Minister Logemann over Indië Gezaghebbende stemmen over den toestand in Indië DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN. Bereid het probleem op te lossen langs den koninklijken weg van overleg Nog niet rijp voor volledig zelfbestuur 50.000 Vrouwen bij Batavia omsingeld Uitg. v. d. Maas bode - SUchting, R'dam Giro 909a Directeur Joh. Kuijpers. Hooldred.Mgr. br J. Witlox Alg. Redacteur. H. A. Paalvast. Drukker: N.RC NV. NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT 66sle JAARGANG. No. 19836 Tijd. adres: Broersvest 8 A Tel. 68804. A.bonnementspr. 3.26 p. kwart. f 1.10 p. maand 0.26 p. week. Advertentiën 25 ets. per mm. DINSDAG 16 OCTOBER 1945 De Tweede Kamer is heden bijeengekomen om met de regeering v«n gedachten te wisselen over de toestanden, welke rich in Indie hebben ontwikkeld. De minister van overzeesche gebiedsdeelen, de heer Logemann, legde de volgende verklaring af: Mijnheer de voorzitter, De ernst van de situatie in N. Indië, de zware verantwoorde lijkheid, die op de regeering van het koninkrijk is komen te rusten voor menschenlevens in en voor de toekomst van dat rijksdeel, doen het haar uitermate welkom zijn, dat zij de gelegenheid heeft in deze hooge vergadering in het openbaar te mogen uitspreken hoe zij den tóestand beoordeelt en welke haar voornemens zijn. U zult mij willen veroorloven dit successen en zich niet óebbe laen weerhouden door de Japan sche barbaarschheden ook te„cn hun eigen volk, om aan een Ja- oansche haatcampagnes tegen de Nederlanders mee te doen. tra gisch dat o.m. bekwame Parindra. en Gerindoleiders zich hebben laten medesleepen in een tionnairen opzat, zoodat wy van het eerste oogenblik der gezafas- hervatting af, ik moet hier wel duidelijk op wijzen, stonden tegenover een geest en een vorm, die explicatie met deze mannen uitsloot. Immers, mijnheer de oordeel en deze voornemens den voorzitter, de oorlogsverklaringen UU1UGG1 1_ I 1IJIX zvzxv» iTortrnn u;pn achtergrond te geven der historie al zal ik mij daarbij tot zeer enkele feiten en ontwikkelingen bepalen. Een historisch overzicht. Het is u bekend hoe uitnemend getrouw Ned. Indië van laag tot -hoog zich gehouden heeft, nadat Nederland door de Duitschers onder den voet was geloopen. Dat neemt niet weg, dat de aandrang tot staatkundige hervormingen van in grijpenden aard door de oorlogs gebeurtenissen reeds toen zeer werd versterkt. Noch de Nederlandsche regee ring, noch het Nederlandsche 'pai- lement achtten toenmaals den tijd tot ingrijpende hervorming ge komen. Na Mei 1940 ett de Indische regeering den voortgezetten aan drang steeds afgeweerd met het gerechtvaardigd argument, dat etn verandering van de structuur van het koninkrijk eerst in behandeling kon worden genomen, nadat het Nederlandsche volk zijn stem weer vrijelijk zou kunnen doen vei- nemen. Koninklijke toezeggingen. Intusschen had H.M. de Konin gin in een radiorede van 10 Mei 1941 de overweging van „de aan passing van de structuur van de overzeesche gebiedsdeelen en de bepaling van hun plaats in het koninkrijk overeenkomstig de ge wijzigde omstandigheden" aan de orde gesteld. Een rijksconferentie aangekondigd. Op 16 Juni 1941 kondigde de gouverneur-generaal bij de opening van de volksraadszitting, krachtens koninklijke machtiging een rijks- conferentie aan, voor datzelfde doel bijeen te roepen aanstonds na den terugkeer van de regeering in het moederland en op 27 Januari 1942 openbaarde een Londensche regeeringsverklaring de gedachte samenstelling der rijksconferentie en haar taak. alsmede de ver sterkte opdracht aan de landvoog den der overzeesche gebiedsdeelen om tot de aanwijzing der afgevaar digden over te gaan. Nederland en Indië zouden elk 15 leden aan wijzen. Suriname en Curasao ens drie. Van de 15 leden zou de In dische regeering er tien benoemen op aanbeveling van den volksraad. De conferentie zou „het karakter dragen van een round table confe rence, welke alle wenschen en op vattingen betreffende de positie der verscheidene gebiedsdeelen binnen rijksverband zou kunnen bespreken en op grond van deze besprekingen aanbevelingen zoo kunnen opstellen." Koninklijke radiorede vail 1942, de Rationalistische lei- d» ao^S/iaI1^rTninst onbekend met de door de houding van Indië