ROTTERDAM EISCHT EIGEN VLIEGVELD. DINSDAG 31 MEI 1938 B. en W. van Rotterdam hebben bij den gemeenteraad een voorstel ingediend om hen te machtigen le. aan den minister van Waterstaat mede te deelen, dat, aangezien Rot terdam de instandhouding van een eigen vliegveld in zijn naaste omgeving een o n a f w ij s b a r e n eisch acht, men zijn medewerking aan de uitvoering van het voornemen der Regeering tot den aanleg van een centraal vliegveld niet kan verleenen en 2o. er op aan te dringen, dat de beslissing omtrent dit voornemen door de Regeering op zoo kort mogelijken termijn wordt genomen. Medewerking aan het plan der Regeering kan niet worden verleend. Aandrang op beslissing op zoo kort t mogelijken termijn in verband met militaire uitrusting van Waalhaven. DE K.J.C. OP BRIELLE'S MARTELVELD. Onze nationale heldenplaats. DE KERK EN DE MODERNE TECHNIEK. DE DOELEN. Bouw van nieuwe sociëteitszaal. RICHARD ROTHE-TEEKEN- CURSUS. werkloozensteun en ONDERSTAND. MACHINISTEN-EXAMEN. VEREEN. „ST. JOZEF'. Eind Juni tentoonstelling in de kweekschool Jan v. Loonslaan. arrondissementsrechtbank. KOEPOKINENTING. UPENBAAR SLACHTHUIS. Vragen van het raadslid Lindeman. DR. A. O. HOLWERDA. schappij van levensverzekering te Arn&epi, een dochtermaatschappij van de Nationale. Voorts is hij redacteur van het verzekerings archief, terwijl vele artikelen in dag- en EEN MEI-STORM. Mtest materieele schade en één gewonde. BRANDWEERMUTATIES. HALLO, hier IS HET STADION Han Hollander gehuldigd. In hun schrijven aan den Gemeenteraad deelen B. en W. o.m. mede: Nadat de Raad zich op 19 Mei j.l. met het voorstel verkoop van Waalhaven aan Defen sie en tot aanleg van een nieuw vliegveld onder Overschie had vereenigd, is de waar nemend Voorzitter-van het College door den Minister van Waterstaat uitgenoodigd tot een onderhoud op 23 Mei j.l. In dat onderhoud deelde de Minister namens de Regeering mede, dat deze het voornemen heeft over te gaan tot den aanleg van een centraal vlieg veld te Leiderdorp en dat in verband daar mede door het Rijk bezwaar zal worden ge maakt tegen overbrenging van de burger luchtvaart van het vliegveld Waalhaven naar een in den polder Zestienhoven te stichten luchtvaartterrein. Er werd daarbij van uitge gaan, dat Rotterdam het vliegveld Waalhaven ten behoeve van den militairen luchtvaart dienst aan het Rijk zou afstaan. Schrijven van Rotterdam aan den Minister. In aansluiting aan de bij bedoeld onder houd door den waarnemend Voorzitter ken baar gemaakte bezwaren, welke volledig door het College werden onderschreven, heb ben B. en W. zich bij schrijven van 25 Mei j.l. tot den Minister van Waterstaat gewend en uiting gegeven aan den pijnlijken indruk, dien het voornemen van de Regeering op hen heeft gemaakt. Zij hebben in herinnering ge bracht, dat Rotterdam de eerste is geweest, die als noodzakelijke completeering van de uitrfó 'g van de eerste havenstad des lands tot sïliMlting van een eigen vliegveld is over gegaan. Op aandrang van de Regeering wer den in 1924 onderhandelingen geopend om trent den aanleg van een gemeenschappelijk vliegveld van den gemeenten Rotterdam en 's-Gravenhage bij Delft. Gedurende die onder handelingen moesten uiteraard de dringend noodige verbeteringen van het vliegveld Waalhaven achterwege blijven, zoodat dit niet meer in overeenstemming met de eischen van het moderne luchtverkeer kon worden gehouden. Toen na moeizaam overleg einde lijk in den loop van 1936 vaststond, dat de onderhandelingen niet tot het gewenschte re sultaat leidden en bovendien van de zijde van het Departement van Defensie tot Rotterdam het verzoek werd gericht om mede te werken tot de overdracht van het vliegveld Waalha ven aan Defensie, hfebben B. en W. in voort durend overleg met de Regeering en met medewerking van de burgerij, de voorberei ding van den aanleg van een vliegveld in den polder Zestienhoven ter hand genomen. De zekerheid, dat dit vliegveld tot stand zou ko men, werd door hen uitdrukkelijk als voor waarde gesteld voor het verleenen van mede werking aan de overdracht van Waalhaven aan Defensie. Het standpunt van den Minister. Op 27 Mei j.l. ontvingen B. en W. vervol gens van den Minister van Waterstaat een schrijven, gedateerd 25 Mei (dat derhalve het hunne heeft gekruist), waarin een nadere uiteenzetting werd gegeven van de redenen, welke de Regeering