BMP
IlilKl
DONDERDAG 14 SEPTEMBER 1939
Ned. R. K. Middenstandsbond.
Congres 1939 afgelast.
KRUISVAARDERS VAN ST. JAN.
Nieuwe algemeen overste.
UITBREIDINGSPLAN VAN
BERGEN.
Bezwaren van* enkele belang
hebbenden.
AFSCHEID VUF MINDERBROEDERS-
MISSIONARISSEN.
M
UITVOERING DISTRIBUTIE-
WET.
DIENSTWIJZIGING TEXELSCHE BOOT
PROV. STATEN VAN ZUIDHOLLAND.
Beenderenbeschikking
1939, No. 1.
RUIT INGEGOOID BIJ DEN
BURGEMEESTER.
VEREEN. VAN GROOTWERKGEVERS
IN HET WINKEL- EN MAGAZIJN-
BEDRIJF.
SCHAPENFOKKERIJ OP TEXEL.
TECHNICI BIEDEN DE REGEERING
HUN DIENSTEN AAN.
TWEEDE-KAMERVERKIEZING.
NIEUWE FINSCHE GEZANT TE
DEN HAAG.
WIJZIGINGEN BETREFFENDE
SCHEEPVAARTWEGEN.
(WORDT VERVOLGD).
AGENT DOOR TWEE MANNEN
AANGEVALLEN.
In verband met de gewijzigde omstandig
heden heeft het bestuur van den Ned. R. K.
middenstandsbond gemeend het voorgenomen
congres der organisatie te Arnhem voor 1939
te moeten aflasten.
In verband met het aftreden van den
Eerw. Broeder C. J. M. v. d. Corput als al
gemeen overste, heeft onder voorzitterschap
van den Z.Eerw. heer W. A. Bokeloh, gees
telijk directeur der Kruisvaarders van St.
Jan, een verkiezing plaats gehad en is als
algemeen overste gekozen de Eerw. Broeder
J. P. Essen, tot op heden overste te Curagao
(N.WJ.) Deze heeft zich inmiddels inge
scheept en is op weg naar Nederland.
Bij besluit van 16 November 1937 heeft de
gemeenteraad van Bergen (N.H.) een plan
van uitbreiding voor het geheele gebied der
gemeente vastgesteld, waaraan Gedep.
Staten van Noordholland hun goedkeuring
op 14 December 1938 hadden verleend.
Een tiental belanghebbenden evenwel had
hiertegen allerlei bezwaren ingediend, aan
vankelijk bij gemeente- en provinciaal be
stuur, thans bij de Kroon, welke bezwaren
Woensdag in de vergadering van den Raad
van State, afd. geschillen van bestuur, zijn
behandeld.
De bezwaren van een dezer reclamanten
toelichtend, wees mr. "Van Löben Seis erop,
dat weliswaar het algemeen belang boven
privaat belang kan worden gesteld, doch dat
in uitbreidingsplannen e.d. private belangen
behooren te worden ontzien, wanneer het al
gemeen belang niet wordt geschaad of wan
neer een andere oplossing om het algemeen
belang te dienen mogelijk is. Dat deze moge
lijkheid bestaat, zette pleiter nader uiteen.
Spr. achtte het ondoelmatig, in Bergen een
sportveld van afmetingen als die van het
Amsterdamsche stadion aan te leggen en
daarbij een weg van 50 meter breedte van
Alkmaar naar Schoorl te traceeren. Het Am
sterdamsche stadion meet 'nl. 10 HA., en het
ontworpen sportveld te Bergen 9% H A.
Ook van andere zijden werd het Bergen-
sche plan al te fantastisch geacht.
