PANDERJAGER DOOR BRAND
VERNIELD.
CATASTROPHE BIJ DE START
IN ALLAHABAD.
DE BEMANNING SLECHTS
LICHT GEWOND.
Sen hoop asch was alles, wat
HET LOT VAN SLOT'S PRODUCT.
DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN.
HET EINDE VAN DEN
PECHVOGEL.
DE BOUW VAN DEN
POSTJAGER.
57ste JAARGANG.
ZATERDAG 27 OCTOBER 1934
No. 17087
BUREAU: KOEMARKT 4, SCHIEDAM
TELEFOON INTERCOMM. No. 68085
Toen de „Panderjager" gisteren te Allahabad wilde starten om den
tocht naar Australië voort te zetten en bezig was naar het einde van het
vliegveld te taxiën, kwam het toestel in botsing met een auto. De
machine vloog in brand en werd volkomen vernield. De bemanning
werd slechts licht gewond.
Machine rijdt taxiënd tegen
een zoeklicht-tractor
TECHNISCHE DETAILS VAN DE
PANDER.
VLIEG-TECHTSISCHE BIJZOSDER.
HEDES-
Wederwaardigheden op de eerste
groote vlucht.
EEN HAPEREND ONDERSTEL.
Onvoldoende proefvluchten om de
machine ook in de kleinste details
„af" te maken.
DE OVERIGE DEELNEMERS.
DE RECORDPOGING VAN JONES EN
WALLER.
ÜE ABONNEMENTSPRIJS van de NIEUWE
SCHIEDAMSCHE COURANT bedraagt, franco
bij vooruitbetaling:
Per drie maanden ƒ3,25; per maand ƒ1,10:
per week 25 cents.
Bil bezorging franco per post bedraagt de
abonnementsprijs per drie maanden 3,75, bij
vooruitbetaling.
LOSSE EXEMPLAREN zijn steeds aan ons
bureau Koemarkt 4 verkrijgbaar a 5 cents
per stuk.
Postcheque- en Girodienst No. 81440.
Uitgave van de N.V. de Courant De Maasbode
te Rotterdam.
SCHIEDAMSCHE COURANT
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt:
Voor 16 regels 1.55, elke regel meet zo cis
Bij contract aanzienlijke reductie.
Geen prijsverhooging voor den Zaterdagavond.
Reclames tusschen den tekst dubbel adv.tariel
Liefdadigheidsadv. half tarief. Voor Liefdadig-
heidsadv. worden geen contracten afgesloten.
Kabouter-advertenties; 5 regels 0.50; 10
regels 1.—, 15 regels 1.50, bij vooruit
betaling. Porto voor opzending van brieveD
gelieve men bij te voegen.
Gratis-Ongevallenverzekering 500.bij overlijden door een ongeval; 500.bij verlies van beide handen, voeten of oogen; 250.— bij verlies van één hand, één voet of één oog; 150.bij verlies van een duim; 75.bij verlies van
een wijsvinger; 50.— bij verlies van twee voorste ledematen alle vingers van een hand; J 25.bij verlies van eiken anderen vinger. De Verzekering loopt op de voorwaarden als eenmaal per maand in dit blad wordt afgedrukt.
VAN HET FRAAIE TOESTEL
OVERBLEEF.
be Panderjager verbrand!
Aki us werd de emotie-volle en onfortuin
lijke levensgeschiedenis van het prachtige
Product onzer eigen nationale industrie met
een droevig roemloos einde afgesloten.
De „Postjager", voor den Melboume-wed-
strijd omgedoopt in „Panderjager", is een
echte pechvogel geweest.
Men herinnert zich de bekende vlucht,
welke de machine in recordprestatie begin
December 1933 naar Indië wilde maken. De
bemanning bestond toen uit Geijsendorffer,
Asjes en Verstraaten. De eerste étappe, tot
Rome, verliep uitstekend. Doch spoedig nadat
de tocht was doorgezet, boven de Adriatische
Zee, kregen de vliegers met pech te kampen,
zoodat men genoodzaakt was terug te kee-
ren naar het militaire vliegveld Grottaglie in
Zuid-Italië wegens motordefect. Een nieuwe
motor werd besteld ,doch deze moest van
de Curtiss Wright-fabrieken in Amerika ko-
rtlen, hetgeen tot gevolg had dat de „Post-
lager" eerst op 28 December kon vertrekken.
