ZATERDAG 9 JUNI 1934
NEDERLANDSCH TOERISTEN
VERKEER IN LAST.
A.N.V.V. en belanghebbenden
beraadslagen.
Belasting gevraagd op reizen in
het buitenland.
OUDERS DIE HUN ZUIGELING
LATEN DOODHONGEREN.
Zonder voeding op onvenvarmden
zolder.
VERJAARDAG BISSCHOPSKEUZE
MGR AENGENENT.
VEEHOUDERIJ EN GRAAN.
MONOPOLIE.
INVOERVERGUNNINGEN VOOR
GECONT1NGENTEERDE ARTIKELEN.
TEGEN VADER EN MOEDER
ACHT JAAR GEEISCHT.
HET
N.S.B.-INSIGNE NIET
OPZICHTIG.
GOEDE KERSENOOGST TE
VERWACHTEN.
DUINEN BIJ HET
WASSENAARSCHE SLAG.
Voor het publiek weer vrij gegeven.
COMITÉ NATIONAAL LUCHTVAART
FONDS.
KNOEIERIJEN BIJ DE VARKENS
CENTRALE.
VERVALSCHING VAN MARGARINE-
WIKKELS.
NIEUWE VOORZITTER VAN HET
CONCERTGEBOUW.
BRAND GESTICHT IN HAAR
WINKEL.
DUITSCHLAND EN ONZE
TRANSITOHANDEL.
Adres van de K. v. K. voor R'dam
aan den minister van Econ.
Zaken a. i.
VEILIGHEID IN FABRIEKEN EN
WERKPLAATSEN.
NED. KUNSTENAARS CENTRUM.
AMMONIA GEDRONKEN.
VERDRONKEN.
EXAMEN KRANKZINNIGEN
VERPLEGING'.
HET CONTRACT IN DË KOOPVAARDIJ
DE LOONSVERLAGING IN DE
MIJNEN.
ESPERANTO-EXAMENS.
EXAMEN HANDENARBEID.
In hotel „Witteburg" te Scheveningen heeft
Vrijdagmiddag de door ons reeds aangekondig
de vergadering plaats gevonden van belangheb
benden bij het Nederlandsche toeristenverkeer.
De Alg. Ned. Ver. voor Vreemdelingenver
keer (A.N.V.V.) en de Ned. Bond van Werk
gevers in Hotel-, Restaurant-, Café- en Aanver
wante Bedrijven „Horecaf" hadden deze bijeen
komst uitgeschreven en andere belanghebben
den alsmede journalisten tot bijwoning ervan
uitgenoodigd.
A.N.V.V. en „Horecaf" wenschten de aandacht
van het Nederlandsche publiek te vestigen op
de schade, welke in ons land geleden wordt ten
gevolge van de vermindering van het Duitsche
reizigersverkeer tengevolge van de Duitsche re-
geeringsmaatregelen, en met het oog op de ko
mende vacanties het belang van het devies
„blijft in eigen land" in het licht te stellen.
Baron van Krayenhoff, de voorzitter der
A.N.V.V., opende de bijeenkomst met een woord
van welkom, voorts opmerkende, dat, hoe on
aangenaam de desbetreffende aangelegenheid
voor ons land ook is, geen voor een naburig
land beleedigende dingen gezegd moesten wor
den. Wij zijn tegenover Duitschland in een na-
deelige conditie, aldus spr. Andere landen kon
den meer aanbieden dan wij konden doen
.Voorts moeten wij zeggen tot onze landgenoo-
ten: „Reist in uw eigen land", maar wij moeten
niet te veel er op aandringen, dat onze land-
genooten niet naar het buitenland zullen gaan.
want dan krijgen wij op den duur ook geen
vreemdelingen meer in ons land.
De heer W van Deventer, directeur van de
A.N.V.V. hield vervolgens een toespraak, be-
toogende, dat men de autoriteiten er in 1932 op
opmerkzaam had gemaakt, dat Duitschland Ne
derland minder gunstig behandelde dan andere
■landen ten aanzien van de verordeningen voor
het toeristenverkeer. De autoriteiten hadden
aan den heer Krayenhoff en aan spr. verzekerd,
diligent te zijn, maar intusschen heeft Duitsch
land zijn desbetreffende bepalingen nog ver
scherpt. De verscherping doet vrijwel de deur
dicht voor het vreemdelingenverkeer naar ons
land. Aan Duitsche zijde zelve wordt dit ook
zeer wel ingezien. Onder de gegeven omstandig
heden, eindigde spr., zien wij de toekomst zeer
duister in.
Baron Krayenhoff zeide nog overtuigd te zijn,
dat onze regeering niet voldoende inziet het
groote belang van het vreemdelingenverkeer in
ons land. Althans, zij helpt ons niet genoeg.
Over een goede statistiek van vreemdelingen
verkeer beschikken wij niet in ons land.
Namens het hoofdbestuur van „Horecaf"
sprak de heer F. A. Ofeifer, secretaris van ge
noemden bond. Het vreemdelingenverlies wordt
ongunstig geïnfluenceerd door de ongunst der
tijden op een natuurlijke manier, maar daar
naast op een kunstmatige manier door allerlei
verkeerde maatregelen. Vroeger vormden
Duitschers het grootste percentage der ons land
bezoekende vreemdelingen. Onzerzijds bleef
reciprociteit tegenover hun land niet uit. De
Nederlandsche hotellerie heeft tal van benoo-
digdheden uit Duitschland betrokken, o.a. veel
Rijn- en Moezelwijn. Nu echter zit de Neder
landsche hotelier in het hoekje, waar de slagen
vallen. Voor Zwitserland werd 700 mark toe-
tüBi gestaan, voor ons land nooit meer dan 200 Mark.
'--Wij hebben steeds gezegd, dat wij wel Duitsch-
lands moeilijkheden begrepen, maar dat ten
.slotte ons eigen volk zou constateeren, dat het
,.!f..,geld, door Nederlandsche toeristen in Duitsch
land besteed, hier niet terugkomt. Onze hote
liers hebben hun prijzen belangrijk verlaagd om
onze landgenooten te bewegen, meer in het
eigen land te reizen.
