De Kabinets- crisis opgelost.
r
N
RECONSTRUCTIE VAN HET
KABINET.
V
O
i
DE NEDERLANDSCHE BANK.
ILL, LLïnj
DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN
WOENSDAG 31 JULI 1935
No. 17317
HET NIEUWE KABINET
COLUN.
VERGETEN VERSCHIL.
de katholieke fractie
ministers.
Record goud-afgifte.
Een netto goud verlies
van 131 millioen gulden.
58ste .TA'A^atmo.
BUREAU: KOEMARKT 4, SCHIEDAM'
TELEFOON INTERCOMM. No. 68085
Het heeft H. M de Koningin behaagd bij besluit van den 31sten
Juli 1935 no. 2:
primo: het aangeboden ontslag van de heeren Minister van Staat
Dr. H. COLIJN Minister van Koloniën, Jhr. Mr. A. C. D. DE
GRAEFF, Minister van BuitenJandsche Zaken, Dr. J. R. H. VAN
SCHAIK, Minister van Justitie. Mr. J. A. DE WILDE, Minister
van Binnenlandsche Zaken, Mr. P- J- OUD, Minister van Financiën,
Mr. Dr. L. N. DECKERS, Minister van Defensie, Jhr. Ir. O. C. A.
VAN LIDTH DE JEUDE, Minister van Waterstaat, Dr. Ir. H. C. J. H.
GELISSEN, Minister van Economische Zaken niet aan te nemen
en met ingang van 31 Juli 1935;
secundo: op de meest eervolle wijze ontslag te verleenen aan
Dr. J. R- SLOTEMAKER DE BRUINE als Minister van Sociale
Zaken en hem te ontheffen van het beheer ad interim van het
Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen met dank
betuiging voor de vele en gewichtige diensten door hem aan H. M.
en aan den Lande bewezen;
tertio: te benoemen tot Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen Dr. J. R. SLOTEMAKER DE BRUINE, tot Minister
van Sociale Zaken Mr. M. SLINGENBERG, lid van de Eerste Kamer
der Staten-Generaal.
We merken hierbij op, dat de portefeuillewisseling van minister
Deckers als minister van Defensie met die van Landbouw en Vis-
scherij eerst kan geschieden, zoo dra de instelling van het nieuwe
Departement van Landbouw en Visscherij officieel is.
-
EN DE KATHOLIEKE
Mr. M. SLINGENBERG.
KAMERZITTING OF RADIO
REDE VAN DR. COLIJN.
Scherpe daling van het dekkings
percentage tot 64 pet.
(v* w. 77 pet.).
DE ABONNEMENTSPRIJS van de NIEUWE
SCH1EDAMSCHE COURANT bedraagt, franco
bij vooruitbetaling:
Per drie maanden f 3,25; per maand f 1,10;
per week 25 cents.
Bij bezorging franco per post bedraagt de
abonnementsprijs per drie maanden f 3,75, bij
vooruitbetaling.
LOSSE EXEMPLAREN zijn steeds aan ons
bureau Koemarkt 4 verkrijgbaar 5 cents
per stuk.
Postchèque- en Girodienst No. 81440.
Uitgave van de N.V. de Courant De Maasbode
te Rotterdam.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt:
Voor 16 regels f 1.55, elke regel meer 25 ets.
Bij contract aanzienlijke reductie.
Geen prijsverhooging voor den Zaterdagavond.
Reclames tusschen den tekst dubbel adv.tarief,
Liefdadigheidsadv. half tarief. Voor Liefdadlg-
heidsadv. worden geen contracten afgesloten.
Kabouter-advertenties: 5 regels f 0.50: 10
regels 1.—, 15 regels f 1.50, bij vooruit
betaling. Porto voor opzending van brieven
gelieve men bij te voegen.
Gratis-Ongevallenverzekering 500-— bij overlijden door een ongeval500.bij verlies van beide banden, voeten en oogen 250.bij verlies van één hand, één voet
van een wijsvinger50bij verlies van twee voorste ledematen van een hand f 25bij verlies van eiken anderen vinger. De Verzekering
of
één oog150 hij verlies van een duim75— bij verlies
op de voorwaarden als eenmaal per maand in dit blad wordt afgedrukt.
