NEDERLAND EN DE SANCTIES.
VRIJDAG 15 NOVEMBER 1935
OUDE WEDUWE VAN HAAR
SPAARCENTJES BEROOFD.
Nadat zij met een kolenschop
bewusteloos was geslagen.
Tegen den laffen dader twee-en-een-
half jaar geëischt.
BEN-ONIE'S PRACTIJKEN.
Veroordeeld wegens het onbevoegd
uitoefenen der geneeskunde.
EEN GEVAARLIJKE KWAKZALVER.
ROTTERDAMSCHE RECHTBANK.
OPZETTELIJKE BRANDSTICHTING.
KOPEREN PROPAGANDA-JUBILEUM
IN VREEWIJK.
DE
SCHOUWBURGAVOND
VOOR S. F. L.
MUZIEK IN ROTTERDAM.
INVOER VAN ALLE GOEDEREN
UIT ITALIË VERBODEN.
Geen uitvoer van transportdieren
en grondstoffen.
ALLE CREDIETEN STOPGEZET.
COMPLOT SPOORWEGDIE VEN
VOOR DEN RECHTER.
DE EERLIJKHEID IN DEN HANDEL.
EIGEN- EN GEZINSPENSIOEN.
Wachtgelders.
VAN EEN BAKFIETS GEVALLEN.
BRAND.
RATTENVERGIFT IN DE KOFFIE
Voor een waarde van ƒ10.000
gestolen.
„Ik ben er toe gekomen, omdat je gestegen
•waar zoo gemakkelijk kwijt kvrnt raken; leder
een doet graag een koopje".
KAMPEN KRIJGT BELASTING-
VERLAGING.
Voor de rechtbank heeft gisteren terechtge
staan de 20-jarige koopman H. V. recidivist en
gedetineerd, die zich in den nacht van 16 op
17 September had schuldig gemaakt aan
diefstal met geweldpleging. In een woning op
een hofje aan de Kruiskade had verdachte de
62-jarige weduwe J. P. Koldenhof een bedrag
van 140 ontstolen, waarmee V. de vlucht
genomen had, nadat hij eerst de weduwe met
een vaas en een kolenschop op het hoofd had
geslagen, waardoor de vrouw vrij ernstig was
verwond geworden.
Verdachte bekende het feit. doch beweerde,
dat hrj slechts in zijn angst had geslagen. Het
v/as niet zijn bedoeling geweest de vrouw ern
stig te treffen. Toen verdachte daarop de
deur niet kon open krijgen, was hij pardoes
door het raam gesprongen. Hij had zich naar
een logement begeven, waar verdachte's vrouw
zich weer bij hem gevoegd had. Samen met
haar is hij toen naar Den Haag gegaan en
van daar uit zijn zij gaan zwerven, waarna zij
ten slotte in 's-Hertogenbosch werden gear
resteerd.
De president mr. G. L. van Oosten Slinge-
iand, meende, dat het een heel leeljjk feit was,
waaraan verdachte zich had schuldig ge
maakt. Een weerloos oud mensch aan te val
len. U hadt haar wel kunnen doodslaan!
Verdachte: Zeker.
De weduwe Koldenhof, die als getuige ge
hoord werd, verklaarde, dat het gestolen be
drag van 140 haar geheele bezit uitmaakte.
Zr| nam dat altijd mee, als zij uit ging. Dat was
ook op dien avond het geval geweest. Toen zij
in gezelschap van haar buurman Grootenhuis
op de Kruiskade liep, was verdachte, die
straatmuzikant is, bezig daar muziek te ma
ken. Zijn vrouw haalde bij de omstanders geld
op. Uit medelijden had Grootenhuis toen de
menschen gevraagd mee te komen naar zijn
woning, om daar een kopje koffie te drinken.
Dat hadden zij niet afgeslagen en bok getuige
was meegegaan. Bij Grootenhuis had men niet
alleen koffie gedronken, doch ook een partijtje
domino gespeeld. In den loop van het gesprek
had Grootenhuis een opmerking gemaakt over
getuige's geld, dat zij immers altijd bij zich
draagt. Toen verdachte en zijn vrouw hun
nood geklaagd hadden en gezegd hadden niet
te weten, waar zij dien nacht het hoofd zou
den neerleggen, heeft Grootenhuis aangebo
den nachtverblijf te verschaffen. De weduwe
heeft zich toen bereid verklaard de vrouw bij
haar in huis te nemen, maar later werd toch
afgesproken, dat zoowel de man, als de vrouw
bij getuige den nacht zouden doorbrengen. De
vrouw zou haar nachtleger betrekken in de
bedstede bij de weduwe en voor de man werd
in de voorkamer een kermisbed opgeslagen.
„Daar zit alles in".
Nadat alles voor den nacht in gereedheid
was gebracht, was andermaal het gesprek ge
komen op het geld van de weduwe. Zij had toen
Se tasch laten zien, zeggende: „Daar zit alles
in." Zij had toen de tasch in de lade van het
•fcuffet gelegd, welk meubelstuk stond in de
kamer, waar het kermisbed was opgeslagen
en had vervolgens de lade afgesloten. Den sleu
tel had zij op het blad van het buffet neerge
legd, zooals het haar gewoonte was.
