Oorlogsplan
•rriro
Gebreide handschoenen.
D
VOORJAARSSOEPEN
van jonge groenten.
DE MOT
DE NIEUWE MODE
4
N
HOE ZE HET BEST
TE BEREIDEN.
etenswaardig
allerlei.
I van Amerikaansche dame.
Bijzonder attractief
en vlot
model.
M
en haar levensgewoonten.
Spinaziesoep (4- personen).
Posteleinsoep (4 personen)
Groentesoep met restje
kooknat van stoofsla.
corsets
WOENSDAG 1 MEI 1940
Voorjaarstailleurtje nog
hoogst modern.
Gehaakte of gebreide handschoenen
zeer geliefd.
-m-i U de dagen warmer en zonniger
beginnen te worden, vangt men
ook aan de zomerkleeding in gereedheid
te brengen. Men is de winterkleeding
beu en haalt het voorjaarstailleurtje te
voorschijn. Keurig opgeperst kan het
dit seizoen nog uitstekend mee maar
men zou het toch wel graag een klein
lentetintje willen geven, het een beetje
vernieuwen, niet waar
Niets is gemakkelijker dan dat. Men
kiest slechts een bekoorlijke blouse, die
men thans in alle mogelijke varianten
zelf breien of haken kan. Dat geeft in
de lichte pastelkleuren, die zoo modern
zijn, het tailleurtje onmiddellijk een
voor j aarscachet.
Ons modern
breipatroon.
H
H
Zij wil de mannen knechten v
en onderdrukken.
hd
Belachelijk, meenen alle normale
vrouwen in Amerika.
GRIJZE TAILLEUR - PRINS
VAN WALES MET EEN
BLOUSE VAN WIT LINON
Hoe deze vijandin der huisvrouw op
doelmatige en afdoende wijze
te bestrijden.
In dezen tijd van het jaar kost het
ons niet veel hoofdbrekens om telkens
weer voor den dag te komen met een
smakelijk soepje als inleiding van het
middagmaal.
Het materiaal de „groentebouillon"
ligt zóó voor ons klaar, het is
a.h.w. automatisch ontstaan als bijpro
duct van de verschillende jonge groen
ten, die we in dit seizoen op tafel bren
gen.
Daarmee bedoelen wij allerminst, dat
we weer op de ouderwetsche manier
onze kostelijke jonge groente met veel
water moeten gaan opzetten, om er op
die manier slechts 'n hoeveelheid uit
geloogde vezels van in de groenteschaal
te doen: met die methode hebben we
voor goed gebroken
VOOR ONZE HI TÏSVROÜ WEN
Zoo zagen wij bij een marineblauw tail
leurtje een gestreepte, met de hand n
blouse, die in de volgende kleuren g
was: wit, marineblauw, lichtgroen m.
uü ae witte van de
lijk breede strepen waarbu en
andersgekleurde strePe^njgekleurige. Korte
door een sma ee(je opgebreide cein-
mouwtjes, punthals b g men wa_
tuur waarbij de stiepei
reBiiMhett0 klassieke tailleurtje staat een ge
haakte hemdblouse altijd uitmuntend en
elegant. Vooral aardig is een blouse uit
écru-haakwol, met korte mouwtjes, een
kraagje en van voren opgenaaide revers.
Het sportieve ceintuurtje en de gesp zijn van
écru crêpe satijn.
Bijzonder bekoorlijk staat een blauwe
blouse, die bij een blauw-grijs mantelcos-
tuumpje gedragen wordt. Het materiaal is
kunstzijde.
Minstens net zoo elegant voor den middag
een koraalroode blouse met lange mou-
van voren dichtgeknoopt, iedere knoop
in een andere kleur, klein kraagje, van vo
ren gesloten.
Al deze modellen werken zeer jeugdig en
zijn eigenlijk bij iedere gelegenheid te dra
gen.
