„HOPE-HAVEN" GROENLAND, HET LAND ZONDER GROEN. De stichting van 'n Nederlandsch Priester. MAANDAG 15 APRIL 1940 mmmmmmmmm Misschien het meest belangrijke werk der christelijke caritas in Amerika. VAN de sociale problemen, die in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika bestaan, was het stijgend getal der dakloozen wel een der ergste. Vooral in het Zuiden Was dit euvel uitgegroeid tot een ware aanklacht der samenleving. Het lot dezer menschen was hard. De misdaad tierde welig in de rangen van deze Verschoppelingen eener maatschappij, Waarin armoede bijna vanzelfsprekend als een grief geldt tegen haar slacht offers. Het was met dit probleem, dat een jong Nederlandsch priester, toenmaals vice-kanselier van het bisdom te New- Orleans in aanraking kwam. Hij zag den nood, waarin menschen verkeer den, hun materieelen en hun geeste lijken nood. Hij liet eindelooze filoso fische bespiegelingen over deze din gen liever aan anderen over en pakte aan. Dat inmiddels in het centrum der inter nationale belangstelling is komen te staan. cop AU. «.«Cmt* eP<TiQM, x -• van ouds, althans voor de jagers en de vis- schers. Dank zij een modern vakonderwijs zijn er voortreffelijke ambachtslieden onder de Eskimo's. Ze beoefenen het vak van smid, van timmerman en electricien. Groenland heeft als eenige vloot de ka jaks. Dit zijn echter zeer zeker geen oorlogs schepen Wanneer de Eskimo's niet zorgen, dat hun kajaks, die uit zeehondenvelden worden vervaardigd, 's nachts veilig op het dak van hun huisjes, of op een speciaal daartoe opgerichte stellage liggen, dan kun nen ze er zeker van zijn, dat ze den vol genden ochtend goeddeels door de honden zijn opgepeuzeld. In een vroegere periode moet Groenland veel bewoonbaarder en minder verlaten zijn geweest dan heden ten dage. Groenland is omstreeks het jaar 900 door den Noorman Gunnbjörn ontdekt. Die behoorde tot de stoutmoedige Vikingers, wier scheepjes langs Europa's kusten voeren en steeds verder de zee op zeilden, tot ze ten slotte zelfs in Amerika terecht kwamen, dat door hen, eeuwen voor Columbus, Vinland werd ge doopt. Bijna een eeuw na de ontdekking werd er de eerste, groote expeditiereis heenge- maakt en wel door Erik de Roode, die in 984 van Ierland uit naar Groenland zeilde en de kusten verkende. Aan de Westkust woonden toenmaals Eskimo's. Die werden omstreeks het jaar 1000 door missionarissen tot het Christendom bekeerd. Er ontstond een bloeiend geloofsleven en in 1110 kon er een bisdom worden opgericht. De verschillende nederzettingen, die er door de kolonisten uit Scandinavië gevestigd werden, zijn op den duur meerendeels weer verlaten geworden. Groenland kwam onder het gezag der Noorsche koningen en werd daardoor onder Denemarken's souvereini- teit gebracht. Dit gebeurde in 1397, bij de Unie van Kalmar. Maar in de XVe eeuw bleek men zich zoo weinig om het land daar ver weg in het Poolgebied te bekommeren, dat men het vrijwel vergat en het ten slotte zelfs niet meer vinden kon. Het duurde tot de XVIe eeuw, vooraleer de Engelschen den weg naar Groenland terugvonden. Onder de zeevaarders, die toen langs Groenland's kusten voeren, op zoek naar de Noord-Westelijke doorvaart, bevond zich o.a. de vermaarde Hudson. Het duurde inmiddels tot 1721, voordat de Denen er toe overgingen, hun oude aanspra ken weer te doen gelden. Toch waren het pas expedities, die in de XlXe eeuw geor ganiseerd werden, waardoor zoowel de West kust als de Oostkust meer bekendheid ver wierven. En eerst in de XlXe eeuw kreeg men een vastomlijnd begrip van Groenland's juiste