Programministerie stelt zich voor Niet gebonden aan fractie of partij De verhouding tot Indonesië I O DE NIEUWE BONNEN EEN PROGRAM MINISTERIE POLITIEK VAN HERSTEL EN 1 door credieten en door een deel te ge- KRACHTIGE OPBOUW 1 DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN Met de West overeenstemming NDER DE LOUPE 70ste JAARGANG DONDERDAG 12 AUGUSTUS 1948 No. 20696 In de zitting van de Tweede Kamer heeft hedenmiddag de nieuwe minister-president, de heer W. Drees, een regerings verklaring afgelegdwaarin hij een voorlopige opening van zaken deed ten aanzien van het te voeren beleid, ivaarbij het kabinet zich stelt op de grondslag der Christelijke beginselen. Ten aanzien van Indonesië zal blijvend worden gestreefd naar de vorming van een reële Koninklijke Unie en voor de over gangstijd naar een waarlijk Indonesische federale interim regering. Voor het herstel van 's lands economische toestand is nauwere samenwerking met de „Marshall-landen" dringend geboden en is het noodzakelijk, dat het -verkeer met Duitsland in goede banen wordt geleid, naar toeneming van de handel ook met uost-Europa wordt gestreefd. Na aanneming van de wetten inzake bedrijfsorganisatie en ondernemingsraden zullen voorstellen tot instelling van pro duct- en bedrijfschappen worden ingediend; ruimer bewegings vrijheid voor het bedrijfsleven zal worden bevorderd alsmede inkrimping van het overheidsapparaat en efficiency en sober heid in de publieke dienst. In sociaal opzicht zal op de ingeslagen weg worden voortgegaan, met name zullen de belangen der kinderrijke gezinnen worden behartigd. Verdere doorvoering der financiële gelijkstelling, in het bijzon der voor het middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs zal worden bevorderd. dere inkrimping van het overheidsappa raat met kracht zal worden bevorderd speuren wij de influent» der midden groepen in het kabinet. De toezegging van een telkenjare op te stellen naai budget, dat aan het parlement lang zichtbar jster Liefünck>s om KARAKTER VAN HET KABINET 's Lands economie Benelux Overheid en bedrijfsleven Financien Sociale politiek De West Christelijke beginselen basis Onderwijs en cultuur VACANTIE-GENEUGTEN JULIANA BLUFT DE NAAM» OOK NA TROONSBESTIJGING DE GRONDWETS- HERZIENING KOFFIE, THEE EN EEN EI met DE KANTOREN van de Redactie en de Admi nistratie zijn gevestigd te Rotterdam, Kortenaer- straat X. TelefooD 25270; te Schiedam, Broersvest 8, Telefoon 688üi Giro-nummer 9095 ten name van „De Maasbode- Stichting" Rotterdam. t De abonnementsprijs bedraagt 3.45 per kwartaal t 1.15 per maand. I 0.30 per week. Directeur: J. KUIJPERS. Hoofdredacteur: Mgr. Dr. J. WITLOX. Algemeen Redacteur: H. A. PAALVAST. NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT DE ADVERTENTIE-PRIJS op gewone kolom breedte bedraagt 15 ets. per millimeter hoogte. Ingezonden Mededelingen op redactionele kolom breedte 30 ets. per millimeter hoogte. Contract-tarieven tegen gereduceerde prijs op aanvrage bij 4e Administratie verkrijgbaar. KAMPIOENEN tot 20 woorden 1 1.—. Ieder woord meer 5 ets. Maximum 50 woorden. Uitsluitend bij vooruitbetaling. Als zodanig dient de heden, door minister-president Drees namens het kabinet afgelegde regeringsverklaring, het nieuwe ministerie aan. Dit steunt namelijk niet als het kabinet-Beel op een vaste samenwerking tussen be paalde parlementaire groepen maar, als bij elke extra-parlementaire forma tie, op het program waarmede de Indi viduele ministers zich hebben ver enigd. Dit program is echter, zijn wij wel ingelicht, hetzelfde als waarover reeds bij de tweede formatie-Beel een bevredigende mate van overeenstem ming was bereikt, zodat het vertrou wen op steun in brede kring van de politieke