Namens den heer, van Reenen, oud-bur
gemeester van Bergen en een van de betref
fende grondeigenaren, werd betoogd, dat in
den gedachtengang van het uitbreidingsplan
Bergen uitsluitend als vacantie-oord wordt
beschouwd, waaraan de belangen van par
ticuliere ingezetenen moeten worden opge
offerd. Bergen is daarnaast echter ook woon
oord, met beschikking over uitgestrekte ge
bieden natuurschoon. Er zijn reeds veel te
veel pensionhouders in Bergen die slechts
voor een klein gedeelte des jaars een rede
lijk bestaan hebben, terwijl een deel hunner
gedurende de rest van het jaar op steun uit
de openbare kas is aangewezen.
De heer MacDonald verdedigde namens
het gemeentebestuur van Bergen het onder
havige plan.
De Koninklijke beslissing volgt later.
Woensdag had in het Missiecollege „Sint
Willibrord" te Katwijk aan de Rijn een ker
kelijke plechtigheid plaats, die grooten in
druk maakte. Vijf paters Minderbroeders
ontvingen uit de hand van den hoogeerw.
pater Prudentius van Leusden, Provinciaal,
het missiekruis en namen daarop in de kapel
afscheid van hun medebroeders, om Vrijdag
met het Deensche s.s. „Java" van Rotterdam
de zeereis naar het hun aangewezen missie
gebied in China te beginnen. De vijf paters
zijn P. Hunger Bult O.F.M. uit Gaasterland,
P. Leonorus Schoorl O.F.M. uit Disse, P. Te-
rentianus Seesimk O.F.M. uit Rotterdam, P.
Sanctus Molenkamp O.F.M. uit Oegstgeest
en P. Matemus Dassen O.F.M. uit Maas
tricht.
De eerste drie paters zijn bestemd voor
het Apostolisch Vicariaat van Luanfu, de
laatstegenoemde twee voor de Apostolische
Prefectuur van Kiangchow.
Het s.s. „Mark" van de N.V. Houtvaart, dat Zaterdag j.l. nabij Denemarken op
een mijn is geloopen en gezonken.
HET NIEUWE RAADHUIS VAN
WATERINGEN.
De Kroon tegen het schenken van
champagne.
De gemeente Wateringen werd in 1938 ver
rijkt met een nieuw raadhuis, tot den bouw
waarvan het jaar tevoren was besloten
wegens uitbreiding van het zielental der
gemeente en wegens onhoudbaarheid van
den toestand, waarbij Wateringen zich tien
tallen van jaren met een zeer onaanzienlijk,
oud en totaal versleten gebouw als raadhuis
had moeten behelpen.
Aanvankelijk was voor het nieuwe raad
huis 55.000 op den kapitaaldienst uitgetrok
ken en onder goedkeuring van Ged. Staten
van Zuidholland was hiervoor een geldlee-
nir.g aangegaan, terwijl voor meubilair en
onvoorzien de gemeente 13.500 had gere
serveerd, zoodat in het geheel 68.500 be
schikbaar was. Doch als gevolg van noodza
kelijk gebleken verzwaring der fundeering,
het aanbrengen van een stalen damwand ter
voorkoming van verzakking, zoomede voor
tuin- en straataanleg rond het nieuwe ge
bouw, stegen de stiehtingskosten tot 81.200.
Om die redenen besloot op 23 Februari
1939 de Wateringsche raad het bedrag op den
kapitaaldienst voor 1938 van 55.000 met
ƒ26.200 te verhoogen, welk laatste bedrag
dan voor ongeveer de helft nog voor het
raadhuis en voor de rest op andere bestem
mingen moest worden geboekt.
Aan deze verhooging evenwel hebben Ged.
Staten hun goedkeuring onthouden, omdat
het gemeentebestuur daarmede naar hun
oordeel niet tijdig bij hun college was ge
komen en voorts omdat in het bedrag van
26.000 een som van 178.95 was begrepen
voor de ter gelegenheid van de opening van
het nieuwe raadhuis gebruikte champagne
en ƒ98.voor het drukken van een boekje,
waarin de totstandkoming van dit raadhuis
werd beschreven, welke uitgaven naar de op
vatting der Ged. Staten de grens van het be
paald noodzakelijke hadden overschreden.
