MAASTUNNELWERKEN ONDER
SNEEUW.
I
HOE
DE „ARENDSKERK" TEN
ONDER GING.
ÓTUKKFN
T EN VERMAAK
STADSNIEUWS.
Verzuchting van een
zeeman.
oud-
VORST HEEFT HET WERK
GROOTENDEELS
STILGELEGD.
BEMANNING OP WEG NAAR
ONS LAND.
MAANDAG 22 JANUARI 1940
R. K. STAATSPARTIJ,
AFD. SCHIEDAM.
„HULP AAN KRAAMVROUWEN".
CABARETAVOND IN PASSAGE
THEATER.
HET ZEILSCHIP.
MEER DAN GOUD.
AL VROEG OP HET SLECHTE PAD.
SCHOORSTEENBRANDJE.
J. A. WUISMAN
AANRIJDING.
BURGERLIJKE STAND.
Alleen in gesloten landtunnel
gaat arbeid gewoon door.
Onderhoud, met kapitein Wijker
en dén eersten stuurman.
Bij hun aankomst te Parijs.
De gezagvoerder van de „Arendskerk"
de heer Wijker, is hedenochtend met de
Zuid-Express van Lissabon te Parijs
aangekomen, vergezeld van de verdere
officieren van het schip en de Neder-
landsche leden van de bemanning.
A
NOTEERING MOUTWIJN EN
SPIRITUS.
„AETHER-PIRATEN" IN HOOGER
BEROEP.
Uitspraak van het gerechtshof.
wmm
Aanmelding als lid.
Degenen, die nog geen lid der Staatspartij
zijn, worden er aan herinnerd, dat met 1
Januari wederom een nieuw vereenigings-
jaar is ingetreden. Nog steeds is de verhou
ding van het aantal Katholieke kiezers tot
het aantal leden der R. K. Staatspartij zeer
ongunstig, speciaal in Schiedam. Maakt men
een vergelijking met b.v. de gemeente Delft,
dan telt de afdeeling aldaar enkele honder
den leden meer. In het Westland zijn er plaat
sen, waar alle katholieke kiezers lid der
Partij zijn. De ongunstige verhouding in
Schiedam heeft tot gevolg gehad, dat bij het
referendum voor de Prov. Staten onze candi
daat van de 2e naar de 3e plaats werd ver
schoven en op een niet verkiesbare plaats
werd gezet. In nog andere opzichten is deze
houding van vele Schiedamsche katholieke
kiezers een handicap geweest. Sluit U daar
om aan en geeft U zich ten spoedigste op bij
den secretaris, den heer A. J. C. van Oppen,
Hoogstraat 182, Tel. 68941.
Deze jongste onderafdeeling van den R. K.
Vrouwenbond bestaat thans meer dan een
jaar. Overduidelijk is gedurende dezen tijd
gebleken in welke behoefte dit nieuwe liefde
werk voorziet. Immers de crisisjaren hebben
vele gezinnen in een toestand gebracht, waar
bij alle buitengewone uitgaven een ramp voor
zulk een gezin beteekenen. Zulke buitenge
wone uitgaven kunnen zich bij allerlei om
standigheden voordoen, maar vooral in groote
mate komt dit voor bij de geboorte van een
kleine. Wat wordt de blijdschap rond dit
heugelijk gebeuren getemperd bij de ge
dachte aan de zorgen, die hierdoor ontstaan
Bovengenoemde onderafdeeling heeft nu tot
doel aan hulpbehoevende kraamvrouwen ge
durende 10 dagen warm eten te verschaffen.
Alle ingeschreven dames worden om de beurt
verwittigd wanneer er zich een geval voor
doet. Inlichtingen van betrouwbare zijde ma
ken, dat alleen zij, die het hard noodig heb
ben, geholpen worden. Het getal der dames,
die ingeschreven staan, is echter veel te wei
nig in verhouding tot het aantal voorkomende
gevallen.
Daarom wordt nogmaals een beroep ge
daan op de dames om dit liefdewerk daad
werkelijk te steunen Men geve zich op bij
nievr J G Janse—Verhoeven, Appelmarkt
4. Tel. 68400, die verder alle inlichtingen zal
verschaffen.
Het is wel een buitengewoon ontspannings
programma, dat Donderdag 25 Januari in het
Passage-theater gegeven wordt! Een keur van
artisten treedt op, zooals nog nimmer in één
combinatie is gebracht. In de eerste plaats
Willy Derby, Neelands populaire humorist.
