tri n ©ijlden Woorden DINSDAG 6 DECEMBER 1938 STADSFLITSEN. DE KOOPMANSBEURS. PREVENTORIUM TE HOEK VAN HOLLAND. Over monumenten en stand beelden. R. K. STAATSPARTIJ. ('t Gebouw spreekt). DE 18de EEUWSCHE DOOPS GEZINDE KERK. GEMEENTERAAD. GEM. ARBEIDSBEURS. HOLL AND - AMERIKA LIJN. VOOR ONZE OUDE KOOPMANSBEURS. ONDER WIJSVOORDRACHTEN. Een brevet van mr. Brevet. VERHUUR HAVENTERREIN. Protest tegen de statuten wijziging. ALLAN CO. Voornaamste bepalingen der nieuwe statuten. MAATS CHAPPELIJK HULP- BETOON, m Overzicht der uitlceeringen. TOURNEE FRANCIS ALPHEN. VRIJ-ENTREPOT. 15» VAN DEN WEGH Het standbeeld van Erasmus was Iets unieks in heel Europa, toen het door de Rot terdammers als hun hulde aan een grooten stadgenoot werd onthuld. Maar wat lag dien ouden Rotterdammers nader aan het hart, de gedachte, een stand beeld of monument op te richten of iets neer te zetten, dat den hoogelijk bewonderde steeds in de herinnering zou doen blijven? Hier schuilt een principieel verschil, nade- maal er landen zijn, waar het monument of het standbeeld in de eerste plaats komt en dan pas de persoon, voor wien het bestemd is. De menschen daar zijn dol op met monu mentale en ze zoeken naarstig naar persoon lijkheden, die voor een monumentale huldi ging in aanmerking komen. Het lijkt ons toe, dat men ten onzent Eras mus wilde gedenken en er slechts toevallig toekwam, een standbeeld op te richten. La ter werden andere Rotterdammers op de zelfde manier geëerd, omdat standbeelden nu eenmaal in de mode waren gekomen. Maar het ging waarschijnlijk toch niet van harte. Want de Rotterdammers hebben altijd den naam gehad, dat ze hun standbeelden en ook hun monumenten verwaarloosden. Meer dan dertig jaar geleden werd er in den raad over geklaagd, dat het standbeeld van Van Hogendorp wel totaal vergeten leek. Over het algemeen is het tegenwoordig weinig beter. Wel heeft men, tijdens de werkzaamheden op het plein, voetstuk en hek een beetje opgefrischt, maar de man zelf ziet er weer ontoonbaar uit. Een lang verwelkte krans hangt hem nog steeds om den hals. Het ding wekt 't vermoeden op, dat de oude vrijhandelaar een uitstapje naar Honoloeloe heeft gemaakt en daar op de bekende manier met bloemslingers werd gehuldigd. Gijsbregt Karei schijnt er zijn vergeten-zijn wat mee te willen opvroolij- ken, met de herinnering aan die goede dagen Voelen wij Rotterdammers in ons nart eigenlijk niet veel meer voor een practische daad? In daden zijn we steeds sterk geweest, vooral indien er eenig nuttig effect uit zou voortkomen. En daarom lijkt het G. J. de Jongh-monument wel aan onze idealen te beantwoorden. Het is iets, dat een functie vervult, niet alleen die der herinnering, maar tevens die van een oogenstreeling en boven dien, verschaft de mogelijkheid tot een oogenblik verpoozing. Dat heeft de Rotterdamsche jeugd ook steeds in het Calandmonument gewaardeerd, al stond den ontwerper er van niet bepaald de gedachten voor oogen, dat het bassin 's zomers als zeestrand zou worden gebruikt en de rand beschouwd zou worden als een plek, vanwaar men rustig het gewoel op Cooisingel en Calandplein kon gadeslaan. De politie waakte trouwens steeds voor de waardigheid van het monument en verdreef geduldig de spelenden en de rustenden. Maar dit Calandmonument, ofschoon geen standbeeld, getuigt toch ook weer, dat we niet veel hart bezitten voor dergelijke scheppingen. Misschien wel, omdat we er in ons hart van overtuigd zijn, dat een echt monument iets moet hebben van den toren van Babel en tot in onzen laag hangenden wolkenhemel moet reiken. De speelgoed-dingetjes, die hier en daar in onze stad verspreid staan, zijn werkelijk weinig indrukwekkend. Op een pleintje als de Nieuwe Markt vallen de geringe afme tingen van het Vrijheidsmonument nog niet zoo erg op. Maar nu het Calandplein steeds meer door de contouren van modernen hoog bouw zal worden beheerscht, wordt het Ca- land-monument er letterlijk door dood gedrukt. Ook om aesthetische redenen is het dus maar goed. dat het verplaatst wordt. En in derdaad, die plek aan de Veerhaven lijkt nog niet zoo slecht gekozen. Staat niet de ontwerper van het Suez- kanaal steeds met welgevallen te kijken, hoe zijn schepping in groei en bloei toe