MAASTUNNELWERKEN ONDER SNEEUW. I HOE DE „ARENDSKERK" TEN ONDER GING. ÓTUKKFN T EN VERMAAK STADSNIEUWS. Verzuchting van een zeeman. oud- VORST HEEFT HET WERK GROOTENDEELS STILGELEGD. BEMANNING OP WEG NAAR ONS LAND. MAANDAG 22 JANUARI 1940 R. K. STAATSPARTIJ, AFD. SCHIEDAM. „HULP AAN KRAAMVROUWEN". CABARETAVOND IN PASSAGE THEATER. HET ZEILSCHIP. MEER DAN GOUD. AL VROEG OP HET SLECHTE PAD. SCHOORSTEENBRANDJE. J. A. WUISMAN AANRIJDING. BURGERLIJKE STAND. Alleen in gesloten landtunnel gaat arbeid gewoon door. Onderhoud, met kapitein Wijker en dén eersten stuurman. Bij hun aankomst te Parijs. De gezagvoerder van de „Arendskerk" de heer Wijker, is hedenochtend met de Zuid-Express van Lissabon te Parijs aangekomen, vergezeld van de verdere officieren van het schip en de Neder- landsche leden van de bemanning. A NOTEERING MOUTWIJN EN SPIRITUS. „AETHER-PIRATEN" IN HOOGER BEROEP. Uitspraak van het gerechtshof. wmm Aanmelding als lid. Degenen, die nog geen lid der Staatspartij zijn, worden er aan herinnerd, dat met 1 Januari wederom een nieuw vereenigings- jaar is ingetreden. Nog steeds is de verhou ding van het aantal Katholieke kiezers tot het aantal leden der R. K. Staatspartij zeer ongunstig, speciaal in Schiedam. Maakt men een vergelijking met b.v. de gemeente Delft, dan telt de afdeeling aldaar enkele honder den leden meer. In het Westland zijn er plaat sen, waar alle katholieke kiezers lid der Partij zijn. De ongunstige verhouding in Schiedam heeft tot gevolg gehad, dat bij het referendum voor de Prov. Staten onze candi daat van de 2e naar de 3e plaats werd ver schoven en op een niet verkiesbare plaats werd gezet. In nog andere opzichten is deze houding van vele Schiedamsche katholieke kiezers een handicap geweest. Sluit U daar om aan en geeft U zich ten spoedigste op bij den secretaris, den heer A. J. C. van Oppen, Hoogstraat 182, Tel. 68941. Deze jongste onderafdeeling van den R. K. Vrouwenbond bestaat thans meer dan een jaar. Overduidelijk is gedurende dezen tijd gebleken in welke behoefte dit nieuwe liefde werk voorziet. Immers de crisisjaren hebben vele gezinnen in een toestand gebracht, waar bij alle buitengewone uitgaven een ramp voor zulk een gezin beteekenen. Zulke buitenge wone uitgaven kunnen zich bij allerlei om standigheden voordoen, maar vooral in groote mate komt dit voor bij de geboorte van een kleine. Wat wordt de blijdschap rond dit heugelijk gebeuren getemperd bij de ge dachte aan de zorgen, die hierdoor ontstaan Bovengenoemde onderafdeeling heeft nu tot doel aan hulpbehoevende kraamvrouwen ge durende 10 dagen warm eten te verschaffen. Alle ingeschreven dames worden om de beurt verwittigd wanneer er zich een geval voor doet. Inlichtingen van betrouwbare zijde ma ken, dat alleen zij, die het hard noodig heb ben, geholpen worden. Het getal der dames, die ingeschreven staan, is echter veel te wei nig in verhouding tot het aantal voorkomende gevallen. Daarom wordt nogmaals een beroep ge daan op de dames om dit liefdewerk daad werkelijk te steunen Men geve zich op bij nievr J G Janse—Verhoeven, Appelmarkt 4. Tel. 68400, die verder alle inlichtingen zal verschaffen. Het is wel een buitengewoon ontspannings programma, dat Donderdag 25 Januari in het Passage-theater gegeven wordt! Een keur van artisten treedt op, zooals nog nimmer in één combinatie is gebracht. In de eerste plaats Willy Derby, Neelands populaire humorist. Willy Derby brengt een schitterend reper toire, en zal ook te Schiedam een groot suc ces oogsten. Verder treden op Koos Koen, met zijn kostelijke transformatieschets: Het