Wij hebben vele stappen gedaan om onze
regeering te bewegen, te trachten, vóór het
seizoen 1934 een betere regeling te verkrijgen
Zij her"* ook wel aan onze roenstem gevolg
gegeven, maar men kent het resultaat. En het
vreemdelingenverkeer is onze regeering niets
waard met betrekking tot onderhandelingsob-
jecten.
Duitschland neemt anderzijds alle mogelijke
maatregelen om wel Nederlandsche toeristen
naar Duitschland te krijgen.
Ook België, Zwitserland enz. pogen Neder
landsche toeristen naar zich toe te krijgen. Ne
derlandsche journalisten worden daartoe in
België zelfs door den koning ontvangen. Maar
zulke landen passen althans geen dumpings-
maatreg&len toe. Er zijn landen, die ook wel
toeristen naar ons sturen, al is het helaas voor
namelijk in den bloembollentijd.
Als de Nederlandsche toeristen in ons eigen
land blijven, maken zij het ook voor onze re
geering wat gemakkelijker, Duitschland te be
wegen, wat toeschietelijker te worden.
Belasting voor buitenlandsi he
reisjes.
niet in Duitschland te reizen. Wij geven 28
millioen in Duitschland uit aan toerisme.
Duitschland ten onzent niet meer dan 3 mil
lioen. Nu worden de hotelbedrijven nog weer
met de omzetbelasting belast. Dit komt niet
te pas. Spr. steunde de voorstellen des heeren
Zeiler, alsook het denkbeeld inzake een stich
tingsverbod voor hotels. De brouwerijen moe
ten er niet maar op los bouwen.
De heer Van Hanja, van „Zeerust", te Sche
veningen, zei, dat men bij de regeering aan
doovemansoor klopt. Zij meent, dat het hotel-
bedrijf zichzelf wel bedruipen kan, maar dit
bedrijf is een zeef, waar veel doorgaat-, en
deze zeef heeft nu een gat, waar de winst
doorvalt. Wij zijn Duitschland vriendschappe
lijk gezind, maar wij zijn nu wel genoopt
extra-maatregelen te verlangen tegenover dat
land.
Spr. uitte zijn instemming met hier aan de
hand gedane denkbeelden.
Een waarschuwende stem.
De heer Swagerman van den Kon. Ned.
Middenstandsbond, voerde vervolgens het
woord. Als wij klanten dreigen te verliezen,
moeten wij trachten hen terug te winnen. Booze
woorden doen daarbij geen goed. Duitschland
heeft het moeilijk sedert 1914. Het Duitsche toe
ristenverkeer zal pas weer een beteekenende
winstbron zijn, als Duitschland er weer boven
op is. Van een „blijft in eigen land"-campagne
is het logische gevolg een nog geringer verkeer
ten onzent van buitenlandsche toeristen. En van
onze landgenooten alleen kunnen onze bedrij
ven het niet hebben. Eventueel zou bij onze
regeering moeten worden aangedrongen op ge
lijke behandeling tegenover landen, die ons on
gunstig behandelen. En wij moeten trachten, de
Duitsche klanten terug te winnen.
De heer L. Vos, van den Kon. Ned. Midden
standsbond zei, dat de regeering inderdaad meer
contact moet houden met de bedrijfsinstanties
De desbetreffende klacht is algemeen. Wij wil
len niet gedreven worden tot extremisme, maar
men kent ons niet voldoende in wat geschiedt
en het gevolg is, dat velen afdwalen. Het is
goed, dat dit eens tot uiting komt.. Wij kunnen
hier niet a bout portant vérstrekkende beslui
ten nemen. De vergadering zij een inleiding,
waarna de vereenigingen haar standpunt moe
ten bepalen.
De heer Krayenhoff zei daar niet voor te
zijn. Dan is de zomer alweer voorbij. Er kome
een eind aan de laksheid. Wij moeten snel een
resolutie of een rapport opstellen en aan de
regeering overhandigen. (Teekenen van instem
ming)
Namens de Kamer van Koophandel voor
Duitschland sprak dr. Metz. Hij wees op het
verband tusschen vreemdelingenverkeer en ex
port. De Kamer van Koophandel is bereid te
pogen een bepaalde regeling voor het toeristen
verkeer te verkrijgen, als men hier meent, dat
dit de oplossing kan zijn.
De heer Krayenhoff antwoordde, dat het nu
niet meer de tijd is om te overwegen. Wij moe
ten snel handelen.
De heer Roozen, van Noordwijk onderstreep
te, dat het nu te laat is voor onderhandelingen.
Er moet gehandeld worden.
De vergadering machtigde de besturen, de
aan de hand gedane denkbeelden te verwerken
in een rapport.
De heer Swagerman zei, dat de Kon. Ned
Middenstands-Bond geen uitspraak van een al-
gemeene strekking, betreffende een reisbelas-
ting voor alle landen zou kunnen dekken. Wij
moeten maatregelen vragen, met betrekking tot
landen, die ons ongunstig behandelen.
De heer Krayenhoff zeide, dat men in het
rapport niet tot de regeering zal zeggen: Zoo
moet ge dóen, maar dat men haar de hier aan
de hand gedane denkbeelden in overweging zal
geven. Voorts zal men er den nadruk op leg
gen, dat spoed noodzakelijk is.
De heer Krayenhoff heeft daarna met een
woord van dank de vergadering gesloten.
Vrijdag a.s. zal de zesde verjaardag van de
bisschopskeuze van Z. H. Exc. Mgr. J. D. J.
Aengenent bisschop van Haarlem herdacht
worden.
Om half 11 uur zal in de St. Bavo te Haar
lem een plechtige H. Mis van het Kapittel wor
den opgedragen.
