„JE KAN DE KONINGIN NIET LATEN WACHTEN!"
DE KONINGIN EN DE
OORLOGSSLACHTOFFERS
OORLOGSTIJD OVER
ATLANTISCHE OCEAAN
5
-jiS" as
SIEBEL
De eerste luchtreis van onze Koningin
hS»ter(U° we> SS:
i
28 AUGUSTUS im
door J. W. Hofwijk
Dinsdag, 8 Mei 1945, 22.15 uur
Eindhoven, studio van „Herrijzend Nederland".
In het grote vertrek brandden alle lichten; een typewriter haperde over
zinnen, struikelde, hield op, ging weer door met een telkens hortend geluid
en luisterde dan plotseling weer mee naar de stilte.
De grote controleluidspreker was na het afscheid van de nieuwsberich-
tenomroeper een ogenblikje dood, ruiste toen: men kon in de stilte, waar
dwars doorheen ergens in het holle verlichte gebouw een deur dichtsloeg,
het krassen van de gramofoonnaald op de „lichte gramofoonmuziek" horen.
Toen na deze adempauze: gramofoonmuziek.
Ten einde raad, maar veel vermoeider, begon mijn typewriter opnieuw,
telkens stokkend met zijn verwarde, lichte, metalen stem.
Na een week van jakkeren en primeur op primeur wilde ik alleen nog
maar slapen.
„Jawel, Majesteit...Ik moet eerst mijn
De villa Stubbingste Maidenhead, nabij Londen, welke de vorstin tot
verblijfplaats diende tijdens de bange jaren der bezetting van het vaderland.
Ontmoeting van moeder en dochter. Prinses Juliana keert in September
1944 uit Canada terug en wordt op het vliegveld door de koningin begroet
In Juni 1942 steeg van een basis in Engeland een groot driemotorig water
vliegtuig, een „Super Clipper", op voor een tocht over de Atlantische
Oceaan. Heel onopvallend en slechts vergezeld door drie heren, was een
dame op leeftijd in de luchtreus gestapt: koningin Wïlhelmina. Op
een en zestig-jarige leeftijd zette zij voor 't eerst voet in een vliegmachine
om een luchtreis te maken, welke haar allereerst naar Canada, naar haar
beminde dochter en kleinkinderen voerde, daarna naar de V. S. voor een
bezoek aan president Roosevelt. Vanzelfsprekend was de tocht strikt
geheim gehouden, teneinde het gevaar te beperken, dat de vijand iets
omtrent de reis te weten zou komen. Trouwens: een pleziertocht was deze
oceaanvlucht in oorlogstijd allerminst, leder ogenblik konden er vijande
lijke vliegtuigen uit de wolken omlaag schieten en het vuur openen
Na lange scheiding weer hij
dochter en kleinkinderen
Se president bracht al spoedig een bezoek,
Heilzame bezoeken van de
Landsvrouwe
Door pater A. F. M. Monchen O.S.B.,
secretaris in A. D. van H. M. de
Koningin.
Het verzoek van de Redactie van
„De Maasbode" om over de zuiver
menselijke zijde van onze vorstin te
schrijven ten opzichte van zieken en
oorlogsgewonden, zoals deze zich
geuit heeft tijdens haar ballingschap
in Engeland, is geen moeilijke op
dracht. Toen de koningin in Mei
1940 in Engeland was aangekomen,
volgden haar de meest alarmerende
berichten over de verliezen, die het
leger, de vloot, de luchtmacht en
vooral de burgerbevolking van
Rotterdam geleden hadden. Geluk
kig bleek achteraf, dat deze berich
ten zeer overdreven waren, doch
dit had niet verhinderd, dat zij op
haar een diepe indruk hadden
gemaakt.
