STEREOSCOPISCHE FILM
Zoekt u een modern kapsel f
vJi.Toorenburg&Damme
WEER EEN NIEUWE
DISNEY-F1I.M
De raadselachtige verdwijning
AXMINSTER KARPETTEN
Song of the South
Een Nederlandse vinding
door BRAM VERSCHOOR
ZATERDAG 8 JANUARI 1949
RAGIiNA 1
Voor de filmcamera
VERI-VISION-SYSTEEM
Laurence Olivier de beste, Bing
'Crosby de meest populaire
acteur van 1948
Laurence Olivierdie tot de beste
filmspelers van 1948 werd uitge
roepen wegens de vertolking van
de titelrol in „Hamlet".
„Queue de canard" en ponnie zijn dernier cri
HAD U NIET GEDACHT. Hè?
(Van onze Parijse mode
medewerkster)
Er was een tijddat een dames
kapper het doodnatuurlijk vond
zichzelf te betitelen met „coiffeur
pour dames". Iedereen begreep
wat dat zeggen wilde en geen
sterveling zou het in zijn hoofd
hebben gehaald deze benaming als
minderwaardig te beschouwen.
Maar nu! Nu heet alleen een kap
per in de volkswijken of in de
provincie nog „Coiffeur pour da
mes". Ijl Parijs noemt een kapper,
die zich zelf respecteert en die
begrip van reclame heeft, zich een
„visagiste", waarmee hij bedoelt,
dat hij niet alleen een prachtig
kapsel kan maken maar ook zo, dat
Voor het vijfde achtereenvolgende
jaar bleek Bing Crosby de acteur
te zijn, wiens films de beste
recettes maakten.
yy
het flatteert. Of hij daarin slaagt
staat nog te bezien, maar in ieder
geval zijn de prijzen van een
visagiste nog gepeperder dan die
van een eenvoudig „Coiffeur pour
dames".
Walt Disney gaf de bewoners
van Brussel als Nieuwjaars
geschenk „Song' of the South".
Toch is dit werk van anderhalf uur
eigenlijk minder van deze tove
naar met de tekenpen dan van zijn
medewerkers Harvey Foster, voor
het gefotografeerde en van Wil
fred Jackson, voor het getekende
gedeelte. Want het is andermaal
een mengsel van „Cartoon"-hélden
en levende acteurs, waarmee wij
te doen hebben, een voortzetting
dus van de formule der „Three
Caballeros", maar ditmaal met
maar één derde getékende figuren
tegen twee-derde acteurs.
rvenwel de voorkeur aan om voor 5000 vaneen dame (Ruth Warrick), die tijde
Namiddagjapon met Egypte-rood
corsage en zwarte rok, die keurs
lijfje vormt. Model: Carven; foto:
Denyse SmithJoly.
diny k—w.
groene zijde en borduursel.
WELVAARTSPLAN voor
STILLE ZUIDZEE
(Wordt vervolgd
in de eerste Filmcamera van het
Nieuwe Jaar willen we onze lezers
iets meer vertellen over een nieuwe
vinding waarvan wij enige tijd gele
den in het kort hebben melding ge
maakt. Wij hebben hierbij het oog op
de volgens het Veri-Vision-systeem
vervaardigde stereoscopische film.
Onze Haagse redacteur is in de gele
genheid. geweest enige volgens dit sy
steem vervaardigde films te zien en op
grond van zijn bevindingen durft hij te
verklaren, dat het probleem van de na
tuurgetrouwe stereoscopische film is op
gelost.
De beelden van de films, vervaardigd
volgens het door dr. F. M. Reijnders,
arts te Schipluiden, uitgevonden Veri-
Vision-systeem, maken werkelijk de in
druk drie-dimensionaal te zijn en in
de diepte los van elkaar te staan, zodat
voor het oog de werkelijkheid zeer dicht
wordt benaderd. Vertekening en schrik-
of lachwekkende fouten, welke vroegere
stereoscopische films aankleefden, kun
nen bij het Veri-Vision-systeem worden
vermeden. Een merkwaardige eigenschap
van deze films is bovendien, dat zij de
lichteffecten op water of blinkende voor
werpen sterker en natuurlijker weerge
ven dan de gewone film.
Van de Veri-Vision-films, welke door
ir. F. A. Weber, die de technische com
merciële en financiële ontwikkeling de-
zer uitvinding verzorgt, werden ver
toond, voldeden het bd&t de kleuren
films, opgenomen ter gelegenheid van de
Kroningsfeesten .ofschoon het systeem
ook voor de zwart-wit-film ongetwijfeld
een ware revolutie zal betekenen
Dr. Reijnders, die als officier van ge
zondheid is belast geweest met het keu
ren van militaire piloten, heeft een spe
ciale studie gemaakt van de stereosco-
pie in verband met het verschijnsel, dat
sommige aspirant-vliegers minder vlug
waren in het schatten van afstanden.