Toen de weduwe, met de vrouw van V. zich
nog slechts korten tijd te ruste hadden be
geven, werd aan het raam geklopt. Het bleek,
dat 't Grootenhuis was, die de weduwe belang
stellend vroeg of zij haar geld had opgebor
gen. Op het toestemmend antwoord was
Grootenhuis weer verdwenen. Even later werd
er aan de deur van de kamer geklopt. Ver
dachte V. vroeg of hij even binnen mocht ko
men om zijn vrouw een nachtzoen te geven.
Dat werd hem toegestaan, doch van die gele
genheid heeft V. naar hij hij zijn verhoor heeft
toegegeven, gebruik gemaakt om zijn vrouw te
berichten, dat hij het geld reeds in zijn bezit
had.
Verdachte was toen langer in de kamer ge
bleven, dan noodzakelijk was en plotseling had
de weduwe gevoeld, dat verdachte haar met
een vaas op het hoofd sloeg. Zij verloor ech
ter door dien slag haar bewustzijn met en be
gon te gillen. De vrouw van V. riep toen tot
haar man: „Grijp de pook," want verdachte
had de vaas uit zijn hand laten vallen, er-
dachte zag echter de pook niet en kwam oen
met een kolenschop op de weduwe af. Daar
mee heeft hij haar eenige slagen toegebrach
doch aangezien de weduwe nog steeds om hu p
bleef roepen, heeft verdachte toen de vlucht
genomen door door 't raam te springen, zoodat
hij zich ineens buiten bevond. Van de verwar
ring heeft de vrouw gebruik gemaakt om
eveneens te verdwijnen.
Het gillen van de weduwe had al spoedig de
buren gealarmeerd, doch men kon niet zoo
vlug te hulp komen, om de daders nog te grij
pen. Zij waren in geen velden of wegen meer
te zien.
Naar uit het onderzoek is gebleken, is de
man, na het volbrengen van zijn daad naar
een logement gegaan, waar hij meermalen ver
blijf hield. Daar heeft korten tijd later de
vrouw zich bij hem gevoegd en samen hebben
zij toen de stad verlaten.
Dr. L. J. Kloprasje, die de weduwe in het
ziekenhuis heeft behandeld, verklaarde gecon
stateerd te hebben, dat de vrouw drie barstjes
had in het schedeldak, welke verwondingen
door een hard voorwerp kunnen zijn toege
bracht. Het toegebrachte letsel achtte getuige
zwaar lichamelijk, omdat altijd de vrees be
staat voor infectie. Dit was in dit geval uit
gebleven, zoodat de vrouw na 21 dagen het
ziekenhuis weer hersteld had kunnen verlaten.
Misbruik van vertrouwen.
Het O. M. waargenomen door mr. J. F. Hoef-
felman zeide in zijn requisitoir, dat het moet
worden toegegeven, dat het bijzonder gevaar
lijk is om in tegenwoordigheid van menschen
als verdachte te zeggen, waar het geld gebor
gen wordt. Van het goed vertrouwen, waar
van de weduwe blijk gegeven heeft, is door
verdachte schromelijk misbruik gemaakt. Het
O. M. herinnerde er aan, hoe moeilijk het op
sporingswerk is geweest en dat de verdachten
eindelijk in 's-Hertogenbosch konden worden
gevat. Er was toen van het geld, waarvoor zij
zich kleeren hadden aangeschaft, niets meer
over geweest. De vrouw, die zich aan heling
heeft schuldig gemaakt, heeft dit feit gepleegd
in het arrondissement 's-Gravenhage en zal
zich deswege voor de Haagsche rechtbank te
verantwoorden hebben.
Voor dit zeer ernstige feit van diefstal met
geweldpleging komt verdachte een gevoelige
straf toe. Het O.M. wil alle omstandigheden
in aanmerking nemen, dat het voor de oude
vrouw nog gelukkig afgeloopen is, en ook de
jeugd van verdachte. Aan den anderen kant
staat echter, dat hjj al eenige malen veroor
deeld is.
Het O. M. eischte ten slotte een gevangenis
straf van 2 jaar en zes maanden.
De verdediger, mr. M. L. Weyl was van oor
deel, dat de oude vrouw het toch ook wel zoo
heeft ingekleed, dat de verleiding voor ver
dachte zeer sterk moet zijn geweest. Pleiter
wees op verzachtende omstandigheden en
pleitte oplegging van een clemente straf.
Uitspraak 28 November.
Voor den Haagschen kantonrechter mr.
Van Haeften had zich te verantwoorden de
41-jarige W. S. V., ook optredende onder
den naam Ben Onie, te Rotterdam, wegens
het onbevoegd uitoefenen der geneeskunde.
De commissaris van politie van de afdee-
ling centrale recherche heeft indertijd tegen
dezen man gewaarschuwd, die volgens deze
waarschuwing reeds tal van veroordeelingen
voor allerlei misdrijven achter den rug heeft.
