n T~ MADAME DE LA YALLIERE. 3 h KABOUTER m ZENUWEN. EEN AFSCHEID. ZATERDAG IS NOVEMBER 1933 LAAT HET LEV EX U NIE'l VERSLAAN. ENSEMBLES VAN HET MEER EENVOUDIGE GENRE. PARIJSCHE MODEPRAATJES. ULDEN FLITSEN. RETRAITE VOOR DAMES UIT INDIE EEN KINDERKAMER IN EEN POLITIEBUREAU. MODERNE GARNEERING. WAAROM ONTEVREDEN? VOORZIET U VAN GOEDE HULP. HOUDT STEEDS EEN !iü SCHULD EN BOETE. F, HYACINTH HERMANS. KUNT U MIJ OOK ZEGGEN. IV Tempo is bet woord, dat de tegenwoordige menschheid opjaagt. Tempo is het wooid, dat de menschen dag aan dag voortzweept en ze vaak wegslingert op de rots der mislukte levens. Heeft u den gemiddelden man, of vrouw, ooit wel eens gevraagd, of zijn of haar zenuwen normaal zijn. Het antwoord, dat u in de meeste gevallen zult krijgen, Z2l zeer leerzaam zijn, „Normaal? Natuurlijk zijn m'n zenuwen nor maal Ik zal niet ontkennen, dat ik niet zoo nu en dan wat schrikachtig ben, maar dat is niet te verwonderen in een tijd als waarin we tegen woordig leven. Reizen onder hoogspanning, werken onder hoogspanning, worgende concur rentie, economische depressie enz. enz. enz." Een vooraanstaande zenuw-specialist, die niet alleen In theorie, doch ook in de volle practijk zijn ervaringen heeft opgedaan met het zenuw stelsel van den tegenwoordigen doorsnee- mensch, heeft daarover een uitvoerig artikel gepubliceerd en komt daarin tot de conclusie, dat geen zes mannen Of vrouwen von de hon derd in het bezit zijn van „normale" zenuwen. Hij schakelt de twee zoogenaamde „uitersten" al bij voorbaat uit. Met die twee ,,uitersten" bedoelt hij de menschen met „zenuwen van staal" en degenen, die ei" prat op schijnen te gaan, dat zij zoo „gevoelig" zijn, dat ze gewoon niet weten, wat met zichzelf aan te vangen. Volgens zijn meening bestaat die eerste klas se in het geheel niet. Hij heeft op deze wereld nog nooit een man of vrouw ontmoet met „ze nuwen van staal" en verwacht ook niet, dat dat ooit gebeuren zal. De tweede klasse spreekt voor zichzelf 'zoo vaak en zoo lang als zij maar een sympathieken toehoorder vindt.) De dokter wil het slechts hebben over den doornsee-man of -vrouw. Hij kent tal van menschen, die onder zulke zenuwsloopende omstandigheden leven, dat zij geregeld op den rand van een zenuw-instorting zweven. Daar zijn de werkloozen; de menschen. die met werk overstelpt zijn; financiers; acteurs en artisten; journalisten; staatslieden, die zich geplaatst zien tegenover een dreigenden wereld oorlog: fabrikanten, winkeliers en boeren, die aan den rand staan van den ondergang en hun employe's, die bedreigd worden met ontslag. Deze menschen behooren echter niet tot den doorsnee-man of -vrouw. De doorsnee-mensch behoort tot de overgroote meerderheid. Voor hen behoorde het leven een normaal verloop te hebbèn met zijn lief en leed in geregelde afwisseling. Toch vertoonen zich ook bij hen, individueel zoowel als collec tief, bijna alle symptomen van een geschokt zenuwstelsel. Depressie, prikkelbaarheid, schrik achtigheid slapeloosheid verlies van geheugen, enz. enz., het zijn alle symptomen daarvan. Werk, het opvoeden van kinderen en de strijd om het bestaan zelf, zijn normale en ge zonde factoren van het leven, welke den mensch moesten stimuleeren, in plaats van hem te demoraliseeren. Misschien is u van meening, dat de dokter de zaken overdrijft? Oordeel u dan maar voor uzelf, of hij gelijk heeft, of niet. Lees u de hier volgende twintig vragen maar eens aandachtig over en trek dan uw eigen conclusies. Zij zijn met de grootste zorgvuldigheid samengesteld door een aantal vooraanstaande psychologen, enkel en alleen met het doel om op een eenvoudige wijze het zenuwstelsel van den zoogenaamden doorsnee- mensch te kunnen toetsen: I. Lacht u spoedig? 2. Laat u uzelf gaan, als u boos is? 00 Huilt u spoedig? 4. Kunt U stil zitten zonder te „rijden" op uw stoel? ito tsöj Denkt u ooit wel eens aan het begaan van zelfmoord? 6. Als u ligt, hoort u dan uw hart in uw ooren kloppen? 7. Is u bang In het donker of in een leeg huis? 8. Verbeeldt u zich wel eens, dat des nachts Iemand u volgt? 9. Aarzelt u, als u voor een plotselinge be slissing wordt gesteld? 