De koningin in ongedwongen samenzijn met president en mevrouw Roose
velt tijdens haar bezoek aan de Verenigde Staten in het jaat 1942»
HINDERNISSEN
AUDIËNTIE
De stimulans, dat heel Nederland naar je
luisterde, dat je hun gespannen verwach
tingen kon bevredigen, hen gelukkig maken,
hielp niet meer; de zwarte koffie hielp niet
meer; de mogelijkheid, dat een ander je
voor zou zijn, hielp niet meer.,..
Ik wilde alleen nog maar slapen.
Nederlandse frontlijn, Wageningse capi
tulatie, intocht in Utrecht, intocht in Am
sterdam. en telkens terugj akkerend naar
Eindhoven, de eindeloze drukke verkeers
wegen over, opstoppingen van geallieerde
colonnes, autopech, controlesen elke
avond om kwart over tien, wanneer de stilte
viel na mijn radio-reportages een leegte:
terug naar het Noorden.Den Haag wacht
te nog, en Rotterdam, nog andere plaatsen.
Komt de omroeper vrij opgewonden terug:
„Je raadt nóóit wie ik zojuist bijna aan de
telefoon had
"De koningin zelf".
„De koningin?" vrij mat. „Leuk voor je.."
„.Ta, eerst kreeg ik haar adjudant; hij zei:
„Wacht u evenhier is Hare Majesteit",
of zoietsnou, ik wist niet wat ik hoorde,
wachtte even, maar jammer genoeg bracht
hij toen zelf het verzoek over
Typewriter praatte vrij onbeleefd docr.
,,'t Ging over jou
Slaperig: „O ja
„Of die verslaggever nog in de stucuo
was
„Mm mmmsorry, wat zeg je?
„Ik heb natuurlijk „ja" gezegd".
Half bewusteloos: „Mm mmmn
„Of je morgen naar haar wil toekomen..
Tien-uur-slaap-in-vijf-dagen: „Morgen ben
ik in Den HaagWat? Wat zeg je?"
„Je wordt morgen om kwart voor twaalf
op Anneville bij Breda verwachtom
persoonlijk aan Hare Majesteit verslag uit te
brengen over het bevrijde Westen
Misschien kent u de reacties van kinderen,
die nog één nachtje moeten slapen, dan zijn
ze jarig. Ze vertellen het tegen iedereen, d«t
ze morgen jarig zijn. Het was met mfj
nauwelijks anders, ik kon het nauwelijks
zwijgen, vond tot mijn ergernis bovendien
nergens de tóón, waarop ik het zeggen zou:
niet te achteloos, omdat het dan zo blasé zou
lijken (of je elke dag bij de koningin over
de vloer kwam); niet te opgewonden, dat
leek zo kinderachtig, maar ik neem het de
wacht op het hoofdkwartier vSn de Stoot
troepen in Eindhoven nóg kwalijk, dat die,
toen ik er om drie uur die nacht binnen
kwam, niet mèèr geïmporteerd reageerde en
op mijn herhaaldelijk en zeer nadrukkelijk
vragen mij toch vooral om negen uur te
wekken, „want etc. etcalleen maar
slaperig en knorrig zei: „Komt wel in orde
hoor, komt heus wel in orde
Ik borstelde en schuierde die nacht nog
of mijn leven ervan afhing, vouwde de
pantalon, waarin uiteraard geen vouw meer
te bekennen was, zo goed mogelijk op, en
legde hem op kostschoolmanier onder m'n
matras.
Eerste ontdekking van die Woensdag
ochtend: de hele spiraal stond er keurig in
afgedrukt! Tweede ontdekking, die me een
kleine beroerte bezorgde: de autoliep
nietTien uur.we hadden Eindhoven
Breda veiligheidshalve op anderhalf uur
rijden geschat, om toch vooral niet te laat
te komen. Om tien uur kwam de chauffeur
en zei, dat de wagen kapot was. Hij wilde
niet starten.