partijen, door de regerings verklaring uitgesproken, niet onge grond lijkt. Voeg daarbij, dat de partij verhouding tussen de departements hoofden beheerst wordt door de twee grote groepen in het parlement, dan is het niet zo heel onverklaarbaar dat dé fractie-voorzitter der P. v. d. A., jhr. Van der Goes van Naters, het kabinet zeer dicht bij het parlementaire ziet staan. -Wat er van zij, op het program komt het aan en wanneer wij dat nader be zien springt opnieuw in het oog dat, al schijnt er reden te zijn om van enige verschuiving naar rechts te spreken, die zich in enkele paragrafen dezer op de troonrede van de derde September- Dinsdag preludiërende verklaring af tekent, in hoofdzaak toch de lijn van het vorige kabinet blijft doorgetrok- ken. Voorop gaat natuurlijk de oplossing van het Indonesische probleem in het kader der reconstructie van het ko ninkrijk. Zoals te verwachten was wordt niet alleen op zeer snelle afdoe ning in tweede lezing van de grond wetsherziening aangedrongen welke naar men verwacht nog vóór de troon- wisseling haar beslag zal krijgen, maar ook op een spoedige beslissing over de instelling ener federale interimrege ring in Indonesië, in verband waarme de wordt onthuld, dat de besprekingen met de Bandoengse delegatie terzake alsook over de inrichting van federatie en unie de verwachting op een accoord wettigen. Ovfer de beide projecten, die daarbij aan de orde zullen zijn geko men zou minister Sassen de volksver tegenwoordiging nog wel nader willen Inlichten. Ook wat de republiek betreft blij ven wij tussen hoop en vrees leven. Naast de klacht, dat nog geen overeen stemming is bereikt en de schendingen van het bestand toenemen, staat de verzekering dat de Nederlandse rege ring haar hand nog steeds uitgestoken houdt en de hoop koestert, dat de re publiek op korte termijn haar plaats in de Verenigde Staten van Indonesië zal innemen. Een tweede urgente aangelegenheid, in een spoedige behandeling door de Staten-Generaal aanbevolen, vormt t ontwerp inzake de bedrijfsorganisatie en ondernemingsraden en het doet ons deugd, dat daarop volle nadruk wordt gelegd, te meer, gezien ook de samen stelling van het kabinet, van het op korte termijn aanvatten dezer zaak de beste verwachtingen mogen worden gekoesterd. Behalve deze twee reële program punten vinden wij in de verklaring nog weinig houvast vQor het toekomstig be- L flnancieel-economische para- gra ^;ir^dt in bekende beschouwin- herhaald. -niet behoeven te worden daarentegen is de mede- delingi dat reeds vóór het jaar 1949 W1el,fnnen wr^eg tuitende begroting de ingediend, zonder dat aan de bevordering der volkswel vaart en de eisen der digheid wordt t bij de belofte, dat efficiency èn^s? heid in de publieke dienst/alsook Jnlrvimmncf van V»,»*. en en sober- ver- wordt overg|eniecf ljnt ons hieraan °°Voor Vefoverige is deze beïnvloeding geen proces op korte termijn doch ieeds „i,ti-,aar in de behoedzame om-1 buiging van K Vp .fracti(J ond i Hét thans optredende kabinet steunt *niet als het vorige op een vaste samen werking tussen bepaalde parlementaire groepen. Het richt zich op 'de verwe zenlijking van een program, waarop degenen, die voor het ministerschap werden aangezocht, zich hebben ver enigd. Geen partij of fractie heeft zich daaraan gebonden. Niettemin mag op grond van bespre kingen, die in een vroeger stadjum der formatie van een nieuw kabinet werden gevoerd, de verwachting worden uitge sproken, dat op mend'g punt op instem ming in brede kring kan worden ver trouwd. Eeh vertrouwen, waartoe, naar wij hopen, ook de samenstelling van het kabinet moge bijdragen. Wordt aan kwalificatie van de aard van het kabinet behoefte gevoeld, dan zou het beste van een