of wX*"'
AKKER.CACHET5
„VANDAAG"
ll
DINSDAG 21 NOVEMBER 1933
T.
„TEEKENEN DES T1JDS
GEEN AANSLUITING BIJ HET
R. K. W. V.
Beslissing van „St. Christoffel"
DE LEIDER DER N. S B.
P. BONATUS V ADRICHEM O.F.M. t
Buitengewone algemeene vergadering
te Utrecht.
UIT DE R. K. STAATSPARTIJ.
Het vraagstuk van het gezinsloon.
NEDERLAND-EXPRESS.
Behandeling van het Verslag der
Commissie.
KON. NED. LANDBOUWCOMITE.
Suppletoire agenda
ONGUNSTIGE SITUATIE DER
MIJNINDUSTRIE.
Bespreking R.K. Mijmverkersbond
en R.K. Liniburgsche Kamer
leden.
Onze steenkool als ruilobject.
HET WERK OP DE SPHINX HERVAT.
GOUDEN REGEN OP HET ROKIN
TE AMSTERDAM
Bankbiljetten in den wind.
De gelukkige vinders gearresteerd.
AKKERTJES'L
ONBEHAAGLIJKE TOESTANDEN TE
HOEK VAN HOLLAND.
ONZE PRIJSPUZZLE.
In boek en blad, in vermaan en dithy
rambe, wordt de Katholiek thans aange
spoord om de teekenen des tijds te verstaan.
Wanneer deze aansporing meer wil zijn dan
een rhetorische wending, dan zal de nauw
gezette en geduldige waarnemer der din
gen aanstonds vragen: waaraan de teekenen
des tijds dan wel te onderkennen zijn?
Waarlijk, dit is de eerste maar niet de eeni-
ge zwarigheid, waarop wij stuiten bij een
poging tot oviënteering in het tijdsgebeuren.
Wat is in de verschijnselen om ons heen
werkelijk een symptoom van worden en
groei eener nieuwe samenleving of slechts
een gril van het bonte spel van ebbe en
vloed des levens; wat is het blijvende, wat
is weer spoedig vervluchtigd in het onop
houdelijk oprijzen en weer dalen der dagen?
Men zal ons aansporen om de verschijnse
len steeds weer te toetsen aan de eeuwige
geopenbaarde waarheden, er tevens aan toe
voegende dat, indien een verschijnsel zoo
vormloos en vaag is, dat deze toetsing min
stens ernstig wordt belemmerd, het ver
schijnsel wel bij de vluchtig-verijlende mag
worden ingedeeld. Dit is echter een optimis
me, dat door de ervaring van dezen tijd niet
wordt bevestigd. Terwijl anderzijds vele
tijdsverschijnselen meer behooren tot het
domein der natuurlijke rede, en allereerst
op de rede een beroep doen om te worden
herkend en onderscheiden.
Wat zijn in de veelheid der verschijnse
len de teekenen des tijds? Aanstonds moge
worden erkend, dat de vraag niet met ze
kerheid kan worden beantwoord. Moet dit
ons weerhouden om te streven naar een
oriënteering der Katholieken temidden van
dezen overvloed van verschijnselen? Deze
vraag bevestigend beantwoorden, zou de in
leiding zijn van een afstand doen der Ka
tholieken van iedere poging hunnerzijds
om de ontwikkeling eener nieuwe samen
werking te beïnvloeden. Ons volkomen be
wust van het onmogelijke, om thans in een
synthese het wankelende en afstervende,
het wordende en het groeiende.saam te vat
ten, meenen wij toch niet nutteloos te ar
beiden door te trachten enkele algemeene
gedachten omtrent het wereldgebeuren te
formuleeren om dan te zien. of en in hoe
verre die algemeene gedachten door de ver
schijnselen des tijds worden bevestigd.
Alvorens wij echter willen pogen om die
algemeene gedachten in woorden vorm te
geven, dringt zich een vraag op, die wij
ook niet mogen verwaarloozen. Wordt
eigenlijk in de hier neergeschreven en nog
te volgen beschouwingen, niet ais axioma
aanvaard, dat wij staan op een keerpunt der
historie, dat wij den levensnood van een
nieuwe'samenleving doorleven? En mogen
wij dit als een axioma aanvaarden? Is het
niet mogelijk, dat de verbijsterende ver
schijnselen om ons heen niets anders, doch
ook niet meer zijn dan een vertraagde na
geboorte van den oorlog, dat zij uitsluitend
naweeën zijn van het verleden, geen facto
ren van de toekomst?
Welk karakter moeten wij toekennen aan
de verschijnselen, die wij onder den naam
crisis samenvatten: zoowel politieke en eco
nomische, als cultureele, moreele en gods
dienstige crisis? Wij gelooven, dat onder de
Katholieken de overtuiging groeiende is, dat
de huidige crisis der menschheid niet alleen
kan worden verklaard als een reeks van
wel zeer moeilijke en pijnlijke oneffenhe
den, een gevolg van de groote beroering
op allerlei gebied door den wereldoorlog
verwekt, die toch te eeniger tijd zullen ver
dwijnen, waarna de menschheid weer de
oude en beproefde wegen volgen zal. Wij
gelooven, dat met den dag onder ons de
overtuiging veld wint, dat de crisis den
doodsstrijd inluidt van een complex van
dwalingen, die gedurende eeuwen de sa
menleving hebben beheerscht. Natuurlijk is
dit centrale verschijnsel zeer verscheiden in
samenstelling; terwijl onderdeelen van dit
complex ten doode gedoemd zijn, komen
andere onderdeelen weer tot een fataal-
consequente ontwikkeling. De wereldoorlog
is in dit proces een feit van ontzaglijke be-
teekenis, maar ook niet meer. De wereld
oorlog is niet alleen oorzaak, maar ook ge
volg. Gevolg van het overheerschende com
plex van dwalingen; oorzaak weer van het
ten deele afsterven; ten deele tot nieuw le
ven wekken van dwalingen.