Ik weigerde het te geloven, trommelde
daarna de halve straat bij elkaar om te
helpen duwen, duwde me zelf hartkloppin
gen. De auto liep niet.
den ze dat) maar in ieder geval h(ses on,ier
getekende zich, een zenuwtoeval nabij, in
de hoestende auto. „htitr
Mijn chauffeur was een zeer voorzichtig
rijder. Die dag reden we "P/® s.®f'e
bochtige weg naar Tilburg constant tegen
de honderd en al durfde ik het nog met
hardop zeggen: het ging goed. Ik bekeek
inmiddels de „schade", zijnde één olievlek
ter grootte van mijn hand, plus ettelijke
vegen op mijn broek, en een klein twee
centimeter winkelhaakje in mijn mouw. In
daDe3 auto begon te slingeren, minderde
vaart ja, wat dacht u: natuurlijk een
lekke band. Het was nog een gehik dat we
midden in een dorp stonden. Opnieuw
werkten ik vond het telkens weer even
kinderachtig de magische woorden: „ik
moet om kwart voor twaalf bij de koningin
zijn" en terwijl twee drie mensen mijn
chauffeur te hulp schoten, holde ik zelf dom
weg een huis binnen en vroeg om....
vlekkenwater (zelfde motivering). Een
boerin begon meteen te poetsen met benzine
zei nog moederlijk bezorgd: „Ge hadt oew
pak welles maggen laten persen", maar
boekte in mijn onervaren ogen werkelijk
verbluffende resultaten. Evenals de mensen
buiten, die in recordtijd de banden ver
wisseld hadden.
Zeven minuten voor twaalf.acht minu
ten te laat dus, stond ik hijgend voor H M. s
adjudant, jhr. luitenant de Beaufort en
legde hem de vertraging uit.
Vijf voor twaalf mocht ik, waarschijnlijk
een beetje bleek en innerlijk nog natrillend
van de emotie, als doodgewone dorpsjongen,
die 't vroeger in de vacantie altijd vreselijk
vond, wanneer ie bij erg „deftige" mensen
visities moest maken, Hare Majesteits adju-
dant volgen," door een grote schemerachtige
kamer naar het terras achter, dat uitzag op
de tuin.
De koningin stond rechts van de open
staande terrasdeuren. Ze zag er ik her
kende Haar reeds uit de verte en dacht:
„Daar staat de koningin" juist als ik me
haar had voorgesteld, en tóch was ze weer
anders, ouder geworden na de Londense
tijd, beetje vermoeider.
Ik had het geluk in uniform te zijn (en
wat voor een!), kon dus salueren en me
militair correct melden. Maar de eerste
keer, dat dit deze onhandige „soldaat" goed
afging nauwelijks had ik, in de houding
saluerend mijn naam gezegd of ze kwam
al op me toe, gaf me een hand, en zei: „Zo,
dus u is meneer Hofwijk van gister-
a-mid...."
excuses maken, dat ik Uwe Majesteit heb
laten wachtenonze wagen was
kapoeh defect, bedoel ik, enboven
dien hadden we in Tilburg nog extra op
onthoud door een Oranjeoptocht, Majes
teit...."
„Zo, waren er Oranjeoptochten?.... Wilt
u bij ons komen zitten', meneer Hofwijk?
(Er was ook nog een hofdame aanwezig.)
Luitenant, wilt u ook meeluisteren, als me
neer Hofwijk ons over de bevrijde gebieden
vertelt?" -
Ik ging zitten, provisorisch nog min of
meer op de beruchte stoelpunt, wachtte (van
alles, wat ik in de auto had zitten prepa
reren, schoot me natuurlijk geen jota meer
te binnen) tot H. M. het woord tot me
richten zou
„Zo, dus u was gisteren in Amsterdam.
wij luisterden elke avond met veel belang
stelling naar uw reportages; vertelt u ons
nu eens precies, hoe het in de bevnj e -ge
bieden is.