10. Voelt u u ooit wel eens, alsof u zoudt willen schreeuwen? II. Raakt u spoedig het hoofd kwijt, als u voor een plotseling gevaar staat? 12. Is u bang van een hoogte te vallen? 13. Schrokt u uw voedsel naar binnen bij de maaltijden? 14. Heeft u tot gewoonte, om de eene taak onafgemaakt te laten, ten einde een nieuwe te beginnen of een andere te voltooien? 15. Houdt u ervan om versctullende soor ten menschen te ontmoeten? 16. Zegt u vaak dingen in de opwinding van het oogenblik, welke u later betreurt? 17. Is u in het algemeen „cynisch" gestemd tegenover leden van de andere sexe? 18. Als u laat op een bijeenkomst komt, geeft u er den voorkeur aan om te blijven staan, liever dan dat u een plaats vooraan opzoekt? 19. Trekt u het zioh erg aan ,als u bij het spel (kaarten of schaken bijvoorbeeld) ver liest? 20. Kost het u moeite u te concentreeren, als u leest? y Ieder van deze vragen Is gesteld met een speciale bedoeling en de man of de vrouw, die evenwichtige zenuwen heeft, dient op ze ventien ervan met een „Neen" en op de overige drie met name op 1, 4 en 15 met „Ja" te kunnen antwoorden. Op het eerste gezicht lijkt het, dat het ant woord op vraag 1 „Neen" zou moeten luiden, indien de zenuwen van die persoon normaal zijn. Doch als u wat verder nadenkt, zult u in zien, dat dit niet zoo is. De meeste evenwich tige peisonen lachen spoedig. Menschen, die niet gemakkelijk lacnen, lijden aan zelfonder- schatting of vreezen, dat zij belachelijk zullen lijken, wat een zeker teeken is van nervosi teit. t Het antwoord op vraag 4 spreekt voor zich zelf. Nerveuze, onevenwichtige menschen, zijn meeds op de een of andere wijze in beweging. Nerveus zijn ook degenen, die bij het lezen moeilijk hun gedachten kunnen concentreeren. Hun aandacht wordt geregeld door iets anders van hun lectuur afgeleid, vaak door hun eigen gedachten, welke zich gaan bezig houden rnet heel andere onderwerpen. Vraag 15 is de derde, welke met een „Ja moet kunnen beantwoord worden.. Normale menschen houden er over het algemeen van, met verschillende soorten vreemdelingen in aanra king te komen. Het nerveuze type daarentegen heelt een afschuw van het maken van nieuwe kennissen. In hun onderbewustzijn vreezen zij vaak, dat de nieuwkomer onaangenaam zal zijn, of vervelend, of agressief. Zelfs al blijkt deze vrees herhaalde malen ongegrond, steeds wordt iedere vreemde met dezelfde argwaan begroet. Vraag 17 is eveneens bijzonder geschikt, om een karakteristieke eigenaardigheid van den nerveuzen, onevenwichtigen mensch aan het* licht te brengen. Dit type is altijd geneigd het ergste van ieder, die hem omringt, te gelooven. De normale mensch is spoediger geneigd het beste van iemand te denken. De mogelijkheid bestaat natuurlijk, dat som mige der vragen bevestigend moeten beant woord worden, in verband met een lichamelijke afwijking. Menschen bijvoorbeeld, die aan be paalde oor- of oogziekten lijden, zullen onge twijfeld bevreesd zijn van een hoogte te val len. Eveneens zullen personen met een te hoogen bloeddruk en ook lijders aan anaemie (bloed armoede) vraag 6 bevesigend moeten beant woorden, want deze zieken klagen vaak over het feit, dat zij hun hartslag in de ooren voelen. Indien de lezer of lezeres echter bovenstaan de vragen eerlijk beantwoordt, zal hij over het algemeen een goeden gids hebben bij het beoor. deelen van den staat, waarin zijn zenuwen verkeeren. Zooals reeds gezegd, dé ideale beantwoording van de vragen is driemaal ,.Ja" zeventien maal „Neen", doch een klein percentage „Neen's" bij wat „Ja" had moeten luiden, wijst slechts op een lichte afwijking van het normale. De beste manier om geschokte zenuwen weer in orde te brengen, is meer frissche lucht* en beweging en vroeg naar bed. Geregelde ge woonten, geregelde ontspanning, meer aandacht aan het dieet en meer tijd voor het nuttigen der maaltijden zullen door winst aan gezond heid ruimschoots het zoogenaamde verlies aan tijd gedurende de werkuren vergoeden. Laat de zenuwachtige mensch uit gaan met het speciale voornemen, om behagen te schep pen fn het ontmoeten van nieuwe gezichten. Laat hem trachten zijn booze buien te overwin nen en zijn aanvallen