omtrekken De bekende Amerikaan- sche Poolonderzoeker Peary trok in 1900 van de Westkust naar het Noorden en stel de vast, dat Groenland zich tot 83°, 39, Noor der breedte uitstrekt. Van 1905 tot 1906 slaagde een expeditie er in, om Groenland's Noordelijkste punt heen te varen. De bekende Poolreiziger Nansen heeft in 1888 het binnenland van Groenland van Oost naar West doorkruist en ook Peary maakte vöör zijn genomden tocht verschillende rei zen door het Noordelijke gedeelte. In 1931 werden er in Oost Groenland groote steenkolenlagen ontdekt. En deze ont dekking was voor Noorwegen aanleiding, op historische gronden aanspraken te doen gel den op enkele stukken van de Oostkust. Aangezien men in die jaren nog aan be middeling geloofde en een geschil niet met gewapend geweld en brute overmacht wilde oplossen, brachten de twee partijen de zaak voor het Hof van Internationale Justitie te 's-Gravenhage, dat na langdurige beraad slagingen ten gunste van Denemarken be sliste, zoodat dit in het onbetwist bezit van heel Groenland bleef. Het is niet onmogelijk, dat de bodem er nog andere delfstoffen bevat. Een exploita tie daarvan is echter tengevolge van het klimaat uiterst moeilijk. De Deensche re geering verklaarde ,ter bescherming van de daar wonende Eskimo's, de kust van West Groenland voor alle buitenlanders gesloten. Ze monopoliseerde er den handel en had de voldoening, in 1910 te kunnen vaststellen, dat het aantal Eskimo's, dat in 1820 slechts 6286 bedroeg, meer dan verdubbeld was. Men heeft er weten te voorkomen, dat avonturiers en weinig scrupuleuze hande laars voor weinig geld en veel sterken drank den argeloozen Eskimo's hun pelterijen af handig maakten. De Deensche regeering be taalt er redelijke prijzen voor en ziet toe, dat de inkomsten van het land zijn bewoners ten voordeele strekken. Vreemde schepen mogen niet zonder verlof de weinige havens aandoen en buitenlandsche wetenschappe lijke expedities moeten eveneens toestem ming hebben, om Groenland te verkennen. Met zijn rustige, sober levende bevolking baarde Groenland aan Denemarken nauwe lijks eenige zorgen. In elk district zijn drie oude kanonnetjes de symbolen van het Deensche gezag. Ze worden slechts afge schoten, wanneer de gouverneur op bezoek komt. Groenland vormt de afscheiding tusschen het Europeesche en het Amerikaansche ge deelte van de Poolzee. Het is lettelijk een ijsbarrière, immers, van de totale opper vlakte zijn slechts 297.000 vierkante kilo meters ijsvrij, terwijl een oppervlakte van 1834.000 vierkante kilometer met een ont zaggelijke ijsmassa is bedekt, die hier en daar, door bergen gedragen, tot drie duizend meter hoogte stijgt. Behalve steenkool komt op Groenland speksteen voor, marmer, kryolieth, grafiet enijzer. Dit laatste is in dezen benar den tijd een vaak noodlottig bezit lioerrierij van llope-Havenmet twee tilos voor het bewaren van corn (mais). 'n Paar gezonde sporf- boys van de naam op hun shirt zegt het trouw, deugen evenmin als de „bumb"; er is niets mee te beginnen. En eigenlijk zijn er de „hobos". De hobo is in den grond een goede kerel (homo bo nus). Hij wil wel werken, als hij maar kan. Maar hij heeft een drift tot trekken en zoo is hij een probleem op zich. „Ik sprak met duizenden van die klanten zoo vertelde father Wijnhoven „en ik ontdekte, hoe bums en tramps en hobos tot Naast zijn vele ander werk vond hij tijd 0tn het St Vincentius-hotel op te richten, e®n tehuis voor dakloozen. Een arbeidsbe middelingsbureau werd er aan verbonden, en spoedig wisten duizenden den weg te Vinden naar deze haven, waar