er toe hebben geleid in beginsel te besluiten de stichting te bevor deren van een luchtvaartterrein, dat cen traal zal zijn gelegen voor Amsterdam, Rot terdam en Den Haag en dat zal moeten zijn de eenige luchthaven des lands voor het groote internationale en intercontinentale verkeer met landvliegtuigen, waarbij Neder land zal zijn of kunnen worden betrokken en dat voorts het knooppunt zal zijn voor de lijnen, welke het luchtverkeer tusschen de meer afgelegen streken en het hart des lands onderhouden. Deze redenen zijn de volgende: le. De omstandigheid, dat de vergrooting van den actieradius der vliegtuigen er meer en meer toe leidt, dat de belangrijke lucht lijnen, welke de groote centra van Europa verbinden, ons land voorbij zullen gaan. Slechts het zoo aantrekkelijk mogelijk ma ken van tusschenlanding in Nederland zal de groote maatschappijen daartoe kunnen bewegen. De voornaamste voorwaarden, welke tot die aantrekkelijkheid zullen bij dragen, acht de Minister van Waterstaat ge legen in centralisatie van het luchtverkeer op één terrein, waardoor kans op zoo groot mogelijk aanbod van lading zal worden ge geven, zoomede in zoo volmaakt mogelijke inrichting van de luchthaven, zoodat deze, vooral wat de veiligheidsvoorzorgen betreft, ook in de toekomst een vergelijking met de belanghijkste Europeesche terreinen zal kun nen doorstaan. Dat terrein zal centraal gele gen moeten zijn ten opzichte der bevolkings centra en door goede verbindingswegen daarmede verbonden moeten zijn. e. De omstandigheid, dat het Rijkswegen net zooals dat thans is ontworpen en reeds gedeeltelijk uitgevoerd, het mogelijk zal maken, dat Amsterdam, Rotterdam en Den Haag in ongeveer een half uur van een cen traal gelegen luchtvaartterrein bereikt kun nen worden. 3e. De omstandigheid, dat het Departe ment van Defensie de beschikking wenscht te verkrijgen over verschillende in de vesting Holland gelegen militaire luchtvaartterrei nen, waardoor, Indien zij ij» «üitaire handen overgaan, bij de stichting van een centraal gelegen luchtvaartterrein, de aan de bestaan de burgerlijke luchtvaartterreinen bestede bedragen niet verloren behoeven te zijn. 4e. De groote besparingen, welke onge twijfeld verkregen kunnen worden door de exploitatie van één luchtvaartterrein in plaats van luchtvaartterreinen voor het in ternationale verkeer, zoowel door Amster dam als door Rotterdam. Hierbij is gedacht aan het jaarlijks terugkeerend nadeelig saldo voor de gemeenten, dat zich vermoedelijk in stijgende lijn zal blijven voortbewegen, door dat aan de inrichting der groote luchtvaart terreinen, in het bijzonder wat de afmetin gen, de verharde banen en de veiligheids organisatie betreft, steeds hoogere eischen worden gesteld. Voor de K.L.M. zal de besparing bij de exploitatie van één luchtvaartterrein reeds aanstonds zeer aanzienlijk zijn en met de ontwikkeling dier maatschappij toenemen. Niet alleen zal de organisatie ten behoeve van de exploitatie in plaats van over twee belangrijke terreinen verdeeld, op één ter rein worden gecentraliseerd, doch ten aan zien van de lijnen, welke anders Amsterdam en Rotterdam zouden aandoen, zal het lan den en opstijgen zeer kort na elkaar op twee verschillende terreinen en daarmede het ongerief voor de passagiers en de niet on aanzienlijke kosten, zoowel als tijdverlies als gevolg van een dubbele landing, worden vermeden. Ten slotte zal slechts één enkele veiligheidsorganisatie, behoeven te worden onderhouden in plaats van twee, welke thans reeds belangrijke bedragen vergen, die naar het zich laat aanzien zullen stijgen. 5e. Niet in de laatste plaats is de vraag, overwogen, in hoever het met de toenemen de snelheden der verkeersvliegtuigen te onderstellen, dat deze binnen niet langen tijd 400 km. per uur zullen bedragen, zoo niet overschrijden, is werkelijk niet overdreven mogelijk zal zijn in omstandigheden van slecht zicht het internationale luchtverkeer te regelen ten aanzien van twee terreinen, welke op een afstand van slechts 45 km. van elkaar gelegen zullen zijn. Bij den eisch, welken het regelmatige luchtverkeer meer en meer zal stellen, van onder alle weersom standigheden de luchthaven te kunnen aan doen, zal de beveiliging van de vliegtuigen hooge eischen aan de verkeersregeling stel len, waaraan mogelijk slechts zal kunnen worden voldaan bij concentratie