van depressie te beteu gelen. Laat hij, in plaats van een schoen te gooien naar den kop van een kat waarbij in de meeste gevallen een onschuldige vaas of iets dergelijks het leven laat, eens een lange, frissche wandeling gaan maken den eersten den bestne keer, dat hij zijn humeur verliest. Dat is goedkooper, gezonder en verstandiger. Frissche lucht, gezonde beweging, regelmaat en het aankweeken van zelfbeheersching. Dat zijn de middelen om de zenuwen er onder te krijgen. zoo blij, als je 't aannam, goeie ouwe ziel. Je zag ze immers daaglijks, soms twee, drie keer, en als je in je witte kleedje uit 't rijtuig j stapte op je Communiedag, viel je oog op Saartje, die daar stond bij de ingang van de pastorie en tranen pinkend snoof: wat 'n enge lenachwat 'n engelen. 't Is al voorbijen eenmaal zullen moderne paleizen het aanschijn van den Singel her nieuwen. Sint Catharina de tempel, die je jeugd gekend, gezegend, blij en sterk gevoerd heeft door 't grootestadsleven en zijn gevaren. Ze heeft je angsten geweten, als je daar knielde voor den biechtstoel, je berouw, over ongehoorzaamheid, afgekeken huiswerk, 'n ge- kaapten appel, 'n leelijk woord. Ze hoorde je geloofsbelijdenis op den dag van je eerste It. Communie, toen je met klare stem je eed van geloof en trouw betuigde. Ze heeft je ontluikende „maidenhood" be schut, je confidenties beluisterd aan de zoete Moeder, de lieve Vrouwe van Lourdes, ze hoor de eindelijk het bindend „ja", dat je trouwdag tof .een hemel wijdde. Sint Catharine, nu ge verdwijnt, wilt ge ons nog eene les leeren, de laatste, de schoonste, de waarachtigste, die ge ooit gegeven hebt, de les: „Tout casse, Tout lasse, tout passe, Dieu Seul reste". HELLENEN. Kaast de gekleede middag en avondjaponnen, waarin vaak heel wat fantasie neer gelegd is, heeft natuurlijk het gewone, eenvoudige mo del onze sympathie be houden. We laten hierbij een drie tal van zulke sobere creaties zien, onderscheidenlijk uit gevoerd in wollen angora, geribde jersey en wollen crêpe. Zooals men ziet, is de rechte rok gehandhaafd, al is hij iets langer geworden. De hals-uitsnijding en zijn tamelijk hoog, soms zelfs op staand, de schouders meestal geaccentueerd met wat gar neering, zooals epauletten valsche plooien enz., terwijl de mouwen nog al effen blij ven. Ter versiering van de een voudige wollen japon wor den verder graag knoopen, of wat daarvoor doorgaat, gebruikt. De zeer bewerkte ceinlures zijn doorgaans van origineele sluitingen voor zien. De St. Catharinakerk te Amsterdam zal ge sloten worden en opgeheven. De.... wat.... en je meende verkeerd te lezen 1 Zooiets zou men in de verste verte niet gedacht hebben. Toen jaren geleden, het „Boompje" ver dween, kon men 't zioh ecnigszins begrijpen. En toch, 't was een verlies,; juist dat oude typische kerkje,. Maar nu de St. C <jo, de kerk, waar je gedoopt werd; de een;,; H. Communie ontving, het Vormsel, ja, waar je getrofhvd bent. 't Doet pijn; 't is weer zoo'n echt „memento mori", een waarschuwing van het vergankelijke. Dan komt er een vloedgolf van herinneringen meest uit de kinderjaren, toen je nog op de Catechismus van Pastoor Schweitzer was, de nobele figuur en kindervriend bij uitnemendheid. De kostelijke uren in de z.g. „berei"-kamer, de j door een lange geheimzinnige gang (in kinder- oogen) te bereiken „voorbereidingskamer voor S de Eerste H. Communie." PARIJS, 14 November 1933. Bespraken wij een vorigen keer de nieuwe modellen-ensembles van het meer elegante genre, ook de ensembles van het meer een voudige en practische genre verdienen de aan dacht. Want ook die creaties zijn heel talrijk en zeer gewild, omdat ze, ondanks allen een voud en soberheid, toch een zeer gekleurd effect geven. Voor bedoelde ensembles, die meestal ge combineerd zijn met een drie-kwarts mantel met een vrij ruimen coupe, gebruikt men over 't algemeen vrij dikke wollen stoffen. Wenscht men een iets meer gekleurd cachet, dan kiest men velours-anglaisof velour-de-laine. Naar het min of meer ge kleed karakter, dat men aan 't ensemble wil geven, draagt men er bont bij met lange haren als vos, of kortharig als oreitswans of cara cul, of