program-ministe rie kurinen worden gesproken". Spr. wees er dan op, dat Nederland in menig opzicht sinds de bevrijding grote vooruitgang heeft mogen boeken. Ons land en ons volk bieden een gans-andere aanblik dan toen de bezetter zich gewon nen moest geven. „Velerlei aspecten van'het herstel wek ken de bewondering van wie na verloop van een paar jaren afwezigheid ons land terugziet. De totale productie is boven de vooroorlogse omvang gestegen. De goederenvoorziening is voortdurend ver ruimd. Aan de intering op het nationale vermogen is een einde gekomen. De ge zondheidstoestand der bevolking is al zijn er nog donkere punten, zoals b.v. de stijging van het aantal gevallen van tu berculose tóch zoveel verbeterd, dat bij eeri hoog geboortecijfer de sterfte cijfers over de gehele linie beneden de vooroorlogse zijn gekomen en een laagte record te zien geven. Belangrijke sociale verbeteringen zijn tot stand gekomen. Niettemin is er allerminst reden tot berusting of zelfvoldaanheid. De ma teriële nood is nog groot en de morele inzinking is nog niet geheel geweken. Nog is er bij velen een wanverhouding tussen de inkomsten en de noodzakelijke uitgaven. Er is nog schaarste aan belang rijke goederen en nog jaren zullen wij gebukt gaan( onder een woningnood, die hoge menselijke waarden in gevaar brengt. Bovendien is de economische toe stand in wezen veel ernstiger dan in "het algemeen wordt begrepen. Het verkregen levenspeil, dat nog door zo velen als on bevredigd wordt gevoeld, kunnen wij nog niet uit eigen kracht handhaven. De fegenstellingen in ons volk zijn scherper dan wij in de tijd der bezetting mochten hopen; ook als wij ons ten volle rekenschap gaven van de blijvende diep gaande verschillen in levensovertuiging, die ons volk kenmerken. Om zo snel mogelijk onze volkskracht te herstellen en de wederopbouw te ver zekeren, is invoer op ongekend grote schaal nodig geweest en ook thans nog onvermijdelijk Daartegenover was aan vankelijk slechts een geringe uitvoer mogelijk, terwijl de inkomsten aan bui tenlandse betaalmiddelen, vroeger voort vloeiend uit ons verkeer met Indië en met Duitsland, vrijwel waren weggevallen en onze koopvaardijvloot voor een groot deel in de grond was geboord. Zo is het bruiken van wat nog resteerde aan goud, aan bezit van buitenlandse effecten en andere deviezenbronnen. Tenslotte bleef een groot tekort op onze betalingsbalans bestaan, dat spoe dig zou hebben moeten leiden tot in krimping van onze bedrijvigheid en ver laging van ons levenspeil, als niet de hulp van de Verenigde Staten aan Eu ropa de mogelijkheid van een overbrug ging der moeilijkheden had geopend. Wij móeten echter voortdurend het oog ge richt houden op de noodzaak om over enkele jaren zonder deze hulp onze be talingsbalans in evenwicht te brengen, wil het mogelijk zijn een snel groeiende bevolking een redelijk bestaan te verze keren en arbeidsgelegenheid te waarbor gen. De uiterste krachtsinspanning van ons volk zal daartoe nodig zijn. De Rege ring zal het hare doen óm allen daarvan te doordringen en tevens om wegen te zoeken, die het bereiken van dit doel kunnen vergemakkelijken. Het verwezenlijken van de Economi sche Unie met België en Luxemburg, acht de Regering voor de toekomst van de drie landen van zeer groot gewicht. Het verheugt haar, dat ten aanzien va a het tempo en de wijze van verwezenlij king der Unie tussen de drie Regeringen in beginsel overeenstemming is bereikt. Nauwere samenwerking ook met West- Europa en meer in het algemeen van de zestien landen, die door het Marshall plan tot overleg over hun economische politiek zijn gebracht, is dringend ge boden. Hoe noodzakelijk het is, dat in het bijzonder ook het verkeer met Duitsland weer