Een groot gevaar ligt verscholen m het
verkleinen der verschijnselen van den tijd
tot iets als een massale zenuwprikkeling,
die gaandeweg wel kalmeeren zal. Geeste
lijke vadzigheid en zelfgenoegzaamheid zijn
bij uitstek eigen aan den Noord-Nederlander
van gemiddelden leeftijd. Hij kan alles wat
opkomt en groeit zonder dat hij er van
nabij bij betrokken is, moeilijk ,.au sérieux
nemen. Hij wacht maar rustig af, totdat de
jeugdige stormers van thans zijn leeftijd, en
dus zijn graad van universeele wijsheid, zul
len hebben bereikt. Wanneer ouderen zou
den komen met nieuwe, denkbeelden en
nieuwe plannen, dan ligt het vonnis al we
derom gereed; physieke verslapping, die zich
ook in hersenverweeking uiten kan. De
zelfgenoegzame kan bij dit alles zelfge
noegzaam blijven: 't kost hem weinig moeite
zichzelven te bezien als middelpunt van al
het bestaande.
Gelukkig zijn de Katholieken van Neder
land deze zelfgenoegzaamheid ten overstaan
der menschheidscrisis wel gaandeweg te
boven. Gelukkig: want anders zou in deze
crisis bij ons, zonder ons, doch niettemin
over ons zijn beslist. Er zijn natuurlijk ge
varen aan verbonden, wanneer het vluchtige
en voorbijgaande zou worden beschouwd als
iets blijvends, als iets dat mede de toe
komst houwt. Doch het grootste gevaar is
wel, dat wij constructieve elementen der
toekomst zouden beschouwen als vluchtige
verschijnselen. In dit geval toch zouden de
Katholieken worden uitgeschakeld erger
nog: zichzelf uitschakelen bij den bouw
der toekomst.
Wij hebben toch ook, wat de waardeschat
ting der nieuwe verschijnselen betreft, wel
eenige ervaring opgedaan. V ij herinneren
ons allen wel het schouderophalen van de
meerderheid der Katholieken, toen het
communisme in Rusland, het fascisme m
Italië aan het bewind kwam. Dat kon im
mers niet zoo blijven, dat moest immers
spaak loopenVooral voor het Russische
communisme werden zóóveel attesten van
overlijden vastgesteld dat, volgens de uit
spraak van den volksmond, aan dit commu
nisme wel 'n lang leven moet zijn beschoren.
Zoowel het Russische communisme als het
Italiaansche fascisme zijn van ingrijpende
beteekenis voor de wordingsgeschiedenis van
den nieuwen tijd en 't ware beter geweest,
wanneer wij dit eerder hadden ingezien
De verschijnselen van den tijd dus, wan
neer niet het vluchtige karakter dier ver
schijnselen overtuigend blijkt, aanvaardend
(in een voorloopige waardeschating) als
elementen van vernieuwing in leven en we
reld, zij nogmaals vastgesteld, dat echter
een synthese dier verschijnselen nu niet mo
gelijk is, doch dat althans kan worden ge
streefd naar het formuleeren van eenige
algemeene gedachten, die ons zouden kun
nen helpen ter oriënteering te midden van
de stroomingen van het heden. En dan zou
den wjj als ..Leitmotiv" der te .volgen be
De huldiging van den musicus Gerard
Ztearf, die 60 jaar werd en tevens zijn
40-jarig jubilé als musicus vierde.
Schouwingen dit willen voorop stellen: alle
groote bewegingen onder de menschen ont
staan uit een gemis, en zoeken naar een aan
vulling van dit gemis.
Misschien zal dit „Leitmotiv" velen wat
te eenvoudig lijken. Wij zijn van andere
meening. Deze gedachte toch is zoowel diep
tragisch als liefdevol verzoenend. En een
tragedie moge in de uiterlijke vormen nog
zoo verscheiden zijn, haar wezen is eenvoud,
omdat de wezenlijke tragiek altoos de we
zenskernen van ons mensch-zijn beroert. De
tragiek is tevens liefdevol verzoenend, om
dat zij, indien ook geboren uit zonde en
schuld, het leed baart dat voeren kan tot de
zuivere bronnen van inkeer en boete.
De groote bewegingen van het heden zijn
ontstaan uit een gemis, een gemis aan vrede.
Men neme vrede hier niet in den beperkten
zin als tegenstelling tot oorlog, doch in de
weidsche omschrijving van Sint Augustinus:
rust in de orde. Naar orde, als de voedster
der rust, wordt hartstochtelijk verlangd.
Voorwaarde der orde echter is stabiliteit,
opdat te midden van de veranderlijkheden
dezer wereld ons hart blijve vastgehecht
daar waar de vrede is. Het gemis, dat de
menschheid zoo hartstochtelijk-bewogen te
vergoeden tracht, wordt veroorzaakt door
het ontbreken van een stabiele levens- en
wereldbeschouwing, door de leiders met in
zicht verworven, door het volk gevolgd en in
liefde gekend, door beiden beleden.
Die stabiele levens- en wereldbeschouwing
weten wij belichaamd in het Katholicisme.
