Midden tussen de snipers
m
'mmi
-tl
HET
GESCHENK AAN
DE SULTAN
„En dan roffelen plotseling een
hoop wapens los
lil
mïto^S51^lach*e
liifl
ï§i$!l
RUIT-NIEUWT JES
door Francis Gerard
ZATERDAG 20 SEPTEMBER 1947
MARCHEREN IN
„LODEWIJK"-SYMBOLEN
PAGINA 4
- - 'èmm
éfMi iSi 3 it
fl Ik
Boekennieuws
no.
i
KA TER VEER.ZWOLLE.
s. "jSto SS
uftstekend Joh"- Leuk' 'd3t'Je W
boe h&b
Kwart over zes.... half zeven.... Recht voor ons uit komt de rode
zon op. Hoe laat is het in Holland?
Dan begint plotseling de artillerie te stommelen. Achter ons De
granaten gaan hoog over. We liggen te praten onder een hoog fluiten
de boog die de artillerie over ons heen trekt. Het is even stil en dan,
vlak vóór de nieuwe salvo's, beuken ver vooruit de inslagen: brutaal,
onmenselijk in deze stille Zondagmorgen. Wij praten of het ons
niet aangaat.
Het vuur ligt op een kleine onbewoonde heuvel, die wij straks rechts
op de flank van onze opmarsweg zullen krijgen. Volgens de gegevens
moet deze heuvel bezet zijn.
Wij riskeren niets meer. Overste Tijmann, de cdt van de Stoottroepen,
zei me Zaterdagmorgen, terwijl hij naar de halfstok waaiende vlag
keek:- „Wanneer je als commandant je mensen niet alle kansen geeft,
ben je een schoft en geen commandant. Ik vind het elke keer weer
even ellendig om jongens te verliezen, maar ik weet dat ik telkens
alles doe om dit te voorkomen
De artillerie zwijgt. „Klaar maken!"
Wij gaan voorwaarts in de stilte.
Opnieuw is het Zondagmorgen.
„Give me five minutes more... „flui
ten de jongens.
Voor me loopt iemand met de radio-
eet. ,,'t Sit nou wel snor..." zegt ie en
hij had niet eens „Amsterdam" op z'n
jungle-hoed hoeven te schilderen om te
laten weten, dat ie een Mokumer is, en
wat dat „snor zitten" betreft, we gaan
voorwaarts in de stilte en hopen, dat
het inderdaad na dat artilleriebombar
dement in orde is.
Ik blijf in de buurt van Ferdinand.
Hij loopt midden in z'n compagnie. Voor
ons uit de lange rjj groen gevlekte
overalls, sommige zo vaak gewassen,
dat ze bijna geel khaki zijn geworden,
andere groezelig en vuil doorzweet. Er
lopen zoveel jongens voor me, dat ik
me een moment verwonder over m'n
eigen moed op vorige acties: hoe heb
ik ooit zo helemaal voorkèn durven
lopen!
Er vallen rechts schoten, ver weg.
Iedereen loopt gewoon door. „Da's hele-
mè.S.1 brutaal!" roept iemand. Dan een
doffe plof.
Iedereen loopt gewoon door. Wan
neer ik vraag, wat dat voor geluid was,
halen ze onverschillig de schouders op!
Geen artillerie in ieder geval. Mortier
vuur....? Het blijft te lang stil.... Er
komt geen inslag.
Stilte....
Sawahhellingterras op terras,
klimmend naar een hoge kam vol
bomen. We lopen volkomen open en
bloot over de hoogliggende weg, maar
de tweede compagnie van majoor Hei
ligers (Borgele 26 A Diepenveen, „maar
schrijf in Godsnaam niet, dat ik hier
iets meegemaakt heb, want m'n moeder
schrikt zich een ongeluk..." zegt Hans
me en ik kan mevrouw Heiligers vol
komen naar waarheid vertellen, dat
haar zoon het best maakt) de tweede
compagnie dan, is reeds rechts afge
slagen, een zijweg in. Alles verloopt
zonder geluid, volkomen ordelijk: pelo
tons zijn codenamen, compagnieën zijn
codenamen, rode lijnen en pijltjes on
stafkaart.
Eerste kampong.... groen en dood
stil. Een oude vrouw, die in deze stilte
plotseling de vreemde doortocht mee
maakt van vreemde soldaten en eens
klaps vluchten wil. We stellen haar
gerust. De tolk praat en stelt vragen.
Ferdinand, rustig kauwgomkauwend,
stafkaart tot een heel klein vierkant ge
vouwen, loopt alles uit te kienen: een
tourist in een vreemd stadje met de
plattegrond van de straten en cirkeltjes
om de voornaamste bezienswaardig
heden. „Die juffrouw" Ferdinand
zögt: „die juffrouw" „die juffrouw
vertelt net, dat ze rechts van de we»
zitten..."