in normale banen ge leid wordt, springt in het oog. Daar naast wordt ernstig gestreefd naar toe neming van het handelsverkeer met andere landen, ook met het Oosten van Europa. Onmisbaar blijft in dit verband een landbouwpolitiek, gericht op verhoging van een rationele bodemproductie, die ook aan de welvaart en aan de bestaans zekerheid der producenten ten goede kan komen. Een stelselmatige investe rings-, industriële- en conjunctuurpoli tiek zal worden gevoerd. Aan de ener gievoorziening wordt bijzondere aan dacht besteed. Jaarlijks zal een natio naai budget worden opgesteld dat aan het parlement zal worden overgelegd. De Regering vertrouwt: dat de Sta ten-Generaal bereid zullen zijn mede te werken tot spoedige behandeling van de wetsontwerpen inzake bedrijfsorgani satie en ondernemingsraden, waarna de indiening van wetten tot instelling van een aantal product- en bedrijfschappen zal worden bevorderd, opdat de over heidsbemoeiingen, welke daarvoor naar Drie kwart millioen handtekeningen van vrouwen uit het hele land zullen als huldeblijk H. M. de Koningin worden aan geboden. De verzameling zal dezer dagen op Het Loo worden overhandigd. haar aard in aanmerking komen, zullen kunnen worden overgebracht 'naar het georganiseerde bedrijfsleven, met waarborging van het algemeen belang. Naarmate de goederenvoorziening net toelaat zal het distributiestelsel worden geliquideerd waardoor de noodzakelijke verruiming van de bewegingsvrijheid van het bedrijfsleven zal worden bevor derd. Ook aan verdere inkrimping van het overheidsapparaat, die de Regering met kracht nastreeft, zal dit ten goede komen. Een gezonde ontwikkeling van de mid denstand, in detailhandel, zowel als am bacht, zal worden bevorderd. De Regering geeft zich ten volle re kenschap van de ernst van de finan ciële toestand. Hoewel de niet-sluitende betalingsbalans in wezen de grootste gevaren oplevert kan ook in een niet- sluitende begroting, die in de eerste tijd na de bevrijding onvermijdelijk was, niet blijvend worden berust. Zonder te kort ,te doen aan de bevordering der volkswelvaart en aan de eisen der so ciale rechtvaardigheid vertrouwt de Regering aan de Staten-Generaal voor het ja.ar 1949 weder een nagenoeg slui tende begroting te kunnen voorleggen, behalve voor Zover betreft de kapi taalsuitgaven, waarvoor naar hun aard mag worden geleend, en het tekort van het Landbouwegalisatiefonds. Uiteraard behoort echter ook dit laatste tekort, voor zover het niet door geleidelijks vermindering der subsidies kan worden opgeheven, zo spoedig mogelijk uit de gewone middelen te worden bestreden. Efficiency en soberheid in de publieke dienst zullen met kracht worden bevor derd. In sociaal opzicht zal op de ingesla gen weg worden voortgegaan. Een con structieve loon- en prijspolitiek zal worden gevoerd. Op meer bestaanszeker heid en het wegnemen van te grote tegenstellingen bij de inkomensverdeling Over de politiek ten aanzien van de Overzeese gebiedsdelen merkte de minis ter-president het volgende op: Vóór alles worden de verhoudingen in Nederland ongunstig beïnvloed door de tegepslagen, ondervonden bij de po gingen om het Indonesische vraagstuk tot een bevredigende oplossing te bren gen. Daarop zal dan ook de aandacht van Regering en volksvertegenwoordi ging zich in de eerste plaats hebben te richten. Opnieuw hebben wij ons in te zetten om alsnog te pogen tot een resul taat te komen, aanyagrdbaar zowel voor de grote meerderheid van het Neder landse volk als voor Indonesië. Nederland heeft zich verbonden mede te werken tot het scheppen van nieuwe staatkundige verhoudingen, waarbij zul len worden gevormd de vrije en s-ouve- reine Verenigde Staten van Indonesië, in een hechte en duurzame