HET NIEUWE MINISTERIE-COLIJN.
ft
(Van onzen parlementairen redacteur).
in
Wij kunnen 't communiqué moeilijk an
ders dan als een verrassing zien. Er blijkt uit,
dat dr. Colijn zich inderdaad voorstelt een
extra-parlementair Kabinet op breeden
grondslag te kunnen vormen, dat de in
stemming van de meerderheid der Kamer
heeft.
Het is bekend) dat de formateur gister-
ochtend een lang onderhoud ha<L
^°seling, ondervoorzitter der a 'G e_
fvlac«e van de Tweede Kamer Naar wrj
^amen, heeft dr. Colijn in dat onder-
aan mr. Goseling de portefeui e van
efensie aangeboden.
Er schijnt ook sprake te zijn ge wees
portefeuille van Justitie.
Mr. Goseling, die reserve-kapi ®m
de artillerie is, heeft tijdens dit onderhoud
de portefeuille van Defensie niet aan
vaard.
De portefeuille van Justitie is geen prac
tische aangelegenheid geweest, daar mr. an
Schaik niet bereid was, zooals geopperd
schijnt te zijn, de portefeuille van Sociale
Zaken over te nemen van prof. Slotemaker
de Bruine.
In den namiddag heeft mr. Goseling weder
om met dr. Colijn alsmede met de ministers
Gelissen en Deckers geconfereerd. De forma
teur heeft aan mr. Goseling toen wederom
de portefeuille van Defensie aangeboden.
Mr. Goseling heeft daarop het bestuur
der Katholieke Partij en eenige andere
heeren bijeen geroepen. Unaniem was men
van oordeel, dat het aanbod van een mi
nister-portefeuille niet aanvaard kon wor
den. Men achtte in de gegeven omstandig
heden zulk een aanvaarding door den voor
zitter van de Katholieke Partij niet moge
lijk en was na lang beraad van oordeel, dat
daarvoor geen voldoende grondslag van
vertrouwen tusschen de Katholieke fractie
en het Kabinet bestond.
Van een en ander is mededeeling gedaan
aan den formateur.
Aangezien deze heden (Dinsdagavond)
alf negen niet in de vergadering van de
Kamer aanwezig was, daar hij vol
gens mededeeling van den voorzitter elders
moest zijn, kan worden aangenomen, dat
de beslissing van een en ander aan dr.
Colijn bekend is geworden voor deze zich
naar H.M. de Koningin begaf.
Men vraagt zich af, hoe nu het verder
verloop der zaken zijn zal.
Normaal is, dat een nieuw Kabinet zich
voorstelt aan de Kamer, dat het dan een
verklaring aflegt, dat de Kamer daarover
met het Kabinet van gedachten wisselt en,
zoo zij dit noodig acht, per motie haar
oordeel uitspreekt.
Wij vernemen echter, dat het de bedoe-
hng van het nieuwe Kabinet zou zijn, zulk
O'-'u ontmoeting voorloopig te vei mijden.
Weliswaar zal het dan ook de behandeling
van het Bezuinigings-ontwerp tot Septem
ber uitstellen, maar men schijnt te hopen
a<-\ 'nWsschen de sfeer, is opgeklaard.
Of men hierbij ook aan het Vaste Lasten-
on werp heeft gedacht, is ons niet bekend,
dat Kabinet schijnt er ook op te rekenen,
hn,LZ00 C'e ^arner toch tusschentijds wordt
tien !Lfer°epen hegeen op verzoek van
tueel i 6n an geschieden een dan even
door de86 len,de m°tie van wantrouwen óf
óf dat r)11661* 6rIleid zal w°rden afgestemd
verdaagd 6 S emming daarover zal worden
De
rekenenKdbaTezijfnrnieteUr SChijnt 6r °P te
versterkt door eenShnlministerie, nog
noe onbezet 1 ai» katholiek (Defensie is
meerderheid der Kamer kanTe" Van d6
tv. rv,ii,n kan herwinnen.
Dr. Colijn meent dat hij door het vragen
van een leidend katholiek politicus reS
bij voorbaat getoond heeft, zoo ver mogSÏ
toenadering tot de Katholieke fractie te
willen.
