VOOR ONZE HUISVROUWEN SOCIALE KINDERZORG IN ITALIË Een prijsvraag over de Parijsche Herfstmode. ch®entjes ®f klompen CCRSL LEERBEWERKING. M i. NAAR TON, LICHT EN LUCHT! P"»4.Ti ^Kna,ir,Ten rnS j Nieuw recept J j voor aardappelkoeken. ELEGANTE DAMESTASCH. DONDERDAG 7 SEPTEMBER 1939 W&- gga Pèiï)ï2S2ï3a?®i3a^<ssiSv m Hoe de Engelsche dames erover oordeelen. _dflmi(inii»«(im»,rfnni.iiiiih>irmhwiniii.rtniiuifnin.iTim>.ii!mu<ainh.ri!iiiHi!iii!i P mer). P - <«11: •V Een zwembad voor de peutersaan de Casa della Madre e del Bambino bij de.Via Volpato te Rome ET is enkele weken geleden, dat J frissche strand der Thyrreensche en Adriati- sche zeeën, daar kracht en gezondheid laden', die hen zullen sterken en harden tegen het ruwere klimaat in den vreemde. Doch zij nemen ook mee naar den vreem de de onuitwischbare herinnering aan het lancl, dat, als een paradijs zoo mooi, in on geëvenaarde gastvrijheid zijn kinderen op neemt en hun bewijst, dat het woordje „pa- tria" méér inhoudt dan het abstracte begrip „vaderland". Dat dit woordje voor hèn ook beteekent hun „tehuis" in den vollen zin van het woord. En dat zij dit aan den lijve ondervinden, wekt méér liefde en grooter saamhoorigheidsgevoelen dan prachtwoorden en schoonklinkende frazen. Merano Bolzano Sondrio Como het wordt steeds stiller, steeds leeger in den trein. Aan elk der stations stappen groepjes kinderen af; gepakt en ge-rugzakt zie ik ze langzaam de controle passeeren. Aan den uitgang van het station groeten ze nog eens de verder-trekkenden, die uit alle raampjes van den langen trein hangen, met den frisschen welluidende Romeinschen groet: „Addio! addio! a rivedere!" Milaan is het eindpunt en vandaar ver trekken de laatste groepjes in alle richtin gen. Ik sta plotseling geheel alleen op het groote perron, 'n beetje beduusd en nog on der den indruk van al de lieve, hartelijke „addio, signorina!" van mijn gezellige reis- genootjes, met wie ik acht-en-veertig uren lief en leed heb gedeeld. Leed?heel wei nig! 'n buikkrampje of wat schele hoofdpijn, 'n hard zitvlak en veel, heel veel warmte; maar lief, des te meer! En genoten als ik heb van echte, kinderlijke spontaneïteit en verd°USiaSmegewoon niet te beschrij- ?oel is nog niet bereikt. Ik moet ver-- Nie'uwp3T+Ümfr het hart van het oude de trein me opnam en mee voerde naar het zonnige Zuiden. Als reis- genooten had ik bij mijn vertrek aan het station S. S. in Den Haag een 100-tal kin deren van in Nederland wonende Italianen. Dit getal groeide, groeide steeds naarmate de trein vorderde. Eerst te Utrecht en Arn hem, toen te Emmerik, daarna te Duisburg, Keulen, Frankfort.overal kwamen er kinderen bij; kinderen uit het hooge Noor den, uit de Limburgsche mijnstreek, uit het Belgische industrie-gebied, uit het Saar-bek- ken, van het Ruhr-gebied en uit geheel Duitschland, uit Bohemen en Moravië uit Polen. De trein had reeds het kokette station van achter zich en stoomde nu full haist ®''<;nrler0 tegemoet, en nog was ik mij naast met ervan bewust, dat ik me te mid- den van honderden Italiaantjes bevond. Al- leen die donkerharige kopjes en bruin-zwar te oogen moesten me daaraan herinneren. Rondom me hoorde ik alle talen, als in Babylonisohe spraakverwarring, Hollandsch Fransch, Duitsch, Poolsch, Tsjechisch, be halveItaliaansch! Neen toch, Italiaansch hoorde ik ook, doch alleen maar zingen in onafgebroken tempo. „Giovanezzi-iiede- ren" und kein Ende, van den vroegen mor gen tot den avond, tot diep in den nacht. En waren de kinderen bij mij m den coupé moe van het zingen, werd er gegeten, ge dronken, geslapen, dan werd het lied, het zonnige vroolijke Italiaansche lied overgeno men en voortgezet in den volgenden coupe, i-n een volgend rijtuig. Aldoor maar zang, steeds méér luidruchtigheid ajs be| bruisen van schuimend en zwellend enthousiasme, naar mate men het doel „ia patria la bella Ita lia" naderde. Eindelijk Brennero! Uit vijftienhonderd