Den laatsten tijd opereetde hij als volgt: Hij
belegde min of meer spiritistische séances,
waar hij zijn experimenten verrichtte, welke
op een lichtgeloovig publiek grooten indruk
moesten maken. In den regel waren er dan
wel menschen meest vrouwen die zdlk
een vertrouwen in hem stelden, dat zij hem
bjj zich thuis ontboden. De bijeenkomsten
vooraf had de man evenwel juist belegd om
op dergelijke adressen binnen te kunnen drin
gen, want dank zij het groote vertrouwen, dat
zijn clienten in hem stelden, was dan weldra
het hek van den dam voor allerlei schurke
rijen. Deze waren van heel verschillenden
aard, al naar de omstandigheden hem in deze
of gene richting vrrj spel gaven. In den regel
kwam het neer op wederrechtelijke geldelijke
bevoordeeling, waartoe kleine oplichtingen
en flesschentrekkerijen moesten dienen, maar
dikwijls kwamen de experimenten ten slotte
neer op uitspattingen op sexueel gebied. Tot
zoover de waarschuwing van zijde der politie.
Verdachte was niet verschenen voor den
kantonrechter.
Als eerste getuige verklaarde mej. S. dat
Ben-Onie haar moeder heeft behandeld. Deze
had kanker en verdachte heeft de wond be
handeld en de patiente, die inmiddels is over
leden, gemagnetiseerd. Hij rekende 1.50 per
behandeling.
Tweede getuige was mej. W., die hij ook
gemagnetiseerd heeft en kruiden heeft voor
geschreven. Ditmaal twee behandelingen voor
1.50 en 1.25 per pakje kruiden. Hij heeft
voorts kans gezien deze getuige te bewegen
gelden te storten voor een electrisch appa
raat. Zij heeft evenwel nooit meer iets van
Ben-Onie gehoord. Een en ander heeft haar
veel geld gekost.
De derde getuige, mej. Sp., is eveneens
door verdachte gemagnetiseerd. Zij behoefde
evenwel voor de behandeling geen vergoe
ding te geven. Voor de spiritistische sèancr
had zfln wel geld gegeven.
De ambtenaar van het O.M. mr. Hollander
zeide dat men hier met een gevaarlijken
kwakzalver te doen heeft. Hij oefent door zijn
bijeenkomsten psychologischen invloed op zijn
hoorders uit. Ook voor ongeneeslijke kwalen
verleent hij zijn bemiddeling. Ben-Onie is de
gevaarlijkste kwakzalver dien men zich den
ken kan. Ook het element oplichting ontbreekt
niet geheel en al.
Hij vorderde voor elk der drie feiten een
geldboete van 150 subs, driemaal 100 dagen
hechtenis, conform welken eisch de kanton
rechter verdachte bij verstek veroordeelde.
Zitting van 14 November.
De afd. H. Kruisvinding der Alg. R. K.
Propagandaclub Rotterdam zal Zondag a.s.
haar 12%-jarig bestaan vieren.
Op dien dag zal uit dankbaarheid om kwart
over tien 'n Solemneele Hoogmis worden op
gedragen, waaronder het zangkoor versterkt
met het jongens-Celleskoor het muziekgedeel-
te zal verzorgen.
Zondagmiddag om 3 uur heeft er in „Spes
Bona" aan de Enk een feestvergadering plaats,
waarin pater Henricus O.M.C. een rede zal
houden over teekenen en tijden. Muzikale me
dewerking wordt verleend door het Celleskoor
onder leiding van Br. Theophile.
Op Zondag 24 November worden de feeste
lijkheden besloten met een „Bonte Avond"
Ter gelegenheid van het koperen jubileum
is ook een goed verzorgd boekje verschenen,
waarin de onderscheiden leidende figuren uit
de propaganda-beweging aan het woord ge
laten worden.
Een merkwaardigheid is nog, dat pastoor
Mulder O.S.C. nog altijd de eerste herder der
Vreewijk-parochie, op den jubileum-dag mede
zijn kwarteeuw-adviseurschap zal herdenken.
Het gezelschap „De Hagespelers onder di
rectie van Jacques van Hoven en onder arti
stieke leiding van Eduard Verkade, zal, zoo
als bereids gemeld, op Maandag 2o Nov. a.s.
in den Grooten Schouwburg te Rotterdam voor
het St. Franciscus Liefdewerk een opvoering
geven van „Wapens en de mensch" (Arms
and the Man), een der vier eerste „pleasant
plays" van G. B. Shaw. Er zij voorts nog op
gewezen, dat deze opvoering de eerste ver
tooning is te Rotterdam, welke van dit stuk
gegeven wordt. De hoofdrol wordt vertolkt
door Eduard Verkade, de overige rollen door
Péronne Hosang, Adr. Canivez, Tine Medema,
Jacques van Hoven, Peter van Hulzen, Rob
Geraerds en Arent Hauer.
De regie is in handen van Eduard Verkade;
eigen décors zullen worden meegebracht.
Op het 2e Zondagmiddagconcert te geven
door het Residentie-Orkest op 17 November
a.s. zullen de volgende werken worden uitge
voerd: Balletsuite J. Ph. Rameau in de bewer
king van Felix Mottl, Pianoconcert met orkest
begeleiding in d kl. t., Brahms, Symphonie
No. 4, Beethoven.
Het concert zal geleid worden door dr. Peter
van Anrooy. De solist van den middag is de
bekende Hoilandsche pianist Willem An-
driessen.
Wraak van een teleurgeStelden
marskramer?
