Leger en regeringsjubileum V jeugdige lezerskring Kinder- bezoek hoe zit dat? Drie rode strepen Het huwelijk van prinses Anna oor onze Een dajypere PL A A G G EES T ANG OP EEN INDISCH AVONTUUR Harde plicht werd verzuimd Import van kersen uit België zullen ze leven 2ATEKDAG 12 JtJNÏ I94S PAGINA Demonstraties in verschil- 1 lende plaatsen van 't land HET GOOI BINNEN TIEN JAAR TBC-VRIJ! Hele bevolking wordt doorgelicht BEDEVAART DERDEBRDE VAN ST. FRANCISCUS TREIN OP LUCHTBANDEN De Kerk week niet van Habr beginsel VERRADERS AANSLAG BEVOLKINGSREGISTER BERECHT DE „KAIMANA" OVER GEDRAGEN PATER DR. CAEC. HUIGENS ©OOOOQOOOOOOOOOOOO0' MOPPENTROMMEL - Voor GERT HARTEN A UTHIEL Even vriéndelijk begroette ik zijn ge volg, in het bijzonder zijn beide ministers Tjitro en Soko, waarna ik de heren voor ging naar de kajuit, waar we het ons ge makkelijk maakten. Hoewel een deel van het. gevolg aan dek was gebleven, daar de kleine kajuit niet voor een groot, gezel schap was ingericht, vulden ook de wei- nige mensen, die er nu vertoefden, o.w. de vorst, diens ministers en twee prinsen, de bekrompen ruimte reeds geheel, zodat de atmosfeer al spoedig veel te wen»'' overliet. .qj, "ir "i" 'li Jt In het kader van de medewerking der Koninklijke Landmacht aan de herdenking van het regeringsjubileum van H. M. de Koningin zullen in de komende weken in verschillende delen van Nederland legerdemonstraties worden gehouden. In het ressort van het eerste militaire gewest zal op 19 Juni ■».s. te 15 uur op de Craailosche heide te Hilversum tussen het Sint Janskerkhof en de Craailosche Brug, een legeroefening voor het pu bliek gehouden worden. Daarbij zal een aanval op een verdedigd steunpunt ge demonstreerd worden door een bataljon Infanterie ondersteund doo» pantser wagens, tanks en artillerie, terwijl ook vliegtuigen aan de demonstratie zullen deelnemen. In het tweede militaire gewest is de gemeente Rijssen (O.) als plaats voor een leger-demonstratie uitgekozen in verband met de herdenking van het 700-jarig bestaan van deze plaats. Daar zal op 28 Juli te 14 uur op de be kende Koningsbelt een legeroefening worden gehouden, waarbij verschillende hoge militaire auto" 'tc:ten worden ver wacht. Deze demonstratie zal worden voor afgegaan door een op 27 Juli te hou den gemotoriseerde mars door een groot aantal plaatsen in de Gelderse Achter hoek en in Twenthe. Tijdens 'ere mars zullen de deelnemende troepen defileren te Winterswijk en te Er schede. Bij de leger-demonstratie op de Ko- aingsbelt te Rijssen zal men een aanval kunnen zien van infanterie-eenheden op een verdedigde stelling. Bij gunstig weer zal ook de luchtmacht aan de oefe ning deelnemen en o.m. een demonstra tie in „droppen" geven. Op 18 Juni zal, zoals reeds door ons gemeld, door de bevelhebber in het der de militaire gewest een mars met défilé worden georganiseerd in Z. Limburg. Aan dit défilé nemen verschillende on derdelen van de Koninklijke Landmacht deel, waaronder Infanterie, et,en zon der terrein-auto's, veldartillerie, luoht- Ook ln het Gooi gaat men op groot scheepse wijze de t.b.c. bestrijden door middel van het Amerikaanse Phllips- apparaat, waarmede het mogelijk is 150 180 mensen per uur door te lichten. Op deze wijze kan men' de „aanleg" in het allereerste stadium bestrijden en de ge vreesde ziekte geheel uitroeien. Men wil alle inwoners van het Gooi met dit ver plaatsbare toestel onderzoeken. Binnen tien jaar kan dan het Gooi t.b.c.-vrij zijn.' Van de benodigde f 100.000 is reeds een aanzienlijk deel bijeen. Vrijdagnacht is een. door de Francis caanse Derde Orde georganiseerde bede vaart, waaraan ongeveer 60 personen, voornamelijk afkomstig uit de provin cie Limburg, deelnemen .yanuit Roosen daal naar Rome en Assisië Vertrokken, lï de Eeuwige Stad zullen zij o.m. door de Paus en de generaal der Minderbroe ders in audiëntie ontvangen worden. doelartillerie, pantserdoelartillerie en pantserwagens. Eenheden van de lucht strijdkrachten zullen zich tijdens het dé filé boven de colonne bevinden. In totaal bedrai.gt et aantal deelne mers ongeveer 1200. In Sittard, Heer len en Kerkrade wordt doo. de autori teiten gedefileerd en wel te 10.15 resp. 12 en 15 uur. Ook de Noordelijke provincies krij gen haar aandeel in de legerdemonstra ties. Het ligt in het voornemen van het vierde militaire gewest in zijn 'gebied een mars te doen houden op 30 Juni, 1 en 2 Juli a.s. door een geheel gemoto riseerde colonne, bestaande uit infante rie- en artillerieonderdelen, gelegerd in bovengenoemd gewest. Deze mars leidt door Friesland, Groningen en Drenthe, met uitgangspunt Steenwijk. Mgr. Mathias Brans, apostolisch vi caris van Medan, die ruim een jaar in Nederland heeft doorgebracht na zijn bevrijding uit de Japanse con centratiekampen, hoopt Dinsdag 22 Juni zich in ie schepen op de „Oran je" voor vertrek naar zijn missiege bied. Op de laatste bijeenkomst te Washing, ton van de gedelegeerden van 15 landen, leden van de studiegroep voor rubber- vraagstukken, heeft M. Michanz, vice- president van het „Institut Francais du Caoutchouc" onthuld, dat de S.N.F.C. (de Franse Spoorwegen), in Frankrijk