jonge kelen bars het spontaan los: „Evivva Italia! evivva il re. evivva ii duce'" Nu kenden ze opeens allemaal Italiaansch en het was, als0f Z6 Z1Cd elkaar schaam den, dat ze m eigen land een andere 'n vreemde taal spraken, die toch nooit 'zóó mooi kon zijn als hun moedertaal. Thans zagen ze het wondere ian<1 Land wo die Zitronen blüh'n", aan hUa' voorbijtrekken en ze vonden het nó mooier, nóg heerlijker dan ze in hUa sto °tS ste droomen hadden gedroomd JuliAugustus! Italië ontvangt zijn kinde ren uit den vreemde en biedt hun gulle gast_ vrijheid - zon - lucht - gezondheid! Éen scepticus moge erover 0°rdeelen'^o- als hij wil Hij moge praten over fascistische ik en weet niet wat. Een feit is en blijft, dat de duizenden jonge gastjes, aan wie de Italiaansch^ regeering jaarlijks Sedare de vijf weken een verblijf biedt in zijn prach tige kinder-vacantiepalazzi te midden der bergen aan de blauwe meren, of aan het lymf., ii. Vrouwelijke territorialo in Engeland meest winkelmeisjes en typisten worden getraind voor militaire bezigheden. Hier ivordt haar het bereiden van de soldn- tenpot geleerd. onpprT 7'Ital'a' naar Rome. Ik wil met eigen on Waar°ver ik reeds zooveel gele- Kerken, pale°izenhm: de sociale kinderzorS' cr pb "6n Passaut", daarvoor hoop ik later noS ns te kunnen terugkomen. Een heerlijk gastvrij verblijf wacht me in de vacantieko ome te Anzio aan de zee en vandaar uit ga 1 ochten maken door een- traal Italië om e rachten een juist beeld te krijgen van e sociale kinderzorg in de praktijk in een land, waar een talrijk en ge zond kroost als he mooiste bezit beschouwd wordt; een land, waar het groote offensief tegen het volksvermelende neo-malthusia- nisme, en de strijd tegen tuberculose en ma- laria tegelijk met de Era fascista is ingeluid. Een eerste vereischte om een gezond en krachtig volk te kweeken is, dat aile aan dacht geschonken worde aan de hygiëne van het kind. En wie „kind" zegt, denkt er altijd .moeder" bij. Dit is het standpunt, waarop df Italiaansche regeering zich heeft ge ëtst, toen het haar duidelijk was dat eerst groot stuk volksellende moest verdwij- ma J, Y.°°raleer het volk tot een krachtige en In natie zou kunnen uitgroeien. der ppv6 +banc^eloosheid en zedenverwildering het volt jaren na den wereldoorlog dreigde de eeneryGrt°nder te gaan aan kinderarmoe- We zullen1 aan kindersterfte anderzijds, te scheppenen trachten een beeld daarvan melden, dat' i„ïoeg ziJ het terloops te ver geboortecijfer ;,na. alle groote steden het in sommige pa !tZPnwekkend daalde en 1000 inwoners hatm niet eens meer 10 per waar het geboortecifw En ten Plattelande, 30 schommelde, was dL?°g~tuSSchen 25 en in hun eerste levensjaar 7- - kinderen dikwijls 25 en méér PerZ?° foot' dat het Het geboorte-overschot o n erd bedroeg, sterfte daalde tot omstreeks het^WR6116 Voegt men daarbij een Zeer uitbreide emigratie naar bijna alle landen van Europa doch bijzonder naar de Noordkust van ka en de staten van Noord- en Z.-Amerika dan valt licht te begrijpen, dat Italië onge-' rust werd omtrent zijn toekomst. Het is een van de eerste groote daden van de fascistische regeering geweest om het be volkingsprobleem dapper onder de oogen te zien en daarvoor de oplossing te zoeken, welke het meest voor de hand k|Sen was- n.l. het tegengaan der ongebreidelde emi gratie en de krachtige bestrijding dei egen- natuurlijke geboortebeperking. Hierbij blee het echter niet. Ook de ontijdige sterfte, die in hoofdzaak het gevolg was van wantoestanden op so ciaal-hygiënisch gebied, diende ernstig te worden bestreden. Na eenigen tijd van gron dige studie en voorbereiding richtte de nieuwe regeering op „het Nationale Werk voor Moederschap- en Kinderzorg. Dit Werk, waarvan de centrale te Rome gevestigd is, heeft thans zijn machtige vertakkingen over het geheele land uitge spreid. We kunnen ge rust aannemen, dat er geen plaats meer is van eenige beteekenis, welke