JAN SMIT WERD BEGRAVEN.
Officieele waardeering voor
den pionier.
DINSDAG 23 JANUARI 1940
WeA
HET GEVAAR UIT DE
LUCHT.
Granaatscherven van afweer
geschut kwamen op de
huizen neer.
„SARIE MARAIS".
Te Bloemfontein overleden.
Groote belangstelling bij de HMis
en op het kerkhof.
Het in gevaar brengen van
onze neutraliteit.
Duitsch journalist in Den Haag
aangehouden.
DUITSCHE SCHEPELINGEN
ONTVLUCHT EN WEER
AANGEHOUDEN.
IN MEMORIAM JAN SMIT.
Uh, maar ik
niet, ik lach
Ik dacht dat ik van hem hield
z'n familie was er tegen, r
toen ben ik weggeloopen I fw
maar ik heb nu ge- J
zien wat een misse- U
lijk ventje het eigen-
Bewusteloos
brengen
hem bij.
5» Baron Hazenpeper von Dumkopf
Hohenzeller f c'
Hoffbrau. A
Gistermiddag, omstreeks half twee, het
tijdstip waarop vreemde vliegtuigen boven
onze Westkust vlogen en onzeluchtdoel
artillerie daarop vuurde, is Katwijk opge
schrikt door een enormen klap. Wat het pre
cies geweest is, weet men op het oogenblik
nog niet, doch vast staat, dat een hard voor
werp uit de lucht is komen vallen en zich
door alle verdiepingen van een. huis heen
diep in den grond heeft geboord. Gelukkig is
er niemand gekwetst.
In het kantoor van de visscherij-maat
schappij „Kennemerland", Tramstraat 20, te
Katwijk, za^ °P de eerste verdieping, waar
een kantoor gevestigd is, een meisje op de
schrijfmachine te tikken. Zij is wel het ergst
geschrokken, want het projectiel, of wat het
dan ook geweest is, sloeg vlak langs haar
heen door plafond en zoldering. Aan de ga
ten in het huis kon men nagaan, welken weg
het voorwerp heeft genomen. Het heeft
eerst het dak doorboord, daarna de zolder
vloer, vervolgens den vloer van het kantoor,
het ging hierop dwars door een balk van een
dikte van 18 bij 28 c.M. en sloeg tenslotte
in den bestraten vloer. In den balk liet het
een gat na van ongeveer 25 bij 10 c.M., een
mooi glad gat, waar men zijn arm door
heen kon steken.
Het voorwerp zit nu nog in den vloer,
want de politie is bezig foto's van de situatie
te maken. Daarna zal men het voorwerp op-
graven, 0m te zien wat het geweest is.
Men denkt niet zoo zeer aan een projec-
tlel Uit een der vliegtuigen, doch eerder aan
een terugkomende scherf van een onzer
luchtafweerkanonnen.
Naar wij nader vernemen, schijnt het vast
Ie staan, dat het neergekomen voorwerp een
Projectiel was van een dér luchtafweerka-
honnen.
Ook te Kwintsheul.
Gistermiddag, omstreeks kwart voor twee
is, terwijl vreemde vliegtuigen boven het
Westland vlogen, ook op het gebouw van de
groente- en fruitveiling der afdeeling Kwints
heul van den bond Westland een gedeelte
van een projectiel neergekomen en wel op
het afdak, dat het geheele gebouw omgeeft.
Het voorwerp sloeg door het dak heen en
kwam op de straatsteenen terecht.
Bij onderzoek bleek, dat het voorwerp
van metaal was en aan de onderzijde uit
liep in een tamelijk spitse punt. Aan de bo
venzijde bevond zich een schroefdraad, zoo
dat het zeer waarschijnlijk is, dat men hier
met een gedeelte van een granaat te doen
heeft. Het gewicht van het voorwerp be
droeg ongeveer anderhalf ons.
Het hoofd van den luchtbeschermings
dienst, de heer J. van der Linden te Wa
teringen, is met het verdere onderzoek be
last.
Mevrouw J. P. Toerien, die zooals beweerd
tvordt, de oorspronkelijke „Sarie Marais" is,
is te Bloemfontein na een ziekbed van drie
maanden overleden.
Het te Johannesburg verschijnend dagblad
..Vaderland", publiceert hierover de volgen
de bijzonderheden:
Mevrouw Toerien is in 1866 te Heidelberg
(Zuid Afrika) geboren, waar haar vader, J.