Het Katholicisme is dan ook in diepste kern
het gemis der menschheid op heden. Dit
komt mede tot uiting in het ,,katholiseeren-
de" van verschillende hedendaagsche stroo
mingen, waardoor Katholieken worden mis
leid omtrent de wezenlijke doelstelling dier
bewegingen. Alle stroomingen, alle bewegin
gen op heden zijn pogingen om dit gemis
aan te vullen. Zij zijn echter, hoezeer ook
van waarde door toenadering tot de waar
heid, tevens stroomingen om dit gemis aan
te vullen door een vervalsching in de rang
orde der waarden. Met als gevolg ten slotte
een dieper en pijnlijker gemis, waarbij zich
nu een hartstochtelijke teleurstelling mengt.
Deze tragiek is zeker niet nieuw in de histo
rie der menschheid, maar 't is toch waar
schijnlijk geen gezichtsbedrog, wanneer
zij thans voor ons verschijnt met iets finaals,
iets beslissends: voor de menschheid rest
het eindelijk bereiken of het eindeloos te
leurstellen. Dit mede wettigt de inspanning
van alle krachten om ons een weg te banen
door den baaierd van het heden. W. N.
Zoo noodig zal ir. Mussert als hoofd
ingenieur ontslag nemen.
Het „Utrechtsch Nieuwsblad" van Zaterdag
meldde, dat ir. A. A. Mussert, de leider van de
N. S. B„ aan dit blad verklaard heeft, even
tueel gesteld voor de keuze van leider van de
N. S. B. of hoofdingenieur van den Provincialen
Waterstaat in Utrecht, in het geval van over
heidswege mocht worden afgekondigd een ver
bod van het lidmaatschap van de N.S.B. voor
de overheidsdienaren, dat hij met de waar
schijnlijkheid van een dergelijk verbod reke
ning houdt, doch als man van eer de door hem
gestichte beweging zal trouw blijven en daar
voor de door hem thans bekleede openbare
functie zal prijsgeven.
Naar aanleiding van dit bericht heeft „De
Tijd" zich gewend tot ir. Mussert om nadere
preciseering van zijn mededeeling aan het
„Utr. Nieuwsblad".
De heer Mussert verklaarde zich aanstonds
bereid om de gewenschte inlichtingen te ver
schaffen en deelde mede sinds zeven jaar de
functie van hoofdingenieur van den Provin
cialen Waterstaat te hebben bekleed en naar hij
meende, steeds op een wijze, die zijn superieu
ren groote voldoening heeft verschaft. Daar
naast, zoo merkte ir. Mussert op, doe ik aan
politiek, zooals andere ambtenaren in over
heidsdienst en bekleed ik sinds eenigen tijd
het leiderschap van de N.S.B.
Ik wacht met een gerust geweten af, of men
mij van hooger hand zal dwingen óf het leider
schap van de N.S.B. óf mijn functie van hoofd
ingenieur van den Prov. Waterstaat neer te leg
gen, in het laatste geval dus broodroof zou
willen plegen. In dat geval zal ik slechts zwich
ten voor dwang en onder protest als hoofd
ingenieur ontslag nemen, om het leiderschap
van de N.S.B. te kunnen blijven uitoefenen.
Waar het „Utr. Nieuwsblad" niet geheel juist
schrijft, dat ik met een waarschijnlijkheid van
een verbod, als waarvan hier sprake is, reke
ning houd, moet ik opmerken, dat dit niet juist
door het „U. N." is weergegeven. Integendeel,
ik heb alle vertrouwen in den heer Colijn, dat
men mij niet voor het moeilijke dilemma van
het een of het ander zal stellen.
De N.S.B. immers, zoo voegde de heer Mus
sert hieraan toe, is en wil geen revolutionnaire
partij zijn, doch tracht langs legalen weg tot
haar doel te geraken.
Te Florence overleed in het ziekenhuis der
Iersche Zusters P. Donatus van Adrichem, O.
F. M., oud-hoofdredacteur van het bekende tijd
schrift voor franciscaansche geschiedenis Archi-
vum Franciscanum Historicum.
EM. PASTOOR H. C. BAEKERS f.
Te St. Oedenrode is overleden de zeereerw.
heer H. C. Baekers, em. pastoor van Dussen.
PASTOOR WARONG.
Pastoor Warong te Acht is in het R. K. Gast
huis te Eindhoven opgenomen en zal voor-
loopig zijn herderlijke bediening niet kunnen
j waarnemen.
In het jaarbeursgebouw te Utrecht verga
derde Zaterdag de R.K. Vereeniging van Han
delsreizigers en Handelsagenten „St. Christoffel"
onder voorzitterschap van den heer F. J. Koks
hoorn, vice-voorzitter, daar de voorzitter wegens
zakenaangelegenheden was verhinderd.
De heer Kokshoorn las de door den voorzitter
te schrift gestelde openingsrede voor, waaraan
wij 't volgende ontleenen.
De op de algemeene jaarvergadering met een
speciaal doel ingestelde commissie heeft haar
taak volbracht. Hare rapporten, inzake vóór of
tegen aansluiting bij het R.K. W.V. heeft zij bij
het hoofdbestuur ingediend, waarna alle leden
de rapporten ter bestudeering hebben ontvan
gen.
Op deze vergadering moet een uitspraak wor
den gedaan over een zaak, die bij St. Christoffel
reeds lang in het brandpunt van de belangstel
ling staat.
Hoe het besluit ook moge vallen, nadien
mogen nooit personen met zaken worden ver
ward; ieders meening moet worden geëerbie
digd. Ook deze vergadering kan en zal er toe
moeten bijdragen, dat de onderlinge band tus-
schen de leden van St. Christoffel niet verslapt,
maar krachtiger wordt.