Wij moeten aan onze regeering verzoeken, een
belasting te heffen van Hollanders, die in het
buitenland reizen van een gulden voor eiken
dag. Dit zal ook een compensatie zijn voor de
dumpingsmaatregelen.
De heer Zeiler, van hotel Nassau-Bergen, te
Bergen aan Zee, zei, dat het Nederlandsche
hotelbedrijf wordt leeggezogen, ja, het Neder
landsche volk. Het betreft hier niet slechts het
hotelbedrijf. De gevolgen verspreiden zich
overal. Negentig percent van het in de hotels
uitgegeven geld wordt aan allerlei benoodigd-
heden uitgegeven. Wij zijn nu aangewezen
op onze landgenooten, die echter met tiendui
zenden over de grens gaan. Duitschland en
Italië maken het hun onderdanen onmogelijk,
hier te komen.
België en Zwitserland subsidieêren het hotel
bedrijf. Spanje is nu één der goedkoopste
landen om in te reizen. Vele vreemdelingen
kunnen hier niet reizen vanwege hun lage
valuta.
Wij stellen een bovenmenschelijken eisch
aan het Nederlandsche publiek, ais wij ver
gen, dat het hier blijft, terwijl het elders zoo
goedkoop terecht kan. Wij moeten onzen koers
veranderen. Wij zitten op te zware lasten. Men
denke aan de omzetbelasting en aan den prijs
der electriciteit, alsmede aan de accijnzen op
boter, enz. De regeering ontlaste het hotelbe
drijf van den zuivelaccijns, enz., vaardige een
verbod uit om nieuwe zaken op te richten ge
durende drie jaar en heffe een belasting van
buitenlandsche passen.
De heer De Groot, van hotel Groot-Berg en
Dal te Nijmegen, voerde vervolgens het woord.
Hij zei, dat de Hollandsche hoteliers reeds
lang behooren tot het „Stehkragenproletariat",
al moeten zij luxe ten toon spreiden.
Hij spr. zijn drie Duitsche Kriminalbeamten
geweest om te trachten, de namen te weten
te komen van de leden eener Duitsche kegel
club, die bij hem kwam. Zoo wordt hier ge-
spionneerd. Spr. uitte zijn instemming met
hei doel der bijeenkomst.
De heer Sassen, van „Central" te 's-Graven-
hage, deed een beroep op regeering en pers
om te helpen. De pers wake ertegen dat ons
de laatste levenssappen worden afgetapt.
Baron Krayenhoff sloöt zich bij het laat
ste beroep aan.
Sti millioen gulden in Duitsch
land verteerd.
De heer Klomp sprak- als bestuurslid eener
vereeniging voor vreemdelingenverkeer en
betoogde, dat een beroep moet worden gedaan
De Bond van Kaasproducenten heeft Donder
dag te Gouda een druk bezochte vergadering
gehouden, waarop de voorzitter, de heer A. van
Wijnen, de positie van de vee- en varkenshou
derij in deze streken in verband met de mono
polieheffing op graan besprak en deze laatste
aan zeer ernstige critiek onderwierp
Bij de daarop gevolgde discussies bleek de
vergadering het geheel met den inleider eens
enfzij getuigde daarvan door de aanneming van
een motie, waarin zij den minister van Econo
mische Zaken wijst op de ernstige bezwaren ui',
de zuivere weidestreken tegen de door het
graanmonopolie ingestelde graanrechten, welke
een ongemotiveerden druk leggen op deze toch
al met zooveel moeilijkheden te kampen heb
bende bedrijven. De vergadering was van mee
ning, dat steun aan de eene bedrijfsgroep niet
zonder meer mag worden gelegd op een andere
bedrijfsgroep, wanneer de positie dezer laatste
zulk een belasting niet kan dragen en het van
't grootste belang is voor deze groep maar ook
voor Nederland als geheel, dat zij voor haar
toekomsttaak intact blijft
Het Crisis In- en Uitvoerbureau deelt mede
dat van de door dit bureau uitgegeven toewij
zingen voor het verkrijgen van invoervergun
ningen voor gecontingenteerde artikelen, voor
zoover deze toewijzingen als vervaldatum 1 Juli
of 1 Aug. dragen, de geldigheidsduur wordt
verlengd tot 1 Augustus resp. 1 September a.s.
Na deze data komen de betrokken toewijzin
gen onder geen beding meer voor verlenging in
aanmerking.
Invoervergunningen, op grond van bovenbe-
1 doelde toewijzingen gedurende de maanden
Juli resp. Augustus zullen geldig zijn tot 1 Octo
ber resp. 1 November, op welke data zij niet
meer verlengd kunnen worden.
Vergunningen, welke slechts tot 1 Juli a.s.
geldig zijn dienen uiterlijk 8 Juli a.s aan het
Crisis In- en Uitvoerbureau te worden toege
zonden. Het Crisis In- en Uitvoerbureau zal op
desbetreffende verzoeken beoordeelen of aan
leiding bestaat voor verlenging.
In het stadje Hasselt heeft zich tegen het
eind van verleden jaar een jong echtpaar aan
een afschuwelijk misdrijf schuldig gemaakt,
waarvoor zij zich Donderdag voor de rechtbank
te Zwolle hadden te verantwoorden.
Jan S. R., 29 jaar, werkman, was gehuwd met
Jent je R„ 27 jaar. Spoedig na het huwelijk
kregen zij een kindje, waarmede zij niet ge
lukkig waren. Dit kind hebben zij niet naar
behooren opgevoed en het werd deswege bij
de grootouders ondergebracht. In September
nu van het vorige jaar kwam een tweede kind,
een jongen, ter wereld. Wat de ouders bezielde
is onbekend, maar ook de komst van dit kind
scheen hun niet naar den zin te zijn. Reeds
spoedig na de geboorte beraamden zij plannen
om zich ervan te ontdoen. Zij zijn hierbij op
onbegrijpelijk onmenschelijke wijze, te werk
gegaan.
