EERVOLLE NEDERLAAG VOOR
NEDERLAND.
OOSTENRIJK WINT MET 1-0.
DE GEESTDRIFT DER ONZEN DOOR
TECHNIEK GESTEUND
EEN ONGELUKKIG DOELPUNT IN DE
TWEEDE HELFT.
SPANNENDE, BOEIENDE KAMP.
De Hollandsche middenlinie
excelleert.
OVER SPEL EN SPELERS.
AANVALLEN DIE STERVEN IN
SCHOONHEID VAN COMBINATIE
Sluitend short passing en
verrassende stooten.
We hebben weer het merkwaardige beeld aan
schouwd van een voetbalwedstrijd, op een naar
omstandigheden behoorlijk bespeelbaar terrein,
200 juist ontdaan van stroo en zeildoek.
Ook bijna een jaar geleden in den wedstrijd
tegen Zwitserland werd op deze wijze gespeeld,
doch omdat het veld bij die gelegenheid even
eerder „toegedekt" werd, was de bodem toen
iets minder hard. Dat het veld toch behoorlijk
bespeelbaar was en het spel tot zijn recht kon
komen, pleit voor de uitstekende zorgen, die de
stadiondirectie aan het veld besteed had.
De wedstrijd is er een geworden, dien men
zich lang zal heugen. Zoo'n boeiend, spannend
partijtje voetbal beleefde men niet vaak. Het
leidde tot een prettig enthousiasme op de vrij
wel tot de laatste plaats gevulde tribunes, waar
men door de spanning en de emotie de koude
bijna vergat. We achten wedstrijden onder deze
omstandigheden niet van gevaar ontbloot, doch
moeten er direct aan toevoegen, dat zich geen
enkel incident heeft voorgedaan, hetgeen ten
zeerste voor de beide ploegen pleit. Men gaf zich
geheel en toch bleef het spel volkomen binnen
l oor de laatste maal brengt aanvoerder
van der Meulen zijn elftal in 't strijdperk
de perken. Hier stonden onze amateurs tegen
beroepsspelers, voor wie een overwinning nog
meer beteekent dan de bevrediging van eer
zucht. We juichen het dan ook zeer toe, dat het
spel een uiterst fair karakter droeg en ernstige
overtredingen niet voorkwamen.
Voor den aanvang heeft de Engelsche referee
Rudd beide ploegen nog gewezen op het gevaar
van het spelen op een tamelijk hard terrein.
Zooals de Brit na afloop spontaan verklaarde,
was bij zóó fair spel iedere aanmaning aan het
adres der spelers overbodig.
Het is wel eenigszins sneu, dat nu al weer
niet in het stadion gewonnen is. Dat begint
langzamerhand een vervelende traditie te wor
den Toch zou het verkeerd zijn, als men zich
hierdoor verontrusten liet, want het vertoonde
spel was van uitstekend gehalte en geeft alle
hoop voor de toekomst.
Men heeft het wel eens doen voorkomen, als
of het Amsterdamsche publiek een „parti-pris"
had tegen Lagendaal. De lange Rotterdammer
zag in elk geval op tegen een her-optreden m
Amsterdam, doch nu hij zelfs voor zijn dik-
wijls verdienstelijk spel eenige malen applaus
verwierf, zal de vrede tusschen Amsterdam en
Lagendaal wel geteekend zijn, hetgeen ons doet
vermoeden, dat het publiek een volgenden keer
op een paar Lagendaal-goals onthaald zal wor
den 1
De wedstrijd werd tevoren en in de pauze op
geluisterd door muziek der post-harmonie,
er waren weer vele autoriteiten, onder wie mi
nister Marchant en uit alle oorden des lands
waren de kopstukken van het voetbalwereldje
bijeen gekomen om den strijd van het Wunder-
team tegen de oranjebaadjes bij te wonen.
Een half uurtje voor den wedstrijd hebben
beide ploegen, vergezeld van leiders en trainers
een wandeling over het veld gemaakt, waarbij
allen verbaasd waren over den goeden toe
stand van den bodem.