Unie, gelijk waardig verbonden met het Koninkrijk der Nederlanden, een Unie, die door eigen organen de gemeenschappelijke belangen der deelnemers op verschillen de gebieden zal behartigen. Wij verheugen ons erin, dat wij juist dezer dagen besprekingen hebben kun nen voeren met een delegatie uit de negara's en daerahs, reeds gevormd bui ten de Republiek, gebieden waar veelal een verblijdende opleving is waar te nemen. Deze besprekingen hebben de over tuiging versterkt, dat met vertegen woordigers van deze gebieden over eenstemming zal worden bereikt. Een overeenstemming, die zal zijn na te streven, allereerst ten opzichte van de instelling in overgangsijd van een waarlijk Indonesische federale inte- leid, waartoe de i -j- - mr Teulings het hare bij droeg en de internationale omstandig- aroeg en u Renelux en de pacten heden (Marshall, Bej van Brussel en Parag) blijkbaar voor Menig onderdeel DHJ" de troonrede bewaard- viotnivd ziin Veld laat zich helemaal ongetug^ zijn Partijgenoot Mansholt volsta algemeenheid. Aan P^nnef!/°TMen. Kezonde ontwikkeling van de m stand werd bereids eerder gevve *jat de distributie wordt afgescha 01-3 dit mogelijk is, geloven wij zon ™ee'". De opbouw van een nieuwe J "idmacht zijn wij reeds jaren aan hei °r bereiden; voorlopige handhaving - o°n_ en prijspolitiek ligt voor de aan bezitsspreiding wordt ge* T de gezinspolitiek zal mr. Joe- Ver8eten, doch tezamen met 'n krachtige woningpolitiek ter hand ne- m svi'ri .ade nieuwe justitie-minis- ter aa c e draad van zijn voorganger verder spinnen gaat. Dat aan voortgaande toepassing van de financiële geiijkstejijng bij middel baar- en voorbereidend hoger onderwijs en buitengewoon lager onderwijs wordt gedacht, daarvoor mogen wij minister Rutten dank weten, die zich overigens bii de opvattingen van dr. Gielen in zake zijn culturele taak wie zou'dat anders verwacht hebben? aan te sluiten. Zoals het kabinet in zijn geheel ook dé zedelijke beginselen, die aan onze beschaving ten grondslag liggen, erkent, et gen buiging nochtans naar het christendom en humanisme gezamen lijk. Gistermorgen had de eerste ministerraad plaats van het nieuwe Kabinet. Zittend van links naar rechtsi de ministers Schokking, Stikker, Van Schaik, Drees, Rut ten, Sassen. Staande van links naar rechts: de ministers Lieftinck, Wijers, In 't Veld, Joekes, Mansholt, Van den Brink, Van Maarseveen en Götzen. Voor minister Van Maarseveen mr. dr. Prinsen, secretaris van de ministerraad. rim-regering en vervolgens ten op zichte van de inrichting der Verenigde Staten van Indonesië en de vorming der gelijktijdig tot stand te brengen Unie. Indien zonder voorbehoud komt vast te staan, dat in de Unie de beide delen, die haar gaan vormen, ten volle gelijk gerechtigd zullen zijn en dus ook de or ganen van paritaire samenstelling, zal de vrees kunnen worden weggenomen, die in Indonesische kringen soms valt te onderkennen, dat de staatsrechtelijke figuur van een reële Koninklijke Unie, met bindend gezag op haar competentie- veld van de eigen organen, een poging zou betekenen om in andere vorm een Nederlands overwicht te bestendigen. Uitermate teleurstellend blijft de ver houding tot de Republiek, zowel omdat uitwerking van overeenstemming, die op de Renville was verkregen, tot nog toe niet kon worden verwezenlijkt, als omdat de schendingen van het bestand toenemen, schendingen waarbij veelal wel niet de Republikeinse regering recht, streeks betrokken is, maar waarin toch meermalen Republikeinse instanties de hand hebben. Voor een herstel van de staatkundige en economische eenheid in Indonesië, voor het herleven van de welvaart, voor het scheppen van een rechtsorde, die waarborgen biedt voor allen, is het van