als dit nog spel mag heeten De jongste der orkestleiders De houding van Maj. Breunese DINSDAG 2 JULI 1946 PAGINA 4 WET SPEL BEGINT PAUL HUPPERTS IN ERGERLIJKE MATE ALS GOED VADERLANDER TE KORT GESCHOTEN ZEGENING VAN DE ZEE Een der meest treffende tooneelen uit het spel: Christus neemt afscheid van Zijn Moeder. BIJ DE PREMIERE VAN DE TEGELSCHE PASSIESPELEN Het is niet geheel onmogelijk, dat zich eens, misschien over hon derden jaren, wanneer de kippen, hokken in Noor<l_ 1, lm bu rg niet langer menschenwoningen zullen zijn en de oorlogsellende zal zijn verstard tot een aantal jaartallen, belangrijk als examenleerstof, om Xegelen een legende gevormd zal hebben, als van het stadje, won derbaar gered door zUn Passie spelen. En wie zal zeggen of het vrome volk moge het dan nóg zoo vroom zijn als dezen Zondagmor gen, toen alle straten vol kerkgan gers waren niet de historische waarheid geweld zal aandoen door te gewagen van een, die opstond uit hun midden en in den laatsten oor logswinter de plechtige gelofte deed dat om de vijf Jaren Tegelen, ge. red uit zijn doodsnood, opnieuw den Heiligen Doodsstrijd en het Sterven van Onzen Heer verbeelden zou. Weliswaar verschrijft men zich niet meer in gedenkboeken en ar chieven en wij zijn zoo rationeel in exacte noteeringen, dat de legende nog nauwelijks een kans heeft; wel licht zou het er ook mee gaan als met de Carnaval-viering in dit stadje, waar enkele inwoners im. mers begin '45 beloofden dat Tege len in geen vijf en twintig jaar car naval vieren zou, zoo het gespaard werd, maar temidden der betrekke lijke gaafheid van de huizen, gaan nu reeds stemmen op dat deze ge. lofte niet bindend was, omdat niet allen erin gekend werden Dat vertelde de kapper me al thans, die me ook het verhaal van Judas deed, Judas, die fout was en zijn tooneelrol ook consequent in zijn politieke leven doorspeelde en nu dus consequent in het kamp zit, „maar zoo'n goeden Judas krijgen we nooit meer, nee mes goed, meneer? hij wós fout, daar niet van, maar spelen1" En zoo zaten we, zelfs ingezeept, al midden in de sfeer der Passie spelen, en bovendien was de vol gende klant .,de Lamme", 'n ruige kop met lange haren en een ster. ken kastanjebruinen baard, en de zen Zondagmorgen gingen we naar de Mis met een jongetje, dat ook meespeelde en op onze vraag naar zijn rol beweerde ,,het volk" te zijn Het was koel in het inwendige van den tempel en de zon, verblin dend scherp op het roerlooze vijver water, waar boven libellen dansten, en wit op het cement van het am. phitheater van 4500 zitplaatsen, kon den grooten zevenarmigen kande laber niet bereiken Naast ons in dezen tempel, zat de regisseur van het Passiespel, Andrê Thijssen, die nu al jaren na den dood van den eersten regisseur, Jean Leenders, het spel leidt en telkens meer dan een jaar vóór de opvoeringen, bijna avond aan avond de zorgen om zijn ijzergieterij ver geten moet, om samen met den Christus-vertolker, die een sclhil. derszaak heeft, en samen met Pe trus, die een pluimveebedrijf be. zit, en samen met al de andere gewone" Tegelaars op te gaan in het grootste en heerlijkste drama aller tijden. „Wij zijn allemaal maar dilettan ten...", beweert hij, „iedereen geeft hier wat in hem is; we hebben geen hoofdrollen en ook geen hoofdpersonen; het is het spel van een gemeenschap". In 1927 werd in Tegelen voor het eerst een openluchtspel opgevoerd en ook de jaren daarna volgden spelen van een meer geestelijk ka rakter tot in 1930 de opvoering een debacle werd en velen het vertrou wen verloren in de verwezenlij king van dit jaarlijks genomen ini tiatief. In datzelfde Jaar bezocht eën studiecommissie de Passiespe len in Oberammergau en het jaar daarop werd voor de eerste maal het Tegelens Passiespel opgevoerd haar 'n tekst van Pastoor v. Delft Via 1931 en 1932 groeide het spel tot de reeks voorstellingen