De 30-jarige koopman P. N. verblijvende in
een woonwagen, thans gedetineerd, heeft zich
te verantwoorden gehad, ter zake, dat hij op
23 Augustus te Spijkenisse opzettelijk brand
gesticht zou hebben in een landbouwschuur,
welke was aangebouwd aan een boerenhof
stede aan den Schenkeldijk, welke bewoond
werd door den landbouwer P. van Noort, van
welke brandstichting gemeen gevaar was te
duchten voor die schuur en het aangebouwde
woonhuis, dat toebehoorde aan de erven van
J. Oosthoek.
Verdachte ontkende iets met den in schuur
en woonhuis gewoed hebbende brand te maken
te hebben. Wel gaf hij toe, dat hij des morgens
op het erf was geweest, ten einde aldaar te
trachten zijn kramerijen te verkoopen, hetgeen
hem echter niet gelukt was. Verdachte is
daarna weggegaan en heeft zijn pogingen bij
andere landbouwers voortgezet, totdat de po
litie hem heeft gearresteerd.
Het O. M. waargenomen door mr. J. F.
Hoeffelman is nadat verscheidene getuigen
waren gehoord in zijn requisitoir de verschil
lende aanwijzingen, die er tegen verdachte te
vinden zijn in de verschillende getuigenverkla
ringen nagegaan. Hieruit meent het O. M., de
schuld van verdachte te kunnen bewijzen. Het
feit is ernstig te meer, daar verdachte slechts
uit wraak gehandeld heeft. Het O.M. eischte
1 jaar en zes maanden gevangenisstraf.
De verdediger, mr. M. de Grooth voerde in
zijn pleidooi aan, dat dezelfde aanwijzingen,
die het O. M. voor het bewijs van verdachte's
schuld heeft aangevoerd, heel normaal blijken
te zijn, als men maar niet van het standpunt
uitgaat, dat verdachte persé de dader moet
zijn. Pleiter vraagt, of verdachte anders had
kunnen handelen, indien het nu eens zou vast
staan, dat een ander den brand zou hebben ge
sticht. Pleiter achtte het bewijs dan ook
geenszins geleverd en concludeerde tot vrij
spraak.
Uitspraak 28 November.
Uitspraken.
De rechtbank heeft veroordeeld:
J. F. S. 38 jaar en zijn broer M. S. 28 jaar
beiden huisschilder, gedetineerd, wegens dief
stal te zamen en in vereeniging de ver
dachten hadden zich op 8 Augustus met behulp
van een valschen sleutel toegang verschaft
tot het pand van den heer G. v. Oorschot aan
de Avenue Concordia, welk pand tijdelijk on
bewoond was, omdat de heer van Oorschot zich
met vacantie te Soest bevond; zij hadden een
groote partij tafelzilver benevens achttien
schilderijen o.a. van WeOns en Haverman mee
genomen, doch bjj hun poging om het gesto
len zilver aan den man te brengen, waren zij
tegen de lamp geloopen tot ieder 1 jaar
gevangenisstraf, met aftrek der preventieve
hechtenis onder bepaling dat 6 maanden van
de straf voorwaardelijk worden opgelegd met
een proeftijd van 3 jaren.
M. C. 50 jaar zonder beroep, wegens dief
stal van electrische energie zij had in haar
woning een verbinding aangelegd, waardoor
het mogelijk was om buiten den meter om
electrische energie te betrekken tot 20
boete subs. 4 dagen hechtenis, benevens 2.
maanden gevangenistraf voorwaardelijk met
een proeftijd van 3 jaren.
In de zaak van A. G. 22 jaar schippersknecht
zonder vaste woonplaats, die terechtgestaan
had terzake van het aan zijn onvoorzichtig
heid en roekeloosheid te wijten hebben, dat
een hand van den 13-jarige S. Korthuis, be
kneld was geraakt, tusschen den lus van een
staaldraad en de meerpaal, waarbij de top
pen van vier vingers werden afgekneld, heeft
de rechtbank het onderzoek niet volledig ge
acht en de zaak geschorst voor onbepaaiden
tijd.
A. E. 34 jaar, zonder beroep, gedetineerd
wegens diefstal van een bedrag van 350
deze zaak betreft een berooving, gepleegd in
een pand aan den Schiedamschen dijk tot
9 maanden gevangenisstraf met aftrek der
preventieve hechtenis.
P. J. S. 32 jaar zonder beroep, eveneens ge
detineerd, wegens heling deze verdachte
bad het geroofde geld van de vorige ver
dachte overgenomen tot 9 maanden gevan
genisstraf met aftrek der preventieve hech
tenis.
F. Z. 34 jaar kellner, gedetineerd, eveneens
wegens heling deze verdachte had het ge
roofde geld weder van de verdachte S. over
genomen om het verder in veiligheid te bren
gen tot 9 maanden gevangenisstraf met af
trek der preventieve hechtenis.
W. C. N. 34 jaar caféhouder, gedetineerd,
wegens heling deze verdachte had het ge
roofde geld, dat hem door Z. ter hand gesteld
was, in zijn café verborgen tot 6 maanden
gevangenisstraf.
G. M. 47 jaar timmerman te Waddinxveen.
wegens het dooden van een anders dier
verdachte had rattenkruid gestrooid op zijn
erf, waardoor de kippen van zijn buurman,
die tot zijn erf waren doorgedrongen, gedood
zijn geworden tot 25 boete subs. 5 dagen
hechtenis.