Intusschen schijnt, zooals gezegd, de lei
ding der R.K. Staatspartij van meening
dat het geschokte vertrouwen nog niet
hersteld is.
Zoodat wij moeten afwachten, welk ver
loop de zaken zullen nemen.
Misschien komt nu toch de profetie uit
van mr. de Geer die, naar ons ter oore
kwam, een kabinetsformatie zelfs niet in
overweging schijnt te hebben kunnen
nemen die bij het jongste debat zeide:
„L'été porte conseil".
Men zal goed doen onzerzijds in herinne
ring te houden, hoe in deze dagen de hou
ding is geweest van de groote liberale pers.
De denigreerende, vaak beschimpende wijze,
waarop zij over de Kath. Kamerfractie en
haar leider schreef, werd slechts overtrof
fen door het brallend semi-fascistisch ge
daas van het boulevard-blad „De Telegraaf".
Als dr. Colijn van deze artikelen kennis
heeft genomen, zal hij zich wel geschaamd
hebben over de wijze, waarop men meende
hem te kunnen „steunen".
Het komt ons voor, dat de ook naar onze
meening te felle kritiek in sommige katho
lieke bladen, op het Regeeringsbeleid uitge
oefend, aan zijn figuur en aan de achting,
welke ons volk heeft voor zijn persoon, heel
wat minder afbreuk heeft gedaan, dan de
wel erg onwelriekende wierookwalmen, die
uit deze „groote" pers voor hem opsteeg.
Erkend moet worden, dat „Het Handels
blad", hoewel ook fel, en soms onjuist, toch
in den vorm vrij behoorlijk is gebleven.
In zijn avondblad van 29 Juli schreef het:
„De mislukte poging van den heer Aal-
berse om te voldoen aan de Koninklijke op
dracht tot de vorming van een parlemen
tair Kabinet op zoo breed mogelijke basis,
heeft enkele feiten helder belicht.
In de eerste plaats, dat het katholiek
sociaal-economisch-financieele program on
voldoenden steun vindt bij de andere „bur
gerlijke" partijen.
In de tweede plaats, dat de katholieke
fractie-leider, door het feit, dat hij de op
dracht in eersten aanleg in overweging nam,
en daarbij ook met de liberalen contact
zocht, blijkbaar niet meer staat op zijn
standpunt van 1933, toen hij samenwerking
in een parlementair kabinet afwees.
In de derde plaats, dat katholieke program
blijkbaar w e 1 voldoende waardeering vond
bij de sociaal-democraten".
Over elk dezer drie „plaatsen" een korte
opmerking.
Dat het „katholiek sociaal-economisch
program" onvoldoenden steun vindt bij de
andere „burgerlijke partijen, is juist niet
gebleken, omdat hun die steun natuurlijk
niet gevraagd is. Een katholiek formateur,
die opdracht ontvangt een parlementair ka
binet te formeeren „op zoo breed mogelijke
basis", is niet zoo dwaas te meenen, dat die
breede basis te bereiken zou zijn op den
grondslag van het program van één partij,
in casu de katholieke. De vraag was dus
een andere: is er wil tot samenwerking, en
zoo ja, op welk door allen te aanvaarden
program? Die wil tot samenwerking bleek
niet te bestaan bij de Vrijzinnig-democra
tische en de Anti-revolutionaire fracties.
Omdat de Vrijzinnig-democratische fractie
weigerde mee te doen, meende de Vrijheids-
bondsche fractie, hoewel in beginsel tot
samenwerking bereid, zich ook te moeten
terugtrekken. En precies zoo stond het bij
de Chr.-Historische fractie, toen de Anti-
Rev. fractie bleek niet mee te willen doen.
Deze casuspositie de feitelijke aanwezige
was dus een geheel andere, dan „Het Han
delsblad" meende te kunnen stellen.
En nu de tweede „plaats".
„Het Handelsblad" is van meening, dat de
katholieke fractie-leider, door het feit, dat
hy de opdracht is overweging nam, en daar
bij ook met de liberalen contact zocht, blijk-
aar niet meer stond op zijn standpunt
van 1933, toen hij samenwerking in een par
lementair kabinet afwees.
