FINLANDS HAVEN AAN DE IJSZEE
mm
PAG. 5
HET NIEUWE DAGBLAD VAN VRIJDAG 16 AUGUSTUS
SOCIAAL LEVEN
Nationale bestuurderendagen
der K.J.M.V.
EEN NIEUWE STER
NIJMEEGSCHE NOOD-
V1ERDAAGSCHE
Scheepsladingen per vrachtauto over Laplands toendra's
Een gehucht met een geregelden
passagiersdienst op New York
KAMPIOENSCHAP OP
DEN WEG
ROTTERDAM
De arbeid in de Katholieke
levensbeschouwi ng
De Zweed Hagg vestigt een nieuw
Europeesch record op de 1500 m.
Te Rotterdam
Schepen wachten op de ree
Een benzineprobleem
zonder bon
Zandvoort is gereed om renners
en publiek te ontvangen
Wedstrijden op de Kreekbaan
W. C. A. van Eijck
te
Vertrek pastoor N. Bos S.C.J.
PASTOOR J. B. SCHUYT
Albert de Brey t
Te Rotterdam op roof uitgegaan
Op de H. Landstichting te Nijmegen werd
fle eerste der twee Nationale Bestuurderen
dagen van de Katholieke Jonge Midden
standsbeweging gehouden.
Een 150-tal jongemannen, afgevaardigden
van afdeelingen uit alle 'deelen des lands,
verzamelden zich te ongeveer 2 uur aan het
diner in Huize Casa Nova. Na afloop hiervan
Werd een Lof gecelebreerd tot opening van
de studiedagen en vervolgens nam het „Con
gres" een aanvang.
In zijn openingswoord schetste de voorzitter
van Nationaal Verbond, de heer B. Sprangers,
het doel van de bijeenkomst; hij sprak zijn
voldoenifcg uit over het feit, dat ondanks de
moeilijkheden, vrijwel alle afdeelingen ver
tegenwoordigd waren.
Spreker heette welkom de diverse diocesane
moderatoren vertegenwoordigers van net
A. M. J. O., de heeren Ant. Sweers, v. Doorn,
Wijffels en vele anderen, die spontaan
medewerking voor het welslagen van deze
Studiedagen toezegden.
Een gebed werd gestort voor de zielerust
van de gesneuvelde K.J.M.V. ers, die zich,
aldus de voorzitter, mannen van de daad m de
uiterste conseauentie hebben getoond. Spreker
schetste de visie der KJ.M.V.'ers op het leven,
°P klare en duidelijke wijze gedemonstreerd
tijdens de oorlogsdagen. Tal van afdeelingen
konden de laatste weken een belangrijke
ledenwinst melden en allerwegen kan ge
waagd worden van een hernieuwd actief ver
enigingsleven.
Vervolgens schetste spreker in groote trek
ken inhoud en doelstelling van het a.s. winter-
program. Het beroepsprogram vormt een
prachtige aansluiting op het gezinsprogram
van het vorig jaar. Met de definitieve vorm
geving van dit program zal gewacht worden
tot na de besprekingen op deze bestuurderen
dagen. Onze kracht zal gevonden moeten
Worden in activiteit, meer dan in bespre
kingen. Niet alleen aan de studie, doch ook
aan het stoere toekomstprogram en de cul
tuur zal een plaats worden ingeruimd.
Nadat, als naar gewoonte, diverse groepen
waren gevormd, kreeg Rector Gerh. Jansen,
ass. dioc. Moderator uit Utrecht het woord
Vöor het houden van zijn inleiding over:
Welke is de beleekenis voor het leven
van den arbeid?
Spreker schetste de waarde van den arbeid
in het verleden en thans als tegenstelling
Van het kapitaal.
I. De mensch is door God aangewezen om
te zijn Koning van de Schepping. Dit koning-
schap oefent hij uit door den arbeid, want
door den arbeid heerscht hij over de natuur,
beheerscht hij de schepping.
Gezien in het Scheppingsplan is dus
Arbeid beheersching van de natuur; Gul-
tiveering van de natuur, van de schepping,
is deze tot ontwikkeling brengen, een Voort
zetting van het Scheppingswerk van God
zeiven.
Deze drang tot arbeiden ligt in de natuur
van den mensch.
Daarom: arbeiden niet voor den domme
alleen; iedereen moet arbeiden, lichamelijk
of geestelijk, welke beide vormen apart door
Christus geheiligd zijn.
tt rj^t hoogste in de orde der natuur der
schepping is de mensch zelf, die bestaat uit
geest en lichaam.
Deze menschelijke natuur zal dus op de
eerste plaats beheerscht, gecultiveerd, tot ont-
wikkeling gebracht; moeten worden; op de
"tweede plaats komt dan de cultive-ering van
de stoffelijke natuur. I>eze tweede mag nooit
los gemaakt worden van de eerste. Het is de
grondfout van de hedendaagsche maat
schappij, dat ze alleen maar den nadruk legt
op dit tweede: arbeid is alleen maar de cuiti-
veering van de stoffelijke natuur. Volgens dit
verkeerde beginsel is zelfs de maatschappij
ingedeeld en op dit verkeerde „begrip"
opgebouwd.
We moeten daarom den arbeid weer zien
als de functie (prestatie) van iederen burger
op geestelijk of materieel gebied tot opbouw
van het geheel (organische staatsinrichting).
