yiSIE op den DUITSCHEN mensch
naar Brazilië
Vervroegd ontslag uit
interneering
Regeering leverde scherpzinnig
document
Ruit-nieuwtjes
Van verwording
naar nieuw leven
Nogmaals: DE EMIGRATIE
WOENSDAG F5 JANUARI 1947
PAGINA S,
EERSTE KAMER
WEER BIJEEN
NEDERLANDS UITVOER
Over December in waarde
gestegen
Grondwetsherziening
afgekondigd
BOUWEN ZONDER I
VERGUNNING
ZACHTE WEER HOUDT j
'AAN
BEHANDELING VAN
DE ADVIEZEN
Mr. J. D. van den Berg, plv.v.
hoofd der afd. juridische en alg.
zaken van het dir.-gen. voor
bijz. rechtspleging heeft in een
radio-causerie gesproken over
voorwaardelijke invrijheidsstel-
linig en vervroegd ontslag uit de
interneering.
GEORGANISEERD EN
NA OVERLEG
Lewis in hooger beroep j'i
Het memorandum, dat de Ne-
derlandsohe regeering gisteren
aan den raad1 voor Duitschland te
Londen heeft overhandigd, is on
getwijfeld een document, dat niet
alleen het Duiteche probleem veel-
sijdig belicht, doch ook een ern
stige poging doet om in breede
trekken een constructieve oplos
sing voor het vraagstuk te schet
sen.
Men heeft de Nederlandsche
regeering vaak verweten, dat. zij,
hoewel ons volk toch de hoogste
levensbelangen bij Duitschland
heeft, geen politiek ten aanzien
van Duitschland had. Waarschijn
lijk is dit, jammer genoeg, langen
tijd het geval geweest; maar an
derzijds zullen we de moeilijk
heden allerminst onderschatten
een eenigen weg in dien chaoti-
schen doolhof te vinden.
Volgens sommigen, velen mis
schien. was er maar één manier
om uit dit labyrinth te geraken:
geeft den Duitscher brood, kolen,
werk en een perspectief op de
toekomst, en hij wordt vanzelf een
redelijk mensch. Afgezien nog van
het feit, - dat het niet makkelijk
Is aan deze zeer schaarsche arti
kelen te komen; en van het tweede
feit, dat als ze te vinden zijn, er
anderen zijn. die er meer recht
«p hebben, ligt de logische con
sequentie in bedoelden gedachten-
gang niet automatisch yoor de
hand. Want zooals het memoran
dum zeer terecht opmerkt, heeft
de geestelijke, zedelijke en cultu
reels verwording van het Duitsche
volk duivelsche vormen aangeno
men. Het is zijn onbegrensde hoog
moedswaanzin nu wel een lo
gisch gevolg van de wijsgeerige,
maar vage leerstellingen, waar
mede het reeds lang vóór 1866
wedd doordrenkt welke het in
1939 er toe bracht den doelbewust
voorbereiden oorlog tegen de ge-
heele wereld te ontketenen, om
deze na de overwinning in sla
vernij te brengen en wreedaardig
te overheersehen.
Het getuigt van een diep inzicht
van onze regeerinig in de Duit
sche mentaliteit welk mzicht
men evenzeer bij de Franschen,
maar helaas zeer weinig bij En-
gelschen en Amerikanen aantreft
dat deze kijk op het Duitsche
volk de diepste grondslag van het
Nederlandsche memorandum is
geworden. Aldus wordt het Duit
sche probleem Nederlandsch en
Europeesch, zelfs va» het stand
punt van den wereldvrede in een
groote synthese bezien. Elk aspect
van het Duitsche leven, politiek,
economisch, sociaal, cultureel,
wordt op die wijze belicht; telkens
Staat op den achtergrond de vraag
wat men gezien de geestesgesteld
heid van de Duitschers mag, kan
of moet doen.
Evenmin als de Franschen en de
Belgen geven de Nederlanders zich
aan de illusie over, dat nederlaag
en bezetting opvoedende factoren
zijn. De Duitscher blijft Duitscher.