Hier vergist zich „Het Handelsblad", om
dat het vergeet, de motiveering van 1933 te
vermelden. Had dr. Colijn zich toen tot de
kath. fi actie gewend, om mee te werken aan
een werkelijk nationaal kabinet, waarin dus
alle zes groote fracties vertegenwoordigd
zouden zijn geweest, dan zouden de katho
lieken hun medewerking zeker niet heb
ben geweigerd. Hun bezwaar was juist, dat
er niet een Nationaal kabinet gevormd
worden zou, alleen een „burgerlijk blok",
waaraan zij niet wenschten mee te doen.
Er was dus bij prof. Aalberse thans
geenerlei inconsequentie te constateeren: hij
stond thans nog op precies 't zelfde stand
punt als in 1933.
En tenslotte constateert „Het Handels
blad", dat het katholiek program blijkbaar
wel voldoende waardeering vond bij de
sociaal-democraten.
Dat er tusschen hetgeen de katholieken
in d e z e n t ij d op e c o n o m i-
m i s c h gebied noodzakelijk achten en
wat de sociaal-democraten in dezen
t ij d verlangen, verschillende punten van
overeenstemming zijn naast zeer belang
rijke punten van verschil, vooral op finan
cieel gebied was ook vóór deze poging
tot vorming van een parlementair kabinet
van openbare bekendheid. Er was dus zeker
voor hen wel een grondslag, waarop i n
e z e n t ij d, wat het economisch
e eid betreft, zou jcunnen worden samen
gewerkt.
°e *°rmateur vond echter de samenstel-
„ilfVan 6en "Eoomsch-Rood" kabinet, een
„niet genoegzaam breede basis".
it is duidelijk, als men bedenkt, dat de
„meerderheid", waarop dit kabinet zou steu
nen, eigenlijk geen meerderheid zou zijn ge
weest, immers bestaande uit slechts 50 der
-• Y-: :Yx::Y:
Fotografen-jacht op den demissionnairen minister-president. Dr. II. Colijn werd geknipttoen hij na 'den minister.
raad gistermorgen het departement van Koloniën verliet.
100 leden. De Katholieken wenschten daar
om, dat nog minstens één andere fractie
zou meewerken, bijv. de Vrijz.-democrati-
sche of de Chr.-Historische. Maar mr. Joe-
kes luisterde te veel naar „his master's
voice", en de Chr.-Historische fractie meen
de in dezen driebond eenigermate de positie
te zullen innemen van een „facheux troi-
sième".
De Katholieken durfden niet! sart „Het
Handelsblad".
Hoe zou heel de liberale pers gebriescht
hebben, als ze eens wél „gedurfd" hadden!
En was het zoo onvaderlandslievend, dat
men in dezen tijd aan de N.S.B. dit lekkere
propaganda-kluifje niet gunde, om van het
in ons land ook bij de liberale redacties
sterk aanwezige al of niet latente anti
papisme maar te zwijgen?
„Het Handelsblad" komt nu tot de conclusie
-Yyaaraan men ook in de vorige dagen wel
goed zou hebben gedaan te denken dat
een hernieuwd Kabinet-Colijn zonder den
steun der Kath. fractie geen bestaansmoge
lijkheid heeft.
Als dr. Colijn hieraan èn bij zijn Kabinets
formatie in Mei 1933, èn daarna, iets meer
aandacht had gegeven, dan zou een conflict,
als nu ontstond, niet al te moeilijk te ver
mijden zijn geweest.
Een gewaarschuwd man geldt voor twee.
Wij hebben er daarom goede hoop op, dat
de verhouding tusschen het Kabinet-Colijn
no. 2 in de kath.-fractie beter zal zijn, dan
die met het Kabinet no. 1.
Men meldt ons nog uit Den Haag:
De laatste dagen bleek het meer en meer,
dat in de katholieke parlementaire kringen
groote ontstemming bestaat ten opzichte
van de drie katholieke ministers in het ka-
binet-Colijn, omdat zij de regeeringsver-
klaring, waarin volkomen onnoodig de ka
tholieke kamerfractie in één hoek gedreven
werd met de socialisten, communisten, re-
volutionnairen en Kerstianen, hadden
goedgekeurd en daardoor mede voor hun
verantwoording hebben genomen.
