Ill I
SCHAAKRUBRIEK.
iÜÉ
MAANDAG 30 OCTOBER 1933
P. A. KOETSHEID,
yiSSCHERIJ.
MARKTBERICHTEN.
DAMRUBRIEK.
SCHEEPVAARTVERKEER IN DEN
NIEUWEN WATERWEG.
WZTss///.
W77//M
YftTTs///
vy///////z.
7////////.,
V/////////
PARTIJ No. 1118.
WEENSCHE PARTIJ.
G-espeeld In den zomerwedstrijd v. d. Schaak
club R. S. R. te Rotterdam. September 1933.
REDACTEUR
i
Vijverhofstraat 95b Rotterdam,
Verzoeke alle correspondentie betreffende
deze rubriek te richten aan bovenstaand adres.
GOEDE OPLOSSINGEN.
H. v. Gaaien, Rotterdam alleB. J. Gloudi,
Rotterdam, alle; H. A. Goemans, Voorhout, alle;
J. D. v. Grieken, Rotterdam, alle; G. v. d. Holst,
Rotterdam, alle; J. Marcelis, Rotterdam, alle; P.
v. Muiden, Uden, alle; Twee Muiderkringleden,
Muiden, alle; A. H. v. d. Linde, den Haag,
no. 4861, no. 4862; B. A. Snelleman, Haarlem,
Idem; W. Verbon. Rotterdam, no. 4861, no. 4S63
A. J. v. d. Weghe, Rotterdam, idem; J. Bot, Roe-
lofarendsveen no. 4861J. P. M. Soer, Erp.
no. 4862.
DE RUBRIEK VAN DEZE "WEEK.
De lezer schrikke niet. Zes problemen, alle
eerste publicaties, zijn zijn gelijk vóór twee weken
niet lastig, waarom we op vele goede oplossingen
rekenen. Bekijk ook eens het eindspel, dat zeer
leerzaam is. Een kort, doch levendig partijtje,
gespeeld in de R. K. Schaakclub ,,R. S. R.", uit
den laatsten zomerwedstrijd hebben we er aan-
toegevoegd, om dezen keer niet een3 uit tijd
schriften te putten.
PROBLEEM No. 4873.
J. VAN DIJK, De Lier.
Eerste plaatsing.
Mat in twee zetten.
PROBLEEM No. 4874.
Dr. L. N. DE JONG, Ruinen.
Eerste plaatsing.
Mat in twee zetten.
PROBLEEM No. 4875.
R, VAN DER KOLK, Zwolle.
Eerste plaatsing.
Mat in twee zetten.
THEORIE.
PROBLEEM No. 4878.
H. v. BEEK, Naaldwijk.
Eerste plaatsing.
Mat in drie zetten.
Wit: v. E. Zwart: K.
1. e2e4 e7—e5
2. Pblc3 Pg8—f6
Hier wordt ook gespeeld 2. Pc6 en 2 Lc5, terwijl
2 Lb4 voor minder sterk gehouden wordt.
3. f2—f4 d7d5
4. f4xe5 Pf6Xe4
5. Ddl—f3 f7—f5
Zeer goed is hier 5Pc6 door Steinitz aan
bevolen waarop kan volgen 6 Lb5, Pc3:; 7 bc
(dc), Dh4t8 g3, De4t.
6. Pgl—e2 Pb8c6
7. d2d4 Lf8b4
In een partij TeichmannShowalter, Nürnberg
1896, geschiedde 7Pb4; 8 Kdl, c5; 9 Pf4,
g610 Lb5t, Ld7; 11 a3, cd4; 12 ab, dc; 13 Ld3,
Lb414 b3, Lc6 en zwart won.
8. Lel—e3 0—0
9. a2a3 LbAa5
10 b2b4
Dit verzwakt' den Dame-vleugel. Wellicht ware
10 g3 gevolgd door Lg2 en 0—0 beter.
1 0La5b6
11* PcSa4
Wit wil den Looper afruilen maar verzwakt
daardoor bedenkelijk zijn Dame-vleugel.
1 1Dd8e7
12. Pa4Xb6 a7xb6
13. c2c3 Lc8e6
14. Le3—f27
Geeft zwart gelegenheid tot een fraai offer.
14Pc6Xb4
15! c3xh4 De7Xb4t
16. a3Xb4 Ta8xalt
17. Fe2—cl TalXclt
18. Kei—e2 Tel—c2t
19 Ke2—dl
Na 19 Ke3 volgt natuurlijk 19f4t; 20 Df4:,
Tf421 Kf4:, Pf2: enz. Indien 19 Kei dan 19...,
TaS; 20 Le2, Talj; 21 Ldl, Pf2: en wint.
19Te2Xf2
20. Df2a3 Tf2—o2
21. Da3—cl
Op 21 Da2volgt 21Pc3t; 22 Kc2, Pa2:;
23 Kb3, Pb4: en aan zwarts overwicht aan pion
nen gaat wit ten gronde.
2 1Tf8—a8
22! DclXc7
Hier brengt ook 22 Ld3 geen uitkomst meer
wegens 22Pf2t; 23 Kei, Pd3:t gevolgd door
Pd:.