De jongen is twee maanden oud geworden en
overleed op 1 November van het vorige jaar
Zijn dood is te wijten aan de schandelijke
behandeling van zijn vader en moeder. De
kleine is n.l. langzaamaan doodgehongerd. Hij
werd in de koude wintermaanden in een ouden
wagen op den zolder van het huis, waar niet
gestookt werd neergelegd, en ten gevolge van
dit alles is het stumperdje tenslotte bezweken.
Drie feiten zijn het echtpaar ten laste gelegd
en wel vergrijpen tegen de artikelen 287. 255
en 367 van het Wetboek van Strafrecht inhou
dende opzettelijk een ander van het leven be-
rooven, of iemand tot wiens onderhoud of ver
zorging men krachtens de wet verplicht is in
een hulpeloozen toestand te brengen, of iemand
in zoo'n toestand te laten en aan zijn schuld
de dood van een ander te wijten hebben Op
deze drie feiten staat een gezamenlijke gevan
genisstraf van 17 jaren en 9 maanden.
Dr. N. van de Plaats, zenuwarts, te Zwolle
hierna als getuige gehoord, zegt. dat een on
derzoek naar de geestvermogens van de beide
verdachten niet mogelijk was. Uit zijn waar
nemingen heeft hij niet tot ontoerekenings
vatbaarheid kunnen concludeeren en hij acht
beiden dan ook geen gevaar voor de maat
schappij.
Nadat buurvrouwen verklaringen hebben
afgelegd omtrent vermageren en schreien van
het kind, wordt de moeder gehoord.
Zij zegt op de vraag van den president dat
naar haar oordeel de kleine wel genoeg te
eten heeft gehad.
Pres.: Was het kind niet mager?
Verd.: Ik heb er nooit iets bijzonders aan
gezien.
Op het gemeentehuis heeft zij echter een
gesprek met haar man gehad in het verloop
waarvan zij gezegd heeft: „Hoe eerder het
weg is, hoe liever ik het heb". (Het kind was
toen drie weken oud).
Zij kan zich hier echter niets van herinne
ren of weet het precies niet meer.
Pres.: Jan (haar man) hield niet van kin
deren, is 't wel?
Verd.: Jawel.
Als de president verklaart, er van overtuigd
te zijn, dat de ouders zich hadden voorgenomen
het kind iederen dag niet meer dan een klein
oort melk te geven, verklaart de vrouw dat
de jongen éen heel oort melk per dag kreeg
Ook niet in de rechtszaal.
De Kantonrechter te Roermond heeft schrif
telijk vonnis geveld in de zaak tegen den pro-
paganda-inspecteur van den N.S.B., den heer
Boddé, te Roermond, die onlangs terecht stond
voor de Roermondsche rechtbank, alwaar hij
rnoest terecht staan in zijn functie van uitge
ver van het N.S.B.-propaganda-orgaan „Hou
Zee".
De ambtenaar van het O.M. mr. Maris, was
van oordeel, dat de omstandigheren waaron
der verdachte in deze het insigne had gedragen,
hem strafbaar maakten en eischte deswege een
boete van 10.
De Kantonrechter oordeelde het ten laste
gelegde bewezen, doch niet vallende onder de
strafbepaling van het nieuwe artikel 435a van
het Wetboek van Strafrecht. Immers de Kan
tonrechter is op grond van de omschrijving van
de uiterlijke kenmerken van het insigne, zoo
als deze omschrijving bij dagvaarding is gesteld
en op grond van eigen bezichtiging daarvan ter
terechtzitting van oordeel, dat het insigne als
bescheiden in vorm, kleur en afmeting niet
het karakter draagt van opzichtigheid.
De zienswijze van den vervolgenden ambte
naar van het O.M., dat het kenmerk van op
zichtigheid zoude bepaald worden door de om
standigheid waaronder het insigne wordt ge
dragen, deelt de Kantonrechter blijkens zijn
overwegingen in het vonnis niet, omdat de al-
of niet opzichtigheid van een onderscheidings-
teeken naar het inzien van den Kantonrechter
moet beoordeeld worden naar de uiterlijke ken-
teekenen van het insigne zelf. Ook de ver
dediger van verdachte, Mr. Tonnaer uit Venlo,
was de laatste zienswijze toegedaan.
Het vonnis luidde dan ook ontslag van rechts
vervolging, waartegen aangezien het hier een
„proefproces" btrof, door den ambtenaar hoo
ger beroep zal worden ingesteld, waarna de
zaak bij de Rechtbank te Roermond in behan
deling zal komen.
In het vroege voorjaar van 1933 werden de
duinen langs den toegangsweg naar het Wasse-
naarsche Slag door „Rijnland" voor het publiek
afgezet.
De Vereeniging „Wassenaar Vooruit" richtte
toen in April tot den Minister van Economische
Zaken en Arbeid het verzoek, die afrastering
op te heffen. Hierop is nu gunstig geslist. De
vorige week zijn de afrasteringen weggeno
men en de duinen dus weer vrij, op een klein
gedeelte na, dat onder de Leidsche waterleiding
valt.
In aansluiting op het vorige bericht van het
Amsterdamsch comité nationaal-luchtvaart-
fonds, waarin collectanten opgeroepen worden
zich aan te melden aan de N. Spiegelstraat 8
voor de collecte op 7 Juli a.s., noodigt het co
mité de collectanten, die zich reeds hebben op
gegeven en hen, die alsnog bereid zijn dit te
doen uit, tot een geanimeerd en boottocht naar
Schiphol op Dinsdagavond 12 Juni ,a.s.
Met de boot genaamd „De Meeuw" van de
firma Holthuizen, zal om 7 uur precies worden
afgevaren van de Schinkelkade, recht voor de
Vaartstraat. Op Schiphol zal o.a. de F 36 be
zichtigd worden.
Het comité, dat bezig is allerlei plannen te
beramen om den collectedag op 7 Juli met zijn
verschillende attracties tot een groot succes te
maken, meent in dezen boottocht ook te zien
een middel om de collectanten te animeeren
zich met hun vrienden aan te melden, hun aan
tal te doen groeien tot het maximum dat Am
sterdam kan ofbreiyjen.