Bruiloftsdiner, waarb.j als laatste gast juf frouw de Bonk komt, Bob Scholte, de ge vierde radio-humorist en prof. Davola, met zijn verrassende en dolkomische goochel kunst experimenten. Het wordt dus een av°nd, waarbij het eene lachsalvo op het andere zal volgen. Helaas! de tijden zijn vervlogen, De tijden van het zeilend schip. De stoom heeft grootendeels vervangen Wat eertijds men van strand of klip Bij nadering als 'n reuzenvogel, Van verre met genoegen zag, De vaderlandsche kusten nad'ren. Een lichaam waar een ziel in lag. Haar groote vlucht van bolle zeilen, Gaf gratie aan haar schoon geheel. Het sprak tot hen die het verwachtte. Elk zeeman voelde zich een deel Van 't saamgestelde, „levend" wezen, Waaraan alleen ontbrak de spraak, Waaraan een zeeman sterk gehecht was. Waar ieder kende eigen taak. Een wezen, dood, doch door de zeilen Het leven ingeblazen werd. Zoodat de indruk werd gevestigd, Van 'n vliegend monster in de vert. Nooit zal mechanisch men bereiken, Een indruk als een zeilschip geeft. Waar dit, als wand'lend op de zeeën, Impressie geeft van iets dat leeft En nooit meer zullen er in toekomst, (Zooals dit op een zeilschip was), Worden gekweekt die stoere kerels Bij wien men in de oogen las De kracht die 't zoute water levert, 'n Geslacht van mannen, onversaagd Trotsch op het schip dat zij bevoeren. Nooit is bij stoomvaart men geslaagd, Een liefde voor het schip te kweeken, Als voor het zeilschip werd verwekt. Die liefde is bij stoombootmenschen Voor eigen schip schier nooit ontdekt. Men sprak met trots van al de deugden, Van 't snelle varen van hun schuit. Hoe fijn die stuurde en laveerde; Daarvan was het gesprek nooit uit. Met stoom gaat 't vlugger, dat is waar, Doch ik bemin een zeil; ziedaar! 4 Februari a.s. hopen de heer J. H. Suisse en Mevr. A. Suisse—Maltha hun 55-jarige echtvereeniging te herdenken. Beide zijn ras_ echte Schiedammers. De heer Suisse is reeds vele jaren bezorger van de Nieuwe Schie damsche Courant. Het doorbreken van de aansluiting tusschen de landtunnel op den R. M. O. en het ventilatiegebouw. en de droeve boodschap over te brengen. De duikboot sleepte mij daarom een eindje1 en ik- roeide terug. De kapitein vertelt verder. Op de „Arendskerk" was alles merkwaar dig kalm gebleven. Ik zelf had begrepen dat er niets meer aan te doen viel; vooral toen het onderhoud op de duikboot maar voort duurde. Ik had dus de bemanning doen waarschuwen en ook onze eenige passagiers, de heer en mevrouw Brouwer. Hoewel we over vier booten beschikten had ik de be manning toch in twee booten laten plaats nemen, in iedere boot 30 man. Onze beman ning was kalm en ook de heer en mevrouw Brouwer, zoodat ik hun daar werkelijk mijn compliment over móet maken. Onze 32 Las karen waren minder kalm en een hunner, mijn bediende, die al zooveel reizen met mij had gemaakt, stond bij mij te huilen en af scheid te nemen, zoodat ik met een paar stevige woorden hem er toe moest brengen, dat hij zijn plaats in de boot ging opzoeken. Ik zelf nam met drie anderen in een derde boot plaats en dat had ik expres gedaan bij wijze van voorzorg. Later hebben wij ook uit ieder der andere booten eenige opva renden opgenomen, zoodat deze over drie booten werden verdeeld. Om ook maar iets mee te nemen, daarvoor was geen tijd en ik had maar een bezorgdheid, n.l. dat er een vliegtuig of oorlogsschip zou opdagen, waar door de „Arendskerk" onmiddellijk zou getorpedeerd worden, want als de duikboot zich uit de voeten zou maken, zou dit niet zijn zonder eerst haar prooi te hebben ver nield. Wij voeren dus snel uit