Zeer geliefd zijn dit jaar ook weer ge
breide of gehaakte handschoenen men zie
onS modern breipatroon) dikwijls tweekleu-
rja of met kleine versierseltjes, die een zeer
speciaal cachet geven. Zoo werkt een inge-
breid monogram zeer amusant; écru op
wijnrood gehaakte handschoenen, de letter
van den voornaam op de linkerhand en van
den achternaam op de rechterhand, of de
eerste op den handpalm en de tweede op den
rug van de 'iand'.
Zoo ziet men thans ook veel gebreide of
gehaakte handtaschjes. Leer is duur en niet
iedere beurs laat het koopen
van een nieuw
taschje toe. Met hoed en handschoenen vor-
men deze meestal vierkante tasschen een
alleraardigst ensemble. Als nieuw mate
riaal gebruikt men ook smal band (3)4
centimeter breed). gen wi-' e®n ma
rineblauw mantelPakje een grijsblauwe
handtasch, gehaakt uit kunstzijde band. De
sluiting wordt gevormd door een metalen
versiering. Daarbij handschoenen, waarvan
den bovenkant uit hetzelfde materiaal ver
vaardigd is jje palmen zijn echter van blauw
antiloopiee^ men per meter koopen kan.
Met wat smaak en fantasie kan men met
eenvoudige middelen wonderen doen en het
voorjaarscostuumpj^ ^at eigenlijk nog maar
,,zoo zoo was, wordt er heelemaal door op
geknapt-
Wij wiUen tot siot nog enk€ie laatste aan
wijzingen geven. Men weet, dat thans het
nogal lange jasje zeer geliefd is. Een bijzon
dere nieuwigheKl zijn pastelkleurige jasjes,
die heel goed op donkere rokjes staan.
is
wen,
EZE keurige witte handschoenen
worden gegarneerd in de kleur
van het costuum, waar ze bij
gedragen worden. Het bijgaand
model is jn wit en blauw. Als materiaal
werd dun glansgaren gebruikt en voor
de garneering dunne blauwe wol. Verder
zijn er nog 4 breinaalden no. 10 noodig.
MANCHET: Met het witte glanskatoen
52 steken opzetten op drie naalden: n.l.
op de le naald 12 steken, op de 2e
naald 12 steken en op de 3de naald 23
steken. De derde naald vormt den rug
van den handschoen en de le en 2de
naald maken samen den palm van de
hand.
Nu wordt er met wit eerst één toer
recht en één toer averecht gebreid. Deze
beide toeren nog een keer herhalen. Nu
met blauw verder breien, afwisselend
1 toer recht, 1 toer averecht, in totaal
8 toeren. Nu weer met het witte katoen
1 toer recht, 1 toer averecht. Hiermede
is het kleine boordje klaar en wordt er
verder steeds recht gebreid; alleen bij
iederen 2den toer worden de eerste en de
laatste steek van de 3de naald averecht.
Als het werk 6 c.M. hoog is, begint de
meerdering voor den duim in de le naald.
Dit meerderen gaat als volgt: le toer:
2 steken averecht, toer recht uitbreien.
(Dat de toer steeds recht uitgebreid
moet worden wordt in het vervolg niet meer herhaald); 2e toer: le en 3e steek averecht breien; 3e toer: Bij den
2den steek 1 steek bijmaken; 4e toer: le en 4e steek averecht breien; 5e toer: Bij den 2en en 3en steek 1 steek
bijmaken; 6e toer: le en 6e steek averecht breien; 7e toer: Bij den 2en en 6en steek 1 steek bijmaken; 8e toer.
le en 8e steek averecht breien; 9e toer: Bij den 2en en 7n steek 1 steek bijmaken.
Nu geen steken mee,r bijmaken, maar den len en lOden steek steeds averecht breien, evenals den len en
laatsten steek van de 3de naald, echter om den anderen toer.