neemt? Ja, eigenlijk zou het Calandmonu ment aan den ingang van de Waalhaven moeten staan. Maar daar zouden de bemanningen der hedendaagsche zeekasteelen dén naald wel licht nog te iel vinden, om er een kabel aan vast te maken We behoeven de standbeelden en monu menten, die we hebben, niet direct weg te stoppen. Maar laten we ons een volgend maal weer eens goed bezinnen. Liever een flinke gevelsteen dan een petieterig stand beeld of monument. Hier sta ik als tevoren met Een allernaarst gevoel. Ik sta hier zoo verlaten, en Ik mis 't gestelde doel. Ik voel me deerlijk uitgekleed 'k Ben slechts een kale romp. Ik lijk op een geraamte, ja Op 'n ouwe steenen klomp. Toch sta ik op mijn fundament Zoo recht nog als een kaars. Moderne revolutiebouw r Ik lap dien aan mijn laars. Van kelder tot aan de nok van 't dak Ben 'k stevig als een fort. Aan muren en aan balkenlahg Deed men mij niet tekort. Zoo'n jarental als ik hier sta Trotseerde ik, regen, storm. Trots het allerzwaarst natuurgeweld, Ik bleef geheel in vorm. Zoo prachtig, midden in de stad Was 'k steeds een pronkfiguur. Voor kenners was mijn uiterlijk Steeds pracht architectuur. Helaas! mijn gevelsieraad met Neptun, Mercurius, Symbool van mijn prestatie, acn 't Lijk thans bespotting. D"s Ben ik als handelsstempel thans Van tempel, stempeloord. Wie heeft van zoo'n vernedering Als ik lijd ooit gehoord. Wanneer ik zoo terugdenk dan Word 'k koud in merg en been. Waar is de vroeg're kern van 't volk Waar zijn ze allen heen, Die nimmer zonder hoogen hoed En steeds pontificaal, In groepen binnentraden in Mercurius' eerezaal. Waar zijn de grappenmakers, die Vol humor, pret en lol Zoo onder 't zakendoen met graan Vulde' and'rer zakken vol Waar zijn de spotters steeds gereed Met een of andere mop? Waar zijn die met een korrel mai- Mikte' op een ieders dop? 'k Zie hier of daar nog in een hoek Een parapluietje staan, 't Welk later door den eigenaar Gevonden werd gevuld met graan. Ik hoor nog steeds het taaltje van Zoo'n opgeklommen knul, Die, op de beurs nog niet bekend, Beschouwd werd als een Sul. 'k Zie ze nog loopen af en aan, De factors met hun staf, Met monsterzakken, 'k zie ze gaan, Mij nad'ren, soms in draf, Wanneer 't geklingel van mijn bel En elk naar binnenriep. Ik zie de straatjeugd op mijn stoep. Elk van die snaken liep Te loeren op een peukje, dat Vóó men mijn huis betrad Door 'n rooker weggeworpen moest. Helaasik heb 't gehad! Thans droom ik van vervlogen eer Mijn tijd keert nooit weêrom Geen handel, óók geen hoeden meer. Werkloozen hebben thans de eer. Ik treur er daag'lijks om. Zeer goede resultaten met het ultra- kortegolf-apparaat. Op de agenda van de raadszitting van a.s. Donderdag zijn geplaatst het voorstel tot het verleenen van medewerking voor straat- aanleg op een terrein aan den West-Varken- oordscheweg; het voorstel tot het aangaan van een overeenkomst met het Rijk in verband met den bouw van een nieuwe marinekazerne; het voorstel tot verkoop van bouwgrond ten behoeve van arbeiderswoningbouw; het voorstel inzake het organiseeren van een tentoonstelling bij gelegenheid van de opening van den tunnel onder de Nieuwe Maas. Het Preventorium van „St. Jozef" te Hoek van Holland is thans in het bezit gekomen van een ultra-kortegolf-apparaat. De voorzitter der vereeniging, dr. Huddle- ston Slater, schrijft hierover in het maand blad: Wie stilstaat, gaat achteruit. Dat heeft het bestuur zich goed in het hoofd geprent. Daarom trachten wij voortdurend verbete ringen aan te brengen in het preventorium, dat zooals bekend is van een eenvou dig vacantiekoloniehuis langzamerhand is omgebouwd tot een sanatorium, dat er zijn mag. Dat is niet zoo gemakkelijk geweest. Want iedereen weet, dat wij het koloniehuis ver laten en verwaarloosd hebben overgenomen, toen het als zoodanig niet meer in gebruik was. Even goed kan iedereen thans zien, wat wij er van hebben gemaakt. Maar om niet stil te staan, zorgen wij voortdurend op de hoogte te blijven van alle uitvindingen, die gedaan worden. Wij kijken uit of dat soms iets voor ons is. En zoó hebben wij den laatsten tijd met be langstelling de ontwikkeling gevolgd van een nieuw toestel, dat onschatbare diensten kan bewijzen bij de genezing van