de nabijheid van de „Arendskerk" en toen wij ver genoeg waren, konden wij de torpedeering gade slaan. Het zinken van de Arendskerk In het Sportfondsenbad alhier werd Zater dagmiddag 20 Jan. j.l. te omstreeks 3 uur een portemonnaie met inhoud gestolen. In ver band hiermede werd de 14-jarige J. C. P. G. wonende te Schiedam, aangehouden. Bij fouilleering werd de portemonnaie met het daarin aanwezige geld op hem bevonden. In de woning van C. M. in de Steenstraat alhier heeft Zaterdagmiddag een schoor steenbrandje gewoed. Met behulp yan een ramonneur heeft de gealarmeerde brandweer den schoorsteen van roet en vuur gezuiverd. Op 74-jarigen leeftijd is overleden onze stadgenoot, de heer J. A. Wuisman. Sedert eenigen tijd had de heer Wuisman zich uit de zaak teruggetrokken. De over ledene, een echte Schiedammer, heeft jn Schiedam voor de branderijen en molens een massa werk verricht. Hebben wij het wel, dan was hij de man, die distillatie In de branderij toepaste in houten ketels (1914-T8). Onder zijn leiding werden bergen van repa ratie en nieuw werk verricht. In den omgang was de overledene een prettige vriend en causeur. Salomon en Brugman waren bij hem thuis. Heden, Maandag, vond de begrafenis op het R. K. Kerkhof plaats. Zaterdagmorgen werd op den Rotterdam- schendijk alhier de wielrijder G. J. de S. aangereden door een vrachtauto, bestuurd door A. v. d. M. te Vlaardinger-Ambacht. Het rijwiel werd licht beschadigd. Persoon lijke ongelukken kwamen niet voor. GEBOREN: Willemina, dochter van A. W. van Leeuwen en M. van Tielen, P. de Hoogh- sLfcIclt 11* OVERLEDEN: P. M. Ronteltap, 73 jaar, wed. van C. de Kok, Dr. Noletstraat 1 J. H. Wuisman, 74 jaar, Raam 3 H. G. J. van Duivenbode, 72 jaar, wed. van J. C. van Doorn, P. K. Onneslaan 104 M. C. Ver velde, 75 jaar, echtg. van J. v. d. Most, L. Nieuwstraat 69. DE aanhoudende vorst, die sedert 't midden van de vorige maand wel niet zoo heel streng, maar toch buitengewoon hinderlijk voor het werk hier heerscht, maakt, dat de voortgang der werkzaamheden in de afgeloopen maand belangrijk is ge stagneerd. Zoo ligt het werk aan den opbouw der ventilatiegebouwen reeds lang geheel stil, terwijl ook met het grondwerk en beton werk op de andere werkterreinen heel wei nig voortgang kon worden gemaakt. Alleen daar waar de tunnel gesloten is en diep onder den grond in een constante tempera tuur kan worden gewerkt, gaat de arbeid door. In hoofdzaak is dit wel het geval op den rechter oever in de gesloten landtunnel, die nabij het portaal van een houten afslui ting is voorzien en waarin ten opzichte van buiten een behoorlijk zachte atmosfeer aan wezig is. De tegelbekleeding gaat daar nor maal door alsof er geen kou in de lucht was en ook de hekken voor de inspectie paden zijn daar reeds grootendeels gemon teerd. Nabij het ventilatiegebouw is het in de tunnel een oorverdoovend lawaai, omdat men bezig is den wand van het ventilatiegebouw die de afscheiding tusschen de landtunnel en het gedeelte tunnel in het ventilatiege bouw vormde, weg te breken. Met zal zich herinneren, dat deze wand hol is uitgevoerd om het breekwerk niet al te bezwaarlijk te maken, zij moest echter sterk genoeg zijn om den geweldigen gronddruk, die tijdens het afzinken van het ventilatiegebouw op dezen wand komt te drukken, weerstand te bieden. Op den beganen grond is in 't ven tilatiegebouw een groote compressorinstal latie gebouwd, die den noodigen luchtdruk levert voor het groote aantal pneumatische breekinstrumenten, dat bij den afbraak van dezen tijdelijken scheidingswand en de kop schotten der