ze beschut ting kwamen zoeken tegen de allerhardste slagen van hun nrtserabel leven. Ze vonden er meer: ze vonden er chris telijke liefde en het warme hart van father Wijnhoven. Ze hadden zijn hulp noodig, hij gaf ze overvloedig en hij deed het niet zon der overleg. Daar waren winternachten, waarin 200 dezer tobbers onderdak vonden en voedsel bovendien. In vijf jaren tijds berden meer dan 20.000 menschen aan werk beholpen. tviaar de desillusies bleven niet uit. Hoe het ook anders met deze in zekeren zin et<ktioeide menschen? In het St. Vincent- °Wl ondervonden ze wel, dat er nog een Westelijke liefde was, maar de indruk, dien a<it -naakte, was meestal niet sterk genoeg Om deze stakkerds tot een ander leven te bewegen. Toch lag daar het eigenlijke doel van het werk. En het liet father Wijnhoven niet met rust, voor hij den weg gevonden had om meer doeltreffend en positief het euvel te bestrijden. Vindingrijke liefde leidde hem tot een werk, dat in een niet-katholiek tij 1- schrift genoemd werd: „misschien het meest belangrijke werk der christelijke caritas in Amerika". Father Wijnhoven ondervond, dat er drie soorten van'mannen te onderscheiden wa ren in de vaste klanten van het St. Vincent hotel. Het waren vooreerst de „bums Dit Woordje vindt ge niet in een normale En gelsche dictionnaire, maar er worden in Amerika onder verstaan de nietsnutters, die door eigen schuld, omdat ze niet werk -n Willen, feitelijk niets willen dan bedelen. Dan waren er de „tramps". Dat zÜn de arbeidschuwe landloopers. Ze zijn te kwader fret H. Hartbeeld voor Hope-Havenop den achtergrond Madonna Manor'. Mgr. P. M. H. Wijnhoven, stichter van Hope-Haven hun toestand kwamen. Zonder uitzondering vond ik het begin van hun ellende in het gezin. Toen zei ik: laten we probeeren om ze te krijgen voor het te laat is, geef den jongen uit het ontwrichte gezin een kans". Zoo ontstond er een boystown, een jon gensstad, vóór er een film van dien naam gemaakt en het werk van father Flanagan, dat hij op zijn manier in Nebraska begon, bekend was. De boystown van New-Orleans kreeg den naam van „Hope-Haven", stijf, maar letter lijk vertaald: Hoophave of Haven der Hoon. Van de stad uit steekt ge den Mississippi over en na een mijl, die u langs de groo e reservoirs der Texaco Oil Company voert, bevindt ge u onverwacht te midden van ee" park, waarin het eene paviljoen na het an dere oprijst in ouden Spaanschen missiestijl. Daar begon jaren geleden het werk om jongens te redden uit „broken homes" uit verwoeste gezinnen, verlaten jongens, van wie niemand zich meer iets aantrok tenzij de openbare of particuliere weldadigheid „Dependent boysafhankelijke jongens werden zij met een zeer neutraal woord ge noemd. Edelmoedige menschen, katholieke en dit is zeker merkwaardig vooral niet- katholieke, hielpen father Wijnhoven aan het terrein en de gebouwen voor dit grootsch monument van sociale activiteit. Daar staat vooreerst als middelpunt aan de eene zij ie van den Barataria Boulevard (dat is rie openbare weg, die midden door de pavil- loenen loopt) het groote, drie verdiepingen hooge administratie-gebouw. Hier wonen ook de paters en broeders Salesianen (van don Bosco) aan wie de leiding van „Hope- Haven" thans is toevertrouwd. Daar zijn de keuken en de eetzalen, daar zijn in de zij vleugels klas- en repetitie-lokalen en een groote studiezaal. Een paar honderd meter rechts van dit gebouw ligt de ambachtsschool. Elke joi- gen, die er den leeftijd en voldoende voor ontwikkeling voor heeft, leert er een vak. Er is een groote drukkerij, boekbinderij, teeken- en timrnerschool. De diocesai e weekbladen der vier diocesen van Lousiane en Mississippi w°rden o.a, hier gedrukt. De boekbinderij is wPd en zijd bekend voor haar fijn vakkundig werk.