TWEEDE KAMER over nieuwe belastingen. VULLING VAN HET LEENINGFONDS. émrnmmm DONDERDAG 4 APRIL 1940 MINISTER GERBRANDY en de binnenlandsche veiligheid PATER P. W. HOFMANN. nU Ller w- F- Gf. I» Passfcon die m. J?J ?r*ïSter van Wehl. De heer Passttms, aie in Amsterdam werd geboren is thans werkzaam als hoofdcommies ter gemeente secretarie van Bergh. hij is een zoon van wijlen den heer w. Passtoors, burgemeester van Ginneken, Heffingen op suiker, koffie, Benzine en erfenissen. Vergadering VttJl Woensdag 3, April. ÏF.LRIJDER DOOR AUTO GEGREPEN Jimmy, zijn mijn vaeten klein of groot koopen Ik moet eerst Lem's voet ver binden, hij veel te kleine laarzen aangedaan heeft. 1 Fong, heb je een i lapje om Tommy's ii poot te verbinden? Uat zijn de nieuwe laarzen van Lem, ze zijn hem te klein. Gopr. 1939, King Features Syndicate. Inc., World rights reserved neem ze.». Heeft U geen pijn in de schoenen Neen - dat valt wel mee maar luister eens Jimmy - vraag eens of dat nieuwe meisje met jou hier langs wil wandelen en dan moet je ze op mijn schoenen wijzen. Jl( Jimmy blijft lang Tommy heeft een doorn in z'n poot. Wat is er Tommy, heb je weer een doorn in je poot? - Ja, dat is in derdaad waar Nieuwe meisje halen, schoenen laten zien. m n arme voeten. 'V.- In het maandblad „De R. K. Staatspartij" lezen wij: Tenslotte begrijpt de overgroote meerder heid van de Kamer, dat nieuwe lasten niet kunnen uitblijven. Ook niet, als men met nationaal-socialistisch gebaar beweert de kapitalistische denkwijze te hebben afgelegd en in klassenstrijdjargon concurreert met den stalinist, die verkondigde, dat de Nederland- sche arbeiders aan den oorlog niets k'mnen doen en dat dus niet zij, maar „de kapitalis ten" moeten betalen. Alsof de Nederlandsche kapitalisten om den oorlog hebben gevraagd en of ook nu niet Troelstra's in 1914 gespro ken woord geldt, dat als één volk aan de oorlogsmisdaad onschuldig is, het toch wel mede ons volk is, welks Koningin mg wel haar bemiddeling aanbood. Het is met die „kapitalisten" ook niet alles. In zoover het kleine kapitalistjes zijn, behalen zij zich even goed blauwe vingers. Tn zijn M. v. A. vertelt de minister jhr. Rutgers wees daar ook op dat een kleine rentenier, die in totaal een goeie acht honderd gulden per jaar uit zijn vermogen trok, daarvan 73 gulden aan vermogensbelasting betaalde, nl. 60 gulden aan zuivere vermogensbelas ting, 12 gulden aan gemeentefondsbelas+ing en één gulden aan inkomstenbelasting Die 60 gulden waren de allengs gestegen ,sur- taxe", aanvulling dus op de inkomstenbelas ting. Had de man niet de rampzalige idee gekregen om te gaan rentenieren, dan zou hij voor zijn 800 gulden uit arbeidsinkomen geen vermogensbelasting hebben behoeven te betalen en met dertien gulden op het belastingkantoor klaar zijn geweest. Zóó kunnen belastingen vergroeien en daar moet men wel aan denken bij de steeds meer in zwang gekomen opcentenmethode, niet du de directe, maar ook bij de zoogenaamde indirecte belastingen. Op de suiker drukt nu al een belasting, die een keer of zeven zoo zwaar is als de prijs, hetgeen zooals mr. Teulings zei, een enorme last beteekent voor het groote gezin. Men zou inplaats van leeningen en de daarvoor noodige heffingen aan een directen aanval op het kapitaal kunnen beginnen in den vorm van heffingen in eens, in twee, drie termijnen te betalen. De heer Rutgers van Rozenburg vond het een paardenmiddel, waar hij nu zeker nog niet aan wou. De soc.