„JE KAN DE KONINGIN NIET LATEN WACHTEN!" DE KONINGIN EN DE OORLOGSSLACHTOFFERS OORLOGSTIJD OVER ATLANTISCHE OCEAAN 5 -jiS" as SIEBEL De eerste luchtreis van onze Koningin hS»ter(U° we> SS: i 28 AUGUSTUS im door J. W. Hofwijk Dinsdag, 8 Mei 1945, 22.15 uur Eindhoven, studio van „Herrijzend Nederland". In het grote vertrek brandden alle lichten; een typewriter haperde over zinnen, struikelde, hield op, ging weer door met een telkens hortend geluid en luisterde dan plotseling weer mee naar de stilte. De grote controleluidspreker was na het afscheid van de nieuwsberich- tenomroeper een ogenblikje dood, ruiste toen: men kon in de stilte, waar dwars doorheen ergens in het holle verlichte gebouw een deur dichtsloeg, het krassen van de gramofoonnaald op de „lichte gramofoonmuziek" horen. Toen na deze adempauze: gramofoonmuziek. Ten einde raad, maar veel vermoeider, begon mijn typewriter opnieuw, telkens stokkend met zijn verwarde, lichte, metalen stem. Na een week van jakkeren en primeur op primeur wilde ik alleen nog maar slapen. „Jawel, Majesteit...Ik moet eerst mijn De villa Stubbingste Maidenhead, nabij Londen, welke de vorstin tot verblijfplaats diende tijdens de bange jaren der bezetting van het vaderland. Ontmoeting van moeder en dochter. Prinses Juliana keert in September 1944 uit Canada terug en wordt op het vliegveld door de koningin begroet In Juni 1942 steeg van een basis in Engeland een groot driemotorig water vliegtuig, een „Super Clipper", op voor een tocht over de Atlantische Oceaan. Heel onopvallend en slechts vergezeld door drie heren, was een dame op leeftijd in de luchtreus gestapt: koningin Wïlhelmina. Op een en zestig-jarige leeftijd zette zij voor 't eerst voet in een vliegmachine om een luchtreis te maken, welke haar allereerst naar Canada, naar haar beminde dochter en kleinkinderen voerde, daarna naar de V. S. voor een bezoek aan president Roosevelt. Vanzelfsprekend was de tocht strikt geheim gehouden, teneinde het gevaar te beperken, dat de vijand iets omtrent de reis te weten zou komen. Trouwens: een pleziertocht was deze oceaanvlucht in oorlogstijd allerminst, leder ogenblik konden er vijande lijke vliegtuigen uit de wolken omlaag schieten en het vuur openen Na lange scheiding weer hij dochter en kleinkinderen Se president bracht al spoedig een bezoek, Heilzame bezoeken van de Landsvrouwe Door pater A. F. M. Monchen O.S.B., secretaris in A. D. van H. M. de Koningin. Het verzoek van de Redactie van „De Maasbode" om over de zuiver menselijke zijde van onze vorstin te schrijven ten opzichte van zieken en oorlogsgewonden, zoals deze zich geuit heeft tijdens haar ballingschap in Engeland, is geen moeilijke op dracht. Toen de koningin in Mei 1940 in Engeland was aangekomen, volgden haar de meest alarmerende berichten over de verliezen, die het leger, de vloot, de luchtmacht en vooral de burgerbevolking van Rotterdam geleden hadden. Geluk kig bleek achteraf, dat deze berich ten zeer overdreven waren, doch dit had niet verhinderd, dat zij op haar een diepe indruk hadden gemaakt. De koningin in ongedwongen samenzijn met president en mevrouw Roose velt tijdens haar bezoek aan de Verenigde Staten in het jaat 1942» HINDERNISSEN AUDIËNTIE De stimulans, dat heel Nederland naar je luisterde, dat je hun gespannen verwach tingen kon bevredigen, hen gelukkig maken, hielp niet meer; de zwarte koffie hielp niet meer; de mogelijkheid, dat een ander je voor zou zijn, hielp niet meer.,.. Ik wilde alleen nog maar slapen. Nederlandse frontlijn, Wageningse capi tulatie, intocht in Utrecht, intocht in Am sterdam. en telkens terugj akkerend naar Eindhoven, de eindeloze drukke verkeers wegen over, opstoppingen van geallieerde colonnes, autopech, controlesen elke avond om kwart over tien, wanneer