-Een Italiaansche Salesianer Broeder met den Amerikaanschen naam Jimmy is er kunstzinnige leider Tusschen deze twee groote gebouwen in ligt een kleiner, dat als ziekenhuis dienst doet. Vier studenten der medische faculteit van de universiteit van New Orleans, semi- artsen zouden wij ze in Holland noemen, controleeren voortdurend de jongens, die bo vendien ook gratis alle medische verzorging krijgen der dokters of professoren; tandart sen inbegrepen. Wat dit zeggen wil, begrijpt men pas, als men weet, dat dokterstarieven in Amerika naar onze begrippen zeer hoog zijn. Voor de hygiëne wordt verder gezorgd door een voortreffelijk Ingericht badhuis met annex een prachtige swimmingpool. Aan de linkerzijde van het Hope-Haven- complex vinden we de boerderij, verdee'd over verschillende gebouwen en opvallend door Hollandsche orde en zindelijkheid. Tot zelfs de koeien maken een Nederlandschen indruk, hetgeen volstrekt niet verwondert, als men na informatie verneemt, dat hier Groningsch vee werd ingevoerd. Thoma® Jenneskens uit Venray is de bedrijfsleider der boerderij met de andere terreinen in cluis. Deze Nederlander kan met voldoening neerzien op het werk, dat hij van den begin ne af, toen de tijd zwaar en de miskenning groot was, daar heeft tot stand gebracht Hij droeg er de volle hitte van den dag en ver bond aldus zijn naam onafscheidelijk aan de stichting van zijn dorpsgenoot, thans mgr. Wijnhoven. Er staan tusschen de boerderij en het ad ministratiegebouw nog eenige kleinere ge bouwen, zooals een afzonderlijk zieken- paviljoen. Aan de uiteinden van het terrern liggen de fraaie woningen van den bedrijfs- leider en van den technischen opzichter. En ten slotte vormt een geweldig athletiekveld, dat aan zijn achterkant een forsch „gymna sium" heeft staan, de noodzakelijke aanvul ling van wat Hope-Haven voor de jeugd een dorado maakt. (Door „gymnasium" verstaat men in Amerika uitsluitend een gymnastiek- gebouw in den meest uitgebreiden zin. In dit van Hope-Haven kunnen gemakkelijk twee partijen tegelijk korfbal spelen). Hope-Haven kan hierme naar het uiter lijk geschetst zijn, maar wal er van binnen omgaat, leest ge misschien nog het beste in de oogen der jongens, als ge U in hun vrijen tijd tusschen hen in beweegt. Ze kijken U als vreemdeling volstrekt niet schuw aan. Ze verschrikken zelfs niet bij het hooren van uw versch geïmporteerd Engelsch. Ze drommen om U heen en stellen hun naïeve vragen over de houten schoenen, die ze in Holland dragen en over den indruk, dien hun voetbalspel op u maakt. Ze vragen u om mee te gaan naar hun eigen tuintjes en toonen met trots de twee afzonderlijke van de H. Sacramentsvereeniging en van de H. Maagd, waar de leden bloemen kweeken om er het altaar en het Mariabeeld mee te ver sieren. Dan stuwen ze u op naar den rand van hun terrein en wijzen op een weide, waar paarden en muilezels grazen. „Ziet ge ze father? Ja boys, wat is daarmee? Dat zijn onze paarden, father, daar mogen we op rijden". En inderdaad, daar zijn sommige dagen, waarop de paarden en muilezels ge zadeld worden en de jeugd van Hope Haven zich vermaakt met de edele rijsport. La ter verneemt ge, dat de afgedankte politic- paarden van New-Orleans aan Hope-Haven geschonken worden; daar is gras genoeg om. ze in 't leven te houden en daar zijn jongens genoeg om deze oude rossen nog eens aan hun vroegere glorie te