s PASSAGE BOEFJS féetMeüje- uit exCco. DLYMPIA Mr. LINCOLN t icncet L0Y POWER BRENT KOOPT BIJ ONZE adverteerders MUITERIJ ZWARTE HAVIK DE VLIEGENDE BENDE HENRY FONDA ALICE BRADY ONOPOLE til V Populaire Matinées Richard ARLEN Andy DEVINE KENT TAYLOR DE JONGE Koningen üi DE GEHEIMZINNIGE SPEURHOND WERELDSUCCESFILM, DONDERDAG 15 FEBRUARI 1940 BEGROOTING ZUIDERZEE- FONDS 1940. RECHTSPERSOONLIJKHEID DER AFZONDERLIJKE KLOOSTERS. Maken van nieuwe Zuiderzeegronden is geen normaal bedrijf. VOOR EEN BLIJVENDEN VREDE. MEDISCHE UITGAYEN. DE VERHOOGING DER BENZINE BELASTING. AANSTAANDE SOLDAAT SIM IAF.RDE DOOFHEID. DR. A. J. HENNEMAN. Arrest van den Hooien Raad. POSTBOOT KON VLIELAND NIET BEREIKEN, IJsschotsen in de Noordzee. Sclieveningschè pier door ijs omringd. GRONINGEN KRIJGT GEBREK AAN KOLEN. OPHEFFING PENSIOENKORTING BIJ DE SPOORWEGEN. SCHIEDAM Telefoon 69563 Van VRIJDAG tot en met DONDERDAG eiken avond 8.15 uur en Zondagmiddag 3 uur. DE NEDERLANDSCHE SUCCESFILM naar de bekende roman van M. J. BRUSSE BOEFJE: ANNIE van EES PIETJE PUCK: GUUS BROX Een film van het echte Rotterdamsche straatleven. In het voorprogramma: Een Groot Amusant Filmwerk met LUPE VELEZi DONALD WOODS en LEON ERROL. Maandag, Dinsdag en Woensdag 's-Middags 2 uur mêf volledig avondprogramma. Adverteert in dit blad. PRESENTEERT een meesterlijke speelfilm uit de 20th. Century Fox productie. met De bewogen, romantische jeugd van ABRAHAM LINCOLN. Een interessante episode uit het leven van een groot man. ACTIE, EMOTIE en HUMOR. Gesoigneerd voorprogramma. van den LACH PROLONGEEREN WIJ UIR H i$£jÉ| I en PROLONGEERT VOOr 7 DAGEN ALLES OVERTREFT. de Het grootste, mooiste en machtigste ooit vertoond. Ontketende elementen, wolkbreuken. Aardbevingen. Overstroomingen. PER&en PUBLIEK zijn ENTHOUSIAST! VOORZIET U TIJDIG VAN PLAATSEN EEN SCHITTEREND PROGRAMMA IN EEN HEERLIJK VERWARMDE ZAALI SPANNENDE SCENES ONAFGEBROKEN LACHEN Aan de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer over de begrooting van het Zuiderzeefonds voor 1940 is het volgende ontleend: Door de wijze, waarop deze zijn ingericht, geven de rijksbegrooting en de begrootingen der verschillende fondsen, welke op over eenkomstige wijze worden opgemaakt, een overzicht van hetgeen telkenj are voor ver schillende onderdeelen wordt noodig geacht, maar zij kunnen geen direct inzicht geven in hetgeen gedurende een aantal jaren aan die onderdeelen is besteed. Dit inzicht kan eerst worden verkregen door verzameling van de betreffende gegevens uit de afgesloten re keningen van voorafgaande dienstjaren, welke intusschen telkens eerst in den loop van het tweede jaar, volgende op het afge sloten desbetreffende kalenderjaar, worden vastgesteld. Hieruit moge blijken, dat sommeering der Opvolgende begrootingsbedragen een onjuist beeld oplevert, omdat een aantal posten dan tweemaal in rekening wordt gebracht. Dit bezwaar zou worden ondervangen, wanneer artikel 24 van de comptabiliteitswet 1927 op de posten voor de groote werken van het Zuiderzeefonds van toepassing zou worden verklaard. De minister zal dienaangaande in overleg treden met zijn ambtgenoot van financien. Intusschen kan het maken van de nieuwe Zuiderzeegronden niet worden beschouwd als een normaal bedrijf, waarin een met op genomen kapitaal aangeschaft apparaat re gelmatig een zeker product voortbrengt en waarbij telkenj are kan worden nagegaan, of het in de onderneming gestoken kapitaal rendabel is. Bij het maken van de polders