KAMERLEDEN werken voor allen Een medicus in de politiek Hoe men moet stemmen? Inferieure Methode DINSDAG 14 MEI PAGINA 4 STAATKUNDIG DEDEN WE ONZEN PLICHT LEIPZIGER MESSE DE P. v. d. ARBEID EN DE VERKLARING DER BISSCHOPPEN Een onzer lijst-trekkers. Het volksgezondheids- plan LET OP LIJSTNUMMER 2 Onder Schaepmans bezielende leiding hun staatkundige emanci patie bezegelend, hebben de Katho lieken in Nederland zich in een eigen politieke partij aaneengeslo ten en daardoor, duidelijker dan redevoeringen en geschriften ver mochten, den landgenoot getuige nis gegeven van hun verlangen om •an de katholieke levens- en we reldbeschouwing recht te doen we dervaren, aan hun beginselen een Soo groot mogelijken invloed te verzekeren in ons Staatsbestel. De Here leuze van hun aanvoerder, Credo pugno, volgend, sterk door >un overtuiging, wierpen zij zich midden in den strijd. En zij stre den hem met eere. Onze parlemen taire geschiedenis ds er om te be wijzen, dat de vertrouwensmannen van Katholiek Nederland nooit hun medewerking onthielden daar waar het gold door middel van de wet geving verbetering te brengen in de maatschappelijke toestanden. Alle groote sociale wetten werden mede door hen tot stand gebracht, alle voorzieningen, noodig tot op lossing van het sociale vraagstuk, konden rekenen op hun steun. „Wij Kamerleden moeten wer ken voor allen", was Nolens' stel regel, „maar voor de zwaksten het hardst.'' Aldus verwierf Nederland rich op sociaal gebied de eereplaats aan der volkeren spits. Het is waar, dat wij ons daar niet op beroem der.. Omtrent het goeds, dat hier tot stand komt, zijn wij, zelfs te genover den landgenoot, wel wat al te terughoudend. Maar hij, die de gelegenheid had om van tijd lot tijd, anders dan oppervlakkig, rond te kijken in het buitenland en, waar dan ook, b.v. met de woningtoe standen kennis maakte, zal weten, dat nergens in den vreemde de volkshuisvesting op het peil staat, dat zij m ons land wist te berei ken. Aalberse vooral en Neder land kan hem er nooit dankbaar genoeg voor zijn is hier de stu wende kracht geweest en hij bracht zijn zegenrijk werk tot stand door het aanmoedigen en steunen van het particulier initiatief. Afkeerig v*n staatssocialisme, streefde hij er «aar het volk zoo veel mogelijk door eigen kracht en eigen arbeid' in zijn sociale behoeften te laten voorzien, maar het wist dan ook, dat het, zich inspannend, op de helpende hand van de Overheid kon vertrouwen. Door dit groote beginsel liet ook de Katholieke Kamerfractie, van Schaepman af tot heden ten dage, zich altijd lei den en dat het nog immer ten grondslag ligt aan het sociaal-poli tieke streven van d>e Katholieke partij bewijst het programma, kaarmede wij den verkiezingsstrijd kin ingetreden. Wie van volkshuisvesting spreekt. Ibnkt onmiddellijk aan volksgeluk In volksgezondheid. Is het niet aan den huiselijken haard, dat onze mannen en vrouwen en kinderen hun wezenlijk geluk moeten vin den en, Goddank, in Nederland ook bij voorkeur zoeken? Is het niet daar. dat de bron ligt voor nieuwe lichamelijke en zedelijke kracht? Is de huiselijke haard niet de kweekplaats en de beschermer van het godsdienstig leven? Van daar dan ook, dat onze Partij aan het vraagstuk -der volksgezondheid in zijn vollen omvang zoo zeer haar aandacht schenkt. Zij heeft dit altijd gedaan en zij gaat er mede voort. Wij deden slechts een greep uit vele bewijsmiddelen. Waarlijk, Katholiek Nederland behoeft zich zijn staatkundig verleden niet te schamen. Zeker, ook wij maakten fouten, ook wij hadden onze te kortkomingen, maar ons streven vernieuwing ,dde noodig is, zullen zij arbeiden in eensgezinde