herinneren. De merkwaardige belangstelling der jon gens voor deze sport doet me denken aan een geschiedenis; die in de eerste dagen van Hope-Haven voorviel. Er waren toen alleen nog maar koeien, die in onbewaakte oogen- blikken binnen het bereik van de jongens kwamen. Op 'n goeien dag was de bekoring te groot gebleken voor deze zonen van het land der rodeo's, waar cow-riding een ze»r speciale sport is. Ze waren bezweken. Drie van de beste jongens nog wel hadden de koeien bestegen en geprobeerd hoe lang ze 't er op uit konden houden Maar voor de boerderij van Hope-Haven werd zoo iets m°t bevorderlijk geacht. Derhalve verontwaar diging en zelfs een voorstel: ,Gooi ze er u.t, die vlegels". Maar father Wijnhoven dacnt ey anders over. lederen jongen mag 25 pet. van wat zijn werk oplevert zelf houden; het wordt hem Zaterdags uitbetaald in chèque. „Hoor 'ns zei de menschenkenner Za terdag trekken we van ieder dezer ruiters 25 cent tractement af en in hun enveloppe doen we een kwitantie met: „Voor één koe- rit 25 cent." Het hielp De jongens zeiden niets, maar met cow-riding was het gedaar Muziek is een voornaam onderdeel der opvoeding op Hope-Haven. Meer dan 80 pet. der jongens speelt mee in een der bands. De beste dezer bands is 50 man sterk en kan met cIg GGrstG van Ngw Orleans concurreeren De jongens zijn ook per klas verplicht om elke drie maanden een tooneelavond te ver zorgen. Zoodoende is er om de 14 dagen een uitvoering, die den executanten gelegenheid geeft zich te oefenen in correct optreden en wat dies meer zij. Terwijl Hope-Haven alleen jongens heeft van U tot 16 jaar, verzorgt „Madonna Ma- nor" de kinderen van 5 tot 11, als de katho lieke charitas zich over hen ontfermen moet. Deze stichting, gescheiden van Hope-Haven, is er als het ware de noodzakelijke aanvul ling van. Ze ligt aan den anderen kant van den Baratraria Boulevard, maar vormt er toch één geheel mee. wat stijl en tuinaanleg betreft. Zusters van Nötre Dame leiden dit Het administratiegebouw van „Hope-Haven", voordat de beplanting hoog was Iopgegroeidzooals nu het geval is. EN Duitsche vloot vaart uitEen Duitsch leger trekt Denemarken binnen. En opeens wordt er druk gesproken over een land, dat betrekkelijk ver weg, lang een oord was van rust en vrede. Groenland is dit nóg .De enkele dui zenden Eskimo's, die er wonen, voeren sinds lang geen krijg meer. Maar men meent hier en daar, dat de bezetting van Denemarken van invloed zal zijn op Groenland's interna tionale positie en trouwens ook op die van IJsland. Dit land heeft reeds een der voor naamste banden, die het nog met Denemar ken verbond, resoluut verbroken. Nu de ko ning van Denemarken geen gezag meer ver mag uit te oefenen, zoo werd er in het land der geysers geredeneerd, is het maar het beste en ook het verstandigste, zijn macht aan het eigen parlement over te dragen en op betere tijden te wachten. Groenland heeft geen parlement en vele bewoners zullen er nog nauwelijks weten, wat er zich in het „moederland" heeft af gespeeld. Inmiddels is van Engelsche zijde al verklaard, dat men nauwkeurig acht geeft op Groenland en IJsland, opdat Duitschland zich er niet meester van zal kunnen maken Er wordt gesproken over een soort protec toraat. Ook in de Vereenigde Staten en vooral in Canada beschouwt men Groenland thans met de grootste belangstelling. Immers, Ca nada is van Groenland uit met vliegmachi nes tamelijk gemakkelijk te bereiken. Een Duitsche luchtvloot, hoe klein ook, zou er heel wat nadeel en schade kunnen berokke nen aan de vliegtuigfabrieken, die met volle kracht