moet kapitaal beschikbaar worden gesteld voor het uitvoeren der werken en eerst, wanneer deze gereed zijn, is nieuw landbezit verkregen en kan worden vastgesteld of, c.q. in hoeverre, het in de onderneming gestoken kapitaal direct rendabel is. De minister is dan ook van oordeel, dat het jaarlijks verschaffen van dergelijke gegevens de financieele zijde van het inpolderingswerk niet duidelijker maakt. Tegenover de uitga ven staan immers slechts een aantal in uit voering zijnde werken, waarvan de waarde niet kan worden bepaald. Eerst wanneer be paalde onderdeelen gereed zijn gekomen, is bet mogelijk, de kosten daarvan te vergelij ken met de raming, welke ten grondslag lag aan het besluit tot het maken van een pol der. De minister is gaarne bereid, daarom trent in de eerste plaats ten aanzien van den N.O.-polder steeds zooveel mogelijk gegeven» te verstrekken. Hij zal niet nalaten, er tijdig op te wijzen, wanneer de raming van het werk, bijv. door den oorlogstoestand of an derszins, dreigt te worden overschreden. In herinnering moge worden gebracht, dat de voordeelen der werkverruiming, als ge volg van het maken van den Noord-Oooste- lijken polder, worden geacht op te wegen tegen den rentelast der te verstrekken kapi talen. De laatste komt dan ook niet ten laste van het Zuiderzeefonds, maar ten laste van de algemeene middelen (hoofdstuk VII B). Aangezien deze rentelast niet afzonderlijk wordt gefinancierd, kan het bedrag slechts In een ronde som worden aangegeven. Ook de minister is van oordeel, dat het be sluit tot het maken der Zuidelijke polders van zoo ver gaande strekking zal zijn, mede door de noodzakelijkkheid van groote kapi- taalsinvesteeringen, dat ook hij, evenals zijn in het voorloopig verslag bedoelde ambts voorganger het noodzakelijk acht, de econo mische zijde van deze droogmaking met de meeste zorg te doen bestudeeren. Een onder neming van zoo ingrijpenden aard mag zeker niet worden ondernomen enkel op grond van de bewondering, welke zij afdwingt. Het probleem der internationale samen werking vraagt op het oogenblik aller be langstelling. Met het plan hierover een studie-conferentie te organiseeren, heeft zich een comité gevormd, bestaande uit de dames en heeren: mr. J. C. Baak (voorzitter), dr. J C Brandt Corstius, mr. A. B. Cohen Stuart, mevr. J. C. Isbrücker—Dirksen, mevr. mevr. W. van Itallie—van Embden, John Kann (penningmeester), mevr. mr. B. J. A. de Kantervan Hettinga Tromp, mevr. G. A. Kramersde Vlaming Plysier, dr. J. ter Meulen, F. S. Noordhoff, mevr. C. Ramondt Hirschmann, jkvr. J. Repelaer van Driel, mej. M. Romme, mr. H. E. Scheffer, mevr. Sj. StraubSchmidt, J. A. van Sijn, pater Caec. Timmer O.C., prof. dr. J. Tinbergen, drs. G. J. de Voogd (secretaris) en mr. B. Th. A. Westerouen van Meeteren. Deze dames en heeren kunnen represen tatief worden geacht voor bepaalde schakee ringen der vredesbeweging in den ruimsten zin, maar zij hebben niet als vertegenwoor digers van organisaties zitting. Als onderwerp van de conferentie is ge kozen „Beginselen van internationale samen werking, gericht op een blijvenden vrede (Vredesopbouw). Het doel is de problemen »sn de orde te stellenr die zich bij het stre ven naar internationale samenwerking voor doen, problemen, die thans minder dan ooit te begrijpen zijn zonder hun geestelijken achtergrond, en die voor een oplossing een nieuwe gezindheid eischen. De conferentie, die zich buiten partij-politiek zal houden en zich op de