op één ter rein. Defensie verlangt Waalhaven en Schiphol. Aangezien verder het Departement van Defensie het luchtvaartterrein Waalhaven wenscht over te nemen en de Minister van dat Departement evenzoo bereid is ten aan zien van het luchtvaartterrein Schiphol, over een deel waarvan Defensie nog de beschik king heeft, een regeling te. treffen, waardoor ook dit laatste militair luchtvaartterrein zal worden, is naar de meening van de Regeering nu het oogenblik daar, waarop nog tot stich ting van een centrale luchthaven kan wor den besloten. De Regeering acht zich verplicht een naar haar oordeel ongewenschten toestand te voorkomen, waarbij het luchtverkeer naar het dichtst bevolkte deel des lands zal wor den verdeeld over twee terreinen, welke uit een luchtvaart-oogpunt te dicht op elkander liggen en ten aanzien waarvan het niet denk beeldig is, dat een belangenstrijd zal ont staan, welke slechts in het nadeel van beide zal zijn. Voor wat de exploitatie van het cen trale vliegveld betreft, denkt de Regeering zich deze als een gemengd bedrijf, waarin behalve het Rijk ook de grootste gemeenten van ons land zouden deelnemen, welke daar door hare belangen bij die exploitatie kun nen dienen, terwijl anderzijds de groote er varingen, welke door Amsterdam en Rotter dam zijn verkregen bij aanleg en exploitatie van hare luchthavens, aldus aan de nationale luchthaven kunnen ten goede komen. De Regeering erkent, naar wel niet ver zekerd behoeft te worden, met waardeering, dat Rotterdam reeds in den aanvang van de ontwikkeling van het luchtverkeer bijzon der pionierswerk heeft verricht met de in richting van het terrein Waalhaven, als een der eerste burgerlijke luchtvaartterreinen in Europa, doch deze en andere overwegingen hebben haar niet kunnen weerhouden van de overtuiging, dat de tot heden gevoerde luchtvaartterrein-politiek wijziging behoeft. De Minister van Waterstaat zal het op hoogen prijs stellen, indien het college aan het plan voor een centraal vliegveld, dat van zoo uitnemend belang is voor de toekomst van de Nederlandsche luchtvaart en voor de plaats, welke Nederland in het internatio naal luchtverkeer moet trachten te behouden niet alleen, doch te vergrooten, zijne instem ming zal kunnen geven, en spoedig zal wil len doen weten bereid te zijn, zijne mede werking te verleenen aan de uitvoering ervan. De Regeering zal, lettende op de behoef ten van 's lands defe.nsie, de aanspraken tam Rotterdam met betrekking tot spoedige be slissing omtrent een luchthaven bij Over schie, het daarheen leiden, dat de eindbe slissing omtrent totstandkoming van een centraal gelegen luchtvaartterrein omstreeks de jaarwisseling 1938/1939 zal zijn gevallen. Indien die beslissing onverhoopt mocht leiden tot afzien van het centrale vliegveld, zal de Regeering de toestemming tot aanleg van een luchtvaartterrein bij Overschie aan Rotterdam niet langer onthouden. Met het oog hierop spreekt de Minister ten slotte het vertrouwen uit, dat de overgang van het terrein Waalhaven naar het Departement van Defensie geenerlei vertraging zal be hoeven te ondervinden. Motieven voor afwijzing van het plan door Rotterdam. Wij behoeven uwe vergadering wel nau welijks de verzekering te geven, aldus B. en W. van Rotterdam in hun voorstel, dat het schrijven van den Minister van Water staat geen wijziging heeft kunnen brengen in onze overtuiging, dat uitvoering van het voornemen van de Regeering voor onze ge meente een zoo onherstelbaar verlies zou beteekenen, dat wij onze medewerking daar- Het District Rotterdam van de Katholieke Jongens Centrale heeft op .Zondag 29 Mei j.l. weer eens een heerlijken dag mogen be leven. Ten getale van 300 waren de Kruisvaarders en Verkenners, van de eersten ook groepen uit Schiedam, Pijnacker en Schiebroek, per boot naar het historische Brielle getrokken om hulde en eerherstel te brengen aan den Eucharistischen Koning, door middel van een vereering bij het graf van onze 19 nationale Heiligen, die in 1572 den marteldood moesten ondergaan. Terwijl duizenden en duizenden zich ver zameld hadden op de Heldenplatz te Boeda pest bij gelegenheid van het 34ste Intern. Eucharistisch Congres, was op dezen dag een groep echte levenslustige knapen met vurig enthousiasme en toch in stille devotie bijeen gekomen op een andere Heldenplaats, om in den geest met die duizenden