De gemeenteraad van Wateringen ging
hiertegen in beroep bij de Kroon, aanvoeren
de, dat de gemeente, tellende pl.m. 5400 zie
len, door haar begrenzing aan 's-Graven-
hage jaarlijks aanmerkelijk in bevolking to<
neemt en dat de oude toestand onhoudbaar
was geworden, terwijl het nieuwe, onder
architectuur van den heer Kropholler op
getrokken gebouw tot sieraad van het ge
heele Westland strekt en dat de raad ten
aanzien van de ƒ276,95 voor de champagne
en het boekje met Ged. Staten van meening
verschilt. Om redenen van zuinigheid was de
eerste-steenlegging reeds zonder feestelijk
heid geschied, doch de officieele opening kon
niet op zoodanige wijze plaats hebben, waar
van zeer vele zijden, zoowel in als buiten de
gemeente, blijken van belangstelling
waaronder vele geschenken waren gege
ven. Welnu, een tweehonderdtal personen
heeft de opening bijgewoond en aan deze
gasten zijn ververschingen, waaronder een
glas champagne, aangeboden, hetgeen het
gemeentebestuur geen overdreven uitgave
kan achten, evenmin als die voor het ge
denkboekje.
De Kroon heeft echter het standpunt van
Ged. Staten gedeeld en als haar oordeel uit
gesproken, dat, toen de bouwkosten de oor
spronkelijke raming aanzienlijk bleken te
overtreffen, het op den weg van het ge
meentebestuur had gelegen om, gelet ook op
de financieele positie van de gemeente Wate
ringen, bij de uitgaven, welke de totstand
koming van het raadhuis voorts nog mede
brachten, groote soberheid in acht te nemen.
Uit dit oogpunt bezien oordeelde de Kroon
de uitgaven van 178,95 voor champagne en
van 98 voor het drukken van het boekje
ontoelaatbaar, nog daargelaten dat het ge
meentebestuur ten onrechte heeft verzuimd
vóór de verhooging van de begrooting met
deze en de overige uitgaven de daarvoor
vereischte goedkeuring aan Ged. Staten te
vragen.
Het beroep van den raad werd mitsdien
ongegrond verklaard.
De directie van de Texelsche boot deelt
mede, dat het noodzakelijk gebleken is in
verband met het gevaar voor drijvende
mijnen in den Texelstroom de dienstregeling
te wijzigen. Daar bij duisternis het mijnen
gevaar niet denkbeeldig is, zal met ingang
van Vrijdag 15 September e.k. de laatste
boot van den Helder niet te 17.35 doch te
16.45 uur vertrekken.
n-
>cb
ar Tl
!er I
p-ll
In de vacature-jhr. mr. D. J. de Geer is
.door den voorzitter van het Centraal Stem
bureau tot lid van de Prov. Staten van
Zuidholland benoemd verklaard de heer ir.
P. Boersma te Rotterdam.
De minister van economische zaken heeft
gelet op de artikelen 4 tot en met 6 en 8
der distributiewet 1939, alsmede op het
distributieheffingsbesluit 1939 en de chemi-
sche-producten-beschikking 1939, no. 1, de
„beenderenbeschikking 1939, no. 1" vastge
steld, waarbij beenderen worden aangewezen
als distributiegoederen in den zin van arti
kel 4 der wet.
Er wordt een sectie beenderen van het
rijksbureau voor chemische producten inge
steld, welke sectie is gevestigd te 's-Graven-
hage, Laan Copes van Cattenburch 16.
De dagelijksche leiding van de sectie be
rust bij een directeur, die bij de uitvoering
van deze regeling optreedt namens den mi
nister als plaatsvervanger van den algemeen
directeur, bedoeld in de chemische-produc-
ten-beschikking 1939, no. 1, en daarbij de
door een commissie van bijstand en door
den algemeen directeur namens den minis
ter te geven aanwijzingen in acht neemt.