F. Maré een vooraanstaande boer en ook lid
Van den volksraad was. In 1885 is zij met
den heer J. P. Toerien gehuwd. Het echtpaar
vestigde zich in Potchefstroom. Kort voor
den driejarigen oorlog, toen de heer Toerien
in de Kolonie was, heeft hij „Sarie Maré" op
haar gedicht. De heer Toerien is in 1920 op
Middelburg (Transvaal) aan malariakoorts
overleden, waarna mevrouw Toerien naar
Bloemfontein gekomen is. Het echtpaar
h6L z^tlen kinderen gekregen, waarvan er
acht nog in leven zijn.
De heer Toerien heeft ook nog andere ge
dichtjes gemaakt m „0ns Klijntji" en de
„Patriot" heef-1 «„^ctoeven' onder den
schuilnaam „Gepete Hy was redacteur van
twee godsdienstige bladen in Middelburg nl.
„Middernag" en „Maranata Ook is hij re_
dacteur geweest van „Die republikein".
MODE VAN DEN DAG. Al is het nu
nog volop winter, eens zal het zachtere
voorjaar toch komen. De lentehoedjes zijn
ui gereed. Hierboven een der modellen,
gelanceerd door een modehuis te Londen.
Heeds Zondag hebben velen afscheid ge
nomen van den heer Jan Smit, den gestor
ven pionier van de katholieke arbeidersbe
weging, die zoovele jaren zijn beste krachten
heeft gegeven voor de katholieke zaak en
tot op hoogen leeftijd gearbeid heeft aan de
verwezenlijking der katholieke idealen bij
zonder op sociaal gebied.
In de eenvoudige woning 0p Wittenburg
waar Jan Smit zijn geheele leven heeft
doorgebracht lag het stoffelijk overschot
van den ouden strijder opgebaard en talloos
velen kwamen hier een gebed storten voor
zijn zielerust.
Van twee tot vier uur was de profundis
en gedurende dien tijd zag men talloos velen,
mannen en vrouwen, uit alle kringen neer
geknield bij de baar. Priesters en leeken, af
gevaardigden van de aibeidersbeweging, van
de retraiteclub, parochianen, koorzangers en
daarnaast nog talrijke vrienden; allen waren
gekomen om een laatsten groet te brengen,
een laatste hulde te betuigen aan dezen een-
voudigen man, die een lichtend voorbeeld
was voor allen tot aan zijn dood.
De voorzitter van den R. K. Volksbond te
Amsterdam, het lid der Tweede Kamer en
van den Amsterdamschen gemeenteraad W.
Steinmetz, kwam een gebed storten, evenals
de eenige nog in leven zijde oprichter van
den R. K. Volksbond, de heer Westendorp.
Dat de waardeering voor hetgeen Jan
Smit heeft verricht in zijn lange loopbaan
algemeen is, bleek wel uit een eigenhandig
geschreven brief van Z. H. Exc. mgr. J. P.
Huibers, bisschop van Haarlem, welken de
familie mocht ontvangen en waarin de bis
schop uiting gaf aan zijn bewondering en er
kentelijkheid voor alles, wat deze edele strij
der in al zijn nederigheid heeft tot stand ge
bracht. Ook een schrijven van oud-minister
mr. Goseling getuigde van evenveel oprech
te waardeering.
Om zeven uur kwamen de parochianen en
vele vrienden bijeen in de parochiekerk van
de H. Anna, waar de Rozenkrans werd gebe
den voor de zielerust van den overledene
en waar het stoffelijk overschot intusschen
reeds was opgebaard.
De plechtige uitvaart.
Onder buitengewoon groote belangstel
ling is gisteren 't stoffelijk overschot op de
R. K. begraafplaats St. Barbara aan den
Spaarndammerdijk ten grave gedragen.
Een groot aantal vrienden van den over
leden was gisterochtend in de St. Annakerk
aanwezig, om de plechtige H. Mis van Re
quiem bij te wonen. Talrijke organisaties voor
al uit de kringen der katholieke arbeiders
beweging, hadden zich door deputaties doen
vertegenwoordigen.
De H. Mis van Requiem werd aan het met
rouwfloers bekleede hoogaltaar opgedragen
door den zeereerw. pater H. M. J. A. Finke
S.C.J., pastoor der St. Annaparochie, met as
sistentie van de weleerw. paters A. Brussel
S.C.J, en H. Schoemakers S.C.J., resp. als
diaken en sub. diaken. Ceremoniarius was
de weleerw. pater H. Sloekers S.C.J..
Het zangkoor voerde op schoone wijze de
verschillende liturgische gezangen uit.