Later plattelandsdokter geworden, heeft
hij zijn studie op dit gebied voortgezet
en is hij tot de uitvinding van een ste
reoscopisch filmsysteem gekomen, waar
bij hij is uitgegaan van het polarisatie
principe.
De stereoscopische filmopnamen wor
den daarbij gemaakt met twee camera's,
welke gesychroniseerd naast elkaar wer
ken. Voor de lens van de ene camera
bevindt zich een polarisatiefilter, dat
alleen horizontale en voor de lens van
de andere camera een filter, dat uitslui
tend verticale lichttrillingen doorlaat.
Het stereoscopisch effect wordt verkre
gen door de onderlinge afstand tussen
de beide opname-apparaten, welke af
stand groter of kleiner moet zijn naar
mate de afstand van het op te nemen
beeld tot de lenzen der toestellen gro
ter of kleiner is. De positieven van beide
aldus opgenomen films worden gelijk
tijdig over elkaar op het witte 'doek ge
projecteerd. Wanneer men nu deze pro
jectie beziet door een bril met gepola
riseerde glazen, waarvan het ene glas
allleen verticale en het andere horizon
tale lichttrillingen doorlaat, ziet men de
beelden zuiver stereoscopisch, zoals in
de werkelijkheid,
Worden de beelden geprojecteerd op
een volgens roostersysteem werkend zo-
gjenaamd Russisch scherm, dam heeft
men zelfs geen gepolariseerde bril nodig.
Het Russisch scherm heeft echter het
nadeel, dat men daarbij slechts in een
gedeelte der zaal de film stereoscopisch
kan zien en dat men bovendien voor
een goed stereoscopisch effect zó tegen
over het scherm moet zitten, dat het
ene oog precies de verticaal en het an
dere oog de horizontaal trillende stra
len opvangt. Een kleine zijdelingse be
weging van het hoofd kan dit beletten
en dan ziet men niet anders dan een
wazige vlakke film.
Dr. Reijnders en ir, Weber menen
echter in staat te zijn, een verbetering
im het Russisch scherm aan te brengen,
waardoor dit euvel wordt verholpen. Om
dit te bereiken is researchwerk nodig,
waarvoor zij een subsidie bij het minis
terie van Onderwijs, Kunsten en We
tenschappen hebben aangevraagd.
Het bezwaar, dat voor het projecteren
van stereoscopische films twee gesyn
chroniseerde projectie-apparaten nodig
zijn, kan gemakkelijk worden ondervan
gen. Zijn bijvoórbeeld de linker en
rechter opnamen gemaakt op 16 mm-
stroken, dan kunnen deze op een 35
mm-film worden afgedrukt. Een gewone
bioscoop-projector kam worden gebruikt.
Deze wordt dan alleen voorzien van een
klein prisma-voorzetstuk, waardoor bei
de beelden over elkaar op het doek wor
den geworpen.
Bij gelegenheid van de jaarswis9eling is
de New Yorkse kring van filmcritici bij
een geweest, bestaande uit 18 recensen
ten van 10 vooraanstaande nieuwsbladen.
Op deze bijeenkomst werden Laurence
Olivier en Olivia de Havilland aangewe
zen als de beste filmspelers van 1948 voor
hun vertolkingen in de films „Hamlet" en
„The Snake Pit".
De Italiaanse film „Paisa" werd door
hen tot de beste buitenlandse film uitge
roepen.
De kring besloot miss Robertson, een
Engelse filmrecensente, te steunen in
haar conflict met Goldwyn Mayer, die
haar om haar critieken heeft aangeklaagd
wegens smaad en laster.
De traditie getrouw, heeft de „Motion
Picture Herald" de filmsterren aangewe
zen, wier films in het afgelopen jaar de
beste recettes /hebben gemaakt. Voor het
vijfde achtereenvolgende jaar is als zo
danig aangewezen Bing Crosby, die op
de voet wordt gevolgd door Betty Grable,
terwijl de derde plaats wordt bezet door
de komieken Abbott en Costello. De vier
de tot en met tiende plaats werden bezet
door Gary Cooper, Bob Hope, Humphrey
Bogart, Clark Gable, Cary Grant, Spencer
Tracy en Ingrid Bergman,
In Broot-Brittannië ziet deze lijst er als
volgt uit: Anna Neagle, Margaret Lock-
wood, John Mills, Michael Wilding, Ste
wart Granger, Michael Denison, Jack
Warner, Googie Withers, Patricia Roc,
terwijl de tiende plaats wordt gedeeld
door James Mason en Dennis Price.
gulden per week in Australië te gaan to
neelspelen.
Even groot als zijn verbazing over „de
onzakelijke houding van die acteur", is
Samüels bewóndering voor diens talen
ten. In een interview verklaarde hij ten
minste, dat hij „Olivier de grootste acteur
van onze tijd vindt en „Hamlet" de groot
ste film". Jammer alleen, dat Samuel nu
eenmaal altijd in superlatieven spreekt.