de stilte viel na mijn radio-reportages een leegte: terug naar het Noorden.Den Haag wacht te nog, en Rotterdam, nog andere plaatsen. Komt de omroeper vrij opgewonden terug: „Je raadt nóóit wie ik zojuist bijna aan de telefoon had "De koningin zelf". „De koningin?" vrij mat. „Leuk voor je.." „.Ta, eerst kreeg ik haar adjudant; hij zei: „Wacht u evenhier is Hare Majesteit", of zoietsnou, ik wist niet wat ik hoorde, wachtte even, maar jammer genoeg bracht hij toen zelf het verzoek over Typewriter praatte vrij onbeleefd docr. ,,'t Ging over jou Slaperig: „O ja „Of die verslaggever nog in de stucuo was „Mm mmmsorry, wat zeg je? „Ik heb natuurlijk „ja" gezegd". Half bewusteloos: „Mm mmmn „Of je morgen naar haar wil toekomen.. Tien-uur-slaap-in-vijf-dagen: „Morgen ben ik in Den HaagWat? Wat zeg je?" „Je wordt morgen om kwart voor twaalf op Anneville bij Breda verwachtom persoonlijk aan Hare Majesteit verslag uit te brengen over het bevrijde Westen Misschien kent u de reacties van kinderen, die nog één nachtje moeten slapen, dan zijn ze jarig. Ze vertellen het tegen iedereen, d«t ze morgen jarig zijn. Het was met mfj nauwelijks anders, ik kon het nauwelijks zwijgen, vond tot mijn ergernis bovendien nergens de tóón, waarop ik het zeggen zou: niet te achteloos, omdat het dan zo blasé zou lijken (of je elke dag bij de koningin over de vloer kwam); niet te opgewonden, dat leek zo kinderachtig, maar ik neem het de wacht op het hoofdkwartier vSn de Stoot troepen in Eindhoven nóg kwalijk, dat die, toen ik er om drie uur die nacht binnen kwam, niet mèèr geïmporteerd reageerde en op mijn herhaaldelijk en zeer nadrukkelijk vragen mij toch vooral om negen uur te wekken, „want etc. etcalleen maar slaperig en knorrig zei: „Komt wel in orde hoor, komt heus wel in orde Ik borstelde en schuierde die nacht nog of mijn leven ervan afhing, vouwde de pantalon, waarin uiteraard geen vouw meer te bekennen was, zo goed mogelijk op, en legde hem op kostschoolmanier onder m'n matras. Eerste ontdekking van die Woensdag ochtend: de hele spiraal stond er keurig in afgedrukt! Tweede ontdekking, die me een kleine beroerte bezorgde: de autoliep nietTien uur.we hadden Eindhoven Breda veiligheidshalve op anderhalf uur rijden geschat, om toch vooral niet te laat te komen. Om tien uur kwam de chauffeur en zei, dat de wagen kapot was. Hij wilde niet starten. Ik weigerde het te geloven, trommelde daarna de halve straat bij elkaar om te helpen duwen, duwde me zelf hartkloppin gen. De auto liep niet. den ze dat) maar in ieder geval h(ses on,ier getekende zich, een zenuwtoeval nabij, in de hoestende auto. „htitr Mijn chauffeur was een zeer voorzichtig rijder. Die dag reden we "P/® s.®f'e bochtige weg naar Tilburg constant tegen de honderd en al durfde ik het nog met hardop zeggen: het ging goed. Ik bekeek inmiddels de „schade", zijnde één olievlek ter grootte van mijn hand, plus ettelijke vegen op mijn broek, en een klein twee centimeter winkelhaakje in mijn mouw. In daDe3 auto begon te slingeren, minderde vaart ja, wat dacht u: natuurlijk een lekke band. Het was nog een gehik dat we midden in een dorp stonden. Opnieuw werkten ik vond het telkens weer even kinderachtig de magische woorden: „ik moet om kwart voor twaalf bij de koningin zijn" en terwijl twee drie mensen mijn chauffeur te hulp schoten, holde ik zelf dom weg een huis binnen en vroeg om.... vlekkenwater (zelfde motivering). Een boerin begon meteen te poetsen met benzine zei nog moederlijk bezorgd: „Ge hadt oew pak welles maggen laten persen", maar boekte in mijn onervaren ogen werkelijk verbluffende resultaten. Evenals de mensen buiten, die in recordtijd de banden ver wisseld hadden. Zeven minuten voor twaalf.acht minu ten te laat dus, stond ik hijgend voor H M. s