Als directeur wordt ir. D. J. Akkerman
aangewezen. Tot leden der commissie van
bijstand worden benoemd: dr. G- L. Voer
man (tevens voorzitter). Drs. C. B. J. Mül-
ler, mr. K. A. van Deth en ir. J. van Stolk,
ook zal een d®or den minister van defensie
aan te wijzen vertegenwoordiger in de com
missie zitting nemen.
Tot secretaris is Th. J. D. Erlee benoemd.
De algemeene directeur, bedoeld in de
chemische-produeten-beschikking 1939, no. 1,
heeft het recht de vergadering van de com
missie van bijstand bij te wonen.
Iedere onderneming, waaronder de be
schikking verstaat: iedere natuurlijke of
rechtspersoon, die van de be- of verwerking
van beenderen zijn normaal bedrijf maakt,
is verplicht aan den directeur binnen 2 x
24 uur schriftelijk het verzoek te doen haar
bij de sectie in te scrijven- Het verzoek moet
binnen tweemaal 24 uren na den dag van
inwerkingtreding van deze beschikking
worden gedaan.
De directeur is bevoegd, in overleg met
de commissie van bijstand aan de inschrij
ving voorwaarden te verbinden.
De directeur is bevoegd de ingeschreve
nen te schorsen of te schrappen waartegen
de betrokkenen bij den minister van econo
mische zaken in beroep kunnen gaan.
De directeur is bevoegd om bij de inschrij
ving een inleggeld te vorderen van ten
hoogste 100.- per onderneming.
Dit bedrag wordt bij liquidatie van de
sectie terugbetaald.
De kosten, die aan de uitvoering van de
regeling verbonden zijn, zullen, voor zoover
zij niet worden gedekt door de consentgel-
den, volgens nader door den directeur, in
overleg met de commissie van bijstand, vast
te stellen regelen worden omgeslagen over
de bij de sectie ingeschreven ondernemin
gen.
Iedere onderneming, die beenderen voor
handen of in voorraad heeft, is verplicht
daarvan schriftelijk opgave te doen aan den
directeur. De opgave moet geschieden binnen
een week na den dag van inwerkingtreding
dezer beschikking en vervolgens op nader
door den directeur te bepalen tijdstippen.
In de opgave wordt vermeld:
a. de hoeveelheid beenderen in kilogram
men, voorhanden of in voorraad op den dag
van inwerkingtreding dezer beschikking, on
derscheidenlijk op de door den directeur vast
te stellen tijdstippen.
b. de plaats, waar deze hoeveelheid zich
alsdan bevindt.
Een onderneming moet van iedere ver
meerdering harer voorraden schriftelijk op
gave doen aan den directeur. De opgave moet
geschieden binnen twee dagen na den dag,
waarop de vermeerdering plaats vond.
De directeur is voorts bevoegd ook van
natuurlijke- of rechtspersonen, welke niet
als ondernemingen in den zin van de be
schikking kunnen worden beschouwd, een
zelfde opgave te verlangen als in het eerste
lid bedoeld.
Het is verboden beenderen te be- of ver
werken, dan wel te doen bewerken of te
doen verwerken, zonder een daartoe van den
directeur verkregen schriftelijke vergunning.
Echter is het verrichten van deze handelin
gen door of ten behoeve van de militaire
autoriteiten of instanties zonder vergunning
geoorloofd.
Van het verbod, geldt gedurende een ter
mijn van acht dagen na den dag van inwer
kingtreding dezer beschikking een algemeene
dispensatie, voor zoover het betreft de be-
of verwerking van normale hoeveelheden.
De directeur is bevoegd dezen termijn te
bekorten.
Na afloop van den in het vorige lid be
doelden termijn kan door den directeur dis
pensatie uitsluitend aan ingeschrevenen, die
voldoen aan de voorwaarden en verplichtin
gen, bedoeld in de artikelen 4 en 5, worden
verleend voor een door hem te bepalen ter
mijn of tot wederopzegging toe.