2 2Ta8c8
En wit geeft op. Na 23 Db6: volgt natuurlijk
23Pf2t; 24 Kei en 25 Tcl±.
(Aanteekeningen door Zwart.)
PROBLEEM No. 714.
IS. WEISS, Parijs.
Zwart.
Gros Colman 27—33, 27—43 ct.Druiven olauwa
2645, 2736 ct.idem witte 2549, 2339 ct.
Gros Maroc 24—29 26—30 ct. per kg.; Aardbeien
69 ct. per pondTafel-appelen 9Tafel-peren
10—47; Sitoof-appelen 4—7.50; Stoof-peren
410 per 100 kg.; Bloemkool le s. 1.504;
Andijvie exp. v. 0.500.55 per 100 st.Snijboo-
nen 20—38, 2634 ct.Princesseboonen enkele
3143, 3341 ct. per kg.idem dubbele 30160,
40160 ct. per 8 kg.Tomaten A 1.402.10,
1.25—2.10; idem C 0.60—75, 1—1.50; CC 0.30
—0.75 per 12%kg. Spruiten 1.40; Postelein exp.
v. 5%—8; Spinazie 58 ct. per kg.
Verschil 101 17.677
POORTERSHAVEN 1933 89 138.057
HOEK V. HOLLAND 1933 355 797 989
VONDELINGEN PL.1933 202 241.558
Andere Ned. Havens 1933 171 99.335
Naar Rotterdam zijn opgestoomd 4 schepen
met 3 819 netto reg tons welke cijfers zijn in
begrepen in de statistiek voor de haven van
Rotterdam.
BERKEL, 28 October. (Coöpt Groenten- en
Bloemenveiling Vereeniging Berkel Rodenrijs
G. A.) Rozen: dame edith helen 3.505.05, briar
cliff 1.90—3, aug. noack 1.35—2.10, rosalandia
1.052.20 per 100, elzen poulzen 13—19 ct per
bos, chrysanthen: miss edith cavell ƒ5.408.80,
pulling j 58.60, rose day 26.40, red majestic
5.60, polipheme 35, rayonanthen rose 2.80
—5.20, geel 2.80—5.20, wit 24, brons 2.80
5.40, william turner 3.204.40, granfordia 2.20
2.60 per 100, diversentroschrysanthen 715 ct,
eikenblad 59 ct per bos, chrysanthen in pot
11—12 ct.
DELFT, 28 October. (Kaas). Aanvoer 22 sta
pels komijne kaas 4857 ct. per kg. Handel vlug.
POELDIJK, 27 October (Fruit- en Grotenvei-
lingvereen. „Poeldijk"): Res,p. fruitveiling en
Export-veiling: Black Alicante 2533, 2732 ct.
DE KUSTVISSCHERIJ EN DE VISSCHBRl.T
IN HET IJSSELMEER IN SEPTEMBER1933.
De Afdeeling Visschervjen van het Department
Van Economische Zaken deelt het volgende 'HIede
omtrent de kustvisscherij en de visscherij in het
IJsselmeer, waarbij de tusschen haakjes geplaat
ste cijfers betrekking hebben op de maand Sep
tember 1932.
De weersgesteldheid was vpor de uitoefening
der kustvisscherij over het algemeen gunstig.
Voor de fuikenvisscherij op trekpaling was het
weder echter te mooi.
In de Lauwerzee en den Dollart, de Waddenzee
en het niet-afgesloten gedeelte van de Zuiderzee
en de Zuidhollandsche stroomen en zeegaten werd
de visscherij drukker uitgeoefend dan in Septem
ber 1932.
De geldelijke uitkomsten der visscherij in het
IJsselmeer waren beter, in de Lauwerzee en den
Dollart, de Waddenzee en het niet-afgesloten ge
deelte van de Zuiderzee en de Zuidhollandsche
stroomen en zeegaten daarentegen slechter dan
in September van het vorige jaar.
De hoeveelheid en opbrengst der aangevoerde
visch bedroeg n.l, volgens voorloopige opgave
resp. in de Lauwerzee en den Dollart 1.032.468
(961.4481 kg. en 14.905 15.166), in de Wadden
zee en het niet-afgesloten gedeelte van de Zuider
zee 2.717.240 (3.311.299) kg. en 41.872 42.372),
in het IJsselmeer 488.592 456.468) kg. en ƒ196.707
186.606), in de Zuidhollandsche stroomen en
zeegaten 310.074 (159.746) kg. en 25.761 27.405).
Uit Zeeland werden verzonden 1.461.400 (1.911.000)
oesters ter waarde van 71.550 92.650) en
6.924.500 (6.262.000) kg. mosselen ter waarde van
98.880 (ƒ109.280).
PROBLEEM No. 4876.
P. A. KOETSHEID, Rotterdam.
Eerste plaatsing.
Mat in twee zetten.
PROBLEEM No. 4877.
W. ROBART, Rotterdam.
Eerste plaatsing.
Mat in twee zetten.
PROBLEEMOPLOSSINGEN.