Ik was volkomen op mijn gemak gesteld,
ging een beetje gemakkelijker zitten, begon
alsof het tegen mijn eigen moeder was
opnieuw van mijn ervaringen te vertellen
in het bevrijde Westen.... Van de ontzag
lijke vreugde, hoe we onder de bloemen
bedolven werden, dat er mensen stonden te
huilen langs de trottoirs, toen ze de bevrij
ders zagen binnentrekken, van de honger,
die geleden was en de hongeroedeem, van
de vloeren, die men had opgestookt in de
huizen en de Jodenbuurt, die in Amsterdam
geheel voor brandhout gesloopt was, van
„ijsje" dat ik in Amsterdam gegeten had en
dat iedereen een tractatie vond, van de
bloembollen natuurlijk en de bieten, van de
voedsel-droppingsIk vertelde minstens
een kwartier achter elkaar door, terwijl
Hare Majesteit, de hofdame en de adjudant
toeluisterden. In het begin zei ik ongeveer
na elke zin: „Majesteit", later ging het „vlot
ter", waarschijnlijk omdat ik op het gezicht
van de koningin zo duidelijk het medeleven
zag: ik ontdekte haar elk ogenblik steeds
meer als „Mens" en minder als „Staats
figuur".
Toen ik bij de voedseldroppings was, on
derbrak zij me en zei: „Maar vandaag wor
den toch de eerste rantsoenen verdeeld in
de grote steden?"
Nu had ik vroeger eens gehoord, dat je
H. M. nooit mocht tegenspreken, maar ik
meende per se zeker te weten, dat de
distributie nog wel een week kon aanlopen,
of minstens nog enkele dagen. In ieder
geval, wezen al mijn inlichtingen erop, dat
er die l}Toensdag geen distributie van ge
dropte levensmiddelen zou plaats vinden.
„Al mijn inlichtingen zeggen, dat dit nog
wel even duren kan, Majesteit...."
„Nee, ik heb pertinent gehoord, dat van
daag in Amsterdam de eerste blikken ver
deeld worden...."
„Gister ontmoette ik de leider van die
distributie persoonlijk, Majesteithij
beweerde, dat het nog wel enkele dagen
duren kon
„Dat begrijp ik niet. Ze hébben het nu
toch (tot de hofdame): Begrijpt u het?"
„Als ik het u uit mag leggen, Majesteit
de distributieleider gaf als reden op,
dat de verpakking zoveel moeilijkheden
opleverde; alles is practisch in blik en eer
dat allemaal gewogen en geïnventariseerd
en opengemaakt en daarna in kleinere por
ties verdeeld is
„Ja, ja..'., nu begrijp ik het
Daarna ik was ongeveer een uur bij
haar geweest vroeg ze haar adjudant
of die nog iets te vragen had. „Ik geloof
wel, Majesteit, dat we ongeveer alles ge
hoord hebben, en bovendien heeft meneer
Hofwijk erg weinig tijd. Hij wil vandaag
nog naar Den Haag, vertelde ie straks...."
„Zo, zei Hare Majesteit, „heeft u erg
weinig tijd, meneer Hofwijk?"
Ik wist niet goed wat te antwoorden, zei
ten einde raad: „Ik wilde vandaag nog wél
graag naar Den Haag toe, Majesteit, maar
u begrijpt, voor u heb ik altijd tijd
Waarop de koningin voor het eerst na
mijn uiteraard niet al te opwekkend relaas,
erg lachen moest (ik weet nóg niet of dat
nou zo gek gezegd was).
„Dan zal ik u niet langer ophouden
mag ik U hartelijk danken? Het was erg
interessant.
En weèr kreeg ik een hand.
„Majesteit
Ik salueerde, maakte correct rechtsomkeert
en werd uitgeleide gedaan door de adjudant.
„Vijf kwartier weggeweestzei m'n
chauffeur, die zo langzamerhand op „facts"
getraind was.
Vijf kwartier, die ik nooit vergeten zal.
En evenmin de uren, die daaraan vooraf
gingen
Hij had reeds maandenlang met de koningin
in briefwisseling gestaan en meer dan eens
zijn verlangen naar een ontmoeting uitge
sproken. Desondanks verliep het eerste ge
sprek een beetje stroef, want diep in zijn hart
had de president toch wel opgezien tegen een
eerste ontmoeting met een regerend vorstin.