wel garneert men het ensemble eenvoudig met bont- stof. Een voorbeeld van het meer gekleede genre geeft het hier naast weergegeven model, dat zich uit stekend leent als stadstoilet. Het is uit gevoerd in donker bruin velours-anglais en gecompleteerd met een vest van plat bont, dat inmiddels ook uitstekend uitge voerd kan worden in bontstof. De rok van het ensemble is heel eenvoudig. De mantel vertoont echter een drie-dubbel kraag-effect op de schou ders, waardoor deze verbreed worden. Het vest heeft ook een col-cravate, zoodat men voldoen de verwarming heeft, daar de paletot geen bont heeft. Men kan dit ensemble weer een meer elegant cachet geven door het te completeeren met een lange bleek-rose, of ivoor getinte tuniek van crêpe-satin, zoodat men het dan ook als avondtoilet gebruiken kan. Binnen den kring van het hem gegeven aantal levensjaren, kan de mensch eenige malen jong zijn, van middelbaren leeftijd wezen en oud worden. Opdat het allergrootste werk voltooid worde, is tegen duizend handen slechts één geest nood zakelijk. De onbegrijpelijke schoonheid, die de jonge mensch bij zijn ontwaken tot het leven over de wereld stralen ziet, is de onverdiende, maar onschatbare belofte van de ziel Ondanks al de ellenden, die ons overkomen, die ons naar de keel grijpen, hebben wij een stille kracht die ons daarboven heft, mits wij gelooven en beminnen De held onderscheidt zich daarin van den avonturier dat hij inziet waar de grens ligt tus- schen mogelijkheid en onmogelijkheid. Al is de leer nog zoo goed, zij haalt niet bij de lessen van het leven. Wanneer kent men zich zelf Alleen dan wanneer men in zich zelf nog meer gebreken ontdekt dan in anderen. Een poëzie van onverschilligheid tegenover zedelijke ideeën is een poëzie van onverschil ligheid tegenover het leven. Op initiatief van de echtgenoote van madame Chiappe, de echtgenoote van den bekenden pre fect der Parijsche politie, heeft men in het bureau van de prefectuur een tehuis voor ver laten kinderen ingericht. Er zal daar van alles zijn. wat bij het bedrijf van een modern kin dertehuis behoort: slaap en eetkamers, een bad inrichting, een speeltuin alsmede een isoleer- vertrek voor lastige patiënten. Het tehuis biedt plaats voor 30 kinderen be neden drie jaar. De politie waakt natuurlijk even goed over de kleine kinderen als over de groote men schen. Dat behoort nu eenmaal tot haar taak. Maar het blijft toch nog altijd iets bijzonders, wanneer een politie-agent in het bureau van politie een kinderasyl inricht en dit zelf be heert. Een modieus nieuwtje, dat zoowel bij japon nen van angora als bij zijden visite-modellen met veel succes valt toe te passen, is de ster vormige uitsnijding van het lijfje. In het mid den wordt in verticale richting een soort van Men hoort dikwijls mopperen tegen de Voor zienigheid. In den regel komt dat voort omdat wij de oogen sluiten om niet te willen zien wat God ons heeft gegeven en wij alleen maar zien naar hetgeen ons ontbreekt. Lezen wij wat Tolstoï daarover zegt: Er was eens een man, die ontevreden was over zijn lot en aan God verweet, het hem te hebben over gezonden. God, zoo zeide hij, schenkt aan anderen t-, „„„„„„.J I rijkdommen en aan mij schenkt Hij niets! Hoe Daar werden we klaar het j leven voJortgaSn, als Jik niets be dreigend catechismus-examen naast veel devotie, veel kattekwaad bedreven. Je ziet 't alles weer zoo duidelijk voor je, het Koningsplein, de brug met de bloemen- stalletjes, Saartje met haar bloeiend kroost „jongejuffrou een residaatje voor uwes ma Rozen en vergeet-„mlj"-nietjes tot 'n stijf tuiltje gebonden. Daar zat Saar, de voeten op een stoof des winters, de dikke wanten aan de verkleumde vingers. „Hier jongejuffer. een mooi roosje op uw jurk, Saar is jarig, geeft ze weg." En ze was zit? Een grijsaard hoorde deze woorden en sprak: „Zijt ge werkelijk zoo arm als ge wel meent? Heeft God u geen gezondheid en krachten ge geven? Dat ontken ik niet, want daarop ben ik trotsoh. Zoudt ge voor duizend roebels uw rechterhand willen doen afkappen? Neen, dat beslist niet! Uw linkerhand dan? Deze ook niet! Besef nu eens, welke rijkdommen God u heeft