■■I ELISABETH DE VALOIS. VOOR DE HUISVROUW. mmm mmm <- VREEMDE SCHOTELS. mm ZATERDAG 23 DECEMBER 1933 KERSTSTEMMING. VOOR DE FEESTTAFEL. CANDLE-LIGHT. ï--., .w HIACINTHEN OP GLAZEN. NOG EEN KORTE WIJLE EN WE .GENIETEN VAN HEERLIJKE VOORJAARSPRACHT IIET KAN TE PAS KOMEN. EEN PROEF MET „INTRA SAVCEN". LICHTEN EN SCHICHTEN. INFANTE VAN FRANKRIJK. Derde vrouw van Philips II. mmm* - VOOR OUDEJAARS-AVOND. SNEEUWBALLEN. SNEEUWBALLEN MET SLAGROOM. OLIEBOLLEN. APPELBEIGNETS. HET METAAL ,IN DE MODE. PARIJSCHE MODEPRAATJES. i KUNT U MIJ OOK ZEGGEN. M, Wy leven nu eenmaal in een tyd van bezui niging en menig huismoeder zag niet zonder bezorgdheid de feestdagen naderen. Want die vormden voor de huisvrouw een bron van stille verzuchtingen. Voor niet min der dan drie dagen vooruit had ze te zoreen. Ook heb ik een huismoeder hooren verzuch ten: „Ja, ja, voorbereiding van de Kerstmis. Hoe kan ik dat met m'n hoofd vol zorgen: zooveel brood, zooveel melk, eieren, vleesch fruit, de vrye dag voor het personeel; en dan moet alles en alles schoon zijn. Ik zou wel stil willen zit ten en mediteeren „kom, lieve Heertje, kom", maar daar komt alles niet verder mee!" Ach, moeder, wat tobt ge; ge weet toch wel, dat een goede meening des ochtends, al het werken tot bidden maakt? Ge doet toch alles om het feest van het Kerstkindje waardig te vieren. En, al kunt ge geen Nachtmis of Hoog mis büwonen, al moet ge er stil in de vroegte met een hart vol zorg en een hoofd vol be slommeringen, er tusschen uit snappen, 't Kerst kindje komt even graag by u als by het con templatieve nonneke, weet dat wel. De kleinen hebt ge immers hun hartje helpen voorbereiden, de grooten vermaand met een zacht, doch diep gemeend woord, en uw eigen korte maar krachtige zuchten van verlangen en liefde zyn mede opwaarts gegaan. Wat wilt ge meer? Nu moogt ge ook de hui- selyke sfeer beïnvloeden en het huis tot een echt stemmingsvol home bereiden. Moeder zegt wel: Zuinig, zuinig! Maar daar in die gesloten kast staan de schaaltjes met fruit, met pistaches, rooden en witte drageetjes al klaar. In een emmer in den kelder staat het snoezig kleine boompje, de takken hulst en mare, door broer op de markt voor een prikje gekocht. We hebben nog zooveel versierselen van vroe ger, we doen 't er mede en de ieder jaar zui nig bewaarde tafelkleeden en randen, de roode kandelaartjes, het middenstuk, naamkaartjes, het doet alles weer dienst. Op mooi uitgestreken bloemenmand-linten, heeft Miesje, $iie het op school leerde, hulst- blaadjes en besjes gespoten met lazuur en flit ter, ze zullen het blanke damast, kruiselings ge legd, versieren en kleine takjes hulst en spar, In het oude middenstukje gestoken, zullen o zoo feestelijk aandoen. Glimmend gepoetste appeltjes, waarin 'n klein kaarsje, een zilveren lintje, en de lamette slierten, aan de lamp, waaraan kleine rood- papieren klokjes bengelen, het is alles zoo vroo- lijk en levendig. Morgen, morgen zullen allen, thuiskomend van de kerk, feestvieren in de knusse besloten heid van het eigen lief gezin. Kerstmis is im mers het feest van thuis; dan komen allen van heinde en verre naar *t oude nestje gevlogen. Dan zwijgen alle stormen, alle zorgen schij nen gestild; een sfeer van eensgezindheid en rust omvangt allen. Hoe meer men zelf heeft voorbereidt, 'des te meer voldoening. Er zijn zooveel dingen in ieder huis te vinden om het Kerstmaal op te luisteren zonder tot groote onkosten te vervallen. Een paar eenvoudige witte kaarsjes, met een flitter- takje of hulst-kransje, waarop het menu is aan gegeven; een rympje of spreukje, doet zoo fees telijk op tafel; het roode lintje om het servet; de groene takjes tusschen de noten en de man darijntjes, het is zoo sierlyk, zoo vroohjk: het spreekt zoo van gezelligheid en zorg. Als dan het met zorg en toewijding bereide maal is opgediend, zullen moeder's oogen veelal afdwalen naar dat oude kribje in den hoek- bij het kerstboomje, naar het roode lichtje, het kleine beeldje van het Kindeke. Stille weemoed om de zorgelijke tyden, maar toch voldoening over datgene, wat met de be- .