in Boedapest den Christus Eucharisticus te huldigen. De Plechtige Hoogmis in de bedevaart kapel werd opgedragen door den Weleerw. heer Th. van der Lugt uit Den Haag, direc teur van het Centraal Bureau, met assistentie van den Weleerw. heeren W. Haring en F. Bollinger resp. als diaken en subdiaken. De wisselende gezangen werden gezongen door de schola cantorum van de St. Theresia-pa- rochie uit Rotterdam onder leiding van den Weleerw. heer Klaassen, terwijl door allen de Missa Brevis gezongen werd. Des middags verzamelde men zich rond het Martelveld, alwaar door directeur v. d. Lugt een korte predicatie werd gehouden. De gewijde redenaar wees op de overeenkomst, welke er bestond met dit samenkomen op de martelplaats van de H.H. Martelaren van Gorcum, die juist om hun groot geloof in Christus in de H. Eucharistie en hun trouw aan den Paus van Rome den marteldood stier ven, en de sluiting van het Intern. Eucharis tisch Congres op dezen dag in de Hongaar- 'sche hoofdstad. Z.eerw. herinnerde vervol ges aan eenige uitspraken, in deze Congres dagen gesproken door den Kardinaal-Legaat Z.Em. Kard. Pacelli; o.a. die, waarin gewezen werd op de gevaren, welke ons H. Geloof van vier fronten bedreigen, en hij wees ook op deze woorden: Steeg vroeger het Credo op als een lied in dagen van vrede en rust, thans stijgt het omhoog als een mannenzang in dagen van strijd! Met een zeer fijne peroratie op de toekomst waarin werd aangehaald een uitspraak van Z. H den Paus in een Zijner laatstgehouden audiënties gesproken: dat de jeugd van he den nog eens een zeer mooien tijd zal be leven, besloot Directeur van der Lugt zijn rede. Onmiddellijk hierna ging men over tot de relikwie-vereering, waarna een plechtig Lof met processie volgde, gecelebreerd door den Districts-Directeur, Rector P. J. Maas, ge assisteerd door de Eerw. heeren v. d. Lugt en W. Haring. In plechtige processie trok men met het Allerheiligste om het martelveld, en knielde rond het rustaltaar even neer om in een korte adoratie de bekeering van de zon daren en den terugkeer van de afgedwaalden af te smeeken, waarna de zegen met het Allerheiligste werd gegeven. In de kapel werd het Lof besloten met nogmaals den zegen met het Allerheiligste. Ook tijdens deze plechtigheden verzorgde de schola onder leiding van kapelaan Klaas sen wederom op zeer verdienstelijke wijze de gewijde gezangen. Des middags ongeveer half 4 keerde men huiswaarts. In marsch-colonne met slaande trommels en wapperende vlaggen trok de stoet door de Brielsche straten naar de boot. Het was een heerlijk gezicht, deze fleurige en kleurige stoet. De terugtocht met de boot verliep prettig er snel. Met zang, dans en spel werd de tijd verkort, hetgeen een prettige en gezellige stemming aan boord verwekte, dank zij ook de moeite, welke de diverse leiders zich hier voor getroostten. Dankbaar gestemd, geestelijk gesterkt en een prettige herinnering rijker, arriveerde men weer in Rotterdam. Inderdaad, de Districtsleiding van de Rot- terdamsche K. J. C. mag met zeer groote vol doening op dezen dag terugzien. Een onzer lezers schrijft ons: Op den Miva-avond van 18 Mei j.l. werd de vraag gesteld: Is het niet bescha mend, dat de katholieken nog overtuigd moeten worden van de noodzakelijkheid de missionarissen uit te rusten met moderne verkeersmiddelen. Is het ook niet beschamend voor katholiek Rotterdam, dat er al zoo dikwijls „gevraagd is om hulp voor een of meer kerktelefoons ten behoeve van onze slechthoorenden, Bij andersdenkenden zijn ze er wel, waarom dan niet bij ons? Ook dit is een zaak van behoud van geloof. Aansluiting van alle slechthoorenden bij de R. K. Ver. voor Slechthoorenden St. Fran- ciscus va nAssisië is een stap in de richting om dit te bereiken Zoowel in de Hofplein- als in de Doelen oplossing komt nu langzamerhand schot. Door het architectenbureau De Roos en Overeijn- der is aan de N.V. v. h. Wolterbeek en Van Dorp opgedragen het bouwen van een zaal op het terras, dat zich bevindt boven de gar derobe en de wandelgang. De bedoeling is naar deze zaal de Sociëteit over te brengen, wanneer ook 't langs den Coolsingel gelegen gedeelte van den vroegeren Doelenbouw zal worden afgebroken. westen des lands, ieder georiënteerd op een belangrijk bevolkingscentrum, en daarin een onmisbaar onderdeel vormende van de uit rusting ten behoeve van