vele pa tiënten. Het is de ultra-kortegolf, een toe stel, waarmede een zekere soort straling wordt uitgezonden, die een sterk genezenden invloed heeft op verschillende ziektepro cessen, o.a. op vele gevallen, die bij onze patiëntjes in Hoek van Holland voorkomen. Aanvankelijk scheen het, dat men in de wetenschappelijke wereld niet veel anders verwachtte van deze nltra-kortegolf dan reeds met andere stralen werd bereikt. Er bestond dan ook gedurende enkele jaren een strijd tusschen de geleerden of het toe stel, waarmede men deze nieuwe stralen kon opwekken, wel toekomst zou hebben voor de behandeling van zieken. Daarenboven kunnen deze stralen niet worden verkregen dan met behulp van zeer vernuftige en in gewikkelde instrumenten, waardoor het toe stel buitengewoon kostbaar is. Een en ander heeft echter het bestuur niet afgeschrikt. Aanvankelijk heeft men nog eens even de kat uit den boom gekeken. Maar toen ikzelf over de zeer gunstige re sultaten kon berichten en onze consulteeren- de geneesheer van zijn kant de beste gene zingen kon rapporteeren, heeft het bestuur niet langer geaarzeld. Wij hebben door den zuren appel heen ge beten en het toestel zonder verdere aarze ling aangeschaft. Het zal den lezers belang inboezemen ten minste iets te weten van wat er thans be reikt kan worden. Dat is in twee woorden gezegd. Er bestaan verschillende complicaties, verergeringen van de ziekten onzer patiën tjes, die vroeger slechts op den langen duur tot genezing te brengen waren. Daartoe was gewoonlijk bedrust van vele weken, soms zelfs van vele maanden noodig, waardoor niet alleen de patiënt zelf op zeer harde proef werd gesteld, maar waardoor ook veel geld verloren ging, dat anders weer aan andere patiënten had kunnen worden be steed. Thans kunnen wij met onze ultra kortegolf deze complicaties in onnoemelijk veel korter tijd onder de knie krijgen. Soms kunnen de verplegingsmaanden tot weken worden ingekrompen. En hieruit blijkt weer voor de zooveelste maal, dat het bestuur niet bang is nu en dan een groote uitgave te doen, wanneer het maar kans ziet daardoor meer patiën ten te kunnen helpen. Welnu, dat hebben wij zonder twijfel hier mede bereikt. En zoo wordt het preventorium telkens meer vervolmaakt, alles ten bate van de patiëntjes, die men aan onze zorg wil toe- j vertrouwen. Altijd beter! Steeds beter. Dat blijve ons devies. Een nieuwe studie van architect Verheul. De reeds bejaarde, maar nog zoo vitale Rotterdamsche architect J. Verheul Dzn.. heeft weer een nieuwe oudheidkundige pu blicatie over Rotterdam het licht doen zien, ditmaal gewijd aan de 18de eeuwsche schuil kerk der Doopsgezinde Gemeente, gelegen tusschen de Leeuwenstraat en de St. Lau- rensstraat. Wat Rotterdam heeft bewaard aan 17e en 18e eeuwsche kerkgebouwen is zeker be langwekkend: de Schotsche kerk uit 1695, de oud-katholieke kerk aan de Lange Toren straat uit 1698, de Synagoge aan de Boompjes uit 1725, de Luthersche kerk aan den Wolfs- hoek üit 1735, de Doopsgezinde kerk aan de St. Laurensstraat uit 1775 en ten slotte de St. Rosalia-kerk aan de Leeuwenstr. uit 1778. Langzamerhand heeft de heer Verheul al deze gebouwen beschreven. En wat er nog rest zal spoedig aan de beurt komen. Terwijl de Joden reeds in 1725 van het stadsbestuur van Rotterdam de vrijheid kregen om een bedehuis te bouwen, dat van den openbaren weg zichtbaar was, ge noten een halve eeuw later de Doopsgezin den evenals de Katholieken die vrijheid nog niet en moesten hun kerken nog als schuil kerk gebouwd worden. Typische overeenkomst bestaat er tusschen onze Rosalia en de Doopsgezinde kerk, welke te midden van twee naast elkaar gelegen bouwblokken werden getimmerd en beide door verschillende toegangen bereikbaar waren. Terwijl onze Rosalia geheel werd ingebouwd, zoodat ze feitelijk geen buiten gevel bezit, is de Doopsgezinde kerk althans nog vrij op een binnenpleintje komen te staan. Ook nog in menig ander opzicht vertoonen deze twee „buren" veel overeenkomst. Zij zijn beide in dezelfde stijlperiode ontstaan en danken beide hun ontstaan aan de lief dadigheid van enkele zeer gefortuneerde gemeenteleden. Werd onze Rosalia grooten- deels gebouwd met het geld der bankiers familie Osy, de Doopsgezinde