Ter gelegenheid van het 40-jarig priesterschap
van Z. H. Exc. Mgr. J. H. G. Jansen, Aartsbis
schop van Utrecht, mochten wij, na het aanbie
den van onze gelukwenschen, een opdracht van
Mgr. ontvangen.
„Gij vertegenwoordigers", zoo sprak Mgr.,
„gij hebt een leekenapostolaat te vervullen. Gij
hebt in het verleden een prachtig apostolaat
vervuld. Wij danken U daar gaarne voor. In de
toekomst rekenen wij niet minder op U, neen
meer zelfs nog. Zeg dat en vertel dat aan Uw
leden. Wij vertrouwen op U."
Zoo ongeveer luidde de opdracht, die wij van
Mgr. Jansen ontvingen. Bij gelegenheid van
deze vergadering meenen wij goed te doen, ons
van de opgelegde taak te kwijten.
Leeken-Apostolaat!
Als leeken in de wereld Apostolisch werk
doen.
Vroeger zijn wij vertegenwoordigers het ge
weest, die er een heel groot aandeel in hebben
gehad, dat de Katholieke pers in het openbaar
werd gelezen; nu wordt ze niet meer als min
derwaardig beschouwd en zelfs is ze gemeen
goed geworden.
Algemeen is thans de groote roep om sociale
rechtvaardigheid. Practijk is het, dat bestaande
Kerken vol zitten en er voortdurend nieuwe
Kerken bijkomen, maar desondanks zien we,
dat het Christelijk peil in de Maatschappij
daalt.
Het Katholicisme blijft niet binnen voor de
kerkdeuren staan, maar moet zich ten volle uit
leven in het gehcele Maatschappelijk bestek; in
de Kerk moet de steun worden gevormd om in
de wereld Katholiek te zijn. De groote strijd,
die zal worden gevoerd om het Koningschap
van Christus, wordt niet in de Kerk, maar in
de wereld gestreden.
De sociale rechtvaardigheid geldt voor alle
menschen, zoowel voor werkgevers als werk
nemers. De geheele samenleving moet steunen
op de grondwet van Christus, die gebaseerd is
op rechtvaardigheid.
Wij moeten ons niet altijd blind staren op
minder arbeid en hooger loon; er is nog iets
meer, wij moeten ook de Christelijke moraal in
den handel toepassen en daar juist schijnt de
Christelijke idee slecht te zijn doorgedrongen.
Daarbij moeten wij onze eigen fouten en ge
breken niet doodzwijgen.
Zijn wij soms zelf niet mede-oorzaak van het
gebrek aan Christelijke rechtvaardigheid in de
Maatschappij, vooral in de kringen, waarin wij
ons bewegen. Maken wij nooit misbruik van de
onwetendheid van anderen door meer artikelen
te plaatsen dan de verwachte normale consump
tie vraagt.
Strikte rechtvaardigheid in het maatschap
pelijk leven toepassen, is Leeken-Apostolaat.
Door hieraan nu eenige woorden te hebben
gewijd, hopen we aan den wensch en het ver
langen van onzen beminden Aartsbisschop
Mgr. Jansen te hebben voldaan.
Laat St. Christoffel ook daarvan de zegenin
gen ontvangen.
„St. Christoffel" en het R.K.W.V.
Nadat discussies over de orde een niet on-
belangrijken tijd in beslag hadden genomen,
werd met 64 tegen 29 stemmen een voorstel
verworpen om de aansluiting bij het R.K.W.V..
hoe de uitslag van deze vergadering ook moge
zijn, binnen drie jaar niet meer aan de orde
te stellen.
Het bestuurslid, de heer M. v. Raan nam de
leiding over, daar de heer Kokshoorn rappor
teur was tegen aansluiting bij het R.K.W.V.
De rapporteur voor aansluiting, de heer M.
C. Corpeleyn hield vervolgens een inleiding
waarin hij wees op het feit, dat vrijwel ieder
een het er over eens is, dat aansluiting in
grooter verband noodzakelijk is. Verschillende
uitspraken toonen dit aan.
Namens de tegenstanders van aansluiting bij
het R.K.W.V. sprak de rapporteur, de heer
Kokshoorn.
Vervolgens voerde ook de geestelijk-adviseur,
Kapelaan A. Mulder, het woord.
Na er o.m. op gewezen te hebben, dat er veel
verkeerde denkbeelden over standsorganisatie
bestaan, wees spr. erop, dat bij de tegenwoor
dige constellatie van de maatschappij de vak
organisaties broodnoodig zijn, zij moeten ech
ter haar plaats begrijpen, n.l. dat zij op de
tweede pla'ats komen.
Wanneer de bedrijfsorganisatie werkelijkheid
zal zijn geworden, aldus vroeg de geestelijk
adviseur zich af, zal er dan nog plaats zijn voor
de vakorganisaties. Er zijn groote sociologen,
die deze zaak ontkennend beantwoorden.
En verondersteld, dat de werknemende mid
denstand tot stand zal komen, dan zou het
jammer zijn als de vereeniging aan het Werk
liedenverbond zou vastzitten. Als er een meer
derheid zou zijn voor aansluiting bij het werk
liedenverbond, dan zal dat een kleine meer
derheid zijn en een groote minderheid zal dan
een groot offer moeten brengen. Het standen-
bewustzijn is een natuur-realiteit en een offer
aan de natuur kan alleen gebracht worden
bij een grooten invloed v%n de bovennatuur.
Verscheidene aanwezigen gaven vervolgens
van hun standpunt inzake de aansluiting blijk.
Ten slotte werd het voorstel tot aansluiting
bij het werkliedenverbond verworpen met 65
tegen 25 stemmen.
