EEN AUTEUR
uit de oude school
FRANSCHE PRENTKUNST
KATHOLIEKE STUDENTEN
uit alle werelddeelen bijeen
Bij Sigrid Undset ter kerke
De „Heimat" roept Cesar Franck
Kunstvaria
WOENSDAG 4 SEPTEMBER 1946
PAGINA 4
r DE KANS GEMIST
Pax Romana-congres
te Freiburg
Mgr. Mangers vertelt over
Katholiek Noorwegen
%/2 y "fi* arft*
i DE DUITSCHE MYTHE
L MAAKTE SCHOOL
Vertellers moesten eigenlijk, geen
jonge menschen zijn.
Er wordt wel gezegd dat niemand
voor zijn dertigste jaar een roman
kan schrijvenen daar zit veel waars
in, Hoe dikwijls wagen niet al te
jeugdige auteurs zich, vertrouwend
op nun min of meer verdienstelijk
prozaaan die bij uitstek op erva
ring en rijpheid berustende kunst
om een roman te scheppenook nu
tveer, nu de „zuivere" na-oorlogsche
generatie de pen grijpt. En hoe bit
ter weinig heeft deze jeugd meestal
te zeggent
Levenservaring vergt nu eenmaal
t^jd, veel tijd. Daarom is het zoo
prettig te luisteren naar een oudere,
die deze ervaring wèl bezit, bijvoor
beeld naar den heer A. Jurriaan
Zoetmulder.
Het jongste boek van Zoetmul
der*) is een ouderwetsch boek. Dit
is geen veroordeeling, het is een
lof. Want het wil zeggen dat deze
auteur datgene doet wat eigen is
aan den sterke: zijn eigen weg
§aan, eerlijk, zonder zich te laten
einvloeden door heerschende mode.
Psychoanalyse, expressionisme, sur
realisme, de heer Zoetmulder lapt
het aan zijn laars; hij schrijft zooais
hij dat reeds voor den vorigeri oor
log deed.
Wanneer dit boek dan ook aan
gekondigd wordt als psychologische
roman, dan moet men dit goed ver
staan. Het is God zij dank
geen moderne psychologische ro
man, er wordt niet gewroet in
duistere zielscomplexen. niet tot aan
het ziekelijke toe geanalyseerd, en
psychologisch is het boek alleen in
den zin waarin ook de boeken van
Flaubert of van Dickens psycholo
gisch zijn. Omdat er een menschen-
kenner aan het woord is.
Ook al in tegenstelling tot veel
moderne romans heeft dit boek een
echten held. In den persoon van
Erik Reiner, die zich, mede dank zij
een rijke erfenis, van onbeduidend
kantoorbediende opwerkt tot groot-
Industrieel. sociaal voorman en lei
der van een idealistische politieke
groep. Een principieele krachtige
ongecompliceerde figuur van wien
tnen houden kan.
De auteur slaagt erin de aandacht
steeds op zijn hoofdpersoon gecon
centreerd te houden. Alles wat in
dit boek gebeurt draagt iets bij
tot de vervolmaking van diens
beeld; een niet geringe verdienste
van 'schrijvers compositietalent.
Maar het boek heeft ook tekort
komingen.
Zoetmulder schrijft met een
«norm gemak, maar het een &e~
vaarlijk vakmanschap, dat soms
teveel aan dat van den journalist
doet denken. Hij bekommert zich
weinig om de taal en zelden treft
ons een bijzondere zegging. Hy
Bchrijft maar door en bespaart ons
geen enkele bijzonderheid; de kunst
van het weglaten is dezen ietwat
vermoeienden realist blijkbaar
vreemd. Hiervoor althans had hij
met vrucht bij zijn moderne colle
ga's school kunnen gaan.
Dit al te vlotte geschrijf, veelal
over op zichzelf onbelangrijke de
tails verhindert dikwijls het uitzicht
op de verschijnselen, die den ach
tergrond van den roman vormen.
Bevreesd misschien om zijn hoofd
persoon in den steek te laten, blijft
de schrijver te zeer de particuliere
lotgevallen van- Erik met nietszeg
gende bijzaken illustreeren, terwijl
hij de kans om een scherpe en
sobere uitbeelding van een achter
grond te geven, het kantoor, de
tooneelzaal waar zijn vrouw op
treedt. of het gijzelaarskamp waar
Reiner zijn laatste uren doormaakt,
voorbij laat gaan.