De Melbourne-tocht.
Thans, bij gelegenheid van de Londen-
Melboume race hoopte men weer, dat de
„Panderjager" een buitengewone prestatie
zou leveren, maar andermaal is de tegenslag
niet uitgebleven.
Zaterdagmorgen 20 October om 6.32 uur
steeg de machine van het vliegveld Milden-
bali op. Geijsendorffer maakte een bewon-
^rswaardige start, de zilveren vogel schoot
^delijk weg over het veld, trok spoedig
schuin de lucht in en was in minimum van
in Zuid Oostelijke richting verdwenen.
b'J koerste over Dortmund naar het vlieg
veld HaUe-Leipzig, waar Geijsendorffer de
machine om 9.45 uur Amsterdamsche tijd
ingeno11 Sr°nd zette- Nadat brandstof was
voortgezet Drrd, de ^ocHL om ÏO.ZO uur
Athene waar mVolgende landingsplaats was
bleef. Van 1625 tot 16 55 ver"
■Asjes en Geysendorffer, die gelukkig bij
He pech van den Pander jager
ongedeerd bleven.
Op het volgende traject kwam de tegen
slag.
Het liep Zondag tegen half tien in den
avond, 't was reeds vrij donker toen de Pan
derjager boven het vliegveld Bamrauli van
Allahabad verscheen.- In normale omstan
digheden zou een landing in het duister
voor Geysendorffer en Asjes, die voldoende
bedrevenheid in het nachtvliegen hebben en
met de situatie op en om het terrein vol
komen op de hoogte waren, geen moeilijkhe
den hebben opgeleverd. De duizenden be
langstellenden echter die de vliegers op
wachtten, zagen met groote ontsteltenis de
machine vrij onzacht op den grond neerko
men, waarna ze een paar keer over het veld
slingerden en tenslotte met een der vleugels
tegen den grond sleepte, doordat het toestel
overhelde. Twee der propellers werden daar
bij ernstig verbogen.
Geysendorffer zelf gaf van het ongeval de
volgende lezing:
„Ik bemerkte tijdens het landen, dat iets
niét in orde was met het intrekbare lan
dingsgestel. Een van de wielen kwam slechts
gedeeltelijk naar beneden, het andere in 't
geheel niet. Ik trachtte toen op één wiel te
landen, doch dit was door de groote snel
heid onmogelijk, zoodat we nu eigenlijk
landden op den romp".
Tot dan toe was de reis perfect geweest;
geen wonder, dat de bemanning door dit
ongeval bitter was teleurgesteld. En in dat
pessimistisch oogenblik kabelde Geysendorf
fer naar patria: „We hebben geen hoop de
reis te kunnen voortzetten, doch we zullen
ons niet voor morgen officieel terugtrekken.
Toch kunt u 0ns wel beschouwen als uitge
vallen. De reparatie zal wel een dag of veer
tien in beslag nemen".
Den volgenden dag, toen het toestel, dat
op zijn buik op den vliegveldgrond lag, werd
opgericht en de schade nauwkeurig kon
worden vastgesteld, bleek deze nogal mee
te vallen. De bemanning kon, spoediger dan
verwacht was, de schade herstellen met het
resultaat dat Geysendorffer Vrijdag het vol
gend telegram kabelde uit Allahabad naar
Den Haag:
„Hebben zonder mecanicien P.H.-O.S.T.
(„Panderjager") gerepareerd. Twee trein
reizen naar Calcutta voor schroef en olie
tank. Buitengewone sportieve hulp onder
vonden. Groote gastvrijheid van officials in
ahabad. Proefvlucht van een half uur
goe geslaagd. Gaan hedenavond verder met
ui gestiekt landingsgesteld. Laten den moed
me za -en en willen doel bereiken onder
grooten tegenslag".
De catastrophe.
Wel mocht Geysendorffer spreken van
grooten tegenslag, doch hij kon toen nog niet
vermoeden dat het einde van de ellende
hiermee niet gekomen was.