groot belang, dat de Republiek op korte termijn haar plaats inneemt in de Ver enigde Staten van Indonesië, die bezig zijn zich te vormen. Nu enerzijds vertegenwoordigers van de gebieden, die aan de conferentie in Bandoeng deelnemen, een beroep doen op de medewerking der Republiek, ander zijds de Commissie van Goede Diensten in gedeeltelijk nieuwe samenstelling haar pogingen zal hervatten om over. eenstemming te bevorderen, moge dezer zijds opnieuw worden uitgesproken en ook practisch tot uiting gebracht, dat Nederland ten volle bereid is zijn woord gestand te doen, maar ditzelfde verwacht en verlangt van de wederpartij. Ten aanzien van de andere overzeese gebiedsdelen wordt het overleg voort gezet, dat reeds geleid heeft tot ver heugende voorlopige resultaten, die de zekerheid geven, dat Nederland Su riname en de Nederlandse Antillen met volle instemming van deze voor inwen dige aangelegenheden zelfstandig ge worden gebieden, een Verenigd Ko ninkrijk zullen zijn. Ook bij dit overleg is gebleken, van hoeveel belang het is, dat bij Nederland de wil voorzit de mentaliteit en de aspi raties van de volkeren overzee te begrij pen en daaraan zoveel mogelijk recht te doen wedervaren. De Regering vertrouwt, dat de Staten- Generaal zullen willen medewerken tot een zeer snelle afdoening in tweede le zing van de grondwetsherziening, die voltooiing van de op gang zijnde ontwik keling mogelijk moet maken, en daarna tot een spoedige behandeling van een wetsontwerp tot het instellen van een federale interim-rfgering in Indonesië. blijft het oog gericht. Daarbij wordt mede gedacht aan de gezinsbelangen met name die der kinderrijke gezinnen, zowel bij de belasting-politiek, als bij het sociaal beleid. Ook een krachtige woningpolitiek is uit dit oogpunt van grote betekenis. Binnen het kader van het financieel en sociaal mogelijke en in coördinatie met de plannen van daarvoor in aanmerking komende mogendheden zal' voortgewerkt worden aan de opbouw van een effec tieve, wei-geordende, goed geleide strijdmacht. Gestreefd wordt naar het spoedig her stellen van normale toestanden op het gebied van het recht en de rechtsbede ling. en naar liquidatie van door oorlog en bezetting op dit gebied veroorzaakte gbnormale toestanden. Ook dit Kabinet gaat uit van de zede lijke beginselen, die aan onze beschaving ten grondslag liggen. Dit sluit de erken ning in, dat het Christendom voor zeer grote groepen van ons volk de bron is, waaruit zij hun geestelijke krachten put ten, en welks zedelijke normen door vele aanhangers van andere dan Christelijke overtuiging eveneens worden aanvaard. Deze opvattingen zullen tot uiting komen ook in de culturele taak, die te vervullen valt, waarbij de Regering, zo wel ten aanzien van het onderwijs, als bij "velerlei wetenschappelijke en kunstzin nige arbeid, opwekkend en bevorderend werkzaam kan zijn zonder tot zich te trekken wat, naar zijn aard, niet van staatswege dient te geschieden. Verdere toepassing van de gedachte der financiële gelijkstelling, met name voor het Middelbaar en Voorbereidend Hoger Onderwijs en het Buitengewoon Lager Onderwijs, zal worden bevorderd Een uitputtend overzicht van het pro gram en van de voornemens der Rege ring is hiermede niet gegeven. De Troon rede en de behandeling der begroting zullen gelegenheid geven tot verdere uit werking. Ik heb voornamelijk het licht willen laten vallen op een aantal hoofd' punten, waaronder er zijn, die de be- staansmogelijkheden van ons volk raken. Op het ogenblik dat H. M. Koningin Wilhelmina op het punt staat de Kroon, die Zij een halve eeuw op waarlijk vorstelijke wijze heeft gedragen, over te dragen aan H. K. H. Prinses Juliana, als Regentes reeds door ons volk met