Groot was de belangstelling, toen na af
loop van de H. Mis het stoffelijk overschot
de kerk werd uitgedragen om zijn tocht te
beginnen naar zijn laatste rustplaats op het
wit besneeuwde St. Barbara-kerkhof. Ook
talrijke buurtgenooten, bij wie de heer Smit
hoog in aanzien stond, sloegen het vertrek
van den rouwstoet gade en brachten in stilte
een laatsten, eerbiedigen groet aan den over
ledene.
Om ongeveer twaalf uur arriveerde de
stoet op het R.K. kerkhof St. Barbara.
De zeer vele belangstellenden hadden zich
'eeds lang tevoren hier verzameld. Men zag
er leden van den R. K. Volksbond, leden van
de parochieele organisaties, van de vereeni-
gingen, waaraan Jan Smit lange jaren zijn
medewerking had gegeven.
Het hoofdbestuur van het R. K. Werklie
denverbond was vertegenwoordigd door de
heeren A. C. de Bruijn en Schutte, het
hoofdbestuur van den R. K. Volksbond door
de heeren v. d. Akker en Steinmetz.
Verder waren er de oud-minister prof. mr.
C. P. M. Romme, het oud-kamerlid Ch. v. d.
Bilt, de voorzitter van de retraiteclub „St.
Ignatius", de heer L. H. van Rooijen, de voor
zitter van de R. K. Staatspartij in den rijks
kieskring Amsterdam, de heer J. C. Berger
en de geestelijkheid van de St. Annaparochie.
In de stampvolle kapel, waar ook de vaan-
Deze kleine reus is tenslotte „gevallen en
gestorven in 't harrenas!"
„Ouwe Jan" had een hekel aan vernik-
kelarij. 't Was zoo'n echte „anima Candida"
d.w.z. een reine ziel, een man „in wien
geen bedrog gevonden werd."
Wat volstrekt niet zeggen wil: dat Smit
zoo'n doetje was, dat hij zich maar alles
rustig liet welgevallen. O neen, want hij
was een man van beginsel en streed steeds
met open vizier! Als hij wat tegen je had,
dan kon je vast en zeker verwachten dat
hij 't je vlak en vierkant in je gezicht zou
zeggen.
Want aan al dat „achterbaksche en achter-
je-rug-om" had ie 'n vervloekten hekel.
Daarom kon hij wel eens heel scherp in
zijn critiek zijn, maar ook in zijn felste critiek
bewaarde hij toch altijd den diepsten eerbied
voor het Gezag.
Jan Smit is nu dood. 't Is haast niet te
gelooven. Wat moet dat uiterlijk kleine man
netje een gloeiende en onuitbluschbare
overtuiging in zich gevoeld hebben, nu
méér dan 50 jaar geleden, toen hij als een
doodgewoon werkmannetje het primitieve
bureau van den pas-gestichten R. K. Volks-
bond binnenstapte om zich op te geven als
lid van den bond. En wat moet die man
toch een grenzenloos idealisme gehad heb
ben, dat hij met „seine wenigkeit" iets, maar
dan ook iets meende te kunnen bijdragen
tot de ontknechting van de arbeidende
klasse: de vrijmaking van den toen zoo ver
trapten en miskenden arbeider uit den
greep van het proletariaat!
Als er ooit een geweldige „Sergeant Wer
ver" (zonder strepen) voor de R. K. arbei
dersbeweging geweest is, dan is het toch wel
een Jan Smit. Een eere-saluut en hulde voor
zoo'n propagandist. Ja, hulde voor zoo'n
door en door Roomschen kerel: Roomsch
als de Paus en Roomsch tot „in 't klokhuis
van zijn ziel"!
En als iemand het gouden kruis „Pro
Ecclesia et Pontifice" verdiend, maar dan
ook wat je noemt verdiend beeft, dan is
dat toch wel zeker Jan Smit.
Zonder eenige overdrijving durf ik te
zeggen, dat ik persoonlijk vijftien jaren Jan
Smit van zeer nabij gekend heb als een
levende pracht-uitgave van „Rerum Nova
rum". Jan Smit is in den gewonen zin geen
Pauselijk zouaaf geweest bij mijn beste
weten, maar hij is feitelijk meer en beter
Pauselijke zouaaf geweest meer dan 50 jaren
in buitengewonen zin. Want Smit heeft Leo
XIII en Diens Opvolgers als een door en
door trouwe zoon slaafs gediend en Hun
richtlijnen allertrouwst gevolgd en gepro
pageerd! Smit heeft ruim 50 jaar lang zijn
beste krachten opgeteerd voor de oplossing
van de brandende sociale kwestie en met
hart en ziel er voor gestreden en geleden!
Jan Smit was in één woord het type van
een waarachtig en 18 karaats R. K. organi
satieman. En leg dan asjeblieft vooral den
vollen nadruk op R. K.