saam- hoorigheid met de ouderen. In de eerste rijen der bouwers van Ne derland zooals het moet worden, zullen, naast alle goedwillenden, de Katholieken staan, met de liefdé en den dadendrang, die opbloeien uit het altijd jeugdig idealisme, door hun beginselen gevoed. En zij toonen zich trouw aan den ouden regel, veelmaals beproefd en altijd deugdelijk gebleken: WIJ BLIJ VEN EEN. TOT HEIL VAN LAND EN VOLK EN TROON. Mr. Dr. L. N. DECKERS. In het Zuiden werd dezer dagen een pamflet van 8 bladzijden ver spreid, dat den misleidenden titel da-aagt: De Katholiek", waaronder een kleinere in minder vette let ters „in de Partij van den Arbeid'.' In den l'inker-bovenhoek staat Schaepman's devies Credo Pugno" afgedrukt. Het geschrift, dat niettegen staande de papierschaarsehte het formaat van een klein weekblad heeft, is een uitgave van de Partij van den Arbeid, Tesselschadestraat 31, Amsterdam-W. De roode of rose vos heeft zich in een katholieke vacht gehuld en doet zich voor als behoorende tot de kudde, welke luistert naar de leiding der geestelijke herders Groote koppen als: vvangelisch socialisme, Godsdienst en Politiek, geer afzondering enz., alsmede ci taten uit Immortale Dei" en „Quadragesimo Anno" zijn mislei dend voor den argeloozen leek, die niet in staat is den inhoud, jvelke wemelt van onwaarheden en onjuistheden, critisch te lezen. Het Is immers niet waar, zooals het hoofdartikel beweert, dat de strijd van de katholieken in het verleden eerder een praciische noodzaak dan een zaak var. be ginsel is geweest. Het Is niet waar, dat Katholiek zijn voor 1940 nage noeg met conservatief zijn gelijk stond. Het ts niet waar, dat de Partij van den Arbeid de eenig werkelijk nieuwe partij in Neder land is, die geen voortzetting van de S.D.A.P. is, zooals de Kath. Volkspartij een voortzetting van de R.K. Staatspartij zou zijn. Bijna op iedere bladzijde wordt de waarheid verdraaid, en het mis bruiken van pauselijke documen ten in dienst van politieke doel einden is een valsche en inferieure manier van propaganda-voeren. En dat nog wel door personen, die hoopten dat het geen onverkwik kelijke verkiezingsstrijd zou wor den. Aan de Leipziger Messe wordt dit, jaar deelgenomen door ongeveer 3000 exposanten, waarvan 300 uit de Britsche bezettingszone in Duitschland. De voornaamste producten, welke dit jaar worden tentoongesteld, zijn machinaal vervaardigde producten, die in coöperatieve winkels ver kocht moeten worden en produc ten die ten behoeve van den weder opbouw vervaardigd zijn. Het presidium van de P. v. d. Arbeid legde een in eerbiedige bewoordingen gevatte verklaring af naar aanleiding van het jong ste schrijven van de bisschoppen in verband met de verkiezingen. Daarin komt de uitspraak voor, dat het stemmen op Candida ten van de Partij v. d Arbeid, die zich door christelijke normen op 't ter rein van wetgeving en bestuur laten leiden, „niet door een verbod is getroffen, aangezien het tegen deel niet is uitgesproken". Van een uitdrukkelijk „verbod" is in het bisschoppelijk schrijven inderdaad geen sprake, maar aan het eenvoudig gezond verstand van ieder wordit overgelaten om uit te maken, of deze uitlating van het presidium in overeenstemming is met het inzicht van de bisschop pen, blijkend uit hun verklaring: de Katholieken „moeten het zich tot plicht rekenen, slechts die per sonen te kiezen waarvan zü met recht mogen verwachten, dat zij zich op het terrein van wetgeving en bestuur zullen laten leiden door deze normen (n.l. de zedelijke normen van het Christendom), welker naleving naar onze over tuiging in de gegeven omstandig heden het best gewaarborgd wordt door de