■■I
ELISABETH DE VALOIS.
VOOR DE HUISVROUW.
mmm
mmm <-
VREEMDE SCHOTELS.
mm
ZATERDAG 23 DECEMBER 1933
KERSTSTEMMING.
VOOR DE FEESTTAFEL.
CANDLE-LIGHT.
ï--., .w
HIACINTHEN OP GLAZEN.
NOG EEN KORTE WIJLE EN WE
.GENIETEN VAN HEERLIJKE
VOORJAARSPRACHT
IIET KAN TE PAS KOMEN.
EEN PROEF MET „INTRA SAVCEN".
LICHTEN EN SCHICHTEN.
INFANTE VAN FRANKRIJK.
Derde vrouw van Philips II.
mmm*
-
VOOR OUDEJAARS-AVOND.
SNEEUWBALLEN.
SNEEUWBALLEN MET SLAGROOM.
OLIEBOLLEN.
APPELBEIGNETS.
HET METAAL ,IN DE MODE.
PARIJSCHE MODEPRAATJES.
i
KUNT U MIJ OOK ZEGGEN.
M,
Wy leven nu eenmaal in een tyd van bezui
niging en menig huismoeder zag niet zonder
bezorgdheid de feestdagen naderen.
Want die vormden voor de huisvrouw een
bron van stille verzuchtingen. Voor niet min
der dan drie dagen vooruit had ze te zoreen.
Ook heb ik een huismoeder hooren verzuch
ten: „Ja, ja, voorbereiding van de Kerstmis. Hoe
kan ik dat met m'n hoofd vol zorgen: zooveel
brood, zooveel melk, eieren, vleesch fruit, de
vrye dag voor het personeel; en dan moet alles
en alles schoon zijn. Ik zou wel stil willen zit
ten en mediteeren „kom, lieve Heertje, kom",
maar daar komt alles niet verder mee!"
Ach, moeder, wat tobt ge; ge weet toch wel,
dat een goede meening des ochtends, al het
werken tot bidden maakt? Ge doet toch alles
om het feest van het Kerstkindje waardig te
vieren. En, al kunt ge geen Nachtmis of Hoog
mis büwonen, al moet ge er stil in de vroegte
met een hart vol zorg en een hoofd vol be
slommeringen, er tusschen uit snappen, 't Kerst
kindje komt even graag by u als by het con
templatieve nonneke, weet dat wel.
De kleinen hebt ge immers hun hartje helpen
voorbereiden, de grooten vermaand met een
zacht, doch diep gemeend woord, en uw eigen
korte maar krachtige zuchten van verlangen en
liefde zyn mede opwaarts gegaan.
Wat wilt ge meer? Nu moogt ge ook de hui-
selyke sfeer beïnvloeden en het huis tot een
echt stemmingsvol home bereiden.
Moeder zegt wel: Zuinig, zuinig! Maar daar
in die gesloten kast staan de schaaltjes met
fruit, met pistaches, rooden en witte drageetjes
al klaar. In een emmer in den kelder staat
het snoezig kleine boompje, de takken hulst en
mare, door broer op de markt voor een prikje
gekocht.
We hebben nog zooveel versierselen van vroe
ger, we doen 't er mede en de ieder jaar zui
nig bewaarde tafelkleeden en randen, de roode
kandelaartjes, het middenstuk, naamkaartjes,
het doet alles weer dienst.
Op mooi uitgestreken bloemenmand-linten,
heeft Miesje, $iie het op school leerde, hulst-
blaadjes en besjes gespoten met lazuur en flit
ter, ze zullen het blanke damast, kruiselings ge
legd, versieren en kleine takjes hulst en spar,
In het oude middenstukje gestoken, zullen o
zoo feestelijk aandoen.
Glimmend gepoetste appeltjes, waarin 'n klein
kaarsje, een zilveren lintje, en de lamette
slierten, aan de lamp, waaraan kleine rood-
papieren klokjes bengelen, het is alles zoo vroo-
lijk en levendig.
Morgen, morgen zullen allen, thuiskomend
van de kerk, feestvieren in de knusse besloten
heid van het eigen lief gezin. Kerstmis is im
mers het feest van thuis; dan komen allen van
heinde en verre naar *t oude nestje gevlogen.
Dan zwijgen alle stormen, alle zorgen schij
nen gestild; een sfeer van eensgezindheid en
rust omvangt allen.
Hoe meer men zelf heeft voorbereidt, 'des te
meer voldoening. Er zijn zooveel dingen in ieder
huis te vinden om het Kerstmaal op te luisteren
zonder tot groote onkosten te vervallen. Een
paar eenvoudige witte kaarsjes, met een flitter-
takje of hulst-kransje, waarop het menu is aan
gegeven; een rympje of spreukje, doet zoo fees
telijk op tafel; het roode lintje om het servet;
de groene takjes tusschen de noten en de man
darijntjes, het is zoo sierlyk, zoo vroohjk: het
spreekt zoo van gezelligheid en zorg.