No. 4861. 1. g5g6 enz. Niet I. Dd2d3, wegens
1f6—g5:.
No. 4862. 1. Th7g7 dreigt 2. Df5e4; 3. Pf5.
1Tf4, Tg4Lf4, e5—e4 (Kg3)2 Df4:,
Dg4:+, Dd3, Deo enz. Speelt wit 1. góg6, zoo
als een paar inzenders aangeven, dan kan zw.
o.m. antwoorden 1Lf4, om daarna te doen
volgen 2Kg3 en het veld h2 is toegankelijk.
No. 4863. Zelfmat in twee zetten.
Wit; Ke4, Dd7, Tc8—gl, Le2, Pel—c4; a4, a6,
d3, d5, h2.
Zwart: Kg4, Db4, Tf5—h4, Pg2; h3, h5.
Opl.1. Pel—a2 enz. De bedoeling is, om de
zwarte dame te nemen als deze speelt, waarna
tot 2 Kg4g5+ gedwongen wordt. Speelt echter
zwart 1Db4elt, dan 2. Fc4—e3t, of indien
1Db4e7f, dan 2. Pc4e5t.
Als we een zelfmat publioeeren kunnen we ge
woonlijk de vraag verwachten: „Wat is een zelf
mat". Reeds verscheidene malen hebben we dit
verklaard. Van no. 4863 meenden we goed te doen
de oplossing wat uitgebreider te geven, dan bij
gewone tweeze-tten onze gewoonte is. Voor de
lezers, die het niet weten vestigen we er de
aandacht op, dat bij een zelfmat niet zwart
mat krijgt, doch, dat in zulk een opgave wit zoo
speelt, dat zwart verplicht wordt wit mat te
geven.
No. 4870.
De dame op b2 moest een zwarte zijn. Verschil
lende lezers schijnen dit zelf reeds gecorrigeerd
te hebben.
CORRESPONDENTIE.
R. v. d. K. te R. We hadden dus slechts
ten deele gelijk. Dat die blokkeering, al is het
dan ook geen dual, niet tot haar recht komt is
jammer. Echter is het niet zoo ernstig, dat het
daarom niet voor publicaties in aanmerking zou
komen.
Alle correspondentie te richten aan den dam-
redacteur van dit blad.
No. 269 (28 October 1933.)
OPLOSSINGEN
Probleem no. 705 (J. H. MARTIN Jr.)
Zwart: 10/3, 16, 20, 35/6.
Wit: 28/9, 32/3, 38, 40/1, 44/5.
Wit32—27, 27—21, 28—22, 29—23, 33 4, 4 16,
1649.
Probleem No. 706.
Zwart: 3, 6, 7, 9, 11/3, 15/6, 18/9, 21, 23, 25.
Wit: 24, 27/8, 30/8, 42, 48.
Wit: 2420 (zw. 15 24 A), 3329, 3024, 3833,
31—26, 26 19, 32 1.
A Op 25 14, wit 30—24, 28 26 en 32 :1.
Probleem no. 707. (G. v. DIJK.)
Zwart; 3, 4, 9, 11(3, 15, 17/8, 36.
Wit: 24/5, 28/30, 33/4, 38, 4l/2.
Wit25—20, 29—23, 28—22, 38—33, 24 35, 30 6.
Probleem no. 708 (G. v. DIJK.)
Zwart: 2, 8/10, 12/3, 15, 17, 19, 22/3, 25.
Wit: 24, 26, 31/2, 35, 38/40, 41, 44/5, 49.
Wit39—34, 35—30, 40 7, 49—44, 32 5.
Goede oplossingen ontvangen vanP. D. de
Graaf, AmsterdamPieter Kropholler, Amster
dam (nos. 705/6); Th. A. Romeijn, W. A. Th. v.
Veen, Joh. Lodewijkx, H. H. W. Borghardt, J.
P. H„ N. de Zwarte, D. R„ allen Rotterdam,
G. v. Dvjk, Poortugaal.
PROBLEEM No. 711.
P. KLEUTE JR., den Haag.
Zwart.
No. 4861. Een veldrulming voor de dreiging en
voor vier cross-oheks, waarvan er één thema
tisch is.
No. 4862. Viervoudige Brede-ruiming (offerveld-
ruiming van de D voor een P). Men zou hier
meer verwachten bijv. ook nog 2 Df2:t en vooral
2 Dh7waarbij de sleutelzet nog een ruiming voor
de Brede-ruiming geweekt zou zyn, zoo de D
altihans op h7 geslagen had kunnen worden. Dit
klemt te meer omdat een viervoudige Brede-
ruiming niet nieuw is dat werd reeds 25 jaar
geleden vertoond. Zooals de hieronder genoemde
driezet bewijst met een heel wat minder task-
achtigen stand.
Daartegenover staat dat no. 4862 gecompliceer
der is, daar de D tevens nog voor afsluiting bij
voorbaat van den T., in 1e4, 2 De5 recht
streeks in 1Td52 De4 via blokkeering.