We vroegen toen nog aan Van derTdeulen of
zijn besluit, om niet meer te voetballen, onher
roepeüjk was. „Ja, héél beslist zal ik niet meer
spelen, zelfs niet voor veteranen-ploegen of wat
ook".
Zoo was het de laatste wedstrijd van v. d.
Meulen en alleen daardoor reeds verkrijgt dit
treffen met de gedoodverfde kampioenen van
het Europeesche vasteland bijzondere beteeke
nis.
Met 't oog op 't vroeg invallen van de duis
ternis, was er bij de ploegen op aangedrongen
tijdig aan te treden, aan welk verzoek prompt
voldaan is, zoodat de wedstrijd precies twee uur
aanvangen kon.
Dankbaar doch niet voldaan.
We hebben genoten van een boeienden kamp
en toch kunnen we niet zeggen, dat het spel
ons volkomen bevredigde.
Wij hadden iets meer verwacht van den lin
kervleugel van den Nederlandschen aanval en
het spel der Oostenrijkers bereikte niet die
hoogte, die men tegemoet zag door den grooten
roep, die aan dit tweede Wunderteam vooraf
ging.
Voor de zooveelste maal bleek dat het speci
fiek Nederlandsche spel den Midden-Europee-
schen voetballers nfet ligt en dat hun opzet
hoe zeer ook baseerend op een voortreffelijke
techniek en een perfect positiespel, niet ten uit
voer gebracht kan worden als een hechte Ne
derlandsche defensie er zich tegen verzet, zich
in den strijd werpt met die grimmige vastbe
radenheid, dat uithoudingsvermogen en den durf,
die al herhaaldelijk tot de fraaiste verrichtin
gen leidde, juist tegenover de sterkste tegen
standers, juist als tevoren ieder denkt dat het
een nederlaag moet worden, waarschijnlijk zelfs
een zware nederlaag.
Tevoren sprak ieder de hoop uit op een eer
volle nederlaag, men achtte de Nederlandsche
ploeg kansloos. Welnu, deze wedstrijd bracht
het bewijs dat het Nederlandsche elftal geenszins
kansloos geweest is, dat er met eenig geluk gelijk
gespeeld, ja zelfs gewonnen had kunnen worden
Juist als men zich weer voor den geest haalt
welke fraaie kansen de Nederlandsche ploeg
gehad heeft, dan komt men eerst recht tot de
conclusie dat een gelijk spel geenszins onver
diend geweest zou zijn. Een wedstrijd wordt
tenslotte slechts door de doelpunten beslist en
om tot de goals te geraken moet men de kansen
weten te verkrijgen. Welnu, Nederland had in
dezen wedstrijd de meeste scoringskansen. Ook
Oostenrijk miste een paar malen in laatste in
stantie, ook 't Nederlandsche doel ontkwam
eenige malen aan een doorboring toen de door
braak gelukt was en een behoorlijk gericht schot
onvermijdelijk tot doelpunt geleid zou hebben.
Maar Nederland kreeg eenige kansen meer en
had b.v. reeds in het eerste kwartier een voor
sprong kunnen nemen. In dat kwartier kwamen
weinig gevaarlijke aanvallen van Oostenrijksche
zijde en het merkwaardige schouwspel ontwik
kelde zich dan ook voor het oog van den ver
baasden kijker, dat de Nederlandsche spelers
zich feitelijk beter aanpasten dan hun tegen
standers, die dan ook bezwaren opperden tegen
het veld toen wij na afloop enkelen hunner
spraken. Doch vóór het begin liepen we met
Sindelar en Szesta op het veld en toen gaf
Sindelar als zijn meening te kennen dat het
terrein goed bespeelbaar was en dat men in
Oostenrijk wel aan zulke harde velden gewend
is! Het feit dat ons elftal zich beter aanpaste,
werd ten deele aan de verzorging van het schoei
sel geweten, doch ook die was voor beide ploe
gen door de Engelsche trainers op dezelfde
wijze bewerkstelligd, n.l. niet te harde gummi-
onderzetseltjes. De Oostenrijkers hadden iets
weeker gummi-stukjes wat ons eerder beter
dan minder goed leek. Het heeft trouwens aan
beweeglijkheid in het algemeen niet gehaperd
en het eenige wat ons herhaaldelijk opviel was,
dat de bal vaak sneller was dan de Oostenrijk
sche spelers vermoedden. Maar niet alleen de
bal! Vooral de tegenstanders. Om hun behendig
spel te kunnen uitvoeren hebben zij, precies als
Tsjechen en Hongaren, altijd eenigen tijd noodig
en dien tijd gunden de Hollanders hun niet.