Darryl Zanuck, de producer, die be
kend is geworden door „Gentleman's
Agreement", waarin een aanval werd ge
daan op het in de Verenigde Staten heer
sende anti-semitisme, maakt thans plan
nen voor een film, welke „Quality" zal
heten en welke op even openhartige wijze
de discriminatie der negers zal behande
len.
I
120 x 180 f 49.—
140 x 200 f 63.—
170 x 240 f 89.—
185 x 230 f 95.—
MAAK DAT U ER BIJ IS!
NIEUWE BINNENWEG 340 t O. Plantsoen
Botterdam Telefoon 34138
Op de internationale lijst komen de
volgende namen voor: Bing Grosby, Anna
Neagle, Margaret Lockwood, John Mills,
Michael Wilding, Fredric March, Bob
Hope, Danny Kaye, Myrna Loy en Gre
gory Peck.
In een belastingontduikingsproces te
Baltimore (V.S.) voerde de verdediging
aan, dat beklaagde zo onnozel was, dat
hjj „zelfs de intrige van een Wild
West-film niet kon dragen".
De rechter sprak verdachte vrij, doch
voegde er aan toe: „Eerlijk gezegd, snap
ik er ook nooit wat van".
James Mason en zijn vrouw hebben
samen een boek geschreven, getiteld „The
Cats in Our Lives" (De katten in ons le
ven).
Het zou ons veel meer interesseren te
weten, wat die katten van James Mason
en zijn vrouw hebben te zeggen.
Samuel Goldwyn heeft een hele tijd
nodig gehad om te bekomen van zijn
verbazing over Laurence Olivier. De
Amerikaanse filmmagnaat had de maker
en vertolker van „Hamlet" een honora
rium geboden van 50.000 gulden per week,
als hij voor de Hollywoodse camera's zou
willen optreden. Sir Laurence gaf er
Van de laatste creaties der bekende
Parijse kappers heeft het krullenkap
sel, dat veel lijkt op dat van 1925, het
meeste succes. Het staat nagenoeg alle
gezichten, mits ze niet te dik zijn. 't Be
zwaar is dat het zó in de smaak valt,
dat het nu al algemeen dreigt te wor
den. Noodgedwongen bedenken de visa
gisten dus iets anders. Wel blijven ze
het tamelijk kort. geknipte haar getrouw.
Bij de laatste kapsels wordt het naar
in grote golven gekamd. Die golven ein
digen van achteren in een soort van op
staand eendenstaartje bij het kapsel „en
queue de canard": zo'n staartje valt op
zij van het voorhoofd.
De coiffure 5 ia mayol heeft van voren
de grote lok. die het pruikje van de be
kende chansonnier sierde. Van achteren
wordt het haar in een platte krul achter
het oor gelegd. Dit kapsel is stellig flat
teuzer dan dat van het eendenstaartje,
dat alleen heel jonge gezichtjes staat.
Het nieuwe Jeanne d'Arckapsel heeft
natuurlijk dikke ponnie. maar nu van
links naar rechts gekamd. Op zij en van
achteren is het haar even naar buiten
omgekruld. Dit kapsel is geïnspireerd op
de Jeanne d'Arcoiffure van Ingrid Berg
man. Het omsluit het hoofd niet zo strak
-v-
(Van onze Brusselse correspondent)
Het onevenwichtige van deze combina
tie valt dadelijk op. Terwijl anderzijds
ook niet onopgemerkt voorbij gaat, dat
de mengeling van figuurtjes en levende
wezens er technisch weer iets op is voor
uit gegaan. Dat blijkt o.m. wanneer een
getekende kikvors zijn pijp aansteekt aan
een lucifer van een acteur en men daar
een heuse vlam ziet branden.
Het gegeven werd ontleend aan een in
Amerika hekend boek: „Fabels van oom
Remus". Het betreft de avonturen van
een jongetje i (Bobby Driscoll), van de
oude neger-ooih Remus (James Baskett)
lijk van haar man verwijderd leeft op
een katoenplantage ergens in Georgië,
van twee stoute jongens en van een zeer
lief meisje (Luana Patten). Van tijd tot
tijd ziet men negers van de plantage te
rugkomen die hun aangrijpende „Spiri
tuals" zingen, welke ons doen schamen
om de niet zelden decadente muziek van
vele onzer liederen.
Oom Remus vertelt tussen de bedrijven
door episoden uit het leven van de Haas
en diens eeuwige vijand de Vos, die als
bondgenqot heeft de steeds naar een lek
ker hapje hunkerende Beer. De Haas is
natuurlijk zijn beide tegenstanders steeds
te slim af. Het zijn deze dieren-episodes,
die het eigenlijk getekende gedeelte uit
maken. Alles in technicolor, dat spreekt
vanzelf.