in 1935, toen niet minder dan 80.000 bezoe kers werden geteld. Van het prachtige theater, dat in het rampjaar toch nog zeer veel menschen trok een in 1934 opge richte Stichting stelde de Spelen vast met een tijdstusschenruimte van vijf jaar was na den oorlog niets meer over. De tempel was af gebroken, de beide paleizen die deze flankeerden, lagen tegen den gronder stond niets meer dan een paar voet fundament, alle zit plaatsen waren verdwenen, vele re- quisieten, alle vijfhonderd paar sandalen, zelfs de drie kruisen op Golgotha waren onvindbaar De stichting bleef niet temidden van het puin zitten en nu ruim een jaar na de bevrijding beschikt men over een tempel, schooner en weid- scher dan den ouden, een geheel nieuw opgebouwd amphitheater, en het aantal medespelenden sinds de eerste opvoering van 200 geleidelijk gestegen niemand werd in den oorlog gewond of gedood bedraagt nu ongeveer vijfhonderd man. De enorme taak om deze massa's te regisseeren wordt gedeeltelijk ver licht door een uitgebreid systeem van electrische waarschuwingslam pen, die op diverse plaatsen achter het tooneel zijn aangebracht en die bediend worden vanuit een centraal punt. „Ja, tooneelik heb er steeds liefhebberij voor gehad; vroeger op college in Roermond al, toen ik voor 't eerst engeltje mocht zijn in Jo seph in Dothan, met echte veeren vleugels en een lang wit' kleed Maar we zijn maar dilettanten en daarom hebben we zooveel aan Frits van Dijk gehad, die hier de laatste maanden geassisteerd heeft en over heel wat meer vaktechnische erva ring beschikt dan wij In de verte gie*t een fabrieks sireneU wilt me wel excu- seeren?" Het is de ijzerfabriek. De voorstelling. Meer dan 4000 menschen volgden Zondagmiddag onder een brandende zon, waartegen zij zich gedeeltelijk met zakdoeken beschermden, onge veer vijf uur lang, in haast onaf gebroken gespannen aandacht en eerbiedig medeleven Christus* laat. ste levensdagen, en nauwelijks was er eenig ander geluid onder dit spel der spelen als dit nog spel mag heeten dan het ruischen der hooge boomen rond het amphitheater en de stemmen uit het oude Evan gelieverhaal. En de inleiding van dit artikel herlezend, schijnt ons deze een oogen- blik haast te profaan, want toen de lange rei van maagden aan twee kanten het tooneel opschreed en in het witte, lange kleed onder den paarsen Overmantel zoo treffend sober afgestemd tegen den grauw verweerden achtergrond der palei zen en de rijzige tempelzuilen van het oud Jeruzalem den Heiligen Geest om licht en bescherming smeekten over het spel, kwam in de ruischende stilte een wijding, die de grijze proloogzegger daarna samen vatte in deze twee regels „Wij doen 't uit liefde: dies sta God ons bij Aan Hem de eer; de schande dragen wij". Maar misschien wordt het profane dezer inleiding opgevangen door" het „profane" gedeelte der vertooning en dan moeten wij u vertellen hoe wij 't jongetje terugzagen, nu in een helkleurig kleedje, straatvlegel, maar in de straten van Jeruzalem en juichend met zijn palmtak en joelend nieuwsgierig bij den toe loop van het grauwen terwijl wij aanvankelijk even aarzelden om Tegelen als gemeenschap te betrek ken in dit vroom getuigen hoe vaak wordt dit niet geidealiseerd in een heimwee naar een nieuwe ge neratie kathedralenbouwers nu wij de meer dan vijfhonderd spelers hebben gezien, de kinderen van twee en drie jaar op de armen hunner moeders en gebogen ouderlingen diep in de zeventig, aarzelen wjj nog nauwelijks oral het groote woord gemeenschappelijke roeping uit te spreken. Hier ligt inderdaad de mogelijk heid voor een der glamzendste tra dities van Katholiek, van Christelijk Nederland. Het zooi zeker niet in den geest van het Spel zijn oral uit dit wonder lijk mysterieus Evangelieverhaal de afzonderlijke vertolkers naar voren te halen. Men kan lof hebben voor de Christusfiguur, wonderlijk