drie wagenstellen' van ieder ze$ wagens welke op luchtbanden lopen, laat bou wen, bestemd voor de lijn Parijs-Straats burg. Van deze drie treinstellen zal er één uitgevoerd worden in roestvrij metaal, het tweede in gewoon staal en het derde in een lichte alliage. De wielen van de wagens, voorzien van luchtbanden, welke tot een spanning van 9 kg. zijn opgepompt, hebben een driemaal zo grote adhesie op rails als de ijzeren wielen. Hierdoor wordt een gro tere acceleratie en remcapaciteit verkre gen. Niet van luchtbanden voorzien is dé eleetrische Diesellocomotief, Met een gemiddelde snelheid van 100 k,m. per uur zal deze „rubbertrein" ge heel geluidloos de reizigers vervoeren. Ingaande October zullen deze treinen in gebruik genomen worden. Een ontluikende liefde tussen twee vorstenkinderen is een gegeven, dat als een sprookje op de menselijke verbeel ding werkt. Aan belangstelling voor zo'n idylle bestaat doorgaans geen ge brek. In de meeste artikelen, die aan het gelukkige paar worden gewijd, valt door gaans zelfs de neiging te bespeuren om de personen in kwestie enigermate te idealiseren. In de afgelopen Week stonden' ex- koning Michaël van Roemenië en prinses Anna de Bourbon—Parma in Met middel punt der wereldbelangstelling. Het tra gisch lot van deze jonge vorst, die door de druk van Moskou van zijn troon werd gestoten, heeft de algemene sympathie voor zijn persoon en zijn lgfuid ongetwij feld verhoogd. Maanden achtereen is er in pers, film en radio volop aandacht 9an deze „sprookjeskinderen" besteed en vooral de bruid is inmiddels zo populair geworden, dat zij overal gemoedelijk „Nan" wordt genoemd. Aanvankelijk waren zij van plan een gemengd huwelijk te sluiten. Om gemo tiveerde redenen was de Heilige Vader genegen dispensatie te verlenen doch slechts op de noodzakelijke voorwaarde, dat de ex-koning, die tot de Grieks- orthodoxe kerk behoort, beloofde, dat zijn kinderen een katholieke opvoeding zouden ontvangen. Michaël heeft daartoe niet willen be sluiten. Toen hij weigerde, mocht zijn bruid hem haar woord niet meer geven. Zij moest haar verloving verbreken. Dit was haar plicht en deze plicht was hard. Zeer hard zelfs. Maar er kunnen in het leven ogenblikken zijn, waarop men zich de woorden van de Goddelijke Zalig maker herinneren moet, die ons waar schuwde: „Zo iemand tot Mij komt, en zijn vader niet haat, zijn moeder, zijn vrouw en zijn kinderen, zijn broers en zusters, ja .zelfs zijn eigen leven, hij kan Mijn leerling niet zijn" (Luc. 14, 26). Deze verplichting is de jeugdige prin ses te zwaar gevallen; zij 'deed, wat zij nooit had mogen doen: zij zette haar zin door. „Nan trouwt toch", lazen we ergens in een courant Neen, Nan trouwde niet. Zij is nog steeds niet getrouwd, al heeft er volgens de dagbladen van de week te Athene een huwelijksplechtigheid plaats gehad. Aan de geldige voorwaarden is niet voldaan. Deze verbintenis is niet voor de pastoor aangegaan, want als zo danig mag de schismatieke aartsbisschop Damaskinos, die het pauselijk oppergezag niet erkent, niet beschouwd worden. Daar volgt dus uit, dat dit beweerde huwelijk als bittere vrucht practisch een concu binaat heeft voortgebracht, dat in wezen een zondige samenleving is en niets anders. Door haar misstap heeft de on gelukkige prinses zich een banvonnis op de hals gehaald en zich van de gemeen schap der gelovigen' uitgesloten. Zo is het sprookje helaas in een tragedie ver anderd. Het is goed zich deze treurige waar beden bewust te blijven. In een land als het onze, waar het gemengde huwelijk een der grootste rampen is, die de Katho lieke Kerk teisteren, raken zelfs vrome getrouwen onwillekeurig met valse be grippen van moderne dwalingen besmet. Zij weten de zaken niet zuiver meer te onderscheiden en spreken en schrijven over huwelijken, waar deze eenvoudig niet bestaan. Er is nog een andere les, die we uit deze trieste historie kunnen trekken. Eens heeft St. Jan de Doper moedig en onverschrokken een koning op zijn wan gedrag gewezen. Ook thans heeft de grijze Opperherder zich door de luister van beroemde geslachten niet laten im poneren en wat Hij van al zijn onder danen zou vragen, eiste Hij ook van deze prinses. Toen zij niet wilde, week de H. Vader niet. Wanneer het over beginselen gaat, weet de Kerk van geen wijken. Jaren geleden heeft een geruchtmakend boek wel eens anders geïnsinueerd. De afgelopen week heeft weer eens bewe zen, hoe vals deze strekking was. De Belgische kersenoogst,' die i ets vroeger valt dan in ons land en er even als deze dit jaar goed voorstaat, is be gonnen en vindt sinds enige dagen een deel van zijn afzet in ons land. Het vorige jaar deden zich bij deze import aanvankelijk,,veel gevallen voor van deviezensmokkel, ten gevolge waar van de Belgische kersen hier te lande bleken te kunnen worden verkocht tegen zeer lage prijzen, die zelfs onder de bij import gefactureerde lagen. Óm dit kwaad tegen te kunnen gaan, zijn maatregelen getroffen, die Neder- laijd in staat stellen 4e Belgisch* markt, prijzen dagelijks te controleren. Op grond van op deze wijze verkregen gegevens wordt de z.g. „dagprijs" bepaald, d,i- de prijs per kg., die Ned. importeurs in Bel gië mogen besteden. Door deze dagprijzen nauwkeurig vast te stellen, zijn de kan sen der importeurs, de persen voor lager prijzen te bemachtigen dan zij aan de grens met hun facturen verantwoorden, goeddeels geblokkeerd. Het Amsterdams B. G. heeft gister morgen de twee hoofddaders bij het verraad van de aanslag op het bevol kingsregister te Amsterdam, de 46-ja- rige P. Th. T., voormalig N.S.B.