L. B. Salkind. 4e Pr. Zlata Praha 1908. Wit
Kc7, Dd3, Tg2, Bh4, Pc5, pionnen d2, e4, g6, h3
Zw. Kf4, Tdlfl, Lc8, Pd8, pionnen b7, c3, d4,
d7, e6, f3, h5, h6. Opl. 1 Te2 dreigt 2 Dd4: enz.
No. 4863. „Grab" thema (stukvangst). Hier
wordt de zw. D. het leven zuur gemaakt. Op
de twee ©enigste velden waar zij niet gevangen
wordt is zij oorzaak van een penmat of geeft
zelf mat (echo's).
J. L. V. G,
Wit.
Zwart: 3, 6/8, 12, 15, 41, 45, dammen op 13 en 16.
Wit: 14, 19, 21, 24, 27/8, 31, 33/4, 37/8, 40,
42/3, 46.
PROBLEEM No. 712.
G. v. DIJK, Poortugaal.
Zwart.
EINDSPEL No. 72.
TH. C. L. KOK, Den Haag.
Eerste plaatsing.
Wit speelt en wint.
Oplossingen over drie weken. Deze worden by
ons ingewaoht tot Dinsdag 14 November,
Wit.
Zwart: 4. 10, 12/3, 17/9, 22, 24, 27, 29, 31, 40.
Wit: 15, 20, 28, 33, 36, 38/9, 41/3, 46.
PROBLEEM No. 713.
BLONDE.
Zwart.
Wit.
Zwart: 2, 3, 6/8, 10, 12, 17, 19, 22/24, 28,9.
Wit: 16, 21, 26, 31, 34, 36/38, 40/42, 44, 46/7.
W i t.
Zwart: 1, 9, 10, 16, 20, 36.
Wit: 18, 22/3, 27, 41/2.
ONZE PROBLEMEN.
Het probleem van Kleute munt wel is waar
niet uit door fraaien stand, maar de afwikkeling
is bijzonder mooi en loont ruimschoots de moeite
van het zoeken.
Probleem 712 is van onzen lezers bekenden pro
blemist v. Dijk. Ook hier is de stand ©enigszins
geforceerd, de winst te vinden is niet gemakkelijk
Probleem 713 is van den bekenden Franschen
problemist Blonde en de oplossing zal menig lezer
nog hoofdbrekens kosten.
Tenslotte vinden wij in probleem 714 weer een
van de fyne trekjes van den oud-wereld-kampioen
Is. Weiss, Deze munten uit door eenvoud en ver
rassend slot.
Gedurende de afgeloopen week zijn volgens
onze statistiek den Nieuwen Waterweg binnen-
geioopen 225 schepen, waarvan 0 zeilschepen en
1 zeelichter, met inbegrip van C bunkerbooten
hiervan waren bestemd voor Rotterdam 182
Hoek van Holland 7, Poortershaven 1, Maassluis
2, Vlaardingen 10, Vondelingenplaat 4, Pernis 1
Schiedam 7. andere Nederlandsche havens 10 en
Duitschiand 1.
Gedurende hetzelfde tijdvak van 1932 kwamen
den Nieuwen Waterweg binnen 234 schepen
waarvan 0 zeilschepen en 0 zeelichters.
Schepen Netto E. ton
N. WATERWEG 1933 9.633 15.491.550
1932 9.469 14 873.504
Verschil
164
618.046
ROTTERDAM.. 1933
1932
7.800
7 059
12.079.814
11.771.393
Verschil
141
308.421
VLAARDINGEN 1933
1932
386
354
729.516
641.175
Verschil
32
88.341
SCHIEDAM1933
1932
459
391
1.399.484
1.283.600
Verschil
68
115.884
PERNIS1933
1932
100
86
292.691
267.029
Verschil
14
25.662
DUITSCIILAND 1933
1932
189
231)
71.860
95 238
Verschil
41
23.378
MAASSLUIS..., 19.33
1932
68
169
7.818
25.495
ROTTERDAM, 28 Oct. Scheveningsche markt.
Aangevoerd: 65 kisten bokking 0.030.05; 15
kisten spekbokking 0.05—0.07 30 kisten Makreel
0.080.20 per stuk.
Rotterdam, 28 Oct. Heden werden aan de visch-
markt alhier van IJ muiden, Scheveningen en
elders 160 manden en kisten versche en 150 kist
jes gerookte visch aangevoerd. Middel tarbot 10
15idem kleine 610middel schol 814
idem kleine 35; middel sehelvisch 1012;
idem kleine 2—14; Makreel 6—8; Haantjes
3—5; Gul 3—5; Versche haring 3—4 per mand
Levende paling 46; Harde bokking 11.25
per kistje.
De aanvoer teekende zich deze week wel zeer
scherp af. In de eerste helft werd de markt in
haar geheel beheerscht door de buitenlandsche
aanvoerders, terwijl in de tweede helft onze na
tionale visschers en -handelaren het rijk alieen
hadden, als bij afspraak was deze regeling de
beste en toch heeft geen der aanvoerders er zijde
bij gesponnen. Tot en met Woensdag werden
honderden kisten met heilbot, kabeljauw, sehel
visch en schol per boot en per vrachtauto's van
afgelegen plaatsen aangevoerd. Dit was visch
van zeer goede kwaliteit en het waren flinke
exemplaren waartegen de door onze visschers in
de Noordzee gevangen soorten in grootte zich
niet kunnen meten, maar de goede kooplust was
zoek en is de geheele week zoek gebleven.
