Programministerie stelt zich voor
Niet gebonden aan fractie of partij
De verhouding tot Indonesië
I
O
DE NIEUWE BONNEN
EEN PROGRAM
MINISTERIE
POLITIEK VAN HERSTEL EN 1 door credieten en door een deel te ge-
KRACHTIGE OPBOUW
1
DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN
Met de West overeenstemming
NDER DE
LOUPE
70ste JAARGANG
DONDERDAG 12 AUGUSTUS 1948
No. 20696
In de zitting van de Tweede Kamer heeft hedenmiddag de
nieuwe minister-president, de heer W. Drees, een regerings
verklaring afgelegdwaarin hij een voorlopige opening van
zaken deed ten aanzien van het te voeren beleid, ivaarbij
het kabinet zich stelt op de grondslag der Christelijke
beginselen.
Ten aanzien van Indonesië zal blijvend worden gestreefd naar
de vorming van een reële Koninklijke Unie en voor de over
gangstijd naar een waarlijk Indonesische federale interim
regering.
Voor het herstel van 's lands economische toestand is nauwere
samenwerking met de „Marshall-landen" dringend geboden en
is het noodzakelijk, dat het -verkeer met Duitsland in goede
banen wordt geleid, naar toeneming van de handel ook met
uost-Europa wordt gestreefd.
Na aanneming van de wetten inzake bedrijfsorganisatie en
ondernemingsraden zullen voorstellen tot instelling van pro
duct- en bedrijfschappen worden ingediend; ruimer bewegings
vrijheid voor het bedrijfsleven zal worden bevorderd alsmede
inkrimping van het overheidsapparaat en efficiency en sober
heid in de publieke dienst.
In sociaal opzicht zal op de ingeslagen weg worden voortgegaan,
met name zullen de belangen der kinderrijke gezinnen worden
behartigd.
Verdere doorvoering der financiële gelijkstelling, in het bijzon
der voor het middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs zal
worden bevorderd.
dere inkrimping van het overheidsappa
raat met kracht zal worden bevorderd
speuren wij de influent» der midden
groepen in het kabinet. De toezegging
van een telkenjare op te stellen
naai budget, dat aan het parlement
lang zichtbar jster Liefünck>s om
KARAKTER VAN HET
KABINET
's Lands economie
Benelux
Overheid en bedrijfsleven
Financien
Sociale politiek
De West
Christelijke beginselen basis
Onderwijs en cultuur
VACANTIE-GENEUGTEN
JULIANA BLUFT DE NAAM»
OOK NA TROONSBESTIJGING
DE GRONDWETS-
HERZIENING
KOFFIE, THEE EN EEN EI
met
DE KANTOREN van de Redactie en de Admi
nistratie zijn gevestigd te Rotterdam, Kortenaer-
straat X. TelefooD 25270; te Schiedam, Broersvest 8,
Telefoon 688üi
Giro-nummer 9095 ten name van „De Maasbode-
Stichting" Rotterdam. t
De abonnementsprijs bedraagt 3.45 per kwartaal
t 1.15 per maand. I 0.30 per week.
Directeur: J. KUIJPERS.
Hoofdredacteur: Mgr. Dr. J. WITLOX.
Algemeen Redacteur: H. A. PAALVAST.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
DE ADVERTENTIE-PRIJS op gewone kolom
breedte bedraagt 15 ets. per millimeter hoogte.
Ingezonden Mededelingen op redactionele kolom
breedte 30 ets. per millimeter hoogte.
Contract-tarieven tegen gereduceerde prijs op
aanvrage bij 4e Administratie verkrijgbaar.
KAMPIOENEN tot 20 woorden 1 1.—. Ieder woord
meer 5 ets. Maximum 50 woorden. Uitsluitend bij
vooruitbetaling.
Als zodanig dient de heden, door
minister-president Drees namens het
kabinet afgelegde regeringsverklaring,
het nieuwe ministerie aan. Dit steunt
namelijk niet als het kabinet-Beel op
een vaste samenwerking tussen be
paalde parlementaire groepen maar,
als bij elke extra-parlementaire forma
tie, op het program waarmede de Indi
viduele ministers zich hebben ver
enigd. Dit program is echter, zijn wij
wel ingelicht, hetzelfde als waarover
reeds bij de tweede formatie-Beel een
bevredigende mate van overeenstem
ming was bereikt, zodat het vertrou
wen op steun in brede kring van de
politieke partijen, door de regerings
verklaring uitgesproken, niet onge
grond lijkt. Voeg daarbij, dat de partij
verhouding tussen de departements
hoofden beheerst wordt door de twee
grote groepen in het parlement, dan is
het niet zo heel onverklaarbaar dat dé
fractie-voorzitter der P. v. d. A., jhr.