handel en verkeer, zal naar onze meening aan de ontwikkeling van het luchtvaartverkeer geenszins afbreuk behoeven te doen, doch deze integendeel be vorderen. Door een doelmatige verdeeling van het verkeer over twee terreinen zal een voor de toekomst niet denkbeeldige over belasting van één centraal vliegveld kunnen worden voorkomen. Weliswaar zal aanvan kelijk het eigen vliegveld geldelijke offers eischen en zullen daarin bij de Ontwikkeling van de luchtvaart te zijner tijd waarschijn lijk nieuwe kapitalen moeten worden gesto ken, doch deze offers zal onze gemeente zich evenals tot nu toe hebben te getroosten, om dat zij noodzakelijk zijn tot handhaving van de plaats, welke zij in het wereldverkeer inneemt. In verband met de door ons college ge dane toezegging, dat wij er geen bedenking tegen hebben, dat vanwege het Departement van Defensie op Waalhaven reeds dadelijk de noodige accommodatie wordt tot stand gebracht voor het gebruik van dat terrein door de militaire luchtvaart, is door den Minister van Defensie bij schrijven van 19 Mei j-1. aan ons toestemming verzocht tot het doen bouwen en gebruiken van drie hangars met toebehooren in den westelijken hoek van Waalhaven. Uiteraard is onze toe zegging geschied onder voorHehoud, -dat de Regeering tegen verplaatsing van de burger luchtvaart naar een terrein in den polder Zestienhoven geen bezwaar zou maken. Nu echter dit laatste blijkens het Bovenstaande wel te duchten is, is het ons, hoezeer wij ervan doordrongen zijn, dat de defensie-be langen in dezen spoed vereischen, vanzelf sprekend niet mogelijk, hangende deze aan gelegenheid, aan het verzoek van den Mi nister van Defensie gevolg te geven. Het zal in verband daarmede dan ook geboden zijn, teneinde te voorkomen, dat de kwestie van de verplaatsing van het vliegveld Waalha ven nog langer slepende wordt gehouden, de uiteindelijke beslissing van de Regeering daaromtrent op* zoo kort mogelijken termijn wordt genomen en deze niet wordt uitge steld tot omstreeks de jaarwisseling 1938/ 1939. MUZIKANTEN ZONDER VERGUNNING Door den kantonrechter werden veroor deeld: De 22-jarige straatmuzikant H. de C. wo- - TT - „,j, nenUe te Rotterdam bespeelde op 27 April aan met kunnen verleenen Hoezeer ook ftlgTW VOOfmiddagS 11 uur, een mondhar- het overwegend groote belang van 9e be- von cpn d vordering van de ontwikkeling van de luchtvaart onderschrijven, waarvan trou wens het door uwe vergadering aanvaarde voorstel tot overplaatsing van de burger luchtvaart naar het terrein in den polder Zestienhoven getuigenis aflegt, zoo zijn wij niettemin van oordeel, dat daardoor de aan leg van een centraal vliegveld niet een noodwendig verelschte Is. De aanwezigheid toch van twee luchtvaartterreinen in het In het tijdperk van 3 April—30 April is door den Gem. Dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon uitgekeerd aan werkloozensteun en onderstand een bedrag van 1.822.698.12 tegen 1.749.903.71 in het overeenkomstige tijdvak van 1937. Te 's-Gravenhage slaagde gisteren voor het voorloopig diploma de heer J. Scllorer al hier. monica op een afgesloten erf van een der woningen aan den Mauritsweg in de Gemeen te Ridderkerk, Rijsoord, zonder daartoe ver gunning van Burgemeester en Wethouders der Gemeente te hebben bekomen. De C., te gen wien reeds meermalen te voren moest worden opgetreden voor het doen mu- ziekmaken zonder vergunning, en over wien reeds klachten bij de Politie waren binnen gekomen over door hem daarbij gepleegde baldadigheid het slaan tegen de ruiten van woningen trad ook thans bij zijne verbaliseering zeer onhebbelijk en bruut op, door, toen de verbaliseerende agent van po litie de mondharmonica in beslag wilde ne men, den verbaliseerenden agent van politie met zijn vuisten te stompen en te slaan. De Kantonrechter veroordeelde de G. overeen komstig het requisitoir van het Openbaar Ministerie tot 6 dagen hechtenis. Voorts werden veroordeeld: H. G. St., schipper te Venlo, omdat hij op 14 Januari 1938 met den laadboom van zijn motorschip, waarmede hij toen voer in de Wijnhaven is aangevaren tegen een elec- trische voedingsdraad, behoorende tot den spoorweg RotterdamDordrecht, met het gevolg dat deze draad werd gebroken, tot eene geldboete van 25 subs. 15 dagen hech tenis. G. A. J., rijwielhandelaar, omdat hij in de maand Juli 1937 als rijwielhandelaar