Als dan het met zorg en toewijding bereide
maal is opgediend, zullen moeder's oogen
veelal afdwalen naar dat oude kribje in den
hoek- bij het kerstboomje, naar het roode lichtje,
het kleine beeldje van het Kindeke.
Stille weemoed om de zorgelijke tyden, maar
toch voldoening over datgene, wat met de be-
.^chrltbare middelen bereikt werd, vervullen
Haar hart en dankbaar voor 't haar geschon-
kene, weet zy, dat het Kerstkindje is met
haar en de haren, als de grootste en liefste
gast van allen.
HELLENEN.
Het Is zoo mooi, zoo rustig, zoo voornaam,
een tafel geheel met kaarsen belicht.
En onze vrouwtjes en meisjes weten het wel.
En wy fluisteren het elkander toe, „Sst! laat het
den heeren niet hooren, want het flatteert zoo"
Inderdaad, kaarslicht verzacht de kontoeren;
maakt lichte schaduwen, verdoezelt al het harde
en ruwe!
Kaarslicht is zacht voor de oogen, bekoorlijk
voor kristal en zilver, waarin de grillige vlam
metjes honderdvoud weerkaatsen.
Maarze kunnen ons opschrikken, voor
al die mooi gevormde, versierde kaarsjes; ineens
een groote vlam, afdruipen, enz.
Welnu, huismoeders, één goede raad..
Strooi rondom de pit een laagje fyn zout. De
kaarsen zullen dan zeer langzaam en zeer rus
tig verbranden. Het is een oud beproefd middel
uit oma's dagen.
Waar vooral in onze dagen, de antieke en mo
derne zilveren kandelaars en kandelabres weer
zoo in zwang komen, waar vooral de feestdisch
zonder kaarslicht iets rustig intiems mist, ver-
leenen de aldus tot rustig branden gebrachte
kaarsen aan ons Kerstdineetje of Oudejaars-
souper een bijzonder cachet.
HUISMOEDER.
wm
-MWm
''■W$ i\H.
mn i
Toen we de eerste twee artikeltjes over Hyacin
then op glazen schreven, bloeiden in uw tuin de
bloemen en waren boomen en struiken nog met
bladeren getooid. Nu is dat anders! Waar we ons
oog ook in den tuin wenden, nergens een bloem.
En de groote me^elen van dén tuin, de boomen
en heesters, die in den zomer zoo'n mooie om
lijsting vormden, staan kaal en troosteloos!
De blik, welken we uit de kamer naar buiten
werpen bevredigt niet! We moeten ons heil in
huis zoeken en gelukkig kunnen we daar, als we
er in het najaar voor gezorgd hebben de gezel
ligheid vinden, door onze bloemen en planten.
Vooral die bloemen en planten zyn welkom,
welke ons met zekerheid het beslist naderende
voorjaar aankondigen, zooals de bolgewassen, en
het is geen wonder, dat velen met onge
duld wachten op ons advies: „de hyacinthen op
glazen mogen in het licht, in de warmte".
Welnu, laten we dan onze hyacinthen op gla
zen eens controleeren! Wanneer mag een hyacinth
op glas in het licht gesteld worden? Pas dan,
als de bloemknop geheel uit den bol is!
Hoe weten we dat? Door den neus voorzich
tig tusschen duim en vinger te betasten. Is de
bloemknop n.l. boven den bol, dan voelt men
tusschen knop en bol een kleine holte. Is de
bloem in dit stadium dan mogen de glazen bollen
gerust in het licht en in de warmte!
Wie zich zelf door betasten van den neus niet
overtuigen kan, raden we aan, de hyacinten toch
niet in het licht of in de warmte te plaatsen als
de neus niet minstens 68 c.M. lang is. In zoo'n
geval lijkt het ons noodig de eerste dagen de
bollen niet voor het venster, doch in meer ge
temperd licht te plaatsen.
We herhalen echter, zet Uw bollen nooit te
vroeg in het volle licht, doch laat ze liever een
paar dagen te lang in het donker. Bijna 90 pet.
van de mislukte hyacinthen zijn te vroeg in het
licht gesteld! Volg de natuur! Ook daar ontwik
kelt de bloem, maar pas als de neus boven de
aarde komt wijken de bladeren opzij. Welke
temperatuur mag er in de kamer heerschen? Dat
luistert niet zoo nauw, als de hyacinthen lang ge
noeg in het donker gebleven zyn. Een tempera
tuur van 6570 gr. F. kan zonder bezwaar ge
geven worden. Vul geregeld het water in het
glas aan.
Nu komt de belooning voor onze zorgen. De
neus, zoo geel als saffraan toen we 't glas uit het
donker haalden, wordt zienderoogen groen. Spoe
dig laten de bladeren los, wijken uit om de bloem
knop door te laten! De nagels, zoo noemen we
de afzonderlyke bloempjes van de hyacinth, zit
ten eerst plat tegen elkaar gedrukt, doch weldra
worden ze dikker, dringen elkaar opzy en de
onderste nemen een horizontalen stand aan. Wel
dra volgen de andere en 't is een genoegen om
te zien, hoe de intensiteit van de kleur toeneemt,
naarmate de nagel op openspringen staat. Ein
delijk is het groote gebeuren daar, de nagels
zyn geopend en een heerlijke geur, een voorjaars
lucht hangt in de kamer. Steeds mooier wordt
de hyacinth en dagen lang achtereen wordt zy
door alle huisgenooten bewonderd!