Als de moeder van oordeel is, dat de
verhalen van Remus te veel op haar ro
mantisch aangelegd zoontje inwerken,
zendt zij Remus weg. Doch de kleine
wordt ziek. In zijn ijlkoorts roept hij om
Remus, die wordt terug gehaald, terwijl
ook de vader inmiddels is teruggekeerd.
En alles komt natuurlijk terecht!
Men gaat echter niet naar een werk
van Disney om levende acteurs te zien
spelen, maar wel om uit de werkelijk
heid te ontsnappen en in een toverwereld
te worden opgenomen. Op dat gebied laat
deze film onvoldaan. Dat oom Remus aan
Rex Ingram uit de „Green Pastures"
doet denken, hindert niet. Maar wel is
soms hinderlijk een nogal goedkoop kleu
reneffect, op dit gebied zeker het min
ste van Disney's technicolors.
Dat alles zal evenwel niet beletten, dat
„Song of the South" in het algemeen ge
nomen zeker even graag door het pu
bliek zal worden gezien als „Dumbo" of
I als „Bambi".
en glad als het gewone Jeanne d'Arc
kapsel. Trouwens alle nieuwe kapsels
hebben Iets onregelmatigs; de haren val
len heel losjes om het hoofd daar ciq
punten van het haar erg uitgedund zijn.
Dit is ook het geval bij de krullenkap
sels boven op het hoofd, want enkele
visagisten blijven deze coiffure getrouw.
Zwart fluwelen avondmantel met
Ook Nederland vertegenwoordigd
Prof. dr. L. G. M. Baas Becking, oud
directeur van 's Lands Plantentuin te
Buitenzorg on voordien hoogleraar aan
de Leidse Universiteit, is op voordracht
van de Ned. regering benoemd tot vico-
voorzitter van de Research Council of
the South Pacific Commission". Deze in
Februari '47 gestichte organisatie van
de V.N. zetelt in Noumea (Frans Cale-
donië) en heeft tot doel een welvaart s-
plan te ontwerpen en uit te voeren in
het gebied van de Stille Zuidzee.
Dit welvaartsplan bevat drie afdelin
gen: een hygiënische, een sociologische
en een economische De contracterende
landen Frankrijk, U.S.A., Nicuw-Zec-
land. Australië, Engeland en Nederland
hebben de diverse functies onderling
verdeeld.
Prof. Baas Becking, die 16 Januari naar
Noumea vertrekt, acht het plan voor
Nederland belangrijk omdat het ook be
trekking heeft op Nieuw-Guinea, dat dus
ook zal kunnen profiteren van het fei
telijke streven der commissie de ont
wikkeling van de achterlijke bevolking
van het te „bewerken" gebied.
Op 2 Febr. wordt in Nieuw-Zeeland
een groot congres - gehouden, waar ook
Nederland met een uitgebreide delegatie
zal zijn vertgenwoordigd. Hierna zullen
de eerste opnamen gemaakt worden per
Catalina-vliegboot, een tocht, die twee
maanden in beslag zal nemen Eerst
wanneer dit gebeurd is, nemen ae work-
zaamheden van de commissie een aan
vang.
Ons Romanbijvoegsel
£oGOOOOOOOOOOOO(MOO<^^
GOOOGOOOOOOOOOOOOOGOOOOOQOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO
_-t 7nu worden gelaten Behal- voor een enkel week-eihdje. En juist toen
■ve een datum! <üe van verstreken viel er iets voor, dat althans emg pers-
Woensdag, stond er: „Van Bemmelen. De pectief opende,
zaak vordert. Kraan 20 uur". HOOFDSTUK XXIII
Je dacht, dat hij je zou komen ont-
De detective Arie Arends heeft een
zeer raadselachtige zaak ter hand ge
nomen. De heer Karei van Bemmelen
te Arnhem heeft namelijk zijn hulp in
geroepen, doch blijkt spoorloos ver
dwenen te zijn. Z'n neef, Ferdinand
van Bemmelen, is onder vreemde om
standigheden overleden.
Bij het onderzoek maakt Arends
kennis met de figuren rond de beide
van Bemmelens, n.l. dr. Meertens; de
huishoudster van de oude heer en z'n
broer Hans van Bemmelen, toneelcriti
cus in Den Haag. Deze drie personen
worden later vermoord. Verder zijn er
de vrouw van Ferdinand van Bemme
len en de zuster van Karei, mevrouw
de Zwart te Deventer.
Onder bedrieglijke voorwendsels
worden Arends en de verteller door
iemand, die zich Krefeld noemt, naar
Arnhem gelokt en aldaar overvallen.
Ze brengen het er levend af en zetten
het onderzoek verbeten voort. Volgens
mevrouw van Bemmelen heet de man
die zich Krefeld noemde in werkelijk
heid van Balen.