Van der Goes van Naters, het kabinet
zeer dicht bij het parlementaire ziet
staan.
-Wat er van zij, op het program komt
het aan en wanneer wij dat nader be
zien springt opnieuw in het oog dat, al
schijnt er reden te zijn om van enige
verschuiving naar rechts te spreken,
die zich in enkele paragrafen dezer op
de troonrede van de derde September-
Dinsdag preludiërende verklaring af
tekent, in hoofdzaak toch de lijn van
het vorige kabinet blijft doorgetrok-
ken.
Voorop gaat natuurlijk de oplossing
van het Indonesische probleem in het
kader der reconstructie van het ko
ninkrijk. Zoals te verwachten was
wordt niet alleen op zeer snelle afdoe
ning in tweede lezing van de grond
wetsherziening aangedrongen welke
naar men verwacht nog vóór de troon-
wisseling haar beslag zal krijgen, maar
ook op een spoedige beslissing over de
instelling ener federale interimrege
ring in Indonesië, in verband waarme
de wordt onthuld, dat de besprekingen
met de Bandoengse delegatie terzake
alsook over de inrichting van federatie
en unie de verwachting op een accoord
wettigen. Ovfer de beide projecten, die
daarbij aan de orde zullen zijn geko
men zou minister Sassen de volksver
tegenwoordiging nog wel nader willen
Inlichten.
Ook wat de republiek betreft blij
ven wij tussen hoop en vrees leven.
Naast de klacht, dat nog geen overeen
stemming is bereikt en de schendingen
van het bestand toenemen, staat de
verzekering dat de Nederlandse rege
ring haar hand nog steeds uitgestoken
houdt en de hoop koestert, dat de re
publiek op korte termijn haar plaats in
de Verenigde Staten van Indonesië zal
innemen.
Een tweede urgente aangelegenheid,
in een spoedige behandeling door de
Staten-Generaal aanbevolen, vormt t
ontwerp inzake de bedrijfsorganisatie
en ondernemingsraden en het doet ons
deugd, dat daarop volle nadruk wordt
gelegd, te meer, gezien ook de samen
stelling van het kabinet, van het op
korte termijn aanvatten dezer zaak de
beste verwachtingen mogen worden
gekoesterd.
Behalve deze twee reële program
punten vinden wij in de verklaring nog
weinig houvast vQor het toekomstig be-
L flnancieel-economische para-
gra ^;ir^dt in bekende beschouwin-
herhaald. -niet behoeven te worden
daarentegen is de mede-
delingi dat reeds vóór het jaar 1949
W1el,fnnen wr^eg tuitende begroting
de ingediend, zonder
dat aan de bevordering der volkswel
vaart en de eisen der
digheid wordt t
bij de belofte, dat efficiency èn^s?
heid in de publieke dienst/alsook
Jnlrvimmncf van V»,»*.
en
en sober-
ver-
wordt overg|eniecf ljnt ons hieraan
°°Voor Vefoverige is deze beïnvloeding
geen proces op korte termijn doch ieeds
„i,ti-,aar in de behoedzame om-1
buiging van K Vp .fracti(J ond i
Hét thans optredende kabinet steunt
*niet als het vorige op een vaste samen
werking tussen bepaalde parlementaire
groepen. Het richt zich op 'de verwe
zenlijking van een program, waarop
degenen, die voor het ministerschap
werden aangezocht, zich hebben ver
enigd. Geen partij of fractie heeft zich
daaraan gebonden.
Niettemin mag op grond van bespre
kingen, die in een vroeger stadjum der
formatie van een nieuw kabinet werden
gevoerd, de verwachting worden uitge
sproken, dat op mend'g punt op instem
ming in brede kring kan worden ver
trouwd. Eeh vertrouwen, waartoe, naar
wij hopen, ook de samenstelling van het
kabinet moge bijdragen.
Wordt aan kwalificatie van de aard
van het kabinet behoefte gevoeld, dan
zou het beste van een program-ministe
rie kurinen worden gesproken".