III. De mensch is niet -.alleen maatschap
pijlid, maar doel op zich met eeuwige ge-
luksbestemming van den Hemel.
God gaf hem daarom den arbeid ook als
het groote middel, om zich zelf te vervol
maken en daardoor zijn levensdoel te bereiken
Conclusie: zóó gezien geeft de arbeid ware
levensvreugde en geluk.
Dan alléén krijgt het leven inhoud en
waarde.
Alléén t zuivere begrip „arbeid" van onze
katholieke levensbeschouwing, steunend op de
Goddelijke Openbaring, kan de eenige geluk
kige opi°ssing geven in dezen maatschappe-
liiken chaos.
Katholieke jonge kerels, doet je plicht.
Een vlofte geanimeerde gedachtenwisseiing
Voi„de 0p deze inleiding en bracht tal van
toteressante g®zlchtspunten naar voren.
Drs. wijffels sprak na een korte pauze over:
De arbeidstaak. van den jongen midden
stand®1 m den nieuwen tijd.
Snr behandelde allereerst het begrip eco
nomische arbeid, gezien in het jicht van dezen
"^levensbeschouwing Van de i9e eeuwsche
vrijhandelsidee steunt op niet_katholieke prin-
cipes en stelt als norm het rentabiliteitsprm
St. Thomas zegt dat iedere menschelijke ar"
beid een doel heeft waardoor de arbeid ge"
definieerd wordt.
Op de eerste plaats moet gesteld worden het
bovennatuurlijke geluk, dat alles overheerscht.
Het natuurlijke geluk is uiteraard ook zeer
begeerenswaardig. De materieele goederen,
waarvan St. Thomas spreekt, maken den
mensch als zoodanig niet gelukkig, doch zijn
slechts middelen om ons doel, het geluk, te
bereiken.
De economische arbfid heeft tot doel het
verwerven van laatstbedoelde stoffelijke
goederen.
Bij economischen arbeid moet men even
wel niet uitsluitend aan zichzelf or alleen aan
zijn gezin denken, dat juist wasde groote
fout, welke de i9e eeuw gemaakt heeft.
De groote afzetgebieden in Europa zelf,
alsmede in de andere werelddeelen maakten
in de 19e eeuw een grootere rationalisatie
en specialiseering mogelijk. Hieraan kwam
een einde toen Amerika, Japan etc. zelf aan
het productieproces gingen deelnemen op vér
doorgevoerde wijze.
De overproductie, of liever ondercon
sumptie, welke hieruit voortvloeide, stuurde
de geheele zaak in de war. De koopkracht
viel weg en de moeilijkheden voor den afzet
werden grooter. Ordening, op oasis van
Quadragesimo Anno was noodzakelijk. Ieder
moet een plaats hebben in het productie
proces om in zijn onderhoud te kunnen voor
zien.
Vervolgens weidde spreker uitvoerig uit
over de taak, welke in dit opzicht en in dit
oeconomisch geheel voor den zelfstandigen
middenstand is weggelegd, en ging hij den
ontwikkelingsgang van den middenstand als
zoodanig na. De tusschenhandel alsmede het
grootbedrijf werden aan een bespreking
onderworpen, waarbij spr. den nadruk legde
op het groote verschil tusschen een groot
onderneming en een grootwinkelbedrijf.
Spr. kwam tot de conclusie dat de taak
voor ons is gelegen in den'zelfstandigen tus
schenhandel.
Ten slotte gaf spr. de taak aan, welke ter
zake voor den katholieken jongen midden
stander is weggelegd.
Een fijn verzorgde cultureele avond op
Huize Nebo, waarbij Anton Sweers met zijn
Ghesellen van de Spelewei zich van zijn beste
zijde liet kennen, zette de kroon op het werk
van den eersten dag.
Ernst en luim werden hierbij geboden op
waarlijk unieke wijze. Tot slot een spontane
Maria-hulde. Na tal van wederwaardigheden
vonden alle deelnemers ten slotte hun leger
plaatsen om den volgenden morgen weer fit
en wel aan te treden.
Een gedialogeerde H. Mis m de Basiliek
was het begin van den tweeden dag, gevolgd
door een gemeenschappelijk ontbijt.
De heer L. van Doorn, v rtegenwoordiger
van den Zakenmiddenstand in het Haarlem-
sche Bondsbestuur der K.J.M.V.,, hield de
eerste inleiding over het onderwerp:
Met jeugdige vitaliteit en weldadig aan
doend enthousiasme behandelde deze zwaar
getroffen Rotterdamsche zakenman zijn on
derwerp. Allereerst rekende hij op kracht
dadige wijze af met het verleden, met het
„gedoe" waarvan we walgden en waarmede
we niets meer te maken willen hebben. De
nieuwe tijd is ons en wij dienen in dit opzicht
onze taak wel te zien en wel te begrijpen. De
manier, waarop we tot nog toe de zaak aan
gepakt hebben, was absoluut verkeerd en
werd door spreker op felle wijze gegispt.
Een middenstander moet initiatief, energie,
vakbekwaamheid hebben, kortom moet een
persoonlijkheid zijn. Spreker onderscheidde
op dit gebied twee groepen, n.l. de vakgroep
en de koopmansgroep.
We hebben een dienende taak en hebben m
het verleden door het niet op de juiste wijze
'opvatten van deze taak zelf een plaats in
geruimd voor de grootwarenhuizen.