^chrltbare middelen bereikt werd, vervullen Haar hart en dankbaar voor 't haar geschon- kene, weet zy, dat het Kerstkindje is met haar en de haren, als de grootste en liefste gast van allen. HELLENEN. Het Is zoo mooi, zoo rustig, zoo voornaam, een tafel geheel met kaarsen belicht. En onze vrouwtjes en meisjes weten het wel. En wy fluisteren het elkander toe, „Sst! laat het den heeren niet hooren, want het flatteert zoo" Inderdaad, kaarslicht verzacht de kontoeren; maakt lichte schaduwen, verdoezelt al het harde en ruwe! Kaarslicht is zacht voor de oogen, bekoorlijk voor kristal en zilver, waarin de grillige vlam metjes honderdvoud weerkaatsen. Maarze kunnen ons opschrikken, voor al die mooi gevormde, versierde kaarsjes; ineens een groote vlam, afdruipen, enz. Welnu, huismoeders, één goede raad.. Strooi rondom de pit een laagje fyn zout. De kaarsen zullen dan zeer langzaam en zeer rus tig verbranden. Het is een oud beproefd middel uit oma's dagen. Waar vooral in onze dagen, de antieke en mo derne zilveren kandelaars en kandelabres weer zoo in zwang komen, waar vooral de feestdisch zonder kaarslicht iets rustig intiems mist, ver- leenen de aldus tot rustig branden gebrachte kaarsen aan ons Kerstdineetje of Oudejaars- souper een bijzonder cachet. HUISMOEDER. wm -MWm ''■W$ i\H. mn i Toen we de eerste twee artikeltjes over Hyacin then op glazen schreven, bloeiden in uw tuin de bloemen en waren boomen en struiken nog met bladeren getooid. Nu is dat anders! Waar we ons oog ook in den tuin wenden, nergens een bloem. En de groote me^elen van dén tuin, de boomen en heesters, die in den zomer zoo'n mooie om lijsting vormden, staan kaal en troosteloos! De blik, welken we uit de kamer naar buiten werpen bevredigt niet! We moeten ons heil in huis zoeken en gelukkig kunnen we daar, als we er in het najaar voor gezorgd hebben de gezel ligheid vinden, door onze bloemen en planten. Vooral die bloemen en planten zyn welkom, welke ons met zekerheid het beslist naderende voorjaar aankondigen, zooals de bolgewassen, en het is geen wonder, dat velen met onge duld wachten op ons advies: „de hyacinthen op glazen mogen in het licht, in de warmte". Welnu, laten we dan onze hyacinthen op gla zen eens controleeren! Wanneer mag een hyacinth op glas in het licht gesteld worden? Pas dan, als de bloemknop geheel uit den bol is! Hoe weten we dat? Door den neus voorzich tig tusschen duim en vinger te betasten. Is de bloemknop n.l. boven den bol, dan voelt men tusschen knop en bol een kleine holte. Is de bloem in dit stadium dan mogen de glazen bollen gerust in het licht en in de warmte! Wie zich zelf door betasten van den neus niet overtuigen kan, raden we aan, de hyacinten toch niet in het licht of in de warmte te plaatsen als de neus niet minstens 68 c.M. lang is. In zoo'n geval lijkt het ons noodig de eerste dagen de bollen niet voor het venster, doch in meer ge temperd licht te plaatsen. We herhalen echter, zet Uw bollen nooit te vroeg in het volle licht, doch laat ze liever een paar dagen te lang in het donker. Bijna 90 pet. van de mislukte hyacinthen zijn te vroeg in het licht gesteld! Volg de natuur! Ook daar ontwik kelt de bloem, maar pas als de neus boven de aarde komt wijken de bladeren opzij. Welke temperatuur mag er in de kamer heerschen? Dat luistert niet zoo nauw, als de hyacinthen lang ge noeg in het donker gebleven zyn. Een tempera tuur van 6570 gr. F. kan zonder bezwaar ge geven worden. Vul geregeld het water in het glas aan. Nu komt de belooning voor onze zorgen. De neus, zoo geel als saffraan toen we 't glas uit het donker haalden, wordt zienderoogen groen. Spoe dig laten de bladeren los, wijken uit om de bloem knop door te laten! De nagels, zoo noemen we de afzonderlyke bloempjes van de hyacinth, zit ten eerst plat tegen elkaar gedrukt, doch weldra worden ze dikker, dringen elkaar opzy en de onderste nemen een horizontalen stand aan. Wel dra volgen de andere en 't is een genoegen om te zien, hoe de intensiteit van de kleur toeneemt, naarmate de nagel op openspringen staat. Ein delijk is het groote gebeuren daar, de nagels zyn geopend en een heerlijke geur, een voorjaars lucht hangt in de kamer. Steeds mooier wordt de hyacinth en dagen lang achtereen wordt zy door alle huisgenooten bewonderd! J. F. CH. DIX. Mogelijk zijt ge dezer dagen aan een feest tafel