kerkbouw werd mogelijk door het vorstelijk legaat van de Gebrs. Jan en Pieter Bisschop, garen twijnders, die in het Kromme Hang no. 94, het tweede huis vanaf de Zijl, een beschei den winkelhuis bewoonden, doch door vlijt en zakenkennis een groot vermogen hadden weten te vergaren. Hoewel zij zeer eenvou dige menschen waren, hadden zij toch een kunstkabinet saamgesteld, dat zoowel bin- nens- als buitenslands groote bekendheid had verworven. Toen de oudste der twee broeders in 1771 overleed, liet hij aan de Doopsgezinde Ge meente, een vermogen na van 215.000 gul den. Dank zij dit geld kon men er aan gaan denken een nieuwe kerk te bouwen, waar van in 1773 de eerste steen werd gelegd en welke in 1775 kon worden ingewijd. In zijn boekje heeft de heer Verheul ook een kort historisch overzicht opgenomen van het ontstaan en de lotgevallen der gemeente waarna hij op zijn bekende, nauwkeurige wijze een gedetailleerde beschrijving geeft van het kerkgebouw. Het plan voor de kerk is gemaakt door Aart Kool Sr., den lateren stadsbouwmeester en zijn zoon, die nog beter dan zijn vader vertrouwd was roet de zich toen voltrekken de verandering van den heerschenden bouwstijl, nl. de overgang van den Lodewijk XV- op den Lodewijk XVI-stijl. Eenvoudig en rustig van buitenarchitec tuur, zooals bij bouwwerken uit het laatst der 18e eeuw veelal te zien is, zijn de vier kerk gevels van donker-roode baksteen op hard- steenen plint opgetrokken en hebben ieder een vooruitspringend gedeelte, dat het strakke der gevels op harmonische wijze onderbreekt. Het interieur der kerk heeft bij een be scheiden grondvlak van 12 bij 18 M. een hoogte van 13 M. Het imponeert bij het binnentreden niet alleen door de goede ver houding van lengte en breedte tot hoogte, maar ook door zijn smaakvolle architectuur. Tevens verhoogt de fraaie, met zorg uitge voerde stoffeering door de voornaamste der stijlvolle kerkmeubelen als: den preekstoel, het orgel, de wandbetimmeringen en de bankenrijen, den luister op ongemeene wijze. Aan het einde van zijn interessant boekje bespreekt de heer Verheul terloops de vee! omstreden verhouding van de protestanten tot de kunst en meent in deze kerk een be wijs te mogen zien van de stelling, dat de Protestanten niet zoo afkeerig waren van kunst bij den uit- en inwendigen bouw en de stoffeering hunner kerken als veelal be weerd wordt. Door de afbraak van oude panden aan het Roode Zand is tijdelijk een hiaat ontstaan in de omsluitende bebouwing, waardoor men thans het kerkgebouw kan zien. Doch het zal niet meer zoo lang duren of het karakter van schuilkerk zal weer worden hersteld. Gevraagde werkkrachten, Tel. 29100-9. Afd. voor mannen Fabrieks-, loop- en fietsjongens, leerling en aank. halfw. kap pers, sleepbootmatrozen met paspoort, lood- gietérsjongen, rietmeubelmakersjongen. Ho- telbedrijf voor div. banketbakkerijen: volon tairs, leerlingen en 3e bedienden. Voor Am sterdam: vulpenhouder-reparateurs en draaiers. Voor Schieforoek: kappersbediende. Voor Hillegersberg: lakspuiter, bankwerkers, draaiers. Voor IJsselmonde: halfwas beitsers en politoerders. Voor Overschie: halfwas brood- en banketbakker. Afd. voor Vrouwen: voor psychiatrische in richting: leerl. verpleegsters minstens 19 jaar met diploma Mulo of 4-j. huish. school, In dustrieschool, Vakschool voor Meisjes of in 't bezit van een daarmede gelijkgesteld diplo ma. Winkeljuffrouwen bekend met manuiai. turen, bakkerij, drogisterij, levensmiddelen, galanterieën enz. Een leidster voor demon stratie-wagen. Meisjes van 18 jaar voor de paktafel. Hotelpersoneel: kamermeisjes. Huishoudpersoneel: echtpaar, vrouw keuken meid, man huisknecht, keukenwerkmeisje, 2s meisjes, meijes alleen, dagmeisjes, voor Gem. instelling: dienstmeisjes. Kledingindustrie: naaisters en knipsters voor overhemden, aank. naaisters voor heeren- en damesmaatwera, confectienaaister damesjaponnen, confectie- strijkster (vakkleeding en lingerie), bontstoi- feersters en stiksters, lingerienaaisters, man telnaaisters, pompnaaisters, stiebandstiksters, japonnen- en mantelstiksters, rijksters, hand werksters en leerlingen, zakkeninzetsters, ma- chinestiksters en handwerksters broeken (kleermakersbedrijfKappersvak: bekwame, en