Hij tekent een nieuw cirkeltje: („de
vreemdeling wordt speciaal geraden
enige ogenblikken te toeven bij het
hoogtepunt..."). Er valt een verdwaald
schot. Hij sal ook nog effe meej doen,
die brave sloeber.... koop dèAr nou es
een brood foor!"
Op de heuvelkam rechts, achter het
open sawahdal, lopen kleine figuurtjes
onder een groep bomen. Ferdinand blijft
telkens staan, verkent het terrein met
z'n kijker. Alles wat rechts zit komt
voor Hans Heiligers z'n rekening
Nieuwe horizon, onze we»" bui^t
scherp af. Ik weet nu ook waarom onze
artillerie-inslagen zulke enorme echo's
hadden. Het geluid vulde als een razen
de springvloed dal na dal.
De 38-radio set praat.
We marcheren ditmaal in „Lodewijk"-
symbolen. Voortdurend wordt „Lode
wijk een opgeroepen, of wordt aan
„Lodewijk twee" de sterkte opgevraagd,
of „Hallo Lodewijk drie, whir blijft de
Q.L.C. (centrale commancloset").
Onze compagnie bereikt het einde
van de eerste phase. We hebben drie
k.m. afgelegd. „Nog 5 k.m." zegt Fer
dinand en dSAr zit net de viezigheid..."
„Hallo Lodewijk twee, hallo Lodewijk
twee, hier bericht /oor U. hiei bericht
voor U. Wjj hebben Bameveld bereikt,
Barneveld bereikt... Tamelijk veel vij
and vooruit... Ik herhaal bericht..."
Hij heeft het „over" nog niet gezegd
of het is mis.
Volkom m mis. i
Van alle kanten komen de meldingen
binnen. De S.A. (eindelijk eens een
flinke vette kluif voor de felverbeten
Hollandse opponenten) de stormafde-
ling, die spottend S.A. genoemd wordt,
heeft Tjerkstra bereikt: Tjerkstra een
en twee zijn vermoedelijk eveneens door
vijand bezet. De tweede compagnie
geeft door, dat ze zo juist de rand van
Tegelen voorbij zijn.
Oké Otto begrepen) uit. Oké
Otto uit".
En dan roffelen plotseling een hoop
wapens los.
We zitten midden tussen de snipers.
„Pets" links van de weg! „Pets!" van
rechts. Achter ons! Iedereen vliegt in
dekking.
Rustige stem: „Ik kan U niet ver
staan door het vuren... ik kan U niet
verstaan door het vuren... meld op
nieuw Uw bericht... Over..."
Onze wapens snauwen tegen de sluip
schutters in.
Vijf over half acht...
Ik lig in een droge sloot, nee, een
open riool-, hoofd tegen de schoenzolen
van de man voor me. Schoenen zijn
kapot. Gebukt springen jongens de weg
over, hollen hijgend voorbij.
Liggen blijven. We zitten er in. Dat
wisten we een uur geleden nog niet.
Alleen vermoedens: zo zou 't gaan. Je
herkent het: de brengunroffels, de nij
dige geweerschoten, een stengun en de
korte droge vuurpetsen van de kara-
bjjnschoten.
Je kunt nu nergens meer aan denken:
Dekken: de kans dat je getroffen
wordt, zo klein mogelijk maken. Of in
een vuurpauze ineens overeind, roef
naar een betere dekking.
Over de onderste takken van een
kapokboom rennen twee klapperratten
elkaar na; hun donkerbruine pluim
staarten (net eekhoorns) balanceren hen
over dunne, zwiepende twijgen heen.
J. W. HOFWIJK.
Bouwman, Joh. H. Hollanders koersen
Zuid. Intern. Uitg. en Handelmij.
A'dam 1946. Ontdekkingsreis naar
onbekend Zuidpool-land; atoom-fan
tasie beheerst het verhaal. Met hu
mor beschreven (IV-V).
Boer, dr. Jos de. Naar dé bronnen van
het geluk. Gedachten over gezinsop
voeding. Uitg. De Toorts, Heemstede
1947. Een boek waarin zoveel koste
lijke schatten aan levenswijsheid en
levensaanvaarding liggen vervat, dat
het voor ieder gezin een zegen is.
Bruckner, P. J., S. J. Hoe geef ik voor
lichting. Uitg. Lannoo, Tie.lt 1947.
Geslaagd populair werkje over het
moeilijke onderwerp der sexuele
voorlichting (IV).
Ducharme, Jacques. De familie Delus-
son. Vert. uit het Engels door Gabriel
Smit. Uitg. Het Spectrum, Utrecht
4'- Een door en door gezond boek
over doodgewone mensen van een
Frans-Canadese Kolonisten-familie,
eind 19e eeuw. Zeer geslaagde ver
taling (V). s
Eggermont, J. L. Het lied zonder
woorden. Uitg. De Telg. A'dam 1947.