genood, by vrienden of familieleden. Wie is uw tafelheer, wie uw tafeldame? Misschien zijt ge het toeval na jaren nog dankbaar, wellicht is uw avond gisteren bedor ven. Weest wijs en put leering uit de volgende lessen, die wij voor u mochten putten. Ie. Als uw tafelheer u wordt voorgesteld (hetzelfde geldt natuurlijk ook voor den man, die uw dischgenoot blykt te zijn), toon dan uw eventueel misnoegen niet. Mogelijk is hy of zy, nog erger teleurgesteld dan gy zelf. 2e. Denk toch niet, dat men u zoo achteraan plaatst uit minachting of nonchalance. Neem liever aan, dat men u beschouwt als iemand, die lastige situaties begrijpt en de on aangename dingen des levens met opgewektheid weet te aanvaarden. Wat kleeding betreft: 3e. Iemand in een simpel toiletje Is dikwijls meer waard dan de meest moderne duur uit gedoste schoone. En de onderhoudende man in het confectiepakje .charmanter dan de leeg hoofdige fat. 4e. Een zestigjarige is dikwijls onderhouden der dan een van één-en-twintig. 5. Iedereen heeft wel een onderwerp van ge sprek, waarvoor hy of zij zich interesseert. Tracht uw dischgenoot daarop te brengen of mee te voeren in uw eigen enthousiasme. Ieder jaar geeft de société nationale d Accli- matation te Parijs een diner, waar uitsluitend buitenissige schotels op tafel komen. Als de uitnoodigingen rondgezonden worden, is het een evenement. Het idee, krokodil te eten lokt de menschen aan! En daarom wordt er heel wat geïntrigeerd om een invitatie machtig te worden. De leden van de société zijn allen natuuronder zoekers, fokkers en explorateurs, die vanzelf sprekend de grootste belangstelling koesteren voor de planten en dieren van alle mogelijke landen. Het zijn geen menschen, die niet verder komen dan moeders pappot en ze hebben zoo veel gereisd, dat ze de vreemdste gerechten kennen, wat niet wil zeggen, dat ze niet van een goede Fransche keuken houden. Toch komen ze een keer per jaar met het grootste plezier samen om de vreemdste en wonderlijkste schotels te proeven. Want het diner van de société d'Acchmatation bevat altijd een paar schotels, die niet iedereen gemakke lijk kan klaar maken. Dit jaar kwamen prachtige visschen op tafel, die in de Euphraat gevangen waren en die totaal frisch in Parys aankwamen. Verder twee kroko dillen, die in Majunga ingeysd werden. Hiermee had men willen aantoonen, dat het op het oogen- blik een klein kunstje is visch en vleesch over groote afstanden te verzenden. Het eigenaardige is, dat voor de diners van de bovengenoemde société doktoren en koks samen werken. Al eeuwen geleden werden lekkere schotels klaargemaakt. Tal van oude kookboeken geven het bewijs, dat men vroeger ook vleesch kon braden. Het leek du, of het niet mogelijk zou zijn op dat punt wat nieuws te brengen. Maar de samenwerking van doktoren en koks hebben het tegendeel bewezen. De „intra-saucen" wer den het eerst op tafel gebracht en waren het gevolg van die samenwerking. De methode hier- by toegepast bestaat uit het inspuiten van in grediënten in het vleesch op de manier als de doktoren het bij de patiënten doen. Men kan op die manier het konijn het parfum van wilde thijm by brengen, men kan de kip met truffels inspuiten, of het schapenvleesch met knoflook Twaalfhonderd verschillende proeven zijn ge nomen en het lijdt geen twijfel, dat de kook kunst in de toekomst gebruik zal maken van deze uitvinding en er daardoor geheel on bekende recepten uitgevonden zullen worden. Het is heel begrijpelyk, dat men niet eerder op dit idee is gekomen, want de koks kenden geen anatomie en wisten niet, hoe de aderen liepen en de doktoren bemoeiden zich niet met de keuken. Die twee hebben moeten samenwer ken om de intra-saucen uit te vinden. De koks zullen nu verder moeten zoeken, welke partij zé van de intra-saucen kunnen trekken en wie weet, welke nieuwe schotels zij daardoor zullen bedenken. Maar het waren de leden van de société d'Acclimatation, die op het idee kwamen. Ze zijn er dan ook van overtuigd, dat ze tot de kookkunst kunnen bijdragen en ze vragen zich af in hoeverre ze het eten der menschen kunnen verbeteren. Meestal denkt men, dat wij nagenoeg hetzelfde eten als onze voorvaderen. Maar daar is toch wel een groot verschil