Willy Derby brengt een schitterend reper
toire, en zal ook te Schiedam een groot suc
ces oogsten. Verder treden op Koos Koen,
met zijn kostelijke transformatieschets: Het
Bruiloftsdiner, waarb.j als laatste gast juf
frouw de Bonk komt, Bob Scholte, de ge
vierde radio-humorist en prof. Davola, met
zijn verrassende en dolkomische goochel
kunst experimenten. Het wordt dus een
av°nd, waarbij het eene lachsalvo op het
andere zal volgen.
Helaas! de tijden zijn vervlogen,
De tijden van het zeilend schip.
De stoom heeft grootendeels vervangen
Wat eertijds men van strand of klip
Bij nadering als 'n reuzenvogel,
Van verre met genoegen zag,
De vaderlandsche kusten nad'ren.
Een lichaam waar een ziel in lag.
Haar groote vlucht van bolle zeilen,
Gaf gratie aan haar schoon geheel.
Het sprak tot hen die het verwachtte.
Elk zeeman voelde zich een deel
Van 't saamgestelde, „levend" wezen,
Waaraan alleen ontbrak de spraak,
Waaraan een zeeman sterk gehecht was.
Waar ieder kende eigen taak.
Een wezen, dood, doch door de zeilen
Het leven ingeblazen werd.
Zoodat de indruk werd gevestigd,
Van 'n vliegend monster in de vert.
Nooit zal mechanisch men bereiken,
Een indruk als een zeilschip geeft.
Waar dit, als wand'lend op de zeeën,
Impressie geeft van iets dat leeft
En nooit meer zullen er in toekomst,
(Zooals dit op een zeilschip was),
Worden gekweekt die stoere kerels
Bij wien men in de oogen las
De kracht die 't zoute water levert,
'n Geslacht van mannen, onversaagd
Trotsch op het schip dat zij bevoeren.
Nooit is bij stoomvaart men geslaagd,
Een liefde voor het schip te kweeken,
Als voor het zeilschip werd verwekt.
Die liefde is bij stoombootmenschen
Voor eigen schip schier nooit ontdekt.
Men sprak met trots van al de deugden,
Van 't snelle varen van hun schuit.
Hoe fijn die stuurde en laveerde;
Daarvan was het gesprek nooit uit.
Met stoom gaat 't vlugger, dat is waar,
Doch ik bemin een zeil; ziedaar!
4 Februari a.s. hopen de heer J. H. Suisse
en Mevr. A. Suisse—Maltha hun 55-jarige
echtvereeniging te herdenken. Beide zijn ras_
echte Schiedammers. De heer Suisse is reeds
vele jaren bezorger van de Nieuwe Schie
damsche Courant.
Het doorbreken van de aansluiting tusschen de landtunnel op den R. M. O. en
het ventilatiegebouw.
en de droeve boodschap over te brengen. De
duikboot sleepte mij daarom een eindje1 en
ik- roeide terug.
De kapitein vertelt verder.
Op de „Arendskerk" was alles merkwaar
dig kalm gebleven. Ik zelf had begrepen dat
er niets meer aan te doen viel; vooral toen
het onderhoud op de duikboot maar voort
duurde. Ik had dus de bemanning doen
waarschuwen en ook onze eenige passagiers,
de heer en mevrouw Brouwer. Hoewel we
over vier booten beschikten had ik de be
manning toch in twee booten laten plaats
nemen, in iedere boot 30 man. Onze beman
ning was kalm en ook de heer en mevrouw
Brouwer, zoodat ik hun daar werkelijk mijn
compliment over móet maken. Onze 32 Las
karen waren minder kalm en een hunner,
mijn bediende, die al zooveel reizen met mij
had gemaakt, stond bij mij te huilen en af
scheid te nemen, zoodat ik met een paar
stevige woorden hem er toe moest brengen,
dat hij zijn plaats in de boot ging opzoeken.