-elgenaar van een confectie-atelier en zijn onder geschikte, de 36-jarige A. v. d. L„ resp. tot levenslange en 15 jaar gevangenis straf veroordeeld. Tegen ,T. was de doodstraf geëist, doch,' zo bleek uit de sententie, beide verdachten zijn aan deze zwaarste straf ontkomen, doordat zij ge durende de zittingen hardnekkig de schuld op elkaar schoven, waardoor .het initia tief tot het verraad bij geen van beiden bewezen kon worden geacht. Beiden kregen het recht op cassatie. Het door de Machinefabriek Scheepswerf van P. Smit Jr. N.V. te Rot terdam gebouwde enkelschroef motorschip „Kaimana" werd dezer dagen door het Directoraat-Generaal van Scheepvaart overgenomen. De opdracht voor de bouw van dit schip werd aan de werf ver strekt in 1945. De technische bijzonderheden zijn de navolgende: grootste lengte 84.26 m„ breedte 13.10 m„ holte tot hoofddek 5.84 m.. holte tot tentdek 8.18 m., diepgang 4.52 m., waterverplaatsing 3600 ton, draagvermogen 1850 ton, bruto register tonnen 2150 ton, netto register tonnen 1550 ton. De voortstuwing geschiedt door middel van een enkelwerkende 2-taktmotor, systeem Sulzer, met trunkzuigers. 5 cy linders. direct omkeerbaar, ontwikkelen de 1300 A.P.K. bij 195 toeren per minuut. Deze motor is gebouwd door „De Schel de" te Vlissingen. Het schip is ingericht voor het ver voer van 12 passagiers eerste klasse. 12 passagiers tweede klasse, 20 passagiers derde klasse en circa 900 dek-passagiers. Bij K.B is pater dr. 'Caec. Huigens, O.F.M., directeur van de Kerkmuziek- school te Utrecht, bevorderd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau. Ing. 20 Mei J.l. is aan de gep. hoofd officier M.S.D. Ie kl tit. J Verschoor de titulaire rang van schout, bij nacht van de Marine-stoomvaartdienst ver leend. Als je je oogjes maar heel stijf dicht houdt, dan branden ze niet zo.. Moeder heeft de overgordijnen ook al een beet je dichtgedaan, want het licht doet zo'n zeer. Grappig, dat je nu helemaal vol rode vlekjes zit. Mazelen, zei dokter. Bart zei, dat haar jieltje nu ook vol rode vlekjes zat. maar die weet er lek ker niets van. Zijn eigen zieltje zal .wel vol met zwarte vlekjes zitten, want hij is altijd heel erg stout. Margreetje houdt veel van baar grote broer maar hij moet Ineke, haar liefste vriendinnetje, niet zo plagen en aan haar kattestaarten trekken. Daar zijn ze niet voOr*en ze heeft er altijd zulke mooie linten in. Straks zal ze wel even komen, als de L Zachtjes aan ,dan«breekt het lijntje niet is deze week het parool. Maar Zon dag zijn er toch maar liefst drie tege lijk en wel GER T. (12 jaar), JOKE W. (io jaar) en SJAAN K. jaar). Donderdag hebben we als jarige GRé VAN E. (13 jaar) en Zaterdag sluit KAREL VAN R. (12 jaar) het kleine rijtje. Voor allen natuurlijk het gebrui kelijke proficiat. school uit is. Bij hen thuis hebben ze allemaal ai mazelen gehad. Wat zouden ze nu op school doen? Re kenen of tekenen? Allebei leuk, vooral tekenen, daar is Margreetje dol op. Toch wel fijn, als je dat zo mooi kan. Later wordt zij vast tckenares, ja, dat heet eigenlijk wel anders, zo'n moeilijk woord. Gaat ze fijn tekeningen maken in leuke kinderboeken. Jongensboeken, meisjes boeken, sprookjesboeken. Allemaal mooie boeken.Oei, daar wordt gebeld, zou dat Ineke al zijn? Stemmen, die nader bij komen. Moeder, die zegt: „Hier ligt ons mazelen-patienlje. Kom U maar verder". Och, wat leuk, dat is die mevrouw, die nog maar pas naast hen woont en waar ze een paar keer boodschappen voor ge daan heeft. „Dag Margreetje. Ik miste je ai een paar dagen en toen vertelde Bart me vanmorgen, dat je ziek was.^ Ik heb wat kersen meegebracht, zou je die lusten?" „Fijn, lacht Margreetje, wat reuze van U. En de kersen 'zijn nog zo duur". „Voor zieken niet hoor. Eet jij ze maar fijn op. Ik kom je eigenlijk vertellen dat je zo'n reuze broer hebt. Weet je, dat hij zo juist een heel klein- jongetje uit de vaart heeft gehaald en nu op 't po litiebureau zit. Vader is droge kleren gaan brengen, 't Kindje was al helemaal blauw, maar het gaat nu goed. Als Bart er nu ook maar niets van krijgt". Bart. Stralend ziet Margreetje haar Moeder aan. Gisteren heeft hij nog zo'n standje gehad, omdat hij de fietsband van Oom Dick leeg had laten lopen en Vader hem net snapte en nu heeft hij ©OOOOOOfSOOQQOOOOOQOQOOOOOO "Wel, je ziet zeker wel, wat er deze week aan ons hoekje ontbreekt. Geen versje! En dat is jullie eigen schuld, want de voorraad is op. Wie doet er nog eens zijn best? Verder zijn er deze week weer wei nig briefjes. Ik vind bet niet aardig, dat jullie me zo in de steek laten. Maar daarom ook een extra bedankje voor de getrouwen ,die 'door dik en dun schrij ven. Fijn hoor. aan zulke