Maar zoals zo vaak, waren het ook nu de
kinderen die het ijs braken; een klein, koddig
voorval, een hartelijke schaterlach en vanaf
dat tijdstip was de band van diepe en harte
lijke persoonlijke vriendschap tussen de
beide grote staatshoofden gelegd.
Hoewel strikt de hand was gehouden aan
de soberheid, waar koningin Wilhelmina zo
nadrukkelijk op stond, had men alles gedaan
om haar het verblijf in Lee zo aangenaam
mogelijk te maken. Daar men wist, hoe haar
gehele hart uitging naar het zo zwaar ge
troffen vaderland, hoe ze hunkerde naar de
laatste berichten van de strijd, die wat Ne
derland betreft, geconcentreerd was in
Londen, had men voor een krachtig radio
toestel gezorgd, zodat de koningin de pro
gramma's van de Londense zenders vooral
van radio Oranje kon beluisteren.
Het verblijf in Amerika had zeer zeker
politieke achtergronden, maar deze zouden
toch eerst bij het bezoek- aan New-York aan
bod komen. Desondanks ontving de koningin
in haar vacantie-oord te Lee reeds veel
officiële bezoekers en voerde zij met Neder
landse en buitenlandse diplomaten bespre
kingen. Overladen dagen volgden er, toen na
een weekeinde bij de Roosevelts, de koningin
op 14 Juli het voorgenomen bezoek aan New-
York bracht. Dit was de eerste maal in de
geschiedenis van Amerika, dat een regerend
monarch deze stad bezocht.
Zij werd opgewacht door La Guardia, de
onlangs overleden burgemeester van de stad,
en dr. Loudon, de Nederlandse ambassadeur.
Er volgde een rondrit door de stad, een in
drukwekkende zegetocht. De straten waren
versierd met de vlag van de stad New-York
oranje, blanje, bleu, de oude Prinsevlag, die
hier lange jaren geleden door onze voor
ouders werd gehesen boven hun nederzetting
Nieuw Amsterdam. De koningin verklaarde
dan ook in haar dankwoord, zeer ontroerd te
zijn door de vele symbolen van de oude ban
den, die New-York en Nederland verbinden
Zij was verrukt over New-York. Zij be
wonderde de aparte stijl en de felle polsslag
van het New-Yorkse tempo. Met het grote
aanpassingsvermogen, waarop wij hierboven
reeds wezen, nam zij er onwillekeurig iets
van over.
Onvermoeibaar legde zij bezoeken af, ont
ving personen, voerde besprekingen. Zij nam
een parade van 16.000 soldaten af, hield een
toespraak tot de 500 zeevarenden in het Ne
derlandse zeeliedentehuis en onderhield zich
met ieder van hen. De gehele pers bleek ge
ïmponeerd door het hartelijke en eenvoudige
optreden van de koningin en reageerde even
uitbundig en waarderend als het New-Yorkse
publiek, Met trots kunnen wij, Nederlanders»
Met ijzeren zelfbeheersing volbracnt de
koningin de tocht. Het vliegtuig landde veilig
in New Brunswick, vanwaar de reis per
bommenwerper zou worden voortgezet naar
Ottawa. Het weer was intussen zo slecht ge
worden, dat de Canadese vliegautoriteiten de
koningin de raad gaven, het vertrek uit te
stellen. Maar de vorstin wendde zich tot de
Nederlandse piloot. Levensgevaar?' Neen, dat
was er nu direct niet, maar erg plezierig
zou de tocht niet zijn. „O, ik heb er mij mijn
leven lang niets van kunnen aantrekken of
iets al dan niet plezierig was", antwoordde de
koningin en zij stapte in. Met een half uur
vertraging kwam het vliegtuig in Ottawa aan.