zacht tot in het melodieuze van zijn licht Limibungsch aceent en een enkede maal zelfs sereen als de verbeelding van een Jeroen Bosch, misschien soms een weinig aardsoher met een teveel aan accent op het God-Men. schelijke (maar hoe bovenmensche. lijk zwaar is zijn rol niet!) men kan een Petrus prijzen, rondborstig enthousiast, „mensch vol groote drif ten", en beter in zijn wroegings- scène dan een Judas, die daarin ech ter ver boven de al te traditioneele tekst spelen moest en overigens door gebaar en spel deed huiveren; men kan een Maria loven, in de Golgotha- scène, maar vooral in haar ontmoe ting op den kruisweg (indrukwek kender dan tién onzer beste lijdensmeditatiesal had men haar graag iets minder theatraal gezien bij haar afscheid van Jesusmen kan de Sa.nhecirie ten dankbaar zijn voor hun- waarlijk Goebel-iaansche demagogie hoe actueel is het eeuwenoude Evangeliegestuwd door het op- zweepende sarcasme van 'n Caiphas maar schrijvend voelt men steeds dat hier gewone kuns-tcritische maatsta ven tot een ontwijding worden dit was méér dan een geestelijk Spel, dit was hét Spel der spelen en de wetten der m-ensehelijke, twintigste eeuiwsche aesthetica reiken -minder ver. En wie het kleurige volk bewon deren mocht, barstend uit Jeruza. lems poorten en wien de eenheid en de ijver en dg toewijding zonder een spoor van hoovaardigheid (en dit is zeer belangrijk) opvielen, weet dat hier een welhaast eenige kans ligt voor een gemeenschapstraditie, dat hier „een kathedraal gebouwd kan werden" in den loop der lange jaren; 't theatrale zal er ook geestelijk uit wegslijten, de tekst van pater AP. VICARIS VAN MEDAN JUBILEERT Bij decreet van de H. Congregatie tot voortplanting van het Geloof van 20 Juni 1921 werd P. Mathias Brans O.F.M. Cap. benoemd tot Ap. Pre. feet van Sumatra. Deze maand heeft Migr. Brans dus reeds 25 jaar lang de leading van deze missie op Su matra, die sinds 1924 beperkt werd' tot het noordelijke gedeelte. Bij decreet van 21 Juli 1932 werd Mgr. Brans tot Ap. Vicaris benoemd. Sinds 23 Dec. 1931 werd het „Vica riaat van Padong" door Rome ge- wij zigd in Vicariaat van Medan". Mgr. resideert dus nu in Medan, de nieuwe hoofdstad van Sumatra. Hij viert daar nu zijn jubilé van 25 jaar kerkvoogd, zij het dan niet in een bisschoppelijk paleis, zelfs niet in een eigen huis van de missie,, maar in het paviljoen, dat hem in het Rapwi-kamp in Medan is toege wezen. Alles is hij kwijt; zijn bis. schopskruis heeft hij in de gevan genschap verkocht om den honger dood te ontgaan. Nu krijgt hij een nieuw van de geallieerde soldaten. Doch ook zijn weldoeners In het va derland zullen dezen zwaar getrof fen missiebisschop niet vergeten! Schreurs zou zonder schade meer lapidair" kunnen worden in de bon dige diepzinnigheid van het Evange lie zelf en ondanks vele prachtige regels door een verlies aan literatuur zeer veel winnen. Maar ook al deze opmerkingen doen slechts onrecht aan een geheel dat in zijn hoogte punten beurtelings verstild w-as als de 'gothiek der primitieve Middel eeuwers, huiveringwekkend in zijn psychologische afgronden hoe arm zijn wij thans! innig in zij% ge. loof en zoo vermorzeld door berouw dat de zakdoeken der toeschouwers niet slechts als bescherming tegen de hitte dienden. Men kan Tegelen slechts geluk- wenschen. J. W. H. Geen enkele concertbezoeker zal onbekend zijn met de impasse, waarin het Ned-erlandsch muziek leven is geraakt tengevolge van zuiveringsacties en andere weeën door god Mars verwekt- In het bijzonder zijn de orkesten getroffen doordat énkele promi nente dirigenten hun op deze wijze ontnomen of ontvallen zijn, en tot ■welke rare sprongen de aldus in-'t nauw gebrachte orkestbesturen kunnen geraken, daarvan leverde Rotterdam nog dezer dagen een onverkwikkelijk tafereel. Des te meer verheugt het ons onder de velen, die zich