Zelfs de heldere tong, tarbot en griet der kust-
visschers konden het niet tot een redelyken prijs
brengen wat gedeeltelijk te wijten was aan het
regenachtige weder, dat defi verkoop bemoeiiykte
maar ook aan het restaurant bedrijf hiér ter
stede, dat in den laatsten tyd in belangrykheid
zeer is verminderd.
Wanneer onder zulke omstandigheden een vei-
lingcijfer van 18.000 bereikt wordt, dan pleit dit
Voor de zeer groote hoeveelheid, die over de vei
lingstafel is gegaan.
Smalenderwijze heeft eens een Amsterdamse».*
vischventer, tevens bestuurslid van den een of
anderen bond dit nuttig en doelmatig meubel
stuk een sjoelbaktafel genoemd, maar op Maan
dag j.l. stond een collega van hem, natuurlijk ook
een bestuurslid van een bond met open mond te
kijken naar de groote heilbotten, kabeljauw, tar
bot en sehelvisch, die via de tafel in het bezit
der Rotterdamsehe kooplieden overgingen en dat
terwijl het Amsterdamsche afslaggebouw bij ge
brek aan visch gesloten was.
De directe aanvoer uit zee werd aangebracht
door 19 kustvaartuigen, 1 kotter en 1 logger.
Voor de kustvisscherij is het seizoen, behoudens
dan op eenige mooie dagen, wanneer het weer
glas mooi staat, geëindigd maar wat de visschers
dan aanbrengen is volgens hun zegswijze gesto
len. De uitkomst van dit jaar is slechts matig
geweest en alleen het zeer zuinige beheer en
hunne kleine nooden kan hen drijvende houden.
De consignatie zendingen zoowel van het bin
nen als het buitenland bestonden uit 3220 man
den en kisten versche en uit 590 kistjes gerookte
en gestoomde visch. Byzonderheden valt er van
deze zendingen niet te melden, alleen dat de
rondvisch van het buitenland met haken en de
platvisch met den zeezegen gevangen is, terwijl
de visch, die door Nederlandsche schepen wordt
aangebracht, met het sleepnet is buitgemaakt.
Zelfs de leek kan begrijpen, dat een zwaar sleep
net alles vernielt waar het overheen gaat, ter-
wyi een zeer lichte zegen met wijde mazen
slechts visch van een zekere maat vangt en dat
het gebruik maken van haken de meest ideale
wijze van visschen is, maar 's lands wijs 's lands
eer.
Tot voor deze week geschiedde de verkoop van
alle vischsoorten op gezicht, maar nu worden de
groote exemplaren zooals heilbot en zalm, waar
van het gewicht niet gemakkelijk te schatten is
voor de veiling gewogen en het gewicht bekend
gemaakt. De meer en de minder geroutineerden
zyn het in dezen niet eens maar de bescherming
is nu eenmaal voor de zwakken.
naar het Engelsch van
L. G. MOBERLY.
26.)
Ik hoop, dat je je frisscher voelt dan toen
we elkaar vanmorgen vroeg zagen, riep ma
dame Chiraud vroolijk, terwijl zij Leslie onder
zoekend aankeek. Er is vandaag 'n heeleboel te
doen.
Daar ben ik blij om, want ik houd van
drukke dagen en bovendien Uw werk is altijd
interessant, antwoordde Leslie in volle oprecht
heid. De spottende blik in de oogen van ma
dame ontging haar.
Ik zal zelf het grootste gedeelte van den
dag uit zijn. Ik heb verschillende vergaderingen
bij te wonen. Maar ik ben bang, dat ik zooveel
werk voor je moet achterlaten, dat je er elke
minuut van den dag voor noodig zult hebben.
En dan wilde ik je vragen om weer eens voor
mij naar de Gilbey's te gaan, de oude man is
ziek en ik wilde hem een paar lekkernijen
sturen.
Leslie ademde diep. Torden's dringend ver
zoek, eigenlijk meer een bevel dan een ver
zoek, stond haar helder voor den geest. Toch
schrok ze er voor terug om het verzoek van
madame te weigeren, doch vóór ze tijd had
voor een antwoord sprak madame, die dien
ochtend zeer spraakzaam was, reeds verder. Zij
deelde orders uit, zei welke antwoorden op
enkele brieven gegeven moesten worden en
bakende den heelen dag voor haar secretaresse
af.
Het spijt me wel, dat ik je ontbijt door
het werk moet bederven doch zoo gauw we
klaar zijn moet ik de deur uit en ik wil, dat
alles je duidelijk is voor ik wegga.
Leslie antwoordde, dat ze het heelemaal niet
erg vond en omdat het duidelijk was, dat haar
werkgeefster erg veel haast had, aarzelde zij
om over Huddlestons Rents te beginnen. Ook
zag zij op tegen het geargumenteer, dat er on
getwijfeld zou volgen als zij weigerde te gaan.