De gehele Canadese pers prees het flinke
optreden van de vorstin. Maar nog veel meer
aandacht werd besteed aan het ontroerende
moment, waarop de moeder haar kind en
kleinkinderen na een scheiding van twee
jaar terug zag. Er was geen nieuwsgierige
menigte op het vliegveld, maar er was een
dochter, tot schreiens toe bewogen, en er wa
ren twee kleindochtertjes, zo opgewonden en
gelukkig, dat zij haar grootmoeder onstuimig
welkom heetten. En wat moet de koningin
ontroerd geweest zijn! Telkens opnieuw her
haalde ze: „Wat zijn de kinderen groot ge
worden en wat zien ze er gezond uit!"
Hierop volgden heerlijke dagen in de rus
tige woning van de prinses. Terwijl de Ame
rikaanse bladen zich bezig hielden met gis
singen naar de politieke achtergrond van het
bezoek der Nederlandse koningin, genoot deze
van de rust en van het gezelschap harer
dochter en kleinkinderen.
De Amerikanen zijn gewoon bij officiële
ontvangsten een hoge gast onder de ellebogen
te nemen en aldus binnen te leiden. Dat dit
de koningin, die nog nimmer door een vreem
de was aangeraakt, aanvankelijk enige zelf
overwinning kostte, laat zich verstaan. Tegen
haar dochter zei ze later: „Ach, het was toch
niet onprettig, want het was zo hartelijk be
doeld. En bovendien: ik kwam hier niet voor
mezelf, maar voor mijn volk".
En eens in de tuin wandelend; zag ze de
„buurman" aan het werk in diens groenten-
tuin. „Ik zou u graag even gedag zeggen
riep ze hem toe: „Ik vind het prettig, op
a0ede voet te staan met buurlui. Maar hoe
kan ik bij u komen?" De man, niet wetend
wie hij tegenover zich had, hief het prikkel
draad omhoog, de koningin wipte er onder
door en er volgde een hartelijk gesprek.
Op 24 Juni 1942 vertrok de koninklijke
familie naar Lee (Massachusetts), om daar
het zomerhuis Fencefield Farm te betrekken,
gelegen in prachtige valeien en heuvels, op
ongeveer 60 km. van Hyde Park, de woon
plaats van president Roosevelt.
de kolommen herlezen, die door de New-
Yorkse bladen aan de figuur van onze vorstin
zijn gewijd.
□2T>
Een hoogtepunt van haar verblijf in Ame
rika was de rede, die zij op 6 Augustus 1942
in het Kapitool te Washington hield voor de
verenigde vergadering van de Senaat en het
Huis van Afgevaardigden. Het is een zeer
hoge uitzondering, dat een buitenlander op
deze plaats het woord voert en het was de
eerste maal in de geschiedenis van het Ame
rikaanse congres, dat een regerend vorst het
deed.
De zaal en galerijen waren tot op de laat
ste plaats bezet. De koningin, in het zwart
gekleed, werd ingeleid door de voorzitter van
de Senaat. Herhaaldelijk werd de rede, die
getuigde van de vaste wil om tezamen met de
bondgenoten de strijd tot de eindoverwinning
voort te zetten, door luide bijvalsbetuigingen
onderbroken.
Na de plechtigheid in het Kapitool begaf de
koningin zich in gezelschap van de presidenr
naar het Washington Navy Yard, waar op
plechtige wijze de „Queen Wilhelmina" in
gebruik werd genomen, een duikbootjager,
door de V.S. aan de Nederlandse marine ge
schonken als blijk van waardering voor de
oorlogsprestaties van dit roemrijke onderdeel
van de Nederlandse strijdkrachten.
Midden Augustus voerde de koningin ook
in het Canadese parlement het woord. Een
carillon speelde Nederlandse volksliederen
toen de vorstin door Mackenzie King, de
premier, ontvangen werd.
Na nog een week bij haar dochter te heb
ben doorgebracht, keerde de koningin naai'
Engeland terug, waar zij enkele dagen later
samen met prins Bernhard in de Albert Hall
te Londen temidden van haar landgenoten
haar twee en zestigste verjaardag vierde.