Bij wijze van voorbeeld citeeren
we een passage op blz. 241.
mhij kon niet besluiten naar
bed te gaan, zich uitkleeden was
een bezigheid waar hij tegen op zag.
Hij bleef liggen soezen, totdat zijn
gedachten hun grenzen verloren,
vernevelden en verduisterden en
tenslotte zich in het niet oplosten.
Van het gestommel en gepraat van
een paar rumoerige hotelgasten, die
laat hun kamers haast de zijne op
zochten, schrok hij wakker. Hij
keek op zyn horloge. Het was bij
half een. En zich zijn onverstand
verwijtend haastte hij zich toen te
bed".
Al lezend krygt men het gevoel
dat men wordt te kort gedaan Een
schrijver die in staat is een figuur
als Erik Reiner en enkele bijfi
guren zooals de directeur Heydeman.
Eriks trouwe vriendin Jenny Til-
derd, en, zij het in mindere mate,
zijn echtgenoote zoo juist te
karakteriseeren, moet toch meer
kunnen. Meer sfeer kunnen schep
pen, een meer markanten persoon
lijken kijk kunnen geven op datgene
wat zijn romanfiguren omgeeft.
Zij zouden er minder ijl en dieper
door geworden zyn. Thans blijft na
lezing de onbevredigende indruk
achter dat de schrijver zijn onmis
kenbaar groote levenservaring niet
ten volle heeft benut.
Hij heeft de kans om een bezield
beeld te geven van een stuk leven
gemist.
A. J. Zoetmulder, Erik Reiner
overwint zijn schaduw. Uitg. We
reldbibliotheek, Amsterdam 1946.
Chauvinistische neigingen
verdwijnen
I.
In de zeer oude universiteitsstad
Freiburg wordt een groot congres
gehouden door de internationale
federatie van Katholieke studenten,
de Pax Romana.
Dit congres wordt bezocht door
vele vooraanstaande studenten uit
alle landen van Europa, zelfs door
Wit-Russen, Bulgaren, uitgeweken
Polen, Oekrainers en een delegatie
van het eiland Malta. Ook uit
Noord, en Zuid-Amerika kwamen
studenten. Het beeld van de stad
wordt beheerscht door de kleurige
baretten van de verschillende uni
versiteiten, de wit-gele congres
insignes en de toga's der vlotte
abbé's.
Met recht wordt dit congres in
Freiburg gehouden, nu de Pax
Romana vyf-en-twintig jaar bestaat
en haar 20ste congres organiseert.
Immers lang voor de Pax Romana
bestond, werd in 1884, haar voor-
iooper, de Unie van Freiburg opge
richt, een groep die internationaal
contact zocht onder katholieke in-
tellectueelen en studenten, om hier
door te komen tot een rehabilitatie
van de katholieke levensbeschou
wing in de kringen der hooger ont
wikkelden. Men besefte echter, dat
dit meebracht, een zich bezighouden
met een herstel van de maatschappij
in Christelijken zin, speciaal waar
het de sociale levenspraktijken be
trof. Van deze Unie ondervond Paus
Leo XIII dan ook grooten weten-
schappelijken steun bij de vervaar
diging van Zijn encycliek Rerum
Novarum.
Dit besef van sociale plichten
heeft de Pax Romana, die uit deze
Unie uiteindelijk voortkwam, steeds
behouden en vandaar dat het con
gres is begonnen met een cursus
van de zijde der universiteitsprofes
soren over: „La conception de
l'état".
Deze cursus mag nu reeds ge*
slaagd heeten en het is aardig to
zien, hoe de verschillende delega-
ties, die op vele uren van den dag
of den nacht binnen kwamen en
nog. komen, haar eerste onwennige
heid afleggen en met hun onwennig*
heid hun chauvinistische neigingen.
Hier ziet men de tegenstelling met
het verpolitiekte studentencongres
te Praag, dat de conferentie van
Parys imiteert en telegrammen
zendt aan de Groote Vier. De Span
jaarden en de Franschen sloten
vriendschap en met Zuidelijk
enthousiasme en Romeinscne wel
sprekendheid werd de eenheid en
verbondenheid, die uit een waar
achtig beleven van het Christen.,
dom voortkomen, bezegeld.