Ik zelf nam met drie anderen in een derde
boot plaats en dat had ik expres gedaan bij
wijze van voorzorg. Later hebben wij ook
uit ieder der andere booten eenige opva
renden opgenomen, zoodat deze over drie
booten werden verdeeld. Om ook maar iets
mee te nemen, daarvoor was geen tijd en
ik had maar een bezorgdheid, n.l. dat er een
vliegtuig of oorlogsschip zou opdagen, waar
door de „Arendskerk" onmiddellijk zou
getorpedeerd worden, want als de duikboot
zich uit de voeten zou maken, zou dit niet
zijn zonder eerst haar prooi te hebben ver
nield. Wij voeren dus snel uit de nabijheid
van de „Arendskerk" en toen wij ver genoeg
waren, konden wij de torpedeering gade
slaan.
Het zinken van de Arendskerk
In het Sportfondsenbad alhier werd Zater
dagmiddag 20 Jan. j.l. te omstreeks 3 uur een
portemonnaie met inhoud gestolen. In ver
band hiermede werd de 14-jarige J. C. P. G.
wonende te Schiedam, aangehouden. Bij
fouilleering werd de portemonnaie met het
daarin aanwezige geld op hem bevonden.
In de woning van C. M. in de Steenstraat
alhier heeft Zaterdagmiddag een schoor
steenbrandje gewoed. Met behulp yan een
ramonneur heeft de gealarmeerde brandweer
den schoorsteen van roet en vuur gezuiverd.
Op 74-jarigen leeftijd is overleden onze
stadgenoot, de heer J. A. Wuisman.
Sedert eenigen tijd had de heer Wuisman
zich uit de zaak teruggetrokken. De over
ledene, een echte Schiedammer, heeft jn
Schiedam voor de branderijen en molens een
massa werk verricht. Hebben wij het wel,
dan was hij de man, die distillatie In de
branderij toepaste in houten ketels (1914-T8).
Onder zijn leiding werden bergen van repa
ratie en nieuw werk verricht. In den omgang
was de overledene een prettige vriend en
causeur. Salomon en Brugman waren bij hem
thuis. Heden, Maandag, vond de begrafenis
op het R. K. Kerkhof plaats.
Zaterdagmorgen werd op den Rotterdam-
schendijk alhier de wielrijder G. J. de S.
aangereden door een vrachtauto, bestuurd
door A. v. d. M. te Vlaardinger-Ambacht.
Het rijwiel werd licht beschadigd. Persoon
lijke ongelukken kwamen niet voor.
GEBOREN: Willemina, dochter van A. W.
van Leeuwen en M. van Tielen, P. de Hoogh-
sLfcIclt 11*
OVERLEDEN: P. M. Ronteltap, 73 jaar,
wed. van C. de Kok, Dr. Noletstraat 1 J.
H. Wuisman, 74 jaar, Raam 3 H. G. J. van
Duivenbode, 72 jaar, wed. van J. C. van
Doorn, P. K. Onneslaan 104 M. C. Ver
velde, 75 jaar, echtg. van J. v. d. Most, L.
Nieuwstraat 69.
DE aanhoudende vorst, die sedert 't
midden van de vorige maand
wel niet zoo heel streng, maar toch
buitengewoon hinderlijk voor het
werk hier heerscht, maakt, dat de
voortgang der werkzaamheden in de
afgeloopen maand belangrijk is ge
stagneerd.
Zoo ligt het werk aan den opbouw der
ventilatiegebouwen reeds lang geheel stil,
terwijl ook met het grondwerk en beton
werk op de andere werkterreinen heel wei
nig voortgang kon worden gemaakt. Alleen
daar waar de tunnel gesloten is en diep
onder den grond in een constante tempera
tuur kan worden gewerkt, gaat de arbeid
door. In hoofdzaak is dit wel het geval op
den rechter oever in de gesloten landtunnel,
die nabij het portaal van een houten afslui
ting is voorzien en waarin ten opzichte van
buiten een behoorlijk zachte atmosfeer aan
wezig is. De tegelbekleeding gaat daar nor
maal door alsof er geen kou in de lucht
was en ook de hekken voor de inspectie
paden zijn daar reeds grootendeels gemon
teerd.