werken, teneinde de Engelsche lucht vloot op peil te houden. Een Duitsche expeditie naar Groenland zou een lang niet denkbeeldige en zeker niet gering te schatten bedreiging van Amerika kunnen beteekenen en een definitieve Duit sche bezetting er van moet vooi Washington alles behalve aange naam zijn. Duitschland zou dan voor de poor ten van Amerika staan en Groen land eventueel als springplank kun nen gebruiken. Dr Amerikaansche bladen zien dar, ook terdege onder de oogen, dat bij Een Groenlandsche moeder met kind. een dergelijk gebeuren de Vereenigde Staten zich niet langer buiten den oorlog zullen kunnen houden. En dies zijn alle oogen gericht op Groen land, het land zonder groen, dat vrijwel een oneindige woestenij van ijs en sneeuw is. De gletschers van Groenland vullen den Atlan- tischen Oceaan telkens weer met de ge vaarlijke ijsbergen. Slechts op enkele plaat sen groeit er eenig groen en de Eskimo's leven er een armoedig, maar betrekkelijk on bezorgd bestaan. Dat onbezorgde bestaan lijkt nu bedreigd te worden. De Denen hebben er^ een orde lijk bestuur ingesteld en er bekwame ambte naren heengezonden, die al het mogelijke hebben gedaan, om de bevolking zoowel lichamelijk als geestelijk op een hooger peil te brengen. De Eskimo's hebben lezen en schrijven geleerd, ze dragen 's zomers pull overs, maar behielden toch vele oude ge woonten. In de aardige houten huisjes, die ze leerden bouwen en die ze in plaats van de wankele hutten betrokken, leven ze naar patriarchalen trant. Natuurlijk houden ze er nog steeds hun sledehonden op na. want in den winter wordt het leven dikwijls als „Madonna Manor", het gebouw, icaar oiuhr leiding van zusters de kinderen van 6 tot 12 jaar worden verzorgd. huis. Het hoofdgebouw is architectonisch wel het best geslaagd van alles wat er, ove rigens ook zeer verdienstelijk, gebouwd is. Is het omdat ook hier weer een Nederlander, de architect Jacques Kessels, aan 't werk is geweest? Wij maken het niet uit, maar weten wel, dat men zich als Nederlander trotsch kan voelen in deze omgeving. Terloops zij nog vermeld, dat de eerste rector van Hope-Haven en trouwe mede werker van father Wijnhoven een ander Hollandsch priester was, nl. de sympathieke father Wester, thans pastoor van St. Caecilia te New Orleans. Er liggen naast het administratiegebouw van madonna-Manor nog eenige andere ge bouwen o.a. een lagere school, die ook door de jongere jongens van Hope-Haven bezocht wordt en verder nog een groote aula, waar thans de voorloopige kapel voor de beide stichtingen is ondergebracht. Reeds is de plaats uitgemeten voor de definitieve kapel, die er binnenkort wel zal verrijzen als hJt centrale punt en tevens de bekroning van dit uitzonderlijk monument van christelijke naastenliefde. Een eindindruk? Toen de arbeiders, die aan de laatste ge bouwen werkten door het dagelijksch aan schouwen van wat er op Hope-Haven en Madonna-Manor omging hun eindindruk weergaven, deden ze het door op eigen ini tiatief, in hun vrijen tijd, zonder eenige ver goeding en met materialen, die de leveran ciers gratis beschikbaar stelden, een groote ingangspoort te bouwen, een werk, dat i*i normale omstandigheden minstens 5090 dollar zou gekost hebben. En toen aartsbisschop Shaw, die aanvanke lijk met zorg deze onderneming had zien groeien, het laatste paviljoen van Hope-Ha ven inwijdde, sprak hij deze woorden: „De priester, die dit werk volbracht is ons door God gezonden, hij is de redding onzer arme kinderen." P. M. Detail van het administratiegebouw.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 1