P. B. 49 jaar tuinder te Waddinxveen, we
gens mishandeling van den timmerman G. M.
wien hij verweten had, dat hij zijn kippen had
vergiftigd tot 10 boete subs. 2 dagen
hechtenis.
H. A. v. d. M. 21 jaar melkhandelaar te
Gouda, wegens het aan zijn onvoorzichtig en
roekeloos rijden te wijten hebben, dat op de
Derdekade te Gouda heti meisje A. Th. Ver
sluis door de door hem bestuurde bakfiets was
aangereden, waarbij het kind tusschen bak
fiets en muur werd doodgedrukt, tot 40
boete subs. 8 dagen hechtenis benevens 1
maand hechtenis voorwaardelijk met een
proeftijd van 3 jaren.
R. K. TOONEKLVER. O. N. A.
Gisteravond heeft de r. k. tooneelvereeni-
ging O. N. A. in het gebouw Odeon, voor
een talrijk publiek, waaronder de zeereerw.
heeren der St. Jozefparochie, een opvoering
gegeven van het blijspel „De Doofpot" door
Jaap v. d. Poil.
Op voortreffelijke wijze hebben alle mede
spelenden hun rol gespeeld, waarbij zich vooral
als Cornelia, Jaap, Jozef, mej. T. Degenaar,
en de heeren J. v. 't Hof en R. Degenaar
onderscheidden. Tevens een bijzonder woord
van lof voor Frau Kranze, gespeeld door Th.
Cornells Gz. De overige medespelenden wisten
zich uitstekend aan te passen. De aanwezigen
heboen zich kostelijk geamuseerd, terwijl ver
scheidene opendoekjes de spelers ten dee
vielen. Aan het einde van het stuk kregen
allen een langdurige ovatie in ontvangst te
nemen, waarin ook de heer H. de Knoop al3
leider werd betrokken. Daarna hield een ge
zellig samenzijn allen nog langen tijd bijeen.
Gisteravond zijn afgekondigd en in Staats
courant no. 223 opgenomen de Staatsbladen,
houdende de algemeene maatregelen van be
stuur tot verdere toepassing van de Uitvoer-
verbodenwet en de toepassing van de daarbij
aansluitende sanctie-wet 1935.
Geen credieten.
Staatsblad no. 647 bevat het Kon. besluit
van den 14en November 1935 houdende een
verbod van credieten aan Italië. Daarin wordt
het volgende bepaald:
Verboden zijn:
lo. alle rechtstreeksche of middelijke leenin
gen aan de Italiaansche regeering, en alle
inschrijvingen op leeningen, in Italië of elders
rechtstreeks of middellijk door de Italiaansche
Regeering uitgegeven;
2o. alle bank- of andere credieten, welke
rechtstreeks of middellijk voor de Italiaansche
regeering bestemd zijn, evenals de verdere
uitvoering van alle bestaande overeenkomsten,
die betrekking hebben op leeningen recht
streeks of middellijk bestemd voor de Italiaan
sche regeering, hetzij door middel van het
toestaan van voorschotten of van overtrek
kingen, hetzij op andere wijze;
3o. alle leeningen, die rechtstreeks of mid-
delijk bestemd zijn voor openbare lichamen of
voor natuurlijke personen of rechtspersonen,
gevestigd op Italiaansch grondgebied, evenals
alle inschrijvingen op zoodanige leeningen, in
Italië of elders uitgegeven;
4o. alle bank- of andere credieten, welke
rechtstreeks of middellijk bestemd zijn voor
openbare lichamen of voor natuurlijke perso
nen of rechtspersonen, gevestigd op Italiaansch
grondgebied, evenals de verdere uitvoering
van alle bestaande overeenkomsten, die betrek
king hebben op leeningen rechtstreeks of mid
dellijk bestemd voor zulk een openbaar
lichaam, natuurlijk persoon of rechtspersoon,
hetzij door middel van het toestaan van voor
schotten of van overtrekkingen, hetzij op an
dere wijze;
5o. alle uitgiften van aandeelen of eenige
andere uitgifte ten gunste van openbare licha
men of van natuurlijke personen of rechts
personen, gevestigd op Italiaansch grondge
bied, evenals alle inschrijvingen op zoodanige
uitgiften van aandeelen of andere uitgiften,
die in Italië of elders hebben plaats gehad.
Onder het bovenstaande vallen niet cre
dieten, binnen de grenzen van het normale
scheepvaartverkeer verleend ter zake van ha-
venonkosten ten behoeve van schepen onder
Italiaansche vlag, welke vóór het inwerking
treden van dit besluit uit een Italiaansche ha
ven z(jn uitgevaren.
Dit besluit treedt in Nederland, in. Ne-
derlandsch-Indië, in -Suriname en in Curasao
in werking op den dag volgende op dien zijner
bekendmaking in het betrokken gebiedsdeel.
(Voor Nederland is dit dus heden, 15 Novem
ber.)
Invoerverbod van goederen.
Staatsblad no. 648 bevat het Kon. besluit
van 14 November 1935, houdende een verbod
van invoer van goederen uit Italië. Daarbij
wordt bepaald:
De invoer in het Koninkrijk van alle goe
deren (andere dan goud of zilver in baren en
muntstukken) van oorsprong of herkomst uit
Italië of rijn bezittingen is verboden.