Een Kath. boer vecht voor de tradi
ties van zijn geslacht. In zijn klein
kinderen lijdt hij de definitieve neder
laag (IV).
Charteris, Leslie. De Saint-Stichting.
Uitg. A. W. Bruna Zn. Utreèht '47.
Eerste deel der 3 Saint-romans.
.Insp. Teal wordt telkens door de
Saint beetgenomen (IV).
si;.
is
.::v-
■spi --
-
':A
man en macht wordt gewerkt om footer spanning van het Kater veer bij Zwolle gereed te krijgen. Deze schakel is
wel de belangrijkste tussen de Noordelijke en andere provincies van Nederland.
De vroegere burgemeester van Roo-,
sendaal J. h. Daems, die lid was
van de N.S.B., is door het tribunaal
veroordeeld tot 6 jaar internering.
Woensdagavond is de Mentana-ten-
toonstelüng te Oudenbosch gesloten.
In tótaal zijn er in de vier afgelopen
weken circa 6900 bezoekers genoteerd.
Thans kómen de opbouw en inrich
ting van het Zouaven-Museum aan
de orde, Wat nog enkele maanden m
beslag zal nemen.
Bij het clandestien vervoer van 1200
eieren, die bovendien vals gestem
peld bleken, is een inwoner van Wou
denberg aangehouden te Amersfoort
In zijn mus werden nog 450 eieren
en stefnpelmateriaal30 kg. boter en
44 boterbonnen gevonden.
Op de Staatsbegroting wordt ƒ100.000
aangevraagd voor de voortzetting der
restauratie en verbeteringen aan het
Kon. Paleis te Amsterdam, vóór Het
Loo en Huis ten Bosch ƒ90.000.
De rijksrecherche heeft de Zaan
dammer B. de W. gearresteerd, die
een agentschap van de posterijen
beheerde en in .die functie te hoge
porti berekende voor ter verzending
aangeboden poststukken.
O Voor de Zutphense kamer van het
bijz. gerechtshof te Arnhem werd de
doodstraf geëist tegen de Voormalige
wachtmeesters bij de gemeentepolitie
Oosterdijk en Pelk en de voorm insp
van pol. Koker, allen te Apeldoorn
die zich in dienst van de vijand had
den gesteld en tal van Joden hadden
gearresteerd van wie verscheidene
nooit zijn teruggekeerd.
O Bij Zoutelande zijn wederom duizen
den Coloradokevers aangespoeld;
door de schooljeugd worden zé
ijverig verzameld en ingeleverd.
C Het bijz gerechtshof te Amsterdam
heeft de zaak tegen de Velserse
wachtmeester Langendijk, tegen wie
de doodstraf geëist was, terugverwe
zen naar de instructie voor nader
onderzoek.
C Ingesteld is een commissie met op
dracht eén onderzoek in te stellen
omtrent de wettelijke voorzieningen
welke, op het stuk van het toezicht op
particuliere kihdertehuizen en pleeg
gezinnen zullen dienen getroffen te
worden. Voorzitter der commissie 'is
mr. J. Overwater.
<0> De rijkslamdbouiwwinterschool te
Leeuwarden herdenkt van 1618
October haar 80-jarig bestaan.
De topografische dienst, die tijdens
de oorlog tijdelijk te Utrecht werd
gevestigd, zal niet naar Den Haag
terugkeren, doch in Delft worden ge
vestigd, zodra het ervoor bestemde
gebouw is ingericht.
O De minister van buitenl. zaken baron
van Boetzelaer van Oosterhout, zal
?aar Pafiïs vertrekken om
Jn bi) de sluiting van
de conferentie over het plan-Marshall
de ex-burgemeester R. Bruns-
veld van Barendrecht, die tal van
goede vaderlanders aan de S. D heeft
overgeleverd, is voor de tweede maal
de doodstraf geëist voor het bijz. ge
rechtshof te 'S-Gravenhage.
In de leeftijd van 50 jaar is te Zut-
pren overleden de heer H. J. v. d.
Vegte, wethouder van opbouw en
openbare werken aldaar.
Hr. Ms. torpedobootjager „Piet
Hein" keert na 2 jaar dienst in India
26 Sept. in Den Helder terug.
O Benoemd verklaard tot lid der ProV.
Staten van Groningen (vac. J. Rug-
ge) de heer J. H. Afman, te Gro
ningen.
Ons Roman
INHOUD VAN HET VOORAFGAANDE.
Tijdens een wandeling wordt de
oude heer Ambrose Pennyfeather door
een onbekende doodgeschoten. Een
groot bedrag aan geld is onaangeraakt
en van de dader is geen spoor. De
verslagenheid in het dorp, waar het
slachtoffer zeer geliefd was, in heel
groot.