Dien Duitscher moet het leven
mensohwaardig worden gemaakt;
dat js, om van den christelijken
plicht nog- te zwijgen, een Euro-
peesch en natuurlijk ook een Ne
derlandsch belang. Maar de uiter
ste voorzichtigheid blijft geboden;
want er zal een geheele generatie,
zoo niet verscheidene, moeten ver
strijken, vóór de mogelijkheid van
een nieuwen, ongevaarlijken Duit-
sehen menscij zich opent. Dit met
zulke sterke argumenten te ver
kondigen en in te prenten is een
■der groote verdiensten van het
Nederlandsche memorandum.
Een tweede zeer belangrijke ge
dachte van dit staatsstuk is wel.
•dat het zoo'n krachtig accent legt
•op de eendracht der groote mo
gendheden. Een gemeenschappe
lijke politiek van de Groote Vier
is een allereerste voorwaarde,
wil een Europeesch veiligheids-
stelsel inderdaad in het belang
van den vrede werken. Zou
Europa in twee vijandige, of zelfs
elkaar voortdurend met wantrou
wen bejegenende kampen worden
verdeeld, dan is er, ook zonder
oorlog of dreigend oorlogsgevaar,
geen vrede mogelijk. Maar ander
zijds is zonder de kleineren geen
„sluitend geheel" mogelijk; en
daarom is het zeer wenschelijk
(de Nederlandsche regeering for-
muleert in haar document deze
gedachte voortreffelijk), dat alle
xiabuurstaten van Duischland in
de gelegenheid worden gesteld hun
aandeel in het verdrag, dat de
demilitariseering en ontwapening
van Duitschland beoogt, bij te
dragen.
In een zoo scherpe en gedetail
leerde uiteenzetting van een po
litiek tegenover de ruïne over
onze Oostgrens, welke zoo'n inge
wikkeld complex van vraagstuk
ken omvat, is het, zeker in een
algemeene kenschetsing, van on
dergeschikte beteekenis, of men
een of ander punt minder juist of
•onvolledig] acht. De domineerenae
vraag is en blijft, of .het memo
randum inderdaad een construc
tief karakter draagt.
Het antwoord kan slechts lui
den: ja.
Eigenlijk is he* zelfs het eerste
officieele document, dat werkelijk
constructief i«. De regeeringen
van Engeland en Amerika hebben
tot dusverre weinig constructieve
elementen in haar Duitsch poli
tiek kunnen brengen; Frankrijk
en Rusland hebben de geheele
aangelegenheid steeds louter van
hun eigen standpunt uit bezien.
De Nederlandsche regeering komt
nu, klaarblijkelijk na grondig
overleg met België, met een
staatsstuk dat alle problemen:
Duitschlands structuur, zijn indus
trie en oorlogspotentieel, Rijnland,
Roer- en Saargebied, het herstel-
vraagstuk met alle economische
en financieele aspecten, valuta,
kwestie, demilitarisatie en ontwa
pening, denazificatie en heropvoe
ding, mentaliteit van het Duit
sche volk, en cultureele en geeste
lijke aspecten omvat. En deze
synthese biedt de Nederlandsche
rageering als poliitdek tegenover
Duitschland haar bondgenooten
aan.
Wij achten deze bijdrage in het
vredeswerk van hooge beteekenis.
Natuurlijk zal er critdek komen;
als deze echter even constructief
is als het memorandum zelf, mag
men verwachten, dat ten slotte
klare contouren zullen worden ge
trokken. En dat straks het vredes
verdrag even ver zal afstaan van
den destructieven haat als van een
naive zichzelf in slaap doezelende
sentimentaliteit. Het gaat ten slotte
om den vrede, derhalve om het
geluk der mensehen.
De Eerste Kamer heeft gisteren
avond, onder voorzitterschap van
den heer Anema, een korte ver
gadering gehouden. Zonder beraad
slaging of stemming is daarin goed
gekeurd het wetsontwerp tot ver
lenging van, den termijn art. 21 Be
sluit Herstel Rechtsverkeer. Dit
betreft den termijn voor de indie
ning van rechtsherstelverzoeken.
jrhans wordt niet langer in de
wet zelf de eimdtermijn genoemd
(aanvankelijk was dit 1 Sept. 1946)
aan den raad voor het rechtsher
stel wordt de bevoegdheid gegeven
den termijn vast te stellen.
De wettelijke voorziening naar
aanleiding van het Kon. Besluit
vara, 7 Mei 1946, houdende nadere
regeling nopens de taak van de
ministeries van onlderwijs, kunsten
en wetenschappen en van land
bouw, visscherij en voedselvoor
ziening met betrekking tot de zorg
voor de natuurbescherming, werd
eveneens zonder beraadslaging of
stemming goedgekeurd.