Katholieke Volkspartij'^ Daarenboven, het presidium weet heel goed, dat wij tegenwoordig nu eenmaal stemmen niet op per sonen, maar op lijsten. Door onze stem uit te brengen op een per soon, stemmen wij meteen op een serie van menschen, onder welke er, met name onder de candidaten van de P. v. d. Arbeid, velen zijn, die aan den eiseh van de bisschop pen volstrekt niet voldoen. K.R.O. EN VERKIEZINGS PROPAGANDA Het alg. secretariaat der Kath. Volkspartij deelt ons mede: Van talrijke zijden wordt onze aandacht gevraagd voor de beperk te wijze, waarop de K.R.O. in zijn program zendtijd ter beschikking stelt ten behoeve van de propa ganda der Kath. Volkspartij. Voorop sta, dat de K.R.O. zich gaarne bereid verklaard heeft zijn medewerking te verleenen aan de verkieizinigsactie der Kath. Volks partij. Het is echter tevens ge- wenscht er op te wijzen, dat de Kath. omroep zich wensdht te hou den aan de aanwijzingen der re- geering en het iB in het bijzonder herhaald in een nadrukkelijk schrijven van den Radioraad, die den huldigen ongewenschter. toestand op dit terrein naar voren brengende er „met den meesten nadruk op wijst, dat de ornroep- vereenigingen, overeenkomstig de aanwijzingen der -regeering, de grootst mogelijke soberheid ter zake moeten betrachten". De K.R.O. wil zijn correcte hou ding handhaven, ongeacht onjuiste methoden van anderen. D'e Kath. Volkspartij, het stand punt van den K.R.O. waardeerend. is eveneens van meening, dat men zich dient te houden aan de door de regeering gegeven aanwijzin gen. Men had verwacht, dat de Partij van den Arbeid hetzelfde inzicht had getoond en hoopt, dat zij alsnog tot dit inzicht zal komen. Etten, een klein plaatsje in de buurt van Breda. Een mooi Brabantsch dorp. Zoo'n dorp, waar een medicus meer is dan een man, die zijn patiënten al leen ziet wanneer zij heel erg ziek zijn. De dokter van Etten, ofschoon verre van „oud", is een huls arts van den ouden stempel. Een man, die ieder van zijn patiën ten kent de vaderlijke vriend van] heel het dorp. D'ie^ huisarts, dat is dr. C-h. Mol, een nog betrekkelijke jonge, iet wat robust gebouwde man. Ern stig, zelfs wanneer hij een luchtig gesprek voert. Ernstiger dan men gemeenlijk van een Brabander verwacht. Maar toch iets vrienden lijks, iets gemoedelijks in de groote oogen onder de zware wenkbrauwen. Wonderlijk, dat deze man, die behalve dat hij na zijn artsexamen nog eenigen tijd in Weenen stu deerde en ge rende den vo- rigen oorlog eenigen tijd werkte in 'n militair tuber- culose-hospi- taal in Tsjecho- Slowakije, geen andere dan de normale loop baan van een goed huisarts met groote be- belangstelling r» ni. ut i voor de alge- Cfc. Mol meene proble men van de gezondheidszorg volgde. Weliswaar bracht die be langstelling voor algemeene pro blemen hem iln het medisch orga nisatie-leven naar voren. Hij werd1 voorzitter van het Wit-Gele Kruis in Brabant en na den dood van mr. Verschuur waarnemend voor zitter van de federatie der katho lieke Krui-s-vereeniigingen: hij kreeg namens de Maatschappij van Geneeskunde zitting in de Centrale Commissie van de Volks gezondheid, maar dat alles had niets te maken met een politieke loopbaan. Dr. Mol heeft nooit be hoord tot het genus politieke me dici, die heel hun leven lang hun aandacht verdeelen tusscihen de geneeskunde en de politiek en daarom noch een goed geneesheer noch een goed politicus zijn. Dr. Mo-1 is geneesheer geweest. Meer niet. En via de geneeskunde, komt mj in de politiek en nu hij in de politiek treedt, gaat zijn be langstelling ook in groote trekken naar de geneeskundige onderwer pen uit. Hij heeft de overtuiging, dat de zorg voor