In den aanvang beheerschten de
Franschen het tooneel. Men ziet hen
graag. Zij zyn talryk, in sterk
disciplinaire groepen, zonder pre
tenties, sympathiek en vurig, actief
bij de debatten. Wij Nederlanders
kenden hen van een congres in
Angers, van den tocht naar Char-
tres, en van de Lustra in Amster
dam en Utrecht. Het Fransch is
ook de voertaal van het congres,
en dan zijn het de Nederlanders en
de Polen, die als tolken voor Engel-
schen en Franschen optreden.
De Zwitsers zelf zien wy nog
te weinig. Want in St. Gallen is een
nationaal congres voor hen en
Zaterdag komen zij hier. Maar toch
zijn er reeds Zwitsers, en zonder
hen zou het waarachtig niet gaan.
Zij werken en organiseerenzjj
geven ons onderdak, en maaltijden,
die ons in staat stellen om dit ver
moeiende, maar magnifieke congres
te volgen, al bekruipt ons wel eens
de lust de zware materie te ont
vluchten voor een tocht in de ber
gen, die zich donker afteekenen
aan den horizon van het pittoreske
heuvelland rond deze stad. Doch wy
blijven en zullen meeleven in dit
geestryke en aantrekkelijke stu
dentenmilieu, dat spontaan groeit
tot een eenheid, en waar vriend
schappen worden gesloten en her
nieuwd, waarvan sommige helaas
kort zullen zyn, andere echter
stand zullen houden en van be-
teekenis kunnen worden.
Een serie nieuwe uitgaven van de
éditions ,,Telde bekende map
pen in folioformaat met de prachtige
reproducties is gewijd aan Fran
sche prentkust De eerste twee dee-
len van deze 'serie, die uit acht
deelen zal bestaan9 zijn verschenen.
Het eerste behandelt de Fransche
houtsnijkunst tot en met de negen
tiende eeuw. De tweede mapgeeft
na een historisch en technisch com
mentaar een vijftigtal fraaie repro
ducties van Fransche lithografieën
uit de 19de eeuwvan Géricault tot
Toulouse Lautrec, Uit deze map
drukken wij hierboven een illustratie
af welke Adrien Dauzats in 1831
maakte voor Les Voyages pittores-
ques en Auvergne" van Taylor en
Nodier.
Wederom ie mgr. dr. J. Mangers,
apostolisch vicaris van Noorwegen,
in ons land en evenals verleden
jaar September komt hij ook nu
het contact tusschen Nederland en
Noorwegen opnieuw vastleggen en
verstevigen.
Wy hebbén den bisschop ook dit
maal een bezoek gebracht in zijn
Nederlandsche statie, het St. Olavs-
huis te Bussum. Alhoewel hij
Luxemburger is en het Nederlandsch
J-722
I
Cs d*
i
««y&Tvsso+f}/- /ff
Al jaren geleden hebben wij te
dezer plaatse de mogelijkheid be
sproken van een Nederlandsche
afkomst van den componist César
Franck (geb. te Luik in '1822 en
gest, te Parijs in 1890),
Na lange studie hebben we hier
omtrent zekerheid verworven door
een onderzoek op de plaats waar
de Franck's sinds eeuwen ge
woond hebbente Völkerich-Gem-
meniah nl.t even ten zuiden van
Epa'als.
De stamboom, door een ver-
duitschten Belg, dr. Hans Bischoff,
even vóór den oorlog opgesteld was
in het algemeen juist. Alleen maak
te hy bewust of niet de grondfout,
genoemd Belgisch territorium tot
het Duitsche Ryk te rekenen.
Hy, Bischoff, ontdekte voorts, dat
fcchte Limburgsche namen van
bloedverwanten der familie Franck
jals Pelzer, Heyendael, van den Hey-
jflen, e a. typisch Duitsch" zijn Even
„typisch Duitsch" als de plaats
namen: Groene Beemden, Borze-
laer, Novelaer en Sippenaeken die
QTolkertch en Gemenich omringen
Dit alles zou niet veel te beteeke-
fien hebben, indien de ontdekkin
gen" des heeren Bischoff niet aan
leiding gegeven hadden tot verwar
ring t.a.v. de afkomst van dezen
blederiandschFranschen meester,
Ha Duitsch land en ook in sommige
muziekkrmgen van ons vaderland.