De laatste levensdagen heeft het kind o
ijskouden zolder in een ouden wagen gelagen,
terwijl het bijna niet gevoed werd.
Verd.: Alleen maar 's nachts lag het daar.
Pres.: Maar de melkboer heeft toch 's mor
gens tegen je gezegd, dat het beter zou zijn
als je het kind naar beneden haalde in plaats
van het boven in de koude te laten liggen?
Het eerste kind heb je ook op deze manier
behandeld en is tenslotte bij je grootouders
terecht gekomen.
Verd.: Het mag alle dagen weer thuis komen
In de laatste weken kreeg het kind 2 deelen
melk en 1 deel water en wat maizena.
Als de president de vrouw vraagt hoeveel dat
wel is, zegt ze, dat zij een fleschje had, waar
cijfers opstonden en dit deed ze vol tot 250
Pres.: De deskundigen weten nu wel hoeveel
dit is.
Toen het kind op zolder lag heeft verd.
tegen haar man gezegd: „Het zal het niet lang
meer maken". Ook nu weer kan verdachte zich
er niets van herinneren, ofschoon ze toch het
verhaal heeft onderteekend.
Pres.: Tusschen de bevalling en den dood van
den kleine ben je niet meer in de kerk ge
weest?
Verd.: Weet ik niet.
Pres.: Heb je je niets te verwijten tegenover
dit kind?
Verd.: Nee, gelukkig niet.
Voor het oog van buiten heeft zij een dokter
gehaald, die er eenmaal geweest is.
Jan (haar man) moet dan opstaan.
Op de vragen van den president antwoordt
hij zich niets precies te herinneren.
Eenmaal zou verd. met de veldwachters
Prins en Poelman hebben gesproken, waarbij
hij gezegd zou hebben: „ik heb een hekel aan
kinderen en ik heb met m'n vrouw overlegd
dit kind ook aan den kant te doen
Verdachte weet, zooals steeds, nergens van.
Pres.: Ik geloof, dat je zooiets als een slimme
deugniet bent. Je speelt hier 'n beetje komedie
en doet als een halve gek. Je toont niet eens
een beetje spijt! Als je maar een beetje fatsoen
lijk mensch was geweest, had je toch niet
tegen de veldwachters gezegd: Ik heb met m'n
vrouw overlegd dit kind ook aan den kant te
doen.
Verd.: Ik heb wel spijt
Pres.: Waarvan? Je weet niets en je hebt
niets gedaan! Die slimme kerels kennen we
wel en zullen we wel krijgen.
Pres. (tot vrouw): Je hebt toch ook tegen de
veldwachters gezegd: „Ik wil het kind aan den
kant hebben. Ik geef het niet genoeg te drin
ken".
Verd.: Ik kan me er niets meer van herin
neren.
Het requisitoir.
Het woord is dan aan den officier van Justi
tie voor het uitspreken van zijn requisitoir.
Wanneer men, aldus de officier, de antwoor
den hoort, die de beide verdachten geven, is
het duidelijk, dat men hiei te doen heeft met
abnormale menschen. Verdachten hebben met
onbegrijpelijke onmenschelijkheid hun kind
om het leven gebracht, hét kind in de kou ge
legd en aangezien, hoe het langzaam den dood
inging. Weken lang zijn ze er mee bezig ge
weest het langzaam te vermoorden Men moet
hier wel te doen hebben met abnormale men
schen
De abnormaliteit is echter niet een voldoen
de reden voor wat ze gedaan hebben. Spr. re-
quireert tegen ieder een gevangenisstraf van
acht jaar en vraagt terzake van doodslag on
middellijke gevangenneming van beiden, welke
door de rechtbank, na raadkamer, werd gelast.
Als de president de vrouw vraagt of ze nog
iets te zeggen heeft zegt ze:
„Ik zit hier onschuldig en wil de straf door
brengen".
Pres.: Dus geen woord van spijt of berouw?
Hierna worden de beide ouders gevankelijk
weggevoerd. Als de veldwachter de vrouw
beetpakt, om haar weg te leiden, gilt ze.
Het is net of het haar nu pas duidelijk is
geworden wat met haar staat te gebeuren.
.Uitspraak over 14 da^en.
Verdachte in vrijheid gesteld.
Voor de Rechtbank te Groningen stonden
Donderdag terecht de 20-j. koopman W. G. H.
te Mussel en zijn vader de 49-jarige zaakvoer
der van de Nederlandsche Varkenscentrale
W. H-, beiden gedetineerd.
Het was den vader bekend, welke boeren in
de omgeving aangewezen waren voor de
vering van varkens aan de Centrale. De zoon
ging dan echter naar de boeren toe om hen te
bewegen aan hem te leveren, omdat de varkens
naar hij zeide, niet in aanmerking kwamen
voor de levering aan de centrale. Hij zelf le
verde dan de varkens, en onderteekende dan
de afrekeningsstaten met de namen van de
varkenshandelaren. Doordat er een aanmerke
lijk verschil was in de prijzen, die de zoon
aan de varkenshouders betaalde en die zij zou
den krijgen, indien zij aan de VarkenscentraK
leverden, werden zij gedupeerd.
De officier van Justitie wees er op, dat de
vader op de hoogte was van het gebruik, dat
de zoon maakte van de papieren van de Var
kenscentrale Vader en zoon waren echter een
voudige menschen, dien een zware last op de
schouders was gelegd door de ingewikkelde ad
ministratieve rompslomp van de Varkenscen
trale. De straf moet echter afschrikwekkend
zijn en daarom eischte spr tegen ieder der vei-
dachten 3 maanden gevangenisstraf.
De verdediger mr. Levie betoogde, dat do
vader zijn zoon niet opzettelijk gelegenheid
heeft gegeven om strafbare feiten te plegen.
De vader was niet te kwader trouw, daar is
men te Mussel van overtuigd, blijkens de over
gelegde lijst met handteekeningen.