Aan de verleening der vergunningen, en
der dispensaties, kunnen door den directeur
voorwaarden en beperkingen worden ver
bonden.
De vergunningen kunnen door den houder
niet worden overgedragen, en worden slechts
verleend aan ondernemingen, die bij de sectie
zijn ingeschreven.
Het is aan natuurlijke of rechtspersonen,
die van den handel in beenderen niet hun
normaal bedrijf maken, verboden beenderen
te koopen met het doel deze weder te ver-
koopen, zonder een daartoe van den direc
teur verkregen schriftelijke vergunning. Aan
de vergunning kunnen voorwaarden en be
perkingen worden verbonden.
Bij de afgifte van een vergunning, wordt
een door den directeur, in overleg met de
commissie van bijstand, te bepalen consent-
geld geheven, te berekenen naar de bruto-
waarde der betrokken goederen, tot een
maximum van een pet. van deze waarde
en met een minimum van 0,25 per vergun
ning.
De directeur kan in overleg met de com
missie van bijstand nadere regelen stellen
ter bevordering van een goede uitvoering
dezer beschikking.
Voor de vereeniging van grootwerkgevers
in het winkel- en magazijnbedrijf werden
uitgebracht twee praeadviezen van de hand
van mr. F. L. Polak over de navolgende on
derwerpen: „Enquêtes vanwege buitenland-
sche regeeringen aangaande het grootbedrijf
in den detailhandel inzonderheid met be
trekking tot het eenheidsprijzenbedrijf" en
„Eenige beschouwingen over de verhouding
tusschen klein- en grootwinkelbedrijven, in
zonderheid met betrekking tot het eenheids
prijzenbedrijf".
Het bestuur besloot met het oog op de
tijdsomstandigheden de behandeling van
deze, inmiddels versohenen, praeadviezen
voorloopig uit te stellen.
In de Staatscourant van Woensdag 13 Sep
tember 1939 is opgenomen een steunbeschik-
king ten behoeve van de schapenfokkerij
op Texel.
Het algemeene bestuur van het Neder-
landsch instituut van middelbare technici
heeft in een schrijven aan den ministerraaad
meegedeeld, dat het groote corps middel
bare technici via het instituut en de aan
gesloten vereenigingen gaarne bereid is de
regeering in de terzake ingestelde of nog
in te stellen instanties met raad en daad van
advies te dienen en daarvoor de meest des
kundige krachten zooveel mogelijk ter be
schikking te stellen.
Het instituut en daarmede het corps, dat
het vertegenwoordigt, meent hiermede re
geering en land van dienst te kunnenn zijn
en het zijne te kunnen bijdragen om aan de
ontstane moeilijkheden zoo doeltreffend en
krachtig mogelijk het hoofd te bieden.
Wij kunnen
direct aanvallen
Dat z<?u zelf
moord zijn
Arme jongen
Cnnurtah' opera muodl
Kirk klimt op het dak der hut
In de nabijheid der hut
De voorzitter van het centraal stembureau
heeft in de vacature J. W. Albarda, tot lid
van de Tweede Kamer benoemd verklaard
den heer J. G. Suurhoff te Amsterdam.
Tot gezant van Finland te Brussel en den
Haag is benoemd de heer M. Valvanne, thans
gezant van Finland te Tokio. Hij zal op 1
October a.s. in deze functie treden.
Tot attaché bij de Finsche legatie in België
en in Nederland werd benoemd de heer
Gunnar Palmiooth.
De hoofdingenieur-directeur van den
Rijkswaterstaat in de directie Algemeene
Dienst bericht, dat de pontonbruggen over
het Waardkanaal, t.w. de Waardbrug bij
Kolhom en de Nieuwesluizerbrug bij Nieu-
wesluis, tot nader bericht niet meer voor de
scheepvaart geopend zijn.
Bob. de Canadeesche Politieruiter.