J. F. CH. DIX.
Mogelijk zijt ge dezer dagen aan een feest
tafel genood, by vrienden of familieleden.
Wie is uw tafelheer, wie uw tafeldame?
Misschien zijt ge het toeval na jaren nog
dankbaar, wellicht is uw avond gisteren bedor
ven. Weest wijs en put leering uit de volgende
lessen, die wij voor u mochten putten.
Ie. Als uw tafelheer u wordt voorgesteld
(hetzelfde geldt natuurlijk ook voor den man,
die uw dischgenoot blykt te zijn), toon dan
uw eventueel misnoegen niet. Mogelijk is hy of
zy, nog erger teleurgesteld dan gy zelf.
2e. Denk toch niet, dat men u zoo achteraan
plaatst uit minachting of nonchalance.
Neem liever aan, dat men u beschouwt als
iemand, die lastige situaties begrijpt en de on
aangename dingen des levens met opgewektheid
weet te aanvaarden.
Wat kleeding betreft:
3e. Iemand in een simpel toiletje Is dikwijls
meer waard dan de meest moderne duur uit
gedoste schoone. En de onderhoudende man in
het confectiepakje .charmanter dan de leeg
hoofdige fat.
4e. Een zestigjarige is dikwijls onderhouden
der dan een van één-en-twintig.
5. Iedereen heeft wel een onderwerp van ge
sprek, waarvoor hy of zij zich interesseert.
Tracht uw dischgenoot daarop te brengen of
mee te voeren in uw eigen enthousiasme.
Ieder jaar geeft de société nationale d Accli-
matation te Parijs een diner, waar uitsluitend
buitenissige schotels op tafel komen. Als de
uitnoodigingen rondgezonden worden, is het een
evenement. Het idee, krokodil te eten lokt de
menschen aan! En daarom wordt er heel wat
geïntrigeerd om een invitatie machtig te worden.
De leden van de société zijn allen natuuronder
zoekers, fokkers en explorateurs, die vanzelf
sprekend de grootste belangstelling koesteren
voor de planten en dieren van alle mogelijke
landen. Het zijn geen menschen, die niet verder
komen dan moeders pappot en ze hebben zoo
veel gereisd, dat ze de vreemdste gerechten
kennen, wat niet wil zeggen, dat ze niet van
een goede Fransche keuken houden.
Toch komen ze een keer per jaar met het
grootste plezier samen om de vreemdste en
wonderlijkste schotels te proeven. Want het
diner van de société d'Acchmatation bevat altijd
een paar schotels, die niet iedereen gemakke
lijk kan klaar maken.
Dit jaar kwamen prachtige visschen op tafel,
die in de Euphraat gevangen waren en die totaal
frisch in Parys aankwamen. Verder twee kroko
dillen, die in Majunga ingeysd werden. Hiermee
had men willen aantoonen, dat het op het oogen-
blik een klein kunstje is visch en vleesch over
groote afstanden te verzenden.
Het eigenaardige is, dat voor de diners van de
bovengenoemde société doktoren en koks samen
werken.
Al eeuwen geleden werden lekkere schotels
klaargemaakt. Tal van oude kookboeken geven
het bewijs, dat men vroeger ook vleesch kon
braden. Het leek du, of het niet mogelijk zou
zijn op dat punt wat nieuws te brengen. Maar
de samenwerking van doktoren en koks hebben
het tegendeel bewezen. De „intra-saucen" wer
den het eerst op tafel gebracht en waren het
gevolg van die samenwerking. De methode hier-
by toegepast bestaat uit het inspuiten van in
grediënten in het vleesch op de manier als de
doktoren het bij de patiënten doen. Men kan op
die manier het konijn het parfum van wilde
thijm by brengen, men kan de kip met truffels
inspuiten, of het schapenvleesch met knoflook
Twaalfhonderd verschillende proeven zijn ge
nomen en het lijdt geen twijfel, dat de kook
kunst in de toekomst gebruik zal maken van
deze uitvinding en er daardoor geheel on
bekende recepten uitgevonden zullen worden.
Het is heel begrijpelyk, dat men niet eerder
op dit idee is gekomen, want de koks kenden
geen anatomie en wisten niet, hoe de aderen
liepen en de doktoren bemoeiden zich niet met
de keuken. Die twee hebben moeten samenwer
ken om de intra-saucen uit te vinden. De koks
zullen nu verder moeten zoeken, welke partij
zé van de intra-saucen kunnen trekken en wie
weet, welke nieuwe schotels zij daardoor zullen
bedenken. Maar het waren de leden van de
société d'Acclimatation, die op het idee kwamen.