niet haar eigen „Casa della Madre e del Bambino" bezit. Natuurlijk is daarmee alleen de geheele kwestie niet opgelost; niemand is daarvan méér overtuigd dan de Italiaan zelf. Men heeft niet de preten tie, dat op sociaal- hygiënisch gebied thans alles in het land volmaakt is en er wordt hard zeer hard doorgewerkt en men zal niet tevreden zijn, vóór men ook hierin een eerste plaats in de rij der besdhaafde landen heeft ingeno men. Het Nationale Werk voor Moederschap- en Kinderzorg is tot stand gekomen door de wet van 10 December 1925, No. 77 en werd daarna herhaalde malen aan gevuld en gewijzigd. In zijn huidiigen vorm is de taak van het Werk het eenvoudigst te omschrijven met de woorden: „bescher ming en physisehe en moreele verbetering van het ras". De werk wijze is zuiver prophy- lactisch, gaat dus uit van het beginsel, dat voorkomen heter is dan genezen. Vandaar dan ook de geweldige activiteit om den vrouwen een goed begrip bij te brengen van practische hygiene en de onbegrensde hulp om haar moedertaak met verstand te voltooien. Overigens gaat het hier niet enkel om prophylaxe, bescherming en hulp, doch ook om de welbewuste toepassing eener actieve geboortepolitiek, waarvan het verstrekken van huwelijksgiften, geboortepremies, belas ting-verlaging voor gehuwden en groote ge zinnen en belastingverhooging voor onge- huwden, preferentie voor hoofden van kin derrijke gezinnen in de toewijzing van open bare en private betrekkingen en ambten een belangrijk onderdeel vormen. De organisatie van het Werk berust bij een officieel centraal comité, waarvan de zetel te Rome is en verder in federatieve afdeelingen, gevestigd in elke provincie hoofdstad. Deze federaties groepeeren alle werken op het gebied der kinderzorg. Voorts bestaat er in elke gemeente een afdeeling, die zich „beschermings-comité" noemt en die voor de uitvoering zorg draagt van alle be sluiten en maatregelen, die door het cen traal comité uitgevaardigd worden. Het ar beidsveld van deze gemeentelijke comité's is zeer ruim en omvat o.m.: het organiseeren en inrichten van alle werken, die noodig zijn voor moeder en kind, zooals: consultatie- bureaux voor zwangeren en voor zuigelin gen, propaganda voor moeder-voeding, moe dercursussen, eetzalen voor zwangere vrou wen en zoogende moeders. Zij hebben het toezicht over de hygiënische en zedelijke op voeding der kinderen onder de 14 jaar, die uitbesteed zijn bij particulieren of in in richtingen zijn ondergebracht. Ook de zorg voor verlaten kinderen is hun toevertrouwd. Zij moeten in samenwerking met de bestaan de charitatieve vereenigingen steun en be scherming verleenen aan de misdeelde kin deren en aan de verlaten minderjarigen. Zij moeten de jeugd beschermen en over haar waken en zoo noodig aangifte doen bij het gerecht van feiten, die voor de ontzetting uit de ouderlijke macht in aanmerking komen. Eventueele overtredingen van de Arbeids wet voor kinderen moeten door hen opge spoord en aangegeven worden. Tenslotte kunnen zij alle initiatief nemen yoor goede sociale kinderzorg en voorstellen dienaan gaande indienen bij het Centraal Comité. Deze geheele organisatie bracht in haast iedere gemeente tot stand de „Casa della Madre e del Bambino". Hiervan bestaan er alleen te Rome reeds veertien, terwijl er nog twaalf in aanbouw zijn. Want Rome is ver deeld in 26 zones voor de sociaal-hygiëni sche zorg en in de nabije toekomst moet elke dezer zones zulk een inrichting bezitten. Het tehuis aan de Via Volpato, dat ik be zocht, getuigt van gezonde opvatting en perfecte organisatie. Door zijn drie afzonder lijke ingangen worden de bezoeksters al ter stond verdeeld en is de toegang voor velen gemakkelijker gemaakt. Een eerste ingang is n-l. bestemd voor de bezoeksters van het consultatiebureau voor prae-natale zorg en heeft nog een aparte zijdeur voor diegene, die bij het bureau der sociale werkster moeten aankloppen voor materieele