adjudant, jhr. luitenant de Beaufort en legde hem de vertraging uit. Vijf voor twaalf mocht ik, waarschijnlijk een beetje bleek en innerlijk nog natrillend van de emotie, als doodgewone dorpsjongen, die 't vroeger in de vacantie altijd vreselijk vond, wanneer ie bij erg „deftige" mensen visities moest maken, Hare Majesteits adju- dant volgen," door een grote schemerachtige kamer naar het terras achter, dat uitzag op de tuin. De koningin stond rechts van de open staande terrasdeuren. Ze zag er ik her kende Haar reeds uit de verte en dacht: „Daar staat de koningin" juist als ik me haar had voorgesteld, en tóch was ze weer anders, ouder geworden na de Londense tijd, beetje vermoeider. Ik had het geluk in uniform te zijn (en wat voor een!), kon dus salueren en me militair correct melden. Maar de eerste keer, dat dit deze onhandige „soldaat" goed afging nauwelijks had ik, in de houding saluerend mijn naam gezegd of ze kwam al op me toe, gaf me een hand, en zei: „Zo, dus u is meneer Hofwijk van gister- a-mid...." excuses maken, dat ik Uwe Majesteit heb laten wachtenonze wagen was kapoeh defect, bedoel ik, enboven dien hadden we in Tilburg nog extra op onthoud door een Oranjeoptocht, Majes teit...." „Zo, waren er Oranjeoptochten?.... Wilt u bij ons komen zitten', meneer Hofwijk? (Er was ook nog een hofdame aanwezig.) Luitenant, wilt u ook meeluisteren, als me neer Hofwijk ons over de bevrijde gebieden vertelt?" - Ik ging zitten, provisorisch nog min of meer op de beruchte stoelpunt, wachtte (van alles, wat ik in de auto had zitten prepa reren, schoot me natuurlijk geen jota meer te binnen) tot H. M. het woord tot me richten zou „Zo, dus u was gisteren in Amsterdam. wij luisterden elke avond met veel belang stelling naar uw reportages; vertelt u ons nu eens precies, hoe het in de bevnj e -ge bieden is. Ik was volkomen op mijn gemak gesteld, ging een beetje gemakkelijker zitten, begon alsof het tegen mijn eigen moeder was opnieuw van mijn ervaringen te vertellen in het bevrijde Westen.... Van de ontzag lijke vreugde, hoe we onder de bloemen bedolven werden, dat er mensen stonden te huilen langs de trottoirs, toen ze de bevrij ders zagen binnentrekken, van de honger, die geleden was en de hongeroedeem, van de vloeren, die men had opgestookt in de huizen en de Jodenbuurt, die in Amsterdam geheel voor brandhout gesloopt was, van „ijsje" dat ik in Amsterdam gegeten had en dat iedereen een tractatie vond, van de bloembollen natuurlijk en de bieten, van de voedsel-droppingsIk vertelde minstens een kwartier achter elkaar door, terwijl Hare Majesteit, de hofdame en de adjudant toeluisterden. In het begin zei ik ongeveer na elke zin: „Majesteit", later ging het „vlot ter", waarschijnlijk omdat ik op het gezicht van de koningin zo duidelijk het medeleven zag: ik ontdekte haar elk ogenblik steeds meer als „Mens" en minder als „Staats figuur". Toen ik bij de voedseldroppings was, on derbrak zij me en zei: „Maar vandaag wor den toch de eerste rantsoenen verdeeld in de grote steden?" Nu had ik vroeger eens gehoord, dat je H. M. nooit mocht tegenspreken, maar ik meende per se zeker te weten, dat de distributie nog wel een week kon aanlopen, of minstens nog enkele dagen. In ieder geval, wezen al mijn inlichtingen erop, dat er die l}Toensdag geen distributie van ge dropte levensmiddelen zou plaats vinden. „Al mijn inlichtingen zeggen, dat dit nog wel even duren kan, Majesteit...." „Nee, ik heb pertinent gehoord, dat van daag in Amsterdam de eerste blikken ver deeld worden...." „Gister ontmoette ik de leider van die distributie persoonlijk, Majesteithij beweerde, dat het nog wel enkele dagen duren kon „Dat begrijp ik niet. Ze hébben het nu toch (tot de hofdame): Begrijpt u het?" „Als ik het u uit mag leggen, Majesteit de distributieleider gaf als reden op, dat de verpakking zoveel moeilijkheden opleverde; alles is practisch in blik en eer dat allemaal gewogen en geïnventariseerd en opengemaakt en daarna in kleinere por ties verdeeld is „Ja, ja..'