Evenzoo hechtte de Kamer haar
goedkeuring aan het wetsontwerp
tot wijziging van 'de Veewet en
intrekking van een desbetreffend
besluit uit den bezett;n,|?iijS. Bij
besluit van den secretaris-generaal
van het dep. van landbouw en vis
scherij van 16 Febr, 1943 werden
in de Veewet eenige wijzigingen
aangebracht, hoofdzakelijk met het
doel meer intensieve bestrijding
van het mond- en.klauwzeer moge
lijk te maken. Dit besluit is inge
volge art. 15 van het Besluit Be
zettingsmaatregelen voorloopig ge
schorst. Het doel, dat aan de ver
schillende bepalingen van het be
sluit ben grondslag ligt, maakt het
echter wenschelijk, het meerendeel
dezer bepalingen te doen herleven.
Het onderhavige wetsontwerp be
oogt dit tot stand te brengen om-
der gelijktijdige intrekking van het
besluit. Tevens werd van de gele
genheid gebruik gemaakt om en
kele wijzigingen, waarin het be
sluit niet voorzag, in de Veewet
aan be brengen.
De vergadering is verdaagd tot
Woensdagochtend elf uur. Dan be.
ginnen de algemeene politieke be
schouwingen over de rijksbegroo
ting voor 1947.
Volgens de door het Centraal
Bureau voor de Statistiek samen
gestelde voorloopige cijfers be
droeg onze uitvoer in December
503.8876 ton <v.m. 613.812 ton)
tegen een waarde van 128 mil
lioen (v.m. 126 millioen).
In het uitvoerbedrag van Dec.
waren begrepen 24,6 millioen
voor aardappelen 6,5 millioen
voor cacaopoeder en chocolade,
6,1 millioen voor radioartikelen
5,6 millioen voor katoen en
manufacturen, 5,2 millioen voor
versohe. bevroren en ingemaakte
groenten 4,6 millioen voor
kunstzijden garen, 2,9 millioen
voor alle soorten zaden 2.7
millioen voor gecondenseerde
melk, 2,2 millioen voor aard
appelmeel en 1,8 millioen voor
bloembollen.
In het Staatsblad no. G 398 is
thans opgenomen de wet van 27
December 1946, tot verandering
van artikel 192 van de Grondwet
Bedpeld artikel wordt nu gelezen
als volgt:
,,De dienstplicht igien, niet val.
lenidie onder artikel 191, mogen
zonder hunne toestemming nk
dan krachtens eene wet naar Ne-
derlan dsch- Imdië, Suriname en
Curafao worden gezonden"
De wet is gisterenmiddag voor
gelezen van alle gemeentehuizen
in Nederland, benevens in plech
tige openbare zittingen van den
Hoogen Raad der Nederlanden, van
elk der gerechtshoven en der ar-
rondissemen ts-rechtbacken.
Nog steeds .blijken werken op
het gebied van den burgerlijken!
bouw en de utiliteitsbouw te wer,
den ondernomen en voortgezet;
zgnder dat daartoe door het colle
ge vain alg. commissarissen voor,
den wederopbouw vergunning is
verleend. Daardoor wordt een bil
lijke en rechtvaardige verdeeling
van de beschikbare materialen en
arbeidskrachten in gevaar gebracht-
Ondanks de opgelegde straffen is
aan het genoemde euvel geen ein
de gekomen. De minister van open
bare werken en wederopbouw a.i-
he aft daarom het. college vaal
alg|. commissarissen een aanwij
zing gegeven, niet te aarzelen ge
bruik te maken van de bevoegd
heid1, aan dit college verleend bij
artikel 22 van het K. B. van
Mei 1945, om het zonder toestem
ming gebouwde op kosten van den,
overtreder af te breken. De nor
male procedure der berechting
blijft daarnaast bestaan,.
De Amerikaansche vakvereeni-
ging CIO (congress of industrial
organisation) heeft ter griffi»
van het Amerikaansche hon
ger gerechtshof te Washinton
een dossier gedeponeerd, waar
in zij de uitspraak van het fede.
rale tribunaal tegen John Lewis
voorzitter van haar zusterver-
eemliging AFL (American fede
ration of labour) van getner-
lei waarde verklaart.