grondslag stelt van de Neder- landsche neutraliteit, zal te Den Haag in hotel Wittebrug op Vrijdag 12, Zaterdag 13 en Zondag 14 April gehouden worden. Een zevental inleidingen staat op het programma, die het probleem belichten van historisch- juridische en economische zijde en van de zijde der gezindheid. Bij Scheltema en Holkema's Uitg. Mij. te Amsterdam verscheen: „De onbevredigende gastroenterostomie, ulcus gastrojejuna e, se- cundaire (palliatieve/conservatieve) resec- tie, etc.", een chirurgisch-röntgenologisch onderzoek, door dr. Chr. van Gelderen, chi rurg te Amsterdam (met 24 afbeeldingen en 5 schema's in den tekst). Vandaag 15 Febr., is het 12jaar ge leden zijn, dat dr. Henneman zijn functie aanvaardde als geneesheer-directeur van het sanatorium „Dekkerswald" te Groesbeek. Om zich aan elke hulde te onttrekken, is de jubilaris afwezig, maar veler in den lande zullen hem dankbaar gedenken, die door zijn onvermoeide zorg en toewijding aan tallooze zieken herstel van gezondheid bracht én onder wiens bekwame leiding het sana torium op zoo hoog peil kwam te staan. Geheel in de lijn van 't arrest van 1 Mei 1935 heeft de Hooge Raad bij arrest van 6 Decem ber 1939 thans beslist, dat ook afzonderlijke kloosters als zelfstandige onderdeelen van het R. K. kerkgenootschap, zonder vooraf gaande koninklijke goedkeuring of wettelijke erkenning, rechtspersoonlijkheid bezitten volgens burgerlijk recht, zooals toen reeds beslist was voor orden en congregaties. In het arrest van 1 Mei 1935 waren echter nog eenige punten onopgehelderd gebleven n.l. of uit het bezit van rechtspersoonlijk heid naar kerkelijk recht wel volgt dat een orde of congregatie c.q. een afzonderlijk klooster als rechtspersoon kan optreden naar het gemeene recht, daar toch de wet van 1853 op de onderscheiden kerkgenootschap pen, waarop men voor deze conclusie steun de, den kerkgenootschappen slechts de vrij heid garandeert, om in eigen boezem den godsdienst te regelen, en l>et bezitten van rechtspersoonlijkheid met deze regeling niets te maken heeft, regelende de rechtspersoon lijkheid niets anders dan de burgerrechtelijke gevolgen van den rechtsband; en voorts of de mededeeling aan de Kroon welke is voor geschreven in artikel 1 lid twee van genoem de wet een vereischte is voor het verkrijgen der rechtspersoonlijkheid en/of deze mede deeling bij reglement of in individuo moet geschieden. Deze bezwaren had het belanghebbend klooster als volgt tot cassatiemiddel ver werkt: „Schending van artikel 1 eerste en tweede lid van de wet van 10 September 1853, Staatsblad no. 102, tot regeling van het toe zicht op de onderscheidene kerkgenootschap pen" en tot toelichting van het vqorgestelde middel aangevoerd, zooals hiervoren reeds werd uiteengezet „dat artikel 1 eerste lid van de wet van 1853 den kerkgenootschap pen uitsluitend het recht geeft in eigen boe zem den godsdienst te regelen, en daaronder niet valt de aanwijzing welke van hare on derdeelen rechtspersoonlijkheid bezitten en voorts dat ten aanzien van dit onderdeel de kennisgeving, bedoeld in artikel 1 lid twee van voormelde wet is achterweg gebleven zoodat dit onderdeel in elk geval uit dien hoofde rechtspersoonlkheid mist.. De Hooge Raad heeft in het voornoemde arrest van 6 December 1930 deze bezwaren verworpen en overwogen „dat uit hetgeen de uitspraak (uitspraak van den Raad van Beroep) vaststelt omtrent belanghebbende (afzonderlijk klooster) en derzelver positie in het R