gegeven, en ge durft nog klagen! Men schrijft ons: Het retraitehuis „Cenakel" te Tilburg komt met een voorstel voor den dag, dat het „Katho liek Indisch Bureau" van harte toejuicht. Een retraite voor dames uit Indië Blijkt niet, dat ondanks de gelegenheden, welke in Indië geboden worden tot het hou den van een gesloten retraite, er nog steeds zoo .talrijken zijn, die praktisch er geen gebruik van kunnen maken Java is een model retraitehuis rijk, n.l. „Gi- risonta" te Oengaran bij Semarang. Meerdere zusterhuizen stellen onder de vacantie der pen- sionnaires hun ruimte ter beschikking aan 'n groepje dames om de ziel in geestelijke afzon dering bij hen te komen verkwikken. Maar Java is heel Indië niet.... en ook op Java zit zoo menigeen in een of anderen verafgelegen uithoek, vanwaar men niet gemakkelijk voor een paar dagen naar Oengaran, Soerabaja, Ma- lang, Magelang, Batavia trekken kan. Nu biedt zich deze prachtige gelegenheid aan! Tilburg is centraal gelegen ten opzichte van al die plaatsen, waar de Indische verlofgangers rich gewoonlijk ophouden. En wat is 'n uurtje sporen voor wereldreizigsters Wie gaat zich beklagen over gebrek aan tijd, terwijl men verlof geniet Zou er voor menschen, die soms jaren in de „rimboe" zitten, in de plantage of op de suiker fabriek, en voortdurend op godsdienstig gebied zooveel moeten missen, geen reden zijn om hun godsdienstig leven te gaan verdiepen? Wie gebruikt maakt van de retraite, welke 't Cenakel organiseert, komt niet bij vreemden, maar treft zeker vrienden en kennissen aan. Ook als leider der retraite is iemand gevonden die Indië kent, n.l. de Z.Eervv. heer C. Klamer, C.M., oud-pastoor van Soerabaja. De datum der retraite is vastgesteld op 912 Jannuari 1934. Opgave kan men doen, èn aan de Eerw. overste van h^t retraitenhuis Cenakel. Konings hoeven 211 te* Tilburg, èn aan het .Katholiek Indisch Bureau", Schenkkade 226, den Haag. clip aangebracht, die bij stoffen japonnen van een edele houtsoort en bij zijden modellen van staal of strass is gemaakt. Modern zijn ook de breede, eveneens van een clip voorziene ceintuur en de halflange ge drapeerde mouwen met overeenstemmenden gesp. SS BIJ DE HAND Een creatie van Callot Soeurs te Parijs, een robe van zwarten wol met een plastron van witte jersey en twee gekruiste stroo ien van voren, die van achteren geknoopt zijn. Een der opmerkelijkste figuren uit de galerij der historische vrouwen, die aan het weeldc- hof van den Fransehen Zonnekoning een be- teekenende rol hebben gespeeld, een der weinigen ook, over wie de geschiedenis met sympathie en zelfs met bewondering mag gewagen, is deze madame de La Vallière, hertogin de Vaulour. Amper 17 jaren oud kwam de argelooze, on schuldige Louise de la Vallière aan het gevaar lijke en lichtzinnige Hof van den jongen ,Lo- dewijk XIV, als eeredame van de even jonge Henriëtte van Engeland, die zoo pas in den echt was getreden met „Monsieur", hertog van Or leans", eenigen broer van den machtigen koning. De koning, Lodewijk XIV, was toen zelf eerst 23 jaar oud en kort te voren gehuwd met Maria Theresia. infante van Spanje. Jong, knap hjj werd geprezen als de schoonste man van zijn rijk, een verlei delijke vorstelijke verschijning, omringd van courtisanes, die allen naar zijn gunst en vriendschap dongen. De jonge koning, die niet weinig ook om politieke redenen een huwelijk had gezocht met de Spaansche infante bleef niet ongevoelig voor de bekoorlijkheden van zijn schoonzuster Henriette, tot stijgende erger nis van zijn toch al zeer sterk jaloersch aan- gelegden broer, en tot niet mindere verontrus ting van zijn moeder, Anna van Oostenrijk. Was 't opzet, Intrigue om ernstiger conflic ten te vermijden, was 't spel van den lichtzin- nigen vorst om zijn jonge hem zoo welgevallige schoonzuster in haar toch altijd eenigzdns be trachte gereserveerdheid te prikkelen? De aan dacht van Lodewijk XIV keerde zich op een goeden dag als toevallig naar de even jonge en aanminnige verschijning van Louise de la Val lière, die als eerste eeredame van madame Henriëtte kortelings haar entrée in de hofkrin gen had gemaakt. Louise de la Vallière was nog