Ze zijn er dan ook van overtuigd, dat ze tot de
kookkunst kunnen bijdragen en ze vragen zich
af in hoeverre ze het eten der menschen kunnen
verbeteren. Meestal denkt men, dat wij nagenoeg
hetzelfde eten als onze voorvaderen. Maar daar
is toch wel een groot verschil in. Nog een drie
honderd jaar geleden aten de Fransche hoeren
voornamelijk pap, waar op het oogenblik nog
maar heel weinig menschen wat voor zullen
voelen.
In den tijd van madame de Sévigné werd kof
fie uitsluitend in de eerste kringen gedronken.
Tegenwoordig drinkt men in alle standen koffie
en suiker ontzegt zich ook niemand.
In het begin der negentiende eeuw was er
geen sterveling, die 's winters asperges kon eten,
al had hij ze ook met het gewicht aan goud
willen betalen, tegenwoordig komen asperges,
maar vooral doperwtjes 's winters bij iedereen
op tafel.
Visch at men 100 jaar geleden alleen, als men
dicht bij de kust woonde. In plaatsen, die ver
der waren afgelegen, gebeurde het' maar zel
den, dat de visch onbedorven aankwam.
Sinds een eeuw is het gebruik van vleesch
en melk óveral bijzonder sterk toegenomen.
De doktoren beweren, dat, wat de menschen
eten, hun karakter zeer beïnvloedt en dathet
volk minder geresigneerd is als vroeger, daar
ze nu o.a. meer alcohol en koffie gebruiken.
Verscheidene proeven zyn genomen om den
invloed van het eten op den groei van de die
ren en op de physiek van de menschen te be
palen.
Zoo is gebleken, dat arme schoolkinderen le
vendiger en lastiger werden, als men een flinke
hoeveelheid melk by hun eten voegde. De ver
andering der spijzen kan in een zeker opzicht
de geschiedenis van een volk beïnvloeden!
Op de diners van de société d'acclimation
werden de gasten niet alleen onthaald op
vreemdsoortige spyzen, maar, zooals men ziet,
oole op filosofische meditaties!
De mensch is gemaakt om te denken, dat is
al zijn waardigheid en zijn verdienste.
Pascal.
Hij of zij die de ij delheid der wereld niet
inziet, moet zelf wel ijdel zijn.
Een. leuke robe deux pieces van effen
jersey, gegarneerd met genopte jersey
in twee tinten. Een Parijsche
creatie van Davia
De derde echtgenoote van Philips II van
Spanje was de jonge en schoone Elisabeth de
Valois, dochter van Henri II, koning van Frank
ryk en Catharina de Medicis. Zij was de oudste
dochter uit een gezin van tien kinderen. Toen
haar jongere zuster Claude huwde met den her
tog van Lotharingen, maakten sommige vrien
den koning Henri een verwijt, dat hy zyn jon
gere dochter liet trouwen vóór Elisabeth, die
ouder was.
„Mijn dochter Elisabeth is zulk een persoon
lijkheid", antwoordde de koning, „dat een her
togdom niet genoeg voor haar is; zy heeft een
koninkryk noodig en niet van de minste. Daarom
kan zy nog even wachten".
Henri had goed gezien; door in het huwelijk
te treden met Philips van Spanje, huwde de
jonge en schoone Elisabeth den machtigsten
vorst van haar tijd.
In 1559 kwam de hertog van Alva naar Frank-
ryk om in naam van zyn meester de jonge
Elisabeth, die toen zeventien jaar was, te huwen.
Het huwelijk werd met uitbundigen luister
gevierd en werd gevolgd door een reeks van
schitterende feesten, waarby het voornaamste
was een groot tornooi, waar de Fransche koning
zelf in het strydperk trad. Bij een schermutse
ling werd de koning door zyn tegenstander met
een lans in 't oog getroffen en kwam zoo onge
lukkig te vallen, dat hij enkele dagen latei
stierf.
Philips vertrok overijld uit de Nederlanden,
waar hij de hertogin van Parrrta als regentes had
aangesteld, naar Spanje, om zyn jonge bruid
te ontmoeten. Toen hij haar voor 't eerst zag,
werd hy getroffen door haar schoonheid, gratie
en jeugd, en maakte hy tegenover haar eenigs-
zins spytig de opmerking over zyn haren, die
reeds by de slapen begonnen te grijzen, ofschoon
hy toch pas 33 jaren telde.
Aan het einde van een reeks schitterende
huwelyksfeesten, met welke Philips zyn jonge
vrouw ais een welkom in Spanje wilde vieren,
werd Elisabeth plotseling aangetast door de
pokken. Het bericht van deze ziekte verwekte
een groote emotie in Spanje, zoowel als in
Frankrijk, waar de moeder van de jonge konin
gin, Catharina de Medicis, niet zoozeer voor het
leven van haar dochter vreesde, als wel voor
het verlies van haar schoonheid. De knapste
geneesheeren van Frankryk werden met allerlei
wondermiddelen naar Spanje gezonden om dit
dreigend bezwaar te bezweren.