17)
Niets wat mjj bekend is. Ik heb
geen idee, aan welke zijde ik moet zoe
ken. Maar geen enkele geschiedenis
neemt er genoegen mee, zonder pak
kend slot te eindigen en dus, wanneer
wij zelf geen slot verzinrfen, zal zich
dit te zijner tijd wel bekend maken. Ik
heb intussen een saai chantagegevalletje
ter hand genomen, wat me de tijd ten
minste nuttig doet doorbrengen en me
's avonds niet van huis lokt. Je hebt
mama nog nooit in zo'n tevreden hu
meur gezien als je haar nu zult ontmoe
ten.
Ik dacht met enige spijt aan mijn eigen
verbeuzelde week. Mijn vriend, die he
viger nog dan ik zelf in de zaak van
Bemmelen geïnteresseerd moest zijn, had
zich er geen nadeel van met nietsdien
verbrachte dagen door laten opdringen.
Met een gevoel van: dan moeten die lui
het zelf maar weten, dwong ik mezelf
vrij van gedachten aan ons nog niet ge-
eindigde avontuur, toen ik Maandagmor
gen weer thuis kwam. Ik werkte. Ik
werkte vlot. Deze week ging daardoor
veel vlugger voorbij dan de vorige en ik
Was de tweede Zaterdag heel wat volda-
ner. De zaak van Bemmelen stond niet
meer als een domper over mijn stemming,
doch ik stond er tegenover, ik zag ze nu
op een afstand.
Nog geen nieuws?, vroeg ik, nadat
A. A. en ik enige minuten aan een har
vorderingen gemaakt had. Ik heb haar
natuurlijk hoopvol teruggeschreven.
Dus zonder nieuws van betekenis
heb je toch vorderingen gemaakt?
Kijk eens, Bram. Al wat er in de
zaak van Bemmelen gebeurt, hoort er als
onmisbaar onderdeel bij. Wanneer we nu
al veertien dagen rust beleven, is ook
dat een noodzakelijk onderdeel van het
geheel en wie weet, helpt ons juist dit
onderdeel later misschien wel aan het
inzicht, dat de hele duistere historie op-
kl^drt.
Ik bewonder je geduld, Arie.
Ik voel me helemaal niet, alsof ik
geduld oefen. Ik kan je verzekeren dat
ik in spanning geleefd heb, of er een aan
slag op een der beide dames zou worden
gepleegd en wie dan *t eerste slachtoffer
zou worden.
Geleefd hèb?, vroeg ik verwonderd:
Heb je jezelf dan overtuigd, dat die aan
slag nu niet meer zal gebeuren?
Het kan nog wel. Maar het kan ook
van niet. In het laatste geval heeft de da
der een reden, om juist die beide verwan
ten te ontzien. Dat is vreemd, want dan
valt de erfenis-theorie geheel in duigen.
Doch tenslotte is alle theorie tot dusver
voorbarig en wanneer je dat voortdurend
in het oog houdt, dan kan je vanhn dui
gen vallen eigenlijk niet spreken. Noen,
Bram, we hebben werkelijk geen reden
tot onvoldaanheid, al schiet de zaak ogen-
schijnlijk geen centimeter op.
We hadden een genoeglijk weekeinde,
waarin ik me zozeer opgebeurd voelde,
dat ik daarop volgende week vrucht
baarder'dan ooit mijn machinelmtje ver
sleet. Mijn beide verhalen kwamen gereed
en ter post, ik schoot een heel stuk op aan
de biographie van een beruchte, interna
tionale oplichter, wiens merk-lucifers over
de gehele wereld verspreid zijn en al keek
ik elke avond gretig de krant door, om te
zien of de dames van Bemmelen en
Zwart geen ongeval overkomen was, over
dag liet ik me niet meer door gedachten
aan hen op een zijspoor leiden
Ook het derde week-einde bracht me
geen nieuws, behalve 't bewijs, dat A.A.
de zaak niet losgelaten had, als beweeide
hij kort geleden, dat hij rustig afwachtte.
Ik ben een ervaring rijker, zei hij:
Ik heb me afgevraagd waarom ik niets
meer hoorde van Krefeld-Van Balen, of
schoon hij na onze ontmoeting aan de Vel-
perweg in elk geval weet, dat ik niet om
kwam bij het bad in de Arnhemse haven.
Hij wist mijn adres, want hij is hier ge
weest: hij zou me dus hebben kunnen vin
den want ik ben vrijwel niet weg ge
weest. Ik veronderstelde, dat hij zich veilig
begon te voelen, dat hij dacht, dat ik het
zoeken zou opgeven, nu er niets nieuws
trlIkInzlkrvangBhemmeknrNeeen, nog I meer gebeurdé"En dus probeerde ik hem
v olstreït niets. Mevrouw van Bemmelen uit de tent te waren^ veel
is in ernstig gesprek over de verkoop
van haar huis; ze logeert nog steeds bij
dezelfde vrienden, waar ze veertien da
gen geleden bij introk. Dat is alles, wat
?nii deze week ter ore kwam, omdat ik
van haar een briefje ontving. Hoofdzake
lijk, omdat ze aas wilds yra^efi .ei ik al
mogelijkheden; ik kon hem immers ner
gens direct bereiken. Dus plaatste ik een
advertentie in verschillende bladen,
waarvan hij er stellig één zal lezen.