Spr. wees er dan op, dat Nederland in
menig opzicht sinds de bevrijding grote
vooruitgang heeft mogen boeken. Ons
land en ons volk bieden een gans-andere
aanblik dan toen de bezetter zich gewon
nen moest geven.
„Velerlei aspecten van'het herstel wek
ken de bewondering van wie na verloop
van een paar jaren afwezigheid ons land
terugziet. De totale productie is boven
de vooroorlogse omvang gestegen. De
goederenvoorziening is voortdurend ver
ruimd. Aan de intering op het nationale
vermogen is een einde gekomen. De ge
zondheidstoestand der bevolking is al
zijn er nog donkere punten, zoals b.v. de
stijging van het aantal gevallen van tu
berculose tóch zoveel verbeterd, dat
bij eeri hoog geboortecijfer de sterfte
cijfers over de gehele linie beneden de
vooroorlogse zijn gekomen en een laagte
record te zien geven. Belangrijke sociale
verbeteringen zijn tot stand gekomen.
Niettemin is er allerminst reden tot
berusting of zelfvoldaanheid. De ma
teriële nood is nog groot en de morele
inzinking is nog niet geheel geweken.
Nog is er bij velen een wanverhouding
tussen de inkomsten en de noodzakelijke
uitgaven. Er is nog schaarste aan belang
rijke goederen en nog jaren zullen wij
gebukt gaan( onder een woningnood, die
hoge menselijke waarden in gevaar
brengt. Bovendien is de economische toe
stand in wezen veel ernstiger dan in "het
algemeen wordt begrepen. Het verkregen
levenspeil, dat nog door zo velen als on
bevredigd wordt gevoeld, kunnen wij nog
niet uit eigen kracht handhaven.
De fegenstellingen in ons volk zijn
scherper dan wij in de tijd der bezetting
mochten hopen; ook als wij ons ten volle
rekenschap gaven van de blijvende diep
gaande verschillen in levensovertuiging,
die ons volk kenmerken.
Om zo snel mogelijk onze volkskracht
te herstellen en de wederopbouw te ver
zekeren, is invoer op ongekend grote
schaal nodig geweest en ook thans nog
onvermijdelijk Daartegenover was aan
vankelijk slechts een geringe uitvoer
mogelijk, terwijl de inkomsten aan bui
tenlandse betaalmiddelen, vroeger voort
vloeiend uit ons verkeer met Indië en met
Duitsland, vrijwel waren weggevallen en
onze koopvaardijvloot voor een groot
deel in de grond was geboord. Zo is het
bruiken van wat nog resteerde aan goud,
aan bezit van buitenlandse effecten en
andere deviezenbronnen.
Tenslotte bleef een groot tekort op
onze betalingsbalans bestaan, dat spoe
dig zou hebben moeten leiden tot in
krimping van onze bedrijvigheid en ver
laging van ons levenspeil, als niet de
hulp van de Verenigde Staten aan Eu
ropa de mogelijkheid van een overbrug
ging der moeilijkheden had geopend. Wij
móeten echter voortdurend het oog ge
richt houden op de noodzaak om over
enkele jaren zonder deze hulp onze be
talingsbalans in evenwicht te brengen,
wil het mogelijk zijn een snel groeiende
bevolking een redelijk bestaan te verze
keren en arbeidsgelegenheid te waarbor
gen. De uiterste krachtsinspanning van
ons volk zal daartoe nodig zijn. De Rege
ring zal het hare doen óm allen daarvan
te doordringen en tevens om wegen te
zoeken, die het bereiken van dit doel
kunnen vergemakkelijken.
Het verwezenlijken van de Economi
sche Unie met België en Luxemburg,
acht de Regering voor de toekomst van
de drie landen van zeer groot gewicht.
Het verheugt haar, dat ten aanzien va a
het tempo en de wijze van verwezenlij
king der Unie tussen de drie Regeringen
in beginsel overeenstemming is bereikt.
Nauwere samenwerking ook met West-
Europa en meer in het algemeen van
de zestien landen, die door het Marshall
plan tot overleg over hun economische
politiek zijn gebracht, is dringend ge
boden. Hoe noodzakelijk het is, dat in
het bijzonder ook het verkeer met
Duitsland weer in normale banen ge
leid wordt, springt in het oog. Daar
naast wordt ernstig gestreefd naar toe
neming van het handelsverkeer met
andere landen, ook met het Oosten van
Europa.