., nu begrijp ik het Daarna ik was ongeveer een uur bij haar geweest vroeg ze haar adjudant of die nog iets te vragen had. „Ik geloof wel, Majesteit, dat we ongeveer alles ge hoord hebben, en bovendien heeft meneer Hofwijk erg weinig tijd. Hij wil vandaag nog naar Den Haag, vertelde ie straks...." „Zo, zei Hare Majesteit, „heeft u erg weinig tijd, meneer Hofwijk?" Ik wist niet goed wat te antwoorden, zei ten einde raad: „Ik wilde vandaag nog wél graag naar Den Haag toe, Majesteit, maar u begrijpt, voor u heb ik altijd tijd Waarop de koningin voor het eerst na mijn uiteraard niet al te opwekkend relaas, erg lachen moest (ik weet nóg niet of dat nou zo gek gezegd was). „Dan zal ik u niet langer ophouden mag ik U hartelijk danken? Het was erg interessant. En weèr kreeg ik een hand. „Majesteit Ik salueerde, maakte correct rechtsomkeert en werd uitgeleide gedaan door de adjudant. „Vijf kwartier weggeweestzei m'n chauffeur, die zo langzamerhand op „facts" getraind was. Vijf kwartier, die ik nooit vergeten zal. En evenmin de uren, die daaraan vooraf gingen Hij had reeds maandenlang met de koningin in briefwisseling gestaan en meer dan eens zijn verlangen naar een ontmoeting uitge sproken. Desondanks verliep het eerste ge sprek een beetje stroef, want diep in zijn hart had de president toch wel opgezien tegen een eerste ontmoeting met een regerend vorstin. Maar zoals zo vaak, waren het ook nu de kinderen die het ijs braken; een klein, koddig voorval, een hartelijke schaterlach en vanaf dat tijdstip was de band van diepe en harte lijke persoonlijke vriendschap tussen de beide grote staatshoofden gelegd. Hoewel strikt de hand was gehouden aan de soberheid, waar koningin Wilhelmina zo nadrukkelijk op stond, had men alles gedaan om haar het verblijf in Lee zo aangenaam mogelijk te maken. Daar men wist, hoe haar gehele hart uitging naar het zo zwaar ge troffen vaderland, hoe ze hunkerde naar de laatste berichten van de strijd, die wat Ne derland betreft, geconcentreerd was in Londen, had men voor een krachtig radio toestel gezorgd, zodat de koningin de pro gramma's van de Londense zenders vooral van radio Oranje kon beluisteren. Het verblijf in Amerika had zeer zeker politieke achtergronden, maar deze zouden toch eerst bij het bezoek- aan New-York aan bod komen. Desondanks ontving de koningin in haar vacantie-oord te Lee reeds veel officiële bezoekers en voerde zij met Neder landse en buitenlandse diplomaten bespre kingen. Overladen dagen volgden er, toen na een weekeinde bij de Roosevelts, de koningin op 14 Juli het voorgenomen bezoek aan New- York bracht. Dit was de eerste maal in de geschiedenis van Amerika, dat een regerend monarch deze stad bezocht. Zij werd opgewacht door La Guardia, de onlangs overleden burgemeester van de stad, en dr. Loudon, de Nederlandse ambassadeur. Er volgde een rondrit door de stad, een in drukwekkende zegetocht. De straten waren versierd met de vlag van de stad New-York oranje, blanje, bleu, de oude Prinsevlag, die hier lange jaren geleden door onze voor ouders werd gehesen boven hun nederzetting Nieuw Amsterdam. De koningin verklaarde dan ook in haar dankwoord, zeer ontroerd te zijn door de vele symbolen van de oude ban den, die New-York en Nederland verbinden Zij was verrukt over New-York. Zij be wonderde de aparte stijl en de felle polsslag van het New-Yorkse tempo. Met het grote aanpassingsvermogen, waarop wij hierboven reeds wezen, nam zij er onwillekeurig iets van over. Onvermoeibaar legde zij bezoeken af, ont ving personen, voerde besprekingen. Zij