Hij liet me de advertentie zien. Deze
zeide niets tot niet ingewijden, doch van
Balen moest er minstens uit zien4 dat liij
moeten, vroeg ik.
Daar kwam mijn uitnodiging op
neer, antwoordde hij: doch mijn ver
wachting ging minder ver. Ik verwachtte
dat hij dit keer zelf zou schieten.
Getroffen ben je intussen niet, dus
neem ik aan, dat hij niet gekomen is.
Erg vriendelijk van je, zei hij droog
jes: Ik was er deze keer op voorbereid
en je kunt van mij aannemen, dat ik
geen gemakkelijk doelwit geweest ben.
Overigens heb je het bij het rechte eind:
er viel geen schot, ik zag van Balen niet.
Ik zal maar niet veronderstellen,
dat hij zoveel ontzag voor je gekregen
heeft vroeg ik schertsend.
Hij moet zich öf absoluut veilig voe
len, óf hij heeft tenslotte toch mijn con
vocatie niet gelezen, of hij was elders
te zeer in beslag genomen om er gevolg
aan te kunnen geven. Welke van deze
drie mogelijkheden werkelijkheid is. kun
nen we zomaar niet vaststellen. Zich vei
lig voelen kan hij echter pas, wanneer
zijn plan geheel ten uitvoer is gebracht,
dus wanneer hij zijn doel bereikt heeft.
En nu pieker ik me suf, welk doel thans
bereikt zou kunnen zijn. Ik zie geen
doel; het ziet er naar uit, dat de hele
geschiedenis doodloopt. En ook dat kan
ik niet zo maar aannemen.
Het is vreemd, erkende ik: Wat doe
je nu verder Het is, dat je er een
blauwtje gelopen'hebt, daar aan de Arn
hemse haven, maar anders zou ik je
graag er heen vergezeld hebben.
Ik wilde het doel niet gemakke
lijker maken, door het te verdubbelen,
antwoordde hij: Bovendien was ik er
immers niet van overtuigd, dat hij ko
men zou en de uitkomst heeft aange
toond, dat ik je voor niets uit je .werk
zou hebben gehaald, door je mee te ne
men.
Dus had je toch ook dit resultaat
min of meer verwacht vroeg ik getrof
fen.
Ik had me er inderdaad op voorbe
reid. Omdat hij uit zichzelf tot dusver
geen hernieuwde poging gedaan heeft me
uit de weg te ruimen. Wat ik verder doe,
is zeer eenvoudig. Hetzelfde waar ik
reeds drie weken mee bezig ben: afwach
ten.
Ik doe mee, zei ik: Doch ik werk
er bij. Dat is me best bevallen, want ik
blijk 'buitensporig productief de laatste
dagen.
Ook dat week-einde brachten we ver
der genoeglijk door bij Arie Arends thuis
en de daarop volgende week bedroog
mijn hoop, dat de productivite-t nog een
poosje zou aanhouden, mij niet. De da
gen vlogen als het ware voorbij: de door
de vacantie ontstane achterstand had ik
weldra ingehaald.
Toen volgde het vierde week-einde.
Eveneens zonderbijzondere gebeurtenis.
En het vijfde kwam zonder dat er iets
voorgevallen was.
De zomer had ingezet met een hitte
golf, die me, zelfs in een dunne shirt en
flanellen broek, het type tot een corvee
maakte. Ik had daarenboven zoveel
werk verzet dat ik best weer eens een
weekje zou kunnen pauzeren. Dus
schreef ik mijn vriend, dat ik Zaterdag
voor een paar dagen sou komen inplaats
Een terugkeer.
De Zondag en de Maahdag brachten
we door. zoals we reeds een reeks Zon
en Maandagen hadden doorgebracht: Het
Maandagavondblad echter bracht nieuws.
Uit Arnhem werd gemeld:
Zaterdagmiddag keerde, na een af
wezigheid van bijna twee maanden, onze
stadgenoot, de heer Karei van Bemme
len, terug uit Parijs, waar hij, zonder iets
van wat inmiddels alhier is voorgeval
len te hebben vernomen gedurende al
die tijd verbleef.
De heer van Bemmelen was uitermate
verontrust, toen hem de moord op zijn
huishoudster, mevr. Groenewegen, werd
medegedeeld. Dat ook zijn vriend dr.