De producten en goederen, die in Italië
of zijn bezittingen zijn verbouwd of voortge
bracht en in een ander land een bewerking
hebben ondergaan, en de goederen, die ten dee-
le in Italië of zijn bezittingen zijn vervaar
digd en ten deele in een ander land, zullen be
schouwd worden als onder deze verbodsbepa
ling te vallen, tenzij een verhouding van
25 pet. of meer van de waarde van de goede
ren op het oogenblik, waarop zij de laatste
plaats van verzending hebben verlaten, toe
te schrijven is aan bewerkingen, welke hebben
plaats gehad sinds de goederen definitief Italië
of zijn bezittingen hebben verlaten.
Onder invoer wordt, voor zoover niet door
den minister van Buitenlandsche Zaken an
ders wordt bepaald, uitsluitend verstaan in
voer in het vrije verkeer en opslag in een
entrepot van binnenlandsche goederen; voor
zooveel het rijk in Europa betreft opslag in
een entrepot als bedoeld in artikel 2 der wet
van 7 Juni 1919 (Staatsblad no. 318) daaron
der begrepen.
De minister van Buitenlandsche Zaken kan
bepalingen vaststellen betreffende het leveren
van bewijs van oorsprong of herkomst van ten
invoer aangegeven goederen.
Goederen, die in strijd met deze bepalin
gen zonder overlegging van een geldig bewijs
van oorsprong of herkomst ten Invoer wor
den aangegeven, worden geacht onder de ver
bodsbepaling te vallen.
Onder de verbodsbepaling vallen niet:
lo. de goederen, waarvan blijkt, dat zij vóór
den datum van inwerkingtreding van dit be
sluit op het grondgebied van Italië of zijn be
zittingen ten uitvoer zijn ingeladen in het
vervoermiddel, waarmede zij bedoeld grond
gebied hebben verlaten;
2o. de persoonlijke bagage van reizigers, ko
mende uit Italië of zijn bezittingen;
3o. boeken, dagbladên en periodieke uitga
ven, kaarten en cartographische werken, ge
drukte of gegraveerde muziek.
Dit besluit treedt in Nederland, Neder-
landsch Indlë, Suriname en Curasao in wer
king 18 November 1935.
Verboden uitvoer.
Het Kon. besluit van 14 November 1935
no. 3, houdende een verbod van uitvoer van
bepaalde transportdieren en grondstoffen naar
Italië, bepaalt het volgende:
De uitvoer is verboden uit het Koninkrijk
naar Italië en zijn bezittingen van:
a. paarden, muilezels, ezels, kameelen en
alle andere transportdieren;
b. rubber;
c. bauxiet, aluminium, aluminium-oxyde,
ijzererts en ijzerschroot; chroom, mangaan,
nikkel, titanurh, wolfraam, vanadium, hun
ertsen en ijzeralliages (evenals (jzermolybdeen
ijzer-silicomangaan-aluminium, jjzer-silicium,
rjzer-silicomangaan)tin en tinertsen.
De lijst c omvat alle ruwe vormen van de
hier vermelde mineralen en metalen en hun
ertsen, afval en alliages.
Onder dit verbod is niet toegrepen dobrvoer
met of zonder overlading anders dan na opslag
in entrepot.
Onder de verbodsbepaling vallen niet goe
deren, waarvan bljj'kt, dat zij óp den datum
van inwerkingtreding van dit besluit reeds
ten uitvoer waren ingeladen.
Dit besluit treedt in Nederland, in Neder-
landsch Indië, in Suriname en in Curasao in
werking op 18 November 1935.
Hoedanigheid en aanduiding van
waren.
Ter bespreking van enkele artikelen uit het
gewijzigd ontwerp: „Voorschriften betreffende
de hoedanigheid en aanduiding van waren", ter
vervanging van de Warenwet 1919, is Woens
dag in Amictia te 's Hage een bijeen
komst gehouden, uitgaande van een commissie
uit den handel, betrokken bij de Warenwet, in
.verband met het feit, dat in het. laatst gewij
zigde wetsontwerp de „eerlijkheid in den han
del" uit de bepalingen is gelicht. Bij algem.
maatregel van bestuur vast te stellen aandui
dingen zuilen nl. volgens dat ontwerp slechts
op het belang der volksgezondheid mogen be
rusten en met meer zooals tot dusverre
ook op de eerlijkheid in den handel.
De vergadering stond onder leiding van den
heer P. van de Linde uit Rotterdam, voorzit
ter van den Ned. Kruideniersbond. Deze lichtte
toe, dat een commissie ter bestudeering van
het wetsontwerp was aangewezen, die bereids
haar taak had aangevangen, doch door den
gang van zaken met het onderhavige wets
ontwerp in de afdeelingen der Kamer stond
geen andere weg meer open, dan het beleggen
van een spoedvergadering om een adres aan
de Kamer vast te stellen.