aank. kapsters, wasch- en inkrulmeisjes Fabriekspersoneel: hoofdjuffrouw voor ban ketbakkerij, brocheerster' voor drukkerij, fa brieks-, pak- en loopmeisje», zakkenstopsters, erwterrverleesters, lompen- en darmenstor- teersters. Voor wasscherij; strijksters en meis jes voor allerlei werkzaamheden. Voor Dor drecht een brocheerster. Voor Deiden: ledei- stiksters. Vergadering van de kern. De kern van de R. K. Staatspartij ver gaderde Donderdag in het Rosaliahuis. De kernleider, de heer H. W. P. Lukassen, ga in zijn openingswoord een kort overzicht van het dezen winter af te werken programma aan de hand van het „Maandblad van de R. K. Staatspartij". Een der kernleden leidde vervolgens m „De bestrijding der openbare onzedelijkheid en de taak der gemeente in dezen, over welk onderwerp een brochure was verschenen. De discussie, waaraan algemeen deelgeno men werd, Fep o. m. over de taak van het hooger bestuur, rekening te houden bij be noemingen met het zedelijk gedrag vnn de voorgedragenen, de autonomie der gemeenten i.z. voorschriften betreffende handhaving van goede zeden, gemengde sportbeoefening, o. a. zwemmen, enz. Medegedeeld werd tot slot, dat dit jaar de kern niet meer zal bijeenkomen. B. en W. bevelen aan voor de benoeming als tijdelijk leeraar voor bepaalde uren in het teekenen aan de Kweekschool tot oplei- ling van onderwijzers(essen) den heer G. Mebius, op wachtgeld gesteld leeraar; voor de benoeming als tijdelijk leerares voor be paalde uren in het teekenen aan het Lyceum voor Meisjes, mej. H. Rienks alhier B.% en W. dragen voor ter benoeming als hoofden van scholen: a. aan de school voor g .1. o. A No. 40 den heer T. de Graaf en b. aan de school voor g. 1. o. A no. 70 den heer J. P- Velthoen, beiden hoofden op wachtgeld. Daar ben ik nu mijn leven lang bijna da gelijks voorbijgeloopen zonder ooit het be sef te hebben gehad wat een waardevol mo nument dat was. De oude Rotterdamsche Koopmansbeurs, die straks gaat verlaten worden Dat komt in de eerste plaats omdat ik zelf niet in den handel ben gegaan, en ik nooit naar den Beursbengel behoefde te luisteren. Dat komt ook, omdat wij er als kinderen nooit hebben mogen trommelen, zooals eens in 't jaar aan de Amsterdamsche jeugd gegund wordt. Later toen er op Oranjedagen door de kinderen werd gezongen, vielen we al niet meer in de termen. Toch is het Rotterdamsche Beursgebouw ons niet onwelgevallig geweest, want als wii vroeger eens in 't jaar van de kostschool op vacantie kwamen en wij aan het Beurs station uit den trein stapten, was 't het Beurscarillon, dat ons het eerste blijde wel kom in onze vaderstad toezong. Ook heb ik geslachten lang de Rotterdamsche Beurs- heeren zich langs de Blaak zien spoeden als de Beursbengel hen nep. Stond er geen kwartje boete op, als zij te laat kwamen? Maar verder heeft de Beurs, schien maar, geen rol gespeeld i j ven. Ik ben er dagelijks indifferent en_°£" aandesnlijk voorbij geloopen, zonder e aan te denken, hoe op dat oogenblik m schien iemands financieel leven daar kon worden gekraakt en geknakt. De eenige, dien ik er van kende was het beeld van Mercurius aan den buitengevel B. en W. doen den Raad het voorstel tot verhuring aan de N.V. Nederlandsche Sun Olie Maatschappij van een terrein en een haventalud aan de» Galileïstraat, resp. groot 1000 en 1302 M2„ zulks tot 30 November 1957, tegen 1 per M2. per jaar voor het eigenlijke terrein en tegen 0.20 per M2. per laar voor het talud, met gelijktijdige ontheffing van de N.V. Deutz' Oliehandel van de huur van bedoelde perceelen. en die hield altijd heel bedachtzaam zijn mond. En nu las ik daar van de week de zeer erudiete beschouwing van onzen stadgenoot Mr. Brevet over de wenschelijkheid van het behoud van dit oude ën straks afgedankte Rotterdamsche Beursgebouw, en hoe dit als bouwwerk als een unicum kan gelden in heel Noord-West-Europa. Er wonen toch nog klassieke geesten in onze roerige koopmansstad. De beschouwingen en uiteenzettingen van Mr. Brevet hebben mij zoo warm gemaakt voor het behoud van de oude Beurs, dat ik als ras-Rotterdammer aanstonds met volle instemming een adres zou teekenen, om dit merkwaardige gebouw voor afbraak te be hoeden. De Rotterdamsche Koopmansbeurs dateert uit 1720 en