., te
Eindhoven. Verdachte was door de Rechtbank
vrijgesproken van de aanklacht ter zake, dat
hij op 4 Dec. 1932 te Vught het aan zijn schuld
heeft te wijten gehad, dat gevaar is ontstaan
door mechanische kracht over een spoorweg,
waarbij een doodelijk ongeluk plaats had.
Plet O.M. bij de rechtbank kwam van het
vrijsprekend vonnis in hooger beroep.
De officier had een maand hechtenis ge-
eischt.
De vroegere hoofdgeleider P. Baijens erken
de, dat hij de machinist de verandering in
de samenstelling van den trein te Tilburg
had moeten mededeelen. Hij is voor 't ver
zuim gestraft.
Ir. Henket, inspecteur der spoorwegen,
deelde mede, dat er een snelheid was aange
geven van 45 K.M. voor dit traject. Verd. reed
dus met 60 K.M. te hard. Hij had bij het
voorsein de vaart moeten verminderen dat hij
niet deed. Hij remde bij het hoofdsein toen het
te laat was. Als hij oplettend was geweest had
hij den trein goed in de hand kunnen houden.
Er was dien nacht glijden te verwachten. Had
de machinist er tijdig rekening mee gehouden,
dan had hij het kunnen voorkomen. Op het
laatste oogenblik echter, als er geen rekening
is gehouden met de glijkans, is het beter maar
te laten glijden en niet te remmen, want dan
is het te gevaarlijk. Verd. heeft 30 dienstjaren
waarvan 22 als machinist. Hij heeft volgens ge
tuigen nooit reden tot klachten gegeven.
Mr. Witlox, verdediger van verd., wees er
op dat verd. reeds vijfmaal had geremd. Hij
bleek den trein in de hand te hebben, zoodat
er niet op glijkans behoefde gerekend te wor
den. Ten deze is hij dus niet roekeloos geweest.
Ir. Henket meent dat door tijdig langzaam
te rijden het glijden had kunnen voorkomen
worden.
Getuige v. d. Boogaart, leerling-machinist,
deelde mede, dat toen verd. bij 't tweede voor-
sein remde de trein reeds begon te glijden. De
remmen hadden tevens goed gewerkt.
Ook de seinwachter v. Hattem, meent den
trein, die geringe vaart had, te hebben zien
glijden.
Als getuigen h decharge werden de machi
nisten P. Goderie en J. Neelen gehoord. Hun
verklaringen komen hierop neer, dat verande
ring in de beremming aan den machinist moet
worden meegedeeld, anders mag deze aanne
men dat de remmen onveranderd zijn gebleven.
Aan glijden is niet veel te doen, zand strooien
"op 't laatste oogenblik is te gevaarlijk.
Ir. Wolters meent dat verd. bij het remmen
een fluitsignaal had moeten geven. Verd. is in
positie achteruitgezet en heeft daardoor 200
schade per jaar.
De Adv. Gen. constateert dat verd. heeft na
gelaten bij eerste en tweede voorsein de noo
dige maatregelen te nemen. Hij heeft eerst de
rem vastgezet en daarna weer losgelaten, mee-
nende dat het wel lukken zou. De glijkans was
hem bekend, dus had hij voorzichtiger moe
ten zijn. Spr. acht verd. alleen schuldig aan
het ontstaan van gevaar door mechanische
kracht, niet aan het doodelijk ongeluk, en
eischt 1 maand hechtenis voorwaardelijk met
een proeftijd van 2 jaar.
Mr. Witlox betoogde dat het weer goed en
droog was geweest en verd. niet aan gevaar
door glijden behoeft te denken. Hoogstens kan
verd. zeggen dat hij 2 a 3 K.M. te weinig heeft
afgeremd. Niet is bewezen dat verd. hoogst
roekeloos en nalatig is geweest. De hoofdge
leider heeft een verzuim gepleegd. Van straf
rechtelijk standpunt kan verd. niet worden
veroordeeld. Hij is reeds zwaar gestraft door
zijn terugzetting in den rangeerdienst. PI. con
cludeerde tot vrijspraak subs, oplegging van
een lichte geldboete.