K. kerkgenootschap blijkt dat zij (kloostergemeenschap) is een organisatie binnen dat kerkgenootschap van een groep van personen ingericht om als eenheid aan het rechtsverkeer deel te nemen; dat daar uit vólgt dat belanghebbende is een zedelijk lichaam als bedoeld in titel X van boek III van het Burgerlijk Wetboek en nu de wet van 22 April 1855 Staatsblad no. 32, op kerk genootschappen geen betrekking heeft, in gevolge de bepalingen van voornoemden ti tel rechtspersoonlijkheid bezit; dat voorts bij het middel ten onrechte ervan wordt uitge gaan dat het voorschrift van artikel 1 tweede lid van de wet van 1853 voor de vraag van de rechtspersoonlijkheid beteekenis zou hebben". Met dit arrest is "definitief de strijd be slecht omtrent de rechtspersoonlijkheid van alle zelfstandige onderdeelen van ons kerk genootschap, niet alleen van de orden en congregaties en de zelfstandig opgerichte kloosters, die op 'n zeer gelukkige wijze een einde zien gemaakt aan de miserie van on geldige schenkingen en andere door deze lichamen gestelde rechtshandelingen, doch ook van alle andere instellingen en vereeni- gingen, welke een wettig bestaan hebben binnen ons kerkgenootschap, al de z.g. per sonae morales. Deze vast te stellen blijkt niet altijd even gemakkelijk. Het Reglement voor het R. K. kerkgenootschap in Nederland bepaalt in het eerste en tweede lid van artikel 1 dat het „R. K. Kerkgenootschap omvat alle instellin gen, vereenigingen en stichtingen, die, in afhankelijkheid van het wettig kerkelijk ge zag, de uitoefening van den R K. godsdienst ten doel hebben, hetzij zij thans reeds in Ne derland zijn gevestigd, of aldaar volgens de kerkelijke reglementen nog wettig gevestigd zullen worden. Het omvat derhalve zoowel die instellingen, vereenigingen en stichtingen die de uitoefening van den eeredienst in engeren zin ten doel hebben, als die welke de door den R. K. godsdienst evenzeer voor geschreven en eigenaardig tot de taak der Kerk behoorende uitoefening van werken van barmhartigheid en naastenliefde be oogen". Uit deze bepalingen hebben sommige ad ministratieve rechtscolleges de conclusie getrokken, dat vereenigingen zooals de St. Josephgezellenvöreenigingen en de Jonge Werkman niet behooren tot de in lid twee van artikel 1 genoemde vereenigingen, daar zij niet de uitoefening van werken van barm hartigheid of naastenliefde beoogen; de aan gegeven reden is wel juist, doch is deze ook exclusief? M.a.w. wordt daardoor aan deze vereenigingen .zonder meer, de mogelijkheid ontnomen om als zelfstandig onderdeel van ons kerkgenootschap op te treden, zooals deze colleges beslisten? -Werd niet ten onrechte de bepaling van lid drie van artikel 1 van het Reglement voor het R. K. kerkgenootschap voorbijgegaan, n.l. „dat het R. K. kerkgenootschap geregeld is volgens de bepalingen van het in 1918 in werking getreden algemeen Wetboek, den Codex Juris; en zouden in het interne recht van ons kerkgenootschap geen voldoende aanwijzingen te vinden zijn om positis ponendis rekening houdende met het bepaalde in artikel VII van het Reglement, de genoemde vereenigingen te kunnen rang schikken onder de vereenigingen, waarvoor de Bisschop de canonieke oprichting kan doen plaats hebben W. BONGERS ,Daar klopt jets niet". Het besluit der regeering de benzinebelas ting nogmaals te verhoogen, niettegenstaande zij zelve in het afgeloopen jaar bij herhaling verklaarde, dat het motorwegverkeer reeds ruimschoots was overbelast, is ongetwijfeld