nam een parade van 16.000 soldaten af, hield een toespraak tot de 500 zeevarenden in het Ne derlandse zeeliedentehuis en onderhield zich met ieder van hen. De gehele pers bleek ge ïmponeerd door het hartelijke en eenvoudige optreden van de koningin en reageerde even uitbundig en waarderend als het New-Yorkse publiek, Met trots kunnen wij, Nederlanders» Met ijzeren zelfbeheersing volbracnt de koningin de tocht. Het vliegtuig landde veilig in New Brunswick, vanwaar de reis per bommenwerper zou worden voortgezet naar Ottawa. Het weer was intussen zo slecht ge worden, dat de Canadese vliegautoriteiten de koningin de raad gaven, het vertrek uit te stellen. Maar de vorstin wendde zich tot de Nederlandse piloot. Levensgevaar?' Neen, dat was er nu direct niet, maar erg plezierig zou de tocht niet zijn. „O, ik heb er mij mijn leven lang niets van kunnen aantrekken of iets al dan niet plezierig was", antwoordde de koningin en zij stapte in. Met een half uur vertraging kwam het vliegtuig in Ottawa aan. De gehele Canadese pers prees het flinke optreden van de vorstin. Maar nog veel meer aandacht werd besteed aan het ontroerende moment, waarop de moeder haar kind en kleinkinderen na een scheiding van twee jaar terug zag. Er was geen nieuwsgierige menigte op het vliegveld, maar er was een dochter, tot schreiens toe bewogen, en er wa ren twee kleindochtertjes, zo opgewonden en gelukkig, dat zij haar grootmoeder onstuimig welkom heetten. En wat moet de koningin ontroerd geweest zijn! Telkens opnieuw her haalde ze: „Wat zijn de kinderen groot ge worden en wat zien ze er gezond uit!" Hierop volgden heerlijke dagen in de rus tige woning van de prinses. Terwijl de Ame rikaanse bladen zich bezig hielden met gis singen naar de politieke achtergrond van het bezoek der Nederlandse koningin, genoot deze van de rust en van het gezelschap harer dochter en kleinkinderen. De Amerikanen zijn gewoon bij officiële ontvangsten een hoge gast onder de ellebogen te nemen en aldus binnen te leiden. Dat dit de koningin, die nog nimmer door een vreem de was aangeraakt, aanvankelijk enige zelf overwinning kostte, laat zich verstaan. Tegen haar dochter zei ze later: „Ach, het was toch niet onprettig, want het was zo hartelijk be doeld. En bovendien: ik kwam hier niet voor mezelf, maar voor mijn volk". En eens in de tuin wandelend; zag ze de „buurman" aan het werk in diens groenten- tuin. „Ik zou u graag even gedag zeggen riep ze hem toe: „Ik vind het prettig, op a0ede voet te staan met buurlui. Maar hoe kan ik bij u komen?" De man, niet wetend wie hij tegenover zich had, hief het prikkel draad omhoog, de koningin wipte er onder door en er volgde een hartelijk gesprek. Op 24 Juni 1942 vertrok de koninklijke familie naar Lee (Massachusetts), om daar het zomerhuis Fencefield Farm te betrekken, gelegen in prachtige valeien en heuvels, op ongeveer 60 km. van Hyde Park, de woon plaats van president Roosevelt. de kolommen herlezen, die door de New- Yorkse bladen aan de figuur van onze vorstin zijn gewijd. □2T> Een hoogtepunt van haar verblijf in Ame rika was de rede, die zij op 6 Augustus 1942 in het Kapitool te Washington hield voor de verenigde vergadering van de Senaat en het Huis van Afgevaardigden. Het is een zeer hoge uitzondering, dat een buitenlander op deze plaats het woord voert en het was de eerste maal in de geschiedenis van het Ame rikaanse congres, dat een regerend vorst het deed. De zaal en galerijen waren tot op de laat ste plaats bezet. De koningin, in het zwart gekleed, werd ingeleid door de voorzitter van de Senaat. Herhaaldelijk werd de rede, die getuigde van de vaste wil om tezamen met de bondgenoten de strijd tot de eindoverwinning voort te zetten, door luide bijvalsbetuigingen onderbroken. Na de plechtigheid