Spr. vroeg vrijspraak, subs, onmiddellijke
invrijheidstelling.
Na in Raadkamer te zijn geweest, gelastte de
president de invrijheidstelling van de verdach
ten.
In het laatst van het vorige jaar werd ont
dekt, dat in de Groningsehe Veenkolonie een
groote hoeveelheid valsche margarinewikkels
in omloop was. Een ingesteld onderzoek wees
uit, dat een clichéfabriek te Groningen het
stempel van het officieele regeeringswikkel h»d
nagemaakt op order van den winkelier G. B.
te Musselkanaal. Dezen had bij een drukker ter
plaatse de valsche wikkels laten drukken.
De rechtbank te Groningen heeft Donderdag
den winkelier R. M. te Musselkanaal wegens 't
opzettelijk gebruik van valsche wikkels ver
oordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf, ter
wijl de grossier G. B. te Musselkanaal, die de
wikkels had verschaft, veroordeeld werd tot 8
maanden gevangenisstraf. Tegen hem was 6
maanden geeischt.
Het bestuur van het Concertgebouw te Am
sterdam meldt ons: In zijn Donderdag ge
houden vergadering heeft het bestuur van het
concertgebouw, in de plaats van jhr. mr. dr. A.
Röell uit zijn midden tot voorzitter benoemd den
heer dr. H. P. Heineken. De heer Heineken zal
eerst op 1 September a.s. in functie treden, zoo
dat de heer G. H. de Marez Oyens het voorzit
terschap tot dien datum zal blijven waarnemen.
Juffrouw met veel op haar kerfstok
Wegens een drietal misdrijven veroordeelde
de Amsterdamsche Rechtbank gisteren de 27-
jarige E. V. te Huizen tot een gevangenisstia,
van een jaar en drie maanden met aftrek van
een half jaar, conform den eisch.
Zij had terecht gestaan wegens het doen van
een valsche aangifte van een inbraak, die in
haar winkel zou zijn gepleegd. Op deze wijze
trachtte zij in het bezit te komen van een uit-
keering door de verzekering ten bedrage van
ruim 135 gulden. Enkele dagen na de „inbraak"
brak onder verdachte omstandigheden brand uit
in den winkel. Spoedig bleek, dat de vrouw den
diefstal had geënsceneerd en den daarop ge
volgden brand zelf gesticht.
In de derde plaats heeft zij zich moeten ver
antwoorden wegens verduistering in haar vroe
gere betrekking als hulpverkoopster bij de N.V.
Ook de hessensoorten staan er goed voor.
Het onderstaand overzicht betreffende den
stand van kersen en bessen op 29 Mei 1934 is,
onder medewerking der Rijkstuinbouwconsu-
lenten, samengesteld naar gegevens, verstrekt
door de correspondenten der Directie van den
Landbouw.
De bloei van kersen zoowel als van bessen
was in 1934 in de meeste gevallen overvloedig,
terwijl de weergesteldheid van dien aard wasi
dat de vruchtzetting dooreengenomen zeer gun
stig verliep.
Voor een verdere goede ontwikkeling van
het fruit is de hoeveelheid neerslag in het voor
jaar te gering geweest. De stand van enkele
fruitsoorten vertoont dan ook op sommige
plaatsen reeds de gevolgen van de langdurige
droogte.
Elders werd de vruchtzetting tegengewerkt
door het aanhoudende gure weder gedurende de
maand Mei.
De stand der vroege kersen is in zuidelijk
Gelderland goed, in Limburg en Utrecht goed
tot zeer goed, in Noordbrabant matig en in Zee
land vrij goed. In tegenstelling met het vorige
jaar is de stand der meikersen op sommige
plaatsen in de jonge boomgaarden beter dan in
de oudere. Uit Gelderland wordt gemeld, dat
hier en daar, hoofdzakelijk in de niet bespoten
boomgaarden, rupsenvreterij optreedt Dooreen
genomen belooft het vroege kersengewas echtei
goed te worden.
De stand der late kersen is vrijwel in alle
provincies goed. Slechts in Zeeland is de stand
matig.
De kruisbessen vertoonen een goeden tot zeer
goeden stand. De hoeveelheid, welke van deze
vruchten zal kunnen worden geleverd, zal ten
gevolge van de sterke inkrimping der teelt aan
merkelijk minder zijn dan in voorgaande jaren.
De stand der roode en witte bessen kan goed
tot zeer goed worden genoemd, behalve in Zee
land, waar de vruchtzetting niet goed geslaagd
is. De stand in deze provincie is slechts matig,
mede ten gevolge van 't in vrij sterke mate op
treden van het ruien, welk verschijnsel even
eens bij bepaalde bessensoorten in Friesland
werd waargenomen.
De zwarte bessen vertoonen eveneens een
goeden tot vrij goeden stand. Hoewel de bloei
van dit laatste gewas zeer goed was schijnt de
vruchtzetting vooral in Gelderland en Zeeland
slechts matig te zijn verloopen.
Bij de in de Over-Betuwe gehouden groote
kersenverkoopingen op het hout werd naar
schatting van 6 tot 9 cent per kilo besteed.
De regen der laatste dagen heeft het gewas
zeer veel goed gedaan; het begin van den
pluk zal daardoor waarschijnlijk eenigszins
vroeger plaats hebben.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor
Rotterdam heeft het volgende telegram ver
zonden aan den Minister van Staat, Minister van
Economische Zaken a.i.:
„Kamer van Koophandel en Fabrieken voor
Rotterdam heeft met groot leedwezen verno
men, dat in aanvullend protocol op Duitsch-
Nederlandsehe betalingsregeling bepalingen zijn
opgenomen, waardoor de betaling van door Ne-
derlandschen handel naar Duitschland ver
kochte vreemde goederen ongunstiger wordt be
handeld dan betaling van Nederlandsche goe
deren. In belang traditioneelen Nederlandschen
doorvoerhandel verzoeken wij dringend niets
na te laten, om zoo spoedig mogelijk weder ge
lijkstelling te verkrijgen en voorloopig althans
de in het aanvullend protocol opengelaten mo
gelijkheid tot verzachting zooveel mogelijk te
gebruiken, om den doorvoerhandel niet in on
gunstiger positie te brengen dan den handel ia
Nederlandsche goederen. Moeten U met klem
beleefd verzoeken in elk geval te streven naar
ruimere overgangsbepalingen ten opzichte van
reeds afgesloten contracten."