ge- dUdln^d w £orl?2 gegroeide be reid'heid tot herziening der ver houdingen men zal moeten aan nemen, dat de fundamenteele radiorede van HJvï. de Koningin van 6 Decembeer 42 m Indië niet genoegzaam en met tijdig is be kend geworden Belangrykis ook dat Indië onbekend bleef met den feest van samenwerkl"" en ver trouwen, die tijdens c~ -or net tegen de Duitse1-» on<J6^" drukking, tusschen Nederlanders inüton voa'e Indonesische nationa- Des te lte lande was gegroeid Sfvoiif i^jer tragisch is het, dat sitfeve werf die aan het p0" 1940 tot 1942 geen de„l hadden zich hebben hadden in Indië een vertrouwen doen groeien en in Nederland een begrip gewekt voor de nationale aspiraties der Indonesiërs, di e beide een soliden grondslag sche nen te vormen voor een ryksner- vtrming, die voor de Indonesische natie naast de Nederlandsche sen vrije en waardige plaats zou bie den. Ik kom over die rijkshervorming natuurlijk nog uitvoerig te spre ken. Vooraf vervolg ik mijn fei tenexpose. Do oorlog met Japan. Sedert 7 December 1941 bevindt ons koninkrijk in het Oosten zich in oorlog met Japan. Op 7 Maart 1942 is het drama ten einde. Ik mag deze data niet noemen zon der eerbiedige hulde te brengen aan allen, die toen hun plicht deden tot het uiterste, in het bij zonder aan den landvoogd ge lukkig voor Nederland en de zijnen behouden wiens klaar en recht beleid de zuiverheid van onzen Nederlandschen naam heeft be waard. Sedert Maart 1942 dan drijven Indië en zijn regeering uiteen. Laat mij zoo kort mogelijk mogen zijn over hetgeen Japan binnen Nederlandsch Indië ver richt. De Nederlanders worden geheel, de Indo-Nederlanders grootendeels uit 's lands administratie en justi tie. alsmede uit het bedrijfsleven Prins Bernhard reikte te 's-Gravenhage aan 24 Brits«he eft kaansche officieren Nederlandsche onderscheidingen uit. weggevaagd, vroeger of later ge in terneerd, vernederd en mishan deld. De tragische doodenlijst ont rolt zich voor ons verbijsteid ver driet langer en langer. Een geheele maatschappelijke laag is van alles beroofd tot op het naakte bestaan Maar ook de andere bevolkings- bestanddeelen worden zwaar be proefd De volkswelvaart wordt vernie tigend aangetast door wegvoering der voorraden (ook van voedsel) door stopzetting der importen, met name van textielgoederen, door het aanzeten van tot mislukking ge doemde cultures als katoen, de vernietiging van een groot deej der theeplantages, door ontwrich ting van het verkeer, door vrijwel wegvallen van het interinsulair goederenvervoer. Daarnaast druk ken een hardvochtige arbeids- dwang een barbaarsche politieke politie en het trieste beeld wordt voltooid door een teugellooze in flatie, vooral tijdens den ondergang van het regime bedreven. Hef politieke spel der Japanners. Het is tegen dezen achtergrond, die naar mijn beste weten geens zins in te felle kleuren is geschil derd, dat men de politieke activi teit der Japanners zien mag en zich kan indenken, dat de binnen komende geheime rapporten den indruk hieven wekken, dat deze „Het volk van Indonesië heeft van nature het recht en den plicht, zijn eigen welzijn na le streven en een eigen staatkundige ordening in te richten. De mate echter, waar in dit laatste verwezenlijkt kan worden, hangt af van de mate. waarin het volkswelzijn daarmee wordt gediend." Aldus sprak prof. dr. J. Schmulzer. oud-minister van overzeesche gebiedsdeelen, op een groote vergadering, die gisteravond onder auspiciën der vereeniging „R. K. Politiek Overleg" te Voorburg werd gehouden in de groote zaal van het Forum-theater aldaar. Vóór hem betoogde ir. C. Duij- zings, oud-hoofdbestuurslid van de I. K. P„ dat de Indonesische sa menleving noch politiek, noch economisch rijp mag worden ge acht voor volledig zelfbestuur, los van Nederland. Economisch bo venal niet, omdat de inlandsche bevolking een buitengewoon sterk gemis aan spaarzin vertoont,^ zoo dat het practisch niet mogelijk is nieuw kapitaal te vormen. Wel kan binnen het groote rijksver band met Nederland het tempo der zelfstandigmaking aanzienlijk ^rden versneld, zoodat de over- r,^r'?ckin£sSedachte volkomen uit ons beleid jegens Indië verdwijnt. was ook Pr°f- Schmut- deel behóëjT'de'-IndonL^he Te~- volkmg niet bezorgd te zijn, dat de band met Nederland