bijna een kind, bescheiden op bijna verlegenheid af. Wie haar soms al te opvallend betrachtte, joeg een blos van verlegenheid naar haar zachte wangen. Mat blonde krullen omlijstten een blank sneeuw?:, gelaat met teer blauwe oogen. Een volmaakte schoonheid was zij niet, maar zij was uiter mate beminnelijk in haar natuurlijke charme en eenvoud. Argeloos, onervaren, vrouwelijk zwak, en tooh weer ook gevleid misschien, wist zij de attenties van den machtigen en ook mannelijk sterk suggestieven koning moeilijk te weerstre ven. Eenvoudig en bescheiden van aard, zonder zich op zijn bijzondere onderscheiding te laten voorstaan, zonder eenige berekening of arglis tigheid bleef zij niet ongevoelig voor de vriend schap en genegenheid van Lodewijk XIV, die van zijn kant de jonge, aanvallige vrouw on weerstaanbaar onder zijn macht trachtte te brengen. Te midden van het galante, altijd intrigee- rende Hof traehte Louise de La Vallière de voorrechten en gunsten, die de koning haar be wees, zorgzaam te verbergen, en zij braveerde niet op haar uitverkiezing en succes, zooals later haar opvolgsters in de gunst des konings zouden doen, zij schaamde zich bijna voor haar bevoorrechting. Zelfs eenmaal ontvluchtte zij het wufte en welderige Hof, waar het leven louter feest en geneugte beteekende, om zich in een stil kloos ter te verbergen, maar de koning zelf kwam haar achterop, verteederde haar door zijn tra nen om haar verlies, en voerde haar weer terug. Na enkele jaren bleef haar meer intieme verhouding tot Lodewijk XIV geen geheim meer. Inl663 werd haar een zoon geboren, die Louis de Bourbon geheeten werd, maar op twee en halfjarigen leeftijd stierf. Bij den dood van haar eersteling schonk zij het leven aan een dochter, Marie-Anna en in 1667 werd haar een tweede zoon geboren, die andermaal Louis de Bourbon werd geheeten, eh den titel ont ving van graaf de Vermandois. De koning nog altijd vol genegenheid voor Louise de La Vallière verhief haar tot hertogin de Vaujour. Bij alle verheffing en onderscheiding werd Louise niet eerzuchtig en ijdel, zij mengde zich niet in 's konings zaken, bleef bescheiden op den achtergrond, en onthield zich zorgzaam van alle intrige. In 1669 begon de liefde van den koning tot de zachtmoedige Louise te ver- minderen en te verzwakken, de gevaarlijke vrouw, madame de Montespan, die zij zelf m de omgeving des konings had gehaald, begon haar meer en meer te verdringen. Zonder zich diep ongelukkig te toonen, trok madame de La Valière zich in stilte terug, en als zij weende, dan golden haar tranen niet zoozeer haar ver loren liefde als wel haar eigen persoon en haar rouwmoedig erkende zonden. De groote moed van een Bossuet, die in zijn straffe boetepredikaties het wufte leven aan het Hof en de lichtzinnigheid van den mach tigen koning niet spaarde, begon ook op ma dame de La Vallière ernstigen indruk te maken. In de heete atmosfeer van het zinnelijke hoi trachtte Bossuet door zijn zuiveren adem kie men van deugd te wekken. Een der eerste vruch ten hiervan zou madame de La Vallière wor den, die tot een wondere bekeering en boete doening zou worden gebracht voor haar jonge, lichtzinnige en zondige leven. Mogelijk, dat ook de zoo tragische en ge- heimzinige dood van haar vereerde vriendin en meesteres madame Henriette d'Orleans in de volheid van haar bloeiende zes en twintig jaren niet zonder sterken invloed is geweest op ma dame de la Vallières rouwmoedigen en voor beeldig boetvaardigen inkeer. Een ontroerend wonder van christelijke schulderkenning en boetedoening ging zich nu in de eens zoo schitterende Louise de La Vallière voltrekken. Even dertig jaar oud. nog in het volle bezit van haar opmerkelijke schoonheid en gratie, zeide madame de La Vaillère de wereld onher roepelijk vaarwel. Als moeder bracht zij aller eerst het zwaarste offer, dat een vrouw bren gen kan, zij nam voor altijd afscheid van haar beide sohoone kinderen, en deed haar intrede in het strengste kloster der zusters Carmell- tessen. Haar zware leven, dat nog zes en dertig jaren duren zou, werd nu voor haar een langzaam zelf gewild sterven in boete en berouw. Geen oogenblik heeft zij