ONS HANDELSVERKEER
Vakbekwaamheid eerste eisch
OPBOUW van het BEROEPSVERVOER
Vergunningstelsel
op komst
Vrijstelling exameft
De vakeischen
DE NOTA AAN DEN
MINISTER
Het materiaal
Voor 60,000 menschen
werk
Centrale bodehuizen en
parkeerterreinen
De coördinatie
Export noodzakelijk
Het proces te Neurenberg
Reclame, reclame
Loon en arbeids
voorwaarden
WEERBERICHT
TneTl*; S"«ind: in
Eerlang kan een springvloed van auto's, vrachtwagens, autobussen,
benzine en andere bedrijfsbenoodigdheden worden verwacht. De
A.N.V.F. brengt daarmee een optimistisch geluid. Anderzijds beteekent
het op den weg brengen van dit materieel naast een verbetering in de
transportmogelijkheden ook weer een cheolï fhe situatie als voor den
oorlog, tenminste, wanneer niet tijdig maatregelen worden getroffen.
Het blijkt echter, dat de vakbeweging voor een beroepsgoederen-
vervoer bijtijds de gevaren onder de oogen heeft gezien en voorzorgen
trof, die aandacht en steun verdienen.
berekening van tarieven, vaardig
heid in laden en lossen, behande
ling van de goederen en dergel.
Kortom, de eigenlijke kennis, welke
men in het bedrijf opdoet. Boven
dien zal de nieuwe ondernemer
moeten kunnen aantoonen, dat hij
een jaar op een verantwoordelijke
plaats werkzaam is geweest in een
transportbedrijf, zoodat hij het ge
leerde ook in toepassing heeft ge
bracht.
De eischen van credietwaardig-
heid zijn dezelfde als die, welke
voor den detailhandel worden ge
vraagd.
Dit is de nieuwe basis van het
beroepsgoederenvervoer langs den
weg in ons land. Vakkennis betee
kent grooter mogelijkheid van ver
trouwen, gunstiger werken en beter
werken.
In een speciale editie van het
orgaan „Beroepsvervoer" wordt
het enorme-probleem, aat duizen
den bedrijven en tienduizenden
personeelsleden betreft onder de
loupe genomen.
Het inleidend artikel herinnert
allereerst aan- de situatie kort voor
den oorlog om dan te komen tot
de vraag met antwoord, wie onder
nemer zou mogen en kunnen
worden. Wij lezen dan:
De auto was goedkoop en daar
om kocht men auto's. Men kan zich
geen bedrijf denken, dat men met
minder contant geld kon opzetten
dan een vervoerbedrijf en dus was
de toeloop groot
Naast de groote groep onder
nemers, die op of omstreeks 1 Sept.
1939 in ons vak werkzaam waren,
zijn er de jongere energieke men-
schen, die in onzen bedrijfstak
een plaats willen en kunnen vin
den. Voor hen mag de deur niet
hermetisch gesloten blijven. On-
vak is een jong vak dat jong moet
blijven. Wij hebben het enthousias
me van deze menschen noodig,
broodnoodig. Maar wij kunnen
hen niet gebruiken als zij de ele
mentaire kennis van ons vak mis
sen. Daarom zal er ook voor hen
de eisch komen, dat zij vakbe
kwaam en credietwaardig zijn en
dat zij over de noodige handels
kennis beschikken
Teneinde dit te bereiken, heeft
onze organisatie zich tot het Minis
terie gewend met het verzoek zoo
snel mogelijk te komen tot invoe -
ring van een Bedrijfsvergunning-
stelsel. In dit Besluit worden als
eischen voor het verkrijgen van
een bedrijfsvergunning gesteld:
vakbekwaamheid, credietwaardig-
heid en handelskennis. Het Minis
terie is hiertoe bereid. De plannen
daartoe zijn reeds in vergevorderd
stadium en men hoopt tot invoe
ring tegen 1 Januari 1946 te kun
nen overgaan.
Maar, zullen velen zich afvra
gen: moet ik als oude gevestigde
ondernemer nu ook voldoen aan
die eischen? Of iets humoristischer
gezegd, moet ik op mijn ouden dag
nu nog een examen gaan doen?
NSen, dat is niet de bedoeling.