Spr. gaf op heldere wijze aan op welke
wijze wij onze taak moeten opvatten en ten
uitvoer leggen door n.l. boven de middelmaat
uit te komen, door méér dan zijn Pbcb*te
doen, door service te geven, liefde te hebben
voor vak en stand, enz. ,„„n„
Als spontane reactie op deze inleiding, welke
een laaiend enthousiasme lossloeg, was een
collecte Middenstandsoffer 1940. Ook deze
inleiding was aanleiding tot een vruchtbare
gedachtenwisseiing.
De heer J. v. d. Akker, hoofdbestuurslid
van den Werknemenden Middenstand, hield
de tweede inleiding van den morgen en wel
over:
Kansen voor den werknemenden
liddenstander in dezen lijd.
jongen mi
Wil kriisen allen onze kans, aldus
iedereen heeft den drang
deze
naar
inleider, en
zelfstandigheid m zich.
Spr. gaf verschillende wenken en raad
gevingen hoe we ons leven hebben in te
kleeden en wees op bronnen, welke anders
verborgen gebleven zouden zijn.
De keus is moeilijk geworden tengevolge
van de tallooze raadgevingen en richtlijnen,
welke ons ongevraagd aan de hand worden
gedaan
De fundamenten van ons leven, de dienst
regeling van God, zonder zomer- of winter
tijd, werden door spr. uitvoerig belicht en
aangegeven.
Bij de verdere ontwikkeling van zijn ge
dachten behandelde de inleider de wijze,
waarop wij de ons geboden kansen ten nutte
kunnen maken en tot welke resultaten wij
daarbij kunnen komen, niet alléén in ons
eigen belang, doch vooral ook met het oog
op de hernieuwing der maatschappij.
Met een krachtige peroratie besloot spreker
zijn betoog, daarbij den K.J.M.V.'ers moed en
vertrouwen insprekende om staande te blij
ven in dit groote tijdsgeweld en den zoozeer
veranderden tijdgeest.
Als laatste inleider gaf de Verbondssecre-
taris Cor Kloppenborg een algemeenen indruk
over de mogelijkheden en onmogelijkheden.
Het resultaat van de bemoeiingen van den
heer Anton Sweers met zijn Ghesellen van
de Spelewei is neergelegd in een voor de
toekomst contact met het Bonus-
bestuur of een commissie, waarvan we
gezien ook de verdere plannen op dit gebied
veel verwachten voor de cultureele ver
heffing van de K. J. M. V.'ers alom in den
lande in verband met Nationale concentratie
en spr. gaf in vogelvlucht aan welke gedach
ten op dit gebied leven.
Gezien het feit, dat dit voor een goed deel
nog toekomstmuziek is, zal men begrijpen,
dat we hierop thans niet dieper ingaan.
Na afloop besprak de Verbondsmoderator
Rector Beune, enkele actueele beginsel
gedachten.
De Verbondsvoorzitter besloot met een
dankwoord aan het adres van allen, die op
eenigerlei wijze aan het welslagen van deze
dagen hebben medegewerkt.
Na een gezamenlijk diner en tot slot met
hernieuwde idealen bezield, trokken de
K J M V.-leiders het land weer in om in hun
afdeelingen de nieuwe ervaringen en ideeen
in daden om te zetten.
De Zweden hebben blijkbaar een nieuwen
looper van wereldklasse gekregen, een op
volger van den „vliegenden schoolmeester
Wide, die zooveel spannende kampen tegen
het beroemde tweetal Nurmi-Ritola heeft
uitgevochten. Men heeft Wide o.m. tegen
deze twee Finnen kunnen zien loopen bij de
Amsterdamsche Olympische Spelen.
De nieuwe Zweedsche lange-afstand-ster
heet Hase Voorloopig ligt zijn kracht nog
op de 1500 m., die hij in 3 m 51.8 sec. heeft
afeeleed wat een Europeesch record is. Hij
heeft echter reeds op de 3000 m. mooie tijden
semaakt en men verwacht dan ook, dat hij
od de 5000 m. een groote kracht zal worden.
Op het oogenblik heeft hij reeds snelheid
genoeg, doch het ontbreekt hem nog aan
tactiek, noodzakelijk om wedstrijden tegen
sterke tegenstanders te winnen. Bij een wed
strijd over 2000 m. brachten enkele meer
geroutineerde tegenstanders hem er toe onder
den wedstrijd eenige malen te spurten. Toen
hij daardoor wat vermoeid was, werd hij door
de anderen gepasseerd, waardoor hij als
vierde eindigde. Onder goede leiding zal hij
echter spoedig ook de tactiek machtig zijn
en dan kan men mooie successen van hem
verwachten.
Gistermiddag is de eerste etappe ge
houden van de Noodvierdaagsche te Nij
megen onder auspiciën van den
N.B.V.L.O. In aanmerking genomen de
moeilijke verbindingen was de opkomst
van de deelnemers op den eersten dag
reeds groot en waren er ongeveer dui
zend dames en heeren, voornamelijk uit
Nijmegen, maar ook uit Amsterdam,
Rotterdam, Breda, Bergen op Zoom,
Arnhem enz. Tot veler spijt konden de
militaire groepen, welke aanvankelijk
van de partij zouden zijn, nog niet op
het appèl verschijnen. De eerste dag was
de route slechts 15 km, welke door goed
getrainde wandelaars binnen 2 a 3 uur
kon worden afgelegd.