in. Nog een drie honderd jaar geleden aten de Fransche hoeren voornamelijk pap, waar op het oogenblik nog maar heel weinig menschen wat voor zullen voelen. In den tijd van madame de Sévigné werd kof fie uitsluitend in de eerste kringen gedronken. Tegenwoordig drinkt men in alle standen koffie en suiker ontzegt zich ook niemand. In het begin der negentiende eeuw was er geen sterveling, die 's winters asperges kon eten, al had hij ze ook met het gewicht aan goud willen betalen, tegenwoordig komen asperges, maar vooral doperwtjes 's winters bij iedereen op tafel. Visch at men 100 jaar geleden alleen, als men dicht bij de kust woonde. In plaatsen, die ver der waren afgelegen, gebeurde het' maar zel den, dat de visch onbedorven aankwam. Sinds een eeuw is het gebruik van vleesch en melk óveral bijzonder sterk toegenomen. De doktoren beweren, dat, wat de menschen eten, hun karakter zeer beïnvloedt en dathet volk minder geresigneerd is als vroeger, daar ze nu o.a. meer alcohol en koffie gebruiken. Verscheidene proeven zyn genomen om den invloed van het eten op den groei van de die ren en op de physiek van de menschen te be palen. Zoo is gebleken, dat arme schoolkinderen le vendiger en lastiger werden, als men een flinke hoeveelheid melk by hun eten voegde. De ver andering der spijzen kan in een zeker opzicht de geschiedenis van een volk beïnvloeden! Op de diners van de société d'acclimation werden de gasten niet alleen onthaald op vreemdsoortige spyzen, maar, zooals men ziet, oole op filosofische meditaties! De mensch is gemaakt om te denken, dat is al zijn waardigheid en zijn verdienste. Pascal. Hij of zij die de ij delheid der wereld niet inziet, moet zelf wel ijdel zijn. Een. leuke robe deux pieces van effen jersey, gegarneerd met genopte jersey in twee tinten. Een Parijsche creatie van Davia De derde echtgenoote van Philips II van Spanje was de jonge en schoone Elisabeth de Valois, dochter van Henri II, koning van Frank ryk en Catharina de Medicis. Zij was de oudste dochter uit een gezin van tien kinderen. Toen haar jongere zuster Claude huwde met den her tog van Lotharingen, maakten sommige vrien den koning Henri een verwijt, dat hy zyn jon gere dochter liet trouwen vóór Elisabeth, die ouder was. „Mijn dochter Elisabeth is zulk een persoon lijkheid", antwoordde de koning, „dat een her togdom niet genoeg voor haar is; zy heeft een koninkryk noodig en niet van de minste. Daarom kan zy nog even wachten". Henri had goed gezien; door in het huwelijk te treden met Philips van Spanje, huwde de jonge en schoone Elisabeth den machtigsten vorst van haar tijd. In 1559 kwam de hertog van Alva naar Frank- ryk om in naam van zyn meester de jonge Elisabeth, die toen zeventien jaar was, te huwen. Het huwelijk werd met uitbundigen luister gevierd en werd gevolgd door een reeks van schitterende feesten, waarby het voornaamste was een groot tornooi, waar de Fransche koning zelf in het strydperk trad. Bij een schermutse ling werd de koning door zyn tegenstander met een lans in 't oog getroffen en kwam zoo onge lukkig te vallen, dat hij enkele dagen latei stierf. Philips vertrok overijld uit de Nederlanden, waar hij de hertogin van Parrrta als regentes had aangesteld, naar Spanje, om zyn jonge bruid te ontmoeten. Toen hij haar voor 't eerst zag, werd hy getroffen door haar schoonheid, gratie en jeugd, en maakte hy tegenover haar eenigs- zins spytig de opmerking over zyn haren, die reeds by de slapen begonnen te grijzen, ofschoon hy toch pas 33 jaren telde. Aan het einde van een reeks schitterende huwelyksfeesten, met welke Philips zyn jonge vrouw ais een welkom in Spanje wilde vieren, werd Elisabeth plotseling aangetast door de pokken. Het bericht van deze ziekte verwekte een groote emotie in Spanje, zoowel als in Frankrijk, waar de moeder van de jonge konin gin, Catharina de Medicis, niet zoozeer voor het leven van haar dochter vreesde, als wel voor het verlies van haar schoonheid. De knapste geneesheeren van Frankryk werden met allerlei wondermiddelen naar Spanje gezonden om dit dreigend bezwaar te bezweren. Gelukkig werden leven en schoonheid van de lieftallige Elisabeth gespaard en de koning trok methaar voorloopig naar Valladolid, in