lezertjes heb je tenminste iets. TRUUS V. <11 j). ba, ba, dat ver haaltje holdl me gewoo^ uit mijn slaap, zo nieuwsgierig ben ik er naar. Ja, je adres heb ik keurig netjes op epn kaartje staaij, maar of er van visite veel zal komen? Dus ook over de bede vaart houd ik nog een verhaal tegoed? BRAM B: (10 j.)netjes hoor, me zo maar te vergeten. Enfin, je geheugen is nu tenminste weer opgefrist! Bn dat van Willy? Je brief- was keurig, Bram, net of ik ook op da boot ben geweestv Hoe gaat het anders op school? KOOSJF. L- <9 .i.l, wel kerel, eerlijk gezegd viel je brief me een bpetje te gen. Ik moest twee keer kijken, om een keer iets te zien! Volgende keer /en langere brief, hoor! Dan nog gefelici teerd met de verjaardag van je vader. Wat heb 'je hem voor cadeau gegeven? MIES v. R. (13 J.T, dat arme paard, met drie kinderen op zijn nek, rug na tuurlijk. Je vader was toch zeker in de buurt, om een oogje in het zeil te hou den? Van je vriendinnetjes ken ik er een nog niet. Vind je niet, dat daar iets aan gedaan moet worden? HANNY T. (13 j.), hartelijk bedankt voor je moppen. Je ziet ze wel ver schijnen. En dan kijk iik natuurlijk vol belangstelling uit naar je raadsels. Hoe veel? Nou, laten we zeggen, niet meer dan 250Ve^j plezier natuurlijk met Wim's verjaardag. LEO T. (14 j.), welkom in ons krin- getje en direct al bedankt voor je erg leuke brief. Ik heb er nooit bezwaar te gen, wanneer iemand geregeld wil schrijven. Misschien zien we elkaar dan nog wel eens in de treinAls je precies schrijft hoe je er uitziet, zal ik naar je uitkijken. JEANNE B. (11 j.), de laatste zin in je brief begrijp ik niet erg goed. Waar om doe je het dan? Ais je een beetje ijverig bent, heb je er vanzelf al geen moeite meer mee. Kom. tanden op el kaar, Jeanne ,dan zul je eens wat zien! Schrijf je eens hoe het ermee staat? Met. deze 7 briefjes is de bus helemaal gelicht. Alleen nog even een bedankje voor Joke, Hansje, Victor en Maeke D„ die me zo'n leuke kaart stuurden. Laat een van jullie eens schrijven! OOM LUUK. een klein kindje gered. Margreetje rilt even. Stel je voor, dat het kindje toch verdronken was of Bart. „Komt hij gauw thuis. Bart?" Als ant woord wordt er gebeld. Er is ineens een geroezemoes van stemmen. Bart. die heel verlegen ls en alle lof afweert. „Ik kón niet ander» Moeder en ik ben zo blij, dat ik 't gedaan heb, al was 't water ook ijskoud. Maar ik heb een heerlijk glas port op Mar- greet gedronken, nét echt. Eenblond en een heel donker hoofd buigen zich de volgende dag over een berichtje in dé krant. Bart, die op slag beroemd geworden is. Margreetje is toch zo verschrikkelijk trots op hem. Ais ze met Bart, als ze weer beter is, naar Keesje gaat kijken, die door héar Bart gered is, dan weet ze, dat Bart later al tijd aan dit kleine kereltje zal moeten denken. Telkens als hij op zijn horloge, kijkt, het geschenk van de dankbare ouders van het jongetje. M. WOERDENBAGCH—SENö. Meester: .Waarom kom je te laat. Jan?" Jan: „De klok stond sfil, meester," Meester: „En jij, Piet?" Piet. „Te laat geroepen, Meester". Meester: „En fjiaas?" Klaas: „Wij hadden ons verslapen. Meester". Meester: Jün Kobus?" Kotous (half schreiend): „Ze hebben alles ai gezegd ,ik weet niet meer, mees ter Pietje: „Zijn de negertjes arm?" Micntje: „Nou. Pietje, ze kunnen niet eens zeep kopen om zich te wassen Kijk 'ns hoe zwart ze zien". Jan (terwijl hij met een ernstig ge zicht naar de gloeiende bout van een loodgieter kijkt): „Als ik een dubbeltje krijg, lik ik er aar»". „Dat wil ik zien", zegt de loodgieter. Jan krijgt een dubbeltje, likt er aan en is verdwenen. Kinderwerk hè, verleden week! Maar toShenfin, kijk zelf maar: 1. de tafel, 2. de koe, 3. een herenhoed, 4. msal-tijdën; 5. ge-weten. Rustig gaan we door met de „gemak kelijke" raadsels. 1. Welke wijzers kan geen uurwerk maker gebruiken? 2. Welk lood is lichter dan lood? 3. Welke wijzers zijn niet op de klok te vinden? worde^egerte,uk„ed?balken k"n hUiS Sir - m, -—(ÉÉÜfcëi» B. Wie heeft een voet zonder tenen? OQOOOOOGGOOGOOOGOOGOGGOOOOGOGGOOOOGOOGOGOOOGOGGGGGQglOGGXIOOOGQQOÓQOOOOQOOGOOGGGOGOOOOOOOOOOGOOOQOOGQQQ©©©®1 Ons Romanbijvoegsel hoofd en verblindde onzs ogen. Ik steunde INHOUD VAN HET VOORAFGAANDE: De kapitein en commandant van de gewapende politie tn het district Bila (Sumatra's Oostkust) is bevriend met de fakir Si Malaga, een mohammedaan, die reeds herhaaldelijk merkwaardige staaltjes van speurders-capaciteiten heeft vertoond. Si Malaga zegt op een avond, onheil te voorvoelen: „Ik zie drie vlammende, bloedige strepen. De dood rijdt door bos en nacht". Later zegt hij, dat hij in een droom beeld de vriend van de kapitein P planter die Friedrich von König is ge heten met een kris doorstoken dood in het oerwoud zag liggen. Inderdaad wordt König later ver moord in het bos gevonden. Enkele dagen daarna krijgt de com mandant bericht, dat een met kostbare edelstenen bezette kist, waarin „de tul band vin -de profeet," bewaard werd, uit een moskee gestolen was. Op de plaats waar de kist gestaan had, was een stuk papier met drie rode strepen neergelegd. De commandant gaat op onderzoek uit en ondervraagt een Chinese koop man, die de dieven met de kist het bos in had zien vluchten. 