Ook graaf George Lanchester en
zijn broer Yves zijn onder de indruk
van het drama, doch er zijn bovendien
andere zorgen: de volgende morgen
moet een snoer met zeer kostbare
stenen van smaragd worden gehaald
bij de sultan van Sulungu, die ieder
jaar van de Engelse koning 'n nieuwe
steen erbij krijgt als teken van vriend
schap. Daar graaf Lanchester wegens
ziekte zelf het halssnoer niet kan
halen, gaat zijn broer Yves, vergezeld
door John Meredith, die een beroemd
detective is.
Ze worden op onheuse wijze door
de sultan ontvangen en brengen
daarna het snoer naar de beroemde
juwelier, Jean Monachet die consta
teert dat de stenen vals zijn.
Ze gaan onmiddellijk terug naar de
sultan, die verklaart misleid te zijn
en het halssnoer aan oplichters te
hebben megegeven. Hij verdenkt zijn
mcht, Anne de Vassignac, die nog
steeds aanspraak doet gelden op de
troon van Sulungu.
Ook tegen de secretaresse van Lord
Lanchester, miss Norma Hailey, koes
tert Meredith verdenkingen
Nauwelijks was hij thuis aangeko-
of hij gaf zijn bediende opdracht
i oude medewerker, ex-hoofdagent
die een paar meter verder in een
n houten landhuisje woonde en van
oensioen genoot, te gaan halen. Nau-
.ks vijx minuten later keek het vol-
aansgezichf van Beef om de deur en
"sir" John® 8 ZSl het: Ik ben
Kom binnen. Beef. ik voer niet
f ae een gesprek met alleen 'n hoofd
Ga zitten. Ik wil ever. met je Draten
Moeilijkheden .Sir John'
J/l ^let minder dan 'n moord en
n diefstal.
Is er iets waardevols gestolen?
Enkel maar een halssnoer.
Kostbaar?
'n Half millioen pond.
Beef kon z'n oren haast niet gelo
ven: Wat zei u? Een half millioen?
Ja. Je hebt me goed verstaan, Beef
Eerst is een zekere Ambrose Penny-
feather doodgeschoten en daarna werd
het kostbare halssnoer gestolen.
Hierna vertelde hij enige bijzonderhe
den en vroeg tenslotte: Nu, wat denk
je ervan, Beef?
Beef was niet erg haastig
---=> met zijn aviueruitgegaan en rip hr
•ntwoord. Hy daoht even na, wreef met en andere verplichtingen
de hand over zijn wang en begon:
Wel, Sir John, er zijn volgens mij twee
eigenaardigheden .Wat betreft de moord
op Pennyfeather is het deze, dat schijn
baar ieder motief ontbreekt. Hoogstens
zou men enige verdenking kunnen koes
teren tegen de huisknecht, maar volgens
u kunnen we die wel buite» beschou
wing laten.
r Daarvan ben ik overtuigd, Beef.
ik heb de man ondervraagd en ben
f°v? i" voorbehoud bereid, zijn on-
wUui aan te nemen. En v/at dacht je
betreffende het halssnoer?
j dat is een heel andere geschie-
af mm ïeet niet veel van die gravia
gésevpn1 ?,v e n a 1 zou ik toch meer
refse v/r, hebben over de secreta-
Hailev w#/ Lanchester, die Norma
heeft is u over haar v®rteld
zondèrs." gezegd niet veel bij-
glimlachen maar vol-
van zijn assistent. oordeei
ook vaenhpeiang?ei;'SaS Pt b<m dan
mies Hailev L "ponten iets meer over
moeilijkheid is alleen,Pog6 ik^af1 moet
klaarspelen, zonder dat dé tamme rPn
Chester het merkt. e Iamille Lan-
Beef vroeg: - Heeft u niet gezegd
dat de jongedame door een zeklreba
rones Stream was aanbevolen? Wat
ehdenkt u van Lady McAllister?
Een pracht-idee, Beef!, prees Mere
dith: Jij, jij inspireert me altijd!
Sir John had diezelfde avond nog een
langdurig onderhoud met de echtgenote
van Sir Hector McAllister in Londen.
Ja, John, antwoordde de dame: Ik
heb al begrepen, wat je van mij ver
langt. Nu, ik' beloof je. dat ik mijn best
zal doen en ik geloof wel, dat ik van
Veronica Stream een en ander over miss
Hailey te weten zal komen. Maar waar
om moet je eigenlijk inlichtingen over
dat meisje hebben. John?
Dat kan ik je nu nog niet alle
maal vertellen, verklaarde Meredith op
recht.