De algemeene marschleider, gedelegeerde
van den N.B.V.L.O., de heer P. L. M. van
Wayenburg, gaf het sein tot vertrek. Dui
zenden toeschouwers hadden zich op het Ma-
riënburgplein verzameld, waar een der Nij-
meegsche harmonieën een concert gaf. Meer
dere groepen namen aan den marsch deel,
waaronder de Robinson, Blauwvossen, Meeu
wen, Typo's, Weesinrichting Neerbosch,
Nijma, Groene Jagers enz.
Het parcours ging door de naaste omgeving
van de stad en trok veel belangstelling. De
regeling was uitstekend en het marschweer
goed. De verwachting is, dat Zondag, dep
laatsten dag, wanneer majoor J. N. Breunese
het défilé afneemt en de groepen ook met de
vlaggen mogen marcheeren, zoodat men dan
een kleine vlaggenparade in het Goffert-
stadion mag verwachten, nog honderden
deelnemers meer zullen komen. Dien dag
houdt Nijmegen een eendaagsche voor hen,
die geen vier dagen in de stad konden komen.
Toezeggingen zijn reeds van 80 deelnemers
uit Rotterdam gekomen, 50 uit Breda, 4 uit
Tilburg en tientallen uit Arnhem, Wagenin-
gen enz. Op 18 Augustus wordt tegelijkertijd
de liefdadigheidssportdag gehouden.
Zooals men weet, zullen een aantal Rotter
damsche wandelaars en wandelaarsters deel
nemen aan de Nood-Vierdaagsche te Nijme
gen. Zij konden echter de drie eerste dagen,
Donderdag, Vrijdag en Zaterdag te Rotter
dam loopen om 's Zondags te Nijmegen deel
te nemen.
Gisteravond nu zijn de Rotterdamsche
wandelaars, honderd in getal, voor den eer
sten marsch gestart. De afstand bedroeg 15
km. Op tijd werd van Rustwat aan den Ho-
ningerdijk vertrokken. Het parcours voerde
langs de Maas naar Kralingscheveer, over
de IJsselmondenschelaan naar den 's-Graven-
weg naar Capelle. Langs den Kralingscheweg
ging het weer naar het punt van vertrek.
Frisch prettig wandelweer heeft den eersten
marsch begunstigd.
(Van onzen Scandinavischen correspondent.)
25 Juli.
Toen de Russen zich eind Maart uit den
Finschen corridor terugtrokken, stond er van
Liinahamari, de havenplaats aan de,dank
zij het warme golfstroomwater altijd ijsvrije
baai van Petsamo, weinig meer overeind dan
een Finsch badhok, een paar Russische
barakken en enkele stevige steigers, die voor
het ontschepen van troepen gebouwd waren.
Maar de sneetiw was nog niet weggesmolten
van de eindelooze Laplandsche toendra s, of
langs den vermaarden en tijdens den wi-nter-
schen veldtocht deerlijk gehavenden IJszee-
weg zwoegde reeds de eene vrachtauto met
menschen en materialen na denanderenNoord-
waarts om dat geteisterde gehucht aan het
rotsige strand van de IJszee te maken tot wat
het nu is: een even primitief als provisorisch,
maar hoogst belangrijk verkeersknooppunt,
de eenige open poort van Finland en van 't
buurland Zweden naar de landen van over
zee en vermoedelijk ook de eemg-overgeble-
ven haven op het vasteland van Europa met
geregelde scheepsverbinding voor passagiers
met de Vereenigde Staten. En dit hoewel die
haven meer dan vijfhonderd kilometer van
het dichtstbijzijnde spoorwegstation, Rova-
niemi, af ligt.
Vroeger kwamen er, behalve wat visschers-
bootjes en de vaartuigen van de Finsche zee-
visscherij-maatschappij die na de voltooiing
van den IJszeeweg in 1931 te Petsamo ge
vestigd werd, slechts een paar kleme vracht
schepen per maand voor de kade van Liina
hamari. In verband met den aanleg van de
nikkelmijnen bij Salmijarvi is de laatste
jaren het scheepvaartverkeer een beetje
drukker geworden en in het winterhalfjaar,
sis de vaart op de Oostzee door het ijs be
moeilijkt werd en weken lang alle andere
Finsche havens practisch dicht lagen, konden
er daar in Liinahamari wel eens drie schepen
tegelijk liggen te laden en te lossen.
Dezen zomer liggen de schepen in dubbele
rijen aan de steigers, die de Russen gebouwd
hebben en aan de steigers, die daarna nog
door de Finnen zijn gebouwd. Nu wordt er
gelost en geladen van de eene schuit op de
andere en zwenken vier-en-twintig uur in 't
etmaal, dat geen nachtduister nog kent, de
laadboómen heen en weer om de goederen
maar zoo vlug mogelijk aan den wal of in de
ruimen te krijgen. Nu liggen er geregeld
schepen op de reede hun beurt af te wachten
en meer dan eens is het voorgekomen, dat een
schip enkele weken heeft moeten wachten
voor er een ligplaats aan den steiger vrij
kwam. Sedert eind Juni is het aanloopen van
de baai vah Petsamo ook alleen toegestaan
met bijtijicjs aangevraagde toestemming van
een door de Finsche regeering ingestelde
commissie en die geeft alleen toestemming,
kan met het oog 0p de beperkte capaciteit van
de haven van Liinahamari ook alleen maar
toestemming geven, aan schepen, waarvan de
lading van bijzonder belang is voor de
voedsel- en Srondstoffenvoorziening en die
Finsche exportproducten als betaling voor de
aangevoerde goederen mee terug kunnen
nemen. Zweden kan, zooals gezegd, in zekere
mate mee profiteeren van de invoer- en uit-
voermogelijkheden, die Liinahamari biedt; er
is dezer dagen een regeermgscommissaris be
noemd om in nauwe samenwerking met de
Finsche commissie de zaken te regelen en dat
men hiervoor den vorigen minister van ver
keer genomen heeft, getuigt erYalb welke be-
teekenis men aan die mogelijkheden voor
Zweden hecht.