er ooit aan gedacht, zell's bij de zwaarste bezoeking niet, een enkele ver zachting te vragen in den strengen kloosterre gel. En zelfs deze allerstrengste levensregel be antwoordde nog niet genoeg aan haar zin en zucht naar schulddelging en boetedoening. Zij waakte haar nachten door op den kouden, harden grond, droeg een scherp schrijnend kleed over haar naakte lichaam, zij ging blootsvoets nam het meest karig voedsel, vastte dagen lang. Midden in den nacht stond zij op om zich uren 1 lang aan het koorgebed te wijden, zij kastijdde x i „itrowiAVvt+o rlfl 1TIAPST haar teere lichaam, zij verrichtte de meest nederige werkzaamheden, den arbeid slechts afwisselend met gebed. En dit alles beschouwde zij nog maar als de minste boete voor de fouten en zonder harer zwakke jeugd. Na een jaar van den meest voorbeeldigen en heiligen proeftijd nam zij nederig den sluier aan uit de handen van koning Lodewijk s wettige gemalin, koningin Maria Theresia, tegenover wie zij eenmaal zooveel had te kort geschoten, de aartsbisschop van Parijs nam haar de eeuwige belofte af, en Bossuet sprak zijn beroeomde kanselrede uit: „Sermon pour la Profession de Madame de la Vallière, duchesse de Vaujour" met die veel beteekenende tekstwoorden uit den Apocalyps: „En hij die gezeten is op den troon heeft gezegd: „Zie, ik zal alles weer nieuw maken ,,Ziet hier een ziel, die na zich in zondige liefde verloren te hebben, begint met terug te keeren op haar schreden, die alles een voor een heeft verlaten, wat zij beminde en liefhad, en die alles achter zich latend, zich alleen ter be schikking stelt van God En toen de geweldige redenaar zijn rede besloot met donderende stem: „Kom af, ga naar 't altaar, offer de boetvaardigheid, ga uw offe rande voltrekken", toen snikten al de aanwe zige grooten der aarde heete tranen van ont roering en bewondering. De gevierde en aanbeden Louise de La Val lière was de armste en nederigste zuster Louise de la Miserieorde geworden. En toen in 1683 haar de vroegtijdige dood van haar zoon Louis de Bourbon, die op zestienjari gen leeftijd te sterven kwam, werd aangezegd, sprak zij de in de historie beroemd geworden woorden „ik moet zijn géboorte nog meer be- weenen dan zijn dood". Van dien dag af verdubbelde zij nog haar harde boetedoening en martelde haar afgesloof de lichaam af tot zij werd tot een menschelijk wrak. Zij stierf heilig den 6den Juni 1710, zes en zestig jaren oud. „En, als nu de predikatie bij de kloosterge lofte van zuster Louise de la Misericorde nog altijd gerangschikt wordt bij de beroemde Oraisons funébres van den grooten en klassie ken Bossuet, dan is dat, omdat deze in haar soort een machtige en aangrijpende lijkrede „oraison funèbre", was op madame de La Val lière, duchesse de Vaujour, die in 1674 inder- 'aad voor de wereld gestorven was. Moccataart. Deze taart wordt zonder bak- ken bereid. 500 gram ongezouten boter, 400 gram poedersuiker, vanillepoeder, wat koffie- extract, 50 gram amandelen, 400 gram biscuits de Savoye en 150 gram geconfijte vruchten. Voor de koffie-crême de boter tot room roeren, vanillepoeder, gezeefde poedersuiker en koffie-extract toevoegen. In een springvorm een rond carton of dubbel gevouwen reepen papier leggen, daarop een laag biscuits, een laag koffie-crêpe van 1 c.M. dikte, weer een laag biscuits, enz., eindigende met de vla. Den vorm eenige uren in de kou laten staan. Daarna de rand afnemen en de taart voorzichtig op den schotel zetten. De buitenkant met gesnipperde, geroosterde aman delen en de bovenkant met geconfijte vruchten versieren. M. M, Begrooting. Naar aanleiding van een ver« zoek van een onzer abonnée's deelen wij mede, dat wij veronderstellen, dat honderd gulden toe reikend zal zijn voor het noodzakelijk levens onderhoud, daar in het begin, de onkosten voor kleeding, en meubilair in verband met al het nieuwe, zeer gering zullen zijn. Hier is echter geen brandstof voor de wintermaanden blj- gerekend. Mocht u nadere gegevens wenschen, gelieve dan een postzegel in te sluiten. Haard. De lezeres welke zich beklaagt over het afbranden van een nieuwen haard, raden wij aan een vakman er bij te halen. Het