Nu, ik kan mijn nieuwsgierigheid
wel bedwingen en ik zal je dus niet
met verdere vragen lastig vallen. Re-
Ken er maar op ,dat je het resultaat van
mijn gesprek met Veronica Stream zo
gauw mogelijk in handen krijgt
Reeds de volgende middag ging /Ca
therine McAllister een bezoek brengen
aan het huis van de barones. Het was
een oud huis en er hing 'in alle gangen
en kamers een echte begrafenissfeer De
meest vertrekken werden niet bewoond
en waren helemaal leeg. De destijds
wPen vSptprev,P??bt.len en scMlderiien
verkocht. De baron was enige ia-
uif Iff hff °Y®r^eden en de enige zoon
uit dit huwelijk was tijdens de eercdo
in V^aanderen gesneuveld.
"J>PbTengst van de landerijen was erg
h°Se belastingen
hadden het
bezit van Veronica Stream gereduceerd
tot werkelijk beangstigende proporties.
Hoewel bekend was, dat de oude dame
arm was, had zij nog altijd haar con
necties in de hoogste kringen behouden
en zij oefende daar nog steeds enige
invloed uit.
In de enige kamer, die no.g getuigde
van het grootse verleden, zat de baro
nes op haar bezoekster te wachten. Het
vertrek was geheel ingericht naar de
vreemde smaak van zijn eigenares. Er
lagen op alle tafeltjes en stoelen stapels
boeken, tijdschriften en kranten en ook
slingerden er verschillende breiwerkjes,
waarmede de oude dame de tijd kortte,
doch v/elke zij haast nooit geheel af
maakte De sfeer in deze kamér was
ondanks dit alles gezellig.
Vlak bij het open haardvuur zat de
barones te spelen met een van haar vele
honden. Ze was klein en gezet en heur
haar was spierwit. Heel haar gezicht ge
tuigde van voornaamheid, maar de hel
dere ogen blikten vriendelijk door de
glazen van de zware hoornen bril, die
ze bijna op het puntje van haar neus
had staan .Naast haar lag aan de ene
kant een detective-story en aan de an
dere een van haar onafscheidelijke brei
werkjes.
Er- werd op de deur geklopt en Bates
de huisknecht, trad binnen. Hij boog en
wachtte een order af.
Verstrooid keek de barones op:
kwam je me iets vragen, Bates? Ik ge
loof, dat ik je nodig heb. Maar waarvoor
ook weer?
Ik kan het u heus niet zeggen,
mevrouw
Neen, neen, dat daoht ik al. O, nu
weet ik het weer. Zeg. Bates, heb je de
laatste maanden nog salaris van me ont
vangen?
De laatste weken niet meer, me
vrouw.
Ik vind het erg nalatig van je, Ba
tes. dat je er dan niét om gevraagd
hebt Je bént aan jezelf verplicht, dat
deze dingen niet versloft worden. Ik zit
altijd over die dingen in de war en
eigenlijk gaan ze toch allereerst je
zelf aan.
- Inderdaad, mevrouw..
werkerf I00.11 zin' Bates- te
m dei betaald te worden? En
al ïalaréf gehad? hUiSh0Ud3ter' heeft die
RrTam DPftelljke dingen bespreekt miss
Bream met met mij, antwoordde de
huis-knecht discreet. Zijn gezicht verried
geen enkele emotie,'"rnl^Pngewfjdln
wisten heel goed. dat er in het hele
huis geen geld was om het personeel te
betalen. doch dat de oude getrouwen
desondanks hun meesteres niet in ri»
steek lieten ae
Nu, dan zal ik die zaken zelf wel
eens regelen, beloofde de bgrones en öp
zachte en haast dankbare toon voegde
ze hieraan toe: Ik begrijp, dat jullie on
derhand in geldnood moeten Verkeren
Maar bel de firma Christie eens op. Ba
tes, en vraag, of een van de heren
vanavond hierheen wil komen.
Indien U, mevrouw, van plan is
nieuwe offers te brengen, dan moge ik u,
mede namens de andere leden van uw
personeel, verzekeren, dat dat voor ons
absoluut niet nodig is. Wij zijn blij dat
wij u mogen blijven dienen en het' zou
ons aan hei hart gaan. al? dat ten koste
van uw eigendommen moest gaan
Jullie zijn eigenwijze mensen,
'OQOOOOQG
probeerde de barones boos te zeggen
maar de huisknecht zag, dat ze versto
len een traan wegveegde en hoe haar on
derlip beefde.
-Zal ik hef Sécres-porselein gebrui
ken om de thee te serveren? vroeg ae
man. die nog steeds de voor huisknech
ten spreekwoordelijke zelfbeheersing
toonde.
Ja, uitstekend, prees zijn meeste
res: Doe dat. Bates. Mrs. Mc Allister i
zal dat ten zeerste aprreciëren. Breng
haar, zodra ze arriveert, hierheen.
XIII.