Uitspraak 9 October.
RIJWIELDIEFSTALLEN
IN DEN STADSSCHOUWBURG TE AMSTERDAM heeft Mevrouw de Boervan Rijk haar zestin-jarig tooneel-jubileum gevierd; Louis
T#»»as t»->aS de jubilajsasae een buete van Herma» ^.,nians aan.
AAN BLOEDVERGIFTIGING OVERLEDEN
Mej. H. aan den Emmaweg te Hengelo is
Maandagnacht aan bloedvergiftiging over
leden, tengevolge van het open krabben van
een puistje in haar gezicht.
De Haagsche rechtbank veroordeelde den
26-jarigen tuindersknecht H. Le M., recidivist
wegens rijwieldiefstal tot iys jaar gevangenis
straf; den bankwerker B. K. die dit rijwiel
vervoerde en verkocht, tot 1 jaar; den kantoor
bediende J. A. S., ree., eveneens wegens rijwiel
diefstal tot 1 jaar; den chauffeur F. P. J. C.
van den K. wegens rijwieldiefstal tot 1 jaar.
Voortgezet werd de behandeling der zaak
tegen den 22-jarigen tuindersknecht A. W. van
D., ged., wegens diefstal van 2 rijwielen, tegen
wien door het O. M. 1 jaar gevangenisstraf was
geëischt.
Een door de R. K. Reclasseering uitgebracht
rapport gaf het O. M. geen aanleiding wijziging
in de strafmaat te brengen, behoudens aftrek
van het voorarrest, voor den tijd van 6 maan
den.
Mr. C. baron Bentinck verzocht de rechtbank
met het rapport van de reclasseering, dat een
voorwaardelijke straf aanbeval, te willen me
degaan. Verdachte die beterschap beloofde,
sprak in gelijken geest.
Vonnis 10 October a.s.
Twee jeugdige rijwieldieven, de 18-jarige
loopjongen G. P. K. en de 19-jarige rijwiel
hersteller J. A. B., maakten er hun werk van
een groot aantal rijwielen of onderdeelen daar
van, zooals lantaarns, bellen etc. te stelen.
Vier getuigen verklaarden dat hun onbeheerd
staand rijwiel buiten hun weten van eigenaar
was veranderd.
Het O. M. eischte tegen deze jeugdige ver
dachten 1 jaar gevangenisstraf, waarvan 8
maanden voorwaardelijk en onder toezicht stel
ling van deze jongdns van het Leger des Heils.
De verdedigers van verdachten verzochten 'n
geheel voorwaardelijke straf met het oog op
hun jeugdigen leeftijd.
Vervolgens stond terecht, de 34-jarige ged.
koopman G. W. G., die de vorige verdachten
tot deze diefstallen zou hebben aangezet en van
hen de gestolen rijwielen en voorwerpen op
kocht, welke feiten door verdachte werden be
kend.
De verdachte K., verklaarde dat zijn kame
raad B. een pakhuis had gehuurd waarin deze
de daarin ondergebrachte gestolen fietsen de
monteerde en veranderde. Verdachte zou daar
voor het geld hebben verstrekt; hij zou aan de
jongens meermalen hebben gevraagd of zij nog
handel hadden.
G. reageerde hierop door te zeggen dat hij
wel geld had gegeven om kostgeld te betalen
doch niet voor pakhuishuur.
De verdachte B., die G. van vroeger kende,
verklaarde, dat deze als opkooper bekend was,
en hij zeide dat G. steeds moest' weten waar
de fietsen vandaan kwamen; de jongens moes
ten ingeval van ontdekking aan de politie zeg
gen, dat het de eerste keer was. In totaal wer
den 14 fietsen naar G. gebracht.
Ook deze verklaringen werden door G. be
twist.
Het O. M., waargenomen door Mr. Blok,
eischte, gezien het strafregister van verdachte
en de frequentie van de gepleegde misdrijven,
2 jaar gevangenisstraf.