Nadat een voorstel was verworpen om een
volgende maal in Maastricht te vergaderen,
werd bij acclamatie een voorstel Eindhoven
aanvaard om bij het bestuur er op aan te drin
gen, pogingen te doen om te komen tot een
wettelijke regeling voor handelsreizigers en
handelsagenten.
De speciale trein met passagiers en post in
aansluiting op het d.d. 24 November van Genua
vertrekkende motorschip Marnix van St. Alde-
gonde van de Stoomvaart-Mij. Nederland zal
Donderdagmorgen 23 November om 8 uur van
Den Haag vertrekken. Vertrek van Utrecht C.S.
9 u. 3, van Anhem 9 u. 59, van Nijmegen 10 u. 28,
vertrek van den aansluitenden trein naar
Utrecht van Amsterdam C.S. 7.58 u„ van Am
sterdam W.P. 8 u. 13 en van Rotterdam-Maas
7 u. 22. Aankomst te Genua Vrijdagmorgen a.s.
7,31 W,
Op punt 14 der agenda van de Partijraads
vergadering van 24 en 25 November a.s., ver
slag der Commissie tot bestudeering van het
vraagstuk van het gezinsloon, is een nota ver
schenen, welke het volgende inhoudt:
De voorzitter van den Partijraad zal voor
stellen de behandeling van dit verslag te doen
plaats hebben als volgt:
In de vergadering van 25 November zullen
algemeene beschouwingen kunnen worden ge
houden. Als leidraad voor deze beschouwingen
heeft de voorzitter de volgende punten opge
steld:
I. De noodzakelijkheid van een regeling.
Een gezond gezin is voorwaarde voor een ge
zonden Staat. Een redelijke bestaansmogelijk
heid is een der voorwaarden voor een gezond
gezin. Een behoorlijke regeling, waardoor bij
de loon- en inkomsten vorming rekening wordt
gehouden met de grootte van het gezin, moet
daarom geacht worden een voorwaarde te zijn
voor een redelijke bestaansmogelijkheid.
II. De actualiteit van het onderwerp. In een
periode van dalend loonpeil is een regeling,
als sub I bedoeld, noodzakelijker dan ooit.
III. De wijze waarop: a. algemeene verze
kering; b. bedrijffondsen; c. overige toeslagen.
Een regeling, als sub I bedoeld, kan op drieërlei
wijze worden getroffen: a. door een algemeene
verzekering, door den Staat te organiseeren; b:
door bedrijfsfondsen, te organiseeren door de
maatschappelijke groepen, eventueel aangevuld
met wettelijke verplichting tot aansluiting van
alle bedrijfsgenooten; c. door toeslagen, b.v.
voor personeel in overheidsdienst. De stelsels
sub a. en b. kunnen ook gecombineerd worden
toegepast (vergelijk ziekteverzekering).
IV. Verband met werkloosheidsverzekering
en -steun. Ook bij voorziening tegen de gelde
lijke gevolgen van werkloosheid behoort met
den gezinsfactor in voldoende mate rekening
te worden gehouden.
Als resultaat van de algemeene beschouwin
gen zou de Partijraad het Partijbestuur kun
nen verzoeken, in overleg met den voorzitter
van den Partijraad en de Commissie, concrete
conclusies op te stellen en deze aan den Par
tijraad, in zijn voorjaarsvergadering 1934 voor
te leggen.
Zonder op zijn beslissing vooruit te loopen,
zou de Partijraad de behandeling kunnen be
spoedigen door het Partijbestuur te machtigen
inmiddels overleg te openen met de Tweede
Kamerfractie omtrent de mogelijkheid van
practische uitvoering.
De uitvoer van boonen en erwten
naar Frankrijk.
Aan de suppletoire agenda van de dertiende
vergadering van den Partijraad, is het volgende
ontleend:
De R.K. Rijkskieskringorganisatie Tilburg
stelt voor: 1. Invoering van het lidmaatschap
van jeugdige personen van 2125 jaar. 2. Be
strijding van onredelijke cumulatie. 3. Rege
ling van den arbeid van vrouwen in ambten
en bedrijven. 4. Bescherming van de gemeen
telijke autonomie. 5. Bevordering van de Ne-
derlandsche Nijverheid. 6. Intensiever ver
zorging van het groote gezin. 7. Daadwerke
lijke uitvoering van de Bodrijfsradenwet.
De R.K. Rijkskieskringorganisatie Utrecht
stelt voor: 1. a. Aangedrongen worde op zooda
nige wettelijke maatregelen, dat leden van de
vertegenwoordigende lichamen, die de uitge
sproken bedoeling hebben het gezag in Neder
land omver te werpen, uit die colleges worden
geweerd, respectievelijk verwijderd; b. er
worde op aangedrongen, dat ook aan andere
Departementen dan dat van Defensie alle per
sonen, die lid zijn van een communistische of
zuiver marxistische organisatie, voor dat lid
maatschap moeten bedanken ofwel uit den
Overheidsdienst worden verwijderd; c. aan
gedrongen worde op alle verdere strengere
maatregelen, tot handhaving van het wettig
gezag. 2. De Partijraad spreke uit, dat
de kosten van het levensonderhoud van de
groote gezinnen dermate zijngestegen, dat
onverwijld maatregelen moeten worden ge
troffen ter verlichting van de lasten dier ge
zinnen. 3. De Partijraad verzoeke aan het
Partijbestuur het monetaire vraagstuk in
studie te nemen.
(Deze voorstellen hebben het Partijbestuur
niet meer binnen den voorgeschreven termijn
van indiening bereikt, zoodat zij aan de agenda
niet konden worden toegevoegd. Niet dan na
een daartoe strekkend besluit van den Partij
raad, kunnen deze voorstellen in behandeling
komen).