Integendeel, nu zou de zware slag eerst
vallen.
Terwijl we het bericht van een gunstige
start voor den verderen tocht naar Melbour
ne afwachtten, viel als een donderslag het
volgende Reuter-bericht ons bureau binnen;
Pnt^LAHABAD' 26 October. (R.O.) Toen de
wilde «Ij»
voort te zetten en '0Cht
oezig was naar het einde
Tt J !G taxië«- kwam het toe
stel in botsing met een auto. De machine
vloog m brand en werd volkomen vernield.
De bemanning is ongedeerd.
Zoeklicht in de startlijn.
Geysendorffer seint zelf over de toedracht
van het ongeval de volgende lezing;
„Bij nachtstart in Allahabad reed plotse
ling een tractor met zoeklicht in onze start
lijn. Machine kwam vliegende in botsing met
dezen tractor en vloog in brand. Wij konden
gelukkig alle drie ontkomen en zijn onge
deerd".
Is de bemanning licht gewond
ALLAHABAD, 26 October. (R.O.) Nader
wordt gemeld, dat de Panderjager door het
vuur inderdaad volkomen vernield is.
De bemanning van de machine aldus meldt
dit nadere telegram, werd slechts licht ge
wond.
De Pander, die na het ongeluk van de
vorige week, gerepareerd was, zou om 19.30
uur Amsterdamschen tijd vertrekken. Op
het oogenblik, dat het toestel zich van den
grond verhief, kwam het landingsgestel in
botsing met een auto, waarop een fakkel
was aangebracht. De Pander jager kwam met
dezen fakkel in aanraking en vatte onmid
dellijk vlam.
De inzittenden sprongen uit het toestel en
ontkwamen aldus op wonderlijke wijze aan
een vreeselijken dood. De Indische chauf
feur van de auto werd ernstig gewond.
Het benzine-reservoir van de Pander ge
raakte in brand en binnen enkele minuten
was er van het vliegtuig vrijwel niets anders
over dan een hoopje asch.
De „Panderjager" was een snelheids
transport eendekker, voorzien van drie
Wright Whirlwindmotoren van 420 P.K.
ieder met 9 cylinders. Het gewicht van ieder
der drie motoren bedroeg 270 K.G.
Het aantal omwentelingen bedroeg 2150
per minuut, het benzine-verbruik 80 liter per
uur per motor. De capaciteit der benzine
tanks bedroeg 2100 liter. Voor de Londen
Melbourne-race waren hieraan extra tanks
toegevoegd in de ruimte, welke oorspronke
lijk bestemd was voor het meevoeren van
mail.
In de cockpit waren twee verstelbare zit
plaatsen naast elkander, daarachter bevond
zich het compartement voor radio-telegra
fist.
De breedte over de vleugels meet 16,6 me
ter, de lengte van den voorkant van den
middelsten motor tot den achterkant van
het roer 12,5 meter. De hoogte van de ma
chine was 2,9 meter, het vleugeloppervlak
bedroeg 45 M2.
Plet totaal gewicht met volle tanken en
volledige bemanning van drie personen was
ongeveer 5500 K.G.
De maximum-snelheid bedroeg 360 K.M.
per uur, de kruissnelheid over de 300 K.M.
per uur, de landings-snelheid 95 K.M. per
uur.
De voornaamste prestatie die geleverd
werd in normale vlucht met kruissnelheid
was AmsterdamBatavia in 46 uur 52 min.
(vlieguren) en BataviaAmsterdam in 51
uur 47 min. (vlieguren).
Op 1 December 1931 bracht ons blad als
eerste het nieuws, dat de Soesterbergsche
luitenant-vlieger D. Asjes het plan had om
vergezeld van een collega-vlieger den mili
taire Luohtvaart-afdeeling met een door de
firma Pander te bouwen zeer snel post
vliegtuig in drie dagen van Amsterdam naar
Batavia te vliegen. En binnen denzelfden
tijd weer terug.