afwachting van het weelderige paleis, dat hy voor haar liet bouwen te Madrid, welke stad Philips tot zijn nieUwe residentie en hoofdstad wilde maken. Het nieuwe Alcazar te Madrid werd dan ook het meest schitterende hof van Europa, en de schoone Elisabeth, die nu voortaan in Spanje Isabella werd geheeten, behoefde er slechts haar intrek te nemen om alle harten door haar schoonheid, gratie en minzaamheid te veroveren. Philips voelde zich zeer gelukkig met zyn nieuwe jonge gade, die alom geëerd werd om haar schoonheid, deugd en zeldzame begaafd heden. Ofschoon zy slechts drie maanden Spaansch had geleerd, sprak zy deze taal met een bevallige welluidendheid, die eiken Span jaard verrukte. Philips omringde zyn vereerde vrouw ,met alle liefde, weelde en rykdom, die hy maar kon uitdenken! Ofschoon hij van nature ijverzuchtig was, veroorloofde hy haar, als teeken van vol komen vertrouwen, ongesluierd uit te gaan, wat overigens geen gebruik was voor de hoogere standen. Bij een eerste verstoorde moederschap werd de jonge Elisabeth ernstig ziek en in zijn ver twijfeling liet Philips de geleerdste geneeshee ren uit heel de wereld ontbieden om haar kost baar leven te redden en het Spaansche volk, van de hoogsten tot de laagsten, pleegde boete doening, deed blootvoets bedevaarten om - de tusschenkomst van den Hemel af te smeeken, gelijk het ook haar gelukkige genezing vierde met openlijke dankzeggingen en blijde feesten. De beminde koningin verrees van haar ziek- ber nog schooner dan ooit. Op 12 Augustus 1566 bracht Elisabeth, dezen keer fortuinlijker, een dochter ter wereld, die de namen kreeg van Isabella, Clara, Eugenie. Philips zoowel als Elisabeth hadden liever een zoon gewenscht, want Don Carlos, de eenige zoon uit Philips' eerste huwelyk, was een zie- kelyke, kreupele jongeman, in wien de vader maar moeiiyk den erfopvolger kon zien van zijn groot en machtig ryk. Toch droeg Elisabeth dezen ongelukkigen stiefzoom een oprechte gene- geenheid toe, alhoewel deze grootendeels uit deernis voortkwam met den jongeman, die op vliegend, lastig kwaiyk gehumeurd zich zoo moeiyk met zyn vader kon verdragen. Onderwyi was Philips bezig in den omtrek van Madrid het beroemde Escur'aal te bouwen, waar hy vaak heen trok om de grootsche bouw werken te leiden en meteen het strenge leven der monniken te deelen le. Een handgèbreid wollen sportmutsje, beige met een bijpassenden band. 1 d.L. water, wat zout, 50 gram boter, 50 gram bloem, 50 gram goed gewasschen krenten, 2 eieren, schoon frituurvet. Breng het water aan den kook met het zout en de boter. Voeg er ineens alle bloem bij en roer het deeg totdat het als een bal van den wand der pan los laat. Blyf nog even roeren in het deeg, voeg er één voor één de eieren by en roer ieder ei geheel door het deeg, en roer er dan de krenten door. Maak een pannetje met schoon frituurvet warm, doch niet dampend heet. Bak halve eet lepels deeg in het vet langzaam heel licht bruin en gaar. Worden de sneeuwballen goed gebak ken, dan kleuren ze niet dadelijk, maar wor den grooter en grooter, waarbij ze zichzelve omdraaien in het vet. Is het vet te heet dan vormt zich direct een korstje op het deeg, dat het uitrijzen belemmert. Ryzen de sneeuwbal len niet meer en zyn ze goed van kleur, neem ze dan uit het vet, laat ze goed uitlekken op een vergietje of schoon papier en bestrooid ze dik met poedersuiker. Bereid de sneeuwballen (maar nu zonder krenten) zooals in het vorige recept is beschre ven. Laat ze geheel bekoelen, vul ze met de slagroom en bestuif ze met poedersuiker. 2 ons bloem, 20 gram gist, 2 d.I. lauwe melk, 75 gr. krenten, 75 gr. rozijnen, 5 gr. sucade, des- verkiezend 2 aan stukjes gesneden zure appels. Zonder gist: 2 ons zelfrijzend bakmeel en 2 d.I. koude melk. Maak een stevig beslag van de bloem en de gist, die met wat basterdsuiker vloeibaar is geroerd. Voeg wat zout toe en de gewasschen krenten, rozijnen en gesnipperde sucade. Laat het beslag een uurtje rijzen. Maak in dien tusschen tijd een pannetje met sla-olie O ^planten vet. zoo warm dat er een blauwe damp afkomt. Doop twee metalen lepels in het vet, neem vervolgens een lepel vol beslag en schuif er dat met de andere lepel vlak boven het vet af. Keer ze als ze aan den onderkant bruin zyn, maar laat ze zeker 5 minuten bakken zoodat ze ook gaar zyn (te controleeren door er een brei naald in te steken, die er weer even schoon uit moet komen). Haal ze er met een schuimspaan uit en laat ze even op grauw papier uitlekken. Maak er een groote stapel van en bestrooid ze met poedersuiker. 