niet dan na rijp beraad genomen, aldus schrijft de K.N.A.C. o.m. De nieuwe belasting is een zware, een zeer zware slag voor het motorwegverkeer, doch met bloedend hart zal ditmaal deze last op de schouders worden genomen met een ver beten wilskracht, eigen aan deze jonge loot van den grooten verkeersstam. Met de tan den op elkaar moet dit nieuwe offer worden gebracht. Het is nu de tijd niet voor papieren protesten, die op een ambtelijk bureau onder het stof geraken. Het land eischt offers en het motorwegverkeer brengt ze, niet geheel blijmoedig, maar met harden, fieren trots. Dat soms gesmade, soms maar juist getole reerde en van alle zijden door stugge ambte lijke bepalingen bedreigde motorwegverkeer draagt reeds jaarlijks alleen aan benzine belasting over de 30 millioen aan de alge meene middelen bij, om van de vele andere belastingen nog maar te zwijgen. Dit bedrag zal nu worden verhoogd met nogmaals ruim IVz millioen door die kleine groep van 200.000 motorrij tuighouders. Zes maanden gevangenisstraf tegen hem geëischt. Men meldt ons uit Amsterdam: De rechtbank veroordeelde geruimen tijd geleden een 18-jarigen jongen, die les had genomen in het simuleeren van doofheid, waardoor hij van een specialist een verkla ring kreeg en door den keuringsraad voor den militairen dienst werd afgekeurd, tot een gevangenisstraf van een^ jaar, door te brengen in de jeugdgevangenis, „opdat men hem daar zou leeren wat zijn natuurlijke verzorgers nagelaten hebben hem bij te bren gen" overwoog de rechtbank. De „professor in het simuleeren", die jarenlang zijn practij- ken had uitgeoefend en tientallen jongens wegens doofheid had doen afkeuren, kreeg een veel hoogere straf. Zoowel de jongen als de „leeraar" in dit bedrog gingen in hooger beroep. Het hof behandelde de zaak tegen eerstge noemde bij verstek, de jongen was zoo be angst, dat hij ter zitting gevangen genomen zou worden, dat hij niet ter zitting verscheen. Het hof kwam tot een andere beslissing dan de rechtbank. Het hoog*re rechtscollege n.l. achtte het primair tenlaste gelegde, de op lichting van den oorspecialist voor een schriftelijke verklaring, bewezen, in tegen stelling met de rechtbank, die de gevange nisstraf had opgelegd voor het doen opma ken van een valsche acte met het oogmerk om den keuringsraad te misleiden. Ook ten opzichte van de straf besliste het hof anders De jongen werd tot zes maanden gevangenis straf veroordeeld en zijn leermeester tot twee jaar. De jongen ging in verzet tegen het bij ver stek gewezen arrest en Dinsdag diende de zaak opnieuw voor het hof. Een rol van belang had indertijd de vader van den jongen gespeeld. Hij was met den „instructeur" in connectie gekomen en had zijn zoon naar den man toegestuurd. Deze gaf hem tegen betaling van 300 een completen cursus en na veel lessen was de jongen zoo goed afgericht, dat hij precies wist, wat hij zeggen moest bij de keuring door den spe cialist. Het resultaat was, dat verdachte werd af gekeurd. Eenigen tijd later kwam het bedrog aan het licht, door den instructeur waren tientallen jongens naar den oorspecialist ge bracht, die steeds de doofheidsverklaring afgaf. Het onderzoek had tengevolge, dat tegen een twintigtal jongens een vervolging werd ingesteld. Dit proces is min of meer een strafrechterlijk proefproces. De berechting van de andere verdachten zal pas volgen, wanneer deze zaak in kracht van gewijsde is gegaan. De jongen verklaarde, dat zijn vader alles in orde had