Gezien het feit in de eerste plaats dat de
K. L. M. toentertijd pas met naar omstan
digheden bevredigend succes doende was
haar wekelijksche luchtverbinding van 9
a 10 dagen duur, tusschen Nederland en
Indië v.v. te onderhouden, maakte het plan
Pander-Asjes grooten indruk. In vakkringen
werd de geprojecteerde vlucht in die dagen
aanvankelijk sceptisch beoordeeld. Vele vak
lieden waren n.l. van meening, dat het moei
lijk, ja onmogelijk zou zijn een zoo gedurfd
project geheel volgens programma met ver-
ii'ek begin October 1932 reeds en als be
stuurders twee in het lange-afetandsvliegen
onervaren vliegers ten uitvoer te brengen. En
inderdaad van een vertrek in October 1932
kwam niets.
Groote moeilijkheden werden ondervon
den ten aanzien van het vinden van de be-
Zoo is dan helaas het veel besproken Neder-
landsche Pander-vliegtuig door een ongeluk bij
de start geheel verloren gegaan, Gode zij dank
zonder dat de bemanning hierbij is omgekomen.
Hoe het ongeluk precies is gebeurd, zal later
wel in details blijken. Voorloopig vragen wij
ons af, hoe is het mogelijk geweest, dat een
ervaren vlieger als Geysendorffer in botsing
is gekomen met een blijkbaar op het vliegveld
staande automobiel
Het uitzicht van de bestuurderszitplaats af,
is bij de Panderjager juist bijzonder gunstig
en het is bij de K. L. M.-Indië-vliegers gebrui
kelijk, hun aanloopbaan persoonlijk te verken
nen, indien er eenige aanleiding bestaat om
deze niet te vertrouwen, b.v. in den moessontijd,
wanneer slappe plekken kunnen voorkomen of
op vliegvelden zonder afrastering, waarop soms
verdwaalde kameelen of schapen trachten te
grazen.
De Panderjager, ontworpen door den heer
Th. E. Slot uit Rijswijk, was een drie-motorige
extra snelle machine, ongeveer 1% jaar geleden
gebouwd in de bekende meubelfabriek te
's-Gravenhage.
Zooals men zich zal herinneren, vertrok de
machine verleden jaar naar Indië met een
lading post, die extra snel zou worden over
gebracht, omdat een groep Nederlanders van
meening was, dat het wenschelijk was het post
en personenvervoer gescheiden te doen uit
voeren, daar men geloofde met een speciale
postmachine de mail sneller te kunnen over
brengen dan in de normale verkeersvliegtuigen
der K. L. M., die met zulk een verbluffende
regelmatigheid Nederland ipet zijn overzeesche
bezittingen verbonden.
Een bruikbaar toestel.
De hiervoor speciaal gebouwde Postjager
bleek echter weldra een echte pechvogel en
feitelijk is hij dit gebleven tot zijn thans nog
onverwacht einde.
En dit was heel jammer, omdat de machine
inderdaad zeer snel was en alhoewel alle com
fort aan snelheid was opgeofferd, toch in ieder
geval een bruikbare machine, die behoorlijk
vloog, goed bestuurbaar was en ook mail kon
vervoeren, al was het wat minder dan feitelijk
de bedoeling was in het oorspronkelijke
ontwerp.
Het is de verdienste van Slot geweest, dat
Z1jn machine de gevraagde maximum snelheid
van 36o K.M. per uur inderdaad bereikte en
1 was voor een jongen constructeur een heele
prestatie, gezien den werkelijk grooten stap van
de kleine Pander schoolvliegtuigjes tot de
groote drie-motorige verkeersmachine.
Met de F 20 van Fokker was de Postjager
de eerste Nederlandsche machine met een
intrekbaar onderstel.
Kinderziekten
Zooals de meeste nieuwe ontwerpen zat de
machine echter vol z.g.n. kinderziekten en
feitelijk is er nooit voldoende kapitaal geweest
om voldoende proefvluchten te maken om de
machine geheel, dat wil zeggen ook in de
kleinste details „af" te maken. De reis naar
Indië in het einde van 1933 en 't begin van
1934 was wel een „eye-opener" voor den con
structeur, maar toch blijkbaar was het speciale
onderstel nog niet 100 pet. betrouwbaar, zooals
blijkt uit het ongevalletje in Schiphol, kort
voor de Melbourne-race, en uit de beschadiging
te Allahabad.