of moreele hulp. Een andere ingang is voor de afdeeling „zui gelingen-consultaties". De derde ingang is des morgens en des avonds druk bezocht door de moeders, die haar kinderen naar de crèche brengen of aan de kinderbewaarplaats toevertrouwen. Deze zelfde ingang dient ook voor zwangere vrouwen en zoogende moe ders, die hier om twaalf uur een extra krach- tigen maaltijd gratis kunnen komen nut tigen. Het bestek van een courantenartikel laat niet toe in détails te treden betreffende de geheele inrichting en werkwijze van deze „Casa". De geheele inrichting is up-to-date en dit zegt reeds genoeg. Alleen over den omvang van het werk der „Casa" nog een enkel woord. Het feit van de drie ingangen zeide ons reeds veel omtrent de bezoeksters en de bezoekertjes. In 1936 werden de zui gelingen-consultaties door 564.796 kinderen regelmatig bezocht, terwijl in de crèches en kinderbewaarplaatsen 21.838 kinderen van 2 weken tot 3 jaren een gezonde en liefdevolle verpleging genoten. Deze kinderen worden es morgens door de leidsters in ontvangst genomen van de moeders. De crèche is ge- v!Üf, afgescheiden van de rest van het ge- i-i 7 6 kinderen worden er eerst uitge- e,e,..fn aad en naar gelang van den leeftijd in wiegen, bedjes of looprekken geplaatst. De grooteren spelen in de open lucht op het groote dakterras of in den fraaien tuin met de heerlijke piscine. Italië waakt over en zorgt voor zijn kin deren, die het volk van morgen zijn. GABRIëLLE A.—M. HUYDTS. EN der Engelsche bladen, de „Daily Express" heeft onder zijn lezeressen een prijsvraag uitgeschreven om te weten te' ko men, hoe de dames oordeelen over de mode, welke Parijs voor den a.s. herfst heeft ge lanceerd. Meer dan vijfduizend lezeressen hebben haar meening ten beste gegeven. Meer dan de helft van de deelneemsters aan de prijsvraag sprak zich uit voor het model I, een driedeelig ensemble, gecompleteerd door een hoog, coquet dopje. Den eersten prijs won de dame, die als volgt haar smaak motiveerde: Een com binatie van vroolijk tweed, zwarte stof en opossum maakt dit driedeelig ensemble chique genoeg voor n de stad, maar tegelij- Él 1 JPt kertijd sportief ge- n0eg, om het buiten te dragen. Het is ideaal voor de reis; de wijde mantel zal niet gemakkelijk lij den onder langdurig zitten in spoorweg compartimenten of in andere vervoer middelen. Tusschen de felle ruiten en de lange ,smoking"-lijn is het evenwicht prachtig bewaard. De wijdte van het ensemble, die sterk in de mode is, is bij zonder geschikt, om fouten in het figuur te verbergen. Boven dien is het econo misch, wijl het niet spoedig uit de mode zal raken. De ver schillende deelen, af zonderlijk gedragen, maken het de draagster mogelijk, er twee of meer costuums van te maken, die gedu rende den herfst, den winter en ook in het vroege voorjaar gedragen kunnen worden. Het opossum, dat voor garneering van den mantel is ge bruikt, zal waar schijnlijk lang in de mode blijven. Een tweede prijswin- nares zond de vol gende oplossing in: Mijn keus (model I) is gemotiveerd, om dat dit model buiten gewoon practisch is voor ons wisselvallig klimaat. Het driedee lig ensemble is warm in den winter, ter wijl 't costuum goed zal staan in de lente. De kleurencombina tie is vroolijk voor sombere dagen. De derde prijswin- nares: Ik houd van den warmen, be haaglijken en lossen indruk van den man tel, welke eveneens v kan worden gedragen over een eenvoudi- gen, wollen rok. Het jasje met de hoog aangezette knoopen heeft goede lijnen. Men kan gemakkelijk drie costuums van dit pakje en den mantel maken. Het model II kreeg eveneens een groot aantal stemmen. Den tweeden prijs de dame, die over dit model als volgt haar meening ten beste gaf: Dit zwart en caramel-bruin toilet is geko zen, omdat het gerolde bont en de heup zakjes voldoende den indruk wekken van een „tournure", om menschen, die met de mode mede willen gaan, te bevredigen. Het militaire, maar