de volksgezond heid eerlang een groote plaats zal innemen in de politiek en dat het dus van beteekenis is. dat iemand, wien de volksgezondheid als me dicus ter harte gaat dus niet om allerlei sociale denkbeelden te verwezenlijken zich aan de po litiek gaat wijden om staatkundig de beste wesen te vinden tot be hartiging van de volksgezondheid. De komende legislatieve Het kan zijn nut hennen, vooral nu zooveien aan de stemnus zullen was altiid 'gericht op het waarach-1 verschijnen, die voor de eerste tig geluk van het volk en willens en wetens lieten wij niets achter wege wat zijn welzijn kon ver- hoogen. Een „niet-volk" werden de Ka tholieken eens gescholden, nadat men hun jaar en dag schier elker. «fficieelen invloed had onthouden. Maar dit schaadde noch hun ver draagzaamheid jegens den anders denkenden medeburger, noch hurt liefde voor het gemeenebest en zoo dra dat „niet-volk" zijn krachten kon ontplooien heeft het bewezen een levenskrachtig deel der Neder- landsche natie te zijn en zich in vaderlandsliefde niet te laten over treffen. Dat die liefde ook tot of fers bereid is. hebben de Braibant- •che en Limburgsche jongelingen geleerd, die zich, toen het Zuiden was bevrijd, bij drommen aanmeld den voor den dienst bij leger en marine. Ook ons verleden als Va derlander mag door een ieder wor den gekend. Gegeven dit alles, is het nauwe lijks denkbaar, dat jonge Katho lieken, diie tot onze vreugde de ge lederen der kiezers zijn komen Versterken, zouden aarzelen hun «tem aan de katholieke lijsten te geven. Gedurende den barren oor logstijd dachten zij welhaast lede ren dag, niet zonder heimwee, terug aan Nederland bij den aanvang van 1940. Op dat Nederland had- den ook de Katholieken hun stem pel .gedrukt. Aan 't herwinnen van 't vele goeds, dat verloren ging, zullen zij medewerken en aan de maal m hun leven hun plicht ais kiezer gaan vervullen, in het Kort een uiteenzetting te geven van de techniek van het stemmen. Vooraf ga de mededeeling, dat kiezer is elke Nederlander, die voor of op 31 December 1945 den leeftijd van 23 Jaar bereikt heeft, op 5 April 1948 in net bevolkingsregister der gemeente opgenomen is en niet tengevolge van wettelijke voor schriften van de uitoefening van het kiesreent is uitgesloten. In den goeden ouden tijd, d.w.z. bij verkiezingen vóör den oorlog, ontving elke kiezer tijdig voor den dag der stemming van den burge meester der gemeente, op welker kiezerslijst men voorkwam, een kaart bevattende een oproeping voor de stemming en tal van bij zonderheden o.a. betreffende de plaats waar de stem moest uit gebracht worden, de uren waarop het stemlokaal was opengesteld en de lijsten van candidaten ln de volgorde der nummers. Gewapend met deze oproepkaart vervoegde men zich dan op den bepaalden datum aan net aange wezen stembureau om zich van zijn klezerspllcht te kwijten. Dit was de gang van zaken vroeger en voor net grootste ge deelte van het land is deze Hetzelfde gebleven. JSr zijn echter dezen Keer eenlge gemeenten, waarin het anders gaat, waar de kiezers n.l. geen persoonlijken oproep zullen ontvangen. Daar geschiedt de oproep door openbare kennisgeving van gemeentewege. Deze gemeenten zijnAmsterdam, Rotterdam, Utrecht, Groningen, Haarlem, Nij megen, Dordrecht, Venio, AimkerK en Uemmel. In deze gemeenten ontvangen üe kiezers dus geen persoonlijken oproep, doch vinden zjj de noodige gegevens omtrent stemlokaal, uren van stemming, eanüidatenlijsten enz. op gemeentelijke aanplakbiljet ten of in aan huls bezorgde circu laires en rolders. In genoemde plaatsen zal de Kiezer, wanneer hij op het stembureau komt, ter ver krijging van een stembiljet