Een ontwerp-adres aan de regeering is op
gesteld, waaraan het volgende wordt ontleend:
Erkennend, dat blijkens het eerste ontwerp
en de memorie van antwoord de mogelijkheid
geopend wordt, de keuringsdiensten van waren
te handhaven, zij het met eenige beperking ter
wille van de noodzakelijk geachte bezuiniging-
zijn adressanten van oordeel, dat art. 13
art. 14het geheele controlestelsel Eron
zal bederven. Door het vervallen van de w
den „de eerlijkheid in den handel wo -
de geheele controle op waren aan
len gebracht. Aangedrongen wor P
het alsnog toevoegen van die woorden. Voorts
vertrouwen adressanten erop, dat de keurings
diensten niet zoodanig zullen worden beperkt,
dat naleving der wet in gevaar wordt gebracht
Afgevaardigden van de Ver. van Wijnimpor
teurs, Chr. Middenstandsbond, Chocolade- en
Suikerbewerkerspatroonsorganisaties, Vereeni
ging van Huisvrouwen e.a. betuigden hun in
stemming met het ontwerp-adres. Enkele
andere organisatie#, zooals Verbond van Werk
gevers, Kon. Ned. Middenstandsbond e.a. zul
len zelfstandig adresseeren in gelijken geest.
Nog werd besloten aan te dringen op een
nieuw onderzoek van het wetsontwerp in de
afdeelingen der Kamer.
Wachtgelders naar het pensioenfonds.
In een nota naar aanleiding van het ver
slag der Tweede Kamer over het wetsontwerp
tot wijziging en aanvulling van de Pensioen
wet enz. deelt de regeering mede, dat zij onder
de woorden „zijn pensioenaanspraken", voor
komende in het voorloopig verslag, verstond
„aanspraken op eigen pensioen". Nu blijkt,
dat onder die woorden mede moet worden ver
staan uitzicht op gezinspensioen, veroorlooft
zij er alsnog op te wijzen, dat het uitzicht op
gezinspensioen gedurende den tijd, °P non
activiteit doorgebracht, blijft bestaan. Iet m
de memorie van antwoord opgemer te be
treffende het verhaal van bijdragen voor eigen
pensioen geldt eveneens voor het verhaal, van
bijdragen voor gezinspensioen.
In een nota naar aanleiding van het verslag
over de begrooting van bet g. Burg. Pen
sioenfonds 1936 zegt de minister van Binnen
landsche Zaken nog:
Indien voorstellen zullen worden gedaan
om een deel der wachtgelders, dat niet her
plaatsbaar is- over te brengen naar het Pen
sioenfonds, zal worden overwogen, dezelfde
mogelijkheid te openen ten opzichte van de
wachtgelders, wier wachtgelden komen ten
laste van lagere organen.
De keuring, waaraan ambtenaren worden
onderworpen om ingevolge art. 48 der Pen
sioenwet 1922 in het genot van invaliditeits
pensioen te worden gesteld, is streng. Het
recht daarop ontstaat niet bij algeheele inva
liditeit, maar bij ongeschiktheid 'voor de laatst
bekleede betrekking. De wet waakt voldoende
tegen een ongemotiveerd genieten van pen
sioen. Voor het instellen van een onderzoek
als in het verslag bedoeld, bestaat geen aan
leiding.
Te Mierlo is bet 10-jarig Jongetje W. v.
d. M. van een bakfiets gevallen. Hij kreeg
een zware hersenschuding en moest worden
voorzien van de laatste H.H. Sacramenten
der stervenden.
Gisteravond omstreeks 9 uur is te Leiden
brand uitgebroken op de bovendste verdieping
van perceel Rapenburg 54, waarin eenige da
messtudenten wonen. De brand is ontstaan,
doordat een petroleumkachel te dicht bij het
behang was geplaatst.
Twee kamers alsmede een portaal zijn ge
heel uitgebrand. Door krachtig- ingrijpen van
de brandweer is erger voorkomen. De bene
denvertrekken hebben veel van het water te
lijden gehad.
Verzekering dekt de schade.
De rechtbank te Groningen heeft vrouw T.
J. uit Veendam, die terecht stond wegens po
ging tot vergiftiging van haar man, dien zij
meermalen eenige droppels rattenvergift in
de koffie deed, tot 2 jaar gevangenisstraf ver
oordeeld met aftrek van preventief.
Men meldt ons uit Amsterdam;
Onrustbarend nam het aantal diefstallen bij
het goederenstation van de Nederlandsche
Spoorwegen aan de Plantage Doklaan toe.
Goederen van den meest uiteenloopenden aard
bereikten nooit de geadresseerden, en hoe men
ook speurde, het mocht niet baten. De dieven
traden steeds brutaler op: sigaretten, radio
toestellen, een partij damestasschen, broeken,
vloerkleedjes, werkpakken, damesjassen, mol
ton dweilenDat alles verdween spoorloos
in de periode tusschen Januari en Augustus
1935. De Nederlandsche Spoorwegen beschik
ken over een eigen recherche en de chef hier
van, de heer W. C. Veltkamp te Utrecht en
zijn assistent, de heer F. T. Kroner, stelden in
deze belangrijke zaak een uitvoerig onderzoek
ip, dat tenslotte tot resultaat had, dat de dief,
de 34-jarige C. L., een koetsier van een expe
diteursfirma hier ter stede, en vier helers kon
den worden gearresteerd.
Een sigarenwinkelier in de Haarlemmer
straat kreeg op zekeren dag bezoek van een
reiziger, die hem sigaretten te koop aanbood.