Enkele minuten la-ter trad de bezoek
ster de kamer binnen. De oude dame
stond op en liep haar gast tegemoet.
Welkom, welkom, Katherine, riep
ze uit. Kom gauw bij het vuur zitten. Ja,
ik gebruik de centrale verwarming niet
meer, omdatehomdat het open
haardvuur toch eigenlijk veel romanti
scher is. Eer staat al een. stoel op je te
wachten.
Hoe gaat het ermee. Veronica?
vroeg mrs. Mc Allister. Het is al heel
lang geleden, sinds ik je voor het laatst
sprak. Laat me eens kijken: sinds je reis
naar Parüs heb ik je, geloof ik. niet
meer gezien.
Ja, ja, sinds mijn reis naar Frank
rijk. Dat is al bijna weer tien maanden
geleden. Ik heb daar ontzettende prettige
dagen gehad. Verbeeld je, dat ik er mijn
oude vriend Gaston ontmoette, die zo
gek is geweest om
Mrs. Mc Alister moest de woorden-
6trooim wel over zich heen laten gaan
en zelfs belangstelling veinzen voor de
onbelangrijke nieuwtjes over vrienden
en kennissen.
Ze benutte een pauze door te zeggen:
Zeg, Veronica, ik ontmoette een dezer
dagen toevallig een jonge Parijse kennis
van je.
T Wie was dat?
Norma Hailey. Ze vertelde me. dat
ze je zo dankbaar was .omdat je haar
aan een betrekking hielp bij Lord Lan
chester.
De barones dacht diep na, maar ten
slotte bleek.ze zich iets te herinneren en
riep uit: Ja, Norma Hailey. Vertel
me eens gauw, Katherine, hoe gaat het
met het kind?
Ze stelt het heer goed en ze vindt
haar werkkring buitengewoon prettig-
De barones knikte: Ik wist wel. dat
ze hét goed met George zou kunnen stel
len.
Hoe zat dat eigenlijk met het meis
je? vroeg mrs. Mc Allister voorzichtig:
Ze was in Parijs zonder emplooi, is 't
niet?
Hoe was 't ook weer? Ja, ja, na
tuurlijk. Haar va-der is overleden. Hij
was generaal of zo iets dergelijks, doch
hij trad nooit veel op de voorgrond.
Maar dat doet er allemaal niets toe.
Wat treurig voor dat meisje, om
- op zo jeugdige leeftijd haar vader reeds
- te verliezen Maar waarom bleef ze niet
in eigen land en zocht ze haar toevlucht
in Panis, om later dank zij jouw
bemiddeling hier weer terug te ke
ren?
De barones keek haar gast onderzoe
kend aan en vroeg langzaam: Waar
om stel je eigenlijk zo veel belang in het
meisje?
Ik zal het je eerlijk zeggen. Vero-
ca. Een vriend van mij, John Meredith,
die.
—Dat is1 zeker de jóngen van Ru
pert Meredith? onderbrak de barones.
—Ja, die is het, maar hij is nu heus
geen „jongen" meer. Ik schat hem ze
ker op veertig jaar. Goed dus, John Me
redith moet noodzakelijk een en ander
over de dochter van je vriend Hailey
weten, Veronica, en ik verzeker je, dat
dat geen onbescheiden nieuwsgierigheid
van hem is.
De barones dacht even gespannen na,
alsof ze verschillende dingen in gedach
ten wilde combineren. Daarna zei ze-
Eerlijk gezegd weet ik niet heel veel
over de dochter van Hailey' af. Haar va
der heb ik, zoals ik je al zei, goed ge
kend. Een vreemde kerel was hij. Moei
lijkheden in het leger gehad, en daarom
altijd achteruitgesteld. Ook Norma's
moeder ,dje tamelijk jong gestorven is-
was 'n kleine dwaas.
—Maar hoe strandde' Nortna nu eigen
lijk in Parijs? vroeg mrs. Mc Allister
nogmaals.
Om je de waarheid te. verte.u
Katherine. ken ik ook alle details1m
precies. Ik weet, dat het meisje °p n
een of andere kunstacademie een
haar vader stierf en haar zo"anh0pig
cent achter liet. Het kind was"wann'opig
en kwam ten einde raad naar, voejj
Norma vertelde mij alles en-
riiik weer. dat ik
- O, jij denkt natuurluraas was>
een sentimentele oude d j di+
waar Katherine? Maar d«t» m dit
veil heus met waar. Hf^allig wist
kelyk geen uitweg. n séc t'c 1K.
dat George Lanchester een a«retaresse
2v°e^igenm&eadaa"best °P
bedoel je, met dat ..levendige
»r natuurlijk
W..J mr..