Het doorzettingsvermogen van de bemanning
is te prijzen en nu juist op het moment dat de
vlucht zou worden voortgezet, komt helaas ook
weer dat pechduiveltje en grijpt den snellen
Pander, thans voor goed.
Nieuwe vindingen.
Het is nog wel aardig even op te merken,
dat er aan den Panderjager die toch al circa
twee jaar geleden is opgezet, verschillende
details voorkomen, die thans in Amerika alge
meen worden toegepast, maar die voor dien
tijd nog betrekkelijk nieuw waren, althans voor
Europa.
Ik denk hierbij aan de bijna geheel onder
z.g. NACA-kappen weggestopte motoren met
luchtkoeling, aan de buitengewoon mooi
vloeiende overgangen van romp op vleugel, aan
de toepassing van landingsklappen en boven
den vleugel geplaatste ailerons, aan het intrek
bare onderstel en aan het speciale vleugel
profiel, waar het vliegtuig onder andere zijn
groote snelheid aan dankt.
Het is jammer dat de 3 Whight Whirlwind
motoren niet waren ingericht voor de toepas
sing van in vlucht verstelbare luchtschroeven.
Ware dit het geval geweest, dan zou de aanloop
van de machine veel korter zijn geweest en
misschien zou dan zelfs het jongste ongeluk in
Allahabad niet zijn gebeurd.
De Panderjager is, in tegenstelling b.v. met
de Douglas van de K. L. M., geheel van hout
gebouwd. De machine is daardoor goedkoop te
herstellen en kon daarom ook in een meubel
fabriek behoorlijk worden gebouwd, zonder dat
veel inrichtingen voor metaalbewerking noodig
waren.
De bemanning heeft veel pech gehad, maar
wij moeten niet vergeten, dat zij ook probeerden
om Nederland op waardige wijze in de race te
vertegenwoordigen en als straks de Uiver-
bemanning in het Vaderland wordt gehuldigd
voor haar schitterende prestatie, dan is het
goed ook even te denken aan Geysendorffer,
Asjes en Pronk, die hun „kist" en hun hoop
door het vuur vernietigd zagen.
noodigde gelden, om het vliegtuig op stapel
te zetten. Doch niet alleen pecunieele obsta
kels stonden de uitvoering in den weg. De
K. L. M., die met regeeringssteun reeds de
wekelijksche verbinding met Indië exploi
teerde, bestaande uit een gecombineerd ver
voer van passagiers en post, alsook van goe
deren was de overtuiging toegedaan, dat
een verbinding alleen voor post, hoe ideaal
oogenschijnlijk ook, in de nabije toekomst
een onjuiste politiek zou blijken te zijn. Ze
was van meening, dat wanneer zij de
K. L. M. het passagiersvervoer geheel
zou opgeven, dat vervoer wanneer het zich
na de crisis krachtig zou gaan ontwikkelen,
geheel in handen zou komen van de op de
Azië-route vliegende Britsche en Fransche
luchtvaartmaatschappijen. En dat het dus
voor de Nederlandsche Maatschappij ge
heel verloren zou gaan. Gezien haar bedrijfs-
politiek was het derhalve te begrijpen, dat
de K. L. M. niet bereid was aan de uitvoe
ring van het plan Pander-Asjes haar steun te
verleenen.
In een gedeelte van de dagbladpers bleef
men er echter propaganda voor maken. De
belangstelling voor het postplan deelde zich
ook aan de Volksvertegenwoordiging mede.
Dat kwam eerstens tot uiting in het Voor
loopig Verslag begin December 1932 van de
Tweede Kamer waarin verscheidene leden
aandrongen op een reorganisatie van de
Holland-Indië lijn, waarbij later snelle
diensten moesten worden ingeschakeld, ten
einde het deficit te verminderen". De mi
nister antwoordde, „dat 't vraagstuk der
luchtpostverbinding niet moest worden be
zien naar den toestand van het oogenblik,
doch naar de mogelijkheid van toekomstige
ontwikkeling dezer verbinding". Medio De
cember 1932 werd in de Tweede Kamer
Geysendorffer voor de kleine opening, die
de entree van den „Panderjager" was en
waardoor de bemanning zich moest redden.
het instellen van een studie-commissie be
pleit, om het plan Pander-Asjes te bestu-
deeren. Minister Reijmer antwoordde, dat hij
moeilijk een commissie kon benoemen, zoo
lang hij officieel van het plan niet op de
hoogte was.