De rookartikelen waren afkomstig van een
importeur, waarvan ook de winkelier regel
matig betrok, doch deze partij had hij niet
besteld. Zijn argwaan groeide nog, toen hij een
factuur te zien kreeg, waarvan het hoofd
was afgescheurd. De winkelier waarschuwde
de recherche en de spoorweg-recherche zag
hierin terecht een spoor, dat zou leiden naar
de pakjesdieven, die in totaal voor f8 k
f 10.000 hadden buitgemaakt.
Het bleek, dat de sigaretten waren gekocht
van een anderen winkelier en deze bleek ze
weer van een zekeren L., den expediteurs-
knecht, te hebben gekocht. Het bleek, dat deze
zijn buit opsloeg in een pakhuis van zekeren
W.; van hieruit bediende. h(j zijn uitgebreide
clientèle in de Jordaan.
De expediteursknecht ontkende gedurende
drie weken hardnekkig; tenslotte viel h(j ech
ter door de mand. Hij kwam dikwijls in de
goederenloodsen van het station Plantage
Doklaan en genoot het volste vertrouwen. Hij
was behulpzaam en vriendelijk en meermalen
hielp h(j bij het versjouwen en opbergen van
goederen, die aan de zorgen van de Ned. Spoor
wegen waren toevertrouwd.
Behalve de „grossier" K. en een winkelier
werden ook de huurder van het pakhuis de W.
en Neeltje de W., zijn nicht, wegens heling
gearresteerd.
De spoorwegrecherche had een goeden slag
kwamen geen diefstallen meer voor.
Een gedeelte van het gestolene kon worden
achterhaald.
Woensdag stond 't vijftal voor de rechtbank
gepresideerd door mr. Thone, terecht. Het
O. M. werd waargenomen door mr. Bosch.
De zaken werden afzonderlijk behandeld;
't eerst stond de expeditieknecht C. L. terecht
wegens diefstal, meermalen gepleegd.
Ook ter zitting legde hij een volledige be
kentenis af.
„En hoe bent u tot al die diefstallen ge
komen?" Vroeg de president.
van ,,de n^v4t#de
Tijdens het getuigenverhoor zeide eên con
troleur der Ned. Spoorwegen: „Och, meneer
de president, er is daar een va-et-vient in do
loods, er is wel toezicht, maar u begrijpt wel,
hoe dat in de practijk gaat". L. was de bereid
willigheid zelve, hij hielp graag......
Het O. M., waargenomen door mr. Bosch
requireerde een jaar en acht, maanden ge
vangenisstraf.
De verdediger mr. C. CatzHillesum be
pleitte clementie.
Vervolgens worden de zaken behandeld
tegen de vier personen, verdacht van heling.
In de eerste plaats staat J. M. M. terecht,
verdacht van heling. Hij had sigaretten op
gekocht, wétende, dat ze van'diefstal afkom
stig waren. Ook bij de W., den eigehaar van
het pakhuis, had hij sigaretten gekocht. Hij
beweerde thans, dat hij in de stellige meening
verkeerde, dat ze van een faillieten boedel af
komstig waren. Ook tegen dezen verdachte
requireerde hét O. M. twintig maanden ge
vangenisstraf.
De verdediger mr. Th. Muller Massls drong
aan op een voorwaardelijke yerqprdèeling, ge
zien verdachte's blanco strafregister.
Dan werd de zaak tegen den eigehaar van
het pakhuis de W. behandeld; hij had goederen
van L. gekocht.
Als getuige gehoord verklaarde - L.,dat' hij
niet met zooveel woorden had gezegd, dat het
gestolen waar was.
Toen verdachte hem had gevraagd; of, de
goederen van diefstal afkomstig waren, had
hij geantwoord: „denk je, dat ik m'n gezin er
aan waag".
Ook tegen dezen verdachte requireerde het
O. M. een jaar en acht maanden.
De verdediger mr. Hoofiën bepleitte een
voorwaardelijke straf.
Tegen juffrouw'dé W., een mc"t van dtn
vorigen verdachte, die een stuk gordijnstof ten
geschenke had aangenomen' eischte het O. M.
twee maanden wegens schuldheling.
Tenslotte stond de 37-jarige grossier H. B.
B. K. terecht; hij bad 1250 sigaretten ge
kocht van den handelaar M., tegen wlen het
O. M. 20 m&an('en eischte.
'He't o. M- requireerde tegen dezen ver
dachte, die volhield niet te hebben geweten,
dat de sigaretten waren gestolen, vier maan
den gevangenisstraf.
De verdediger mr. Fransois Pauwels pleitte
vrijspraak.
De rechtbank zal ln deze zaken op 27 Nov.
vonnis wijzen.
B. en W. van Kampen hebben de gemeente-
begrooting voor 1936 bij den Raad ingediend.
Was er de laatste jaren steeds een belgng-
rp tekort te dekken, hetgeen belastingver-
hooging tengevolge had, thans sluit de oe-
grooting niet alleen dank zij het batig saido
van den gewonen dienst over 1934, maai B.
en W. z(jn zelfs'in staat'eenige belasting
verlaging voor te stellen. Zoo wordt voorge
steld de straatbelasting met 40 pet. te ver
minderen en de 200 opcenten op de hoofd
som der personeele belasting te brengen op
180.