Zaterdagmiddag had te Heerlen de bespre
king plaats, welke door het hoofdbestuur van
den R. K. Mijnwerkersbond met de Limburg-
sche R. K. Kamerleden was aangevraagd.
De ongunstige situatie der mijnindustrie en
de moeilijke positie, waarin de mijnwerkers
tengevolge daarvan verkeeren werden breed
voerig besproken. Enkele maatregelen, welke
verlichting in den toestand zouden kunnen
brengen, werden nader onder het oog gezien.
Het hoofdbestuur van den R. K. Mijnwer
kersbond vroeg hiervoor den steun der Kamer
leden, die bereidwilig werd toegezegd.
In verband hiermee zijn dezer dagen nadere
stappen van den R. K. Mijnwerkersbond te
verwachten.
In ieder geval staat vast, dat aan een even-
tueele contingenteering van den steenkolenin-
voer buiengewone moeilijkheden vastzitten,
welke voornamelijk gezocht moeten worden in
te verwachten tegenmaatregelen van het bui
tenland. In bevoegde kringen verwacht men
dan ook, dat hier te lande zal worden overge
gaan tot een algemeene contingenteering, om
dan door bijzondere contingenten een wapen
tegen het buitenland in haden te hebben. Onze
Nederlandsche steenkolen zouden daarbij als
ruilobject kunnen dienen.
ONTSLAG BIJ PALTHE.
Bij de N. V. Chemische Wasscherij en Ver
verij v.h. Gebr. Palthe is wegens slapte in het
bedrijf en rationalisatie een 40-tal arbeiders
ontslagen.
Normaal hebben de voorbereidende werk
zaamheden om het Sphinx-bedrijf weer op
gang te brengen plaats gevonden.
De technische af deeling was gedeeltelijk
Vrijdagmiddag om 4 uur reeds met het werk
Degonnen, in de magazijnen en de sanitair-af-
deeling werd Zaterdag reeds gewerkt evenals
in de decor-afdeeling, waar ook Zondag het
noodzakelijk werk werd verricht.
Gistermorgen heerschte er op de Boschstraat
de oude bekende drukte bij de aanvangsuren
der fabriek.
De arbeiders kwamen om 8 uur naar het
werk, zoodat het bedrijf wederom normaal op
gang is.
Geruchten omtrent heffing op
schapen- en paardenvleesch.
Onder voorzitterschap van den heer J. L.
Nysingh te de Wijk is te 's-Gravenhage de
maandelijksche vergadering der Eerste afdee-
ling van het Kon. Ned. Landbouwcomité ge
houden.
De vergadering was van oordeel, dat voor
verdere beperking van den vleeschinvoer moet
worden geageerd, zoodra mocht blijken, dat
de handelsbalans met de bij den vleeschinvoer
betrokken landen, i.e. Denemarken, voor ons
land ongunstig is geworden.
Naar aanleiding van een vraag van de Neder
landsche Aardappelcentrale wat er terzake van
de consumptieaardappelteelt in 1934 moet wor
den gedaan, werd een en ander opnieuw breed
voerig besproken. De conclusie was, dat aan
de N.A.C. in overweging zal worden gegeven
een vrij belangrijke beperking van deze teelt
toe te passen.
Besproken werd een in de vergadering van
Dag. Besturen der drie Centrale Landbouw
Organisaties aan de orde te stellen ontwerp-
nota inzake beperking van de tarweteelt. Bij
de gedachtenwisseling kwam naar voren, dat
de tegenwoordige regeling van de beperking
van den tarweverbouw in de practijk weinig
bezwaren heeft opgeleverd. Met het oog op
de bestaande verhouding tusschen den prijs
van tarwe en van de andere granen, achtte
men het onmogelijk de beperking op te hef
fen, daar zulks onvermijdelijk uitbreiding der
teelt zal beteekenen Besloten werd dit stand
punt in de bovengenoemde vergadering naar
voren te brengen.
Mededeeling werd gedaan van berichten
volgens welke onze belangrijke uitvoer van
erwten en boonen naar Frankrijk groot gevaar
zou loopen getroffen te worden door een wet
telijke, bepaling, welke reeds bij de Fransche
volksvertegenwoordiging zou zijn ingediend.
Besloten werd, in vereeniging met de andere
centrale landbouworganisaties, zich tot den
Minister van Economische Zaken te wenden
met het verzoek wel te willen bevorderen, zoo
mogelijk door het nemen van retorsiemaatrege
len, dat aan dezen uitvoer naar Frankrijk zoo
weinig mogelijk belemmeringen in den weg
worden gelegd.
De geruchten omtrent het instellen van een
heffing op schapen- en paardenvleesch, heb
ben onder de schapenhouders eenige opschud
ding gebracht. Een der leden van de commis
sie van advies, ingesteld door de Centrale
Landbouw Organisaties, teneinde haar van
voorlichting te dienen met betrekking tot den
uitvoer van vleesch en vleeschproducten naar
Frankrijk, heeft daarin aanleiding gevonden
in een uitvoerige nota de bezwaren tegen een
zoodanige heffing uiteen te zetten. Aangetoond
werd dat door een der gelijken maatregel de af
zet van slachtschapen ten zeerste zoude wor
den belemmerd. Wel zbu kunnen worden over
wogen of bijv. per 1 Februari 1934 een heffing
op het schapenvleesch zou kunnen worden ge
steld, aangezien in dit geval nadeelige gevol
gen minder behoeven te worden gevreesd. De
vergadering kon zich met deze uiteenzetting
vereenigen, zoodat besloten werd, eventueel in
vereeniging met de andere Centrale Landbouw
Organisaties, in dien zin bij de Crisis Rundvee
Centrale stappen te doen.