Deze beschrijving geldt voor den rechter handschoen. Bij den linker handschoen wordt de duim in de laatste
steken van de 2de naald gebreid. Men begint dan met de laatste 2 steken van de 2de naald averecht te breien.
Als het werk 13 c.M. hoog is, worden de 10 duimsteken op een veiligheidspeld gezet en bij den volgenden
toer worden er op dezelfde plaats 10 steken bij opgezet. Bij den volgenden toer aan het begin en het einde van de
duim-opening 2 steken samenbeien. En bij den 3den en 6den toer worden boven de duim-opemng ook nog eens
twee steken samen gebreid.
Op de le en 2e naald moeten nu samen 27 steken staan, op de 3e naald nog steeds 28 steken. Zonder
meerderen of minderen 3% c.M. breien, en dan is het werk tot aan de,vingers gevorderd. Eerst wordt de pink
gebreid. Het best is eerst alle steken op een draad te zetten en vervolgens voor de le naald 5 steken van den
handpalm nemen, voor de 2de naald 5 steken van den rug en voor de 3de naald worden 4 steken los opgezet. Bij
iederen 2den toer worden de eerste en laatste steek van de 2de naald averecht gebreid en dit geldt ook voor fle
overige vingers. Als de pink zoo lang is, dat het breiwerk tot de helft van den nagel komt, worden de laatste steek
van de derde naald en de le steek van de le naald samengebreid: de volgende 2 steken ook samen oreien, 3 steken
recht, en weer 2 maal 2 steken samen breien. Voort gaan met minderen tot er nog 6 steken over zijn. Door deze
6 steken de draad trekken en aan den binnenkant zeer stevig vast hechten.
De overige steken allemaal weer over de naalden verdeelen, ook de 4 bijgemaakte steken van den pink.
Met dit stekenaantal 4 toeren breien en de steken weer op een draad zetten.
De ringvinger wordt van 7 steken van den handpalm, 4 bijgemaakte steken, 7 steken van den rugkant en
nog eens 4 nieuwe steken gebreid. Als de vinger tot halverwege den nagel klaar is, worden de 4 steken opzij wee
aan twee samengebreid. Met minderen doorgaan, tot er nog 8 steken over zijn. Afwerken zooals by den pinK
beschreven.
De middelvinger wordt geheel eender gebreid als de ringvinger. De wijsvinger ontstaat uit de overgebleven
steken met nog 5 nieuwe er bij.
Voor den duim worden de 10 steken van de veiligheidspeld genomen en de 10 bijgemaakte steken en boven
dien aan beide kanten nog 2 steken bijmaken, zoodat er in totaal 24 steken zijn.
Is het werk tot zoover klaar, dan wordt de garneering aangebracht. De strepen op den rug van denhan
schoen worden er met maassteken op geborduurd. Het motiefje staat aangegeven in den cirkel. De mia
streep komt tot op 1 c.M. onder de vingers.
De contouren van den handschoen worden er met de blauwe wol opgeregen. Bij het boord beginnen, en de
blauwe draad door iederen 2den averechtschen steek halen. Dit wordt driemaal gedaan, bij den tweeden keer
echter wordt de draad door den tusschenliggenden steek getrokken, bij de derde maal weer als de eerste keer.
Nu nog de handschoenen netjes oppersen en ons werkstuk is klaar.
A
i
■=5
IN Los Angeles heeft een vrouw
een club opgericht, die van de
leerstelling uitgaat, dat de mannen ge
knecht en onderdrukt moeien worden.
Men zou zoo zeggen, dat de verstan
dige Amerikaansche vrouwen, harte
lijk lachen over dit overspannen idee
en zich tot den dagelijkschen arbeid
bepalen. Maar neen, wij zijn in het
land der onbegrensde mogelijkheden
de club van Miss Bradford telt op
het oogenblik reeds eenige duizenden
leden. In deze vereeniging zwaaien de
dochters van Eva werkelijk den scepter.