Nabij het ventilatiegebouw is het in de
tunnel een oorverdoovend lawaai, omdat men
bezig is den wand van het ventilatiegebouw
die de afscheiding tusschen de landtunnel
en het gedeelte tunnel in het ventilatiege
bouw vormde, weg te breken. Met zal zich
herinneren, dat deze wand hol is uitgevoerd
om het breekwerk niet al te bezwaarlijk te
maken, zij moest echter sterk genoeg zijn
om den geweldigen gronddruk, die tijdens
het afzinken van het ventilatiegebouw op
dezen wand komt te drukken, weerstand te
bieden. Op den beganen grond is in 't ven
tilatiegebouw een groote compressorinstal
latie gebouwd, die den noodigen luchtdruk
levert voor het groote aantal pneumatische
breekinstrumenten, dat bij den afbraak van
dezen tijdelijken scheidingswand en de kop
schotten der tunnelstukken noodig is.
Werk in de fabrieken.
Al wordt dan op het werk zelf door de
weersomstandigheden niet zoo heel veel ver
richt, achter de schermen, d.w.z. in de fa
brieken, welke werken voor de ventilatie,
liften, pompen, electrische apparaten enz.
gaat het werk normaal door. Van deze werk
zaamheden blijkt vooral wat betreft de ven
tilatie reeds iets op het bouwterrein, waar
men begonnen is in de groote machine
kamer verschillende loopkranen te mon-
teeren, die noodig zijn voor het op zijn
plaats brengen der 16 schroef ventilatoren
voor het ventilatiesysteem aan den rechter
oever. Een kleinere centrifugaalventilator,
dienende voor de ventilatie van voetgangers-
en fietsèntunnel, is reeds geleverd en wordt
dezer dagen gemonteerd.
Voordat de vorst en daarmede de ijs
gang op de rivier zoodanige vormen hadden
aangenomen, dat werken op de rivier on
mogelijk was, is het gelukt verreweg het
grootste gedeelte van de hulpwerktuigen en
machines, welke noodig zijn voor het zinken
in de rivier, weg te nemen van het eerste
reeds gezonken stuk en te brengen naar het
tweede, tot zinken gereedliggende stuk in
de V/aalhaven.
Op Zaterdag 6 Januari liet zich echter de
ijsgang zoodanig aanzien, dat het niet langer
gerechtvaardigd leek den meest rivierwaarts
liggenden richttoren Zondag over in de
rivier te laten staan, zoodat besloten werd,
deze 's middags weg te nemen.
Bij het ontwerpen van de installatie, welke
voor het zinken der tunnelstukken in de
rivier noodig is, heeft de aannemer van te
voren rekening gehouden met de mogelijk
heid, dat de richttorens, die na het zinken
van het stuk nog geruimen tijd daarop
olijven staan, om leiding' te geven bij de
aansluiting van het daaropvolgend te zinken
stuk, bij eventueelen ijsgang in de rivier op
eenvoudige wijze kunnen worden losge
maakt, door een bok opgepakt en op het
land gezet, terwijl eveneens maatregelen
zijn getroffen om het mogelijk te maken
deze richttorens weer op het onder water
liggende stuk op zijn juiste plaats neer te
zetten.
Een en ander brengt natuurlijk vrij aan
zienlijke kosten met zich mede, doch be-
teekent, zooals uit het hierbovenstaande
blijkt, geen bijzonder nadeel voor het werk.
Het is een normaal gevolg van de vorst,
waarop van tevoren was gerekend.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie).
SCHIEDAMSCHE IJSVereeNIGING
Tot mijn teleurstelling en groote verwon
dering moest ik hedenavond C Vrij dag) be
merken, dat de banen der S. IJ. V. weder
om gesloten bleven.
Terwijl in Rotterdam, Vlaardingen, in het
kort, overal in den omtrek reeds dagen ge
leden de banen werden geopend, kunnen
de Schiedamsche schaatsenrijders, leden van
de S. IJ- V. met hun schaatsen onder de arm
op de kant blijven staan.
Wat is hiervan de oorzaak?
Men vertelde mij, dat het Bestuur er
zekere eigenaardige opvattingen op na houdt,
die zeker geen bijval bij de leden vinden.
Wij zijn geen lid van de S. IJ. V. om spaar
potjes te maken en het in orde hebben, on
der alle omstandigheden, van de ijsbaan
gaat ons boven het hebben van een mooi
gebouwtje e.d.
Bovendien: „de cost gaet voor
uit". Om geld in kas te krijgen, moet men
eerst geld uitgeven voor het vlug en goe
in orde brengen van de banen. Dit is trou
wens in het verleden bij de S. IJ- V. bewe
zen.