Zij besloot voorloopig niets te zeggen, waar
toe zij overigens bitter weinig kans kreeg. Ma
dame Chiraud had zóó'n haast om weg te ko
men, dat Leslie alle zeilen moest bijzetten om
de verschillende instructies te noteeren. Ten
slotte ontving ze een flink groot pak voor de
Gilbey's.
Wat fruit, jam en lekkernijen, daar zal de
oude man blij mee zijn, glimlachte madame
Chiraud.
Wil je hem zeggen, dat ik hem eens gauw
kom bezoeken? En dat ze het mij moeten laten
weten, zoo gauw ze iets van Martin hooren?
En dat ze hem moeten zeggen voorzichtig te
zijn tegen de kou? Deze vroege voorjaarsdagen
zijn verraderlijk, als men van een warm land
komt.
Leslie luisterde. Zij begreep zelfs alles wat
er tegen haar gezegd werd, doch ondertus-
schen plaagde ze haar hersens hoe zij madame
kon gehoorzamen zonder de waarschuwingen
van Tofden in den wind te slaan. Madame
Chiraud's laatste woorden, vóór zij het huis
verliet, waren voor het meisje een groote
schok. Slechts met inspanning van al haar
krachten slaagde zij er in haar schrik te ver
bergen.
O ja, madame was reeds bij de deur, toen
zij dit zei, dat is waar ook, als mevrouw Han-
field misschien komt, wil je haar dan voor mij
te woord staan?
Mevrouw Hanfield? herhaalde Leslie, niet
in staat verder een woord te uiten.
Ja, mevrouw Hanfield. Als ik me niet ver
gis, heb je haar bij de Mastermans gezien, hoe
wel je, geloof ik, niet aan haar bent voorge
steld. Een erg knappe vrouw in het lila.
Een knappe vrouw in een lila toilet. O ja,
ik herinner me haar heel goed, een erg opval
lende verschijning.
Vindt je? Ik ben er bijna zeker van, dat
ze vandaag hier zal komen. Als ik nog niet
terug mocht zijn, wil je haar wel voor mij
ontvangen en haar zeggen, dat het mij heel
erg spijt, dat ik haar niet getroffen heb, doch
dat ik dringende bezigheden had. En wil je
haar vragen of ze misschien nog 'n paar dagen
in de stad kan blijven? Vergeet dat laatste
vooral niet, of ze nog een paar dagen in de stad
kan blijven; ik zou haar graag ontmoeten.
Leslie begon haar werk, 't hoofd verveld van
tegenstrijdige gedachten. Zij peinsde over me
vrouw Hanfield en wat ze gisterenavond met
haar meegemaakt had. Zij vroeg zich af, of
zij er in geslaagd was madame's achterdocht te
overwinnen door haar verhaal over de nacht
club. Ten slotte keek ze wantrouwig naar het
voor de Gilby's bestemde pakje.
Zij had die twee vriendelijke mannen, die
haar vroeger geholpen hadden, beloofd, dat
ze niet meer naar dat afschuwelijke plein zou
gaan. En nu was ze gebonden om een pakje
levensmiddelen naar dien zieken man te bren
gen. Ofschoon zij zich niet aan haar opdracht
kon onttrekken, zonk, reeds bij de gedachte
alleen, dat ze weer naar die verschrikkelijke
buurt zou moeten, de moed haar in de schoe
nen. Zij "nhrriif alle brieven en lijsten, die op
haar lagen te wachten met haar gewone nauw
gezetheid en dit werk hield haar bezig, tot de
onvriendelijke dienstbode haar kwam waar
schuwen dat 'het tijd was om te lunchen.
Madame is niet thuis, zei ze stug, ze zei,
dat U maar alleen moest eten.
Leslie had altijd het gevoel gehad, dat de
meid Sophie, het land aan haar had, doch veel
had zij zich daarom nooit bekommerd. Vandaag
echter, misschien omdat zij zenuwachtig was
met het oog op haar bezoek aan Huddlestons
Rents, meende zij op te merken, dat zij haar
opvallend vijandig aankeek. Zij kreeg het on
aangename gevoel, dat de dienstbode haar be-
spionneerde.
Absurd, probeerde zij zich zelf wijs te
maken, ik geloof, dat ik achterdochtig word.
Ik heb achterdochtige menschen nooit kunnen
uitstaan en nu ben ik zelf zoo.
Zij probeerde er uit alle macht tegen in te
gaan en lachte de grimmige dienstbode vrien
delijk toe, toen deze haar, na de lunch, een
kop koffie in haar werkkamer bracht.
Je heerlijke lunch heeft me heelemaal op
geknapt, zei ze. Ik voelde me echt suf en sla
perig vanmorgen na mijn uitgaan 'van giste
renavond.
Sophia's gezicht ontspande zich niet in het
minst en ze keek Leslie koud aan.
U schijnt flink uit geweest te zijn, hè?