- dem. heer Van Gelderen daarentegen vroeg: waarom niet nü en de heer De Wilde bleek er niet apriori afkeerig van. Heft men 3 pet. van de vermogens boven de 30.000 gul den (op een bedrag dus van 1700 millioen van ons totaal belastbare vermogen, dat 13 milliard bedraagt) dan brengt dit 300 mil lioen in het laatje. Men zou daar dan een stuk mobilisatiekosten mee kunnen aflossen en een 20 millioen minder belasting voor het Leeningsfonds behoeven te heffen. Daar zag de heer De Wilde wat in, om onze schuld (nu 4 tegen 1914 slechts ruim 1 milliard) niet méér te verzwaren dan direct noodig is. en de belastingen niet noodeloos drukkender te maken. Terwijl er ook nog deze psycholo gische kant aan zit, dat de kleine man ziet, hoe ook de grooten den dans niet ontsprin gen. Aldus redeneerde de antirevolutionaire oud-minister, die het oordeel van zijn ambts opvolger althans wel eens hooren wilde. Wat de heer De Wilde over de connexiteit van volks- en staatshuishouding zei, vonden wij niet zoo doortimmerd. Wél daarentegen formuleerde hij zeer juist enkele bezwaren tegen inflatie, al is men uiteraard met dat tormuleeren alleen niet klaar. Wij staan immers, zoo lang de mobilisatie duurt, voor een uitgave van tenminste een 650 millioen, waarvoor alleen reeds met de 200 millioen mobilisatiekosten van 1939 een 60 millioen per jaar aan rente en aflossing wordt geëischt. Daarnaast komt de gewone dienst met een zeer hoogen financieelen eisch van een 60 millioen, waarvoor de dekking gedeeltelijk is voorzien in de voorgestelde inkomsten- en winstbelasting. Zoodat eigen lijk het heele financieele probleem of liever het heele financieringsprobleem aan de orde komt. Niet alleen de vraag, of de winstbe lasting hooger kan, of een heffing op hier gewonnen en in het buitenland verteerde in komsten kan worden overwogen, of de cou ponbelasting kan worden gepakt, of oude reserves van naamlooze vennootschappen, of een heffing ineens kan worden overwogen. Neen, aldus mr. Teulings op het voetspoor van den Franschen minister Reynaud, het vraagstuk in de volle breedte, prijzenpolitiek, deviezenpolitiek, wisselpolitiek en loonpoli tiek. moet onder oogen gezien worden, nu voor de reusachtige mobilisatieuitgaven de eerste concrete dekkingsuitgaven worden be sproken. Niet in de keuken komen, zei Kuyper en niet in de kraamkamer, schreef de heer De Geer in zijn M v. A„ onbewust tot wat krasse gevolgen in de woordkeus zulk een verande ring van beeldspraak bij een zoo sappig spre ker als mr. De Wilde leidt, die het heele gynaecologische lexicon al begon te bezigen, wat zichtbare verontrusting wekte op het ge zicht van den voorzitter, die even kieskeurig op de taal is als afkeerig van afgevaardig den, die een minister van luisteren af- en aan de praat probeeren te houden. Of minister De Geer, die vandaag aan het woord komt, een algemeen financieringsplan ontvouwen zal? Het ligt niet in zijn aard. En dat hij over zijn belastingplannen zou spre ken neen, al bezweert de heer De Wilde den bewindsman, dat hij slechts door vrien den is omringd, jonkheer De Geer weet, waar de narigheid onder wijlen den hertog van Alba vandaan kwam en zal geen slapende honden wekken. Want als het op betalen aankomt, hebben de Nederlanders, ondanks de deugden van nuchter- en bezonnenheid, die de heer Teulings weet te waardeeren, de neiging om opeens te zeggen, dat het nu welletjes is. En wat moet er dan van slag schepen en soortgelijke dingen komen? Vooral wanneer ze zoo nuchter denken als de heer De Wilde, die het allemaal gekheid vindt om te praten over, laat staan dus te offeren voor een gemeenschap, die „nooit iemand heeft gezien". Dat bedoelde de A. R.-spreker niet zoo erg, maar hij bedoelde toch wel te zeggen, dat men over „volks huishouding" niet zooveel praten moest, maar bedenken, dat de staathuishouding op de draagkracht van het volk dient te rusten. Zou de oud-minister niet hebben bemerkt, dat als „volkshuishouding" en „gemeen schap" nietszeggende begrippen zijn, „draag kracht" heelemaal een abstractie is voor de genen, die de beide eerste begrippen niet kennen? Als de minister van Financiën niet, gelijk mr. Teulings bepleit, voor alles de aandacht op de volkshuishouding en den geest der gemeenschap gericht houdt, zou het er met zijn berekening van de „draag kracht" en de belastingopbrengst daarvan, spoedig heel raar uitzien. Vrijdag 19 April a.s. zal de Kamer in de afdeelingen de beraadslaging beginnen over het veel-omstreden begrafeniswetsontwerp met de crematie-concessie. Naar