toch vrouwelijke jasje staat iedereen; het doet lange personen korter lijken, terwijl het gezette dames slanker maakt. Dit costuumpje zou tweemaal zoo lang mee kunnen, indien men er een extra- zwart rokje bij zou nemen met opstiksels in bruin. De zwierige hoed geeft een zeer gracieusen indruk aan het geheel. Een andere abonnée schreef als volgt: Ik prefereer het wandelensemble om de volgen de redenen: het kan het geheele jaar door gedragen worden. De rok is bijzonder goed; men behoeft niet bezorgd te zijn voor kreu ken als men gaat zitten. De kleurencombi natie kan worden gedragen door blondines, brunettes of personen met kastanje-bruin haar. En een derde abonnée; Model II vermijdt de mode tot het uiterste te volgen. Het doet een beroep op het gevoel van eenvoudige gracie. Het heeft een geraffineerde kleuren combinatie en prachtig gesneden lijnen. Iedere figuur zal er op zijn voordeeligst in uitkomen. Bij de keuze van een herfst-toilet kan men van deze toelichtingen van Engelsche krin gen, welke toelichtingen, zooals gewoonlijk, niet van gezond verstand ontbloot zijn, z'n nut doen! Sk j P veel manieren kunnen we E I I van gekookte aardappelen g H een smakelijk gerecht ma- ken, b.v. door ze te bakken, maar afkokers zijn daarvoor niet zoo ge- jy schikt tenminste, op de gewone s manier. J Volgens onderstaand recept gaat het echter wel, met als resultaat een nieuw en smakelijk gerecht. Deze s J aardappelkoeken kunnen met sla gepresenteerd worden, we hebben er g ij dan een volledigen maaltijd aan. p j Het recept luidt (vöor vier g 3 personen) j Benoodigd 1 kg. gekookte aard- 1 appelen, 1 of 2 eieren, 200 gram J geraspte belegen kaas, ongeveer h J liter melk, en zout, nootmuskaat, E J boter. BereidingMaak de aardappelen g fijn (dit gaat het gemakkelijkst als 1 ze warm zijn) en vermeng ze met p Ij de andere ingrediënten tot niet te p droge puree. p J Smelt een lepel boter in de koe- j| 3 kenpan doe hierin de helft van de g puree en strijk deze glad uit. Bak p s hiervan een koek, die met behulp p J van een deksel wordt omgekeerd. p Bak de rest van de puree op dezelf- W de wijze. Presenteer de aardappel- p g koeken warm en geef er sla bij (bijv. s p van kropsla, tomaten en komkom- g %ll0t>WS|pti|PlIIPHIpM||UIMl||||l,ll||||!|MUOI|ll||||l"lMllll'i|l||l>,ip»" Men zal natuurlijk zeggen: schoentjes. Maar dan is men mis. Wat 't meisje aanheeft, wat ze laat zien, t zijn alle maal klompen, in luxe-uit voering dan. Deze voort brengselen van de moderne klompen-industrie waren af- geloopen week te zien op de jaarlijksche klompen- beurs van St. Oedenrode. ER werd ons reeds eenige malen gevraagd, om een elegante en toch eenvoudige damestasch te behandelen en het hierbij afgebeelde model komt o.i. alleszins aan dezen wensch tegemoet. De tasch is vervaardigd van zeehonden- leer, terwijl de soufflets en de klep uit rood scliapenleer bestaan. De kleur van de tasch is zwart. Het geheel is omgewerkt met zwart leerband. De klep is versierd met goudstipjes gestempeldIn plaats van zeehondenleer, dat tamelijk kostbaar is (hoewel bijzonder mooikunt u iedere O'idere leersoort, mits deze maar stevig genoeg is, gebruiken en natuurlijk kunnen ook de tasch met soufflets en de klep in één tint genomen worden. De benoodigdheden zijn als volgt: Een stuk leer voor de tasch van ca. 45 X 25 c.M. Een stuk leer voor de soufflets en de klep van ca. 35 X 40 c.M. Ca. 5 meter leerband. Een stuk voeringleer van ca. 50 X 30 c.M. Busje speciale leerlijm. Tweetand of holpijpje of revolvertang. Een rijgnaald. Indien u de klep van de tasch met goud stipjes wilt stempelen, evenals ons voor beeld, dan hebt u bovendien noodig: Een klein stukje goudblad. Een puntig voorwerp om te stempelen, b.v. een lijnentrekker. Het goudstempelen, dat voor beginners echter wat moeilijk is, kan natuurlijk ook achterwege blijven. We beginnen met de tasch op maat te knip pen, volgens werkteekening