tunnelstukken noodig is. Werk in de fabrieken. Al wordt dan op het werk zelf door de weersomstandigheden niet zoo heel veel ver richt, achter de schermen, d.w.z. in de fa brieken, welke werken voor de ventilatie, liften, pompen, electrische apparaten enz. gaat het werk normaal door. Van deze werk zaamheden blijkt vooral wat betreft de ven tilatie reeds iets op het bouwterrein, waar men begonnen is in de groote machine kamer verschillende loopkranen te mon- teeren, die noodig zijn voor het op zijn plaats brengen der 16 schroef ventilatoren voor het ventilatiesysteem aan den rechter oever. Een kleinere centrifugaalventilator, dienende voor de ventilatie van voetgangers- en fietsèntunnel, is reeds geleverd en wordt dezer dagen gemonteerd. Voordat de vorst en daarmede de ijs gang op de rivier zoodanige vormen hadden aangenomen, dat werken op de rivier on mogelijk was, is het gelukt verreweg het grootste gedeelte van de hulpwerktuigen en machines, welke noodig zijn voor het zinken in de rivier, weg te nemen van het eerste reeds gezonken stuk en te brengen naar het tweede, tot zinken gereedliggende stuk in de V/aalhaven. Op Zaterdag 6 Januari liet zich echter de ijsgang zoodanig aanzien, dat het niet langer gerechtvaardigd leek den meest rivierwaarts liggenden richttoren Zondag over in de rivier te laten staan, zoodat besloten werd, deze 's middags weg te nemen. Bij het ontwerpen van de installatie, welke voor het zinken der tunnelstukken in de rivier noodig is, heeft de aannemer van te voren rekening gehouden met de mogelijk heid, dat de richttorens, die na het zinken van het stuk nog geruimen tijd daarop olijven staan, om leiding' te geven bij de aansluiting van het daaropvolgend te zinken stuk, bij eventueelen ijsgang in de rivier op eenvoudige wijze kunnen worden losge maakt, door een bok opgepakt en op het land gezet, terwijl eveneens maatregelen zijn getroffen om het mogelijk te maken deze richttorens weer op het onder water liggende stuk op zijn juiste plaats neer te zetten. Een en ander brengt natuurlijk vrij aan zienlijke kosten met zich mede, doch be- teekent, zooals uit het hierbovenstaande blijkt, geen bijzonder nadeel voor het werk. Het is een normaal gevolg van de vorst, waarop van tevoren was gerekend. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). SCHIEDAMSCHE IJSVereeNIGING Tot mijn teleurstelling en groote verwon dering moest ik hedenavond C Vrij dag) be merken, dat de banen der S. IJ. V. weder om gesloten bleven. Terwijl in Rotterdam, Vlaardingen, in het kort, overal in den omtrek reeds dagen ge leden de banen werden geopend, kunnen de Schiedamsche schaatsenrijders, leden van de S. IJ- V. met hun schaatsen onder de arm op de kant blijven staan. Wat is hiervan de oorzaak? Men vertelde mij, dat het Bestuur er zekere eigenaardige opvattingen op na houdt, die zeker geen bijval bij de leden vinden. Wij zijn geen lid van de S. IJ. V. om spaar potjes te maken en het in orde hebben, on der alle omstandigheden, van de ijsbaan gaat ons boven het hebben van een mooi gebouwtje e.d. Bovendien: „de cost gaet voor uit". Om geld in kas te krijgen, moet men eerst geld uitgeven voor het vlug en goe in orde brengen van de banen. Dit is trou wens in het verleden bij de S. IJ- V. bewe zen. Het Bestuur der S. ij. y. schijnt dit niet te begrijpen en houdt daarom de baan angst, vallig dicht en laat daaraan eerst heelemaal niet, daarna slechts op aandringen van voor man en leden met maar 15 man aan werken, omdat anders de kosten te oog worden. Neen, Bestuur, dit niet de goede manier! Wij leden, hebben