in zijn register geen aanteekening heeft gehouden van een door hem van een tweetal personen gekocht heerenrijwiel, tot een geldboete van 30 subs. 20 dagen hechtenis. Zondagmiddag hield de vereen. „St. Jozef" haar halfj aarlijksche propaganda-vergade- ring voor zelateurs en zelatrices. Voor 'n volle Tivoli-bovenzaal gaf de heer A. Beek mans een overzicht van de resultaten van de vorige acties en richtte 'n hartelijk dank woord tot de aanwezigen voor den onver- moeiden ijver, waarmede zij het bestuur in staat hadden gesteld aan alle verzoeken tot uitzendng te hebben kunnen voldoen. Spr. dr-ng aan op 'n algemeen en krachtig reveil teneinde de nieuwe campagne, de 25-cents- loterij, in alle opzichten te doen slagen, waarbij vooral voor oogen dient te worden gehouden, dat alleen reeds in Hoek van Hol land 50 patiëntjes worden verpleegd en dat tevens de plannen voor een buitcnhghal op verwezenlijking wachten. Daarna nam de geestelijk adviseur, Pater R. Dijkstra O.F.M. het woord. Spr. meende allereerst te mogen wijzen op het feit, dat hij, eerbied hebbend voor het prachtige werk der zelatrices, toch ook vooral diezelfde ze latrices gelukkig prees met te kunnen wer ken onder 'n bestuur, dat alhoewel klein, zoo actief en onvermoeid de juiste bestem ming aan de gelden wist te geven, 'n Krach tig applaus onderbrak dit goed geplaatste huidewoord. Vervolgens wees Pater Dijkstra den aanwezigen er op, dat ook hij wel inzag, hoe zwaar én misschien soms ondankbaar de arbeid kon zijn, doch d^t daarbij de troost volle gedachte bleef, dat het werk van ver strekkende beteekenis is voor den even naaste. Is op de eerste plaats het lichamelijk heil der patiënten het hoofddoel der veree- niging, spr. wist bij ervaring, dat menig patiënt ook 'n weldaad voor de ziel had ont vangen. Zonder eenige reserve kon spreker tot de hoogste energie aansporen. Nadat de technische zaken betj-effende de nieuwe loterij waren besproken en nadat een laatste krachtige oproep tot 'n algemee- nen aanval was geuit, werd de goedgeslaag de middag met den christelijken groet ge sloten. Het comité van den Richard Rothe-cursus schrijft ons: Door een commissie, samengesteld uit vertegenwoordigers van verschillende onder wijsorganisaties en onder voorzitterschap van mej. J. E. Schaap, gemeentelijk inspec- trice van het voorbereidend onderwijs alhier, zijn te Rotterdam en Amsterdam 'cursussen georganiseerd, welke gegeven worden door den bekenden Weenschen specialist op het gebied van de kinderteekening, den heer Richard Rothe. Van deze cursussen is door vele onderwijs krachten bij het voorbereidend en het lager onderwijs een dankbaar gebruik gemaakt. Bij de opening van den cursus te Rotter dam, die een eenigszins officieel karakter droeg, is de heer Rothe door de voorzitster en door den heer A. Rienks, oud-hoofdinspec teur van het lager onderwijs, op hartelijke wijzé geïnstalleerd, waarna de heer Rothe een inleidende voordracht hield, waarin hij een beknopt overzicht gaf van de wijze, waarop het kind zich in zijn teekenwerk uit. Op 12 avonden, verdeeld over 4 weken, hebben de cursisten, onder de suggestieve leiding van den bij uitstek begaafden docent, gewerkt, geleerd en genoten. Er is knip- en plakwerk in gekleurd papier gemaakt; er is geschilderd met plakkaatverf; er zijn poppen, dieren en maskers gemaakt; alles van een voudig materiaal, maar door levensechte vormgeving en zuiver materiaalgebruik van een buitengewone bekoring. Wanneer wij ons afvragen, wat toch wel het geheim is geweest van het enthousiasme, waarmede hier werd gewerkt, van den bekwamen teeken- en handenarbeidonderwijzer af tot de jongste bewaarschoolonderwijzeres toe, dan is er slechts één antwoord mógelijk: Het is de liefde tot het kind geweest, die allen bezielde; het verlangen zich te bekwamen om op leerzame wijze vreugde te kunnen berei den aan het kind, dat voor deze uitingen zoo bijzonder ontvankelijk is. De cursus is een groot succes geweest. Teneinde velen in de gelegenheid te stellen om van de verrassende resultaten, die door de cursisten in zoo korten tijd zijn bereikt, kennis te nemen, worden de gemaakte werk stukken tentoongesteld op 18, 20 en 21 Juni in de kweekschool voor het voorbereidend onderwijs, Jan van Loonslaan 7 te Rotterdam, waar de cursus is gehouden. Belangstellenden zijn op genoemde data van harte welkom des