Deze zaten er op als duivels en maakten telkens
weer de dikwijls ook iets te doorzichtige acties
der Weeners onmogelijk. Bovendien was 1 et
schot der Oostenrijkers niet al te best. De ge
vreesde „Bombenschüsse" bleven uit en slechts
enkele listig geplaatste, maar niet harde schoten
gaven v. d. Meulen gelegenheid nog eens zijn
groote capaciteiten als doelman te toonen. Een
paar malen voorkwam Dr. Gejus op zoo frap
pante manier in laatste instantie een schijnbaar
onhoudbaar doelpunt dat alleen daardoor reeds
een gave herinnering blijft aan dezen onverge-
telijken doelman-aanvoerder van de Oranje-
ploeg.
Toch was 't niet het destructief karakter van
't Nederlandsche spel dat tot dit eervol resul
taat leidde, doch in nog sterker mate het goede
opbouwende werk.
Nu weer bleek welk een eenheid er in de ploeg
en vooral in de verdediging schuift en welk een
goed positiespel langzamerhand vertoond wordt.
Het moge dan piet zulk geacheveerd en in details
verzorgd positie-loopen zijn als de Oostenrijkers
doen, het is op z'n minst zoo doeltreffend en
voor 't Nederlandsche spel in elk geval afdoende.
Dit wat de defensie betreft, want het positie-
kiezen der voorhoede is minder goed verzorgd,
waarbij men natuurlijk niet vergeten mag, dat
dit al weer zooveel moeilijker is. Men zag het
aan de eigen spelers doch evenzeer aan de
geroutineerde tegenpartij.
De Oostenrijksche spelers.
Komen wij tot de spelers afzonderlijk, dan
beginnen we met de gasten. Van hen was doel
man Platzer volgens onze begrippen de ster,
een keeper van de beste internationale klasse,
lenig als een kat, snel en klemvast. Het is ons
thans duidelijk dat men in Oostenrijk een Hi-
den niet mist. Platzer is een fameuse keeper,
die in de eerste plaats debet is aan deze Oos
tenrijksche overwinning.
Onmiddellijk na hem noemen we den links
back Szeszta, een achterspeler zooals men ze
maar hoogst zelden in actie kan zien,
Die beide spelers hebben volledig aan de
allerhoogste verwachtingen beantwoord, doch
feitelijk alleen zij. Want van alle andere spe
lers van dit Wunderteam hadden we hooger ver
wachtingen en wie ons het meest tegen vielen
dat waren de populaire spil Smistik en de
beroemde middenvoor Sindelar. Ook leek ons
de opstelling van den linkervleugel Schall
Binder, waarbij Schall op den vleugel stond,
niet bepaald gelukkig.
De linkervleugel van het Wunderteam Vogl
Schall was aanmerkelijk sterker èn omdat
Schall als binnenspeler beter en veel gevaar
lijker is dan de iets te langzame Binder èn
omdat Schall als buitenspeler lang niet zoo op
het scheppen van kansen voor het binnentrio
is ingesteld als de voortreffelijk spelende Vogl.
De beroemde Sindelar was ook vaak te lang
zaam en hij dwarrelde te veel van zijn plaats.
Slechts zéér sporadisch zagen we hem in ver
vooruit geschoven positie op zijn kansen wach
ten, meestal trachtte hij zijn aanval in gesloten
colonne te laten optrekken. Wel werd 't spel
door hem niet al te klein gehouden en werd
zelfs veel op de vleugels gespeeld, doch vaak
ontbrak het tempo en dikwijls waren de aan
vallen ook te doorzichtig.