geroepen achten een orkest te leiden maar in de praktijk daartoe niet de uit verkorenen blijken te zijn, een witte raaf te ontdekken, van wien men aanstonds op overtuigende wijze kan zeggen, dat hij eep ge boren orkestleider is- De 27-jarige Maastrichtenaar Paul Hupperts is een orkestleider bij Gods gratie, mogen we wel zeggen- Hij was de eerste, die het middel baar staatsexamen voor koor- en orkestdirectie dat tot dusver al leen theoretisch bestond met goed resultaat aflegde, hij was -de eerste en is tot nu toe de eenige De oorzaak van dit merkwaardig verschijnsel in ons muziekleven is Nu majoor Breunese aan den Ned bond voor lich opvoeding verzocht heeft, hem tijdelijk in zijn functie van icider der afstandsmarschen te doen vervangen, daar hij van mee ning is, „dat dit jaar macht voor recht moet gaan", en het bondsbe- stuur geen moeite genomen heeft inzage te nemen van het dossier onder berusting van den minister van oorlog, heeft deze nader uiteen gezet, dat de wijze, waarop de heer Breunese, als commandant van den opbouwdienst c.q. Arbeidsdienst is opgetreden, hem tot zijn besluit heeft geleid. Uit het beschikbare feitenmate riaal is te wijzen op een schrijven, dat op 1 October 1940 van dien commandant is uitgegaan en waar in hij bericht, dat voor 200 officie ren, 50 onderofficieren en 3000 man dé gelegenheid is opengesteld als vrijwilligers opgenomen te worden in de „S. S. Standarte Westland". Op den „Leidersdag", gehouden op 31 Juni en 1 Juli 1941 in Musis Sacrum te Arnhem, heeft comman dant Breunesse o.a. gezegd „Ik kan rnjj niet voorstellen, hoe een Nederlander, met zijn eigen schap van nuchterheid en zijn nuch ter verstand, nu nog gaat wikken en wegen: aan welke geesteszijde ben ik verplicht mij thans te plaat sen, want als wij aan den verkeer den kant gaan staan, wanneer wij niet aan den geesteskant gaan staan van Duitschland, dat thans het bolsjewisme aangrijpt, maakt Nederland zich schuldig aan geeste lijke klaplooperij". In een „Leidersbrief" van 18 Juli 1941, heeft de commandant van den Ned. Arbeidsdienst, Breunese, aan gegeven, dater is „maar één weg, één methode n.l. in lotsverbonden heid met de germaansche volkeren van Europa te arbeiden aan een nieuwe toekomst". In een algemeen voorschrift, dat van dien commandant uitging, leest men: ,,Op deze wijze moet men tot de slotsom komen: dat Nederlan ders en Duitschers over dezelfde raskenmerken beschikken en der halve als bloedverwante volken tot een steeds nauwere gemeenschap geschikt zijndat het van nu af aan steeds een „met elkander", nooit meer „tegen elkander", maar ook nooit m«pr een „naast elkaar" leven zal zijn; en dat de Nederlan ders uit innerlijke overtuiging en met hun geheele persoon hun schou ders zullen moeten zetten onder het grootsche werk van den opbouw van onze gemeenschappelijke germaan sche belangensfeer en daardoor van een nieuw Europa". Deze uitlatingen, gedaan na lan ger dan een jaar bezetting, achtte de minister in strijd met de gees teshouding die men van een offi cier, die den eed van trouw heeft afgelegd aan H M. de Koningin, mocht verwachten. Derhalve oor deelde hi) het ongewenscht, dat bij de Vierdaagsche Ned, militairen zouden moeten defileeren voor een leider, die in zoo ergerlijke mate als goed vaderlander is tekort gescho ten. Paul Hupperts niet moeilijk te achterhalen: Tot voor slechts enkele jaren werd er op onze Conservatoria aan opleiding van .orkestleiders niet gedacht en bestond er alleen in Maastricht o-l.v. Henri Hermans een dergelijke cursus. Eerst 'n paar jaar geleden is men de noodzaak van een dergelijke opleiding gaan inzien, dooh te laat om thans hier reeds de vruchten van te plukken. Hupperts behoort tot de enkele jongeren, aldaar gevormd men denke aan Jordans en Toebosch die den weg, door Hermans ge baand, komen verruimen. Een jaar geleden werd hij be noemd