Onmisbaar blijft in dit verband een
landbouwpolitiek, gericht op verhoging
van een rationele bodemproductie, die
ook aan de welvaart en aan de bestaans
zekerheid der producenten ten goede
kan komen. Een stelselmatige investe
rings-, industriële- en conjunctuurpoli
tiek zal worden gevoerd. Aan de ener
gievoorziening wordt bijzondere aan
dacht besteed. Jaarlijks zal een natio
naai budget worden opgesteld dat aan
het parlement zal worden overgelegd.
De Regering vertrouwt: dat de Sta
ten-Generaal bereid zullen zijn mede
te werken tot spoedige behandeling van
de wetsontwerpen inzake bedrijfsorgani
satie en ondernemingsraden, waarna de
indiening van wetten tot instelling van
een aantal product- en bedrijfschappen
zal worden bevorderd, opdat de over
heidsbemoeiingen, welke daarvoor naar
Drie kwart millioen handtekeningen van vrouwen uit het hele land zullen
als huldeblijk H. M. de Koningin worden aan geboden. De verzameling zal
dezer dagen op Het Loo worden overhandigd.
haar aard in aanmerking komen, zullen
kunnen worden overgebracht 'naar het
georganiseerde bedrijfsleven, met
waarborging van het algemeen belang.
Naarmate de goederenvoorziening net
toelaat zal het distributiestelsel worden
geliquideerd waardoor de noodzakelijke
verruiming van de bewegingsvrijheid
van het bedrijfsleven zal worden bevor
derd. Ook aan verdere inkrimping van
het overheidsapparaat, die de Regering
met kracht nastreeft, zal dit ten goede
komen.
Een gezonde ontwikkeling van de mid
denstand, in detailhandel, zowel als am
bacht, zal worden bevorderd.
De Regering geeft zich ten volle re
kenschap van de ernst van de finan
ciële toestand. Hoewel de niet-sluitende
betalingsbalans in wezen de grootste
gevaren oplevert kan ook in een niet-
sluitende begroting, die in de eerste tijd
na de bevrijding onvermijdelijk was,
niet blijvend worden berust. Zonder te
kort ,te doen aan de bevordering der
volkswelvaart en aan de eisen der so
ciale rechtvaardigheid vertrouwt de
Regering aan de Staten-Generaal voor
het ja.ar 1949 weder een nagenoeg slui
tende begroting te kunnen voorleggen,
behalve voor Zover betreft de kapi
taalsuitgaven, waarvoor naar hun aard
mag worden geleend, en het tekort van
het Landbouwegalisatiefonds. Uiteraard
behoort echter ook dit laatste tekort,
voor zover het niet door geleidelijks
vermindering der subsidies kan worden
opgeheven, zo spoedig mogelijk uit de
gewone middelen te worden bestreden.
Efficiency en soberheid in de publieke
dienst zullen met kracht worden bevor
derd.
In sociaal opzicht zal op de ingesla
gen weg worden voortgegaan. Een con
structieve loon- en prijspolitiek zal
worden gevoerd. Op meer bestaanszeker
heid en het wegnemen van te grote
tegenstellingen bij de inkomensverdeling
Over de politiek ten aanzien van de
Overzeese gebiedsdelen merkte de minis
ter-president het volgende op:
Vóór alles worden de verhoudingen in
Nederland ongunstig beïnvloed door
de tegepslagen, ondervonden bij de po
gingen om het Indonesische vraagstuk
tot een bevredigende oplossing te bren
gen. Daarop zal dan ook de aandacht
van Regering en volksvertegenwoordi
ging zich in de eerste plaats hebben te
richten. Opnieuw hebben wij ons in te
zetten om alsnog te pogen tot een resul
taat te komen, aanyagrdbaar zowel voor
de grote meerderheid van het Neder
landse volk als voor Indonesië.
Nederland heeft zich verbonden mede
te werken tot het scheppen van nieuwe
staatkundige verhoudingen, waarbij zul
len worden gevormd de vrije en s-ouve-
reine Verenigde Staten van Indonesië, in
een hechte en duurzame Unie, gelijk
waardig verbonden met het Koninkrijk
der Nederlanden, een Unie, die door
eigen organen de gemeenschappelijke
belangen der deelnemers op verschillen
de gebieden zal behartigen.