een be lemmering vormt voor de ver krijging van grooter zelfstandig heid Wanneer het Indonesische volk werkelijk rijp is voor zelf- laten weerhouden door de Japan- bestuur kan geen macht ter we- Telegrammen uit Batavia melden, dat in de omgeving van de stad ongeveer 50.000 Nederlandsche vrouwen en kinderen omsingeld zijn door zeer opgewonden Indonesiërs, die naar verluidt, door de Ja panners zijn opgezet. reld het dit zelfbestuur onthou den. Maar eerst moeten thans orde en veiligheid worden hersteld. In denzelfden geest sprak luitenant-generaal M. Bajetto, die krachtig aandrong op scherp militair optreden Indië. Men heeft daar fouten gemaakt. De geallieerden zijn er aan land met een legertje veel te gering om er iets van beteekenis mee uit te richten. Deden zij zulks op aandrang van de Nederlandsche regee ring om zoo spoedig mogelijk Batavia te bezetten? Heeft de regeering in Nederland al het mogelijke gedaan om een zoo groot mogelijk contingent troe pen ter beschikking le krijgen? Waarom moeten dan zooveel jongemannen, die dolgraag naar Indië gingen, kostbare maanden wachten zonder dat zij iets van hun aanmelding hooren? Hadden de gepensioneerde mili tairen, die Indië kennen, niet moeten zijn opgeroepen om de jongeren wegwijs te maken? Ons gezag in Indië is deerlijk geschokt. Wij zullen ons groote inspanning moeten getroosten om de rijkseen heid weer te herstellen. Dat gaat niet met een handjevol menschen Moge de wereld zien, dat wij nog steeds een groot volk zijn, groot zooals wij waren, toen wij den oorlog aan Japan verklaar den uit trouw jegens de bondge- nooten, groot zooals wij zijn in onze opvatting van den rijksband, aldus besloot de voorzitter der vergadering, de heer H. Hermans, deze bijeenkomst van katholieke getuigenis voor Indië. veroveraars er niet in geslaagd waren de sympathie of het ver trouwen te winnen der bevol king. In wezen is die indruk ook wel juist. Maar weinigen zullen in het politieke spel door Japan gespeeld, ernst hebben gezien. In dien wij de kracht en het anti Nederlandsche karakter van de door Japan ontketende -evolu tionnaire beweging hebben onder-' schat, dan komt dit voornamelijk door twee factoren, afgezien van het feit, dat onze inlichtingen uit de hermetisch gesloten eilanden wereld steeds fragmentarisch zijn geweest. De eerste is, dat wij onvoldoen de inzicht hebben gekregen m in tensiteit en omvang van de jeugd beweging. Naar typisch totalitaire tactiek hebben de Japanners zich .meester gemaakt van de jeugd deze vervuld van een verhit na tionalisme. van enthousiasme voor de Greater East Asia Co. Prospe rity leuze en van activisme, zij hebben haar gemilitariseerd en volgegoten met blankenhaat. Gelukkig hebben zij haar slecht bewapend, want het is naar mijn overtuiging haar breidellooze en critieklooze emotionaliteit, die thans het regime van Soekarno medesleept in de excessen, die den toestand op Java meer en meer Verduisteren. De kracht van de nationalis tische verlangens. De tweede factor is de elemen taire kracht der nationalistische verlangens. Het is immers in eon fesso, dat de republiek Indonesië is een Japansch maaksel, gepro clameerd als zij b.v. is door den Japanschen maarschalk Tirauchi, een poging, geflankeerd door soort gelijke opzetten in Birma, Indo China, Philippijnen, om de over winnende United Nations nog zoo groot mogelijke politieke moeilijk heden op hun weg te leggen en de groeikiemen te bewaren van een nieuwe J'apansche Groot Azië- politisk. De leiders van de revolutionnaire beweging hebben dit geweten, maar misschien juist toen zij bemerkten, dat het een ineenstortend Japan was dat hun de onafhankelijkheid aanbood, hebben zij wellicht ge meend als voltrekkers der historie die algeheele onafhankelijkheid, tijdig of ontijdig, te mogen en te moeten aannemen uit handen, die bezoedeld waren en dus de hunne mede bezoedelden. Ik zou niet gaarne over deze man nen als mensch st.uk voor stuk een oordeel vellen maar indien het waar is, wat ik zelf denk, dat de taak en plicht der Nederlanders om in de Indische samenleving de krachten te helpen ontwikkelen, die zij behoeft, geenszins ten einde zijn vervuld, indien het waar -is, dat ook daarna de historische ban den voor beide volken van groote waarde zullen blijven, indien die Indonesische nationalisten gelijk hebben, die daarom met ons in het koninkrijk willen blijven, indien het onrecht is, wat aan Nederlanders, die zich ten volle aan Indië gaven, aari de Indo-Nederlanders in hun eigen moederland werd aangedaan, dan is de verantwoordelijkheid van deze mannen voor den weg, dien zij meendën te mogen kiezen, wel groot. Waartoe die weg ook zou mogen leiden, stellig niet tot waarachtige, waardevolle nationale zelfstandig heid, noch tot nationale gezondheid, geestelijk en stoffelijk. De maatregelen tot herstel na den oorlog. In de laatste dagen vóór de capi tulatie zond de G.