avonds van half acht tot half tien. Voordracht voor rechter. Door de Arrondissements-rechtbank te Rotterdam is ter vervulling van de vaca ture van rechter in haar college opgemaakt de volgende alphabetische lijst van aanbeve ling: Mr. G. L. W. Gratama, advocaat en procureur te Rotterdam, rechterplaatsver- vanger aldaar; mr. II. M. B. Ter Haar Ro- meny, advocaat en procureur te Rotterdam, kantonrechter-plaatsvervanger in het kanton Rotterdam; Mr. P. S. Noyon, advocaat en procureur te 's-Gravenhnge, kantonrechter- plaatsvervanger te '3-Gravenhage. Met medewerking van den Gemeente lijken Geneeskundigen en Gezondheidsdienst en in overleg met het Staatstoezicht op de volksgezondheid zal het Genootschap tot bevordering van de Koepokinenting te Rot terdam in de maand Juni beginnen met een intensieve propaganda voor de vrijwillige inenting tegen de pokken in het eerste levensjaar. Eiken Dinsdag, Woensdag, Donderdag en Vrijdag zal gelegenheid worden gegeven tot kostelooze inenting en wel: Dinsdags 's morgens van 1112 uur in het consultatiebureau voor zuigelingen Goudschesingel 49, ingang Oosterstraat; 's Woensdags des middags van 2.30 tol 3.30 uur in de Koepokinrichting Lijnbaan straat 26; Donderdags van 11 tot 12 uur in de hulp post, Gem. Geneesk. Dienst, Maashaven Vrijdags van 11 tot 12 uur in hf* consul tatiebureau voor zuigelingen, Gem an Mulderstraat 102. Het raadslid C. J. Lindeman heeft de vol gende schriftelijke vragen bij B. en W, ingediend: 1. Is het aan het college van B. en W. bekend, dat voorheen in de runderslachtstal- len op het openbaar slachthuis drie runderen de slachtbewerking konden ondergaan, t.w. het eerste slachtdier terwijl het hangende was aan den boom (kromhout), het tweede hetwelk de bewerking onderging in de burrie en het derde, hetgeen dan door schieting werd bedwelmd? 2. Is het aan het college van B. en W. bekend, dat de directeur van het openbaar slachthuis heeft verordend dat niet meer dan twee runderen in een slachtstal de slacht bewerking terzelfdertijd mogen ondergaan, en deze regeling op de drukste dagen van de slachting en inzonderheid voor de groo- tere grossiersbedrijven moeilijkheden met zich medebrengt, ook van financieelen aard? 3. Is het aan het colleg evan B. en W. bekend, dat de regeling thans zoo is, dat thans het tweede slachtdier eerst mag wor den bedwelmd indien het eerste hangende is? 4. Is het college van B. en W. niet de over tuiging toegedaan, dat de thans getroffen regeling uitbreiding van de slachtstallen noodzakelijk maakt, en de bedrijfslasten van de grossiers, afgezien van andere moeilijk heden, ernstig wordt vergroot? 5. Zoo ja, is het college van B. en W. dan bereid met den heer directeur van het open baar slachthuis de mogelijkheid te overwe gen, om het tijdstip van de laatste schieting van 4 uur op 5 uur te stellen? 6. Mocht het college van B. en W. om rede nen van overweging op de Arbeidswet niet hier in kunnen treden, zou het college van B. en W. er dan toe willen medewerken, dat alsnog de slachting in de stallen kan plaats vinden, zooals voorheen gebruikelijk was. 25 jaar verbonden aan het concern van de nationale. Op 1 Juni a.s. zal gelijk gemeld dr. A. O. Holwerda 25 jaar verbonden zijn aan het concern van de Nationale Levensverzekering Bank N.V. te Rotterdam. Dr. Holwerda werd op 18 December 1887 te 's Gravenhage geboren en bezocht het Erasmiaansch Gymnasium te Rotterdam, waarna hij in de wis- en natuurkunde stu deerde aan de rijksuniversiteit te Leiden. In 1913 promoveerde hij te Utrecht op proef schrift „frequentiecurven". In 1911 en 1912 was hij tijdelijk werkzaam aan het wiskundig bureau van de Eerste Rotterdamsche Maat schappij van Verzekering op het leven, waar hij in 1913 als actuaris in dienst trad. Drie jaar later kwam de fusie tot stand tusschea de Nationale en de Eerste Rotterdamsche, waarbij de heer Holwerda als assistent van Prof. dr. R. H. van Dorsten, wiskundig advi seur van de Nationale werd aangewezen. Na het overlijden van Prof. van Dorsten, werd Dr. Holwerde tot wiskundig adviseur be noemd. In 1931 volgde zijn benoeming tot adjunct-directeur van de Nationale en twee jaar later tot directeur van de Nationale. Dr. Holwerda is tevens commissaris van de Eer- weekbladen over verzekerlngsaangelegen- hden van zijn hand verschenen zijn. De heer Holwerda was voor zijn benoeming