werd gebouwd als een open hof met gaanderijen en werd eerst in 1864, ze ker met 't oog op de vele regendagen over dekt en zoodoende tot een hal gemaakt. Uiterljjk mag het gebouw op geen schoon heid bogen, vandaar misschien dat de nieuws gierigheid ons nooit heeft verlokt om er binnen te gaan. Maar ook hier geldt „omnis glorie ab intus", „alle schoonheid schuilt van binnen". Maar dan moet het gebouw weer in zijn oorspronkelijken toestand worden terugge bracht. Dus de kap er weer af, er een open bin nenhof van gemaakt, en de open gaande rijen behoorlijk gestoffeerd. En wat doen wij er dan mee Mr. Brevet's idee is om er dan een soort van Rotterdamsch Forum van te maken. Een soort van Brink, waar de inwoners van de stad kunnen samenkomen, elkaar ontmoeten en onderling kouten en de din gen van den dag te bespreken. Misschien denkt Mr. Brevet 't ook als een soort arbeidsbeurs, die als de man uit het Evangelie tot hen spreken zal„Wat staat gij hier den ganschen dag ledig Gaat binnen in mijn wijngaard." Of als de klassieke „rostra", een open baar spreekgestoelte, waar ieder zijn hart eens kan luchten, het geweten van de stad Rotterdam dat hooren laat, was er omgaat in de stad, een soort van gesproken courant. Misschien dacht Mr. Brevet aan de tradi- tioneele grappen en grollen van de oude beursheeren, die van hier uit in de circu latie werden gebracht. Aardiger lijkt ons het idee om er een permanente damesbeurs van te maken, waar de jonge moeders met hun babywagen en de oudere dames met hun grootere dochters heen kunnen trekken om elkaar te ontmoe ten en connecties aan te knoopen. Maar eigenlijk is 't toch meer de bedoe ling om er een soort van passage van te maken, een levendig va-et-viens. De open gaanderijen te stoffeeren met aardige win kelstalletjes, drinkhalletje, boekenetalages, gelegenheid waar men toilet kan maken z'n schoenen kan laten poetsen, zich kan laten scheren. Misschien zelfs dat de een of andere on dernemende exploitant wel idee heeft om er een open-lucht-cafetaria van te maken, wat zeker heelemaal in den geest van onzen tijd is, met in den ruimen binnenhof gele genheid tot dansen. Alleen zou men uit den gevel den trou wen Mercurius moeten lichten, die zich nu niet meer recht op z'n plaats zou voelen, en de dankbare Blaakbewoners, die hun eens zoo voornaam standje, waar eens Hil- debrand het zoete Klaartje Donze ontmoet te, al zooveel jaren bedreigd zien, zouden ter waardeering van hun weer oplevende buurt in de leeg geworden nis een buste kunnen plaatsen van hun actieven stadge noot, Mr. Brevet, den man, die ter juister ure zulk een waardevol brevet heeft geno men op het oude afgedankte Beursgebouw, waarvan eigenlijk niemand wist, wat er mee in de toekomst moest gebeuren. P. H. H. In ons nummer van Zaterdag hebben wij 'n verslag opgenomen van de buitengewone verga dering van aandeelhouders der H.A.L., waarin een voorstel tot statutenwijziging werd behan deld. Dit voorstel houdt o.m. in wijziging te brengen in het winstaandeel van de houders van bewijzen van deelgerechtigdhéid. Het bestuur wil een minnelijke regeling in overleg met het De partement van Justitie voorstellen. In verband hiermede lezen wij thans in D. W. Brand's Effectenblad het volgende: „Wij willen ons verzetten tegen de wijziging die men in artikel 38 wil aanbrengen. Dit artikel behelst de winstverdeeling. Het primaire divi dend voor aandeelhouders blijft onveranderd 5 pet. Ook de overwinstverdeeling voor directie en commissarissen blijft onveranderd 10 pet. en 5 pet., maar de 5 pet. die statutair voor de op richters zijn vastgelegd, wil men zonder meer laten vervallen, door de geheele resteerende overwinst ter beschikking van de algemeene ver gadering te stellen. Deze wijziging aan te brengen achten wij een groot onrecht voor de houders van de bewijzen van deelgerechtigdheid, waarvan er 1450 stuks uitstaan. Voor ons ligt zoo'n bewijs en hierop staat gedrukt, dat ieder bewijs récht heeft op 1/1450ste deel in de overwinst aan oprichters der Nederlandsche Amerikaansche Stoomvaart Mij. "toegekend bij artikel 38 der statuten, over eenkomstig de Acte van Oprichting van 22 April 1873. De Acte van Oprichting van 22 April 1873 hebben wij heiaas niet in ons