het recht te verlangen, dat, als er ijs is, wij kunnen schaatsenrijden en ik geloof dat, wanneer het op deze manier blijft doorgaan, de ontevredenheid onder de leden zeker groot zal worden. E. M. BAERVELDT. Schiedam, 19 Januari 1940. Noot der Redactie. Als de ge achte inzender het bericht in ons blad van Zaterdag heeft gelezen en misschien een de- zer dagen nog 'n bezoek aan de ijsbaan heeft gebracht, zal hij begrijpen, waarom de baan Vrijdag niet geopend kon worden. Bergen werk moesten verzet worden en zonder hulp van militairen of andere menschen zooals in andere plaatsen. Van spaarpotjes maken is zeker niets gekomen, want dergelijk werk veslindt hoopen geld. Veel bagage hebben zij niet meegebracht, aangezien zij buiten het lijfgoed, dat ze droegen op het oogenblik van het verlaten van het schip, niets hebben kunnen meevoe ren. Van het half uur dat voor het verlaten van het schip was toegestaan, was reeds bijna een kwartier verloren, dat de eerste stuur man, de heer Oosterhuis, noodig had om naar het schip terug te roeien. En toen het bevel kwam om het schip te verlaten, was er dan ook geen tijd nog wat mee te nemen. Want mocht er een vliegtuig of een oorlogsschip aan de horizon verschijnen, die gevaar kon opleveren voor de duikboot en deze zou moeten vluchten, dan zou ze dit toch niet doen zonder haar prooi te hebben getrof fen. Het gegeven respijt kon dus niet anders dan uiterst precair zijn. Op de „Arendskerk" was alles echter puik in orde, zoodat de booten gemakkelijk ge streken konden worden en zich konden ver wijderen. Het was betrekkelijk goed weer, maar er was toch een lange deining en toen twee uren later de schipbreukelingen door de „Fedora" werdenopgenomen, was het weer beduidend slechter geworden, zoodat bij het inhalen een der reddingsbooten werd beschadigd. Maar zoo zij hun bagage hebben achterge laten, hun koelbloedigheid en stoere opge wektheid hebben de leden van de beman ning van de „Arendskerk" volkomen be houden. Kapitein Wijker vertelt. Gezagvoerder Wijker gaf ons een volledig relaas van het gebeurde waarvan wel reeds een en ander bekend is, doch dat toch om zijn kleur een goed inzicht geeft van het gebeurde. Den 13den Januari in den namiddag was het schip, de Britsche controle gepasseerd in de Downs, welke zeer snel verliep, zoodat bijna onmiddellijk kon worden door gevaren. Evenwel werd dit met het oog op het mijnengevaar niet gewenscht ge acht en werd eerst den 14en bij het aanbre ken van den dag de reis voortgezet. De ge zagvoerder had wel mijnen gezien, doch de reis ging toch ongehinderd voort. Daarbij werd te 1.30 van den 15en Quessant gepas seerd. Het schip liep zeer snel met een vaart van 19 mijl. Op 15 Januari omstreeks half acht 's och tends toen 't schip op Kaap Finisterre aan zette dus ongeveer halverwege tegenover de golf van Biscaje, werd schieten gehoord, dat aanhield tot dwars aan bakboord een ont ploffing plaats had, welke erop wees dat de „Arendskerk" het mikpunt was. De eerste en de vierde stuurman konden in het nog zwak ke daglicht een donker voorwerp waarne men, dat voor een makreelvisscher of een trawler kon worden gehouden. Doch even later gaf men er zich snel rekenschap van, dat men met een onderzeeër van onbekende nationaliteit te doen had. Om 7.40 werd ge stopt. Er is dus geen sprake van dat de „Arendskerk" heeft gepoogd te vluchten. En toen de kapitein van de duikboot dat later veronderstelde, kon gemakkelijk aangetoond worden, dat hij daartoe was geleid door het feit dat 't schip met 't smalle achterschip naar hem toe had gelegen. Had men willen