Dat zou echter spoedig gebeuren.
Het was in den tijd, dat de Stoomvaart-
Mij. „Nederland" en de Rotterdamsche
Lloyd, die reeds geruimen tijd studie maak
ten van de mogelijkheid, om naast hun
scheepsverbindingen ook een luchtverbin
ding op Indië te exploiteeren met de Urhe-
bers van het plan Pander-Asjes in verbin
ding waren gekomen. Eenigen tijd later
brachten de heeren A. F. Bronsing, directeur
der Stoomvaart-Mij. „Nederland", Th. Ruys,
directeur van den Rotterdamschen Lloyd,
N. van Zalinge van de Kon. Paketvaart Mij.
met den officier-vlieger D. Asjes aan den
minister van Waterstaat een bezoek ter uit
eenzetting van het bekende plan. Vanaf het
moment, dat de scheepvaart-Maatschappijen
haar steun verleenden en als gevolg van het
bezoek aan den minister zekerheid was
verkregen, dat ook van Regeeringszijde
medewerking zou worden verleend, was het
mogelijk het toestel in bouw te nemen. Voor
de proefvluchten was voorts de medewer
king van de K. L. M. onontbeerlijk. Dat
men te dien aanzien op steun kon rekenen,
ook daarover kreeg men zekerheid. Dat over
de geheele linie zich een belangrijke teona-
dering had voltrokken, bleek destijds uit
een bekendmaking in de pers, waarin werd
meegedeelde dat een op 29 Maart 1933 ge
houden bijeenkomst van vertegenwoordigers
van de K. L. M. en van de Scheepvaart
maatschappijen „Nederland" en Rotterdam
sche Lloyd, de grondslag was gelegd voor
nauwe samenwerking op luchtvaartgebied
van deze beide groepen. Eenigen tijd later
werd bekend gemaakt, dat opgericht was
het „Studie-comité snelpost Nederland-
Indiëdat de proefvluchten en de vluch
ten naar Indië zou doen uitvoeren.
De befaamde Indië-vlucht.
In den vroegen morgen van den 9en Decern
ber 1933 werd door den „Postjager" de be
faamde tocht naar Indië begonnen. Groot
was de belangstelling bij deze nieuwe daad
in de Nederlandsche luchtvaart. Hartelijke
woorden werden toen op Schiphol gesproken
tot de vliegers door minister de Wilde, den
directeur-generaal P. T. T. e.a. Zonder Mar
seille aan te doen vloog het vliegtuig door
naar Rome. Na aldaar benzine te hebben
ingenomen, vloog de Postjager een uur na
aankomst door, om op den eersten vliegdag
nog Athene te bereiken.
Motor pech.
Boven Italië was alles goed gegaan, maar
toen men het vaste land had verlaten, om
de Adriatische Zee over te steken, kregen
de vliegers met pech te kampen. Op weg
van Brindisi naar Athene was een motor
van de „Postjager' vastgeloopen. Het toe
stel vloog op twee motoren naar Italië te
rug en landde op het militaire vliegveld
Grottaglie in Zuid-Italië.
De oorzaak was, dat van de oliepomp
eenige vitale onderdeelen waren losgeraakt,
waardoor de oliecirculatie niet meer
functionneerde.
Men moest nu wachten tot uit Amerika
een nieuwe motor, die telegrafisch bij de
Curtiss Wrightfabrieken was besteld, zou
aankomen. De mail bleef in overleg met de
Posterijen voorloopig aan boord.
Op 27 December kon de Postjager van
Grottaglie vertrekken. Het vliegtuig vloog
's nachts door naar Athene en vertrok van
daar weer op 28 December om 2.20 (Am
sterdamsche tijd), waarna de tocht naar Ba
tavia een voorspoedig verloop had. De
Postjager kwam daar Zondag 31 December
1933 te half tien 's morgens Indische tijd,
dus 2.20 G.M.T. behouden op het vliegveld
Tjililitan aan.