De organisatie heeft voorgesteld
en naar wij meenen heeft het Mi
nisterie hier wel ooren naar
om aan die ondernemers, welke
tusschen 1 Januari 1936 en 10 Mei
1940 gedurende drie achtereenvol
gende jaren het beroep van be-
roepsgoederenvervoerder langs den
weg hebben uitgeoefend, zonder
meer een bedrijfsvergunning te
gevèn. tenzij kennelijk blijkt, dat
zij niet aan de eischen van vak
bekwaamheid voldoen. Onvolwaar-
digen kunnen wij in ons vak niet
gebruiken. Voor hen is er vol
doende emplooi als werknemer en
dikwijls ook.... een beter betaald
emplooi.
Voor de ondernemers, welke aan
dezen eisch van drie achtereenvol
gende jaren niet voldoen, maar die
toch tot heden toe met machtiging
van de overheid een wegvervoer-
tuig hebben geëxploiteerd, zal,
naar wij hebben voorgesteld, de
eisch worden gesteld, dat zij vol
doen aan de bovengenoemde
eischen. Zij behoeven geen examen
te doen, maar zullen ieder voor
zich bekeken en beoordeeld wor
den.
De nieuwe ondernemers zullen
natuurlijk wel een examen moeten
afleggen.
Het is hier nog niet de plaats
om uit te weiden over de vak
eischen. Wij willen echter wel een
klein inzicht geven in wat deze
naar onze meening moeten inhou
den. In de allereerste plaats wel
het kunnen boekhouden, wat
rechts en wetskennis, welke ieder
dagelijks noodig heeft, kennis van
de Nederlandsche taal om een
behoorlijken brief te kunnen
schrijven, kennis van de bedrijfs
leer en van de reclamekunde, in
zicht in de productiemogelijkheden
van ons land. eenige technische
kennis, kennis' van verzekeringen
en inzicht in enkele eenvoudige
algemeene begrippen van het han
delsverkeer.
Al met al minder dan wat het
middenstandsdiploma eischt, een
diploma dat niet geschikt is voor
onze menschen. Onze ondernemers
hebben anders gerichte kennis
noodig. En bovendien nog andere
speciale kennis, welke wij hier
ook willen opsommen, n.l. kennis
van de tariefvoorschriften en de
In een omvangrijke nota aan den
minister van verkeer en energie
is het geheele vraagstuk van den
opbouw van het vervoer breed en
tegelijk diep van visie en concep
tie vastgelegd. Deze nota moet de
regeering duidelijk maken, welke
maatregelen noodzakelijk zijn om
de voorwaarden te scheppen voor
een vitaal, rendeerend en voor
zijn taak berekend wegvervoer-
apparaat en dan in handen van
particuliere ondernemers met als
nevendoel een goede harmonie
tusschen de verschillende ver
voerstaken.
Aan die uitvoerige nota ontlee-
nen we nog de volgende bijzonder
heden:
Het aantal vrachtmotorrijtuigen
steeg van 28,734 op 1 Augustus
1928 tot 54,092 op 1 Augustus 1939,
of per jaar met gemiddeld 2300
De vervoerscapaciteit vermeerder,
de nog sterker, daar ook het laad
vermogen geleidelijk toenam. In
de beschouwde periode is het on
geveer verdubbeld, zoodat het be
schikbare laadvermogen in deze
11 jaar ongeveer verviervoudigd
is. Hel autovervoer was daarom
voor dezen oorlog tot een vol-
waardigen vervoertak. geworden.
Dit blijkt ook uit de ciifers voor
de vervoersprestatie. Het Centraal
Bureau voor de Statistiek raam
de, dat in 1939 van het zuiver bin-
nenlandsch vervoer 59.6 pcti per
auto geschiedde. 30.0 pet. te wa
ter en 10.6 pet. per rail.
Voor het binnenlandsch en grens
overschrijdend vervoer waren de
percentages per auto 36.1 pet., te
water 54.6 pet., per rail 9.3 pet.
Daar de capaciteit van een
auto. vergeleken met die van an
dere vervoermiddelen, betrekkelijk
gering is, zijn een aantal bedrij
ven in industrie, handel en am
bacht in staat emplooi te vinden
voor een of meer wagens. De
groote meerderheid der onderne
mingen kan echter geen auto ren
dabel maken. Daar komt nog bij.
dat een groote wagen per ton-km
goedkooper is dan een kleine
Hierin ligt de bestaansgrond van
het beroepsgoederenvervoer per
auto.
De beroepsgoederenvervoerder
werkt voor een aantal klanten, die
elk zoo nu en dan vervoer aan
bieden en weet op deze wijze een
volledig gebruik van zijn wagens
te maken. Zendingen, die elk af
zonderlijk te klein zijn, worden
gecombineerd tot hoeveelheden,
waarvoor economisch .vervoer met
een flinken wagen mogelijk is.