zich ten genoegen van den voorzitter van het stembureau moeten kunnen legiti- meeren. Dit kan geschieden door overlegging van de tweede distri- butiestamkaart, die ter gelegenheid van de reconstuctie van net bevol- kinsregister van een controle-zegel voorzien is. Indien de Kiezer niet in staat is, deze stamkaart te toonen, bijvoorbeeld ingeval deze stamkaart by den distributiedienst Ingeleverd is, kan de voorzitter van net stemDureau genoegen nemen met een ander dergelijk bewijs ais ontvangstbewijs van den distributiedienst, paspoort, persoons bewijs enz. Dus op den dag der stemming, 17 Mei, gaat dè kiezer tusschen 8 en 17 uur, naar net hem opgegeven stemlokaal met zijn oproepkaart, tweede distributie-stamkaart of andere legitimatie-papieren, welke hij aan den voorzitter van het stem bureau overhandigt. Hij ontvangt dan een diebt gevouwen stembiljet, waarmee hg zien naar een der in het lokaal gemaakte stemhokjes begeeft. Hier ontvouwt men zgn stembiljet en zoekt rustig den naam op van den candidaat, op wien 'men zgn stem wil uitbrengen. Op het stembiljet staan de candidaten- lijsten afgedrukt in volgorde en met vermelding van nummer, doch zon der aanduiding van politieke party Men zoeke dus niet naar de aanduiding „Kath. Volkspartij" hoven een lijst, want die aandui ding is er niet. De Kath. Volks partij heeft lgstnummer 2, dus men neemt de tweede lijst met candidaten en brenge zgn stem uit op een der namen bü voor keur op den eersten van Rijst 2. Men doet dit door het witte stipje in het stemvak vóór den naam van den candidaat zijner keuze rood of zwart te maken met het pot lood, dat daarvoor in het stemhokje aanwezig is. Daarna vouwt men het stembiljet dicht naar de zijde waarop de namen der candidaten zgn gesteld, en begeeft men zich naar de stembus, waarin men het biljet ten slotte deponeert. Daarmee heeft men aan zijn plicht van kiezer voldaan. Mocht men zich bij de invulling van zijn biljet vergist hebben, dan kan de kiezer eenmaal een nieuw stembiljet by den voorzitter van het stembureau aanvragen, mits het eerst, over handigde door hem wordt terugge geven. Wanneer blijkt dat een kiezer lichamelijk hulpbehoevend is, kan de voorzitter toestaan dat hg zich dqgt bijstaan. Men bedenke, -dat slechts één stemvak van het stembiljet op boven omschreven wyze mag worden ingevuldhet is niet geoorloofd nadere aanduidingen op het biljet aan te brengen. Vqorts wijzen we er nog op, dat er een opkomst-plicht bestaat, zoo dat men by ae wet verplicht Is zich op het aangegeven stembureau aan te melden. Om het werk van de propagandis ten te verlichten zouden de kiezers er goed aan doen om, indien ze dit maar eenigszins kunnen, reeds in de morgenuren te stemmen, periode sal voor de volksgezond beid niet zonder belang zijin? Inderdaad niet. Ik verwacht van de komende wetgevende pe riode de totstandkoming van het volfcsgezomdheidsplan, dat wij reeds in de organisaties hebben voorbereid en dat de coördinatie] in de veelheid der bestaande or ganisaties en diensten op het ge bied van de volksgezondheid tot stand zal brengen. Coördinatie dus ook tusschen het werk van de Overheid en de particuliere activiteit. De bedoeling is, dat wij tot de stichting van districtsge zondheidsdiensten komen, die in verschillende afdeelingen alle zorg in een bepaald district op een ge bied vereenngt. Zoo zullen deze districtsgezondheidsdiensten een afdeeling krijgen, die op het ge zondheidsapparaat betrekkin1? heeft, een ander voor de finan ciering van dit apparaat, een der de voor de medisdhe contröle, die op het oogenblik in tal van so ciaal-hygiënische wetten wordt gevorderd enzoovoorts. Denkt