vluch ten. zoo zeide de kapitein, b.v. in het geval dat men onmiddellijk had vermoed met een onderzeeër te doen te hebben, dan was dat misschien wel mogelijk geweest, aangezien het met alle kracht te geven het mogelijk zou zijn geweest de snelheid tot 22 mijl op te voeren, terwijl duikbooten al zeer moeilijk een vaart van 18 mijl kunnen halen. Voor vluchten was trouwens geen reden, daar de „Arendskerk" geen contrabande aan'boord had. Met een licht-morse werd te kennen gege ven dat de duikboot de scheepspapieren wil de onderzoeken. De papieren werden dus aan den eersten stuurman toevertrouwd, die zich met de werkboot naar de onderzeeër begaf. Inmiddels zag men dat de kapitein van de onderzeeër met zijn kijker de „Arendskerk" in het oog hield en dat ook de overige be manning van de Duitsche duikboot zich op alles voorbereid hield. Ook zijn door de „Arendskerk" geen seinen gegeven. De mar conist had van den gezagvoerder instructies niets buiten zijn bevel te doen. Wel heeft de marconist, zooals zijn plicht was, de nood- batterijen beproefd en daarvoor een oogen blik overgeschakeld, wat natuurlijk een vonk geeft, om te zien of, zoo er met de gewone stroomvoorziening iets gebeurde, alles gereed was om de noodvoorziening te gebruiken. De duikboot kwam wat naderbij tot onge veer op een mijl. .terwijl de eerste stuurman, de heer Oosterhuis naar de boot roeide. U behoeft niet te vragen, hoe wij met saamgeknepen hart het schouwspel gade sloegen. De torpedo trof de „Arendskerk" onder het vierde luik. Blijkbaar was op de machinekamer gemikt, doch de torpedo trof wat verder op ongeveer op van de lengte van het schip. Nooit zal ik dat vergeten. Met een don derend geraas werd het dek boven die laad ruimte opgelicht alsof men een beddedeken opslaat en onder het gedonder van de ont ploffing vloog van alles de lucht in, tonnen, kisten, andere stukken van de lading, stuk ken van het schip en ook de beide masten knapten af. Het achterste deel van het schip brak af en voor zoover het niet in stukken was gespronken boog het langzaam het wa ter In en verdween. Twee derde deel van het schip bleef echter drijven en zou zeker drijvende zijn gebleven, zoo niet de duik boot met kanonschoten verder was voort gegaan den romp te doorboren om ook dat deel van het schip tot zinken te brengen. Merkwaardig genoeg gingen de lichten niet uit; de automatische inschakeling der reser vebatterijen had dus uitstekend plaats gehad, wat wel een bewijs is van de prachtige in stallatie. Wij hebben die lichten tot het laat ste oogenblik van het zinken kunnen zien. Het duurde wel een kwartier eer de rest van het schip zonk. Gelijkmatig over de geheele lengte zonk het al dieper en dieper tot op het laatst de voorsteven omboog het water in en de rest geheel werd opgelicht, zoodat het geheele schip zich op den neus zette. Zoo verdween de „Arendskerk" loodrecht voor goed in de diepte. Het huilen stond me nader dan het lachen en men moet geen zeemanshart hebben om onbewogen het zinken van een mooi schip te zien. En nu was het de „Arendskerk", mijn eigen boot, waaraan ik natuurlijk verknocht ben. Het is alsof je iemand begraaft, die je erg lief is. De duikboot verdween, salueerde ons nog en Ik salueerde maar terug. En wij gingen twee uur aan het zwalken. Wij hadden de zeilen opgezet en hoe wij ook uitkeken, we zagen niets, tot eindelijk een zwart stipje grooter en grooter werd en wij het Italiaan- sche s.s. „Fedora" zagen. Maar dat die ge waarschuwd zou zijn daarvan viel -niets te merken en zooals wij later op de boot zelf hoorden had men daarvan