Wij verheugen ons erin, dat wij juist
dezer dagen besprekingen hebben kun
nen voeren met een delegatie uit de
negara's en daerahs, reeds gevormd bui
ten de Republiek, gebieden waar veelal
een verblijdende opleving is waar te
nemen.
Deze besprekingen hebben de over
tuiging versterkt, dat met vertegen
woordigers van deze gebieden over
eenstemming zal worden bereikt. Een
overeenstemming, die zal zijn na te
streven, allereerst ten opzichte van de
instelling in overgangsijd van een
waarlijk Indonesische federale inte-
leid, waartoe de
i -j- - mr Teulings het hare bij
droeg en de internationale omstandig-
aroeg en u Renelux en de pacten
heden (Marshall, Bej
van Brussel en Parag) blijkbaar voor
Menig onderdeel DHJ"
de troonrede bewaard- viotnivd ziin
Veld laat zich helemaal ongetug^ zijn
Partijgenoot Mansholt volsta
algemeenheid. Aan P^nnef!/°TMen.
Kezonde ontwikkeling van de m
stand werd bereids eerder gevve
*jat de distributie wordt afgescha
01-3 dit mogelijk is, geloven wij zon
™ee'". De opbouw van een nieuwe
J "idmacht zijn wij reeds jaren aan hei
°r bereiden; voorlopige handhaving
- o°n_ en prijspolitiek ligt voor de
aan bezitsspreiding wordt ge*
T de gezinspolitiek zal mr. Joe-
Ver8eten, doch tezamen met 'n
krachtige woningpolitiek ter hand ne-
m svi'ri .ade nieuwe justitie-minis-
ter aa c e draad van zijn voorganger
verder spinnen gaat.
Dat aan voortgaande toepassing van
de financiële geiijkstejijng bij middel
baar- en voorbereidend hoger onderwijs
en buitengewoon lager onderwijs wordt
gedacht, daarvoor mogen wij minister
Rutten dank weten, die zich overigens
bii de opvattingen van dr. Gielen in
zake zijn culturele taak wie zou'dat
anders verwacht hebben?
aan te sluiten.
Zoals het kabinet in zijn geheel ook
dé zedelijke beginselen, die aan onze
beschaving ten grondslag liggen, erkent,
et gen buiging nochtans naar het
christendom en humanisme gezamen
lijk.
Gistermorgen had de eerste ministerraad plaats van het nieuwe Kabinet. Zittend van links naar rechtsi de
ministers Schokking, Stikker, Van Schaik, Drees, Rut ten, Sassen. Staande van links naar rechts: de ministers
Lieftinck, Wijers, In 't Veld, Joekes, Mansholt, Van den Brink, Van Maarseveen en Götzen. Voor minister
Van Maarseveen mr. dr. Prinsen, secretaris van de ministerraad.
rim-regering en vervolgens ten op
zichte van de inrichting der Verenigde
Staten van Indonesië en de vorming
der gelijktijdig tot stand te brengen
Unie.
Indien zonder voorbehoud komt vast
te staan, dat in de Unie de beide delen,
die haar gaan vormen, ten volle gelijk
gerechtigd zullen zijn en dus ook de or
ganen van paritaire samenstelling, zal de
vrees kunnen worden weggenomen, die
in Indonesische kringen soms valt te
onderkennen, dat de staatsrechtelijke
figuur van een reële Koninklijke Unie,
met bindend gezag op haar competentie-
veld van de eigen organen, een poging
zou betekenen om in andere vorm een
Nederlands overwicht te bestendigen.
Uitermate teleurstellend blijft de ver
houding tot de Republiek, zowel omdat
uitwerking van overeenstemming, die
op de Renville was verkregen, tot nog
toe niet kon worden verwezenlijkt, als
omdat de schendingen van het bestand
toenemen, schendingen waarbij veelal
wel niet de Republikeinse regering recht,
streeks betrokken is, maar waarin toch
meermalen Republikeinse instanties de
hand hebben.
Voor een herstel van de staatkundige
en economische eenheid in Indonesië,
voor het herleven van de welvaart, voor
het scheppen van een rechtsorde, die
waarborgen biedt voor allen, is het van
groot belang, dat de Republiek op korte
termijn haar plaats inneemt in de Ver
enigde Staten van Indonesië, die bezig
zijn zich te vormen.