Van de 48.000 auto's voor goe
derenvervoer. die in 1939 in ons
land waren, waren er 18,000 in
handen van 't beroepsvervoer.
Het beroepsgoederenvervoer
bood daarom bestaansmogelijkhe
den voor een groot aantal perso
nen. Voor 1939 kan worden ge
schat, dat ten minste 60.000 men
schen er werkgelegenheid in von
den.
Voor pl-m. 18.000 auto's waren
ongeveer 30.000 chauffeurs en bij
rijders noodig. De pl.m. 12,000
paarden, die er toen waren (in den
oorlog is dit aantal tot Dl.m. 16.000
gestegen), gaven aan pl.m. 15.000
voerlieden, stalknechts enz. werk.
Een aantal kleine ondernemers
traden zelf als chauffeur of voer
man op. De grootere bedrijven
hadden echter nog een belangrijk
aantal personen in leidende en
administratieve functies. Dit kan
op pl.m. 10,000 worden gesteld.
Voegt men daar nog aan toe het
loodspersoneel. degenen, die werk
zaam waren in bode- en bestel
huizen, de emballeurs der ver
huisbedrijven. de arbeiders der
stadsbesteldiensten met bakfietsen
en de werknemers, belast met on-
derhouds- en reparatiewerkzaam
heden. dan is een schatting van in
totaal 60,000 personen zeker niet
aan den hoogen kant. Wij hebben
dan nog buiten besehouwing gela
ten degenen, die indirect gedeel
telijk van den gang van zaken in
het wegvervoer afhankelijk zijn.
zooals het personeel van garage
bedrijven. benzinestations enz. Ge
concludeerd kan daarom wel wor
den, dat een zeer belangrijk deel
van de werkende bevolking van
ons land belang heeft bii den gans
van zaken in het goederenvervoer
langs den weg.
Voor het geregeld vervoer
het vervoer op vaste dagen tus
schen vaste plaatsen volgens een
van te voren aangegeven route
zouden bovendien nog andere
maatregelen genomen moeten wor
den:
1 invoering van een behoorlijke
administratie cq. bestellijsten:
2. het scheppen van betere ver
houding in de bode- en bestelhui
zen. vooral de vorming van cen
trale bode/ en bestelhuizen en par
keerterreinen:
3. maatregelen ten aanzien van
de verrekening van rembours en
dergel.;
4. vergrooting van de onderlinge
samenwerking tusschen de afzon
derlijk werkende ondernemingen
Voor het geregeld vervoer moet
bereikt worden, dat een aaneen
sluitend net van bode- en lijndien
sten in ons land ter beschikking
staat van handel, industrie en am
bacht. Het moet aan den particu
lier, maar ook aan het bedrijfsle
ven mogelijk zijn, op centrale
plaatsen hun goederen aan te
brengen en niet. zooals nu het ge
val is, in vele verspreide bode
huizen en soms ook café's. Dit ach
ten wij een ongewenschten toe
stand. Ook moet de service, welke
ieder der bedrijven aan den ver
lader kan geven, tot het hoogst
mogelijke peil worden opgevoerd.
Wij willen echter nog ingaan op
de vraag, hoe de vervoerstakken
onderling zich naar onze meening
moeten verhouden.
Het vraagstuk van de coördina
lie heeft welhaast steeds onoplos-
baar geschenen. Verre van ervan
overtuigd te zijn deze oplossing
Drs, A. B. Speekenbnink. direc
teur-generaal van de buitenlandsehe
economische betrekkingen van hel
ministerie van handel en nijverheid,
heeft Dinsdagavond voor de radio
giesproken over de hervatting van
het normale handelsverkeer.
Hij zeide o.m. dat reeds monetaire
overeenkomsten zijn afgesloten met
Engeland. België, Denemarken. Noor
wegen. Zweden Tsjecho-Slowakije
en Zwitserland. Verder is een han
delsverdrag met een looptijd van 15
maanden afgesloten met Zweden,
terwijl korter loopende arrangemen
ten van een meer of minder voor-
loopig karakter zijn tot stand ge
bracht met Noorwegen. België en
Tsjecho-Slowakije
Het is begrijpeliik. dat veelal bij de
betrokken landen, ondanks hun groo
te sympathie voor Nederland, geen
groote geneigdheid bestaat om met
deze eredietverleening door te gaan.
Omgekeero heeft Nederland zich er
voor te hoeden, dat het geen schul-
den aaneaat. die niet binnen afzien-
baren tijd kunnen worden afgelost.