gemaakt. Zelf begreep hij nau welijks waar het om ging. De cerdediger, mr. F. A. Kokosky, had dr. Grewel, psychiater, a decharge gedagvaard. Deze schetste den jongen als licht debiel en zeer egocentrisch. Een min of meer inge wikkelde situatie overziet hij niet. De procureur-generaal mr. J. Versteeg, requireerde bevestiging van het gewezen ar rest en verd.'s veroordeeling tot zes maanden gevangenisstraf. De verdediger mr. F. A. Kokosky, hield een uitvoerig pleidooi, waarin hij zoowel ten opzichte van het primair ten laste gelegde als het subsidiair in de dagvaarding gestelde vrijspraak pleitte. Uiterst subsidiair drong pl. aan op de uiterste clementie» in den vorm van een voor waardelijke 'straf. Arrest 27 Februari. De postboot „Vlieland" kon gistermiddag het eiland niet bereiken. De ijsgang voor Vlieland was te groot. De „Vlieland" is door gevaren naar Terschelling, vanwaar het schip hedenochtend vroeg naar Vlieland zal trachten te vertrekken teneinde om half ne gen den normalen dienst Vlieland-Harlingen te onderhouden. Maar, daar klopt iets niet! Indien de regeering, niettegenstaande de nadrukkelijk door haar uitgesproken meening, dat het motorwegverkeer niet zwaarder mag worden belast, daartoe toch noodgedwongen moet overgaan, moeten de tijden wel zeer, zeer ernstig zijn en mag wórden verwacht, dat het genoemde verkeer tenminste anderzijds den noodigen steun, medewerking en soepel heid zal vinden bij die regeering. Kan in zulk een hoogst ernstigen tijd dan werkelijk dat reeds zoo overbelaste wegverkeer door een pennestreek van diezelfde regeering ook nog worden belast met millioenen-verslin- dende medische keuringen, voertuigkeurin gen, koplampenkeuring (1942). En als dan zoo sterk tegen den uitgesproken wil van de regeering die extra-belasting moet worden opgelegd, dan is er toch zeker reden het motorwegverkeer tenminste ook tegemoet te komen. Waar blijft dan de door de K.N.A.C. zoo dikwijls gevraagde versoe peling van de motorijtuigenbelasting (kaar ten op korteren termijn; het recht om enkele dagen langer 6p een oude en enkele dagen eerder op een nieuwe kaart te mogen rijden, enz.) Waar blijft dan-het ingrijpen van die regeer ing in ongewenschte gemeentelijke parkeerbelastingen en onnoodige parkeer- belemmeringen (als 't parkeeren bij nacht) Waar blijft de zoo logische opheffing van de onnuttige provinciale legesgelden voor de rijbewijzen Waar het duidelijke streven om de administratieve beslommeringen van de Rijtijdenwet niet te doen uitstrekken tot hen, voor wie zij oorspronkelijk nooit be doeld kunnen zijn geweest En kan die regeering ten opzichte van dat wegverkeer, waarop zij zoo'n ernstig beroep doet, volstaan met de simpele mededeeling, dat sneeuwruiming op de verkeerswegen geen Staatstaak is Moge de ongetwijfeld door de regeer ing ook met leedwezen genomen stap tot verdere belasting van het motorwegverkeer er toe leiden, dat tenminste de gerechtvaardigde verlangens van dat verkeer, die geen belas tingderving voor het Rijk medebrengen, een gewilliger gehoor bij haar vinden dan op vele punten tot nu toe het geval was. De liefde zal ook hier van twee kanten moeten komen. Een rechtzetting. Bij de publicatie van het wetsvoorstel wjórdt algemeen een vergelijking getroffen met de benzineprijzen in andere landen, zelfs al behooren deze tot de belligerenten. Een onjuistere vergelijkingsbasis had men moei lijk kunnen vinden. Zoolang niet voor ieder land het totaal genoemd wordt van alle op