250 gr. zelfrijzend bakmeel, 3 d.I. koude melk, 10 zure appelen, wat zout, frituurvet. Schil en boor de appelen en snijd ze in niet te dunne plakken (bestrooi ze desverkiezend met wat suiker en laat ze zoo even staan). Maak een niet te dik beslag, wentel daar de plakjes appel in en laat ze in het dampende vet glyden. Bak ze lichtbruin en laat ze op grauw papier even uitdruipen. Bestrooi ze met poedersuiker of kristalsuiker vermengd met kaneel. Wil men de beignets bijzonder croquant hebben, roer dan een lepel sla-olie door het beslag heen. 2e. Een nieuw model voor den winter met zijde-sluiting en manoline-mouwen. PARIJS, 19 December 1933. Een van de karakteristieke nouveauté's van dit seizoen is het gebruik van stoffen met me taal doorweven. Het eene modehuis toont voor deze nouveauté wat meer belangstelling dan het andere, maar over het algemeen wordt er toch een dankbaar gebruik van gemaakt. Het zijn meestal wollen stoffen, die heel sober ge- metaliseerd zijn; het goud, dat tot dusver bijna uitsluitend wordt gebruikt, glinstert heel be scheiden op 't fond van de stof, door de wol verzacht, en iteekent meestal smalle ryen van pigüres af en soms, maar zelden, nop jes. Crêpe-de-3aine worden ook byna onmerkbaar met metaal gestreept. De gemetalliseer de zyden stoffen verdienen eveneens vermelding. Men ziet ze in verschil lende genres, waar- onder byzon'der op te merken vallen het moiré lamée; gemetalliseerd ve lours en het matte crêpe, heel sober met metaal door weven. Deze laatste stof heeft men gebruikt voor de elegante middag-robe, waar van het hiernaast weergegeven tee- keningetje het mo del weergeeft. Dit model ver toont een heel in teressante coupe met een empièce- ment en een op- staanden kraag, van voren even gedrapeerd. De mouwen zijn breed tot aan den elleboog en omsluiten verder arm en pols. Een découpe geeft aan de taille het effect van een hoog ceintuur, terwijl de lange en rechte rok naar beneden ruim valt door mid del van een volant. Het toilet wordt voltooid door een hoedje van dezelfde crêpe, sierlijk ge drapeerd. Een volgend jaar gaf Elisabeth het levens licht aan een tweede dochter, die Catharina ge heeten werd naar haar koninklijke moeder in Frankryk. Dezen keer was de geboorte van weer een dochter wel een groote teleurstelling voor Phi lips, die nu weer rekening moest gaan houden met een mogeiyke troonopvolging van zyn onge lukkigen zoon Don Carlos, voor wien een huwe lijk en vaderschap in de toekomst wel onmoge lijk bleken. Uit liefde voor zyn vrouw trachtte hy zyn zoon door zachtheid te winnen; hy deed hem in den raad van bestuur treden, maar wel dra ondervond hij de beschaming, dat Don Car los de ministers beleedigde, de zaken in de war stuurde en alle overlag onmogelyk maakte. Met bloedend hart moest de vader er ten slotte toe besluiten, zyn eenigen zoon en opvolger onder curateele te stellen en hem onder ge strenge bewaking in een kasteel te doen opslui ten. Niemand leed daar meer onder dan de uiter- lyk zoo gestrenge en harde vader, die zelfs aan de koningin verbood te weenen over Don Carlos' ongelukkig lot. Geesteiyk en lichamelyk uitgeput kwam de ongelukkige Don Carlos op 23-jarigen leeftijd te sterven. Dichters en romanciers hebben veel heengefantaseerd omtrent zijn jammerlyk lot en leven. Bij heel zyn moeilijk te regeeren karakter, met al zyn fouten en afdwalingen was Don Car los toch een oprecht geloovige gebleven, die trouw zyn godsdienstige plichten waarnam. Hy stierf in vrede en gelatenheid, vergiffenis schen kend en op zijn beurt vergeving vragend aan allen, die het voorwerp waren geweest van zyn haat. Hij vroeg om zyn vader te zien, maar zijn biechtvader ontried den koning dit zware bezoek. Toch kwam de koning de sterfkamer binnen, toen hij meende, dat Don Carlos buiten bewustzyn was, en hy schonk zijn vaderlijken zegen aan zyn stervenden