Het Bestuur der S. ij. y. schijnt dit niet
te begrijpen en houdt daarom de baan angst,
vallig dicht en laat daaraan eerst heelemaal
niet, daarna slechts op aandringen van voor
man en leden met maar 15 man aan werken,
omdat anders de kosten te oog worden.
Neen, Bestuur, dit niet de goede manier!
Wij leden, hebben het recht te verlangen,
dat, als er ijs is, wij kunnen schaatsenrijden
en ik geloof dat, wanneer het op deze manier
blijft doorgaan, de ontevredenheid onder de
leden zeker groot zal worden.
E. M. BAERVELDT.
Schiedam, 19 Januari 1940.
Noot der Redactie. Als de ge
achte inzender het bericht in ons blad van
Zaterdag heeft gelezen en misschien een de-
zer dagen nog 'n bezoek aan de ijsbaan heeft
gebracht, zal hij begrijpen, waarom de baan
Vrijdag niet geopend kon worden. Bergen
werk moesten verzet worden en zonder hulp
van militairen of andere menschen zooals
in andere plaatsen. Van spaarpotjes maken
is zeker niets gekomen, want dergelijk werk
veslindt hoopen geld.
Veel bagage hebben zij niet meegebracht,
aangezien zij buiten het lijfgoed, dat ze
droegen op het oogenblik van het verlaten
van het schip, niets hebben kunnen meevoe
ren. Van het half uur dat voor het verlaten
van het schip was toegestaan, was reeds bijna
een kwartier verloren, dat de eerste stuur
man, de heer Oosterhuis, noodig had om naar
het schip terug te roeien. En toen het bevel
kwam om het schip te verlaten, was er dan
ook geen tijd nog wat mee te nemen. Want
mocht er een vliegtuig of een oorlogsschip
aan de horizon verschijnen, die gevaar kon
opleveren voor de duikboot en deze zou
moeten vluchten, dan zou ze dit toch niet
doen zonder haar prooi te hebben getrof
fen. Het gegeven respijt kon dus niet anders
dan uiterst precair zijn.
Op de „Arendskerk" was alles echter puik
in orde, zoodat de booten gemakkelijk ge
streken konden worden en zich konden ver
wijderen. Het was betrekkelijk goed weer,
maar er was toch een lange deining en toen
twee uren later de schipbreukelingen door
de „Fedora" werdenopgenomen, was het
weer beduidend slechter geworden, zoodat
bij het inhalen een der reddingsbooten werd
beschadigd.
Maar zoo zij hun bagage hebben achterge
laten, hun koelbloedigheid en stoere opge
wektheid hebben de leden van de beman
ning van de „Arendskerk" volkomen be
houden.
Kapitein Wijker vertelt.
Gezagvoerder Wijker gaf ons een volledig
relaas van het gebeurde waarvan wel reeds
een en ander bekend is, doch dat toch om
zijn kleur een goed inzicht geeft van het
gebeurde.
Den 13den Januari in den namiddag was
het schip, de Britsche controle gepasseerd in
de Downs, welke zeer snel verliep, zoodat
bijna onmiddellijk kon worden door
gevaren. Evenwel werd dit met het
oog op het mijnengevaar niet gewenscht ge
acht en werd eerst den 14en bij het aanbre
ken van den dag de reis voortgezet. De ge
zagvoerder had wel mijnen gezien, doch de
reis ging toch ongehinderd voort. Daarbij
werd te 1.30 van den 15en Quessant gepas
seerd. Het schip liep zeer snel met een vaart
van 19 mijl.
Op 15 Januari omstreeks half acht 's och
tends toen 't schip op Kaap Finisterre aan
zette dus ongeveer halverwege tegenover de
golf van Biscaje, werd schieten gehoord, dat
aanhield tot dwars aan bakboord een ont
ploffing plaats had, welke erop wees dat de
„Arendskerk" het mikpunt was. De eerste en
de vierde stuurman konden in het nog zwak
ke daglicht een donker voorwerp waarne
men, dat voor een makreelvisscher of een
trawler kon worden gehouden. Doch even
later gaf men er zich snel rekenschap van,
dat men met een onderzeeër van onbekende
nationaliteit te doen had. Om 7.40 werd ge
stopt. Er is dus geen sprake van dat de
„Arendskerk" heeft gepoogd te vluchten. En
toen de kapitein van de duikboot dat later
veronderstelde, kon gemakkelijk aangetoond
worden, dat hij daartoe was geleid door het
feit dat 't schip met 't smalle achterschip naar
hem toe had gelegen. Had men willen vluch
ten. zoo zeide de kapitein, b.v. in het geval
dat men onmiddellijk had vermoed met een
onderzeeër te doen te hebben, dan was dat
misschien wel mogelijk geweest, aangezien
het met alle kracht te geven het mogelijk
zou zijn geweest de snelheid tot 22 mijl op
te voeren, terwijl duikbooten al zeer moeilijk
een vaart van 18 mijl kunnen halen. Voor
vluchten was trouwens geen reden, daar de
„Arendskerk" geen contrabande aan'boord
had.