Het zijn ontgoochelde bruiden onbe
grepen vrouwenoude vrijsters, die zich
hier aaneengesloten hebben en tegen
de heerschappij der mannen protes
teeren.
Hoe moet nu echter onze wereld er vol
gens mevrouw Bradford uitzien Zij verkon
digt in haar eigen maandelijksche tijdschrift
het program, dat zoo lachwekkend is, dat
men het nauwelijks kan gelooven. Zij heeft
tien geboden tegen de mannen opgesteld, die
wij hier publiceeren.
1. De man moet van alle regeeringsamb-
ten afzien. Daarvoor worden vrouwelijke
personen aangewezen. Hetzelfde geldt voor
de industrieconcerns.
2. De man wordt door de vrouwen aange
steld en krijgt een salaris, dat volkomen in
overeenstemming moet zijn met zijn presta
ties en vlijt.
3. De man moet zijn geheele salaris aan
zijn vrouw geven en krijgt wekelijks zak
geld.
4. Iedere man kan aanspraak maken op
1 vrijen dag per maand.
5. De kinderen krijgen den naam van de
moeder, die ook alleen voor de opvoeding
zorgt.
6. De mannen die overmatig rooken of
drinken, worden naar een soort opvoedings
gesticht gestuurd.
7. Iedere maand vindt een bijeenkomst
plaats van alle aangesloten vrouwen, waar
bij over de mannen gedebatteerd wordt.
8. Bij een huwelijk is alleen het oordeel
van de moeder van de bruid doorslaggevend,
gevend.
9. Linnengoed wasschen, kleeden kloppen
en glazen lappen is uitsluitend mannenwerk
daar de vrouwen belangrijker werk te doen
hebben.
10. Wanneer een man zich tegen deze
plichten verzet, dan wordt dit onmiddellijk
in kennis gebracht van de vrouwenorganisa
tie, die hier tegen de noodige stappen zal
ondernemen.
Zoo ziet het oorlogsplan van mevrouw
Bradford uit Los Angeles er dus uit, die
met deze tien geboden den veldtocht tegen
de mannen begonnen is, die vermoedelijk
door alle normale vrouwen in Amerika als
belachelijk beschouwd zal worden
MODE VAN DEN DAG. Een elegante
„dieux-pièces" voor de mooie lentedagen,
gedragen bij de rennen te Longchamps
^'iiir'iiiniirt!i"1'"
Men kan een vijand, dien men niet
kent, niet afdoende bestrijden. De
mot is echter de grootste vijandin van
de zuinige en werkzame huisvrouw
en het kan niet anders dan nuttig
zijn, de mot en haar levensgewoon
ten te leeren kennen.
Er zijn vele soorten motten en de
diertjes, die wij 's avonds, wanneer
de lamp .brandt, met grooten, soms
werkelijk komischen ijver vervol
gen, zoodra zij zich maar in de buurt
van het licht ventoonen, zijn ge
woonlijk slechts onschuldige wezen
tjes. Dikwijls zijn het niet eens echte
motten en wanneer zij wel tot de
mottenfamilie hooren, zijn zij van
buiten af in ons huis gekomen en
bevinden zich meestal niet tusschen
onze meubelen.
1)6 echte kleerenmotten zijn geelbruin
brhf'anzend- Het achterste Paar vleugels is
dan het voorste en men zal op alle
ken s vergeefs naar eenige teekening zoe-
hnt tlnrstl heeft een gelen kop. Bij haar
1S, 3 vleugels zwart-bruin ge-
vlekt, het achterste aschgrauw
De bontmot of pelsmot heeft van voren
leemachtlg gele vleugels; de achterste zijn
aschgrauw en glanzend.