GEDENKTEEKEN „BUYS BALLOT"
H. M. de Koningin en Z. K. H. Prins Hendrik
hebben een bijdrage geschonken voor het Buys-
Ballot-monument te Kloetinge.
Men meldt ons uit Amsterdam:
Sinds enkele dagen is de politie van het bu
reau Singel bezig met het uitzoeken van een
mysterieuze geschiedenis, die Vrijdagmiddag
jongstleden reeds een aanvang heeft genomen,
toen een loopjongen van een firma, die een
bankbiljet van 1000 had gewisseld en daar
voor in de plaats vijftig bankjes van tien en
twintig van 25 gulden had ontvangen en op het
Rokin deze blauwe en roode papiertjes uit zijn
handen liet vallen. De wind deed de rest en
blies de kostbare papiertjes in alle richtingen
omhoog, om ze even later als 'n gouden regen
op de hoofden van de arglooze voorbijgangers
te laten neerdalen. De loopjongen had het na
kijken, althans, hij bepaalde zich daartoe en
zonder een enkel stukje bankpapier te hebben
bemachtigd, kwam hij bij z'n patroon terug, die
natuurlijk meteen de politie met het geval in
kennis stelde. Volgens den jongen hadden ver
schillende voorbijgangers de biljetten opge
raapt en waren toen aan den haal gegaan.
De politie is er in geslaagd, een viertal men
schen te arresteeren, die zich aan deze verduis
tering zouden hebben schuldig gemaakt. Het
zijn een-31-jarige koopman, een 16-jarige fa
brieksarbeider, een 22-jarige los-werkman en
de 19-jarige echtgenoote van dezen laatste.
Enkele van deze menschen hebben toegege
ven eenige biljetten te hebben opgeraapt, doch
ze direct ter hand gesteld te hebben aan een
onbekenden man, die beweerd zou hebben, dat
de biljetten hem toekwamen en die met het
geld verdwenen is.
Op de anderen werden bij fouilleering wel
briefjes van tien en vijfentwintig gulden ge
vonden, maar daar de nummers van de wegge
waaide biljetten niet bekend zijn, valt het na
tuurlijk moeilijk, om aan te toonen, dat de ge
vonden biljetten inderdaad dezelfde zijn.
De politie zet het onderzoek met kracht voort.
Wie heeft de bankbiljetten
zien waaien
De commissaris van politie, bureau Singel 455,
verzoekt thans hun, die van het oprapen der
bankbiljetten o.a. zijn een harmonicaspeler
en diens helper daarmee doende geweest ge
tuigen zijn geweest, zich tot het geven van in
lichtingen aan zijn bureau te vervoegen.
Het feit heeft, zooals gezegd, plaats gevonden
Vrijdagmiddag j.l. omstreeks half drie op het
Rokin ter hoogte van de Gaperssteeg.
OPCENTEN OP BIERACCIJNS
Aan de Leden der Tweede Kamer is het vol
gende telegram verzonden:
Bond van Ned. moutfabrieken gevestigd te
Roermond, verzoekt U niet toe te stemmen in
de continueering der opcenten op bieraccijns.
De steeds dalende omzetten, waartegenover
slechts staan verhoogde belastingen, verhoogd
graanmonopolierecht, alsmede de invoering der
omzetbelasting, kunnen niet anders dan den toe
stand nog meer verslechteren zoowel voor de
brouwerijen als voor de mouterijen hier te
lande.
CRISIS-ZUIVEL-AANGELEGENHEDEN.
De Minister van Economische Zaken heeft
met ingang van 1 December 1933 aangewezen
als plaatsen, waarop het is verboden boter voor
handen te hebben, welke niet is voorzien van
een merk, als bedoeld in het eerste lid van art.
2 van het Nieuw Crisis-Zuivelbesluit, het gebied
van de gemeenten in Zuid-Beveland en Noord-
Beveland, met uitzondering van woningen en
van winkels, toebehoorende aan personen, die
bij de Crisis-Zuivel-Centrale zijn ingeschreven
als ompakkers en daarvan een door of vanwege
de Crisis-Zuivel-Centrale afgegeven schriftelijk
bewijs kunnen toonen.
is de verzuchting van zoo
menige vrouw, als ze op
gezette lijden weer van die
doffe hoofdpijn te lijden
heeft en zich heelemaal zoo
onprettig voelt. Neem tegen
dien tijd eens één of twee
"AKKERTJES". Ge zult ver
baasd staan over de goede
werking en in 't vervolg
geen klachten meer hebben.
Per 12 stuks slechts 50 cent
Gebruikt dus voortaan uitsluitend:
Volgens recept van Apotheker Dumont
Reel. 4244-5 32
Nedsrlandich
Product
Een gevaarlijk jager op schadelijk wild.
In de namiddagzitting van het Haagsche Ge
rechtshof werden gisteren vijf volle uren be
steed aan de zaak tegen den 60-jarigen dood-
graver-strandopzichter-onbezoldigd-rijksveld-
wachter J. D. te Hoek van Holland, die door de
Rechtbank te Rotterdam is vrijgesproken van
de hem ten laste gelegde overtreding van art.
308 W. v. S. (het veroorzaken van lichamelijk
letsel door schuld).