Meertens gewelddadig om het leven werd
gebracht, trok hij zich zo aan, dat wij
hem eerst Zondagavond aantroffen m een
toestand waarin hij ons iets over zich
zelf kon mededelen. De vrees, die vrij-
wel algemeen geheerst heeft, dat hem
iets zou zijn overkomen, blijkt geheel
ongegrond te zijn geweest.
We zaten in A.A.'s kamer, het raam
wijd open, onze lage stoelen er zo dicht
mogelijk bij. Ik keek mijn vriend vragend
a'd— Dat is de gebeurtenis die we nodig
hadden, zei hij: Maar ik moet erkennen,
dat ik juist die in hpt geheel niet had
verwacht.
Jij dacht, dat hij gedood was, her
innerde ik.
Heel die theorie over ontvoering
valt zelfs uiteen, hernam hij: Want een
romannetje van gevangenhouden in een
der misdadigersholen van Parijs zuilen
we maar niet eens overwegen. Ik zal me
geheel op nieuw moeten instellen, doch
ik twijfel geen seconde ,of nu zal er licht
op de zaak vallen.
Door Karei van Bemmelen
Misschien. Het meest echter, door
dat hij beslist een aantrekkelijker doel
wit zal Dhjken, dan ik Was. Mijn adver
tentie kom van Balen ontgaan, dit kan
hem onmogelijk verborgen blijven, want
hoe dan ook moet Kareltje blijken, een
belangrijk, zo niet het belangrijkste ob
ject van de serie misdrijven te zijn.
Aha. De dames zijn niet aantrek
kelijk genoeg, om vermoord te worden
en nu zal onze vriend van Balen zijn
schotvastheid op Kareltje moeten tonen,
meen je
Hoe kan het anders
Dan is dus thans de tijd aangebro
ken, je belofte aan mevrouw van Bem
melen in te lossen.
Welke belofte
Dat je haar oom, wanneer hij terug
keerde. zou weten te beveiligen.
Inderdaad, belofte maakt schuld. Ik
vind echter, dat we ons niet al te zeer
behoeven te haasten, want die schavuit
heeft oins ook lang genoeg laten wachten.
Achteraf blijkt zijn broer Hans hem
toch wel goed te hebben gekend. Hij im
mers beweerde voortdurend, dat de ge
zochte vandaag of morgen doodleuk uit
zichzelf wel weer te voorschijn zou ko
men.
Ook zijn zuster, mevrouw Zwart,
dacht er zo over, herinnerde A.A.
Waneer gaan wc h yropg ikj
Morgen. Tenslotte moet ik nog steeds
de opdracht bij hem gaan nalen, waar
over hij me schreef en die. indirect, de
oorzaak werd, dat we met de familie
van Bemmelen kennis maakten. Als je
niet al besloten had een paar dagen te
blijven, zou ik je er nu toe uitnodigen,
Bram. Want ik heb zo'n idee, dat we
van nu af regelrecht naa rde opheldering
van het mysterie zullen kuieren.
Toen we aan het huis van van Bemme
len aan de Zypendaalseweg aanbelden,
werd de deur voor ons geopend door een
oude bekende, wier aanwezigheid ons
even verraste, doch eigenlijk meer, zo
ging het althans mij, omdat ik die niet
reeds verondersteld had. Immers dit was
de logische oplossing van twee moeilijk
heden.
Mevrouw van Bemmelen, zei mijn
vriend: Dus is uw oom terug Ik bied
u mijn welgemeende gelukwensen aan.
Zouden wij mijnheer een ogenblikje kun
nen spreken?
Erg gelegen komt u, eerlijk gezegd
niet, antwoordde ze: Oom rust. Hij is
ontzaglijk vermoeid, want wat er tijdens
zijn afwezigheid is gebeurd heeft hem
geweldig aangegrepen. Als u echter de
tijd hebt, komt u dan binnen. Over een
half uurtje zou hij opstaan en dan kunt
u hem even ontmoeten.
Nu hebt u dan toch als het ware
vanzelf de oplossing gevonden die beter
dan enige andere voor u geschikt zal
zijn, hernam mijn vriend.
Inderdaad. Ik heb me bij mijn
vrienden werkelijk goed gevoeld, ik was
er nooit teveel en zo, maar ja, je bent
niet thuis. Dat ben ik hier ook wel niet,
maar het is eigen, zei ze: Zal ik u voor
gaan
Ze bracht ons in de kamer, waarin
hoelang was dit nu al geleden? de
huishoudster ons had ontvangen. Ze liet
ons plaats nemen, ging daarna evens
zitten. Ze zag er blijmoediger uit, dan
toen we haar de laatste keer zagen.
U hebt geen idee, hoe oom wordt
lastig gevallen met allerlei vragen en
vooral met rouwbeklag over zijn ver
liezen, ging ze na een ogenblik voort:
De mensen vooral van de krant, willen
van alles weten. Bijkomstigheden die je ge
woon suf maken. En dan de politie!