Zoo werd o.m. de 50ste sterfdag
van den meester daar ginds aan
gegrepen om hem als Duitsch com
ponist te propageeren.
Onder de zich op dit punt be
ijver-ende auteurs was Wilhelm Mohr
*ngrykste met ztin biJna 300
Ifrgitta s tellend boek, genaamd
,,Casar Franck. Ein Deutscher
Musiker".
De laatste drie woorden zyn het
compendium van de gedachten, in
Mohr's boek vervat.
Hij gaat vit van Bischoff's onder
zoekingen, neemt deze klakkeloos
over en fantaseert zelf het noodige
er bij
Het boek, schrijft de auteur in
zijn voorwoord, wil oud onrecht
goed maken, de laatste sporen van
smaad uitwisschen,,De lezer zal
gevoelen", zoo staat er letterlyk,
,,weik een vreugde de auteur vond
bij zijn werk, toen naast oude Duit
sche gebieden als EupenMalmedy
en Moresnet ook de familie Franck
tot de Heimat van het Duitsche
Rijk terugkeerde en deze van nu
af tot voor altijd met ons vader
land verbonden zullen blijven.
Moge dan ook het werk van Casar
Franck m de harten der Duitschers
wortel schieten".
Mohr zegt: ,,de origineele familie-
acten zijn ,,etwas flSmiseh gefarbt".
Vele, door ons met eigen oogen
aanschouwde acten, geven voldoen
de uitsluitsel omtrent de waarheid
van Mohr's mededeeling
Men leest b-v. in de ,,Notitie der
afgestorvenen",,Den éden Decem
ber (1723) op St. Barberen daegh, is
mijne moeder Maria van der Hey-
den, van dese bedroefde werelt
verscheiden", en in een schuld
bekentenis van S. J. Franck aan
zyn zwager Dobbelstein getuigen
woorden als: July, Junij, mits
gaders, dry, drossaH, voldoen
de omtrent tijd en taalgebied. Onge
twijfeld lezen we er enkele Duit
sche, of verduitschte woorden in,
zoodat de stukken ,,etwas deutoch'
gefdrbt" zyn en niet andersom. En
dit is het logisch gevolg van het
feit, dat dit voormalig Zuid-Lim-
burgsch deel van Nederland dicht
by de Duitsche grens lag
Verder vervormt Mohr den naam
van de echtgenoote van Lambert
Franck (geb. 1570) B, Ramaeker
tot Raermacker en ontleent dan aan
zijn collega Quadvlieg („Zeitschrift
f. Musik") de wetenschap, dat uit
deze familie ,,vieler bedeutender
Manner", w.o. Max von Schillings
zyn voortgesproten
Nopens de muziek zelf van Franck
trelVm we menige opmerking die
aantoont dat Mohr een gedegen
muzikaal auteur is. Indien hij ech
ter b.v van modulaties in het lie
Choral getuigt, dat ze h la Reger
zijn, moge men wel bedenken, dat
deze oer-Germaansche meester juist
een halve eeuw later dan Franck
geboren werd.
Intusschen blykt hij artist genoeg
door te erkennen, dat Reiger de
grootte en originaliteit mist, den
geestelijken achtergrond die de
meesterwerken van Franck steeds
weer typeeren.
Voor een Duitseher uit den Nazi-
tijd is dit een belangwekkende uit
spraak.
Consequent is hij overigens in zyn
Germaansche gezindheid, als hij
een stuk, aan een ieder bekend
onder den naam van Les Eolides
tot Leichte Winde omdoopt, Le
chasseur maudit tot
Jager, La Redemption tot Erlösung
Lta Béatitucies toe Die Sejjfei
gen.