tot koorleider van de .Maas- treechter Staar", 't fameuze man nenkoor van het Zuiden, waarmede hij reeds 'n geheel nieuwen weg is ingeslagen. De oude liedertafelstijl maakt er plaats voor een minder gezwollen, natuurlijker vijze van zingen- Dezer dagen bekrachtigde de Maastrichtsche gemeenteraad zijn benoeming als tweeden dirigent van het Maastrichtsch Stedelijk Orkest. Reeds menig concert, door hem in Limiburg geleid, bracht ons tot de overtuiging met een bijzon der begaafd dirigent te doen te hebben. Als frappante eigenschap pen van Hupperts noemen we: zijn bcheersching en zijn liefde voor hedendaagsche muziekuitingen. ,,Ik zou de eerste twee jaar het liefst mij geheel aan de heden daagsche muziek willen wijden", bekende hij ons dezer dagen, en hij dacht daarbij zoowel aan zijn leeraar Hermans en aan den dirigent van het Belgische Nationaal Orkest; Frans André. Dat de K.R.O. hem met de uit voering van het „Te Deum" van ondergeteekrnde een kans heeft ge geven benoorden den Moerdijk, ver heugt ons bijzonder, omdat eerst nü duidelijk aan een ieder is ge bleken, dat het gro-ote symphonie- orkest zijn domein is, en dat daar bij óók kwam vast te' staan, dat hij als koorleider over bij zon c! "^c kwa liteiten beschikt. Vergissen we ons niet, dan zal hij ook in radio-krin gen spoedig méér van zich doen spreken. MARIUS MONNIKENDAM. COMITÉ „PRO MARIA" Te beginnen met de bedevaart van 15, 16 en 17 Juli gaan de bede vaarten naar Beauraing niet meer via Maastricht. Er zijn regelingen getroffen, dat de pelgrims weer te Bieauring kun nen logeeren. Er kunnen meerdere pelgrims worden medegenomen, aangezien de kwestie van het lo gies is opgelost. Onder een schetterende zomerzon heeft te Oostende de traditioneele zegening van de zee plaats gehad. Een groote menigte nam deel aan de processie, die &b straten van de geteisterde stad doortrok, om zich naar den zeedijk te begeven, ter wijl allerlei schepen voor de kust kruisten. Deze plechtigheid luidt de feestelijkheden in, die te Oostende in den loop van deze maand zullen plaats hebben ter gelegenheid van den lOOsten verjaardag vïtn de ver binding Oostende-Dover en den SOOsten verjaardag van de Baven. PROF. SCHRIEKE IN CASSATIE De bijz. raad van cassatie be handelde Maandag de zaak tegen den oud-secretaris-generaal van het dept. van justitie, prof. mr. J J. Schrieke die wegens hulpverleening aan den vijand door het bijz ge, rechtshof te 's-Gravenhage ter dood veroordeeld is. Mr. Reinhold lichtte namens re- quirant 17 cassatiemiddelen toe. Prof. Schrieke had een zeer uit voerige cassatie_memorie ingediend. De advocaat-fiscaal, prof. mr. Langemeijer, hield een requisitoir van omstreeks een uur en nclu- deerde tot verwerping va be roep De uitspraak werd oepaa u op 21 Juli BURGEMEESTER MATSER GEÏNSTALLEERD Vrijdagmiddag heeft ten gemeen, teh-uize te Arnhem de installatie plaats gevonden van den heer C. G. Matser als burgemeester. Talrijke autoriteiten woonden de buitenge wone zitting vara den raad bij om. minister Van Schaik. De oudste wethouder, de heer J. Bronkhorst, legde, na de teleurstelling van de Party van den Arbeid, dat geen be. kwaam mam uit deze partij was be noemd, te hebbifen geuit, namens het college van B. en W. en den raad de belofte af dat' deze voort willen gaan om op dezelfde prettige, open en ho. penlq-k succesvolle w-ijze met bunge. meester Matser samen te werken tot heil van de stad. Spr. wees erop dat de heer Matser in de periode dat hij waarnemend burgemeester was, de erkentelijkheid en damk van heel de bevolking heeft geoogst. „Nie mand beter dan u zal dan ook ln staat zijn om de nu eenmaal bijna altijd b\j een deel der bevolking ge. wekte teleurstellingdoor een bur gemeestersbenoeming, snel te doem vervagen," aldus de heer Bronlk. horst.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1946 | | pagina 4