Door mevr. v. d. Berkhof-van Raaf, wonende
in een villa aan het Spanjaardsduin, den heer
Haykens, wonende in Huize 's Gravenduin aan
den Duinweg, alsmede door eenige inwoners,
die in deze omgeving plegen te wandelen of er
spelen als tennissen e.d. beoefenen, was her
haalde malen bij de plaatselijke politie ge
klaagd, dat de opzichter D„ die in het bezit was
van een jachtacte en opdracht had van ge
meentewege om schadelijk wild te dooden,
zulks op hoogst roekelooze wijze deed. Meer
malen zou het voorgekomen zijn, dat zij op den
openbaren weg in het duin wandelend op kor
ten afstand de hagelkorrels naast zich hoorden
neerspatten.
In Mei van het vorig jaar, toen mevr. B. zich
in de nabijheid van haar woning bevond, con
stateerde zij op nieuw, dat er met hagel op den
openbaren weg werd geschoten. Korten tijd
daarop voelde zij zich onwel en liet zich ter
verpleging in een inrichting opnemen. Dr. P. J.
Th. Dietz, onderzocht de patiënt met Röntgen
stralen en kwam tot de ontdekking dat zich in
de nabijheid van het bekken een hagelkorrel
had vastgezet.
Nadat mevr. B. genezen ontslagen was, dien
de zij een aanklacht in met het gevolg, dat D.
zich voor de Rotterdamsche rechtbank ter zake
van het veroorzaken van lichamelijk letsel door
schuld had te verantwoorden. De Rechtbank
sprak hem echter vrij, waarop het O.M. tegen
dit vonnis appel aanteekende.
Door den advocaat-generaal, mr. baron
Speyart van Woerden, was behalve de in eerste
instantie gehoorde getuigen ook gedagvaard de
commissaris te Hoek van Holland, de heer C. F.
Jas.
Het uitvoerig verhoor van dezen getuige be
trof verschillende punten. Vooreerst kwam aart
de orde de vraag, welke wegen ter plaatse
openbare wegen waren en welke niet. Aan de
hand van kaarten werd de situatie van w§g£tl
en terreinen door getuige toegelicht. Voorts
werd de aanstelling van verdachte en diens
bevoegdheid tot jagen besproken, waarbij
bleek dat D. deze bevoegdheid ontleende aan
een hem door den Commissaris voor Rotter
dam (getuige) verleende jachtacte. Ook de be
voegdheden van getuige zelf en diens verhou
ding tot het Rotterdamsch politiecorps kwa
men uitvoerig ter sprake.
Daarna had het getuigenverhoor van de in
eerste instantie gehoorde getuigen plaats. Deze
waaronder ook personen, die zich uit hoofde
van hun beroep bij de villa's in het duin o.a.
een schilder, e.d. ophielden verklaarden, dat
zij herhaaldelijk hadden geconstateerd, dat de
openbare weg onveilig was door het schieten
met hagel. Het eigenaardige daarbij was, dat
men wist, dat D. degene was die schoot, hoe
wel hij door beplanting langs den weg on
zichtbaar was.
Mr. baron Speyart van Woerden requisitoir
nemend, wees op de frequentie van klachterf
over het optreden van den verdachte, waar
aan in den regel geen gevolg werd gegeven.
Men heeft hier te doen aldus spr. met
iemand, wien men onder alle omstandigheden
de hand boven het hoofd heeft willen hou
den, doch diens optreden kan niet door den
beugel en hij is gebleken een wezenlijk ge
vaar voor zijn omgeving te zijn. Met het vrij
sprekend vonnis van de rechtbank kon spr.
zich ten deze niet vereenigen en na de feiten
te hebben gereleveerd, waaruit spr. verdachte's
schuld concludeerde, vroeg hij vernietiging
van het vonnis der rechtbank en veroordeeling
van D. tot 75.subs. 75 dagen hechtenis.
Mr. Bavinck hield daarop zijn pleidooi,
waarin hij uiteenzette, dat slechts één getuige
D., heeft zien schieten. Alle anderen wijzen
hem als den vermoedelijken dader aan. Deze
heele zaak is veel erger gemaakt dan noodig
was en spr. zag geen aanleiding voor het Hof
om in de beslissing van de Rechtbank ver
andering te brengen.
Na re- en dupliek bepaalde het Hof de uit
spraak op 4 December a.s.
R. VAN ELST
Te Veenendaal is op 66-jarigen leeftijd over
leden de heer R. van Eist, die vele jaren lid
was van den Gemeenteraad en van de Prov.
Staten van Utrecht. In den Gemeenteraad zal
hij worden opgevolgd door den heer A. van
Voskuilen.
BELEEDIGING MINISTER RUYS DE
BEERENBROUCK.
De Hooge Raad heeft Maandag behandeld
een cassatieberoep van C. P. B„ wien ten laste
is gelegd dat hij te Delft op 6 April 1933 in het
openbaar een plaat heeft getoond, waarop de
toenmalige minister-president, jhr. Ruys de Bee-
renbrouck, afgebeeld stond, een arbeider wor
gende. Onder de plaat stond „De edelman, die
het volk Weltert".
De Haagsche politierechter veroordeelde B.
op grond van artikel 271 Strafrecht, tot ƒ40
boete, welk vonnis door het Gerechtshof te
's-Gravenhage werd bevestigd.
Mevr. mr. de Ruyterde Zeeuw uit Rotterdam
lichtte eenige cassatiemiddelen toe en betoogde,
dat in de bewijsmiddelen niets te vinden is om
trent opzet om te beleedigen en ook niet i»
aangegeven waarom deze plaat beleedigend zou
zijn.
Het O. M. zal op 4 December concludeeren.
Aan de hand van resteerende lettergrepen
zullen onze puzzelaars reeds hebben ontdekt
dat op de eerste rij een woord moet worde»
ingevuld, synoniem met „speelgenooten"?
„speelwerktuigen" is niet juist.