tot di recteur van de Nationale geruimen tijd bui tengewoon hoogleeraar in de statistiek en verzekeringswiskunde aan de handeis-hooge- school te Rotterdam. Hij heeft steeds groote belangstelling getoond voor het pensioen wezen in ons land en de financiering daar van. Zoo verscheen in 1930 een prae-advies van zijn hand voor de vereeniging voor de staathuishoudkunde en statistiek over de fi nanciering van de sociale verzekeringen. Dr. Holwerda, die als een groot philantroop be kend staat, is commissaris van het algemeen burgerlijk pensioenfonds en adviseur van het Spoorwegpensioenfonds. Daarnaast is hij commissaris van verschillende industrieele ondernemingen, o.a. van de machinefabriek Stork en Co. te Hengelo en van de brouwerij ^'Oranjeboom te Rotterdam. Hij staat nog steeds groote industrieel" fondsen regelmatig met raad en daad ter zijde. De Mei-St°rm> welke tot gisteravond laat met kracht heeft aangehouden heeft nog al wat materieele schade aangericht. Zoo woei O.m. in den tuin van pand 33 aan de Claes [le vrieselaan een hooge boom om, welke twee schuttingen verbrijzelde, persoonlijke onge lukken deden zich gelukkig niet voor. Doordat een der vrij zware boomen in de Oranjeboomstr. tengevolge van den storm dreigde te vallen heeft het verkeer gk ter middag ernstige stagnatie ondervonden. De boom is, na door personeel van de R. e. T. te zij" geschoord, later door de afdeeling plantsoenen in stukken afge zaagd. De Oranjeboomstraat tusschen Dam straat en Rosespoorstraat was door de politie afgezet. Het voetgangersverkeer werd via de Persoonshaven geleid. De meest ernstige stag natie op dit spitsuur ondervond echter de tram. In beide richtingen is het verkeer van de lijnen 2, 3 en 9 drie kwartier volkomen gestremd geweest. Tijdelijk heeft men een busdienst ingelegd tusschen Prins Hendrik kade en Kreekweg. In de Kerkhoflaan woei een houten schoor omver, waardoor getroffen werd de 22-jarige mejuffrouw G. Meulkens wonende Kruiskade. Zij bekwam een diepe wonde aan haar hoofd en is per auto van de G.G.D. vervoerd naar liet ziekenhuis aan de Coolsingel. Na behan deling kon zij echter weder huiswaarts kee- ren. Zijn benoemd: tot brandmeester aan Brandspuit no. 67, de heer C. Das, Sein- pad 104 te Hoek van Holland (tot dusver onderbrandméester aan die Brandspuit); tot onderbrandmeester aan Slangenwagen no. 20, de heer C. Duyts, Teilingerstraat 64 b en tot onderbrandmeester aan Slangen wagen no. 30, de heer J. G. Kunst, v. d. Schellingstraat 29 a (bij overplaatsing van Slangenwagen no. 10). Evenals fe Amsterdam, is ook hier de po pulaire radio-reporter van interlandwed strijden, Han Hollander, gehuldigd. Er had zich daarvoor een speciaal comité gevormd, waarvan de heer L. van Zandvliet, voorzit ter van „Feijenoord", de ziel vormde. In het eere-comité had het geheele gemeentebe stuur zitting, met burgemeester mr. P. Droogleever Fortuyn als voorzitter. Aanlei ding tot deze huldiging was het feit, dat de reportage van Han Hollander over den wed strijd Nederland-Schotland zijn vijftigste was geweest. Dancing Pschorr was als tooneel van ae huldiging uitverkoren. Tegen elf uur werd Han, vergezeld van vrouw en dochter, de zaal binnengeleid en allereerst door Theo Moens namens de di rectie toegesproken. Hij werd met een groo- ten krans vereerd, alsmede met een souper, waaraan ook comitéleden en gasten aanza ten. Als loco-burgemeester sprak wethouder de Zeeuw, maar ook als.leek op voetbalge- bied. Hij heeft zich eens laten overhalen naar een radio-uitzending van den heer Hol lander te luisteren en toen den indruk ge kregen, dat geen Hollander in staat Is dit den heer Hollander te verbeteren. De heer A. H. W. Weekenstroo, sprekend namens den R. V. B., maakt er meer een se rieuze huldigingsspeech van en wees ook op des heeren Hollander's capaciteiten als lied jeszanger. Namens de zwemwereld voerde de heer A. Tordoir het woord, herinnerend o.m. aan de van spanning geladen uitzending, toen Rie Mastenbroek op de Olympische Spelen van Berlijn haar triomfen vierde en de re portage over den voetbalwedstrijd Frank rijk-Nederland, met de beruchte drie goals van Lagendaal. De heer C. v. d. Graaf sprak nog namens de Rotterdamsche kegelaars, waarna Han Hollander zelf opnieuw van zijn flux de bouche blijk gaf.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1938 | | pagina 2