De eieren van de motten zijn zonder uit
zondering buitengewoon klein, niet grooter
dan 1 millimeter. Het vrouwtje legt ze los
op de stoffen en het bontwerk. Overigens
vliegt het vrouwtje zeer zelden; gewoonlijk
houdt het zich in het duister en verschuilt
zich zoo snel mogelijk,
MM
Een hard-blauwe crêpe japon, bedrukt met
kleine roode en witte bloemetjes. De klok-
rok is afgezet met een rood randje. De witte
panamahoed is gegarneerd met rood en
hard-blauw grof lint. Creatie Paquin.
FOTO JOFFé
enkele centimeters lengt, die met stukken
van de aangetaste stof bekleed wordt. In deze
gang, waarin zij zich zonder moeite om
draait en beweegt, is de larve volkomen
veilig voor eventueele belagers en kan onge
stoord werken.
Einde Februari en begin Maart is het ge
daanteverwisselingsstadium doorloopen. De
motten beginnen te zwermen en leggen in
April weer haar eitjes. Deze broed is dan in
Augustus weer in staat om te vliegen. Deze
Augustusmotten leggen in September eieren.
Het is daarom het beste kleeren, tapijten en
bont in het begin van de lente en in het be
gin van den herfst grondig uit te borstelen
en uit te kloppen. De eieren liggen dan na
melijk los in de stof en vallen er makkelijk
uit. De zon zorgt voor de rest en droogt ze
uit. Dit is absoluut de beste bestrijding van
motten.
Maar daar een wijfje tot ongeveer 200 eie
ren legt, moet onze jacht in het bijzonder
naar haar uitgaan en niet zoo zeer naar het
mannetje.
De mottenlarven zien er uit als kleine
wormpjes, doch hebben helaas zeer scherpe
bijtorganen, die zij maar al te vlijtig gebrui
ken, terwijl de mot, die eenmaal in staat is
te vliegen, heelemaal geen voedsel tot zich
neemt. Een etende larve weegt na ongeveer
90 dagen bijna driehonderd maal zoo veel
als den eersten dag.
Tijdens de eetperiode spint de larve in een
stofspleet of tusschen de haren van het aan
getaste bont van fijne draden een tunnel van
Witte zijde, die op den duur geel geworden
is, kan men de oorspronkelijke kleur weer
teruggeven door ze te bleeken in een 3 pet.
oplossing van waterstofsuperoxyde. Daarna
legt men de zij in de zon en spoelt vervol
gens goed na.
Vuil geworden gipsbeelden kan men rei
nigen door ze te bestrijken met een papje
van aardappelmeel. Als dit papje droog is,
laat het vanzelf los en neemt alle vuil mee.
Gipsen beeldjes worden echter spoedig weer
smerig. Wanneer men gips hard maakt, kan
men het gewoon wasschen. Een eenvoudig
middel is het volgende: men bestrijkt de
beeldjes met een kwastje, dat gedoopt is in
ammonium triboraat. Het gips ziet er dan
uit als ivoor en kan gemakkelijk afgewas-
schen worden.
Gevernist koperen voorwerpen worden
schoongemaakt met spons en lap. Vuil, dat
achterblijft, verwijdert men gemakkelijk met
een, in petroleum gedrenkt lapje. Als de
vlekken verdwenen zijn, wrijft men de voor
werpen op met dunne witte was. Indisch ko
per kan men, als het vuil is, schuren met
fijn zand en citroensap. Goed inwrijven en
met zachte doeken afwrijven, zoodat geen
zuur achterblijft op het metaal.
Maar toch laten onze ook zonder water op
gezette spinazie, postelein, stoofsla, snij biet,
raapsteeltjes enz. als ze gaar zijn vaak een
bodempje vocht in de pan achter, dat te veel
is om als sausje bij de groente dienst te
doen. Verder is er de bloemkool en straks
ook de asperge, die vanwege het behoud
van de blanke kleur nog door menige huis
vrouw onder water wordt gekookt; dat
kooknat staat dus ook tot onze beschikking,
het heeft zelfs geen verdere toevoeging noo
dig om reeds een voldoende hoeveelheid
soep te doen verwachten.