Hoe groot de in- en uitvoercapaciteit van
Liinahamari is, vertellen de menschen, die het
weten kurnen, niet. Wel staat het vast, dat
zij in vergelijking met die van een normale
haven in normale tijden vrij gering is, maar
daar staat tegenover, dat de nu heerschende
abnormale omstandigheden die, door het rege
lende optreden van de regeeringscommissie
tot het uiterste uitgebuite, capaciteit een ab
normaal groote beteekenis verleenen, wat
evenwel niet wegneemt, dat het voor de
Finnen en voor hun Zweedsche buren te wen.
schen ware, dat de capaciteit nog vele malen
grooter was.
Van noemenswaardige vergrooting van den
invoer en den uitvoer over Petsamo-Liinaha-
mari kan echter nauwelijks sprake zijn, ten
minste niet, zoolang de al jaren geleden ont
worpen electrische spoorlijn van Rovaniemi
naar de Noordelijke IJszee er niet is en onder
de tegenwoordige omstandigheden, nu Finland
al zijn oeconomische kracht moet wijden aan
den weder-opbouw van wat de oorlog ver
woestte en er ternauwernood rails genoeg zijn
voor het herstel van de bestaande spoorlijnen,
kan er aan den aanleg van een nieuwe lijn
van een kleine 550 kilometer door het moei
lijke Laplandsche terrein onmogelijk gedacht
worden.
Zooals de zaken nu staan wordt de capa
citeit van de haven van Liinahamari bepaald
en beperkt door de omstandigheid, dat het
dichtstbijzijnde spoor vrij nauwkeurig 530
kilometer van den steiger verwijderd ligt, dat
alle in- en uitvoergoederen over een afstand
van tenminste 530 kilometer per vrachtauto
vervoerd moeten worden voor de Zweed
sche transporten wordt die afstand 660 kilo
meter en dat al dat verkeer langs een weg
moet gaan, die niet voor een intensief verkeer
met zware vrachtauto's is aangelegd, die in
den oorlogswinter al veel geleden heeft en die
over groote afstanden zoo smal is, dat pas-
seeren alleen mogelijk is op de breedere wijk
plaatsen.
Wie eenig verstand van vrachtauto's heeft
kan gemakkelijk globaal berekenen, hoeveel
volgeladen vrachtauto's er van Rovaniemi of
Tornio of Haparanda naar Petsamo moeten
rijden om de lading voor één enkele vracht
boot van een paar duizend ton aan te voeren,
hoeveel ton/kilometer dat ongeveer wordt en
hoeveel liter, hoeveel ton benzine daar ten
naastenbij mee heengaat. Waarbij men be
denke, dat Liinahamari thans de eenige ben
zine invoerhaven van Finland en Zweden is
en dat alle benzine voor de Noordwaarts
gaande vrachtauto's eerst langs den IJszeeweg
Zuidwaarts gevoerd moet worden. Een vol
slagen leek kan zich afvragen of er op zoo'n
manier eigenlijk nog wel noemenswaardige
ruimte voor goederentransport naar het Zui
den overblijft. Dat is natuurlijk het geval, al
moet men niet vragen, wat de transporten
kosten. Maar daar vraagt men in deze tijden
voor bepaalde noodzakelijke importwaren en
voor exportartikelen van in verhouding tot
het gewicht hooge waarde nauwelijks naar.
Zweden krijgt ten minste, zooals dezer dagen
in de pers verteld is, elke week 110,000 liters
kostbare benzine via Petsamo binnen. En ben
zine is niet het eenige, wat langs dezen omweg
binnenkomt.
Het is moeilijk een nauwkeurig beeld van
de intensiteit van het verkeer op den IJszee-
weg te krijgen. Vroeger reed daar een paar
keer per week een autobus en kwam er eens
per dag wel eens een vrachtauto uit het Zui
den te Petsamo aan. Nu rollen er dag in,
dag uit op elk uur van den dag een paar
honderd vrachtauto's langs den langen weg
door de Laplandsche eenzaamheid en alleen
in Haparanda, het Zweedsche eindstation,
staan gewoonlijk een drie- a vierhonderd
wagens op vracht of op de papieren te wach
ten. Haparanda is trouwens de eenige plaats
in Zweden, waar men thans benzine zonder
distributiebons kan krijgen. En waarschijn
lijk is het ook de eenige plaats in Zweden,
waar de politie een oogjet dicht knijpt, wan
neer een paar moede chauffeurs in „de be
bouwde kom der gemeente" naast hun stof-
figen wagen een tentje opslaan of de slaap
zakken uitrollen. Maar dat zijn Petsamosche
manieren en men leeft in Haparanda van 't
verkeer op Petsamo. „Daarboven", daar aan
de breede groene IJszeebaai, die 't eindpunt
is geworden van de eenig-overgebleven pas
sagiersdienst op Amerika, gaat alles primi
tief in zijn werk. Maar 't gaat! Men kan er
slapen in 't hotel van Petsamo als men
tenminste tot de weinige gelukkigen behoort,
die daar een bedje hebben kunnen bemach
tigen, er zijn de laatste weken een paar ba
rakken gebouwd voor de havenarbeiders,
maar de vlottende bevolking van een paar
honderd chauffeurs behelpt zich met tentjes
of slaapzakken of slaapt desnoods onder het
dekzeil van den wagen en dat gaat in deze
zomersche weken uitstekend. Een groote
vooruitgang was het, toen een dag of veer
tien geleden in een groote houten loods bij
Liinahamari een restaurant geopend werd.