1. Bob en Jack Kirk volgden de richting,
welke Leblanc met zijn gevangenen ingeslagen
had. Het .zou hun thans zeker niet moeilijk
vallen 't verblijf van den bandiet op te sporen;
hijzelf zou hun, als het ware, den weg daarheen
wijzen. Een gemakkelijke weg was het niet,
maar in Noord-Canada is een ieder een voor
treffelijk bergbeklimmer en zonder veel moeite
bereikten de beide mannen den Scheermesberg.
Het door de sleden gemaakte spoor leidde als
een smal pad door de sneeuw en na eenigen
tijd voerde het Bob en Kirk tot nabij de hut.
2. „Wij moesten maar onmiddel
lijk aanvallen", meende Bob, maar
Jack, hoe ongeduldig ook, hield hem
van de uitvoering van dit plan terug-
„Dat zou gelijk staan aan zelf
moord", waarschuwde hij. „Vergeet
niet dat Leblanc een scherpschutter
van den eersten rang is. Hij zou ons
overhoop schieten". Bob kon niet
ontkennen dat de jongeman gelijk
had. „Ik heb een anderen inval",
zeide deze. „Luister
Ik zal ze uit-
rooken l
'UW'I
1-30
Eenigen sluipen naar de deur.
3. Ondertusschen bleven de beide
gevangenen van gedachten wisselen.
„Jack", zeide Marie Wallace,
„weet dus nog niets af van den dood
van zijn vader. Arme jongen
Leroux antwoordde niet- Zijn aan
dacht scheen op iets anders geves
tigd te zijn. Hij wendde, voor zoo
ver hij hiertoe in staat was, het
hoofd om, en keek onderzoekend
om zich heen. „Ik ruik rook", zeide
hij. „Er is iets aan de hand".
Ga op den vloer liggen I
4. De inval van den jongen Kirk was een voor
treffelijke geweest, meende B°b- HlJ had voor
gesteld op bet dak te klimmen en dan te pogen
Leblanc en diiens mannen r°°ken" en aldus
uit de hut te verdrijven; buiten zouden zij dan
opgewacht worden door B°b en diens geweer en
gedwongen zijn zich over te geven. „Voel je
je sterk genoeg hiertoe vroeg Bob. „Natuur
lijk", antwoordde Jaök> »de slag van den kogel
had mij ziek gamaakt> maar de wond is niet
ernstig". „Mooi Ga danantwoordde Bob en
Jack Kirk sl'oop naar de hut en klom op het dak.
Werpt weg!
zZCopuriqhl opera
HuvVUkuUM
Bob houdt de bandieten in bedwang
5. Hoe wilde Jack het aanleg
gen de bandieten uit te rooken
Hoe anders dan door den schoor
steen af te sluiten En dit deed
hij door zijn jas erover te leg
gen. „Ik zal ze uitrooken als
ratten", gromde hij, „en dan kan
Bob ze neerschieten, als hij wil
Zoo bloeddorstig was Jack Kirk
anders niet, maar het is niet te
verwonderen dat hij verre van
zachtmoedig gestemd was
(Nadruk verboden).
6. De rook, waarvan Leroux de onlieflijke geur
opgesnoven had, vulde met dichte, zwarte wolken
het grootste vertrek van de blokhut, waarin zich
de bandieten bevonden. Als zij niet vluchtten,
zouden zij binnen weinige minuten verstikken.
Zoo snel vulde zich 't vertrek met den smorenden
rook, dat zij naar de deur moesten kruipen, om
dat zij onmogelijk adem hadden kunnen halen,
indien zij rechtop waren blijven staan. Rook
immers is iets lidhter dan de lucht, ofschoon het
verschil gering is; bijgevolg blijft zij midden- en
boven-in een vertrek hangen.
7 Ook tot het kamertje, waar Le
roux en Marie gevangen waren,
drong de rook langzaam door. De
gevangenen hadden zich onmiddel
lijk van hun stoelen laten glijden om
zooveel mogelijk buiten de rook te
blijven, maar Leroux, die begon te
begrijpen wat er ongeveer aan de
hand was, zeide tot het meisje „Ga
op den vloer liggen... De kogels
zullen straks wel fluiten en liggend
zijn wij het veiligst".