wij vernemen zal pater P. W. Hof- mann, die gedurende 13 jaar de zielzorg onder de Poolsche mijnwerkers heeft ver zorgd, Heerlen gaan verlaten om zich met terwoon in de Ver. Staten van Amerika te gaan vestigen. Hij zal zich 8 April a.s. in schepen. Yurnpn gemeldbenoétnd werf toi ZONDER hoofdelijke stemming keurde de Eerste Kamer gisteren minister De Geer's wetsontwerp tot instelling van een Leeningfonds goed. Het doel ervan is, de reusachtige mobilisatiekosten te financieren. Aan de vulling van dit fonds is de minister bereids begonnen door het op stapel zetten van belastingvoorstellen, waar van de eerste ruiker vanmiddag in de Tweede Kamer werd gepresenteerd in den vorm van de in wetsontwerp 270 vervatte heffingen. Alle kreten over de te hooge belastingen en aJ e; Plecbtige verzekeringen, dat er nu waarhjk niets bij kon, worden overhemd door de simpele omstandigheid, dat de kie ne twee inlll'oen Per daë, die de mobilisatie verslindt, betaald moeten worden. Die mobi lisatie-uitgaven eischen nu reeds i8 milUoen zijnde de annuïteit voor de in de jaren 1938 en 1939 gemaakte onkosten, die over 1940 betaald moeten worden. Over een heel jaar zullen de voorstellen 27 millioen opbrengenof en hoeveei er later meer noodig zijn zal, weet niemand. Deze 27 millioen wil de minister vinden d°lo 15 opcenten op de successiebelasting, waarvan de opbrengst uiteindelijk op 5Vs millioen geraamd wordt 2o. iy2 cent op de benzine, waarvan de opbrengst over 400 millioen liter op ruim 7% millioen wordt gesteld 3o. 2 cent op elk ons koffie, die nog niet belast is, wat bij een verbruik van 40 mil lioen kilo 8 millioen gulden opbrengt 4o. io opcenten boven de bestaande 30 opcenten op den reeds bestaanden suiker accijns van 55 millioen, hetgeen nog eens 5% millioen suikerbelasting beteekent. Terloops merken wij op, dat deze nieuwe belastingen alléén maar buitengewoon hee- tende opbrengst ervan is immers, zooals gezegd, bestemd voor het fonds, waaruit de mobilisatiekosten worden voldaan, waarvoor geleend moet worden. Daarnaast komen dan nog de nieuwe inkomstenbelasting en de winstbelasting, die samen een 50 mülioen zullen opbrengen voor dekking van de normale begrooting. Zoodat wij alvast op een kleine 80 millioen belasting boven het bestaande mogen rekenen. Dat de minister zoo vriendelijk was, zich reeds bereid te verklaren, de extra heffingen van 27 millioen ook wel tot vijf jaar te willen beperken, pleit voor zijn zin voor overleg. Maar zoo weinig zeker hij over de toekom stige belastingheffing is, zoo weinig zeker zijn wij van de reëele be teekenis van deze vriendelijke tegemoetkoming. Het is mogelijk dat de inkomstenbelasting of de winstbelas ting geweldig stijgt en wie weet ver oorlooft de economische toestand eens iets wat op „heffing ineens" lijkt, maar momen teel staat men voor de nieuwe verzwaring van enkele indirecte belastingen, die alles behalve aangenaam zijn. Ze zijn alle onaangenaam, maar als héél onaangenaam duidden o. a. mr. Teulings en de heer Van Gelderen de verhooging van de belasting op suiker en de invoering van belasting op koffie aan. Notaris Bijlsma oieek vooral bezwaren te hebben tegen vernooging op de successiebelasting, een recht waartegen de heer De Wilde te meer bezwaar maakte, als die belastingverhooging tijdelijk werd. Zij treft dan net bepaalde vermogens en dit willekeurige element doet wel onrechtvaar dig aan. fKU Met Minister Gerbrandy hebben wij Vel een zeer bijzonder hoofd aan het De partement van Justitie gekregen. De tijd is nog te kort om een gefundeerd oordeel over zijn beleid te kunnen uitspreken. Een origi neel man is hij ongetwijfeld, aan wien para doxen ook al niet vreemd liggen- Zoo klinkt het al heel bijzonder van een Minister van Justitie te moeten hooren, dat hij zich „met zoo wetgeverig" voelt. Intusschen versta men de flitsende opmer kingen van den nieuwen Minister met ver keerd. Hij voelt zich meer bestuurder dan Wetgever. Dit kwam m de Eerste Kamer duidelijk naar voren