De tekst van de nieuwe regeling ligt voor
belanghebbenden ten kantore der Kamer ter
inzage.
De in het telegram bedoelde mogelijkheid tot
verzachting slaat op de volgende passage in het
aanvullend protocol:
„Die Deutsche Regierung ist bereit, die Er-
teilung von besonderen Genehmigungen zur
Bezahlung für von der Niederlandischen Re
gierung noch besonders zu bezeichnende Waren
nach Maszgabe der jeweiligen Deutschen De-
visenlage wohlwollend zij prtifen."
Regeering houdt voorloopig de
zorg zelf in handen. f
Verschenen is de Memorie van Antwoord op
het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer no
pens het ontwerp van wet houdende bepalin
gen tot beveiliging bij den arbeid in het alge
meen en bij het verblijven van fabrieken of
werkplaatsen in het bijzonder.
Hieraan wordt het volgende ontleend
De met de uitvoering van de wet, zoo zij tot
stand komt, belaste ambtenaren zullen niet ver
plicht zijn, de electrische installaties op bouw
werken vóór de ingebruikneming te controlee
ren. Evenals de geldende veiiigneidswet hul
digt het ontwerp het in de practijk doelmatig
gebleken repressieve stelsel. Een preventief toe
zicht zou met name op het gebruik van elec
trische installaties op bouwwerken reeds om de
daaraan verbonden moeiten en kosten geen aan
beveling verdienen.
Ten aanzien van de vraag, of op den duur
het georganiseerd bedrijf niet in grootere mate
dan thans moet betrokken worden bij de zorg
voor de veiligheid, staat de Minister op het
standpunt, dat inzake de beveiliging bij den
arbeid de Overheid vooralsnog een belangrijke
taak te vervullen heeft en dat zoowel om re
denen van arbeidersbescherming als op finan-
cieele gronden, het Centrale orgaan niet kan
worden uitgeschakeld. Tegenover het streven,
om bij de uitvoering van de veiligheidswet een
plaats in te ruimen aan het georganiseerd be
drijf, staat de Minister met a priori afwijzend;
de artikelen 18 en 20 van het wetsontwerp ge
ven trouwens een aanduiding in die richting.
Of in, deze mettertijd verder gegaan zal kunnen
worden, hangt nauw samen met den loop van
de ontwikkeling van het bedrijfsleven.
Loodwithoudende verf.
In hoeverre, indien het ontwerp tot wet ver
heven wordt, bijv. een textielindustrieel ver
antwoordelijk is voor het gebruik van loodwit
houdende verfstoften, die door schilders bij
het verven van zijn fabrieksgebouwen gebezigd
worden, hangt van de omstandigheden af. Ar
tikel 13 verbiedt het gebruik van loodhoudende
verf. Geschiedt het schilderen in een sthilders-
onderneming, doordat aan deze het schilderen
der fabrieksgebouwen was opgedragen, ls'
naar de meening van den Minister de schilders-
patroon aansprakelijk voor de handhaving van
dat artikel. Dit is het normale geva."eeÜ
het schilderen van die gebouwen 'n ^e-
heer plaats, dan zal op den textielfabrikant
de zorg voor de naleving van genoemde be
paling rusten.
In het Parkhotel te Amsterdam werd door het
uitvoerend comité van het Nederlandsche un-
stenaars Centrum in tegenwoordigheic /an
exposanten en belangstellenden beken -. ge
maakt, op welk schilderij van de 4e gr en
tentoonstelling door het publiek liet gr otst
aantal stemmen was uitgebracht. Na het openen
van de stembus bleek, dat de belangsidling
van het publiek voor deze stemwedstrijden
aanzienlijk was toegenomen. De meeste stem
men werden ditmaal uitgebracht op de pastel-
teekening „Zoenvischjes" van mevr. Jo Kruy-
derBouman. Dit werk zal door de directie van
het Parkhotel worden aangekocht om te woi den
overgedragen aan den heer R. Jongman, die
het aantal stemmen het dichtst had weten te
benaderen.
In de Jan ten Brinkstraat te 's Hage heeftin
de ouderlijke woning een 3-jarig jongetje in
een onbewaakt oogenblik uit een fleschje am
monia gedronken. Met inwendige brandwonden
Is het ventje opgenomen in het Gemeentelijk
Ziekenhuis aan den Zuidwal. Zijn toestand is
ernstig.
De 17-jarige M. Holtman, wonende aan den
Elsweg, te Apeldoorn, is bij het visschen in het
Apeldoorn-Dierensche Kanaal verdronken. De
jongen leed aan toevallen.
Door de examencommissie van de R.K. Ge-
stichtsartsenvereeniging werden de overgangs
examens afgenomen in Huize „St. Servatius te
Venray. Eerste overgangsexamen. Oreslaagd P.
Cuypers, J. Cuppen, B. van Kempen. F. Pouhs-
sen, P. Vullings en G. Janssen. Tweede over
gangsexamen. Geslaagd: H. Folbers, J. van der
Schoot, J. Lamers, F. val1 Eijck en H. Ingenhou.
Je houding der confessl°neeIe organisaties
In aansluiting °P °nf bericht van de z.g. con
tactcommissie der wer ®.e®srs d.w.z. de centra
le van koopvaar I" 'C'eren, de vereeniging
van 8cheep3werktul§Kunaigen en den Centraleri
Bond van tran5Portsrheiciers terzake van een
afwijzen van ®a§a"verlaging, moeten we erop
wijzen, dat oo de confessioneele organisatie
d.w.z. de H- V" 0nd van transportarbeiders en
de Chr. B°"d van fabrieks- en transportarbei
ders met werkgeversbonden een contract
hebben.