Gelukkig werden leven en schoonheid van
de lieftallige Elisabeth gespaard en de koning
trok methaar voorloopig naar Valladolid, in
afwachting van het weelderige paleis, dat hy
voor haar liet bouwen te Madrid, welke stad
Philips tot zijn nieUwe residentie en hoofdstad
wilde maken.
Het nieuwe Alcazar te Madrid werd dan ook
het meest schitterende hof van Europa, en de
schoone Elisabeth, die nu voortaan in Spanje
Isabella werd geheeten, behoefde er slechts haar
intrek te nemen om alle harten door haar
schoonheid, gratie en minzaamheid te veroveren.
Philips voelde zich zeer gelukkig met zyn
nieuwe jonge gade, die alom geëerd werd om
haar schoonheid, deugd en zeldzame begaafd
heden. Ofschoon zy slechts drie maanden
Spaansch had geleerd, sprak zy deze taal met
een bevallige welluidendheid, die eiken Span
jaard verrukte.
Philips omringde zyn vereerde vrouw ,met
alle liefde, weelde en rykdom, die hy maar kon
uitdenken! Ofschoon hij van nature ijverzuchtig
was, veroorloofde hy haar, als teeken van vol
komen vertrouwen, ongesluierd uit te gaan, wat
overigens geen gebruik was voor de hoogere
standen.
Bij een eerste verstoorde moederschap werd
de jonge Elisabeth ernstig ziek en in zijn ver
twijfeling liet Philips de geleerdste geneeshee
ren uit heel de wereld ontbieden om haar kost
baar leven te redden en het Spaansche volk,
van de hoogsten tot de laagsten, pleegde boete
doening, deed blootvoets bedevaarten om - de
tusschenkomst van den Hemel af te smeeken,
gelijk het ook haar gelukkige genezing vierde
met openlijke dankzeggingen en blijde feesten.
De beminde koningin verrees van haar ziek-
ber nog schooner dan ooit.
Op 12 Augustus 1566 bracht Elisabeth, dezen
keer fortuinlijker, een dochter ter wereld, die
de namen kreeg van Isabella, Clara, Eugenie.
Philips zoowel als Elisabeth hadden liever
een zoon gewenscht, want Don Carlos, de eenige
zoon uit Philips' eerste huwelyk, was een zie-
kelyke, kreupele jongeman, in wien de vader
maar moeiiyk den erfopvolger kon zien van
zijn groot en machtig ryk. Toch droeg Elisabeth
dezen ongelukkigen stiefzoom een oprechte gene-
geenheid toe, alhoewel deze grootendeels uit
deernis voortkwam met den jongeman, die op
vliegend, lastig kwaiyk gehumeurd zich zoo
moeiyk met zyn vader kon verdragen.
Onderwyi was Philips bezig in den omtrek
van Madrid het beroemde Escur'aal te bouwen,
waar hy vaak heen trok om de grootsche bouw
werken te leiden en meteen het strenge leven
der monniken te deelen
le. Een handgèbreid wollen sportmutsje,
beige met een bijpassenden band.
1 d.L. water, wat zout, 50 gram boter, 50
gram bloem, 50 gram goed gewasschen krenten,
2 eieren, schoon frituurvet.
Breng het water aan den kook met het zout
en de boter. Voeg er ineens alle bloem bij en
roer het deeg totdat het als een bal van den
wand der pan los laat. Blyf nog even roeren
in het deeg, voeg er één voor één de eieren by
en roer ieder ei geheel door het deeg, en roer
er dan de krenten door.
Maak een pannetje met schoon frituurvet
warm, doch niet dampend heet. Bak halve eet
lepels deeg in het vet langzaam heel licht bruin
en gaar. Worden de sneeuwballen goed gebak
ken, dan kleuren ze niet dadelijk, maar wor
den grooter en grooter, waarbij ze zichzelve
omdraaien in het vet. Is het vet te heet dan
vormt zich direct een korstje op het deeg, dat
het uitrijzen belemmert. Ryzen de sneeuwbal
len niet meer en zyn ze goed van kleur, neem
ze dan uit het vet, laat ze goed uitlekken op een
vergietje of schoon papier en bestrooid ze dik
met poedersuiker.
Bereid de sneeuwballen (maar nu zonder
krenten) zooals in het vorige recept is beschre
ven. Laat ze geheel bekoelen, vul ze met de
slagroom en bestuif ze met poedersuiker.
2 ons bloem, 20 gram gist, 2 d.I. lauwe melk,
75 gr. krenten, 75 gr. rozijnen, 5 gr. sucade, des-
verkiezend 2 aan stukjes gesneden zure appels.