Het groote oro-bleem is. hoe ons
land de zoo dringend benoodigde im
porten kan financieren en deze om
standigheid maakt bet noodzakelijk
dat het Nederlandsche bedrijfsleven
zich. waar mogelijk, op den export
moet richten, zelfs ten koste van ae
binnenlandsche voorziening in be-
naalde producten Aan den anderen
kant zou het noodzakelijke herstel
van het economische leven en daar
mede de behoeftenvoorziening ten
zeerste worden geschaad, indien de
import van de noodige grond- en
hulpstoffen en eventueel van machi
nes in een vertraagd tempo moet ge
schieden Hier moet dus tusschen
twee kwaden worden gekozen en
alleen een politiek, welke doelbe
wust tot op zekere hoogte de bin
nenlandsche behoeftenvoorziening op
korten termijn achterstelt bij de
verzekering van den aanvoer van
voor het herstel dringend vereischte
goederen, kan het den Nederland-
schen onderhandelaars mogelijk ma
ken bevredigende resultaten te be.
reiken.
In dit allés ligt de verklaring, waar
om in sommige berichten in de pers.
zooals eenige dagen geleden omtrent
het handelsverdrag met Zweden on
der de opsomming van door Neder
land te exporteeren artikelen goede
ren vermeld worden, waaraan in ons
land zelf een tekort bestaat. Een van
deze artikelen is cokes Deze brand
stof. die wij zelf zoo goed kunnen
gebruiken, zal inderdaad in zekere
beperkte hoeveelheden naar Zweden
worden uitgevoerd. Hiertegenover
staat echter, dat in ons land een
dringende behoefte bestaat aan mijn-
hout. teneinde de kolenproductie op
te voeren en aan dwarsliggers en
andere materialen om het spoorweg
net weer in goeden toestand te bren
gen. Stagneert de kolenproductie dan
komt vrijwel het geheele bedrijfsleven
weer tot stilstand Kunnen de spoor
weg het vervoer van steenkolen en
andere grond- en hulpstoffen niet op
behoorlijke wijze verzorgen dan
dreigt hetzelfde Het is dus een abso
lute noodzakelijkhied, dat deze arti
kelen worden aangevoerd Omgekeerd
heeft b.v een land als Zweden te
kampen met een groot tekort aan
steenkolen en cokes en moet het een
groot gedeelte van zijn houtproductie
benutten als brandstof Wil Nederland
derhalve uit Zweden bovengenoemd
mijnhout, dwarsliggers, evenals an
dere soorten hout betrekken, dan zal
het hier iets tegenover moeten stellen
en dhit is dan ook o.m de reden
waarom op de lijst van de uit te voe
ren artikelen ook cokes voorkomt.
Vervolg van pag. 1.
Gelukkig heeft het recht hier
een wissere taak, dan zien om de
droevigste menschelijkheden van
dit proces te bekommeren. De toe
komst van de wereld staat op het
spel en de rechters schijnen dit te
beseffen.
Voor het eerst heeft vandaag in
dit wereldproces van Neurenberg
de verdediging een aanval op de
stellingen der tegenpartij onder
nomen. Men kan het een scher
mutseling noemen. De aanval werd
door president Lawrence met
vaardigheid en kracht gepareerd.
Toch was hij op het hart der vijan
delijke stelling gericht en raakte
de juridische problemen, die met
het proces samenhangen, in de
kern. jJT
Namens alle verdedigers diende
Dr. Stahmer een motie m bp het
Tribunaal, waarin er op werd ge
wezen dat de wet waarop de be
rechting der beschuldigden berust
ex post factum is, dat is, voor de
voleindiging der gewraakte daden
werd gecreëerd.
De rechters, openbare aankla
gers, en het Charter, waarop de
rechtspraak van het Hof zich ba
seert, het is alles, zoo argumen
teerde de verdediging, eenzijdig
en door de overwinnende staten
in het leven geroepen. In ver
band met de gecompliceerde juri
dische problemen, die met dit
alles samenhangen, vroegen de
verdedigers de benoeming van een
commissie van experts in het in
ternationaal recht, om aan het
Hof rapport uit te brengen over
gevonden te hebben, meenen wij
toch onze zienswijze naar voren
te mogen brengen.
Het is onze overtuiging, dat het
den verlader vrij moet staan te
beoordeelen. met welk soort ver
voermiddel hij wenscht te vervoe
ren. Meent hij een boot te moeten
gebruiken, die goedkoop is, of een
spoorwagon, welke iets duurder
of wel een auto. die duurder is,
dan moet hij dit zelf weten, in elk
geval ie prestatie tegen de kosten
afwegend.