zoon. Don Carlos stierf 24 Juli 1568 zonder klacht of droefenis, terwijl hy met driemaal rouwmoe dig op zijn borst te kloppen God's barmhartig heid afsmeekte voor zijn zonden en fouten. Zoo was de dood van den kleinzoon van Karei V den erfgenaam en eenigen zoon van den machtigsten vorst ter wereld, Philips II. De begrafenis van den koninklijken zoon, ge kleed in een Franciscaansche boetepy, had plaats met groote plechtigheid. De koning nam er niet aan deel; uit een venster van zyn paleis volgde de zwaarbeproefde vader alleen met omfloerste oogen den laatsten gang van zyn ongelukkig kind. En daarbuiten hield een zorg, een schrik, een angst, de harten zyner onderdanen gevan gen. De troonopvolger, de eenige zoon van.den kor.ing. was dood. Wat zou de toekomst brengen? Philips begreep dé ontgoocheling van zyn volk. Hy trok zich eenzaam terug in de strenge af zondering van een klooster, en bad. Maar spoedig zou de machtige vorst nog zwaarder beproefd worden. Amper drie maanden na den dood 'van zyn zoon, Don Carlos, zou hy zyn geliefde vrouw, koningin Elisabeth, gaan verliezen. Sinds de geboorte van haar tweede dochter was de gezondheidstoestand van' de koningin wankelend geworden. Smartelijk had zy gele den gedurende de interneering van Don Carlos, onder de onzekerheid omtrent zyn lot en zyn todstand, en onder de onmogelijkheid zijn droeve lot te kunnen verzachten. En zelfs voor den koning had zy haar tranen en medelyden moe ten verbergen. Het ontydig sterven van den prins had haar zeer terneergeslagen. En onder deze omstandigheden moest zij voor de derde maal moeder worden. Zou het lot haar voor dezen keer gunstig zyn? Maar voor den derden keer brengt zij een dochter ter wereld, die na gedoopt te zijn onmid dellijk stierf. De toestand van de koningin zelve was hope loos. Deze nieuwe ramp brengt stad en land in opschudding. Processies trekken door de stra ten, de kerken stroomen vol met het biddend volk, dat om haar redding smeekt. Alleen de zieke zelf verzoent zich in gelaten heid met haar naderend verscheiden. Zij troost de leden van haar hof, die schreiend om haar sterfbed staan; haar eenige zorg is de toekomst te verzekeren van haar Fransche gevolg, dat met haar naar Spanje is gekomen. Zij betuigt haar spyt, dat zij voor hen geen betere meesteres is geweest. Maar deze bekennen op hun beurt, dat de lieve Elisabeth voor hen geen meesteres is geweest, maar een moeder. Na met groote godsvrucht de Heilige Sacra menten te hebben ontvangen, heeft zij een laatste innig onderhoud met den geslagen koning. Zij neemt met groote teederheid van hem afscheid, beveelt hem haar nog zoo jonge kinderen aan en de leden van haar huis. Zy vraagt hem in vriendschap te leven met den koning van Frank rijk, haar broeder, en den vrede te bewaren. De koning drukt in haar handen een groote relikwie van het Heilig Kruis, dat zij kussend omvat tot aan haar laatsten snik. „Nooit is een gedachte voor mij minder beang stigend geweest dan die van mijn dood", sprak zij diepgeloovig. Elisabeth van Valois, koningin van Spanje, stierf, nog geen drie en twintig jaar oud. In het kleed der dochters van Sint Francis- cus werd' Elisabeth in de kist gelegd met in haar armen het kindje, voor hetwelk geboren worden en sterven eenzelfde beteekenis had ge had. Het volk van Spanje kwam om haar baar en graf bidden, haar aanroepend als een hei lige. En koning Philips rouwde als nimmer over het verlies van haar, die zijn echtgenoote, gijn gezellin en zyn vriendin was geweest. P. HYACINTH HERMANS. 3. Een sportcostuumpje van groene wol, gegarneerd met houten knoopen. Wat verder de toepassing van metaal betreft, de fantasieën van metaal, clips, hoedgarnee- ringen, versieringen van tasch en ceintuur ge nieten nog altijd een onverminderde belang stelling. if! Een Syphon. Aan onzen lezer uit Vlaanderen deelen wij mede, dat wij de teekening en be schrijving aan diverse huishoud- en andere kun- digen hebben vertoond. Het is een systeem van ongeveer 20 jaar geleden; men herinnert het zich, niemand heeft er een gebruiksaanwijzing van. Er moet een zeker poeder in doch deze samenstel ling luistert zoo precies, dat de kleinste fout de flesch doet springen. Wy adviseeren derhalve te