Bij de bladgroenten is dat niet heelemaal
't geval; maar het bodempje overtollig
kooknat, dat we daar vinden, bestaat uit
louter onverdunde groentebestanddeelen, en
de smaak daarvan blijft merkbaar genoeg
ook als we er de gewenschte uitbreiding aan
geven door toevoeging van water. Eén of
twee Maggi's bouillonblokjes of een paar
theelepeltjes Maggi's aroma en niemand
zal zich beklagen over gebrek aan geur en
smaak!
Zoo vormen onze voorjaarssoepen een ru
briek op zichzelf; ze zijn smakelijk, vlug te
bereiden, goedkoop en bovendien bij uitstek
gezond!
Willen we er ook een gedeelte van de
groente zelf bij te pas brengen, dan kan dat
heel goed; we houden van de gekookte
groente een klein restje achter en we ge
bruiken dat om den volgenden dag op de
soep een meer bepaald stempel van her
komst te drukken Want dat behoeven wij
wel haast niet te zeggen zulke soepjes
geven we niet op denzelfden dag, dat de
groente gebruikt wordt: dat zou, wat smaak
betreft, te veel van het goede worden.
Benoodigd: het overtollige spinazie-kook-
nat, aangevuld met water tot 1 L., 3 Maggi's
bouillonblokjes, 60 gr. (3 afgestreken eet
lepels) boter, 60 gr. (6 afgestreken eet
lepels) bloem, L. melk, desverkiezende
een restje gekookte spinazie (b.v. 4 eet
lepels).
Bereiding: Los de Maggi's bouillonblokjes
op in wat kokend water, voeg er het over
gehouden kooknat bij en vul de hoeveelheid
vloeistof aan met water tot 1 L.
Verwarm roerende de boter met de bloem
tot een gelijk papje ,voeg er bij kleine
scheutjes tegelijk de vloeistof bij, daarna
het restje spinazie en tenslotte de melk, die
slechts even mee aan de kook wordt ge
bracht. Maak de soep op smaak af met wat
zout.
Benoodigd: het overtollige kooknat van
postelein, aangevuld met water tot 1)4 L., 3
Maggi's bouillonblokjes, 60 gr. (3 afgestre
ken eetlepels) boter, 60 gr. (6 afgestreken
eetlepels) bloem, 1 ei, desverkiezende een
klein restje postelein.
Bereiding: Los de Maggi's bouillonblokjes
op in wat kokend water, giet dit bij het
posteleinnat en vul de hoeveelheid vloeistof
verder aan met water; voeg er naar smaak
wat zout bij.
Verwarm roerende de boter met de bloem
tot een gelijk mengsel, giet daarbij scheutje
voor scheutje de vloeistof met desverkiezen
de het restje gekookte postelein; laat de
soep even doorkoken en giet ze dan voor
zichtig en onder voortdurend roeren bij het
in de soepterrine geklopte ei.
Benoodigd: het overtollige kooknat van
stoofsla, aangevuld met water tot 1)4 L., 3
Maggi's bouillonblokjes, 4 worteltjes, klein
stukje bloemkool, wat peterselie en bladsel
derij, 50 gr. O/2 ons) vermicelli, 20 gr. (1
afgestreken eetlepel) boter.
Bereiding: Los de Maggi's bouillonblokjes
op in wat kokend water, giet dit bij het kook
nat van de sla en vul het aan met zooveel
water, dat in 't geheel 1)4 L. vloeistof wordt
verkregen; breng die aan de kook en voeg
er de vermicelli, de fijngesnipperde wortel
tjes, de in kleine stukjes verdeelde bloemkool
en de fijngesneden selderij bij. Laat de soep
een klein half uur koken en roer er dan de
fijngesneden peterselie en de boter door.