bij de debatten over de openbare orde, de binnenlandsche veiligheid. Hier bleek ook heel duidelijk de van zijn voorganger geheel verschillende weg, wel ken deze Minister denkt in te slaan. Beoogde Minister Goseling meer het tot stand brengen van een aantal blijvende re gelen, welke dus ook in normale tijden hun gelding zouden blijven behouden, bij Mi nister Gerbrandy zit meer het streven voor om te trachten maatregelen te vinden, welke slechts in abnormale tijden als deze gebruikt behoeven te worden en bij herstel van nor- niale toestanden min of meer automatisch, fl elk geval zonder wetswijziging weer kun nen verdwijnen. En Minister Gerbrandy ge looft in het bestaan van deze maatregelen. Hij gaat daarbij uit van de veronderstel ling, dat vrijwel al de gewenschte maatrege len getroffen kunnen worden aan de hand van de bestaande wetten, mits men deze slechts krachtiger toepast of, om een van 's Ministers plastische uitdrukkingen te ge bruiken „mits men er maar met den neus op gaat zitten". Thans laten wij onderstaand volgen ne resultaat van het ministerieele „neuzen m onze wetboeken. lo. Allereerst zal zooveel mogeluk ^wor den gehaald uit het bestaande art. 162 Wetb. v. Strafr. o.m. bepalende, dat alle ambtena ren die kennis krijgen van een strafbaar feit', verplicht zün daarvan onverwijld aan gifte te doen. 2o. Bij den Proc. Generaal bij het Ge rechtshof te Amsterdam zal een documen- tatiebureau worden gehouden, waar alle ge gevens betrekking hebbende op de versto ring of bedreiging van de binnenlandsche veiligheid zullen worden verzameld en ver spreid. 3o. Het politie-apparaat zal worden gemo derniseerd door toepassing van de laatste technische vindingen. 4o. Een snelle berechting van de desbe treffende delicten zal worden bevorderd, Vooral om er den schrik bij de misd&dlëers in te brengen. 5o. Dankbaar gebruik zal worden ®e~ maakt van art. 100 Wetboek van Strafwet, waarbij met 6 jaren gevangeniss ra wordt bedreigd degene, die in omstandig eden als de tegenwoordige eenig bijzonder voorschrift tot handhaving der onzijdigheid van regee- ringswege gegeven en bekend gemaakt, op zettelijk overtreedt. De Minister wil blijk baar van deze bevoegdheid, welke gehan- K'»rd kan worden buiten het parlement om, een veeivuldiger gebruik doen maken dan tot heden is geschied. Onder meer wil hij op deze wijze de lichtkogelsaffaire gaan onder drukken. 6o. Een wetswijziging schijnt op komst om de straf op spionnage te brengen van 6 op 15 jaar. 7o. Een wetswijziging is voorts aange kondigd om de bevoegdheden, welke artikel 37 van de wet op den staat van oorlog en beleg thans verleent voor den staat van be leg, ook toe te kennen tijdens den staat van oorlog. Deze „overboeking van bevoegd heid zou het den Minister mogelijk maken om gevaarlijk geachte personen te doen in terneeren, ook zonder dat er staat van beleg ■*s- Op dezelfde wijze zouden ook staatsge vaarlijke bladen getroffen kunnen worden. Overziet men deze plannen van den Mi- jster, dan hebben de diepingrijpende be- s"b 5 en 7 inderdaad een voorbij en!„Jarakter' gebonden als zij zijn aan f Thans hunnen wij dan ook J6 vr, ister ngeven van het raadseltje, dat de Minis ons m December opgafj toen hij Wij spreken de verwachting uit, dat de bovengenoemde punten spoedig hun prac- tische uitwerking zullen vertoonen en het vertrouwen der burgers m een doeitreffen- de handhaving van de binnenlandsche vei lheid weer zullen herstellen. Aan bekomen verwondingen overleden. Gisteren wilde de 54-jarige heer M. T. te Amersfoort per rijwiel de Eemstraat oversteken naar de Sluisstraat. Hij werd daarbij gegrepen door een zware vracht auto met aanhangwagen van een firma te Soest. Het slachtoffer werd met een schedel- betvffractuur opgenomen in het St. Eliza- aan^lekenhuis alwaar de man hedenmorgen e bekomen verwondingen is overleden. Miss Pepper - de meeste cowboys hebben erge kleine voeten, niet?? Ik ga een paar nieuwe 1

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 1