trachten, te achterhalen, waar de syphon ge kocht is, in welken winkel of magazijn. Misschien kan een onzer abonné's ons in dezen van dienst zijn? Het geval betreft een dubbel- bollige syphonflesch, volgens oud systeem: Sys teem D. Fèrre Patent ParisLondon. De flesch is in 't geheel 43 c.M. hoog en met tinnen' netwerk overtrokken Wie kent het sys teem en wie is zoo vriendelyk ons de benoodig- de soort en hoeveelheid poeder, teneinde de koolzuur op te wekken, te willen mededeelen? Bij voorbaat; dank. Correspondentie. Abonnee te Arnhem. Har telijk dank voor uw uitvoerig schrijven, het moet bij u wel een voorbeeldige huishouding zijn. Wij zullen uw verzoek in gedachten houden, hopenlyk doet zich nog eens iets voor, dat voor u geschikt blykt. Intusschen een prettig Kerst feest voor u en de uwen. Aan onze Abonnees. Het schryven betreffende de vleeschrecepten is aan de betrokken persoon doorgegeven. Onzen dank voor diverse inlichtingen ook aan H. H. Haardenfabrikanten. Het zou teveel plaats eischen dit alles weer te geven; by gelegenheid hopen wij van diverse vriendelyke raadgevingen te profiteeren. Gevlekt tapijt. Vlekken herkomst onbekend. Wij raden deze huismoeder aan eens het nieuwe universeel middel Innova te gebruiken, een vloei" baar preparaat, een reinigings- en ontvlekkings- middel dat uitsluitend bij tapijtwinkeliers ver- krygbaar is. Gekrompen. Een avondjurk van crèpe-maro- cain is by het wasschèn. in lauw water zoo ge krompen, dat 't wel 10 c.M. scheelt in de lengte. De Amsterdamsche, die dit stropje moest er varen, raden wy aan, het kleediygstuk, ditmaal in koud water op te spoelen, daarna op een laken waaronder een molton-deken, op een grooten tafel op te spelden, naar de maat van ander kleedingstuk; 'n beetje rekken en trekken, daar na oppersen tot 't droog is. De jurk zal weer in 't oude model zijn teruggekomen. Ruwe handenOfschoon wy geen schoon heidsmiddelen aanbevelen, mogen wy een sim pele vraag naar een middeltje om ruwe handen te voorkomen, voor ditmaal wel beantwoorden. Het allereenvoudigste en misschien voordeelig- ste is: de handen na het wasschen met een drup peltje olyfolie, of 'n ietsje zuivere witte vase line in te wryven, maar dan ook echt in de ■huid masseeren, zoolang tot er geen vet meer te zien is. Wat vette talk er overheen, handen afvegen aan badhanddoek, all right. Yoghurt. Op verzoek deelen wij hier eenige bijzonderheden mede. Yoghurt of Yahurt in het Bulgaarsch Pod" kwaisa geheeten is de naam van een soort dikke melk die men verkrygt door melk bij een tem peratuur van omstreeks 50 gr, C. met het ferments maya 1014 uur te laten gisten waar door het tot de helft of het derde gedeelte zich verdikt. Yoghurt onderscheidt zich van kefir, koemys en gewone zure melk door zyn concentratie, zyn chemische en bacteriologische samenstelling. Het bezit een aangenamen smaak en is voor sommige personen zeer gezond. Sedert Dybowski een middel ontdekte om het ferment als een duurzame poeder te bereiden, kan het overal bereid worden. Er bestaan ook z.g. plantjes die men met gewone melk begiet en 24 uur laat staan; het plantje groeit steeds aan. Eenvoudiger is de Yoghurt van onze goede melkinrichtingen leant en klaar te betrekken, men heeft ze dan altyd versch en zeker,vry van eenig schadelijke bacil. HUISMOEDER. Koffie'extract 100 gr. koffie, 2% dL. kokend water. Stamp de gemalen koffie zoo styf mogehjk in den filter en giet er dan telkens wat kokend water op, tot in het geheel ongeveer 2Vt dL ge bruikt. Bewaar het extract in een fleschje dat goed afsluitbaar is. Een ander recept (uit het „Kook- en Huishoud boek voor het platteland" door W. Münch) is: 5Ó0 gr. suiker, 2 L. kokend water, 125 gram gemalen koffie. Brand de suiker in een pannetje tot een bruine stroop. Voeg daaraan de koffie toe en het koken de water en laat dit alles eenige minuten zacht jes koken. Giet het door een doek en bewaar het extract in een goed sluitende schoóne kan of flesch. In plaats van suiker kan men ook gebrande suikerpoeder hemen. Deze wordt direct gekookt met de koffie en het water.. Ze wordt niet zoet en is dus beter geschikt voor liefhebbers van koffie zonder suiker,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 4