in het Kapitool begaf de koningin zich in gezelschap van de presidenr naar het Washington Navy Yard, waar op plechtige wijze de „Queen Wilhelmina" in gebruik werd genomen, een duikbootjager, door de V.S. aan de Nederlandse marine ge schonken als blijk van waardering voor de oorlogsprestaties van dit roemrijke onderdeel van de Nederlandse strijdkrachten. Midden Augustus voerde de koningin ook in het Canadese parlement het woord. Een carillon speelde Nederlandse volksliederen toen de vorstin door Mackenzie King, de premier, ontvangen werd. Na nog een week bij haar dochter te heb ben doorgebracht, keerde de koningin naai' Engeland terug, waar zij enkele dagen later samen met prins Bernhard in de Albert Hall te Londen temidden van haar landgenoten haar twee en zestigste verjaardag vierde. Haar karaktervastheid en de overtuiging voor een rechtvaardige zaak te strijden, waar bij het telegram van Z. H. de Paus een hart onder de riem voor haar was, deden de koningin geen enkel ogenblik wankelen ten opzichte van de uiteindelijke overwinning van het recht op het onrecht. Zij had in dit opzicht met een aantal ministers e.n andere Nederlanders te Londen heel wat te stellen. Men begon echter toch met het oprichten van een nieuw leger. De vloot werd ook weer opgebouwd, verbindingen met de strijdkrach ten in Indië werden gezocht en gevonden. Uit alle delen van de vrije wereld kwamen vrijwilligers, die later aangevuld werden met opgeroepenen. Onze koopvaardij schaarde zich in haar geheel en welk een indrukwekkend ge heel aan de zijde der geallieerden om al dus mede te werken aan de oorlogvoering. Zo bleef het danook niet lang uit of Neder land kende zijn oorlogsgewonden in Engelse hospitalen. Met bewonderenswaardige ontkenning dei- gevaren uit de lucht, trok de koningin er geregeld op uit om de jongens, die over de talrijke ziekenhuizen in Engeland verspreid lagen persoonlijk op te zoeken, hen op te montéren en zoveel mogelijk hun lijden te verlichten. Getroffen ben ik menigmaal door de heilzame uitwerking, die zo'n hartelijk bezoek van de landsvrouwe aan zieken en gewonden had. En deze bezoeken vergden veel tijd, ver moeiden de koningin in hoge mate. Dit v.n. omdat de afstanden, die per auto afgelegd moesten worden, groot waren. Voeg hierbij de onaangename verrassingen, die zelfs haar konden overkomen door aan een ziekenhuis te belanden en- daar te moe- ton vernemen, dat de- bedoelde patient of patiënten juist naar andere ziekenhuizen waren overgebracht, dan begrijpt u pas, hoe veel energie en doorzettingsvermogen deze tak van werkzaamheden van haar gestel ge vraagd hebben. Later kregen wij zelf een vleugel in een Engels ziekenhuis te Wolverhampton, het welk in 1944 dichtbij Londen werd overge plaatst. Dit vergemakkelijkte wel het bezoek aan de gewone zieken, doch toen kwamen er de oorlogsgewonden bij, die aan de invasie van Normandië en de bevrijding van het vaste land hadden deelgenomen. Onvermoeid trok de koningin van het ene ziekenhuis naar het andere. En nochtans is het haar niet mogen gelukken allen te bezoeken. Dit is v.n. te wijten geweest aan de over zovele schijven lopende opgaven der gewonden, de welke vaak nog door het oorlogsgeweld ver traagd of zelfs vernietigd werden. Bij het overlijden door of tengevolge van oorlogsgeweld in Engeland zelf van Neder landers. liet H. M. zich steeds bij de begra fenis vertegenwoordigen, terwijl een krans de posthume hulde bracht van onze lands vrouwe. cgD Toen in de winter van 1943 enige bommen vlak bij het buiten van H.M. de Koningin waren gevallen, die twee van haar trouwe bewakers gedood hadden, is zij in gezelschap van prins Bernhard persoonlijk op de begra- - fenis aanwezig geweest. Daar beiden over leden marechaussees katholiek waren, heb ik hen toen