8. De uitgerookte bandieten kwamen naar
buiten, gevolgd door een rookwolk. Zij werden
ontvangen door Bob, die met aangelegd geweer
tegenover de deur der blokhut knielde. „Werpt
uw geweren wegbevl Bob en de kerels vol
deden aan dit bevel en staken de handen omhoog.
Nu de deur geopend was, werd de rook in de hut
minder dicht en terwijl Bob de bandieten met zijn
geweer in bedwang hield, schoot Leblanc, die zich
nu miet behoefde te haasten de hut te verlaten,
door het venster op den politie-sergeant, maar
ondanks zijn schutterstalent, trof hij niet.
Verdachte tot twee maanden
gevangenisstraf veroordeeld.
Men meldit ons uit Amsterdam:
De politierechter veroordeelde gisteren
een jongeman, die op 30 Juli Van dit jaar
een ruit bad ingegooid bij den burgemeester
tot een gevangenisstraf van twee maanden.
Verd. was een jaar geleden uit Duitschland
naar Nederland gekomen, hij had hier werk
gezocht, doch dit niet kunnen vinden. Aan
gezien hij niet in aanmerking kon komen
voor maatschappelijken steun was verd. der
mate verbolgen, dat hij een ruit ingooide van
een winkelhuis in de Kalverstraat, voor welk
feit hij onlangs werd veroordeeld.
Nauwelijks uit zijn gevangenschap ontsla
gen, gooide verd. te tweeden male een ruit
in, thans bij den burgemeester van Amster
dam. Ter zitting verklaarde verd. tot zijn
daad te zijn overgegaan, nadat hem wederom
geen steun kon worden toegewezen.
De officier van justitie had een gevange
nisstraf van zes maanden gerequireerd.
Negen maanden tegen de verdachten
geëischt.
Men meldt ons uit Amsterdam:
Op 17 Februari j.l. werd een agent van
politie te hulp geroepen door een bewoon
ster van een perceel aan den Haarlemmer
dijk. Zij voelde zich door haar foenedenbu
ren, een 72-jarigen oud-Indisch militair en
diens 26-jaTigen zoon, bedreigd. Sedert ge-
ruimen tijd maakte een burenruzie tusschen
de gezinnen van een en twee hoog de stem
ming in de woning er niet beter op. De
agent stelde een onderdek in, doch nauwe
lijks was hij bij den opgewonden militair en
diens zoon binnengekomen of de scheld
woorden, gericht aan het adre» van de bo
venbuurvrouw, vlogen door de lucht. De
agent waarschuwde en zette deze waarschu
wing kracht bij, door „het notitieboekje" te
trekken, gereed om verbaal op te maken.
„Dat zal niet gaan", riep de vader en hij
greep den agent bij de keel. De zoon sprong
op diens rug. De agent trok zijn sabel, deel
de er eenige tikken mee uit, maar tenslotte
ontrukte de vader hem het wapen. De oud
militair wist er mee om te gaan, hij viel
vinnig naar den agent uit en sloeg hem op
het hoofd. De agent trok zijn revolver en
retireerde naar boven, maar de oude vech
tersbaas liet zich niet afschrikken. Hoewel
zijn zoon een hoofdwonde had opgeloopen,
bestormden zij samen 'de trap. Drie maal
lostte de agent een schot, hij liep een schram
over den enkel op en een houw over den
linkerarm. Tenslotte verschanste de agent
zich in een zolderkamer. Inmiddels rukte
assistentie aan en konden vader en zoon
worden ingerekend.
De rechtbank veroordeelde beide mannen
wegens bedreiging tegen het leven tot zes
maanden gevangenisstraf.
Thans diende deze zaak iin hooger be
roep voor het gerechtshof, gepresideerd
door mr. Joh. M. Jolles.