3). Ik hoorde 'n pa^r Chinezen zeggen, dat de kist in het berenhol het veiligst zou zijn. Daar zou niemand hem zoeken. Bovendien zou het zeer gevaarlijk zijn om daar heen te gaan, want vijftien ge wapende koelies bewaken de kist en schieten iedereen neer, die het zou wagen hen te naderen. Ik kan u zeggen, heer, het .zijn uitgezochte, wilde kerels, die voor' geen moord terugdeinzen. DaV zullen we moeten ervaren, Tscher. Saja, maar als de toean comman dant het werkelijk ervaart en als hij door een verdwaalde kogel wordt getroffen, dan kan de toeancommandant mij niet beschermen endan zullen de Chine zen me vermoorden! O, heer, ga niet zelf!, smeekte hij angstig. Stuur uw soldaten, bescherm meenen vertel alstu blieft niemand, dat ik het was, die alles verraden heeft! En waarom heb je alles verraden, Tscher? De man aarzelde een ogenblik met zijn Bntwoord; daarna zei hij bijna fluisterend: Omdat de anderen me niet gevraagd hen ben om mee te doen. Ik krijg nietsen de anderen zullen samen de winst delen Toean commandant, ik ben een eerlijk man,- ik deel met iedereen. Waarom zij dan niet met mij? Innerlijk moest ik lachen om deze op rechte bekentenis, die de zonderlinge op vatting van eerlijkheid van deze Chinese koopman wel in een zeer duidelijk licht stelde, maar ik begreep, dat het au raak was zijn hebzucht nog te doen toenemen Je hebt gelijk, Tscher, ging ik der halve op zijn opmerking in: Nu zul jij de enige zijn, die wint, want jij krijgt nu van de radja een hoge beloning en de an deren zullen naar Batavia worden ge bracht, waar zij ongetwijfeld zeer streng zullen worden gestraft. Een triomfantelijke blik uit zijn spleet ogen bewees, dat ik juist getipt had. O, heerdan zullen de andere Ju weliers hier geen zaken meer kunnen doen. Wat zal ik dan rijk worden! Dat hoop ik voor je, Tscher!, knikte ik hem toe: Maar voorlopig zal ik je nog in arrest moeten houden, evenals je slechte vrienden en wel zolans» tot ik de heilige kist weer in.mijn bezit heb. Ik floot en beval de binnentredende soldaat, de gevangene weg te leiden. Mijn adjudant diende de conmmandant van het detachement gewapende politie te Negri Lama, luitenant Karsten. aan. Onmiddellijk daarop trad deze officier binnen en nadat hij rapport had uitge bracht, wijdde ik hem in de gebeurtenis sen van de laatste uren in. Gezamenlijk beraadslaagden wij daarop, wat ons ver der te doen stond, Hoeveel man kan je voor de expe ditie beschikbaar stellen, Karsten? Dat is moeilijk te zeggen, kapitein, antwoordde hij bedenkelijk: Het is hari- bajaran vandaag en dat maakt extra toe zicht in de plaats noodzakelijk. Mijn men sen hebben de handen vol om de orde te bewaren. Maar ik denk toch wel, dat ik vijf man zal kunnen vrij maken. Ietwat teleurgesteld keek ik hem aan. Hmdat-is niet veel! Er moeten vijftien goed bewapende koelies in het berenhol huizen. En wie weet, of die op gave wel juist is. Het zou me mets ver wonderen, ais het er nog meer zijn. Ik heb in totaal slechts zes man meege bracht, mijn adjudant meegerekend. Voor de omsingeling van het buitengewoon moeilijk terrein lijken me dertien mensen wel wat heel weinig. Het gevaar is lang niet denkbeeldig, dat er 'n paar.van ons door de bandieten worden neergelegd, want je kunt er van op aan, dat ze daar een goéde dekking hebben. Maar hoe zit dat, kunnen we van de lijfwacht van de radja niet een paar mensen krijgen? De luitenant lachte verachtelijk. 'Och, wat, kapitein, daar is er geen een bij, waar je behoorlijk mee-voor de dag kunt komen. Het zijn stuk voor stuk operette-soldaten, die je meer in de weg lopen, dan dat je er enig nut van hebt. Hm! Geërgerd stak ik een sigaret op en na denkend blies ik de rookwolken tegen het lage plafond: Ja, dan zuilen we ons alleen moeten helpen, besloot ik na kort overleg. Breng je mensen zo spoedig mogelijk hier en zorg voor goede bewapening; over een half uur breken we op. De officier salueerde. In orde, kapitein! Daarna keerde hij zich om en verliet haastig het vertrek. Met militaire stiptheid marcheerden we een half uur later af. Wij vermeden de hoofdweg, maar maakten, teneinde zo weinig mogelijk opzien te baren, gebruik van zijwegen, welke aan de rand der resi dentie door het bos leidden. De voorhoede werd gevormd door twee beproefde sol dalen. die ver vooraan liepen en tot taak hadden, het terrein te verkennen en naar enigszins begaanbare wegen te zoeken want om op goed geiuk door struikgewas en moerassen te dringen, leek ons te ge vaarlijk. Op deze voorhoede volgden mijn adjudant met twee soldaten en tenslotte de luitenant, ik en zes man. Zo trokken we zwijgend het gevaarlijkste deel van onze expeditie tegemoet. De zon zweefde als een vuurbal aan de donkerblauwe hemel, maar hier in het vochtig warme, schemerachtige bos wa ren wij beschermd tegen haar verzengen de stralen. We liepen over een pad, dat onmiskenbaar pas korte tijd geleden ge baand moest zijn, want de voetafdrukken waren vers en de platgetrapte grashalmen hadden zich nog slechts gedeeltelijk weer opgericht. Mijn adjudant kroop als