Haar karaktervastheid en de overtuiging
voor een rechtvaardige zaak te strijden, waar
bij het telegram van Z. H. de Paus een hart
onder de riem voor haar was, deden de
koningin geen enkel ogenblik wankelen ten
opzichte van de uiteindelijke overwinning
van het recht op het onrecht. Zij had in dit
opzicht met een aantal ministers e.n andere
Nederlanders te Londen heel wat te stellen.
Men begon echter toch met het oprichten
van een nieuw leger. De vloot werd ook weer
opgebouwd, verbindingen met de strijdkrach
ten in Indië werden gezocht en gevonden.
Uit alle delen van de vrije wereld kwamen
vrijwilligers, die later aangevuld werden met
opgeroepenen.
Onze koopvaardij schaarde zich in haar
geheel en welk een indrukwekkend ge
heel aan de zijde der geallieerden om al
dus mede te werken aan de oorlogvoering.
Zo bleef het danook niet lang uit of Neder
land kende zijn oorlogsgewonden in Engelse
hospitalen.
Met bewonderenswaardige ontkenning dei-
gevaren uit de lucht, trok de koningin er
geregeld op uit om de jongens, die over de
talrijke ziekenhuizen in Engeland verspreid
lagen persoonlijk op te zoeken, hen op te
montéren en zoveel mogelijk hun lijden te
verlichten. Getroffen ben ik menigmaal door
de heilzame uitwerking, die zo'n hartelijk
bezoek van de landsvrouwe aan zieken en
gewonden had.
En deze bezoeken vergden veel tijd, ver
moeiden de koningin in hoge mate. Dit v.n.
omdat de afstanden, die per auto afgelegd
moesten worden, groot waren.
Voeg hierbij de onaangename verrassingen,
die zelfs haar konden overkomen door aan
een ziekenhuis te belanden en- daar te moe-
ton vernemen, dat de- bedoelde patient of
patiënten juist naar andere ziekenhuizen
waren overgebracht, dan begrijpt u pas, hoe
veel energie en doorzettingsvermogen deze
tak van werkzaamheden van haar gestel ge
vraagd hebben.
Later kregen wij zelf een vleugel in een
Engels ziekenhuis te Wolverhampton, het
welk in 1944 dichtbij Londen werd overge
plaatst. Dit vergemakkelijkte wel het bezoek
aan de gewone zieken, doch toen kwamen er
de oorlogsgewonden bij, die aan de invasie
van Normandië en de bevrijding van het
vaste land hadden deelgenomen. Onvermoeid
trok de koningin van het ene ziekenhuis
naar het andere. En nochtans is het haar
niet mogen gelukken allen te bezoeken. Dit
is v.n. te wijten geweest aan de over zovele
schijven lopende opgaven der gewonden, de
welke vaak nog door het oorlogsgeweld ver
traagd of zelfs vernietigd werden.
Bij het overlijden door of tengevolge van
oorlogsgeweld in Engeland zelf van Neder
landers. liet H. M. zich steeds bij de begra
fenis vertegenwoordigen, terwijl een krans
de posthume hulde bracht van onze lands
vrouwe.
cgD
Toen in de winter van 1943 enige bommen
vlak bij het buiten van H.M. de Koningin
waren gevallen, die twee van haar trouwe
bewakers gedood hadden, is zij in gezelschap
van prins Bernhard persoonlijk op de begra- -
fenis aanwezig geweest. Daar beiden over
leden marechaussees katholiek waren, heb
ik hen toen begraven en eenieder van de
talrijke aanwezigen was geroerd door de
diepe piëteit, waarmede zowel de koningin
als de prins „manu propria" hun krans op de
beide kisten legden en hoe zij de felle kou en
wind trotseerden, die die dag over de doden
akker waaide.
□3t>
Er zouden treffende episoden te vertellen
zijn van haar bijzondere interesse voor öe
zieken en gewonden. Zo vgn een jonge zee
man, die bij het Moermansk-convooi, met
vele anderen getorpedeerd was, doch met
een tiental het leven had kunnen redden.