Te Hekelingen is. 72 jaar oud;
overleden de heer A. Braat»
oud-lid der Tweede Kamer ea
der Prov, Staten van Zuid.HoL
land.
Weersverwachting medege-
deeld1 door het K. N. M. I. te
De Bilt, geldig tot Donderdag- j
S avond:
i Zwaar bewolkt met enkele
tijdelijke opklaringen, everwe- j
gend1 droog; aanhoudend zacht
weer, doch in den nacht en och-
j tend iets lagere temperatuu";
matige, tijdelijk krachtige wind
tusschein. Zuidwest en Zuid.
16 Jan.: Zon op 8.42 uair, onder
16.58 uur; maan, op 3.25 uur, on- I
S der 12.49 uur.
In 'artikel 2 van het Tribunaal-
besluit staat, dat een geïnterneer
de op grond van zijn houding, ge
drag en vlijt tijdens de internee
ring betoond mede gelet op den
ernst der gedraging of gedragin
gen, terzake waarvan hem de
maatregel van interneering werd
opgelegd, op last van den minis
ter van justitie al dan niet voor
waardelijk in vrijheid kan worden
gesteld vóór den afloop van den
door het tribunaal geadviseerden
termijn.
Telkens nadat een geïnterneerde
gedurende een jaar geïnterneerd
is geweest en verder als de mi
nister van justitie dit verlangt of
de kampcommandant dit ge-
wenscht oordeelt, brengt de kamp
commandant san den minister ad
vies uit, of de geinterneerde voor
ontslag uk de interneering in aan
merking komt. De minister van
Justitie beslist, na advies van het
tribunaal en de hooge autoritei,t
die het fiat executie heeft ver
leend, of de geinterneerde in vrij
heid kan worden gesteld of ge
ïnterneerd moet blijven.
Deze vervroegde invrijheidsstel-
ling heeft een bijzonder belang ge
kregen door de mededeeling van
den minister in de Tweede Kamer,
dat het niet in zijn voornemen lag
een amnestie voor geïnterneerden
te bevorderen maar diait de inter-
neeringsregeling de mogelijkheid
biedt eek einde te maken aan on
billijkheden, ontstaan voor perso
nen. die door een tribunaal ver
oordeeld zijn, voordat de richtlij
nen betreffende de voorwaardelij
ke buitenvervolgingstelling waren
gegeven. Het is een onmiskenbaar
feit, dat zij, die tot de eerstberech-
ten behooren. zeer vaak belangrijk
zwaarder zijn aangepakt dan zij,
die later voor het tribunaal ver
schenen.
Doordat de interneeringsregeling
eerst in November van het vorig
jaar in werking is getreden, ont-
ftaat er in deze maanden een
enorme toevloed van dossiers en
adviezen, hetgeen te begrijpen is.
indien men bedenkt, dat thans
voor de eerste maal advies wordt
uitgebracht over alle geïnterneer
den, die een jaar en langer ge
ïnterneerd zijn. De gevallen van
die geïnterneerden, waarvan de in-
terneeringstermijn voor 1 Januari
1948 aal eindigen, zullen het eerst
worden bezien. Er zijn maatrege
len genomen om alle gevallen de
gelijk maar toch snel te behande
len, zoodat er geen onnoodige ver
traging behoeft te ontstaan. Iedere
geïnterneerde krijgt zijn beurt.
Aan verzoeken om aan een bepaal
de zaak voorrang te verleenen,
kan niet worden voldaan.
Naar aanleiding van ons inter
view d d, 7 Jan, 1947 met mgr,
De Haas, den Nederlander die
sinds 35 jaar bisschop is in Bra-
zöië en waarin wij het probleem
van de emigratie naar dit land
bezagen, ontvingen wij een artikel
dat onlangs in het dagblad
Trouw" verscheen, en dat in
flagrante tegenspraak leek met de
optimistische woorden, die mgr,
De Haas meende te moeten spre
ken.
Bij nadere beschouwing blijkt
hier echter geen sprake te zijn van
een tegenstelling tusschen de beide
artikelen, maar blijken deze
elkaar aan te vullen.