-G. een kleine groep hoofdambtenaren het land uit naar Australië. Als Nederlandsch- Indische commissie, te Melbourne gevestigd, heeft zij al baar aandacht besteed aan het toekomstig herstel van Indië. Het Masterplan van den te vroeg overleden Sitsen, het eenige gesloten herstelplan, naar men zegt, ter wereld, is grondslag geworden en gebleven, voor een stelselmatige verzorging van land en volk. Overal, waar het wettig gezag zijn taak weer op zich heeft kunnen nemen. De resten van onze krijgs macht bleven, onder éénhoofdig beheer van den bevelhebber der strijdkrachten in het Oosten (BSO) aan den oorlog tegen Japan in bondgenootschappelijk venband deelnemen. De Indische handels vloot, gelijk de Nederlandsche, werd' voor de bondgenootschappe lijke oorlogsinspanning ter beschik king gesteld. Een N. I. regeering fungeerde toen niet meer, haar functies wer den waargenomen door den minis ter van koloniën. Sedert begin 1944 naderden de Amerikanen onder Mac Arthur Nederlandsch Nieuw Guinea en ontstond in het z.g. Civil Affairs Agreement met de V.S., de vorm, waarin het wettig gezag ge durende de phase der militaire operaties in de bevrijde gebieden zou worden hersteld, onder het militair gezag der bondgenoot schappelijke bevelhebbers als ge militariseerd burgerlijk bestuur, de Ned.-Indische civiele administratie. In September 1944 werd met de benoeming van dr. van Mook tot It.-gouverneur-generaal de Indische regeering hersteld. Zij vestigde zich te Brisbane en zette het vredeswerk der Ned.-Indische commissie voort. Na September 1944 als het zui den van Nederland bevrijd is, en eerst goed na Mei 1945, kan Ne derland er aan beginnen te den ken, zijn mankracht te organisee- ren voor de driedubbele aak ambtenaren te leveren voor het herstel van het overheidsapparaat in Indië en strijdkrachten vooi' den oorlog tegen Duitschland en die tegen Japan. Aan strijd tegen Indonesiërs denkt niemand, inte gendeel, deze Nederlanders zijn bereid hun bloed te offeren te hunner bevrijding Onze militaire krachtsinspanning Den opzet van onze militaire krachtsinspanning, m.d.v. moet ik hier ïn herinnering brengen, om straks te kunnen verantwoorden, waarom wij thans in Indië niet over een noemenswaardige strijd macht kunnen beschikken. De be doeling der toenmalige regeering was, om met een expeöitionnairc macht in divisie-verband deel te nemen aan den bondgenootschap- pelijken oorlog tegen Japan. Daar van zou mede deel uilmaken een in de U.S.A. op te leiden brigade mariniers. Wilde men een macht van 20,000 man lichte infanterie z.g. ge- zagsbataljons en 2000 man van de luchtmacht gereed houden voor de gezagsovername, na-zuivering van den vijand en ordebewaking in Ned.-Indië. Wanneer men bedenkt, dat alleen het politiecorps voor den oorlog al sterker was en dat de politie door de Japanners het meest is gecorrumpeerd, waarlijk geen over dreven getallen maar genoeg voor het doel, dat men zich meende te mogen voorstellen en dat geen strijd met Indonesiërs omvatte. Reeds in Augustus 1944 heeft de Ned. regeering met de Australische besprekingen geopend, die veel schenen te beloven, met de bedoe ling de gelegenheid tot opleiding van deze gezagstroepen (en Nica- personeel) in dat land te verkrij gen De voordeelen van ruimte, voeding, mogelijkheid tot oefening in tropencondities en nabijheid van Nederl. Indië lagen voor de hand Ik mag de aandacht van de hoofdzaken niet afleiden, naar het pijnlijke einde van deze Australische plannen .Van meer wezenlijk belang is, dat de massa van de voor de Indische gezags-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1945 | | pagina 1