Voor het herstel van een goede verhou
ding tusschen het nieuwe kabinet en de
katholieke kamerfractie zal, naar ons werd
verzekerd, ook deze in grievenden vorm
gekleede regeeringsverklaring moeilijkheid
opleveren.
Mr. Marcus Slingenberg, die in het
nieuwe kabinet zal optreden aan het hoofd
van het Departement van Sociale Zaken,
werd 21 October
1881 te Beerta
(Gr.) geboren.
Hij bezocht het
gymnasium te
Winschoten en stu
deerde daarna aan
de Universiteit te
Groningen in de
rechtswetenschap.
In 1905 promo
veerde hij tot doc
tor op stellingen.
Hij vestigde zich
daarna als advo
caat en procureur
en notaris te Haar
lem.
In 1913 werd mr. Slingenberg gekozen tot
lid der Provinciale Staten van Noordholland
en in 1934 werd hij gekozen in het college
van Gedeputeerde Staten dier provincie.
Van 1919 tot 1934 was hij wethouder van
Haarlem, eerst van openbare werken en
later van financiën.
Sedert 1920 is mr. Slingenberg lid der
Eerste Kamer.
*ITij behoort tot den Vrijzinnig Democrati-
schen Bond.
Naar wij vernemen wordt er thans over
leg gepleegd over de vraag of er dezer da
gen nog een kamerzitting zal worden ge
houden.
Indien er geen kamerzitting plaats heeft,
zal dr. Colijn waarschijnlijk een radio-rede
uitspreken.
De heer de Visser ivil een Kamer
vergadering.
Het Tweede Kamerlid, de heer L. de Vis
ser, voorzitter van de communistische
Tweede Kamerfractie, heeft zich, in ver
band met de door het vormen van het
Kabinet-Colijn geschapen situatie, tot den
secretaris van de sociaal democratische
kamerfractie, het Kamerlid IJzerman ge
wend.
De heer de Visser stelt voor, dat vanuit
belde kamerfracties onmiddellijke bijeen
roeping van de Tweede Kamer zal worden
verzocht. Dit kan geschieden, indien tien
Kamerleden een verzoek daartoe indienen.
De heer de Visser is van meening, dat
het vormen van een Kabinet-Colijn zooda
nig in tegenspraak is met den uitslag der
jongste raadsverkiezing, dat de Kamer, na
alles wat sindsdien gebeurd is, onmiddellijk
in staat moet zijn, hierover stelling te
nemen.
Geen vergadering der Ticeede
Kamer.
Bij informatie naar de waarschijnlijkheid
van het thans bijeenroepen van de Tweede
Kamer hebben wij uit betrouwbare bron
vernomen, dat de voorzitter van de Tweede
Kamer niet voornemens is de Kamer bijeen
te roepen. Hieruit zou men kunnen opmaken,
dat een verdere spoed-behandeling van het
bezuinigings-ontwerp niet in het voornemen
ligt.
MrSlingenberg.
Omtrent de afmetingen welke de vlucht uit
den gulden gedurende de afgeloopen week
heeft aangenomen, hebben de in de markt cir
culeerende taxaties blijkens de cijfers van
dezen weekstaat een vrij nauwkeurig beeld ge
geven. De val van het Ministerie-Colrjn heeft
een „Internal drain" veroorzaakt, waarvan de
geschiedenis van vele decennia de weerga niet
kan leveren. In het tijdsbestek van slechts een
viertal dagen heeft een hoeveelheid goud ter
waarde van ongeveer honderdveertig millioen
gulden de bank verlaten. Door toevloeiing van
gouden tientjes ter waarde van negen mil
lioen gulden, werd het netto goudverlies terug
gebracht tot circa 131 milioen gulden.
T eleurstelling.