Echter allen hadden bevroren ledematen.
Eerst buitengewoon goed in Rusland ver
zorgd, werden zij naar Engeland* overge
bracht, waar de verzorging de eerste tijd te
wensen overliet. Overgebracht naar ons eigen
hospitaal te Wolverhampton bracht de
koningin onmiddellijk een bezoek aan deze
koopvaardij-helden. Zo ook aan deze jonge
communist, die door de boven geschilderde
tegenstelling nog meer voor het communisme
was gaan voelen.
Toen H. M. bij zijn bed kwam, werd zij
door hem met woorden ontvangen, zoals de
koningin waarschijnlijk nooit gehoord had.
De koningin echter bleef kalm luisteren en
deze jongen spuwde 15 minuten lang zijn
gal uit. Toen hij uitgesproken was, Vroeg de
koningin: „Hebt u nog iets op het hart".
Hierover was hij zo verbaasd, dat hij prompt
„nee" kei, en ditmaal Majesteit in plaats van
juffrouw zei.
Toen heeft de koningin hem punt voor
punt op al zijn klachten geantwoord. En zeer
duidelijk. „Hierin hebt u gelijk. Dit is on
juist. Zo moet u het niet zien", enz. enz.
Het slot was, dat deze knaap het rode
vlaggetje met hamer en sikkel, wat hij boven
z'n bed had hangen, eraf rukte en berouw
vol zijn excuses aanbood voor zijn ongemo
tiveerd optreden.
Zijn gegronde klachten zijn onverwijld
onderzocht en geregeld geworden. De com
munisten hadden een lid verloren. De
koningin had hier een adel van karakter
getoond, die ieders bewondering heeft afge
dwongen.
Ware plaatsruimte ten overvloede, ik zou
u haar zorgen voor Bernard Jansen verha
len, die als chauffeur van een in de Mei
dagen van 1940 opgeëiste autobus uiteindelijk
in Engeland terecht kwam; geruime tijd bij
de koningin in dienst was, helaas echter
zwaar ziek werd en te Maidenhaid is over
leden en begraven. Ik zou U het prachtige
verhaal kunnen doen van Carolientje Hansen
uit Nieuwenhaven, die gewond door de ge
vechtshandelingen in 1944 bij het beschieten
van Aken, per ongeluk naar Engeland werd
getransporteerd. Hoe zij met de koningin
heeft zitten keuvelen, doch zich eigenlijk
niet realiseerde, dat het de koningin was.
Hoe zij heel simpel-weg bij het vertrek van
de koningin vroeg: „Wie bent u nu eigenlijk,
mevrouw", waarop de vorstin antwoordde
„Ik ben de koningin", waarop haar laconieke
antwoord kwam „En ik ben Carolientje
Hansen van Nieuwenhaven". Hoe zij, door
bemiddeling van de koningin, weer per extra
vliegtuig naar Nieuwenhaven werd terugge
bracht.
Uit dit alles blijkt te over hoezeer onze
vorstin met het lijdende deel van haar volk
en met de oorlogsgewonden medeleefde.
En hoe heeft zij dit getoond ten opzichte
van de nabestaanden van hen, die sneuvel
den dan wel gefusilleerd werden of in het
concentratiekamp om het leven kwamen
Velen heeft zij persoonlijk ontvangen, aan
allen heeft zij persoonlijk schriftelijk haar
deelneming betuigd. Een deelneming zo in
tens en zo persoonlijk, dat haast niet te ge
loven is, dat één persoon zo in het leed en
leven van duizenden kan inleven.
Thans dwingen gezondheidsredenen haar
tot abdicatie. Moge het Nederlandse volk
haar met dezelfde liefde steunen door haar
een volledige rust te schenken als zij aan
duizenden van onze landgenoten op ziek- en
lijdensponde getoond heeft, door haar innig
medeleven en opbeuren.