Daarvóór kookte men zelf zijn potje of
schaarde men zich in de queue bij de keuken
wagens van de Lotta's, die onder een tus
schen vier palen uitgespannen zeil „één-pans
gerechten" bereidden als ze geen koffie kook
ten. Maar de vooruitgang is niet grooter dan
dat ook nu nog elke gast zijn etensgerei mee
brengt, van zulke luxe-dingen als borden
en messen en vorken en lepels is het restau
rant van Finland's plotseling tot rusteloos
leven gewekte haven aan de IJszee nog niet
voorzien.
Gezicht op de baai van Petsamo.
Zondag a.s. zal de badplaats Zandvoort voor
de eerste maal de wielrenners ontvangen op
het mooie parcours door de duinen. Na de
motor- en autowedstrijden van het vorige jaar
heeft de Wielren Unie besloten de nationale
wegkampioenschappen eveneens te Zandvoort
te houden.
In een onderhoud met den burgemeester,
den heer Van Alphen, verklaarde deze o.a.:
De autoraces van de Automobiel Co:b en
ook de motorwedstrijden, welke het vorig jaar
te Zandvoort zijn gehouden, zijn zoo goed
geslaagd, dat hij gaarne zijn medewerking
heeft willen verleenen om dit keer de weg
kampioenschappen van Nederland der Neu.
Wielren Unie in zijn gemeente te laten orga-
niseeren. „Wij willen niet stilzitten", aldus
de burgemeester, „dat kunnen wij in Zand
voort niet, wij schuwen geen leven. Wij willen
trachten van Zandvoort een zomersportcen
trum te maken. Behalve door zijn prachtige
omgeving leent het zich daarvoor uitstekend
door de ligging, met de goede treinverbindin
gen om het uur, de tram rijdt om de 10
minuten en de fraaie breede toegangswegen
tot de badplaats zullen in de toekomst be
wijzen, dat aan het drukke autoverkeer dan
volledig het hoofd kan worden geboden. Ik
hoop, dat de sportautoriteiten en de renners
het circuit zullen kunnen waardeeren en dan
bestaat misschien de mogelijkheid, dat behalve
de auto- en motorraces in de volgende jaren
ook de wegwedstrijden om het kampioenschap
van Nederland definitief op het zomer-
programma van Zandvoort zullen voorkomen.
Volledige medewerking is verkregen van de
Duitsche autoriteiten en van het gemeente
bestuur van Bloemendaal. De gemeentepolitie
van Zandvoort, de rijksveldwacht en de mare
chaussee zorgen voor de afzetting. Er wordt
een lage toegangsprijs geheven, maar verder
kunnen de toeschouwers vrij langs het circuit
zich bewegen. Van het Noorderbad naar Zand
voort is de weg voor degenen, die niet naar
den wielerwedstrijd komen kijken, niet vrij, zij
kunnen alleen over het strand gaan.
„Ik sta", zoo zeide de burgemeester ten
slotte, „zeer sympathiek tegenover de wieler
sport. Ik was vroeger, toen ik in Arnhem
woonde, vele jaren geleden, een geestdriftig
supporter van Jaap Eden in diens glorietijd,
van den toenmaligen wereldkampioen, den
Belg Protin, maar minder prettig vind ik het,
als ik zoo die wielrenners zich zie bewegen
op de rijwielpaden, tusschen de rustige ge
bruikers in. Dan duwen zij de toeristen opzij
en doen of de smalle paden alleen voor hen
zijn aangelegd. Zondag a.s. is het anders, dan
rijden zij op een gereserveerden weg, welke
zeer breed is, en dan mogen zij zoo hard rijden
als zij kunnen, want den ben ik er zeker van,
dat dien dag van goede sport zal kunnen
worden genoten".
Zondagmiddag 18 Augustus a.s. worden er
op de Kreekbaan te Rotterdam weer wieler
wedstrijden gehouden. Deze wedstrijden van
gen aan om 2.30 uur.
Het programma zal bestaan uit een 60 km
ploegcourse voor nieuwelingen, terwijl voor
af zullen gaan kleine wedstrijden, o.a. sprint,
achtervolging en eigenkrachtrace.
Aan de koppelcourse zal worden deelge
nomen door de navolgende ploegen: Stehou-
werBalkenstein, HooftVerhoeven, Wild
schutv. d. Ka, VisserNoordzij, Harmsen
—Zoek, Merk—Ligtvoet, Viveen—Plieger.
Op Maria Hemelvaart is na voorzien
zijn van de H.H. Sacramenten der Sterven
den, in den gezegenden ouderdom van 75
jaren, overleden de heer Willem Lasper
Antonius van Eijck, oudste lid van de firma
C. A. van Eijck Zoon, makelaars in assu
rantiën. Met den heer van Eijck is een voor-
De uitslagen van de gisteren voor de com
petitie van den Nederlandschen Zwembond
gespeelde wedstrijden luiden als volgt: af-
deeling D: R.Z.C. IIZ.P.C. I (41)R.Z.C.
kampioen.