U zich dit votksge- zondheiidsplan en deze districts diensten als overheidsorganen? Zeer beslist niet. Integen deel, het lijkt mij van het groot ste belang en mijn grootste zorg zal er dus ook op gericht zijn ertegen ie waken, dat dii alle* niet een vorm van Overheids zorg wordt. Men kan hei als een soort Beveridge-plan beschou wen, maar dan volkomen in Ne- derlandschen geest, Sn dien zin, dat particulier initiat'ef de lei ding blijft houden. Uiteindelijk stel ik mij voor, dal de Gezond heidsdienst een publiekrechtp'h"k orgaan wordt, dat onder lo zicht van de Overheid volkomen zelf standig handelt, waar de Over heid dus volkomen haar wet gevende bevoegdheid aan dele geert. •—Een soort Beveridge-plan dus? Als U het zoo wilt beschou wer;, ja. Maar met dit verschil, dat de Overheidsbemoeiing in het plan, zooals wij ons dat voorstel» len, in tegenstelling tot het Beve ridge-plan tot een minimum is teruggebracht. U noemt als een der afdee lingen van de districtsgezondheids- diensten de financiering der. gezondheidszorg. Doelt U daar mede óp dte ziekenfondsen? Inderdaad. In die algemeene coördinatie, die het volksgezond heidsplan beoogt, zullen ook de ziekenfondsen moeten worden op genomen. Het opnemen in deze coördinatie zal iln ieder geval moeten leiden tot een sterke ver eenvoudiging in het ziekenfonds wezen. Het is ten eenenmale een algemeen erkende ongezonde toe stand, dat er óp het oogenblik in ons land meer dan 600 ziekenfond- sen bestaan, düe allemaal hun eigen administratie en hun eigen incasso hebben, hun eigen tarie ven en hun eigen manier om met de medici om te springen. Dat ijs een verspilling van geld er. ener gie, die wij ons op het oogenblik onmogelijk kunnen veroorloven. Een vereenvoudiging zal waar schijnlijk niet zoo moeilijk tot stand té brengen zijn, wanneer in het volksgezondheJdlsplan bepaal de regels gesteld gaan worden om trent de voorwaarden en tarieven, zoodat de ziekenfondsen onderling] weinig of niet meer kunnen af wijken en het dus weinig ziin meer heeft de vergaande verdeeldheid op dit punt te handhaven. Denkt U, dat er dan ook aan leiding bestaat om de interne or ganisatie van het ziekenfonds te wijzigen 'in dier voege, dat de arts nrfeeir zeggenschap erin krijgt? Het is op het oogenblik in derdaad zoo, dat de arts min of meer de dienaar van het zieken fonds is en aangezien op het oogenblik door de bepalingen van het ziekenfondsfoesluit nagenoeg 80 pet. van het Nederlandsche volk in de ziekenfondsen georga niseerd is. schept dat voor den arts een groote mate van afhanke lijkheid van het ziekenfondsappa raat. Dat is geen gezonde toestand en reeds is een eerste stap op den weg der verbetering gezet door de stichting van een ziekenfondsraad:, waarin de artsen als één der be langhebbende partijen zitting heb ben. Naar mijn meendng is het niet onmogelijk tot een reorganisatie te komen, waarbij de arts niet meer dienaar is doch wel degelijk mede zeggenschap in de leiding ver krijgt. Dat lijkt mij een veel g» zondere toestand. De totstandkoming van dit allea verwacht ik inderdaad in de eerst komende legislatieve periode en daarom lijkt het imij van zoo groot belang, dat juist nu een arts mede zijn invloed kan doen gelden in de bepaling van het beleid de* Katholieke fractie. Het is niet om dat ik mij met de politiek wil be moeien, maar omdat de politiek thans belangrijke stappen gaat zet ten op het terrein van de volks gezondheid, dat ik meende mij niet aan een cahdidatuur voor de Kamer te mogen onttrekken. Ik hoop goed werk voor onze volksgezondheid te kunnen verrichten.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1946 | | pagina 4