Met een licht-morse werd te kennen gege
ven dat de duikboot de scheepspapieren wil
de onderzoeken. De papieren werden dus aan
den eersten stuurman toevertrouwd, die zich
met de werkboot naar de onderzeeër begaf.
Inmiddels zag men dat de kapitein van de
onderzeeër met zijn kijker de „Arendskerk"
in het oog hield en dat ook de overige be
manning van de Duitsche duikboot zich op
alles voorbereid hield. Ook zijn door de
„Arendskerk" geen seinen gegeven. De mar
conist had van den gezagvoerder instructies
niets buiten zijn bevel te doen. Wel heeft de
marconist, zooals zijn plicht was, de nood-
batterijen beproefd en daarvoor een oogen
blik overgeschakeld, wat natuurlijk een vonk
geeft, om te zien of, zoo er met de gewone
stroomvoorziening iets gebeurde, alles gereed
was om de noodvoorziening te gebruiken.
De duikboot kwam wat naderbij tot onge
veer op een mijl. .terwijl de eerste stuurman,
de heer Oosterhuis naar de boot roeide.
U behoeft niet te vragen, hoe wij met
saamgeknepen hart het schouwspel gade
sloegen. De torpedo trof de „Arendskerk"
onder het vierde luik. Blijkbaar was op de
machinekamer gemikt, doch de torpedo trof
wat verder op ongeveer op van de lengte
van het schip.
Nooit zal ik dat vergeten. Met een don
derend geraas werd het dek boven die laad
ruimte opgelicht alsof men een beddedeken
opslaat en onder het gedonder van de ont
ploffing vloog van alles de lucht in, tonnen,
kisten, andere stukken van de lading, stuk
ken van het schip en ook de beide masten
knapten af. Het achterste deel van het schip
brak af en voor zoover het niet in stukken
was gespronken boog het langzaam het wa
ter In en verdween. Twee derde deel van
het schip bleef echter drijven en zou zeker
drijvende zijn gebleven, zoo niet de duik
boot met kanonschoten verder was voort
gegaan den romp te doorboren om ook dat
deel van het schip tot zinken te brengen.
Merkwaardig genoeg gingen de lichten niet
uit; de automatische inschakeling der reser
vebatterijen had dus uitstekend plaats gehad,
wat wel een bewijs is van de prachtige in
stallatie. Wij hebben die lichten tot het laat
ste oogenblik van het zinken kunnen zien.
Het duurde wel een kwartier eer de rest van
het schip zonk. Gelijkmatig over de geheele
lengte zonk het al dieper en dieper tot op
het laatst de voorsteven omboog het water
in en de rest geheel werd opgelicht, zoodat
het geheele schip zich op den neus zette.
Zoo verdween de „Arendskerk" loodrecht
voor goed in de diepte. Het huilen stond me
nader dan het lachen en men moet geen
zeemanshart hebben om onbewogen het
zinken van een mooi schip te zien. En nu
was het de „Arendskerk", mijn eigen boot,
waaraan ik natuurlijk verknocht ben. Het
is alsof je iemand begraaft, die je erg lief is.
De duikboot verdween, salueerde ons nog
en Ik salueerde maar terug. En wij gingen
twee uur aan het zwalken. Wij hadden de
zeilen opgezet en hoe wij ook uitkeken, we
zagen niets, tot eindelijk een zwart stipje
grooter en grooter werd en wij het Italiaan-
sche s.s. „Fedora" zagen. Maar dat die ge
waarschuwd zou zijn daarvan viel -niets te
merken en zooals wij later op de boot zelf
hoorden had men daarvan niets bemerkt. Met
de fluiten, door middel van fakkels en op
alle mogelijke manieren hebben wij getracht
de aandacht van de „Fedora" te trekken.