begraven en eenieder van de talrijke aanwezigen was geroerd door de diepe piëteit, waarmede zowel de koningin als de prins „manu propria" hun krans op de beide kisten legden en hoe zij de felle kou en wind trotseerden, die die dag over de doden akker waaide. □3t> Er zouden treffende episoden te vertellen zijn van haar bijzondere interesse voor öe zieken en gewonden. Zo vgn een jonge zee man, die bij het Moermansk-convooi, met vele anderen getorpedeerd was, doch met een tiental het leven had kunnen redden. Echter allen hadden bevroren ledematen. Eerst buitengewoon goed in Rusland ver zorgd, werden zij naar Engeland* overge bracht, waar de verzorging de eerste tijd te wensen overliet. Overgebracht naar ons eigen hospitaal te Wolverhampton bracht de koningin onmiddellijk een bezoek aan deze koopvaardij-helden. Zo ook aan deze jonge communist, die door de boven geschilderde tegenstelling nog meer voor het communisme was gaan voelen. Toen H. M. bij zijn bed kwam, werd zij door hem met woorden ontvangen, zoals de koningin waarschijnlijk nooit gehoord had. De koningin echter bleef kalm luisteren en deze jongen spuwde 15 minuten lang zijn gal uit. Toen hij uitgesproken was, Vroeg de koningin: „Hebt u nog iets op het hart". Hierover was hij zo verbaasd, dat hij prompt „nee" kei, en ditmaal Majesteit in plaats van juffrouw zei. Toen heeft de koningin hem punt voor punt op al zijn klachten geantwoord. En zeer duidelijk. „Hierin hebt u gelijk. Dit is on juist. Zo moet u het niet zien", enz. enz. Het slot was, dat deze knaap het rode vlaggetje met hamer en sikkel, wat hij boven z'n bed had hangen, eraf rukte en berouw vol zijn excuses aanbood voor zijn ongemo tiveerd optreden. Zijn gegronde klachten zijn onverwijld onderzocht en geregeld geworden. De com munisten hadden een lid verloren. De koningin had hier een adel van karakter getoond, die ieders bewondering heeft afge dwongen. Ware plaatsruimte ten overvloede, ik zou u haar zorgen voor Bernard Jansen verha len, die als chauffeur van een in de Mei dagen van 1940 opgeëiste autobus uiteindelijk in Engeland terecht kwam; geruime tijd bij de koningin in dienst was, helaas echter zwaar ziek werd en te Maidenhaid is over leden en begraven. Ik zou U het prachtige verhaal kunnen doen van Carolientje Hansen uit Nieuwenhaven, die gewond door de ge vechtshandelingen in 1944 bij het beschieten van Aken, per ongeluk naar Engeland werd getransporteerd. Hoe zij met de koningin heeft zitten keuvelen, doch zich eigenlijk niet realiseerde, dat het de koningin was. Hoe zij heel simpel-weg bij het vertrek van de koningin vroeg: „Wie bent u nu eigenlijk, mevrouw", waarop de vorstin antwoordde „Ik ben de koningin", waarop haar laconieke antwoord kwam „En ik ben Carolientje Hansen van Nieuwenhaven". Hoe zij, door bemiddeling van de koningin, weer per extra vliegtuig naar Nieuwenhaven werd terugge bracht. Uit dit alles blijkt te over hoezeer onze vorstin met het lijdende deel van haar volk en met de oorlogsgewonden medeleefde. En hoe heeft zij dit getoond ten opzichte van de nabestaanden van hen, die sneuvel den dan wel gefusilleerd werden of in het concentratiekamp om het leven kwamen Velen heeft zij persoonlijk ontvangen, aan allen heeft zij persoonlijk schriftelijk haar deelneming betuigd. Een deelneming zo in tens en zo persoonlijk, dat haast niet te ge loven is, dat één persoon zo in het leed en leven van duizenden kan inleven. Thans dwingen gezondheidsredenen haar tot abdicatie. Moge het Nederlandse volk haar met dezelfde liefde steunen door haar een volledige rust te schenken als zij aan duizenden van onze landgenoten op ziek- en lijdensponde getoond heeft, door haar innig medeleven en opbeuren.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1948 | | pagina 5