een Indiaan over de grond; geen enkel spoor, hoe klein en onduidelijk ook. ontging de scherpe blik van zijn spiedende, donkere ogen. Zo waren we ongeveer egn uur dwars door het oerwoud getrokken, toen de on derofficier plotseling als een kat overeind sprong, de voorhoede voorbij rende en in een dichte bananenstruik verdween. Kort daarop hoorden wij een gesmoorde kreet en een rochelend geluid, gevolgd door de val van een mens. Zo snel als het moei lijke terrein dit' toeliet, snelden wij in de richting vanwaar het geluid kwam en daar vonden we op de grond.het lijk van een koelie met doorgesneden keel. De onderofficier kwam juist overeind en veegde het bloedige mes aan een lap schoon. Hij lachte grinimig. Dat was een vooruitgeschoven post van de bandieten, toean commandant! Ik moest hem beletten te schreeuwen, anders zouden we de kerels zo op onze nek heb ben gehad! Daar, <fean commandant, is het berenhol!. Hij wees in de richting van een dicht begroeid, heuvelachtig terrein. Weliswaar kon ik in de zee van blade ren geen hol onderscheiden, maar ik ver liet me geheel op deze bekwame gids en liet halt maken om te overleggen, hoe wij het moeilijke terrein met de weinige mensen waarover we beschikten, het best zouden kunnen omsingelen. Dat was op zichzelf een zeer moeilijke taak, omdat de situatie voor experimenten te gevaar lijk was en de kleinste fout ons het leven zou kunnên kosten. Nog had ik niet tot een besluit kunnen komen, toen uit het struikgewas een man van de voorhoede opdook en ons een te ken gaf, langzaam, voorwaarts te sluipen. Wij brachten oqze gewzren in de aanslag, legden ons plat op de grond en kropen voetje voor voetje, elk geruis zorgvuldig vermijdend, vooruit. Het was een zeer onaangenaam karwei, waarbij we onze handen en gelaat open reten aan venijnige dorens en met onze kleren aan takken, struiken en luchtwor tels bleven hangen. Vliegen, muskieten en andere insecten kwelden ons en hel zweet liep ons in stralen langs het voor van inspanning. Nu lagen we niet ver van de ingang van het hol. Het was een open tei rem na tuurlijk met bosbedekking waarop we tenslotte aangeland, waren. Geruisloos slopen we naderbij. i. Het hoofd en daarna ook hel. boven lichaam van een koelie Kwamen voor zichtig boven de rand van het hpl uit. Spiedend, als een slak. die gedeeltelijk uit haar huis is gekropen, gluurde hij m 't rond en zijn hand omklemde kramp achtig een geweer. Wij durfden nauwe lijks adem te halen en lagen onbeweeglijk achter onze dekking. Daar.... Als een panter op zijn bult, sprong een van mijn manschappen, slechts met een mes gewapend, varï achteren op de koelie toe. Een huiveringwekkende doodskreet en db bandiet viel als een tak op de grond. Deze kreet van de overvallene was echter tevens het signaal voor de strijd. Een kluwen van bruine Wv?n wrong zich door de opening van het bol, woeste kre ten weerklonken, schoten knalden, men sen rolden in doodsstrijd of m een hevig gevecht gewikkeld over de grond en in het stille bos werden al deze angstwek kende geluiden honderdvoudig weer- Ksstst. Een reus van een kerel had zich boven op me geworpen en als vastgebeten rol den we tezamen door de modder. Met in spanning van al mijn krachten trachtte ik m'n hand vrij te maken om mijn mes te kunnen trekken, maar mijn tegenstan der omklemde mijn lichaam als een sta len schroef en ik had beide handen nodig om de kerel te beletten, met rijn tanden bij mijn keel te komen. Zijn bezweet, ver wrongen gezicht was slechts enkele centi meters van het mijne verwijderd en steu nend en hijgend worstelde ik om hem van mij af te schudden. Eindelijk gelukte het me, althans een arm uit zijn ijzeren greep vrij te maken. Gillend van woede probeerde hij mij weer in zijn macht te krijgen, maar het volgen de ogetlblik viel hij krachteloos ter zijde, want een van mijn mannen, die te hulp was gesneld, had hem zijn mes tussen de ribben gestoken. Slap vielen zijn ij; er- sterke armen langs zijn lichaam en nog geheel buiten adem van insjjanning sprong ik overeind. Ook de anderen bleken goéd werk te hebben verricht. Rond het hol lagen de rovers gedood of zwaar geboeid. Wij had den zonder verliezen gezegevierd. Welis waar was niemand er geheel ongedeerd afgekomen, maar de verwondingen waren gelukkig niet van ernstige aard. Nadat we ons in een waterplas wat had den gereinigd, verschaften we ons toegang tot het berenhol om naar de gestolen schatten te zoeken. Een fakkel, die we hadden meegebracht, werd ontstoken en daarmee belichtten we alle hoeden «"en gaten van het hol, dat jaren geleden wel licht een grimmige Maleise beer tot schuilplaats bad gediend, doch nu met hetzelfde doel door smokkelaars en ander gespuis werd gebruikt. Weldra vónden wij nu ook de uit de moskee ontvreemde kist. Zij was zorg vuldig verstopt in een nis van boom wortels en met aarde en takken bedekt. Het was een zware zwarte kist, welke nauwelijks door één man kon worden ge dragen, maar toen wij haar naar buiten hadden gebracht, ontdekten wij tot onze niet geringe schrik, <iat het deksel was open gebroken en het meest waardevolle stuk de groene tulband van de profeet