Teleurstelling biedt echter naar onze mee
ning het bedrag, waarmede de credietuitzet-
ting is toegenomen. Dit te meer, omdat de
bank juist tot bestrijding van dit gevaar haar
maatregelen had getroffen. Deze bestonden in
de eerste plaats uit een drastische verhooging
van het disconto, eerst tot 5 pet., onmiddellijk
daarna tot 6 pet. Vervolgens trof de Bank
maatregelen tot beteugeling van de crediet-
uitzetting door nog scherpere selectie van het
haar aangeboden discontopapier, dan zij reeds
sedert zeer geruimen tijd gewend is toe te
passen, terwijl zij bovendien andermaal een
dringend beroep deed op de particuliere instel
lingen, om haar een nauwlettend toezicht op
de op de valutamarkt ondernomen transacties
mogelijk te maken.
De consequenties van deze krachtige cre-
dietuitzetting bij een gelijktijdig opgetreden
omvangrijk goudverlies, komen voornamelijk
tot uitdrukking in een scherpe daling van het
dekkingspercentage voor de direct opeisch
bare verplichtingen. Deze laatste bedroegen
voor uitstaande bankbiljetten en rekening
courant saldi tezamen aan het einde van
deze berichtsweek 873% millioen gulden. De
goudvoorraad bedraagt thans nog 557 mil
lioen gulden, zoodat de direct opeischbare
verplichtingen niet ten volle voor 64% door
goud alleen zijn gedekt.
De vorige week bedroeg de gouddekking
nog ruim 77% bij een goudvoorraad van 688 '4
millioen gulden en- direct opeischbare ver
plichtingen ten bedrage van 891% millioen
gulden. Rekening houdende met een
door de wet vereischte minimum-dekking
van 40% laat ook de thans tusschen goud
voorraad en direct opeischbare verplichtin
gen der Bank bestaande verhouding welis
waar nog een veilige speling, het is echter
duidelijk, dat met liet oog op het tempo,
waarin de gebeurtenissen zich voltrekken,
het tijdstip moest naderen, waarop nadere en
straffere maatregelen zouden moeten worden
beraamd, indien er-niet een onmiddellijk®
verandering in de situatie zou intreden.
Sedert Maandag
af giften meer.
geen goud
Dank zij het door de Kroon aan den heer
Colijn gedane verzoek, om opnieuw de vor
ming van een ministerie op zieh te nemen,
trad deze wezenlijke verandering in de situ
atie j.l. Maandag inderdaad ook in. Sedert
Maandag heeft de Bank geen goudverliezen
meer te lijden gehad.
Het behoeft echter geen nader betoog, dat
de situatie van de Bank thans meer dan ooit
gevoelig is voor verdere credietuitzettingen
en dat de reflex daarvan zich spoediger dan
ooit zou moeten reflecteeren in een verdere
verhooging van het disconto. Ook geven de
thans voorgelegde cijfers aanleiding om te
veronderstellen, dat na de jongste gebeurte
nissen niet al te spoedig mag worden gere
kend op een gevoelige verlaging van het
officieele bankdisconto, ook al mag het psy
chologisch voordeel, dat daaraan in sommige
omstandigheden kan zijn verbonden, niet
over het hoofd worden gezien. Bij het keeren
van het getij zal het er immers op aan ko
men, de thans uitgezette credieten zoo spoe
dig mogelijk tot liquidatie te dwingen, het
geen te eerder mogelijk zal zijn, naarmate de
rente hooger is, dus grooter offers van cre-
dietnemers eischt.
De goudvoorraad
der
Nederlandsche Bank
ontwikkelde zich sedert begin 1933 als volgt:
27
Pebr. 1933
1019.848.162
18
April 1933
978.014.362
8
923.460.828
5
Pebr. 1934
892.096.782
12
Pebr. 1934
833.404.773
20
813.596.811
23
786.406.780
7
797.356.046
11
819.923.309
25
841.512.162
9
858.906.346
12
880.912.209
26
855.603.103
7
842.036.464
21
821.708.990
11
810.626.250
25
812.613.251
1
779.551.523
8
674.169.945
15
661.957.556
22
642.689.162
27
646.201.448
3
621.253.074
22
688.468.452
29
557.665.601
De teruggang van
den
goudvoorraad be-
draagt dus sedert het beg
ïn van
lit jaar niet
minder dan 284.4
millioen.