En of! Leslie slaagde er in te lachen, of
schoon zij het onaangename gevoel had .afge-
stooten te zijn. Ik was in geen eeuwen naar
den schouwburg geweest en ik heb me kos
telijk geamuseerd.
En U vond het blijkbaar erg prettig zoo
laat thuis te komen, antwoordde de vrouw.
Leslie met haar kleine oogen vijandig aanzien
de. Je moet er van houden om midden in den
nacht thuis te komen!
O, voor zoo'n enkel keertje, zei Leslie
vriendelijk. Bovendien was ik nog geen enkelen
avond uit geweest, buiten dan dien eenen keer
met madame.
Enfin, het zijn mijn zaken natuurlijk niet,
antwoordde Sophia, terwijl zij haar dunne lip
pen op elkaar klemde. Komt U thuis thee drin
ken?
Ik denk het niet.
Deze woorden waren een plotselinge inge
ving, want tot voor enkele oogenblikken was
Leslie vast van plan geweest ten huize van
madame Chiraud te komen theedrinken. Nu
nam zij plotseling een besluit.
Ik heb een boodschap te doen voor ma
dame en daarom zal ik in de stad wel ergens
thee drinken.
De kleine, koude oogen keken Leslie listig'
onderzoekend aan, doch het meisje dacht er
niet over verder eenigen uitleg te geven aan
Sophia en daarom zat er voor de vrouw niets
anders op dan de kamer te verlaten. Leslie
treuzelde niet over haar koffie, want zij
wenschte het besluit, waartoe zij in haar ge
dachten gekomen was, zoo spoedig mogelijk
tot uitvoering te brengen. Zij ruimde haar
paperassen bij elkaar, kleedde zich en ging
de deur uit met het voor de Gilbey's bestemde
pakje onder haar arm. Het eerste publieke
telefoonstation, dat zij passeerde trad zij bin
nen, belde St. Hilda's ziekenhis op en vroeg
dokter Henderson te spreken. Na eenig wach
ten hoorde zij den flinken, mannelijkere stem
van Derrick aan het andere einde der lijn, en
alleen reeds de klank van die stem gaf haar
een gevoel van veiligheid.
U hebt me gezegd, dat ik U op moest bel
len, als ik hulp noodig had, begon Leslie en
onmiddellijk viel hij haar in de rede.
Maar natuurlijk en U hebt groot gelijk, dat
U mij opbelt. Zegt U maar, wat ik voor U
doen kan.
Er is mij gevraagd om naar een plaats te
gaan, waar ik op Uw aanraden niet meer heen
zou gaan, antwoordde Leslie voorzichtig. En
nu zou ik graag willen weten wat ik doen
moet; ik moet er nu direct heen.
U moet er in geen geval heen gaan zonder
mij, was het zeer besliste antwoord. Ik zou nu
direct niet met U kunnen meegaan, als U bij
voorbeeld over een minuut of twintig bij den
ingang van het ziekenhuis zoudt kunnen zijn?
Zou dat gaan, denkt U?
O, gemakkelijk, ik sta nu in een publieke
telefooncel en kom regelrecht naar U toe. Het
is buitengewoon vriendelijk van U.
Onzin, zei Derrick, ik zal buiten op U
wachten.
Hij sprak de laatste woorden met een teeder
lachje, dat de polsen van Leslie sneller deed
kloppen. Terwijl zij het kantoortje verliet, had
zij het gevoel, dat zij luidkeels zou kunnen
zingen of van vreugde zou kunnen dansen. Zij
was echter te verstandig om aan die neiging toe
te geven en vervolgde voor het uiterlijk
althans, ernstig haar weg, terwijl haar hart
inwendig danste van geluk.
Derrick stond reeds op haar te wachten en
toen hij op haar toeliep om haar te begroeten,
klopten haar polsen wederom sneller, toen zij
den blijden blik in zijn oogen zag.
Wat zoudt U er van zeggen, vroeg hij na
haar begroet te hebben, als U mij dat pakje
eens gaf en als ik het dan in de Rents bezorgde?
DSSS behoeft U heelemaal niet naar die ellen
dig?» griebes te gaan.
Neen, dat gaat in geen geval, antwoordde
beslist, het is mij nu eenmaal opgedra
gen en dus moet ik het ook bezorgen. Maar als
U en meneer Torden het absoluut beter vinden,
dat ik er niet alleen heenga, heb ik heel graag,
dat U met mij meegaat.
En als we dat pakje bezorgd hebben, gaan
we samen ergens thee drinken, zei Derrick op
een toon of haar toestemming iets vanzelfspre
kends was. Vervolgens gingen zij samen op
weg.
O graag, begon Leslie, doch zij brak haar
zin af en vervolgde; Ik had eigenlijk besloten
om even naar juffrouw Courtenay te gaan.
Naar juffrouw Courtenay? Waarom?
Toen vertelde zij hem het gebeurde van den
vorigen nacht. Derrick luisterde zwijgend, doch
onder haar verhaal werd de uitdrukking van
zijn gelaat heel ernstig.