Nu enerzijds vertegenwoordigers van
de gebieden, die aan de conferentie in
Bandoeng deelnemen, een beroep doen op
de medewerking der Republiek, ander
zijds de Commissie van Goede Diensten
in gedeeltelijk nieuwe samenstelling
haar pogingen zal hervatten om over.
eenstemming te bevorderen, moge dezer
zijds opnieuw worden uitgesproken en
ook practisch tot uiting gebracht, dat
Nederland ten volle bereid is zijn woord
gestand te doen, maar ditzelfde verwacht
en verlangt van de wederpartij.
Ten aanzien van de andere overzeese
gebiedsdelen wordt het overleg voort
gezet, dat reeds geleid heeft tot ver
heugende voorlopige resultaten, die de
zekerheid geven, dat Nederland Su
riname en de Nederlandse Antillen met
volle instemming van deze voor inwen
dige aangelegenheden zelfstandig ge
worden gebieden, een Verenigd Ko
ninkrijk zullen zijn.
Ook bij dit overleg is gebleken, van
hoeveel belang het is, dat bij Nederland
de wil voorzit de mentaliteit en de aspi
raties van de volkeren overzee te begrij
pen en daaraan zoveel mogelijk recht te
doen wedervaren.
De Regering vertrouwt, dat de Staten-
Generaal zullen willen medewerken tot
een zeer snelle afdoening in tweede le
zing van de grondwetsherziening, die
voltooiing van de op gang zijnde ontwik
keling mogelijk moet maken, en daarna
tot een spoedige behandeling van een
wetsontwerp tot het instellen van een
federale interim-rfgering in Indonesië.
blijft het oog gericht. Daarbij wordt
mede gedacht aan de gezinsbelangen
met name die der kinderrijke gezinnen,
zowel bij de belasting-politiek, als bij
het sociaal beleid. Ook een krachtige
woningpolitiek is uit dit oogpunt van
grote betekenis.
Binnen het kader van het financieel en
sociaal mogelijke en in coördinatie met
de plannen van daarvoor in aanmerking
komende mogendheden zal' voortgewerkt
worden aan de opbouw van een effec
tieve, wei-geordende, goed geleide
strijdmacht.
Gestreefd wordt naar het spoedig her
stellen van normale toestanden op het
gebied van het recht en de rechtsbede
ling. en naar liquidatie van door oorlog
en bezetting op dit gebied veroorzaakte
gbnormale toestanden.
Ook dit Kabinet gaat uit van de zede
lijke beginselen, die aan onze beschaving
ten grondslag liggen. Dit sluit de erken
ning in, dat het Christendom voor zeer
grote groepen van ons volk de bron is,
waaruit zij hun geestelijke krachten put
ten, en welks zedelijke normen door vele
aanhangers van andere dan Christelijke
overtuiging eveneens worden aanvaard.
Deze opvattingen zullen tot uiting
komen ook in de culturele taak, die te
vervullen valt, waarbij de Regering, zo
wel ten aanzien van het onderwijs, als bij
"velerlei wetenschappelijke en kunstzin
nige arbeid, opwekkend en bevorderend
werkzaam kan zijn zonder tot zich te
trekken wat, naar zijn aard, niet van
staatswege dient te geschieden.
Verdere toepassing van de gedachte
der financiële gelijkstelling, met name
voor het Middelbaar en Voorbereidend
Hoger Onderwijs en het Buitengewoon
Lager Onderwijs, zal worden bevorderd
Een uitputtend overzicht van het pro
gram en van de voornemens der Rege
ring is hiermede niet gegeven. De Troon
rede en de behandeling der begroting
zullen gelegenheid geven tot verdere uit
werking. Ik heb voornamelijk het licht
willen laten vallen op een aantal hoofd'
punten, waaronder er zijn, die de be-
staansmogelijkheden van ons volk raken.
Op het ogenblik dat H. M. Koningin
Wilhelmina op het punt staat de Kroon,
die Zij een halve eeuw op waarlijk
vorstelijke wijze heeft gedragen, over te
dragen aan H. K. H. Prinses Juliana, als
Regentes reeds door ons volk met zoveel
vertrouwen begroet, worstelt Nederland
met problemen, waarvan de oplossing
over de toekomst van het Koninkrijk en
van ons volk zal beslissen.