verdwenen was. Ook de edelstenen, welke op kundige wijze waren aange bracht, bleken met beitel en hamer te zijn bewerkt. De dieven hadden kennelijk getracht, deze kostbaarheden te verwij deren, naar hef. scheen echter zonder re sultaat. Waarschijnlijk hadden wij hen bij dit, werk gestoord, maar hoe verheu gend dit. op zichzelf ook mocht zijn, wel zeer pijnlijk bleef het, dat wij de groene tulband niet vermochten te ontdekken. Noodgedwongen moesten we tenslotte het zoeken staken, daar het tijd werd om agn de terugtocht te denken. Het. bleek echter al spoedig, dat wij daarbij voor gfote moeilijkheden zouden komen te staan. De gevangenen, die een nauwlettend toezicht; vereisten, toonden zich weerspannig en trachtten zich her haaldelijk, wanneer het terrein daartoe een geschikte gelegenheid bood, uit de voeten te maken. Slechts met grote moeite slaagden wij er in, deze ontvluchtings pogingen te verijdelen en de weerspan- "'Sen zij het soms wat hardhandig tot doorlopen te bewegen. De hoofdtroep, onder leiding van mijn adjudant, was ons tenslotte ver voor; ik volgde met luitenant Karsten en twee soldaten op grote afstand. Wij baanden ons een weg door het kreupelhout, over doornen en ijzersterke lianen dwars door poelen en moerassen en wij slaakten een zucht van verlichting, toen wij eindelijk weer vaste grond onder de voeten voel den. Het wqs een open plek, waar de zon onbelemmerd kon doordringen, zodat de grond gescheurd was van droogte, 'n Paar enorme bomen waren hier blijkbaar als slachtoffer van de rrtuurelemenlen geval len en daaromheen lagen takken, blade ren en wat. groen. De plek noodde tot rusten en wij, achterblijvers, besloten hiei wat van de vermoeienissen te bekomen en nieuwe krachten te verzamelen. Spoedig waren we het eens over een geschikte plaats'en diés wikkelden we ons in onze muskietnetten en strekten ons behaaglijk uit. Ik had het me gemakkelijk gemaakt op een hoop droge bladeren, waar ik heerlijk in weg zonk. Merkwaardig: mijn rustbed veerde als een springmatras! Als ik mij er op bewoog, werd ik door een tegen druk weer omhoog geheven en dat spel letje beviel me zo goed, dat ik het enige malen herhaalde. Tenslotte echter kreeg mijn vermoeidheid toch de overhand en viel ik in een diepe, droomloze slaap, Hoe lang ik geslapen had, kon ik met zeggen. Misschien was het een half uur, misschien slechts 'n paar minuten, maar hoe het zij, plotseling voelde ik mij door een onzichbare macht omhoog geheven en het volgende ogenblik lag ik naast de bladerhoop. Ik sperde mijn ogen wijd open van verbazing, staarde slaapdronken naar mijn voormalige rustplaats en tot mijn grote ontzetting ontwaarde ik eens klaps een grote tijgerslang, die zich traag en blazend uit de bladerhoop bevrijdde Waarschijnlijk was hét dier daarin ge kropen voor een siësta, waarin ik het door mijn lichaamsgewicht gestoord had Zijn kop en hals bewogen zich roeiend en sissend voorwaarts, terwijl het zijn ongeveer vijf meter lange lichaam met schokken en rukken meesleepte. Het mid delste deel van het slangenlijf was stprk gezwollen en toonde de omtrekken van een klein hert, dat het reptiel kort te voren moest hebben verslonden. Dat w.as dus mijn elastische springma tras, waarop ik mij zo behaaglijk voelde! Nu, ik kon van geluk spreken, dat het beest hulpeloos was, want anders zou ik waarschijnlijk al niet meer tot het land der levenden hebben behpord. Ook de luitenant en de beide soldaten Waren verschrikt van hun ligplaatsen opT gesprongen en snelden toe. Het. walgelijke diet" draaide nog steeds sissend en boos aardig blazend met zijn kop in 't, rond. om plotseling woedend naar een hem al te dicht naderende soldaat te happen. Het was een allerzotst gezicht, hoe het daarbij zijn door de buit sterk gezwollen lichaam achter zich aan sleepte, terwijl zijn staart Zich in alle mogelijke bochten wrpng. Nochtans vermocht, de aangevallen sol daat zich slechts door snel en handig opzij te springen in veiligheid te stellen. Met een welgericht schot maakte ten slotte luitenant Karsten een einde aan de onverkwikkelijke scène. De beweeglijke slangenkop wentelde zich stuiptrekkend door de half verrotte bladeren en na een korte doodsstrijd lag het geweldige dier uitgestrekt voor ons. Het mat 5.70 meter en had een gele kleur met enige rijen donkerbruine vlekken. De soldaten sne den het reptiel open, haalden er een reeds half verteerde dwergree uit en ontdeden de slang van haar fraaie, kostbare huid. ®e rest lieten we over aan de vliegen, die zich onmiddellijk in grote zwermen op het aas neerlieten. Wij echter trokken verder en begonnen opnieuw de strijd met doornen, lianen en rpoeras. Maar ditmaal was het geluk met ons, want spoedig vonden we een althans enigszins begaanbaar pad, waarlangs we verder zonder noemenswaardige hinder nissen de residentie van de radja bereik ten. VI In Negri Lama was alles in opstand. Reeds lang voor ons was de onderofficier met het transport, gevangenen aangeko men en dit zeldzame schouwspel had honderden Chinezen en inlanders op de been gebracht. Het gevolg hiervan was, dat ook wij met veel tam-tam werden ontvangen. Een