Ik zal U eens wat zeggen, zei hij toen het
meisje haar verhaal beëindigd had. Achter die
geschiedenis steekt iets heel ernstigs, daarvan
ben ik overtuigd, hoewel ik met geen moge
lijkheid zou kunnen zeggen" wat het is. Ik
heb me nooit ingelaten met de Londensche on
derwereld, maar ik ben er zeker van, dat er
iets laags ligt verscholen achter hetgeen U
me verteld hebt. Ik wou maar dat die Torden
hier was, hij schijnt van dat soort zaken ver
stand te hebben.
Hij is toch zeker nog in Londen?
Ik vrees van niet. Hij vertelde me, dat hij
verplicht was naar Zwitserland te gaan en
hoewel hij niet precies zei wanneer, maakte
ik toch uit zijn woorden op, dat hij onmid
dellijk zou gaan.
Ik hoop maar, dat hij nog niet vertrokken
is, antwoordde Leslie met een onverklaarbaar
angstig voorgevoel. Meneer Torden is zoo echt
iemand op wien je kunt bouwen.
Hij weet in ieder geval heel wat dingen,
die wij niet weten, merkte Derrick scherpzin
nig op. Dat is wat mijn speciale indruk van
hem is. Hij schijnt op de hoogte te zijn van
hetgeen er in de onderwereld omgaat. Dien
indruk kreeg ik tenminste. Niet, dat hij me dit
in even zoovele woorden vertelde of er ver
halen over deed, die er op wezen. Ik voelde
het nu eenmaal.
Die woorden: ik voelde het nu eenmaal,
maakten op Leslie grooten indruk.
Ik wilde, dat U niet bij madame Chiraud
wonde, waren Derrick's volgende woorden. Ik
zou het ellendig vinden indien U betrokken
werd bij iets ongeoorloofds.
Zoo ver ik het kan beoordeelen, is daar
geen sprake van, zei Leslie, doch ze was lang
niet meer zoo zeker van haar woorden als een
week geleden. Mijn werk is zoo, dat niemand
er iets achter zou kunnen zoeken. Bij ons aan
huis komen alle mogelijke heel bekende per
sonen, die een uitstekende reputatie genieten
om te spreken over sociale werken. Madame
Chiraud bezoekt geregeld bekende filantro
pen en werkt ten nauwste met hen samen.
Ja, het is erg onbegrijpelijk, en toch
Plotseling wendde hij zich tot haar en zei;
Er zijn dingen, die U wantrouwig ge
maakt hebben, dat kunt U toch niet ontkennen?
De gebeurtenissen van den vorigen nacht
leken me erg vreemd, gaf Leslie toe. Mevrouw
Hanfield was beslist onder den invloed van
het een of ander en toen ik om twee uur
thuis kwam, hoorde ik fluisteren in de kamer
van madame. Daar staat tegenover, dat, wat
mevrouw Hanfield betreft, mijn verbeelding
mij parten gespeeld kan hebben, terwijl ma
dame heel goed dringende zaken te bespreken
gehad kan hebben.
Zoudt U niet bij haar vandaan kunnen
gaan? vroeg hij kort.
Welke reden zou ik kunnen opgeven? En
hoe moet ik aan een nieuwe betrekking ko
men? Ik moet toch een getuigschrift hebben
en als ik zonder eenige reden mijn ontslag
neem, zal ze mij zeker geen goed geven.
Ik woubegon Derrick, doch terwijl zij
den hoek van een straat omsloegen, liep er
bijna een man tegen hen aan.
Neem me niet kwalijk, baas, zei hij ruw,
maar niet onbeleefd.
Leslie drong zich tegen Derrick en greep ze
nuwachtig zijn arm. Toen de man voorbij was,
sprak zij en Derrick zag, dat haar gelaat doods
bleek was.
Wat.... begon hij, doch zij scheen niet
eens naar hem te luisteren.
Dat was de man, die me toen in Hudd
lestons Rents aanviel, hijgde zij, ik zou zijn
gezicht nooit kunnen vergeten. Hij was het,
die me een van de huizen wilde binnen trek
ken.. Ik weet zeker, dat hij me nu bespion-
neert.
HOOFDSTUK XXI
DE ZUSTERS
Ik ben vast besloten om niets meer met
al die rare dingen te maken te hebben.
Wat voor rare dingen, Daff? Kijk me niet
aan, of ik een misdadigster ben!
Wie zegt me, dat je het niet bent? Neen,
je behoeft me niet zoo smeekend aan te kijken
of voor de verdrukte onschuld te spelen, daar
kom je bij mij niet verder mee, Primrose. Ik
ben Gervase niet en je kunt mij niet om den
tuin leiden, zooals je het hem doet. Kom in
's hemels naam tot jezelf en maak je los van
je laag-bij-de-grondsche kennissen.
Ik weet niet hoe, stamelde Primrose, ter
wijl ze haar zuster aanzag met een uitdrukking
van intensen angst in haar oogen. Je bent heel
hard voor me en niemand zou gelooven, dat
je mijn tweelingzuster bent. Tweelingen nis*)»
ten elkaar in alle" bijstaan.
(Wordt vetVolgS»
t