Een bepaald zwakke stee viel niet waar te
nemen, het was van allen voetbal van prima
klasse doch „hervorragend", dat waren alleen
Platzer en Szesta.
De Nederlandsche ploeg.
Het Nederlandsch elftal speelde ongetwijfeld
een van zijn beste wedstrijden. Deze nederlaag,
die een gelijk spel en zelfs een overwinning
had kunnen zijn, is ongetwijfeld meer waard
dan verschillende overwinningen van den laat-
sten tijd en van een vorige periode. De verde
diging als geheel speelde een prachtige partij,
zonder één zwakke stee. Dat was niet uitslui
tend destructief spel, doch het was wel over
legd verdedigen, waarbij de individueele pres
taties zeer te roemen vielen, doch tevens het
harmonische samenwerken.
Bijna met een gevoel van weemoed nemen
we afscheid van v. d. Meulen die voor 't laatst
t Nederlandsch doel verdedigde en de ploeg
aanvoelde op onverbeterlijke wijze.
Geen Platzer, geen Göbel, geen crack uit
wélk land ook verbetert 't hem.
Ook de backs hebben volkomen aan de ver
wachtingen beantwoord. Diepenbeek, de debu
tant, zag van meet af aan dat 't best ging in
de nieuwe omgeving en eenmaal ingespeeld
kon hij zijn beste spel ontwikkelen. Soms
raakte hij er even uit, maar de totaal-indruk is
zeer voldoende.
Van Run speelde een vlotte, krachtige partij,
die vér uit ging boven wat de P.S.V.'er in eigen
clubmilieu vermag te geven en die ook tot de
beste internationale beurten van „Sjefke" mag
gerekend worden.
De half-linie was één gaaf geheel en geen
inzinking, geen moment van zwakte vertoonde
dit prachtig trio. Zonder
een moment te kort te
doen aan het beste spel
van Pellikaan en Ande-
riesen moet ons een spe
ciaal woord van lof aan 't
adres van Puck van Heel
uit de pen. Er waren er
die meenden dat hij al
wat langzaam werd. Zijn
spel van Zondag was
jeugdig en agressief en
wat zijn techniek betreft,
doet hij voor den besten
speler van Oostenrijk niet
onder. Hij liet spelers als
Bican, Wagner Smistik en r/„„
zelfs Sindelar door gees
tige schijnbewegingen soms van 't kastje naar
de muur loopen. Zóó speelde de Feyenoorder
nog maar zelden en zoogaat het vlot aan op
t record van de Nederlandsche internationale
lijst!
Onze aanval stond niet op gelijke hoogte.
Hier kwam het beste werk van rechts waar
vooral Vente een uitstekende opvatting van
zijn taak demonstreerde. Vente was de voor
waarts van 't veld die de beste en de meeste
schoten loste en als die schoten nog iets sneller
en harder worden, dan komen er doelpunten
van dezen Rotterdammer, van wie we over
tuigd zijn, dat we hem in het oranje-jersey te
rug zullen zien. Een goeden tegen 't laatst
zelfs uitstekenden wedstrijd speelde de kleine
Wels en zoo was deze rechtervleugel ruim vol
doende en bij vlagein heel goed.
Lagendaal's spel heeft de verwachtingen van
velen overtroffen. Zijn veldspel was vaak héél
goed, al was hij enkele malen iets te langzaam.
Zeker is dat hij in Amsterdam deze zeer moei
lijke plaats nog niet eerder zoo behoorlijk be
zet heeft en als zijn schot bij de oude kracht
wat meer aan richting wint, blijft hij midden
voor.
De Nederlandsche ploeg die eervol onderging: van links naar rechts: Glendenning,
Schoemaker, Lagendaal, Anderiesen, Mulders, Vente, v. Diepenbeek, Wels, Pellikaan,
v. Heel, v. Run en v. d. Meulen
Hoe het eenige doelpunt der Oostenrijkers ontstond. Bij een misverstand in ae
Ned. verdediging kan Bican van der Meulen met 'n korten zet, waarnaar de doel
man nog poogt te grijpen, passeeren.