Het artikel in .Trouw" haalt
passages aan uit brieven van
Nederlanders, die reeds naar Bra
zilië emigreerden; het klaagit, over
•de verschrikkelijke duurte in dit
land, over de slechte sociale ver
houdingen, waar menschen op hun
ouden cteg 'geen levenszekerheid'
meer heboen, over het zeer slechte
uitzicht dat men heeft, indient men
wil boeren, over het feit dat men,
indien men met geld binnenkom
spoedig rijk kan zijn, maar dat
men zonder geld altijd een ellen
dig arbeider blijft.
De woorden van mgr. De Haas,
dat de grond in het gebied, het
welk hij bedoelde, zeer vruchtbaar
is. terwijl een goed klimaat den
arbeid zijn rijkelijke vruchten zal
laten opbrengen, dat hert. er ckis
goed boeren zal wezen, zijn met
dit alles echter niet in tegen
spraak. Men begrijpt de toedracht
der zaak reeds, wanneer men
weet, dat er op dit oogenblik nog
geen Nederlandsche kolonie in
Brazilië- is, dat deze brieven dus
alle afkomstig moeten zijn van
Nederlanders, die er op eigen
IIHü
Een kijkje op de gisteren geopende bloemententoonstelling te
Lisso^ waar vele nieuwe variëteiten tulpen en narcissen te
zien zijn.
houtje op uittrokken. En daar il*
hem juist de knoop,
Mgr, De Haas zei nadrukkelijk
en bij herhaalde dit nogmaals op
het einde van ons gesprek: gtem
individueele pogingen. Ga er heen:
in georganiseerd verband, na oa.
derling overleg zoo—el met do
Nederlandsche als met de Brarf.
llaanschte officieele instanties.
Wij kunnen er bijvoegen, da®
de bisschop ons meer dan één
voorbeeld aanhaalde van Neder.»
landers, die in voortreffelijke
positie, ook met geld in Brazili#
aankwamen, maar alleen of me*
vrouw en kinderen. Deze misluk
ken nagenoeg allen, verarmen en
keeren vaak in ellen'rigen toestand
naar Nederland terug.
De gunstige positie bij emigree-
ren zit juist hierin, dat bij he*
'binnenkomen in gesloten groep
eerst onderhandelingen en over
eenkomsten voorafgaan, waarbij
de emigranten zoowel als BraziliS
over en weer natuurlijk eenige
garanties krijgen en geven. Zoo ia
het indertijd met verschillende
kolonies gegaan, die nu daadwer
kelijk tot bloei zijn gekomen in
Brazilië.
Waar wij vooral op wilden wij
zen was. dat mgr. De Haas land
en volk van Brazilië kent, meer
nog, dat hij verzekerde betrek,
kingen te bezitten bij de officieele
Braziliaansche instanties, die juistfi
bij deze onderhandelingen, vooraf
gaande aan emigratie, van het
allergrootste belang kunnen zijn..
Heeft men, bij het opstellen van
zoo'n overeenkomst, steun en me
dewerking van een Nederlander,
die den noodilgen invloed bij de
officieele 'Braziliaansche instanties
bezit, dan lijkt, het ons, dat men
al veel heeft gewonnen en daarom
spraken wij op het einde van ons
artikel ook de hoop uit, dat de
emigratie-commissie, die momen
teel juist in Brazilië is. in Fe
bruari, wanneer mgr. De Haaf;
terugkeert, den bisschop nog z|@t
ontmoeten en van zijn ervaring:^
en invloed, die hij in ons gesprefi,
nadrukkelijk ter beschikking steSte
voor de Nederlandiscbe zaak»
rijkelijk gebruik zal kunnen en
willen maken, opdat de a,s, Ne.
derlandsche kolonie eenzelfden:
bloei zal tegemoet gaan als b.v»
Duitsche en Italiaansche kolonies,
die voorafgingen. en waarvan
mgr. De Haas verzekerde, dat ze
goed geslaagd zijn.
Lewis en zijn mij nwerk ers uni*
zijn gisteren in beroep gegaan
het Amerikaansche hoogste ge.
rechtshof dat zal moeten beslis*
sen, of de federale wet, die rech.
terlïjke bevelen tegen de vakbon
den venbiedt in arbeidsgeschillen
met particuliere ondernemers»
ook de regeering, met wie de mijij»
werkens tijdens hun laatste moei
lijkheden een contract hadden
loopen, belette een rechterlijke
uitspraak tegen een vakverbond
tp piQpVipn
De openbare aanklager vroe*
het hof de aan het vakverbopp
opgelegde boetes^ te handhaven j