Zwembond R. en O.: tweede klasse C:
R.Z.C. VIBarendrecht I (03).
Heeren: Afd. C: S.Z.C. 1—Maas 1 2—3.
Afd. J: Brandenburg 1—Zwemlust 1 13.
Afd. M: W.Z.C. 1—G.Z.C. 2 2—0.
Dames: Afd. B: Zwemlust 1Brandenburg
1—3.
treffelijk stadgenoot, een alom geziene en
geëerde persoonlijkheid heengegaan.
Niet alleen echter in het maatschappelijk
leven heeft hij de algemeene sympathie van
velen weten te verwerven, doch b-zonder op
charitatief gebied heeft hij zich voor onze
stad uitermate verdienstelijk gemaakt. Wijlen
de heer van Eijck heeft een enorme werk
zaamheid ontplooit ten dienste vooral van
de katholieke charitas gedurende een men-
schenleeftijd. Niet minder dan 40 jaren is hij
lid geweest van het Regenten-college der
r.-K. Weeshuizen in onze stad, waarvan
ruim 20 jaren de president.
Met vastheid van lijn, het zuiver katholiek
beginsel steeds voorstaande, met een groote
rechtschapenheid, een onkreukbare trouw en
een opofferende belangeloosheid heeft hij de
weezen, de ouden van dagen, die een heel
bijzonder plekje in zijn hart hadden, geleid.
In 1933 werd hij door den last der jaren
gedwongen aan de leiding van zijn Weeshuis
vaarwel te zeggen. Bij zijn noodgedwongen
aftreden werd hij spontaan benoemd tot
eere-voorzitter van het regenten-college.
Als expert op het gebied van armenzorg
maakte hij ook jarenlang deel uit van het
Alg. burgerlijk armbestuur en van den
Armenraad. Voorts was hij voorzitter Yan de
Vereeniging van Makelaars in Assurantiën en
was hij gedurende vele jaren lid van de
Rotterdamsche Kamer van Koophandel, com
missaris van de Goudsche Waterleiding Maat
schappij. Ook de Vereeniging .Katholiek
Rotterdam" heeft vele jaren van zijn groote
arbeidzaamheid mogen profiteeren.
Zijn groote verdiensten op allerlei terrein
zag hij erkend door Kerk en Staat, ridder
als hij werd benoemd in de Orde van den H.
Gregorius den Groote en in de Orde van
Oranje Nassau.
Gezondheidsredenen noodzaakten den heer
van Eijck zich enkele jaren geleden uit zaken,
terug te trekken en zijn charitatieve functies
aan jongere krachten over te dragen, maar
de vriendschap en de sympathie zijn dezen
verdienstelijken veteraan gebleven en nu hij
uit het leven is heengegaan, zullen talloos
velen hem, die den eeretitel van Pater pau-
perum met eere heeft gedragen, zeker in
hunne gebeden herdenken.
De plechtige Uitvaart heeft plaats Maan
dag 19 Augustus a.s. in de kerk van den H.
Ignatius aan den Westzeedijk te half tien uur
waarna de begrafenis volgt op de R.K. Be
graafplaats Crooswijk.
Pater J. v. d. Laarschot S. C. J.
tol opvolger benoemd
Zijne Hoogw. Exc. mgr. J. P. Huibers, bis
schop van Haarlem, heeft, op Voordracht van
den Hoogeerw. pater provinciaal van de Pries
ters van het H. Hart van Jezus, aan den Zeer-
eerw. pater N. Bos S. C. J. eervol ontslag
verleend als pastoor van de parochie van de
H. Margaretha Maria Alacoque te Rotterdam,
en tot diens opvolger benoemd den Zeereerw.
pater J. v. d. Laarschot S. C. J.
Vandaag herdenkt de Zeereerw. heer J. B.
Schuyt, pastoor van de parochie van de H.
Teresia, zijn zilveren priesterfeest Pastoor
Schuyt, die immer blije, joviale priester ook al
zijn er nog zooveel moeilijkheden te overwin
nen, is lang geen onbekende in de katholieke
milieux van Rotterdam-Zuid en het Noorder'
eiland. Ongeveer vijf jaren geleden kwam hij
als pastoor naar de Teresia-parochie als opvol
ger van pastoor Pompe, doch voor dien tijd
heeft de thans zilveren priester-jubilaris jaren'
lang als kapelaan gearbeid op het Noorder-
eiland, waar hij vele parochianen van de kerk
aan het Stieltjesplein aan zich heeft weten te
verplichten bijzonder door zijn groote liefde
voor de jeugd, wier organisatie hem na aan
het hart lag.
Pastoor Schuyt, die o.m. ook in Amsterdam
kapelaan is geweest, zag zich vijf jaren gele
den bij zijn pastoorsbenoeming in een zoo
groote volksparochie als die van de H. Teresia
gesteld voor een zeer moeilijke en verant
woordelijke taak. Met groote opgewektheid en
een zeldzame wilskracht heeft hij echter het
werk van zijn voorgangers voortgezet en zoo
mogelijk nog tot grooter bloei weten te bren
gen. Bijzonder als directeur van de Vrouwen
congregatie heeft hij het godsdienstig leven in
zijn parochie tot een hoog peil weten op te voe
ren. Toen het Zuider-ziekenhuis in gebruik
werd gesteld, zag pastsoor Schuyt zich ook be
last met de zorg voor de katholieke zieken. Bij
zonder in de oorlogsdagen heeft pastoor Schuyt
zich vooral voor hen bijzonder verdienstelijk
gemaakt en ook vele niet-katholieken bewaren
een dankbare herinnering aan zijn optreden in
die bange uren.