De agent vertelde, dat hij zeer kalm was
opgetreden. Het tweetal viel hem aan, zoo
dat hij genoodzaakt was zijn sabel te trek
ken. Toen de agent de trap opliep, riep de
oudste verdachte: „Kom hier, dan zal ik je
afslachten; je durft toch niet raak te schie-
ten".
Inderdaad, 'zeide de agent, bleef ik kalm
en ik loste slechts waarschuwingsschoten.
Ik had ze evengoed neer kunnen schieten op
dien korten afstand.
De verdachten ontkenden bedreiginge® te
hebben geuit. De vader dacht, dat de agent
zijn zoon wilde arresteeren en pas toen Was
de vader tussohenbeide gekomen.
„En waarom liep u den agent achterin*?
u 'was op uw eigen eerste verdieping en de
agent ging naar boven. U had boven niets
te maken", zeide de president tegen de ver
dachten.
De oudste verdachte beantwoordde deze
vraag- We gingen hem achterna, omdat we
bang waren, dat hij zou schieten.."
pres.: En boven?
Verd.: De agent was in een zolderkamer
tje binnengegaan en hij had de deur op slot
gedaan. Ik tikte met de sabel op de deur en
vroeg of hij naar buiten wilde komen.
Pres.: Ja en u bedreigde hem en schold
hem uit voor lafaard.
Verd.: Daar weet ik niets meer van.
De agent handhaafde zijn verklaring: Het
tweetal viel hem aan, de vader ontrukte hem
zijn sabel, waarmede de man naar hem stak
en sloeg, waardoor hij aan arm en hoofd
werd gewond.
De verdediger mr. Francois Pauwels, vroeg
aan den agent, of hij met de blanke sabel
had gevochten.
Agent: Ja meneer, maar 't ding is erg bot.
Verdediger: Dus u sloeg niet met de schee-
de om de sabel?
„Geen sprake van" antwoordde de agent.
Wel waar, riep de oudste verdachte uit, we
hebben den agent de sabel uit de hand ge
rukt, maar de sdheede zat er nog om en daar
mede heb ik hem geslagen.
Het debat over de sabel met of zonder
scheede leidde tot een demonstratie; beurte
lings zwaaiden agent en verdediger met het
wapen, al of niet door leer omhuld.
„Hebt u wel eens last van zenuwachtig
heid?" vroeg de verdediger den agent.
„Neen meneer, antwoordde deze heel kahn.
Als ik daar last van had, zouden die twee
verdachten hier niet meer staan, want dan
zou ik raak hebben geschoten.
Nadat nog eenige getuigen verklaringen
hadden afgelegd over de wijze waarop de
verdachten waren opgetreden, las de presi
dent de reclasseeringsrapporten voor, die niet
ongunstig luidden.
De procureur-generaal mr. J. Versteeg zei
de in zÜn requisitoir, dat de agent zeer kalm
en beheerseht is opgetreden. De feiten, door
de beide verdachten gepleegd, zijn zeer ern
stig. De oudste verdachte staat bekend als
iemand, die „niets op zich laat zitten", hij
trekt bij het minste of geringste van leer.
Ook dit geval bewijst dat weer. De aanval is
van deze beide verdachten uitgegaan. Uit het
optreden van den agent blijkt een zekere
voorzichtigheid, voorzichtigheid tot het uiter
ste toe.
Gezien den ernst van de feiten was spr. van
oordeel, dat de straf, opgelegd door de recht
bank, te laag geweest is. Spr. vorderde zoo
wel tegen den zoon als tegen den vader een
gevangenisstraf van negen maanden.
De verdediger hield een uitvoerig betoog
waarin hij aandrong op vrijspraak voor den
zoon en de uiterste clementie ten aanzien
van den vader inriep. Zijns inziens legde de
agent te veel ijver aan den dag en is hij te
genover den ouden man niet tactisch opge
treden.
Arrest 26 September.