bezit, maar in de van „Nierop Baak" van 1882, waarin voor komen de naamlooze vennootschappen welke vanaf 1 October 1838 tot 1 December 1882 zijn opgericht, lezen wij, dat de winstverdeeling als volgt vastgesteld werd: „Van de winst wordt vooraf 5 pet. over het gestort kapitaal uitgekeerd. Het resteerende wordt verdeeld als volgt: 7% pet. aan de di rectie; 2V2 pet aan de commissarissen; 5 pet. aan de oprichters; 85 pet. aan de aandeelhouders. Commissarissen en directie hebben de bevoegd heid een gedeelte der 85 pet. af te zonderen tot het sluiten van leeningen, zoo de geldleeningen onder toekenning van een aandeel in de winst gesloten zijn." Sindsdien is in dit artikel wel eenige wijziging gebracht wat de winstuitkeering aan directie en commissarissen betreft en ook hoe de verdeeling van de overwinst aan aandeelhouders zou zijn, maar aan de rechten van oprichters, zijnde "de houders van de bewijzen van deelgerechtigdheid, heeft men niet kunnen tornen. In de laatste statuten van 1934 kan men geen enkel artikel aantreffen op welke wijze men in de rechten van oprichters wijziging kan aanbrengen. De oprich ters hebben alleen recht op het bij de Acte van Oprichting toegestane winstpercentage en an ders niets. Wij adviseeren de houders van deze bewijzen van deelgerechtigdheid zich met klem tegen deze wijziging in artikel 38, die hun hun overwinst percentage ontneemt, te verzetten door zich, in dien aandeelhouders de voorstellen aannemen, onverwijld tot den minister van Justitie te wenden. De directie en commissarissen van de Holland Amerika Lijn moeten niet vergeten, dat de hou ders van deze bewijzen van deelgerechtigdheid ook rechten hebben en men zonder toestemming van de houders van deze bewijzen hun rechten niet kan wijzigen, laat staan afnemen. Door ar tikel 45A. van het Wetboek van Koophandel worden de houders van deze bewijzen van deel gerechtigdheid beschermd. Dit artikel luidt: „Wijziging van een bepaling der akte van op richting, waarbij aan een ander dan aan aan deelhouders der vennootschap als zoodanig eenig recht is toegekend, kan, indiejp de gerechtigde in de wijziging niet toestemt, aan diens recht geen nadeel toebrengen; tenzij ten tijde van de toekenning van het recht de bevoegdheid tot wijziging bij die bepaling uitdrukkelijk was voorbehouden." De Koninklijke Paketvaart Mij. ondervindt reeds, dat het zelfs niet zoo gemakkelijk is om haar statuten dermate te wijzigen, dat voor de houders van de winstbewijzen de winstverdee- ling ongunstiger wordt. Van vele ontevreden. houders dezer winstbewijzen heeft de minister van Justitie requesten ontvangen en wij geven alle houders van .de bewijzen van deelgerechtigd heid Holland Amerika Lijn in overweging, om zoo de aandeelhouders de statutenwijzigingen die commissarissen voorstellen, en bloc aannemen, het voorbeeld, gegeven door de houders van de winstbewijzen Koninklijke Paketvaart Mij., na te volgen." In verband hiermede heeft de firma D. W. Brand op 2 December dan ook onderstaand schrijven aan de directie en commissarissen van de N.V. Ned.-Amerikaansche Stoomvaart Mij, Holland—Amerika Lijn gericht: Mijne Heeren, In verband met de morgen te houden buiten gewone algemeene vergadering van aandeelhou ders in uw Maatschappij, waarbij een voorstel tot statutenwijziging met bijbehoorende machti ging zal worden behandeld, moeten wij als hou ders en als vertegenwoordigers van een groot aantal bewijzen van deelgerechtigdheid protes teeren tegen de wijziging welke commissarissen voorstellen in artikel 38 aan te brengen. Deze wijziging n.l. ontneemt aan oprichters (houders van bewijzen van deelgerechtigdheid), hun statutair vastgelegd deel in de overwinst. Wij verzoeken u dan ook beleefgd deze wij ziging in artikel 38 niet aan te brengen. Mocht u hiertoe niet wenschen over te gaatï, dan zullen wij ons alle rechten moeten voor behouden." Wout van Heusden „De Vlieg'- (R'33 Ul Rotterdam in het museum Boymans.) Tn aansluiting aan het bericht in ons Zondag ochtendblad laten wij thans nog de voornaamste bepalingen der statutenwijziging van Allan Co. V°Hetkapitaal der N.V. bedraagt 1.255.000, ver deeld in 3000 gewone, 2000 pref. en 20 prioriteits- aandeelen, alle a 250. Van het kapitaal zijn