Zondag a.s. zal de plechtige viering van zijn
zilveren priesterfeest plaats vinden en wij zijn
er zeker van, dat dan veler gebeden voor den
jubilaris ten hemel zullen gaan.
De heer H. P., die vroeger een zaak had
aan de Kruiskade alhier heeft indertijd aan
gifte gedaan, dat daaruit op 14 Mei verschei
dene goederen zijn gestolen. Het onderzoek
van de politie leidde naar den Haag, waar
het gestolene, o.a. meubelen, in beslag is ge
nomen. Gebleken is dat de 24-jarige W. R.
v d. W., een winkelbediende, de 21-jarige
J. C. S., en de 25-jarige A. J. S., chauffeurs,
op 14 Mei per auto van den Haag naar Rot
terdam zijn gereden en de goederen hebben
gestolen. Het drietal is in het huis van be
waring alhier opgesloten.
In den afgeloopen nacht is te Amsterdam
ten huize van zijn familie in de Joh. Ver-
hulststraat 196 in den patriarchalen ouder
dom van bijna 95 jaar overleden, de heer
Albert de Brey, gedurende vele tientallen
jaren de coiffeur de dames van Rotterdam
bij uitnemendheid.
Tot voor kort was hij onder de ingezetenen
van de Maasstad een bekende figuur, den
laatsten tijd meer om zijn hoogen leeftijd,
zijn gezondheid, die onverwoestbaar leek en
zijn sterken levenslust, die tegen het klimmen
der jaren maar steeds bestand bleef, ook toen
hij het licht in zijn oogen is gaan missen. De
generaties, die hem goed gekend hebben, zijn
hem echter allang in den dood voorgegaan.
Tot de Rotterdamsche jongelui van heden of
gisteren zal zijn naam weinig meer zeggen.
Maar er is een tijd geweest, dat iedere Rot
terdamsche dame vóór het concert van Eru-
ditio, vóór den gang naar schouwburg of bal
met ongeduld de komst van den figaro
wachtte, die haar in Fransohen stijl en met
Franschen zwier zou komen kappen. Een
figaro was hij, om de perfectie waar-in hij zijn
vak verstond, zoowel als om zijn uiterlijk en
de echt Fransche hoffelijkheid, waarmede
hij zijn creaties van de door hem als een
kunst beoefende haute-coiffure tot stand
bracht.
Als jongen van negen jaar heeft de Brey
in 1854 bij den hofkapper Minnick te "s-Gra-
venhage in het vak zijn intrede gedaan. Daar
na is hij als aankomend kappersbediende te
Parijs in de leer gekomen bij den meest be
kenden coiffeur der ville lumière van dien
tijd August Petit- Van dien tijd af heeft hij
velé vorstelijke en adellijke dameshoofden
onder handen gehad, ook de groote sterren
van de Comédie Frangaise, bij welke hij too-
neelkapper was- Van Sarah Bernardt heeft
hij dikwijls het kapsel in haar groote rollen
verzorgd, steeds maakte hij er een chef
d'oeuvre van. Prinses Mathilde heeft hij ge
kapt en de Prinses de Metternich, ook Ma
dame de Portaresse en veel andere prinses
sen, markiezinnen, enz. Niet minder dan
veertien diploma's als dameskapper heeft hij
behaald, in 1901 kreeg hij de palmes acade-
miques. In 1885 werd hij benoemd tot pro-
fesseur de coiffure.
In den Fransch-Duitschen oorlog van 1870
heeft de Brey als vrijwilliger bij de carabi-
niers aan Fransche zijde gestreden, hij heeft
het beleg van Parijs en den intocht der Duit-
schers in de Fransche hoofdstad medege
maakt en hierna, altijd nog als soldaat, de
commune en de zware straatgevechten, die
hiermee gepaard gingen. Een paar maanden
later is hij naar Nederland teruggekomen en
wel naar Rotterdam. Hier heeft hij een zaak
gevestigd in de Vischsteeg. Later heeft hij
zijn zaak verplaatst naar een pand aan de
Leuvehaven.
Tot voor kort is de heer de Brey te Rotter
dam blijven wonen, aan den Oostzeedijk. Nog
steeds placht hij hier op zijn verjaardag, 4
December, oude vrienden en bekenden te ont
vangen en voor hen oude herinneringen op
te halen. Hij leefde nog geheel in zijn bonte
verleden. Zijn laatste belevenis is de ver
woesting van een groot gedeelte van Rotter
dam op 14 Mei geweest, waarbij zijn huis op
Kralingen wel gespaard gebleven is; buren
hebben toen den 94-jarigen grijsaard aan het
ernstig dreigend gevaar -.oeten onttrekken,
door hem naar een veiliger plek te dragen.
Eenige weken later heeft hij zijn intr8k ge
nomen bij familieleden te Amsterdam, waar
thans aan het lange en merkwaardige leven
van dezen maitre-coiffeur een einde is ge
komen.