Mrs Mc Allister kon aoh „;et weer-
fr°-d,?nie Verónica'.
nvniLiw— v x Q.3. CL HiC w t-X
kelijk af, of We allebei het
zelfde meisje bedoelen.
pe barones sehrqk op en keek haar
bezoekster recht in de ogen: Wat be
doel je. Katherine? Ctothul mij nu on
derhand het mysterie eens.
De bezoekster haelde de schouders
op en antwoordde: ik ]jan je niets an
ders over haar vertellen, dan dat John
Meredith m« haar geheel anders be
schreven heeft.
Nou, als John haar njet buiter ïe-
woon m°Oi en ljef vindt,- moet hij wel
stekeblind zijn. Ik ben er zeker van dat
geen man 2i?h a5n d® bekoring
yan kunnen onttrekken.
Maar. Kathéfine, je zei kort na je komst,
dat je Norma ontmoet" had R dat dus
dïtent te iffir SW66St 0in m"
v. ^s' Mc AUister boog het hoofd een
beetje eh kreeg een kleur: - Ja. Vero«-
ca ut de met dadelijk al te duidel«K_
over Norma Hailey beginnen Pe wa
bfii dat ddfrh Meredith mij
inlichtingen over haar gevraa/d nae"
®n my haar nauwkeurig
heeft. Maar daar klopt mets van met wat
jij me zo juist vertelde, a >i)(j
Hierna bleven de dames nefn ®gf!JA!
praten over het mysterie van ige
secretaresse.
's Avonds belde mrs. Mc AUister haar
vriend Meredith al op om hem Verslag
uit te brengen van haar onderhoud met
Veronica Stream.
Wat zeg je? vroeg Meredith, die zijn
oren niet kon geloven: Is Norma Hailey
volgens de barones een blonde schoon
heid?
Ja. zelfs zilverblond, bevestigde
de dame en plagend voegde ze hieraan
toe: Ik dacht, dat je smaak beter ont
wikkeld was, John. Hoe kun je Norma
Hailey een saai en smakeloos meisje
noemen? j.
Toch was de die mij bij
George als Normai Hailey'werd voor
gesteld, inderdaad ald?rnï^st j*m schoon
heid, hield J°bAhIar hu n dankte mts.
!Asiond! Zilver-blond! 1J m°mpelde:
^dachten voor een
door he+ f ag Werden gemo-
m®" mch ve^o. ?Sterie met het hals"
S,' Am-bros» pA„ 'i?y evenmin de moord
SlArkeink niot yf6athèi'. maar hij wist
zaak beginnen Waar hiJ met deze laat-ste
werkeü|nzo"ei!oest- H« J"?akta zich
ooit tot een ?Var> hy haar wel
gen. so&d einde zou kunnen bren-
te^ram^® scheen de zon door de gro-
spronb kl ,Van ziin slaapkamer, of hij
eerfeéS net ;bed uit en maakte zich snel
nen T °m weer aan het werk te kun-
tn de eetkamer zat zijn vrouW reeds
„7 de ontbijttafel .daar ze wist, dat haar
als hij met een of andere zaak be-
A;® was. altijd de gewoonte had zo vroeg
mogelijk te beginnen
„—Ik hoorde zo juist, vertelde ze: dat
peter en Johanna gisteren uit Parijs hier
zijn aangekomen om hier hun vacantie
door te brengen. 1
peter en Johanna? vroeg John, die
deze namen, niet direct kon thuis bren
gen.
Ach, je weet toch w-el, John? Peter
zit toch immers in Parijs op de Britse
ambassade?
o, bedoel je hem.. Zo, zo, is hij mo
menteel hier? Ik vraag me af, ofZeg.
weet je misschien ook, in welk hotel hij
momenteel verblijft.
Ja. dat weet ik. Hij heeft apparte
menten in Clardidge.
Slechts enkele minuten later had Me
redith dat hotel al aan de telefoon. Hij
vroeg Peter Thatcher te spreken. Even
later klonk er een ..Hallo''.
—Met sir Peter Thatcher? Ha, Pe-
ter: ben jij. !t Je spreekt met John Mere
dith. Hoe gaat het met Johanna
b6^' i inleiding, kwam Mere-
JS -Ikaben !?Wgeeduwmde achttien maan
den derde Cretans op de Britse am-
baf!adeprffiï. L,an ken je toch zeker
wel de meeste leden van de Britse kolo-
meeste wel. ia.
Zeg, heb Je wel eens gehoord van
een zekere N°rma Hailey?
e Nou, en ut! Wie heeft dat nu niet'
Y^kVingenTLu911 3&0rtdameenm
we Meest fn ,n ^ueert ze gewoonlijk?
r hif rie a 1rtkrin-gen. ohder ande-
ftfririJ hes f avjn Anne d® Vassignac,
i! mviel jawoord. Mqar waarom heb
BaiRy John? linjg v00r die N°r3
ze' 'Je daar, .Peter?
vroeg, Waarom je zoveel belang
de telèfo Bailey, zong Peter door
,77 Hoorde ik het goed, dat je Bailey
.zen Begint haar naam dus niet met een
H- doch met. een B'
Ja natuurlijk Je vroeg mij toch
«Miners naar miss Bailey?