Wij zullen ons tot het uiterste moeten
inspamien om Nederland te doen zijn
een land waar het voor allen goed is te
wonen, en om de verhouding tot de
gebieden overzee te vestigen op een
nieuwe grondslag, die er allereerst een
moet zijn van onderling Vertrouwen en
van wil tot samenwerking op voet van
gelijkheid.
Wij moeten onze productie, onze
scheep- en luchtvaart, onze handel, ons
verkeer met overzee, zowei als met het
vasteland van Europa, opvoeren tot een
peil, waarop het bestaan ook van een
snel toenemende bevolking kan worden
verzekerd. t
Wij hebben mede te werken aan de
nauwere aaneensluiting der naburige
volken, en tevens, waar mogelijk, tot de
groei ener internationale rechtsorde bij
te dragen op een wijze, de hoge tradities
van ons land waardig.
Wij zijn zwaar beproefd en diep ver
armd, maar wij hebben onze veerkradht
niet verloren. Grote moeilijkheden, maar
ook grote mogelijkheden liggen voor ons.
Moge het ons, zo besloot de minister
president, gegeven zijn, steunende op ho
gere beginselen, ondanks de sterke ver
schillen in staatkundige overtuiging die
in ons volk leven, gezamenlijk de kracht
te ontwikkelen, die ons opgewassen doet
zijn tegen de zware, maar grootse taak,
die Nederland in dit tijdsgewricht heeft
te vervullen".
Ofschoon men het aan het weer niet
zou zeggen, wijst toch de kalender uit,
dat wij midden in Augustus zitten, de va-
cantiemaand bij uitstek (zelfs de weex-
berichtmaker van de Bilt schijnt met va-
cantie te zijn). En hadden wij geen ka
lender, dan zouden de propvolle treinen
het ons jvel vertellen, 's Ochtends ziet
men als maar blijde gezichten van opti
misten, die beter dan de Bilt weten, dat
het „vandaag best goed weer zal wor
den". De zwoeger voelt zich dan werke
lijk een ongelukkig sterveling, die in de
molentred van de dagelijkse strijd om
het bestaan zich naar zijn arbeid sleept
met het onzalig vooruitzicht, extra hard
te moeten aanpakken omdat een collega
met verlof is.
Maar als de dag weer veel vlotter is
verlopen dan gedacht werd en de afge
sjouwde vacantiegangers uit de treinen
puilen in een stemming, welke niets zon
nigs heeft, met gezichten als barometers
op storm, in een geprikkelde stemming,
welke de vrouw haar man en de vader
de kinderen doet afsnauwen, wel dan is
men weer blijde, een normale dag be
leefd te hebben en wordt de opgewekte
stemming alleen maar getemperd door
de wetenschap, dat zijn eigen vacantie
nu met rasse schreden nadert.
Enfin, daar komen wij ook wel over
heen. Tenminste dan niet elke dag in
barstens volle treinen.
Die treinen ja, die bederven vooral
van menig kind de vacantiepret. Maanden
verheugden de kleinen zich op het trein-
reisje en hoopten dan aan het raampja
te mogen zitten. Doch de grauwe wer
kelijkheid is zo geheel anders. Niet zit
ten, laat staan aan' het raampje. Als eeti
mot in een klerenkast hangen de kin
deren tussen dames en heren, die veelal
kijken met een zuur gezicht van „wat
doeri jelui in de trein".
Doch des ochtends is er nog het voor
uitzicht van een uitgangsdag. En de be
nen zijn nog vers.
O wee echter des avonds. De kinderen
hebben de hele dag aan het strand ge
speeld, in de Diergaarde gedrenteld of
door bossen gedwaald. Zij verlangen
slechts te kunnen zitten. Doch de trei
nen zijn vol en de zitplaatsen bestemd
voor de „grote mensen". In zijn alge
meenheid is zulks natuurlijk juist, maar
waarom moet dat dood-moede jongetje
in de paden of het balcon hangen, ter
wijl de mijnheer, die de hele dag zijn
lange benen onder een-bureau gestoken,
heeft, behaaglijk zit zonder enige inte
resse vooi; 't landschap, hetwelk de kleine
ongemeen zou boeien? En die dame van
rond de dertig, die rookt als een schoor
steen en straks weer op haar fiets springt
om er een gang in te zetten, welke zelfs
een slagersjongen doet transpireren, zou
die er minder van worden als zij een af
gesjouwd meisje haar plaats liet behou
den?