bij het van kracht wor den dezer statutenwijziging geplaatst en volge stort 1500 gewone aandeelen en alle prioriteits. aandeelen. Bij de uitgifte van aandeelen zal aan nouaers van reeds uitgegeven gewone aandeelen een recht van voorkeur worden gegeven, tenzij de directie onder goedkeuring van commissarissen bepaalt, dat zoodanig recht van voorkeur met ot slechts ten deele zal worden gegeven. De vennootschap is bevoegd eigen volgestorte aandeelen in te koopen tot een bedrag van ten hoogste een-vierde van het geplaatst maatschap pelijk kapitaal. Overdracht van prioriteitsaandeelen kan slechts geschieden onder goedkeuring van di rectie en commissarissen. De directie is bij de oprichting der vennoot schap gemachtigd geworden een obligatieleening aan te gaan, groot 750.000 waarvan'ten tijde dezer statutenwijziging nog ƒ316.000 uitstaat, op zoodanige voorwaarden als zij in overleg met den raad van commissarissen het meest in het belang der vennootschap zoude achten. Zij was gemachtigd de onroerende goederen, aan de vennootschap toebehoorende, hypothecair te verbinden tot zekerheid van de nakoming der verplichtingen uit deze obligatieleening voort- spruitende en daarbij toe te stemmen in alle den uitgekeerd. bedingen, welke bij het vestigen van een eerste hypotheek gebruikelijk zijn. Meerdere obligatieleeningen of meerdere be zwaring van onroerende goederen mogen door de directie niet worden aangegaan of verricht, dan met toestemming van den raad van com missarissen. De leden der directie en van den raad van commissarissen worden op een bindende voor dracht. bevattende twee namen voor elke va cature, in te dienen door de vergadering van houders van prioriteitsaandeelen, door de al gemeene vergadering van aandeelhouders be noemd. Van hetgeen van de winst overblijft, nadat de houders der preferente aandeelen het hun toekomende hebben ontvangen, wordt eerst zoo mogelijk uitgekeerd aan de houders van gewone en van prioriteitsaandeelen 5 pCt. dividend. Het daarna overblijvende is overwinst en wordt verdeeld als volgt: minstens 10 pCt. aan het reservefonds; 7% pCt. aan den raad van com missarissen; 12% aan de directie zoo slechts één directeur in functie is en 17% pCt, als de di rectie uit meer leden bestaat; het resteerende voorzoover de algemeene vergadering niet be sluit dit geheel of ten deele als dividendreserve voor een volgend jaar in de kas der vennoot schap te houden aan de houders van gewone en, indien winstdeelende preferente aandeelen zijn uitgegeven, ook aan de houders van die aan deelen, te verdeelen in verhouding als bij de uitgifte van winstdeelende preferente aandee len zal zijn bepaald. Het reservefonds mag in het bedrijf gebruikt worden. Zoodra en zoolang het reservefonds ƒ200.000 bedraagt, vervalt de verplichte bij drage tot dit fonds. Met het alsdan vrijvallende deel der winst zal door de algemeene vergadering op voorstel van den raad van commissarissen kunnen ge handeld worden, zooals de vergadering goed vindt. Op de prioriteitsaandeelen zal, evenwel in eenig jaar nimmer meer dan 5 pCt. kunnen wor- Door den Gemeentelijken Dienst voor Maat schappelijk Hulpbetoon werd gedurende he# tijdvak van 2 October tot en met 29 October j.l. aan werkloozen en armlastigen uitgekeerd 1.776.447.44 (v.j. 1.770.750.56). Over het tijdvak van 2 Januari tot en met 29 October jl werd uitgekeerd 19.370.855.64 en voor hetzelfde tijdvak van het vorig jaar gelden respectievelijk de cijfers 19.075.140.18 en 543.966.55. Onder de auspiciën van de concertdirectie dr. G. de Koos N.V. zal onze landgenoot, de bariton-zanger Francis Alphen in de maan den December en Januari a.s. een tournee door Nederland maken en o.a. op 14 De cember in de Nutszaal te Rotterdam, 16 De cember te Groningen, 19 December te Am sterdam, 19 Januari in Den Haag en 24 Ja nuari te Utrecht een liederavond geven. Theo van der Pas zal zijn medewerking verleenen. B. en W. doen den Raad het voorstel om den heer W. S. van de Wetering met ingang van 9 Februari 1939 eervol ontslag te ver leenen als administrateur van het Vrij- Entrepót, zulks onder dankbetuiging voor de diensten, aan de gemeente bewezen. A tA n V

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1938 | | pagina 2