No. I. De afstand van A tot A is 41 c.M. De af stand van B tot B is 21 c.M. U ziet op de werkteekening, dat de hoe ken aan den bovenkant eenigszins zijn afge rond. Als liet werk gereed is Met een zeer scherp en puntig mesje gaan we nu de gleufjes in de tasch kerven, waar de lus voor de klep doorheen moet. We beginnen deze gleufjes op 6% c.M. vanaf den onderkant van de tasch te maken en snijden ze 214 c.M. lang. Vervolgens knippen we van het bovenleer een strookje van 10!4 X 214 c.M. (zie werk teekening No. II), slaan de beide uiteinden door de gleufjes en plakken deze aan de achterzijde zeer stevig vast. Vervolgens beplakken we de tasch stevig met het voeringleer. U doet het beste, met het voeringleer niet van te voren op maat te snijden, doch eerst na het plakken, als de lijm goed droog is, de uitstekende randen netjes gelijk te knippen. Nu zijn de soufflets aan de beurt. Deze knippen we uit het hiervoor bestemde leer op maat volgens werkteekening No. III. De afstand van C tot C is 16 c.M. De af stand van D tot D is II c.M. De soufflets moeten nu aan de tasch be vestigd worden en dit doen we op de vol gende wijze. Allereerst wordt de tasch in model gevouwen, volgens de op werkteeke ning no 1 aangebrachte vouwlijnen. Na het vouwen ontstaan, 2 vlakken van resp. 16, en 9 c-M. lengte. Het vlak, waarin de lus voor de klep is aangebracht, wordt het eerst naar binnen geslagen. We plaatsen de soufflets er tusschen en plakken deze met een smal laagje lijm aan de tasch vast. De puntige onderkant van het soufflet komt dus precies in vouw E (zie werkteekening No. V). Vervolgens wordt de klep op maat geknipt (Werkteekening No. IV). De klep bestaat uit 2 lagen leer en we knippen dus 2 maal een stuk van 6%, x 1214 c.M. De hoeken ronden we iets af. We maken over de geheele breedte een rij gaatjes, precies 5 c.M. vanaf plen bovenrand (F.). We laten echter aan beide zijkanten ca. 1 c.M. vrij. Precies dezelfde rij gaatjes maken we in den bovenkant van de tasch (zie werkteekening No. I G). We leggen nu de klep met den binnenkant zoodanig op den bovenkant van de tasch, dat de beide gaatjesrijen precies degen elkaar komen. Daarna hechten we met een draadje dikke naaizijde de klep tegen de tasch. Nu nemen we de tweede laag leer voor de klep (die we al of niet met goud kunnen stempelen, doch dit komt later) en plakken de twee deelen stevig op elkaar. Langs den geheelen omtrek van de klep worden nu gaatjes geslagen (U moet hierbij zeer goed oppasseni dat de tasch niet beschadigd wordt; eventueel worden de gaatjes in de klep ge slagen, voor deze op de tasch wordt beves tigd). Daarna wordt de klep met leerband omgewerkt, volgens werkteekening. Tot slot worden nu in de tasch ook nog de gaatjes langs den geheelen omtrek gemaakt en ook deze met leerband omgewerkt. We schuiven de klep door de lus en.... o, nee, we zijn nog niet klaar, tenminste als we nog willen goudstempelen. Dit gaat op de volgende wijze. Van het stukje goudblad worden zeer smalle reepjes geknipt, b.v. 1 m.M. breeder dan de punt, die er in gedrukt wordt. We leggen het goudblad met den goudkant op het leer en drukken steeds nette kleine stip jes er in met de punt van de lijnentrekker, die steeds even in een vlam (b.v. van een kaars) wordt verwarmd. Het beste is, op een leerrestje eerst even te probeeren, of het lukt. De moeilijkheid zit daarin, dat bij te heete punt het goud uitvloeit en bij te weinig verwarming geen mooi stipje ontstaat. Eerst dus maar even geprobeerd. Aan het hoofdbureau van dit blad Groote Markt 32, Rotterdam, kunnen aanvag'en wor den gericht om gratig modelbladen op ware grootte, terwijl alle vragen om assistentie en verdere inlichtingen worden beantwoord. De aanvragen moeten geschieden per gesloten brief. In den linkerbovenhoek van de enve loppe vermelde men het motto; Cursus Leerbe we r k i n g.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1939 | | pagina 1