Falende linkervleugel.
De linkervleugel heeft het minst voldaan. De
fout van Mulders voor de rust was, dat hij
veel te veel buitenspel stond. In zijn zucht om
een eventueele kans te benutten, drong hij tel
kens te ver op en had dan geen kijk op z'n
veldpositie. Na de rust ging het beter en heeft
hij individueel verschillende goede aanvallen
gedaan. Uit laag aangeven van hem ontston
den toen eenige goede kansen, die door te
zachte schoten van Lagendaal en Vente en
schitterend keepwerk van Platzer geen doel
punten opleverden. Schoemaker deelde in de
malaise van zijn vleugelman en maakte geen
indrukwekkend debuut.
Onze voorhoede volgde minder scherp de
W.-formatie dan in den laatsten tijd het ge
val was, hetgeen naar onze meening de aan-
valskracht ten goede kwam. Trouwens met
deze halflinie ls dat ook niet noodig; men zal
goed doen meer en meer de kracht op den
aanval te concenteeren en dus de binnenspelers
niet te veel aan het aanvalswerk te onttrekken.
De Engelsche scheidsrechter ten slotte zich
uitstekend van zijn taak gekweten.
Aanvoerder van der Meulen heeft de keuze
van terreinhelft; voordeel geeft dit niet, want
de wind staat, koud-neulraal, dwars op hec veld.
Sindelar, die aftrapt, tikt den bal naar Binder,
deze speelt op Wagner terug en meteen zwermen
de Oostenrijksche vleugels uit naar voren; van
Heel dekt echter Zischek af en 't leer gaat over
de zijlijn. Na wat heen en weer getrap in het
middenveld schuift Vente er tusschen uit; hij
plaatst ver schuin naar voren, doch onze linker
vleugel heeft de beenen er nog niet onder; Plat
zer loopt uit en onderschept het leer ongehin
derd. De uitgetrapte bal komt bij Sindelar, de
pass naar zijn linker buurman word* gevolgd
door een schot van Binder, van Diepenbeek
kopt terug, Binder krijgt het leer weer binnen
zijn bereik, een nieuw schot volgt, het projectiel
vliegt nu langs de buitzenzijde van den paal.
Uit een vrijen schop zendt Anderiesen den
bal in de richting van den rechtervleugel; Nausch
geeft Wels evenwel geen kans en wanneer Vente
even later het leer krijgt toegespeeld, is het
weer de Oostenrijksche linkshalf, die onze wing
lam legt. Schoemaker brengt dan Mulders in
actie, de buitenman drijft snel op; maar Wagner
scheidt hem van den te ver vooruit gedreven
bal en deze rolt achter.
Een gesloten aanval der Oostenrijkers stuit, als
hij gevaarlijk begint te worden, op van Run; deze
zet naar voren, Schoemaker en Mulders gaan
er op af, ,doch Wagner is beiden te vlug af en
trapt over de zijlijn.
Van de tribunes daveren de duizenden hun
aanmoedigingen over het veld. De oranje-hemd
jes hebben hun eersten schroom afgelegd en met
laaiend enthousiasme werpen ze zich in den
strijd. De kleine Wels vliegt langs de lijn, achter
Nausch om passeert hij naar Lagendaal, de mid-
voor zendt den bal meteen weer schuin naar
buiten doch nu grijpt Seszta in; hij werkt even
wel onvoldoende weg, Pellikaan vangt op, de
Tilburger volgt het uitgegeven consigne „veel
schieten" en knalt naar 't Oostenrijksche doel:
Platzer steekt zijn handen omhoog en haalt den
bal in z'n klemvaste knuisten. Nauwelijks heeft
de doelman uitgetrapt, of Pellikaan vangt op, een
schuiver brengt het leer binnen bereik van
Schoemaker, 'n tik schuins-links en Lagendaal
kogelt van verre op doel; het projectiel vliegt
naast. In sluitende combinatie tusschen Wels
en Vente wordt Nausch gepasseerd doch het
hoofd van Seszta onderschept den voorzet.