het motorwegverkeer drukkende belastin gen gaat iedere vergelijking volkomen mank, zeer zeker ten aanzien van Nederland, waar de belastingen vele zijn. Een vergelijking op deze juistere basis zou vermoedelijk echter niet de gewenschte argumenten hebben kun nen opleveren om den slag der nieuwe be lasting te kunnen verzachten. De groote rivieren hebben een gedeelte van hun ijslast reeds in de zee gespuid, het geen tot gevolg heeft gehad, dat door stroo mingen en winden naar de kust op vele plaatsen ijssphotsen tegen het strand zijn aangespoeld, waar zij een ware ijsbarricade hebben gevormd. Zoo ook op het Scheveningsche strand. Vanochtend was de pier geheel door ijs- schotsen omringd, welke echter in den loop van den dag afdreven, zoodat voor het wandelhoofd geen gevaar kon ontstaan. De schotsen stapelden zich aan den rand van de kust op, waar enkele hooge ijsdam- men werden gevormd zoodat als het ware het strand tot ver in zee verlengd werd. De zware sneeuwval droeg er toe bij, dat men de grens van zand en ijs niet meer kon on derscheiden en het geheel had het aanzien van een Poolzee. In den loop van den dag kwamen velen het schouwspel gadeslaan. Naar wij vernemen, hebben B. en W. van Groningen zich telegrafisch tot de ministers van waterstaat, onderwijs, kunsten en weten schappen en van sociale zaken gewend met het verzoek te willen bevorderen, dat het in deze gemeente dreigende kolengebrek, als gevolg waarvan verschillende onderwijs inrichtingen zouden moeten worden geslo ten en een aantal belangrijke ondernemingen, waarin een groot aantal arbeiders werk vindt, zou moeten stopgezet, worden afge wend. De bond van gepensionneerden bij de Ne- derjandsche Spoor- en Tramwegen is te Utrecht in vergadering bijeengekomen. Er werd een resolutie aangenomen, waarin met genoegen wordt geconstateerd, dat met in gang van resp. 1 Juli 1939 en 1 Januari 1940 de pensioenkorting opgeheven is. Het hoofdbestuur werd opgedragen stap pen te doen, welke leiden tot terugbetaling an de sedert 1 April 1936 toegepaste kortin gen. Tevens werd het hoofdbestuur gemach tigd actie te voeren voor verbetering der positie van bepaalde groepen gepensionneer den, zooals de oud-gepensionneerden en de invaliden met klein pensioen, zulks in ver band met de stijging van de kosten van het levensonderhoud. Ten slotte werd het hoofd bestuur gemachtigd een eventueele actie tot het verleenen van een duurtetoeslag aan de gepensionneerden in het algemeen te bevor deren. 1 t m 2088S 126 VRIJDAG een GROOTSCHE FILM met SENSATIONEELEN INHOUD OP DE en (Universal) STERKE ACTIE! GEVAARLIJKE AVONTUREN BOEIENDE ROMANTIEK Als 2de attractie in de hoofdrol ZONDAG DOORLOOPEND VAN 12 UUR AF. 92415MVS 45 92416MVS 50 TELEFOON COUlPm&llfl HOOGSTRAAT ,68808 SCHIEDAM j Vanaf VRIJDAG 16 t/m Donderdag 22 Februari op verzoek van velen en wegens het enorme succes, in Een film van zoo beklemmende spanning, zoo verheven strek king, dat zij steeds in uw herinnering zal blijven. Als 2e hoofdfilm Tim Mac Coy in /Vla iSC uuuiumiu SPANNING EN SENSATIE VAN BEGIN TOT EINDE. 1EDEREN DAG PROGRAMMA. Z UUR MATINEE MET HET GEHEELE PRIJZEN VANAF 15 CENT. De gezelligste Matinée's ZIJN en BLIJVEN in MONOPOLE. ZONDAG vanaf 1 UUR doorl. voorst, met het geh. avondprogr. OtWt TF.I.EURSTEI.I.1NO TE VOOUKOTVIEN. Bespreekt voor de Avondvoorstellingen tijdig Uw plaatsen (gratis) ook p. tel. 68808 QRAND 8. K. 0 RADIO 92414MVS 90

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 4