Deze beide werknemersorganisaties hebben
nog wel geen zitting in de contactcommissie
het probleem der gelijkwaardigheid speelt nog
steeds een rol, al zijn door de uitbreiding van
het ledental in de laatste jaren de confessioneele
bonden in heel wat sterkere positie gekomen
doch zij hebben destijds een zelfde contract af
gesloten.
De confessioneele organisaties zullen binnen
enkele dagen bijeenkomen, om haar standpunt
te bepalen, al zijn op het rogenblik. gelijk ge
roeid, van werkgeverszijde nog geen bepaalde
voorstellen ingekomen.
Door het hoofdbestuur van den alg. Ned.
Mijnwerkersbond is een adres aan den minister
raad gezonden, waarin verzocht wordt, van re-
geeringswege invloed uit te oefenen op de mijn-
directies, om de voorgestelde loonsverlaging
terug te nemen en onder leiding van den minis
ter van Waterstaat een spoedconferentie bijeen
te roepen, die op korten termijn den minister
raad adviseert, met welke maatregelen saneering
van den mijnbouw kan worden verkregen,
GRONINGEN, 7 Juni 1934:
Geslaagd: Assen: de dames W. A- Braam, J.
Hollander, M. S. Heeckscher, A. A. Klompe, W.
de Vries en de heeren G. van Dam. J. M. M.
Planten-Koch, B. Tollenaar; Bed"rn: d,e heer
H. Hoekzema; Bellingwolde: de dames H. A.
Boer, E KuiDer en E. Veeman; Emmercompas-
cuum- mevr J van Pel-Jansma; Emmer-Erf:
mej. M. A. A. Heijnen: Eenrum: de dames H.
A Bolt en M T. Dijkveld C"arrelsweer:
mei M Kraak' Gieten: de dames R, A. Kars-
sens In h Kramer en de heer G. W. Gramser;
Groningen: de da/"e.s T Aakster, W. de Boer,
S Brnman-Beckenngh, J, M. Brommelkamp,
G J DoedenS' Luinge, M. Meijwes, A. M.
-vIookBorgman, A. Veen, P. W. Vliegers. A.
de vries—yan Walsum, G. H. Vriend en de
heeren B .Bakker, J. Boelmans, W. G. van der
Helm. L. F, Hesselink, A. J. Nuijten, H. M. W.
A- F°ort en G. J. Ridder; Haren: mej. C. J. E.
jyleyer; Haveskes: mevr. T. van LeeuwenVee
man; Hoogeveen: mej. B. van Rijn; Katlijk:
mej. D. Bosma; Leeuwarden: de heeren B. Ha-
ringsma, J Kat en G. H. M. Kat; Mensinge-
weer: de dames C. G. van Hoorn en M. A. Hijl-
kema; Marum: de dames C. Bolt Runsink. G.
K. Oosterhuis, M. B. Scholrtia; Meeden: mej.
A. J, Scholten; Nuis (Marum); mej. T. Bosma;
Oudehorne: de heer Tj. Bosma; Paterswolde:
de heer B. Sieling; Sappemeer; de dames H.
Dost en R. de Koe; Winschoten: de heeren J.
Cappon en N. Mulder; Zuidwolde: de heer J.
Aafs; Zutphen: de heer W. Heitling; Zwarte-
meer'; de heer P. J. Palland; te Den Haag slaag
de nog de heer J. Bos te Den Haag.
Geslaagd te 's-Gravenhage: de dames: J.
Bakker te Gorinchem, E. Brinck, G. M. Brinck
te Den Haag; N. van der Burgh te Rotter
dam, S. Feenstra te Assen, M. J/ de Haan da
Cock Buning te Gorinchem, A- M- ,a
Scheveningen, G. van der Hoeven-Fockema
Andreae te Leiden, P. C. Jagers te Den Haag,
W S. de Klein te Gorinchem, A. C. v. Griet-
huysenBrunet de Rochebrune te Gorinchem,
J. C. Korswagen te Voorschoten, E. Tammens
Ooykaas te Gorinchem, J van Raalte te Den
Haag. T. Stienstra te Heeren veen, P. Sijtsma
te Den Haag: A. Veldman te Leiden, A. H E.
van Vliet te Alphen a. d. Rijn, J. L. Vijverberg
te Hilversum. B. L. de Zoete te Hillegersberg;
en de heeren L. J. Burger te Den Haag. KL
Gorter te Amsterdam A P Grlsnlgt te Kot-
terdam C. Groeneweg te Ridderkerk. er
Haar te Den Haag C, F. Hamel te.jL~'"Ara-
bacht, A. van den Heuvel te R°«®rdlL.
A Lemmers te Oisterwijk. A L. Veld
te Srivedam, J. M. van Pel'
C van der Vegt te Rotterdam en j. T. Veld
kamp te Amsterdam.
De examens ter verkrijging van een akte van
bekwaamheid in ..handenarbeid" zullen aan
vangen op 25 Juu a s. te Eindhoven, voor da
provinciën Noordbrabant, Gelderland en Lim»
burg: 's-Gravenhage, voor de provinciën Zuid-
holland en Zeeland; Haarlem, voor de provin
ciën Noordholland en Utrecht: en Groningen,
voor de provinciën Friesland, Overijssel, Gro
ningen en Drenthe.
Voorzitters van deze commlsslën zijn: te
Eindhovem J. J. Beliën, inspecteur L. O., Eind
hoven; te 's-Gravenhage: Th. Brouwer, inspec
teur L. O., Gorinchem; te Haarlem: dr. Tj Ster-
ringa, inspecteur L. O., Haarlem; te Groningen:
L. Weling, hoofdinspecteu L. O., Groningen.
Zij, die zich aan dit examen wenschen te
onderwerpen, behooren zich vór 29 Juni a.a,
aan te melden bij den voorzitter der commis
sie, voor welke zij examen zullen afleggen,