Het kan nimmer de taak van de
vervoereconomen zijn. uit te reke
nen, wt:ke goederen het beste per
-poor en welke het beste per boot
kunnen worden verzonden.
Zoowel voor het wegvervoer als
voor het vervoer over de rail en
het water geldt de eisch. dat ver
voerd wordt op kostprijsb.asis. Het
is juis net ontbreken van goede
koslprüsrijfers voor elk der tak
ken van vervoer en het ontduiken
ook van de. gangbare nrijzen. zoo
als dat voor den oorlog steeds ge
schiedde. dat de regeling van het
vervoer in ons land zoo moeilijk
maakte.
Het wordt meer en meer dui
delijk. dat het wegvervoer in de
toekomst een groote kans krijgt.
Geen vervoerstak biedt zooveel
mogelijkheden aan den verlader,
geen ander vervoer kan zich ook
zoo soepel aanpassen aan de
eischen. die het transport stelt.
Toch moet niet worden ver
wacht, dat het beroepsvervoer zijn
portie van het vervoer cadeau zal
krijgen. Er zullen prestaties voor
moeten worden geleverd en er
zal reclame moeten worden ge
maakt.
De Vakgroep Goederenvervoer
langs den weg, waarin alle Neder
landsche beroepsvervoerders zijn
vereenigd, heeft daarom het plan
opgevat om voor de gezamenlijke
vervoerbedrijven een groote, col
lectieve reclamecampagne op touw
te zetten.
Als eerste stap daartoe is thans
een sprekende reclameplaat in ge
reedheid oeb-9"t>t. die op deze pa
gina is afgedrukt.
Over de loon- en arbeidsvoor
waarden in het beroepsgoederen
vervoer langs den weg. vinden,
naar het orgaan tenslotte nog
meldt, momenteel besprekingen
plaats tusschen de Vakgroep Goe
derenvervoer langs den weg en
de werknemersorganisaties. De ba
sis voor de besprekingen wordt
gevormd door een ontwerp col
lectieve arbeidsovereenkomst. De
door de werknemersorganisaties
geformuleerde eischen behelzen
o.a. de invoering van een 48-urige
werkweek, loonsverhooging en een
vaeantie van twee weken met een
vaeantietoeslag van 50 pet. extra
op de te verleenen vaeantie.
Het bestuur heeft in verband
met deze besprekingen reeds con
tact opgenomen^ met het Bureau
Tarieven en Prijzen van het mi
nisterie van verkeer en energie,
teneinde te onderzoeken in hoe
verre een evenwicht kan worden
gevonden tusschen de tarieven en
de wenschen der arbeiders.
den wettelijken grondslag van dit
proces en over de bevoegdheid
van het tribunaal zelf.
De nresident antwoordde kort en
krachtig, dat voor zoover de ob-
iecties de comnetenties van het
tribunaal in twijfel durfden trek-
'ean. zij afstuitten on het charter,
waarin de vier constitueerende
volken, ondersteund door 15 an
dere staten deze competentie heb
ben vastgesteld. Voor zoover de
verdediging andere internationaal
rechtelijke argumenten wil aan
voeren. zullen deze in een laler
stadium- van hef proces ter sprake
'nmnen worden gebracht.
Een voor een treden na dit
intermezzo de aangeklaagden voor
de balie om te antwoorden op de
vraag van den president: Bekent
"ij Uzelf schuldig of niet? Geen
hunner heeft den zedelijken en
ohysieken moed, zelfs met eenige
reserve, ziin schuld aan de ten
laste gelegde oorlogsmisdaden en
-gruwelen te bekennen Deze
mannen wiizen iedere verantwoor
ding af. De één met klem, de
ander met zooveel theatraal ge
baar als de omstandigheden hem
veroorloven, enkelen kalm en met
een air van waardigheid.
Medegedeeld door tiet
in De Bilt Vrr«acM« tol to*
Noorden liche vorst des nachts,
overigens temperatuur om het
vriespunt.
Waarnemingen te Rotterdam van
hedenmorgen 11.30 uur
Barometerstand: 767.9 mm.
Windrichting O-N-O; kracht: 2.
Temperatuur: 1.8° c
Weersgesteldheidbetrokken.
Maximum temperatuur (voorge
komen lusschen 8 u. gisteren en
8 uur hedenmorgen)6.0° C: min
0 8 r