Maar het bleek wel dat zij ons niet zag en
dat heeft ons een tijd van groote spanning
bezorgd met de noodige opmerkingen aan
het adres van den uitkijk. Mevrouw Brou
wer bleef opgewekt en wist de bemanning
zelfs met een grapje aan te moedigen. Er
gebeurde wat ik vreesde en wat ons zelf ook
wel overkomt, n.l. dat wij die kleine booten
voor visschers uit-Saint Malo of iets derge
lijks houden. Eindelijk gelukkig een paar
stooten met de stoomfluit. Wij waren gezien.
Later vertelde men ons dat men opmerk
zaam was gemaakt doordat er zooveel olie
dreef en ook wrakstukken. Toen had men
begrepen dat er wat gebeurd was en dat
onze booten reddingsbooten waren. Het was
half twaalf, toen wij door de „Fedora" wer
den opgenomen. Het weer werd slechter en
bij het naar boven hijschen werd een onzer
booten beschadigd. Maar wij waren gered.
De kapitein kwam direct met cognac en hoe
wel die boot al heel weinig geriefelijkheid
kon bieden aan haar eigen bemanning wer
den wij direct goed verzorgd. Er werd direct
eten klaar gemaakt, maar ruimte kon men
ons niet veel geven. De Laskaren gingen op
de roosters boven de machines liggen om wat
warmte te zoeken, want die arme kerels
waren er door de koude ellendig aan toe,
Het gebroken Engelsch en Fransch der Ita
lianen was voldoende om ons verstaanbaar
te maken en ik moet zeggen dat ze alles ge
daan hebben om ons zoo goed mogelijk te
helpen. Toen wij later de Poeloe Bras ont-
D a g e 1 ij k s: Groote Schouwburg, Jolijt
(Bouwmeester-schouwspel), 2 uur, Zondag
ook 2 uur (volw.)
Bioscopen: Goedgekeurde program,
ma's tot en met Donderdag 25 Januari in:
Luxor: Das Lied der Wüste (volw.); Arena:
Straten zonder einde (volw.); Studio: Een
prins wordt opgevoed (boven 18 jaar); Tha
lia: Tweede viool (boven 18 jaar); Scala:
De laatste vrijbuiter (volw.); Colosseum:
Honolulu en 'n Reuze-type (volw.); Prinses:
Gestolen leven en Bulldog Drummond ont
snapt (volw.); Corso: Kameraden van de
straat: Capitol en City: Vier mannen der
duisternis (boven 18 jaar); Centraal: Boefje
en Onze koninklijke marine; Ooster: Ver
miste gast en Spionnage in de Maginot-linie
(voor volw.); Victoria: Charlie Chan in Ho
nolulu en Levensdans (boven 18 jaar); As-
ta: Het huis van mysterie en Texas-avontu-
riers (boven 18 jaar); Harmonie: Jesse Ja
mes en Vlijmscherp op avontuur (boven 18
jaar); Grand: De laatste kus (boven 18 jaar)
Olympia: Charlie Chan in het spookhuis en
Wolven van het Westen (boven 18 jaar;
Cineac: actualiteiten.
Tentoonstellingen: Tentoon
stelling „Rotterdam—Batavia" (Schitciam-
sche Singel 55), dagelijks 1017 en 1922
uur. Zondags van 1217 uur (tot 15 Maart).
Kunsthandel Gebr. Koch, Noordblaak 21-23,
werken Japanschen meester Tsuguharu Fo-
juita (tot 31 Januari) Impuls (W. de
Withstraat 55) werken van den Rotter-
damschen kunstschilder D. Maandag (tot
1 Februari) Rotterd. Kunstkring, wer
ken van Wout van Heusden, Corn, van Leeu
wen, Adriaan v. d. Plas, Lode Sengers en
C. Timmer (tot 28 Jan.) Kunsthandel
Unger (Eendrachtsweg 27), portretten en
stillevens van mevr. R. de Balbian-Verster-
Bolderhey (tot 14 Febr.)
Schiedam.
Passage theater: t.m. Woensdag: De zwar
te spion en Het wetboek der gestraften (v.
volw.); Donderdag: Cabaretavond; Monopole:
't Zit in de lucht en Het gemerkte spoor.
SCHIEDAM, 22 Jan. Officieele noteering
van de commissie uit de Kamer van Koop
handel.