Zonder gist: 2 ons zelfrijzend bakmeel en 2 d.I.
koude melk. Maak een stevig beslag van de
bloem en de gist, die met wat basterdsuiker
vloeibaar is geroerd. Voeg wat zout toe en de
gewasschen krenten, rozijnen en gesnipperde
sucade. Laat het beslag een uurtje rijzen. Maak
in dien tusschen tijd een pannetje met sla-olie
O ^planten vet. zoo warm dat er een blauwe damp
afkomt. Doop twee metalen lepels in het vet,
neem vervolgens een lepel vol beslag en schuif
er dat met de andere lepel vlak boven het vet
af. Keer ze als ze aan den onderkant bruin zyn,
maar laat ze zeker 5 minuten bakken zoodat ze
ook gaar zyn (te controleeren door er een brei
naald in te steken, die er weer even schoon uit
moet komen). Haal ze er met een schuimspaan
uit en laat ze even op grauw papier uitlekken.
Maak er een groote stapel van en bestrooid ze
met poedersuiker.
250 gr. zelfrijzend bakmeel, 3 d.I. koude melk,
10 zure appelen, wat zout, frituurvet.
Schil en boor de appelen en snijd ze in niet
te dunne plakken (bestrooi ze desverkiezend
met wat suiker en laat ze zoo even staan). Maak
een niet te dik beslag, wentel daar de plakjes
appel in en laat ze in het dampende vet glyden.
Bak ze lichtbruin en laat ze op grauw papier
even uitdruipen. Bestrooi ze met poedersuiker
of kristalsuiker vermengd met kaneel. Wil men
de beignets bijzonder croquant hebben, roer
dan een lepel sla-olie door het beslag heen.
2e. Een nieuw model voor den winter
met zijde-sluiting en manoline-mouwen.
PARIJS, 19 December 1933.
Een van de karakteristieke nouveauté's van
dit seizoen is het gebruik van stoffen met me
taal doorweven. Het eene modehuis toont voor
deze nouveauté wat meer belangstelling dan
het andere, maar over het algemeen wordt er
toch een dankbaar gebruik van gemaakt. Het
zijn meestal wollen stoffen, die heel sober ge-
metaliseerd zijn; het goud, dat tot dusver bijna
uitsluitend wordt gebruikt, glinstert heel be
scheiden op 't fond
van de stof, door
de wol verzacht, en
iteekent meestal
smalle ryen van
pigüres af en soms,
maar zelden, nop
jes. Crêpe-de-3aine
worden ook byna
onmerkbaar met
metaal gestreept.
De gemetalliseer
de zyden stoffen
verdienen eveneens
vermelding. Men
ziet ze in verschil
lende genres, waar-
onder byzon'der op
te merken vallen
het moiré lamée;
gemetalliseerd ve
lours en het matte
crêpe, heel sober
met metaal door
weven.
Deze laatste stof
heeft men gebruikt
voor de elegante
middag-robe, waar
van het hiernaast
weergegeven tee-
keningetje het mo
del weergeeft.
Dit model ver
toont een heel in
teressante coupe
met een empièce-
ment en een op-
staanden kraag,
van voren even gedrapeerd. De mouwen zijn
breed tot aan den elleboog en omsluiten verder
arm en pols.
Een découpe geeft aan de taille het effect
van een hoog ceintuur, terwijl de lange en
rechte rok naar beneden ruim valt door mid
del van een volant. Het toilet wordt voltooid
door een hoedje van dezelfde crêpe, sierlijk ge
drapeerd.
Een volgend jaar gaf Elisabeth het levens
licht aan een tweede dochter, die Catharina ge
heeten werd naar haar koninklijke moeder in
Frankryk.
Dezen keer was de geboorte van weer een
dochter wel een groote teleurstelling voor Phi
lips, die nu weer rekening moest gaan houden
met een mogeiyke troonopvolging van zyn onge
lukkigen zoon Don Carlos, voor wien een huwe
lijk en vaderschap in de toekomst wel onmoge
lijk bleken. Uit liefde voor zyn vrouw trachtte
hy zyn zoon door zachtheid te winnen; hy deed
hem in den raad van bestuur treden, maar wel
dra ondervond hij de beschaming, dat Don Car
los de ministers beleedigde, de zaken in de war
stuurde en alle overlag onmogelyk maakte.
Met bloedend hart moest de vader er ten slotte
toe besluiten, zyn eenigen zoon en opvolger
onder curateele te stellen en hem onder ge
strenge bewaking in een kasteel te doen opslui
ten. Niemand leed daar meer onder dan de uiter-
lyk zoo gestrenge en harde vader, die zelfs aan
de koningin verbood te weenen over Don Carlos'
ongelukkig lot.
Geesteiyk en lichamelyk uitgeput kwam de
ongelukkige Don Carlos op 23-jarigen leeftijd
te sterven. Dichters en romanciers hebben veel
heengefantaseerd omtrent zijn jammerlyk lot en
leven.
Bij heel zyn moeilijk te regeeren karakter,
met al zyn fouten en afdwalingen was Don Car
los toch een oprecht geloovige gebleven, die
trouw zyn godsdienstige plichten waarnam. Hy
stierf in vrede en gelatenheid, vergiffenis schen
kend en op zijn beurt vergeving vragend aan
allen, die het voorwerp waren geweest van
zyn haat. Hij vroeg om zyn vader te zien, maar
zijn biechtvader ontried den koning dit zware
bezoek. Toch kwam de koning de sterfkamer
binnen, toen hij meende, dat Don Carlos buiten
bewustzyn was, en hy schonk zijn vaderlijken
zegen aan zyn stervenden zoon.