In den vroegen morgen van den 5en Ja
nuari 1934 vertrok de Postjager weer van
Batavia. Nauwelijks was het toestel de lucht
in of de machine moest naar het vliegveld
Tjililitan terugkeeren omdat de benzine-
druk van den midden-motor terugliep. Een
paar uur reparatie wisten dit ongemak te
verhelpen en om 6 uur in den morgen
(Java-tijd) werd de terugreis definitief
aanvaard.
Te Rangoon kreeg de machine daarop een
oponthoud van meer dan tien uur.
Te Calcutta bleek de starter van een der
motoren gebroken hetgeen een oponthoud
gaf van 24 uur. Na al deze geleden ellende
hield het toestel zich goed en na een pracht
eindspurt op 11 Januari in den voormiddag
werd Schiphol bereikt, waar de bemanning
een enthousiaste ontvangst te deel viel.
De machine is verzekerd.
Van de firma Pander te 's Gravenhage
vernemen we nog dat de „Pand er jager" nog
steeds in eigendom aan haar toebehoorde.
Voor den tocht van Londen naar Melbourne
was de machine ter beschikking gesteld van
een syndicaat, dat voor den wedstrijd in
schreef met Geijsendorffer en Asjes als pilo
ten en Pronk als mecanicien.
Het toestel, dat bij het ongeval te Alla
habad werd vernield, was verzekerd.
LONDEN, 26 October. (V.D.) Alhier is be
richt ontvangen dat John H. Wright en H.
Polando (Amerika) met de Lambert Mono
coupe (no. 33), waarvan het laatste bericht
luidde dat ze te Dj ask waren aangekomen,
de verdere deelneming aan de race hebben
opgegeven.
Volgens Reuter zijn deze vliegers nog te
Karachi.
CHARLEVILLE, 26 Oct. (R.O.) De Miles
Hawk (no. 22) met Malcolm Mac Gregor en
H. Walker (Nieuw-Zeeland) die gisteren
om 7,20 uit Brunettetown naar Cloncurry
vertrokken, bevinden zich op weg naar
Charleville.
CHARLEVILLE, 26 October. (V.D.) Men
maakt zich hier ongerust over het lang uit
blijven van de Miles Hawk.
KOEPANG, 26 October. (R.O.) De Havi-
land Dragon (no. 60) met J. D. Hewett en
C. E. Kay (Nieuw-Zeeland) verlieten Koe
pang met bestemming voor Port Darwin.
SINGAPORE, 26 October. (R.O.) De D. H.
Moth (no. 16) met C. J. Melrose (Australië)
is van hier gestart naar Batavia.
De Desoutter Mark II (no. 7) met luitenant
M. Hansen (Denemarken) bleef te Singa
pore).
LONDEN, 26 October. (R.O.) De Britisch
Klemm Eagle (no. 47) met G. Shaw (Enge
land) ligt nog steeds met beschadigd lan
dingsgestel te Boeshir.
De Fairy III (no. 15) met C. G. Davies en
C. N. Hall (Engeland) konden nog niet van
Cyprus vertrekken.
De Miles Falcon (no. 31) met H. L. Brook
en miss E. M. Lay (Engeland) ligt nog met
gebroken schroef te Athene.
De Britsche piloten Jones en Waller, die
met hun D. H. Comet als vierde te Melbourne
aankwamen, en over het traject Londen -
Melbourne vier dagen 22% uur hebben ge
daan, zijn voornemens heden uit Melbourne
te starten voor de terugreis, waarmee zij hopen
een nieuw record MelbourneLonden te
vestigen en tevens een record voor de vlucht
Engeland—Australië en terug. Zij zullen deze
poging uit zuiver sportieve overweging doen
en zonder uitzicht op een prijs.
De mogelijkheid bestaat, dat de Amerikaan-
sche piloten Turner en Pangborn de uitdaging
van Jones en Waller om eenzelfde poging te
doen met hun Boeing Transport, aanvaarden.
Jones verklaarde, dat de vlucht naar Mel
bourne zijn machine op geen enkele wijze
kwaad heeft gedaan en dat hij op den terug
weg dezelfde route zal volgen, zonder zich
echter te binden aan dezelfde controle-punten.