Moutwijn.
Moutwijn 46 pet. 17 per H.L.
Spoeling.
Spoeling 1,401,50 (niet officieel).
moetten, konden wij de Italianen gemakke
lijk doen begrijpen, dat, daar deze naar Lis
sabon ging, het beter voor ons was dat wij
daarop over gingen. De „Poeloe Bras" bracht
ons den 17den te Lissabon. Ook op de „Poe
loe Bras" is men zeer goed voor ons geweest
en te Lissabon heeft de gezant ons zeer har
telijk ontvangen. Er was wel bevel gegeven
de bemaning per schip naar Nederland te
doen terugkeeren, doch dat bleek later moei
lijk.
Toevallig ontmoetten wij te Lissabon den
heer Leyen van de K. N. S. M. die alles voor
de reis in orde maakte.
En nu zitten wij hier »et het vooruitzicht
morgen het vaderland terug te zien. Ik heb
juist met mijn vrouw getelefoneerd, maar
wij konden niet veel zeggen, dat begrijpt U.
Ik zei: Hier ben ik; ik ben alles kwijt. En zij
antwoordde: Maar jij bent er toch!
In den nacht van 10 op 11 Mei van vorig jaar
deed de Rotterdamsche politie een inval in
een huis aan de Van Vlooswijkstraat, waar
zij een complete geheime zendinrichting
ontdekte en in beslag nam.
Drie mannen, die het apparaat bedienden
werden gearresteerd en bij hun verhoor be
kende één, de meubelmaker S. P. S. den zen
der bediend te hebben, terwijl de ander, de
vakvereenigingsbestuurder J. H. een politiek
getinte redevoering had gehouden en no. drie,
de behanger W. J. M., te wiens huize de uit
zending plaats vond, juist bezig was een
gramofoonplaat met de „Internationale" op
te zetten.
Het drietal heeft zich voor de Rotterdam
sche rechtbank wegens overtreding van de
Post- en Telegraafwet te verantwoorden ge
had en is tot één maand gevangenisstraf ieder
veroordeeld Op 8 Januari stonden zjj in hoo-
ger beroep voor het Haagsche gerechtshof
terecht.
De advocaat-generaal, mr. J. U. Polman,
eischte voor S. en H. verzwaring van de straf
tot drie maanden gevangenisstraf. Tegen den
derden verdachte werd bevestiging van de
opgelegde straf (één maand gevangenisstraf)
geëischt.
De uitspraak luidde heden tegen H. en S.
twee maanden en tegen M. één maand ge
vangenisstraf.
De eerste
woord.
stuurman aan
De heer Oosterhuis zeide ons, dat hij door
den kapitein van de duikboot zeer vriende
lijk werd ontvangen. Deze keek de papieren
in en gaf toe dat de „Arendskerk" een Ne-
derlandsche boot was, twijfelde ook niet aan
de juistheid van de opgave van de lading,
maar zeide dat hij niettemin de „Arendskerk"
moest torpedeeren daar de lading voor
Durban en Kaapstad bestemd was, een be
stemming, zoo zeide hij, voor een vijandelijk
land. Gedurende ruim een half uur heb ik
hem trachten te overreden, maar de kapitein
was beleefd doch onverzettelijk. Hij zeide,
dat het een prachtschip was en dat het hem
leed deed een zoo mooi schip tot zinken te
moeten brengen, maar oorlog is oorlog. Hij
bood mij een sigaret aan en zeide, dat vooral
geen noodseinen of plaatsopgaven mochten
worden gegeven. Bij het in de booten gaan
moest in de nabijheid van de plaats van zin
ken gebleven worden. Hij zou dan een neu
traal schip waarschuwen om hulp te doen
bieden. De opvarenden kregen een half uur
om het schip te verlaten en hij zou tevens
het sein geven dat de bemanning in de
booten moest gaan. De kapitein van de duik
boot was misschien een jaar of 30 en ook
de verdere bemanning was nog zeer jong.
Er bleef mij niets over dan terug te roeien
Paard en rijtuig zijn den laatsten tijd in Boedapest wederom bekende figuren
in het stadsbeeld geworden, daar de taxÜs wegens het gebrek aan benzine voor
het meerendeel in de garages moesten worden opgeborgen en het veelgesmade
huurrijtuig weer in eere werd hersteld.