Don Carlos stierf 24 Juli 1568 zonder klacht
of droefenis, terwijl hy met driemaal rouwmoe
dig op zijn borst te kloppen God's barmhartig
heid afsmeekte voor zijn zonden en fouten.
Zoo was de dood van den kleinzoon van Karei
V den erfgenaam en eenigen zoon van den
machtigsten vorst ter wereld, Philips II.
De begrafenis van den koninklijken zoon, ge
kleed in een Franciscaansche boetepy, had plaats
met groote plechtigheid. De koning nam er niet
aan deel; uit een venster van zyn paleis volgde
de zwaarbeproefde vader alleen met omfloerste
oogen den laatsten gang van zyn ongelukkig
kind. En daarbuiten hield een zorg, een schrik,
een angst, de harten zyner onderdanen gevan
gen. De troonopvolger, de eenige zoon van.den
kor.ing. was dood.
Wat zou de toekomst brengen?
Philips begreep dé ontgoocheling van zyn volk.
Hy trok zich eenzaam terug in de strenge af
zondering van een klooster, en bad.
Maar spoedig zou de machtige vorst nog
zwaarder beproefd worden. Amper drie maanden
na den dood 'van zyn zoon, Don Carlos, zou hy
zyn geliefde vrouw, koningin Elisabeth, gaan
verliezen.
Sinds de geboorte van haar tweede dochter
was de gezondheidstoestand van' de koningin
wankelend geworden. Smartelijk had zy gele
den gedurende de interneering van Don Carlos,
onder de onzekerheid omtrent zyn lot en zyn
todstand, en onder de onmogelijkheid zijn droeve
lot te kunnen verzachten. En zelfs voor den
koning had zy haar tranen en medelyden moe
ten verbergen. Het ontydig sterven van den
prins had haar zeer terneergeslagen. En onder
deze omstandigheden moest zij voor de derde
maal moeder worden.
Zou het lot haar voor dezen keer gunstig zyn?
Maar voor den derden keer brengt zij een
dochter ter wereld, die na gedoopt te zijn onmid
dellijk stierf.
De toestand van de koningin zelve was hope
loos.
Deze nieuwe ramp brengt stad en land in
opschudding. Processies trekken door de stra
ten, de kerken stroomen vol met het biddend
volk, dat om haar redding smeekt.
Alleen de zieke zelf verzoent zich in gelaten
heid met haar naderend verscheiden. Zij troost
de leden van haar hof, die schreiend om haar
sterfbed staan; haar eenige zorg is de toekomst
te verzekeren van haar Fransche gevolg, dat
met haar naar Spanje is gekomen. Zij betuigt
haar spyt, dat zij voor hen geen betere meesteres
is geweest. Maar deze bekennen op hun beurt,
dat de lieve Elisabeth voor hen geen meesteres
is geweest, maar een moeder.
Na met groote godsvrucht de Heilige Sacra
menten te hebben ontvangen, heeft zij een laatste
innig onderhoud met den geslagen koning. Zij
neemt met groote teederheid van hem afscheid,
beveelt hem haar nog zoo jonge kinderen aan
en de leden van haar huis. Zy vraagt hem in
vriendschap te leven met den koning van Frank
rijk, haar broeder, en den vrede te bewaren.
De koning drukt in haar handen een groote
relikwie van het Heilig Kruis, dat zij kussend
omvat tot aan haar laatsten snik.
„Nooit is een gedachte voor mij minder beang
stigend geweest dan die van mijn dood", sprak
zij diepgeloovig.
Elisabeth van Valois, koningin van Spanje,
stierf, nog geen drie en twintig jaar oud.
In het kleed der dochters van Sint Francis-
cus werd' Elisabeth in de kist gelegd met in
haar armen het kindje, voor hetwelk geboren
worden en sterven eenzelfde beteekenis had ge
had.
Het volk van Spanje kwam om haar baar
en graf bidden, haar aanroepend als een hei
lige.
En koning Philips rouwde als nimmer over
het verlies van haar, die zijn echtgenoote, gijn
gezellin en zyn vriendin was geweest.
P. HYACINTH HERMANS.
3. Een sportcostuumpje van groene wol,
gegarneerd met houten knoopen.
Wat verder de toepassing van metaal betreft,
de fantasieën van metaal, clips, hoedgarnee-
ringen, versieringen van tasch en ceintuur ge
nieten nog altijd een onverminderde belang
stelling.
if!
Een Syphon. Aan onzen lezer uit Vlaanderen
deelen wij mede, dat wij de teekening en be
schrijving aan diverse huishoud- en andere kun-
digen hebben vertoond. Het is een systeem van
ongeveer 20 jaar geleden; men herinnert het zich,
niemand heeft er een gebruiksaanwijzing van. Er
moet een zeker poeder in doch deze samenstel
ling luistert zoo precies, dat de kleinste fout de
flesch doet springen. Wy adviseeren derhalve
te trachten, te achterhalen, waar de syphon ge
kocht is, in welken winkel of magazijn.