Gelukkig er zijn prettige uitzonderin
gen van kindervrienden, die met een
„blijf maar zitten vent" hun hangplaa's
i'n het pad innemen of een plekje inrui
men op schoot of knie voor de verlegen
kleinen om hun de koeien te laten zien,
welke zo welgedaan en dartel de weiden
bont kleuren.
Doch velen vergeten, dat „grote men
sen" niet klein-egoïstiseh mogen zijn.
Wij voelden ons eigenlijk ook een beet
je schuldig toen een krullekopje plot
seling de hele wagen deed schateren
door de vraag: „Pappie zijn dat nu de
koeien van Mansholt?" Eigenlijk mogen
wij niet mopperen over de verlaging van
het vleesrantsoen. Want wat zou voor
de reizende kinderen een weide zon
der koeien zijn?
ANALYST.
Sinds enige tijd circuleren geruchten,
als zou H. K. H. Prinses-Regentes Ju
liana na de inhuldiging tot koningin
haar vijfde naam: Wilhelmina, gaan voe
ren. Te bevoegder plaatse is hierom
trent niets bekend. Ten overvloede wijst
men erop, dat in het ontwerp voor de
nieuwe knopen van militaire uniformen
een „J", in plaats van een „W" is ge
projecteerd.
Naar gemeld wordt zal Prins George
van Griekenland de Griekse koninklij
ke familie vertegenwoordigen bij het
jubileum van Koningin Wilhelmina.
De Bondsraad heeft de Zwitserse ge
zant te 's-Gravenhage, de heer Kohli,
afgevaardigd naar de inhuldiging van
de Prinses-Regentes als Koningin Ju
liana.
Het voorlopig verslag der Tweede Ka
mer over de grondwetsherziening (twee
de lezing) is gisteren vastgesteld en
verschenen. Het ligt in de bedoeling
van de regering, dit verslag met zeer
grote spoed te beantwoorden, zodat men
mag verwachten, dat de Tweede Kamer
deze wetsontwerpen zal kunnen behan
delen in aansluiting op het debat over
de regeringsverklaring, midden der vol
gende week.
Voor het tijdvak van .15 t/m 28
Ai^gustus zijn de volgende bonnen gel
dig verklaard:
Bonnen voor brood.
127-1 Brood; 800 gram brood (geldig
t/m 21 Augustus).
128-1 Brood; 200 gram brood (geldig
t/m 21 Augustus).
Alle bonkaarten.
133 Algemeen; 400 gram brood of 1
rantsoen vermicelli e.d.
132 Algemeen; 750 gram suiker, boter-
hamstroodsel enz. of 1500 gram
jam, stroop enz. of 750 gram ver
snaperingen.
131 Algemeen: 250 gram boter of mar
garine of 200 gram vet.
130 Algemeen; 1 ei.
Bonkaarten Ka, Kb, Kc 808.
136 Algemeen: 250 gram boter of mar
garine of 200 gram vet»
137 Algemeen: 200 gram kaas of 250 gram
korstloze kaas.
138 Algemeen: 50 gram thee.
139 Algemeen: 125 gram koffie.
140-Algemeen: 375 gram zachte zeep en
250 gram soda.
B 147 800 gram brood (geldig t/m 21
Augustus),
B 148 200 gram kaas of 250 gram korst
loze kaas.
U 149 400 gram brood (geldig t/m 21
Augustus).
Bonkaarten Kd, Ke 808.
151 Algemeen: 125 gram boter of mar
garine of 100 gram vet.
152 Algemeen: 100 gram kaas of 125
gram kors?tloze kaas.
153 Algemeen: 750 gram zachte zeep en
500 gram soda.
u 157 800 gram brood (geldig t/m 21
Augustus.
E 159 500 gram bloem of zelfrijzend
bakmeel of kindermeel of kinder -
biscuits.
Tabak- en versnaperingenkaarten
Qa, Qb, Qc 808.
93 Versnaperingen: 200 gram versnape
ringen of 200 gram suiker, boter-
hamstrooisel enz. of 400 gram
jam, stroop enz.
96- Versnaperingen: 100 gram versnape
ringen of 100 gram suiker, boter
hamstrooisel enz. of 200 gram
jam, stroop, enz.
Bonkaarten Za. Zb, Ze, Zd. Ze.
Md, Mf, Mh 808
(Bijz. arbeid, a.s. moeders en zieken).
Geldig
strook N.
de