De tegenaanval der Oostenrijkers loopt in eer
ste instantie dood op buitenspel; bij den volgen
den speelt Sindelar naar Zischek, een scherpe
voorzet, te scherp, want eer een der mede-aan
vallers hem kan bereiken, gaat het leer achter.
Bij een nieuwen stormloop der gasten futselt
van Heel den bal tusschen de korte combinatie
uit, dwars over het veld plaatst hij hem naar
onzen rechtervleugel, Vente bemachtigt den stui
ter als Seszta mist, speelt hem Lagendaal vlak
voor de voeten, 't levendig effect draait als de
lange Rotterdammer schiet, het leer van z'n
schoen en de kans vliegt naast.
Druk op het Oostenrijksche doel.
De smartkreet van het publiek over de ge
miste kans zwelt dadelijk over tot een jubel
van enthousiasme, wanneer van Heel een door
Nausch genomen vrijen trap terugwerkt en
Vente in stevigen ren uitzwaait en een lagen
kogel voor langs doel afzendt; Mulders echter
is nergens en de bal gaat naast. De enorm wer
kende Feijenoord-man maakt dra het leer weer
vrij; een afgemeten pass gaat naar Schoe
maker, deze betrekt Lagendaal in de actie, een
„loerd" van het geweldige rechterbeen en doel
man Platzer kan slechts met uiterste inspanning
den kanjer langs den paal verduwen. Mulders
plaatst uit den hoekschop keurig voor, Lagen
daal krijgt echter den bal in verkeerde positie,
hij trapt niettemin maar met z'n hak, het leer
dreigt in doel te vliegen doch stuit van de
lat terug en wordt dan door Smistik wegge
werkt.
De spanning van dit moment zakt slechts even,
want direct gaat de lijn weer omhoog als Vente
een goed schot lost; het mankeert iets aan de
juiste richting, maar hevig zet oranje onmid
dellijk weer op; een voorzet van Wels, waar
Lagendaal omheen draait, brengt Seszta in
moeilijkheden, waaruit hij zich redt door over
de zijlijn te trappen.
Na dit heftig offensief der Hollanders, lang
in hoog tempo doorgezet, treedt een lichte
reactie -in. Onze middenlinie wordt gedwongen
tot retireeren om de verdediging te assisteeren.
Sindelar gooit het spel open naar zijn rechter
vleugel, Schall draaft langs de lijn doch van
Diepenbeek stelt zich verdienstelijk te weer en
zet zijn tegenstander van den bal, die achter
loopt. De lange Binder probeert het eens met
'n schot van verren afstand, doch hij mist de
roos. Dan geeft Zischek een voorzet, Sindelar
vangt op maar Anderiesen laat hem geen tijd
tot richten en ook de middenvoor knalt naast.
Veel spelen de Oostenrijkers in de breedte;
zoo gaat het nu van Wagner naar Smistik en
van den spil naar Bunder, de rechtsbinnen schiet
dwars over het veld naar links maar dan vindt
van Heel het welletjes en hij breekt de com
binatie, vóór Zischek er in betrokken wordt.
De Feijenoordman speelt op Lagendaal, die met
een doorzendt naar den rechtervleugel; Wels
zet scherp voor, Lagendaal vangt op de punt
van zijn schoen, kan geen richting geven en de
kans blijft onbenut. Weer krijgt de middenvoor
den bal door van Heel aangegeven en weer gaat
die naar Wels, wiens pass naar het midden dit
keer door Nausch wordt geschept.
De Oostenrijkers zitten intusschen ook niet
stil. Een forsche opruiming van Cisar stelt
Schall in de gelegenheid tot 'n ren langs de
lijn; hij rent nog door, als Pellikaan, keurig
via een schijnbeweging, hem den bal reeds voor
de voeten heeft weggepikt en doorgeeft aan
Lagendaal die schiet, van te verren afstand om
een klasse-doelman als Platzer in benauwenis
te brengen. De volgende Nederlandsche storm
loop stuit op Seszta en dan gaan de Oostenrij
kers in goed sluitend samenspel er tusschen
uit; van links wordt het leer via Sindelar naar
den rechtervleugel getikt, maar daar duikt van
Heel weer op, die met knappe techniek den bal
vrijmaakt en doorspeelt aan Mulders die hem
weer dadelijk kwijt raakt.