zoveel vertrouwen begroet, worstelt Nederland met problemen, waarvan de oplossing over de toekomst van het Koninkrijk en van ons volk zal beslissen. Wij zullen ons tot het uiterste moeten inspamien om Nederland te doen zijn een land waar het voor allen goed is te wonen, en om de verhouding tot de gebieden overzee te vestigen op een nieuwe grondslag, die er allereerst een moet zijn van onderling Vertrouwen en van wil tot samenwerking op voet van gelijkheid. Wij moeten onze productie, onze scheep- en luchtvaart, onze handel, ons verkeer met overzee, zowei als met het vasteland van Europa, opvoeren tot een peil, waarop het bestaan ook van een snel toenemende bevolking kan worden verzekerd. t Wij hebben mede te werken aan de nauwere aaneensluiting der naburige volken, en tevens, waar mogelijk, tot de groei ener internationale rechtsorde bij te dragen op een wijze, de hoge tradities van ons land waardig. Wij zijn zwaar beproefd en diep ver armd, maar wij hebben onze veerkradht niet verloren. Grote moeilijkheden, maar ook grote mogelijkheden liggen voor ons. Moge het ons, zo besloot de minister president, gegeven zijn, steunende op ho gere beginselen, ondanks de sterke ver schillen in staatkundige overtuiging die in ons volk leven, gezamenlijk de kracht te ontwikkelen, die ons opgewassen doet zijn tegen de zware, maar grootse taak, die Nederland in dit tijdsgewricht heeft te vervullen". Ofschoon men het aan het weer niet zou zeggen, wijst toch de kalender uit, dat wij midden in Augustus zitten, de va- cantiemaand bij uitstek (zelfs de weex- berichtmaker van de Bilt schijnt met va- cantie te zijn). En hadden wij geen ka lender, dan zouden de propvolle treinen het ons jvel vertellen, 's Ochtends ziet men als maar blijde gezichten van opti misten, die beter dan de Bilt weten, dat het „vandaag best goed weer zal wor den". De zwoeger voelt zich dan werke lijk een ongelukkig sterveling, die in de molentred van de dagelijkse strijd om het bestaan zich naar zijn arbeid sleept met het onzalig vooruitzicht, extra hard te moeten aanpakken omdat een collega met verlof is. Maar als de dag weer veel vlotter is verlopen dan gedacht werd en de afge sjouwde vacantiegangers uit de treinen puilen in een stemming, welke niets zon nigs heeft, met gezichten als barometers op storm, in een geprikkelde stemming, welke de vrouw haar man en de vader de kinderen doet afsnauwen, wel dan is men weer blijde, een normale dag be leefd te hebben en wordt de opgewekte stemming alleen maar getemperd door de wetenschap, dat zijn eigen vacantie nu met rasse schreden nadert. Enfin, daar komen wij ook wel over heen. Tenminste dan niet elke dag in barstens volle treinen. Die treinen ja, die bederven vooral van menig kind de vacantiepret. Maanden verheugden de kleinen zich op het trein- reisje en hoopten dan aan het raampja te mogen zitten. Doch de grauwe wer kelijkheid is zo geheel anders. Niet zit ten, laat staan aan' het raampje. Als eeti mot in een klerenkast hangen de kin deren tussen dames en heren, die veelal kijken met een zuur gezicht van „wat doeri jelui in de trein". Doch des ochtends is er nog het voor uitzicht van een uitgangsdag. En de be nen zijn nog vers. O wee echter des avonds. De kinderen hebben de hele dag aan het strand ge speeld, in de Diergaarde gedrenteld of door bossen gedwaald. Zij verlangen slechts te kunnen zitten. Doch de trei nen zijn vol en de zitplaatsen bestemd voor de „grote mensen". In zijn alge meenheid is zulks natuurlijk juist, maar waarom moet dat dood-moede jongetje in de paden of het balcon hangen, ter wijl de mijnheer, die de hele dag zijn lange benen onder een-bureau gestoken, heeft, behaaglijk zit zonder enige inte resse vooi; 't