O ja, de organisatie was hem alles en alles.
En-het „vergaderen" zat hem eenvoudig in
't bloed. Hij móést, hij móést altijd spreken,
omdat hij altijd wat te zeggen had en
altijd iets goeds te zeggen had. Is 't niet
typeerend, dat deze nestor van de R. K.
arbeidersbeweging nog 'n paar uren vóór
zijn zalig afsterven in ijlkoorts zich ongeveer
aldus uitte: „Geachte vergadering, dames
en heeren enen nu zullen wij nog
tenslotte gezamenlijk zingen een stroof van
het lied: „O Sterre der Zee"!
Jan Smit, brave kerel en stoere strijder,
zet je werk nu voort vanuit den hemel! Ja,
vanuit den hemel, want als er iemand is, die
den hemel „verdiend" heeft, dan is 't toch
zeker wel een Jan Smit door zijn onver-
saagden strijd voor „God en Kerk, Vorstin
en Land"!
„Rust in vrede!"
Pater J CORVER S.C.J.
Amsterdam.
De rijkspolitie heeft dezer dagen te 's-Gra-
venhage aangehouden den Duitscher H. May,
verdacht betrokken te zijn geweest bij han
delingen van anderen, waardoor onze neu
traliteit in gevaar zóu kunnen worden ge
bracht.
De heer May was hier te lande als jour
nalist werkzaam voor den West-Deutschen
Pressedienst. Zijn kantoor was gevestigd in
de Heulstraat, te 's-Gravenhage.
TJILATJAP, 22 Januari. (Anta). Drie
Duitsche leden van de bemanning van het te
Tjilatjap vastgelegde s.s. „Stassfurt" wisten
te ontvluchten door zich als blinde passa
giers te verbergen aan boord van de Ja-
pansche boot „Burma Maru", welk schip
van Tlilatjap vertrok. In de haven van Soe-
rabaja konden de vluchtelingen echter weer
worden aangehouden.
Copr. 1939, Kmg Features Syndicate, Inc., World rights reserved
dels der verschillende organisaties waren
geplaatst, verrichtte rector dr. A. A. Olierook
de absoute met assistentie van dr. F. Holt-
huijzen en pater J. Corver S.C.J. Het koor
van de St. Annakerk zong, onder leiding van
den heer J. Kroese, de liturgische gezangen.
Na de plechtigheid in de kapel trok de stoet
over het besneeuwde kerkhof grafwaarts.
Voorop het vaandel van den R. K. Volks
bond, daarachter de vaandels en de afge
vaardigden der onderafdeelingen van dezen
bond en dan Kolpings lijfwacht en het vaan
del der gezellen, afd. Amsterdam I, als hulde
van de jongeren aan den gestorven grijsaard,
die hun tot voorbeeld was.
Langzaam trok de stoet over de witte pa
den terwijl pastoor H. Finke S.C.J., den Ro
zenkrans bad.
Bij de groeve verzamelden zich allen en
terwijl de kist in het graf werd neergelaten
en dr. Olierook de beaardingsplechtigheid
verrichtte, neigden de vaandels ten afscheids
groet.
Rector Olierook bad tot slot vijf Onze Va
ders en vijf Wees Gegroeten, waarna een
zoon van den overledene voor de belang
stelling dankte.
Bij 4ijn laatste glorieus gevierde jubileum,
waarbij ik den heer Smit in de pers hul
digde met een artikel „Jan Smit in 't goud",
besloot ik bedoeld artikel als volgt: „En als
ik tenslotte nog één wensch bij dit zeldzame
jubileum mag uitspreken, dan wensch ik
je uit naam van heel Roomsch Nederland
en bijzonder uit naam van de Roomsche
Nederlandsche arbeidersvoorloopig
geen „Rust in Vrede!", maar een „otium
cum dignitate" d.w.z. een welverdiende rust,
een heerlijken ouden dag in fleurige gezond
heid, zoolang als 't God belieft."
Die wensch is
intusschen in
vervulling ge
gaan. Jan Smit
heeft daarna
nog 'n prach-
tigen „ouden
dag" gehad tot
18 Januari j.l.
Toen riep God
zijn trouwen
dienstknecht en
hij ging!
Jan Smit de
schijnbaar on
verwoestbare,
is nu voor goed
van ons heen
gegaan.
Jan Smit. f i He „Groote
1 Kleine" Jan
Smit is dood nu.
Oh juffrouw, zoo hadden we het niet bedoeld
Op vleugelen der liefde kwam
ik hierheen
M'n blazoen is ge
schandvlekt.