Benauwde oogenblikken.
Uiterst snel herhalen de gasten hun aanvallen.
Sindelar zendt den bal schuin naar doel, Schall
is al om Van Diepenbeek heengedraaid en loopt
toe, van Run heeft 't gevaar zien aankomen
en bereikt in rappen ren het leer 't eerst om
't juist voor de voeten van den gevaarlijken
linksbuiten weg te trappen. De dreiging is hier
mee niet van de lucht, want onmiddellijk zit
nu Binder achter een through pass van Sinde
lar, van der Meulen loopt uit, de Oostenrijker
krijgt geen tijd tot richten, raakt den bal on
voldoende en trapt langs het verlaten doel.
De volgende Oostenrijksche aanval komt weer
van links, als Smistik naar Schall heeft geplaatst
en deze op ons doel afrent; van Diepenbeek ver
breekt het contact tusschen man en bal op lis
tige wijze en speelt op v. d. Meulen terug.
De uittrap reikt tot Anderiesen; via Vente gaat
het leer naar Lagendaal, deze wordt door Cisar
afgehouden en de uitgeloopen Platzer werkt
weg. Pellikaan haalt dan den bal tusschen Schall
en Binder uit, Lagendaal gooit hem op den lin
kervleugel, de lage voorzet van Mulders wordt
door Smistik onderschept.
Snel zijn de volgende aanvallen der Oosten
rijkers via de vleugels. Wanneer de bal wordt
voorgezet, redt van Run weer bij 'n gevaar
lijke dreiging van 't vijandelijk centrum. Een.
voorzet van Zischek wordt ook fraai door den
Philipsman gebroken.
Diep stoot dan onze uitval in de gastenver-
dediging door. Van Anderiesen gaat het naar
Verte, die met Schoemaker opbrengt; vlak
bij doel redt echter Cisar met keurigen omhaal.
Meteen is ons doel weer in gevaar als Smistik
naar Sindelar speelt; uiterst snel drijft deze
met Binder op, de laatste zwenkt naar doel,
hij zal schieten maar van Run gooit zich voor
het leer dat van richting verandert en in ge
broken vaart door v. d. Meulen wordt gegrepen.
Opnieuw een razend vlugge aanval der Oosten
rijkers; nu schiet de midvoor zelf en gericht
is de kogel en hard; v. d. Meulen werpt er zich
naar in volle lengte en kan vallende het pro
jectiel tot hoekschop verwerken. Deze wordt
scherp genomen; wel kopt Pellikaan het gevaar
uit de buurt doch direct
dreigt 't nu van andere zijde
waar Zischek intrapt, v. d.
Meulen grijpt maar de bal
zal nog het doel indraaien,
als Pellikaan opduikt in de
beslissende instantie en het
monster van de lijn het
veld intrapt.
De toeschouwers loozen
de benauwenis van hun ge
prangd gemoed in een lui
den zucht van verlichting,
te warmer wordt direct de
Tilburger toegejuicht om Pellikaan.
zijn verlossende daad en
daarop zwelt de lucht van luiden jubel als La
gendaal meteen 't spel verplaatst; hij dribbelt
met Vente als maat door de halflinie der tegen
partij heen, Cisar valt hem aan die weet niet
beter te doen dan achter trappen. Mulders neemt
den hoekschop scherp, een korte strubbeling
is 't gevolg, Vente krijgt een kans maar hij trapt
Van Diepenbeek kopt tijdens een span
nend moment voor 't Nederlandsche doel.
Het Oostenrijksche doel in gevaar. De Hollandsche linkervleugel geeft een hooger.
voorzet, de uitgeloopen Platzer kan den bal niet bereiken, 't leer vliegt door, Vent»
schijnt 'n kans te zullen krijgen, doch de nul bleef op het scoringbord.«.M%