niets bemerkt. Met de fluiten, door middel van fakkels en op alle mogelijke manieren hebben wij getracht de aandacht van de „Fedora" te trekken. Maar het bleek wel dat zij ons niet zag en dat heeft ons een tijd van groote spanning bezorgd met de noodige opmerkingen aan het adres van den uitkijk. Mevrouw Brou wer bleef opgewekt en wist de bemanning zelfs met een grapje aan te moedigen. Er gebeurde wat ik vreesde en wat ons zelf ook wel overkomt, n.l. dat wij die kleine booten voor visschers uit-Saint Malo of iets derge lijks houden. Eindelijk gelukkig een paar stooten met de stoomfluit. Wij waren gezien. Later vertelde men ons dat men opmerk zaam was gemaakt doordat er zooveel olie dreef en ook wrakstukken. Toen had men begrepen dat er wat gebeurd was en dat onze booten reddingsbooten waren. Het was half twaalf, toen wij door de „Fedora" wer den opgenomen. Het weer werd slechter en bij het naar boven hijschen werd een onzer booten beschadigd. Maar wij waren gered. De kapitein kwam direct met cognac en hoe wel die boot al heel weinig geriefelijkheid kon bieden aan haar eigen bemanning wer den wij direct goed verzorgd. Er werd direct eten klaar gemaakt, maar ruimte kon men ons niet veel geven. De Laskaren gingen op de roosters boven de machines liggen om wat warmte te zoeken, want die arme kerels waren er door de koude ellendig aan toe, Het gebroken Engelsch en Fransch der Ita lianen was voldoende om ons verstaanbaar te maken en ik moet zeggen dat ze alles ge daan hebben om ons zoo goed mogelijk te helpen. Toen wij later de Poeloe Bras ont- D a g e 1 ij k s: Groote Schouwburg, Jolijt (Bouwmeester-schouwspel), 2 uur, Zondag ook 2 uur (volw.) Bioscopen: Goedgekeurde program, ma's tot en met Donderdag 25 Januari in: Luxor: Das Lied der Wüste (volw.); Arena: Straten zonder einde (volw.); Studio: Een prins wordt opgevoed (boven 18 jaar); Tha lia: Tweede viool (boven 18 jaar); Scala: De laatste vrijbuiter (volw.); Colosseum: Honolulu en 'n Reuze-type (volw.); Prinses: Gestolen leven en Bulldog Drummond ont snapt (volw.); Corso: Kameraden van de straat: Capitol en City: Vier mannen der duisternis (boven 18 jaar); Centraal: Boefje en Onze koninklijke marine; Ooster: Ver miste gast en Spionnage in de Maginot-linie (voor volw.); Victoria: Charlie Chan in Ho nolulu en Levensdans (boven 18 jaar); As- ta: Het huis van mysterie en Texas-avontu- riers (boven 18 jaar); Harmonie: Jesse Ja mes en Vlijmscherp op avontuur (boven 18 jaar); Grand: De laatste kus (boven 18 jaar) Olympia: Charlie Chan in het spookhuis en Wolven van het Westen (boven 18 jaar; Cineac: actualiteiten. Tentoonstellingen: Tentoon stelling „Rotterdam—Batavia" (Schitciam- sche Singel 55), dagelijks 1017 en 1922 uur. Zondags van 1217 uur (tot 15 Maart). Kunsthandel Gebr. Koch, Noordblaak 21-23, werken Japanschen meester Tsuguharu Fo- juita (tot 31 Januari) Impuls (W. de Withstraat 55) werken van den Rotter- damschen kunstschilder D. Maandag (tot 1 Februari) Rotterd. Kunstkring, wer ken van Wout van Heusden, Corn, van Leeu wen, Adriaan v. d. Plas, Lode Sengers en C. Timmer (tot 28 Jan.) Kunsthandel Unger (Eendrachtsweg 27), portretten en stillevens van mevr. R. de Balbian-Verster- Bolderhey (tot 14 Febr.) Schiedam. Passage theater: t.m. Woensdag: De zwar te spion en Het wetboek der gestraften (v. volw.); Donderdag: Cabaretavond; Monopole: 't Zit in de lucht en Het gemerkte spoor. SCHIEDAM, 22 Jan. Officieele noteering van de commissie uit de Kamer van Koop handel. Moutwijn. Moutwijn 46 pet. 17 per H.L. Spoeling. Spoeling 1,401,50 (niet