Hm! Dat is eén vreemde toevaljig,,
beid. Peter. Ik vroeg je' namelijk naar
miss Norma met een M.' Hailey.
Je hebt je zeker in de naaM vergist,
veronderstelde Peter.
Dat kan wel. -Hoe ziet die miss Bai
ley er eigenlijk uit, Peter?
Geweldig!
Geweldig leli k of mooi? Mooi, ja,
dat dacht ik wel: Is ze blond?
Neen, luidde het positieve ant
woord: Ze heeft rood haar.
Zo, zei Meredith, terwijl hij het
hoofd schudde en zich met de Uand over
de kin streek: En wat voert de jongeda
me momenteel uit?
Dat weet ik niet precies. Maar ik
denk, dat onze vriend Ca'lthrop je daar
over wel nader kan inlichten. Hij was
erg bevriend met haar.
Bedoel je de jonge Lord Caltfarop.
die momenteel secretaris is van de mi
nister-president?
Ja, die is het. Als onze premier
wist, dat zijn secretaris in Parijs de meest
ongure vrienden had, zou hij hem heus
wel de toegang tot zijn kabinet ontzeg
gen. Maar wat niet weet wat niet deert-
Nu, Peter, ik dank je voor je inlich
tingen. Ik ga weer eens aan het werk-
Dezer dagen bel ik je nog wel eens op
en dan maken we een afspraak voor 'rt
ontmoeting. Tot ziens.
XIV.
De staatssecretaris van overzeese ge
biedsdelen was een lange, statige man-
Hij heette Christopher Laud en oefen
de al jaren lang zijn voorname functie
uit. Hij keek zijn beide bezoekers a3?
en toen Yves Lanchester hem h
verhaal over het Sulungese halssnoer had
gedaan, fronste hij gestoord de wenk
brauwen.
Een nare geschiedenis, zei hij ten-
zaak#'was a^edlan hl6rmede d'
Teleurgesteld vroeg Yves: Maai
wat moeten we ondernemen, mr. Laud?
Ondernemen?, herhaalde de staats
secretaris, alsof hij de bedoeling van de'
ze vraag niet begrepen had.
Yves wilde weer gaan spreken, docl>
John Meredith gaf hem een wenk oh1
te zwijgen en begon zelf:
Mr. Laud, u zult zonder twijfel be
grijpen, dat George en Yves Lanchestef
er prijs op stellen ,deze ongelukkige ge
schiedenis zo snel en zo goed mogelij''
in het reine te brengen. Dit is geen ge
wone diefstal, dit is een zaak van zro0
internationaal belang en ik was van rr&'
ning, dat het 't beste Was, eens met u
te komen praten .daar de Britse con
necties met Sulungu onder uw Tvm-
petentie vallen. Het behoeft A be
toog .dat vertroebeli.ua- 7 e geen bt
necties voor on» om f n
hebben. ernstige gevolgen ka"
redith luisterde ernstig en toen M«.'
schr h Uitgesproken, knikte hi);
met e keel en antwoordde kol'
"iet het weinigzeggende: U heef'
Selyk, Sir John
Yves wilde wederom beginnen te spre
ken, doch ook ditmaal gaf Meredith hen}
een wenk, hopend, dat mr. Laud ze11
Zijrt mening zou gaan uiteenzetten. D'
gebeurde ook.
Ja. ik vind dit een zeer belangrijke
en ernstige zaak. zei hij, bedachtzaam'
ieder woord afwegend: Ik zal dan oo)(
alle gegevens verzamelen en die met ne
eerste minister bespreken.
Z°u het niet mogelijk zijn, dat
bij dit onderhoud aanwezig ziin'' vroef
Meredith.
T "7Bat wil jk proberen, beloofde rnJ
Laud Inderdaad kwam, nadat John ef
ïves een minuut of tien in de spreek
kamer, hadden gewacht, het bericht,
de premier hen zou ontvangen. In &K
zeischap van mr Laud gingen zij ns3,
Downingstreet no. 10, waar de staat'
Secretaris, onmiddellijk, werd toegelateJ,
bij 'de eerste minister, terwijl John
Yves naar een wachtkamer werden
leid.
<1
Nauwelijks zaten ze daar. of er tr®,
een jonge'man binnen, die hen uithD
digde hem te volgen naar het kabim
van de premier. .e
Gaarne, zei Meredith. Hij keek u
jongeman eens aandachtig aan en vr<?U
toen: Hebben wfj het genoegen 111
Lord Calthrop te spreken?
Inderdaad.
(Wordt vervolgd)'