Dat hij overigens verlof kreeg van
de Kulturkammer-leiding om ora
toria op typisch oud-testamenti-
schen tekst als Ruth en Rebecca te
waardeeren, wordt vergoêlijkt met
de uitspraak, dat deze „jüdische
Geschehnissen das allgemein und
ewig menschliche" doen uitkomen
gelyk Hermann Stefani, die Haen-
del's Judas Makkabeus gemakshalve
tot Der Feldherr promoveerde
Ware Mohr niet bezeten geweest
van den demon van den Germaan-
schen hoogmoed en had hy zijn eigen
innerlijke stem als muzikant vrij
laten spreken, dan ware dit boek
voor Duitschland een voortreffe-
iyke gids geweest in de Neder
landschFransche muziekkunst van
César Franck. Want ondanks alles
is Mohr een der weinige Duitschers
die tot nu toe het licht der mu
ziek van ,,ie père angelique" heb
ben zien schemeren.
MARIUS MONNIKENDAM
Uitg.
gart, 1942.
J. G. Cotta, Stutt-
Mintster Huijsmans bracht tijdens zijn bezoek aan Stockholm een bezoek
aan de at. Eriks-Messe. Hier bezichtigt hij diamanten van de Diamond
Tool Corp, te Amsterdam
een van de moeilykste talen vindt,
spreekt hy het toch perfect.
4iet gcuceie ieven nei^cclt zich
ook in xn oorwegen kiacncig, zoo
veneiae mj. Duur de reeus m Oc
tober genouuen yerkxezmgen
voor het peperneut, net fetoiting en
kort daarna, voor de provincies en
de gemeenteraden is net democra
tisms ianus bestuur in normaio ba
nen gekomen. De dagbladen, die
weer in oud formaat verscnynen,
staan vol van piannen voor weder
opbouw, maar, zooais in alle andere
landen de materiaai-scnaarschte
spreekt daar by een krachtig woordje
mee.
Ook het onoerwys is weer op gang
na de moenykheden van de oorlogs
jaren, doch evenais voorheen zyn er
nog steeds te weinig katholieke
scholen en die men heeft, zyn
vaak te klein De belangrykste, zoo
met de eenige oorzaak van dat
tekort aan scnoien is het gebrek
aan gediplomeerde, vooral vrouwe
lijke krachten: eerw. zusters. Dit
gebrek is zeer groot en hulp is
dringend noodig. Het peil van het
onderwys is goed, even hoog als
dat in Nederland, maar in Oslo
zijn slechts twee katholieke scholen:
een met een accommodatie voor
slechts 30 a 35 leerlingen van de
hoogste twee klassen der lagere
school en een voor 350 jongens en
meisjes.
Katholieke kerken zijn natuurlyk
ook maar schaarsch. op een to
tale bevolking van 3.000.000 zyn
slechts 30oü katholieken en vaak
moet men uren loopen om de
dichtstbijzijnde kerk te bereiken.
Voor verscheidenen is de kerk zelfs
vrijwel geheel onbereikbaar, maar
als men even kan trekt men uit de
bergen naar het, dichtstbijzynde
kerkdorp.
De bekende schrijfster Sigrid Und
set die op het afgelegen, historische
erf Bjerkebaek in Lillehanmer
woont boven het Mjösameer, kan
maar zeer sporadisch ter kerke
gaan, doch in de woning is een ka
pel Ingericht. En, als dan eens een
geestelijke op zijn rondreis daar
komt, trekken alle katholieken uit
den wyden omtrek er heen en ver
vullen hun kerkelijke plichten op
Bjerkebaek. Want het moet gezegd,
de godsdienstzin der Noren is groot.
Tot slot beval mgr. Mangers het
tydschrift „Uit het land van St.
Olav" aan, dat niet alleen over de
katholieke belangen daar handelt,
maar ook over het mooie land zelf
veel byzondorheden geeft en een uit
gaaf is van het St. Olavshuis in
Bussum.
O Als eerste leden-voorstelling van
de Wagnervereeniging sedert de
bevrycHng zal op 2 en 3 October
a.s. in den Stadsschouwburg te
Amsterdam de première plaats
vinden van Benjamin Britten's
„The rane of Lucretia", op te
voeren d^or het geheele ensemble
van de Blyndebourne Opera
.A Vrijdag 6 Sent. wordt jn de
kunstzaal van "hotel Hamdorff te
Laren een tentoonstelling van
Gooische schilders gehouden.
■O Bernard Shaw is tot «ereburger
van Dublin benoemd