komt ons zeer vreemd voor, dat de fa briek daar geen ander antwoord op geeft, dat is niet in orde. Bij de Jaarsma-haarden komt zulks niet voor. Deze hebben een bijzonder poetsmiddel, no. 1 en no. 2, welke, goed toege past, den haard polijsten. Probeert u het eens met deze, doch vraag dan nauwkeurige inlich tingen. Proefondervindelijk kan ik u mededee- len, dat een zeer kale Jaarsma-haard na bo vengenoemde behandeling, er als nieuw gemof feld uitzag. Wit glacé schoentjes. Wit glacé schoentjes kan men schoonmaken met oudbakken brood of meel, ofwel door ze af te wrijven met een papje van tetra en speksteenpoeder. Ook kan men propjes watten in benzine doo- pen en hiermede het leer inwrijven. Nawrij- ven met talk of speksteenpoeder, Is het van dat stevige leer, „Nebuk" ge naamd, gebruik dan een of ander in den han del zijnd preparaat. Beter kan ik u niet raden. Uw wit kinderbontjasje kunt u zeer goed reinigen door de z.g. meelwassching. Wit meel verwarmt men en doet het In een schotel. Het meel mag niet bruin geworden zijn door de hitte. Nu legt men het jasje in het warme meel en wrijft het met de handen zóó of men het wil wasschen. Deze bewerking duurt zoo lang, totdat men bemerkt, 'n tweede of derde portie, niet meer vuil wordt. Flink kloppen en schudden tot alle meel ver dwenen is. Deze methode is wel wat langdradig, doch tast absoluut het bont nocht de huid aan. „Bonne chance". Geel Wij veronderstellen, dat 't bont van ve..igheid of inwerking der lucht wat geel is geworden. Doop een doekje in gezuiverde benzine of tetra en wrijf het hiermede voorzichtig af; denkt er aan: ver van vuur en licht blijven. Ook kan men het als boven, in verwarmd meel droog wasschen en goed uitkloppen. Is het geel echter te diep ingedrongen, hel pen onze huismiddeltjes niet en is chemisch behandelen rationeeler. Zieke palm. Waarschijnlijk heeft de palm de een of andere ziekte, vocht of koude gevat, en is de vakkundige in deze de man die raad kan schaffen. Mocht het vastzittend stof zijn, neem dan de bladeren eens voorzichtig af met een sponsje met lauw water. Schildpadden. Hoe verzorg ik des winters schildpadden? Deze dierenvriendin „van den buiten", deelen wij het volgende mede: Als de schildpadden vrij in den tuin rond kruipen, zijn ze op een goeden dag verdwenen, ze hebben zich ingegraven en doen het winter- slaapje tot het voorjaar komt. .Men kan ze ook in een kistje met zaagsel of grond in een vorstvrijen kelder plaatsen. Ze tukken in zon der eten of drinken, tot het voorjaar- Het bewaren van geraniums. Zien deze er goed uit, houdt ze dan op een lichte, verwarm de plaats, dan bloeien ze den geheelen winter door, opletten dat ze vochtig blijven; voor de ramen houden ze 't best, mits ze daar niet be vriezen kunnen. Zijn ze te hoog opgeschoten, kaal en. stunte lig, snijdt ze dan even boven een oog in den stam af, liefst in het groene deel, en zet ze uit het oog, in schemerlicht van vorstvrije kelder of zolder. Kranten om den pot wikkelen is zeer goed. Juist zooveel water geven, dat de wortels niet verdrogen. In 't voorjaar in het licht brengen,, wat mest toedienen en later in den tuin brengen. Patronen. Nogmaals brengen wij ter alge- meene kennisname, dat van onze Parijsche mo deplaten geen modellen of knippatronen ver strekt kunnen worden, 'n Handige coupeuse heeft aan het plaatje genoeg. Schildpadden-taschje. De dame, wier taschi door de was-bewerking donker is ge worden, doet het beste met een vleugje terpen tijn de waslaag te verwijderen, daarna met drogen warmen doek opwrijven. Of het helpt, garandeeren wij niet, het is te probeeren. HUISMOEDER. SLIM JANTJE. Vader wilde Jantje's goede hart op de proef stellen. Hij gaf Jan een dubbeltje en een stui ver en zeide dat hij een der munten in de collectebus voor de armen moest geven. De over blijvende munt was voor Janneman. jan kwam met het dubbeltje terug. Vond je het maar het beste een stuiver aan de armen te geven, Jan vroeg vader. Ja vader, antwoordde Jan. De dominé zei, t" i.t we graag geven, dubbel is gegeven, en dus luidden de armen toch hun dubbeltje, nietwaar?.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 4