landschap, hetwelk de kleine ongemeen zou boeien? En die dame van rond de dertig, die rookt als een schoor steen en straks weer op haar fiets springt om er een gang in te zetten, welke zelfs een slagersjongen doet transpireren, zou die er minder van worden als zij een af gesjouwd meisje haar plaats liet behou den? Gelukkig er zijn prettige uitzonderin gen van kindervrienden, die met een „blijf maar zitten vent" hun hangplaa's i'n het pad innemen of een plekje inrui men op schoot of knie voor de verlegen kleinen om hun de koeien te laten zien, welke zo welgedaan en dartel de weiden bont kleuren. Doch velen vergeten, dat „grote men sen" niet klein-egoïstiseh mogen zijn. Wij voelden ons eigenlijk ook een beet je schuldig toen een krullekopje plot seling de hele wagen deed schateren door de vraag: „Pappie zijn dat nu de koeien van Mansholt?" Eigenlijk mogen wij niet mopperen over de verlaging van het vleesrantsoen. Want wat zou voor de reizende kinderen een weide zon der koeien zijn? ANALYST. Sinds enige tijd circuleren geruchten, als zou H. K. H. Prinses-Regentes Ju liana na de inhuldiging tot koningin haar vijfde naam: Wilhelmina, gaan voe ren. Te bevoegder plaatse is hierom trent niets bekend. Ten overvloede wijst men erop, dat in het ontwerp voor de nieuwe knopen van militaire uniformen een „J", in plaats van een „W" is ge projecteerd. Naar gemeld wordt zal Prins George van Griekenland de Griekse koninklij ke familie vertegenwoordigen bij het jubileum van Koningin Wilhelmina. De Bondsraad heeft de Zwitserse ge zant te 's-Gravenhage, de heer Kohli, afgevaardigd naar de inhuldiging van de Prinses-Regentes als Koningin Ju liana. Het voorlopig verslag der Tweede Ka mer over de grondwetsherziening (twee de lezing) is gisteren vastgesteld en verschenen. Het ligt in de bedoeling van de regering, dit verslag met zeer grote spoed te beantwoorden, zodat men mag verwachten, dat de Tweede Kamer deze wetsontwerpen zal kunnen behan delen in aansluiting op het debat over de regeringsverklaring, midden der vol gende week. Voor het tijdvak van .15 t/m 28 Ai^gustus zijn de volgende bonnen gel dig verklaard: Bonnen voor brood. 127-1 Brood; 800 gram brood (geldig t/m 21 Augustus). 128-1 Brood; 200 gram brood (geldig t/m 21 Augustus). Alle bonkaarten. 133 Algemeen; 400 gram brood of 1 rantsoen vermicelli e.d. 132 Algemeen; 750 gram suiker, boter- hamstroodsel enz. of 1500 gram jam, stroop enz. of 750 gram ver snaperingen. 131 Algemeen: 250 gram boter of mar garine of 200 gram vet. 130 Algemeen; 1 ei. Bonkaarten Ka, Kb, Kc 808. 136 Algemeen: 250 gram boter of mar garine of 200 gram vet» 137 Algemeen: 200 gram kaas of 250 gram korstloze kaas. 138 Algemeen: 50 gram thee. 139 Algemeen: 125 gram koffie. 140-Algemeen: 375 gram zachte zeep en 250 gram soda. B 147 800 gram brood (geldig t/m 21 Augustus), B 148 200 gram kaas of 250 gram korst loze kaas. U 149 400 gram brood (geldig t/m 21 Augustus). Bonkaarten Kd, Ke 808. 151 Algemeen: 125 gram boter of mar garine of 100 gram vet. 152 Algemeen: 100 gram kaas of 125 gram kors?tloze kaas. 153 Algemeen: 750 gram zachte zeep en 500 gram soda. u 157 800 gram brood (geldig t/m 21 Augustus. E 159 500 gram bloem of zelfrijzend bakmeel of kindermeel of kinder - biscuits. Tabak- en versnaperingenkaarten Qa, Qb, Qc 808. 93 Versnaperingen: 200 gram versnape ringen of 200 gram suiker, boter- hamstrooisel enz. of 400 gram jam, stroop enz. 96- Versnaperingen: 100 gram versnape ringen of 100 gram suiker, boter hamstrooisel enz. of 200 gram jam, stroop, enz. Bonkaarten Za. Zb, Ze, Zd. Ze. Md, Mf, Mh 808 (Bijz. arbeid, a.s. moeders en zieken). Geldig strook N. de

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1948 | | pagina 1