officieel). moetten, konden wij de Italianen gemakke lijk doen begrijpen, dat, daar deze naar Lis sabon ging, het beter voor ons was dat wij daarop over gingen. De „Poeloe Bras" bracht ons den 17den te Lissabon. Ook op de „Poe loe Bras" is men zeer goed voor ons geweest en te Lissabon heeft de gezant ons zeer har telijk ontvangen. Er was wel bevel gegeven de bemaning per schip naar Nederland te doen terugkeeren, doch dat bleek later moei lijk. Toevallig ontmoetten wij te Lissabon den heer Leyen van de K. N. S. M. die alles voor de reis in orde maakte. En nu zitten wij hier »et het vooruitzicht morgen het vaderland terug te zien. Ik heb juist met mijn vrouw getelefoneerd, maar wij konden niet veel zeggen, dat begrijpt U. Ik zei: Hier ben ik; ik ben alles kwijt. En zij antwoordde: Maar jij bent er toch! In den nacht van 10 op 11 Mei van vorig jaar deed de Rotterdamsche politie een inval in een huis aan de Van Vlooswijkstraat, waar zij een complete geheime zendinrichting ontdekte en in beslag nam. Drie mannen, die het apparaat bedienden werden gearresteerd en bij hun verhoor be kende één, de meubelmaker S. P. S. den zen der bediend te hebben, terwijl de ander, de vakvereenigingsbestuurder J. H. een politiek getinte redevoering had gehouden en no. drie, de behanger W. J. M., te wiens huize de uit zending plaats vond, juist bezig was een gramofoonplaat met de „Internationale" op te zetten. Het drietal heeft zich voor de Rotterdam sche rechtbank wegens overtreding van de Post- en Telegraafwet te verantwoorden ge had en is tot één maand gevangenisstraf ieder veroordeeld Op 8 Januari stonden zjj in hoo- ger beroep voor het Haagsche gerechtshof terecht. De advocaat-generaal, mr. J. U. Polman, eischte voor S. en H. verzwaring van de straf tot drie maanden gevangenisstraf. Tegen den derden verdachte werd bevestiging van de opgelegde straf (één maand gevangenisstraf) geëischt. De uitspraak luidde heden tegen H. en S. twee maanden en tegen M. één maand ge vangenisstraf. De eerste woord. stuurman aan De heer Oosterhuis zeide ons, dat hij door den kapitein van de duikboot zeer vriende lijk werd ontvangen. Deze keek de papieren in en gaf toe dat de „Arendskerk" een Ne- derlandsche boot was, twijfelde ook niet aan de juistheid van de opgave van de lading, maar zeide dat hij niettemin de „Arendskerk" moest torpedeeren daar de lading voor Durban en Kaapstad bestemd was, een be stemming, zoo zeide hij, voor een vijandelijk land. Gedurende ruim een half uur heb ik hem trachten te overreden, maar de kapitein was beleefd doch onverzettelijk. Hij zeide, dat het een prachtschip was en dat het hem leed deed een zoo mooi schip tot zinken te moeten brengen, maar oorlog is oorlog. Hij bood mij een sigaret aan en zeide, dat vooral geen noodseinen of plaatsopgaven mochten worden gegeven. Bij het in de booten gaan moest in de nabijheid van de plaats van zin ken gebleven worden. Hij zou dan een neu traal schip waarschuwen om hulp te doen bieden. De opvarenden kregen een half uur om het schip te verlaten en hij zou tevens het sein geven dat de bemanning in de booten moest gaan. De kapitein van de duik boot was misschien een jaar of 30 en ook de verdere bemanning was nog zeer jong. Er bleef mij niets over dan terug te roeien Paard en rijtuig zijn den laatsten tijd in Boedapest wederom bekende figuren in het stadsbeeld geworden, daar de taxÜs wegens het gebrek aan benzine voor het meerendeel in de garages moesten worden opgeborgen en het veelgesmade huurrijtuig weer in eere werd hersteld.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 1