grote menigte vergezelde ons joelend en schreeuwend naar het gerechtsgebouw en de gevangenis, waarin- de bandieten wa ren opgesloten. Hier bezetten zij luidruch tig en hevig met elkaar twistend het open plein en de omliggende straten. Chinese, Maleise en Javaanse scheldwoorden en bedreigingen vlogen over én weer. De Mohammedanen stonden in een grote groep bijeen en tegenover hen de Chinezen, die in verwensingen en drêige- menten niet voor hen onderdeden. Er heerste een -uiterst vijandige stemming en er was maar weinig voor nodig, om hel tot een massale vechtpartij te 'laten ko men. Het gevaar van ernstige ongeregeld heden inziende, gaf ik de soldaten bevel, de menigte zo nodig' rne.t geweld uiteen te drijven en daar men voor vermaningen !??eer v!tI?aar bleek, moesten al spoe dig gummistok en sabel er aan te pas komen om de orde te herstellen. tenslotte brachten wij het zover, dat net plein ontruimd werd, maar op een veilige afstand verzamelden de kempha nen zich telkehs weer opnieuw en begon het schelden en dreigen-van voren af aan Rij de ingang van het gerechtsgebouw werden wij ontvangen door de onderof ficier, die ons mededeelde, dat het trans port vlot verlopen was en de gevangenen veilig waren opgeborgen. Nadat de dienst was geregeld, begaf ik mij met enige manschappen aan boord van het stoom bootje om me wat te verfrissen. In een schoon wit pak voelde ik me pa een verkwikkend bad en een stevige maaltijd een ander mens en ik stond juist op hel punt om me nu ook nog wat rust te gun nen, toen mij een bezoek van de radja werd aangekondigd. Zuchtend stond ik op om de vorst tege moet te gaan en hem te begroeten, maar toen ik aan dek kwam, stond de radja reeds op de loopplank onder een omvang rijk zonnescherm en omgeven door de edelen van zijn rijk. Hij lachte en wenkte allerminzaamst en schreed daarna waar dig over de loopplank tot op het dek. waar ik hem eerbiedig begroette en hartelijk welkom heette. Reeds sinds lang verbond mij een op rechte vriendschap met deze kleine, don kere en bijna kogelronde inlandse vorst. Ik was enige malen in de gelegenheid ge weest, hem een dienst, te bewijzen en dat scheen hij nooit te zullen vergeten. Ik liet koffie en sigaretten serverei- weldra slurpte en smookte het gezelscN nat het aan dek te horen en te zien v - Hoe verstikkender en ondragelijker 'he Lu ^enl> des behaaglijker schenen de bruine gasten zich echter te gaan voe len. Eindelijk begon de vorst met een ver klaring van zijn bezoek. „Toean kapitein, ik ben u zeer er kentelijk, dat u onmiddellijk aan mijn verzoek gevolg hebt gegeven en hierheen bent gekomen. Q, oi, vielen zijn ministers hem bij: de toean commandant is direct gekomen! o, o,r. De radja knikte trots: Saja, saja, direct! En dc toean kapitein heeft reeds een strijd achter de rug. Hij kuchte astmatisch en heeft honderd doden en driehon derd gevangenen gemaakt! Verrast sprongen de ministers en de prinsen van hun zetels op. O, o,i, schalden hun stemmen door het lage vercrete: hondefd doden en.... drie honderd gevangenen O o INaepktLeenua.fwerende beweging, en tien Vo. ziJn naar vijl doden Moor «eva»Senen! Meer niet! dfze mededeling scheep eerst echt hun bewondering op te wekken ■- zo,veel? O, o!. Zoveel?! "~En de toean commandant heeft de bandieten overwonnen, vervolgde de rad ia- De bandieten, die de heiligdommen uit de Moskee hebben, de kist met de tul band van de proleet. Allen schudden verontwaardigd hei hoofd, alsof zij voor het eerst van de dief stal hoorden. O, q, de groene tulband van de pro feet! Allah is groot en heeft de rovers gestraft door de hand van eenvan een ongelovige...; van eensaja van een giaur! Doch deze uitlating bleek niet naar da zin van de vorst. Geërgerd sprong hij op: De toean commandant is mijn vriend, riep hij, naar adem, snakkend: Hjj heeft gestreden voor ons heiligdom, voor Mo hammed. Allah zal hem zegenen! Saja! Ja, Hoogheid, antwoordde ik: de cas sette heb ik teruggebracht en de rovers gedood of gevangen genomen, maar. de tulband van de profeet;s verdwe nen! De cassette is door de dieven met geweld opengebroken en het kostbare re- liquiede tulband.... gestolen! Er lag slechts een stukje papier in, waarop drie rode strepen waren getekend. -Ah!, bracht een der ministers, buiten zichïelf van woede, er met moeite uit: Ah...; Visjnoeieten en Boedhisten heb ben zich tegen Mohammed verbonden! Drie rode strepen...1. Ah!. Ah! Een kreet van verontwaardiging volg- de op deze woorden. Ailen vlogen van hun stoelen overeind er zelfs de dikke vorst kreunde en hijgde van woede en verontwaardiging. Wij zullen de gevangenen laten op hangen, schreeuwde hij met een van haat verwrongen gezicht. W,j zullen de rovers ?,,s. voed5el voor de ktokodillen werpen! Wij zullen alle Chinezm, alle Boedhisten laten geeselen, hun eijendommen confis- ceren en al deze vreemdelingen van mijn land op gruwelijke wijze folteren! Saja! Dat zullen wij! Dat zullen wij! Dat zullen wij!, rie pen de ministers en prinsen als uit één mond, terwijl zij dreigend hun v mat er- balden. (Wordt vervolgd) i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1948 | | pagina 4