Misschien kan een onzer abonné's ons in dezen
van dienst zijn? Het geval betreft een dubbel-
bollige syphonflesch, volgens oud systeem: Sys
teem D. Fèrre Patent ParisLondon.
De flesch is in 't geheel 43 c.M. hoog en met
tinnen' netwerk overtrokken Wie kent het sys
teem en wie is zoo vriendelyk ons de benoodig-
de soort en hoeveelheid poeder, teneinde de
koolzuur op te wekken, te willen mededeelen?
Bij voorbaat; dank.
Correspondentie. Abonnee te Arnhem. Har
telijk dank voor uw uitvoerig schrijven, het
moet bij u wel een voorbeeldige huishouding
zijn. Wij zullen uw verzoek in gedachten houden,
hopenlyk doet zich nog eens iets voor, dat voor
u geschikt blykt. Intusschen een prettig Kerst
feest voor u en de uwen.
Aan onze Abonnees.
Het schryven betreffende de vleeschrecepten
is aan de betrokken persoon doorgegeven.
Onzen dank voor diverse inlichtingen ook aan
H. H. Haardenfabrikanten. Het zou teveel plaats
eischen dit alles weer te geven; by gelegenheid
hopen wij van diverse vriendelyke raadgevingen
te profiteeren.
Gevlekt tapijt. Vlekken herkomst onbekend.
Wij raden deze huismoeder aan eens het nieuwe
universeel middel Innova te gebruiken, een vloei"
baar preparaat, een reinigings- en ontvlekkings-
middel dat uitsluitend bij tapijtwinkeliers ver-
krygbaar is.
Gekrompen. Een avondjurk van crèpe-maro-
cain is by het wasschèn. in lauw water zoo ge
krompen, dat 't wel 10 c.M. scheelt in de lengte.
De Amsterdamsche, die dit stropje moest er
varen, raden wy aan, het kleediygstuk, ditmaal
in koud water op te spoelen, daarna op een laken
waaronder een molton-deken, op een grooten
tafel op te spelden, naar de maat van ander
kleedingstuk; 'n beetje rekken en trekken, daar
na oppersen tot 't droog is. De jurk zal weer in
't oude model zijn teruggekomen.
Ruwe handenOfschoon wy geen schoon
heidsmiddelen aanbevelen, mogen wy een sim
pele vraag naar een middeltje om ruwe handen
te voorkomen, voor ditmaal wel beantwoorden.
Het allereenvoudigste en misschien voordeelig-
ste is: de handen na het wasschen met een drup
peltje olyfolie, of 'n ietsje zuivere witte vase
line in te wryven, maar dan ook echt in de
■huid masseeren, zoolang tot er geen vet meer
te zien is. Wat vette talk er overheen, handen
afvegen aan badhanddoek, all right.
Yoghurt. Op verzoek deelen wij hier eenige
bijzonderheden mede.
Yoghurt of Yahurt in het Bulgaarsch Pod"
kwaisa geheeten is de naam van een soort dikke
melk die men verkrygt door melk bij een tem
peratuur van omstreeks 50 gr, C. met het
ferments maya 1014 uur te laten gisten waar
door het tot de helft of het derde gedeelte zich
verdikt.
Yoghurt onderscheidt zich van kefir, koemys
en gewone zure melk door zyn concentratie, zyn
chemische en bacteriologische samenstelling.
Het bezit een aangenamen smaak en is voor
sommige personen zeer gezond.
Sedert Dybowski een middel ontdekte om het
ferment als een duurzame poeder te bereiden,
kan het overal bereid worden. Er bestaan ook
z.g. plantjes die men met gewone melk begiet
en 24 uur laat staan; het plantje groeit steeds
aan.
Eenvoudiger is de Yoghurt van onze goede
melkinrichtingen leant en klaar te betrekken, men
heeft ze dan altyd versch en zeker,vry van
eenig schadelijke bacil.
HUISMOEDER.
Koffie'extract 100 gr. koffie, 2% dL. kokend
water. Stamp de gemalen koffie zoo styf mogehjk
in den filter en giet er dan telkens wat kokend
water op, tot in het geheel ongeveer 2Vt dL ge
bruikt. Bewaar het extract in een fleschje dat
goed afsluitbaar is.
Een ander recept (uit het „Kook- en Huishoud
boek voor het platteland" door W. Münch) is:
5Ó0 gr. suiker, 2 L. kokend water, 125 gram
gemalen koffie.
Brand de suiker in een pannetje tot een bruine
stroop. Voeg daaraan de koffie toe en het koken
de water en laat dit alles eenige minuten zacht
jes koken. Giet het door een doek en bewaar het
extract in een goed sluitende schoóne kan of
flesch.
In plaats van suiker kan men ook gebrande
suikerpoeder hemen. Deze wordt direct gekookt
met de koffie en het water.. Ze wordt niet zoet
en is dus beter geschikt voor liefhebbers van
koffie zonder suiker,