Stel u voor, dat ook die hem eerst niet
met rust kon laten. Alsof hij aansprake
lijk kon worden gesteld, voor wat hier - - .„pang te verkriieen.
met zijn huishoudster gebeurde, terwij» óaar vergist u u. Ik laat geen jour
gezien had, toen hem alles verteld werd
Ik kan me voorsteilen, dat het ver
schrikkelijk voor hem geweest is, ant
woordde A. A.: Mijnheer van Bemme
len ziet er niet naar uit, dat hij daden
van geweld kan appreciëren.
Kent u oom?, vroeg mevrouw van
Bemmelën verrast.
Alleen van dat foto'tje, waarop ook
u staat. En uw man. Hier in de tuin,
met de klimop als achtergrond.
O, dat is eén vaag portret. Maar
zelfs daarop, inderdaad, geeft oom geen
indruk van ruwheid.
En u hebt, zoals ik al opmerkte,
nu de geschikte oplossing voor u zelf
gevonden, herhaalde mijn vriend.
ja voorlopig blijf ik hier. Oom kan
niet alleen zijn in de huidige omstandig-
heren- Niet alleen heeft hij nog geen
hulp voor de huishouding, doch hij moet
de eerste tijd iemand bij zich hebben,
die niet vreemd voor hem is. Hij praat
natuurlijk telkens over oom Hans en
over dr. Meertens.
Ook voor u, herhaalde A. A. nog
eens, met bijzondere nadruk.
Ja, natuurlijk, ook voor mij is het
de eerste tijd beter. Ik weet nu tenmin
ste wat ik te doen heb.
U hebt van mijnheer van Balen
niets gemerkt?
Haar gezicht betrok; ze wilde klaar
blijkelijk liever niet aan gevaar worden
herinnerd.
Gelukkig niet, antwoordde ze: Ik
heb me trouwens strikt aan uw raad ge
houden en ben 's avonds nooit uitge
gaan, terwijl ik overdag altijd, wanneer
ik buiten moest zijn, gezelschap had.
Het is niet aangenaam, daaraan te
denken, doch ik meen, er uw aandacht
even althans op te moeten vesttigen. Uw
verblijf bij uw vrienden is, mogen wij
aannemen, voor van Balen een geheim
gebleven. Dit adres echter moet hem
zeer goed bekend zijn.
O, begint u alstublieft niet weer.
En als u mij een groot genoegen wil
doen, spreek er dan vooral niet over
tegen oom. Wanneer er nu ook nog vrees
bij komt. dan heeft hij volstrekt niets
meer aan het leven.
En toch moet u op uw hoede blijven.
U zegt zelf, dat er een overma.ige belang
stelling wordt getoond door het publiek
en vooral door mensen van de krant.
Hoe gemakkelijk moet het zijn ,als lour'
hij in Parijs was.
Heeft de politie hem dan aanspra
kelijk gesteld vroeg A.A.
Niet ronduit, neen ,dat zou al zeer
fraai geweest zijn. Doch veel scheelde
het niet. Ze werden echter pas tevreden
gesteld, toen oom zijn rapport aan hen
had laten zien. Alsof hij het bewijs^ leve
ren moest, dat hij inderdaad in Frank
rijk geweest is. Het is eenvoudig schan
de, dat men hem niet op zijn woord ge
loofde.
Het paspoort was natuurlijk bewijs
genoeg
Natuurlijk. Dat werd aan de grens
gestempeld, toen hij Nederland verliet
en toen hij er Zaterdag weer in terug
kwam. Als hij nu eens niet in het bui
tenland was geweest, wat dan Dan zou
men hem dus niet geloofd hebben En
wat zou men dan van hem gewila neo-
ben
Wanneer hij in Nederland gebleven
zou zijn» dan zou hij natuurlijk hebben,
gehoord, wat er is voorgevallen en dan
zou hij eerder naar huis zijn gekomen.
Met 'dergelijke veronderstellingen ach
teraf komt men in de regel niet ver. Het
ligt echter voor de hand, er aan toe te
voegen: dan zou misschien mevrouw
Groenewegen niet zijn vermoord, want
dan was ze niet alleen in huis geweest.
Dat is wel waar, ja, er is wel iets
waars in wat u zegt. In elk geval de po
litie nam er tenslotte genoegen mee,
maar ik vind hun optreden eenvoudig
ongemanierd. Oom had warempel al na-
iiglicid genu eg. Narigheid 2 Als u liem
nalisten bij oom toe, nu met meer. En
bovendien, glimlachte ze zelfverzekerd:
ik kén die man immers.
Hij zou zich welhcht anders kun
nen voordoen, dan hij in werkelijkheid
is, weersprak mijn vriend: Maar wan
neer u denkt, dat het uw oom bijzonder
zal grijpen, indien xk over het gevaar
spreekt waarin hij stellig verkeert ol
zal gaan verkeren dan zal ik dat voor
heden althans achterwege laten. Wat ik
van uw oom weten wil. is trouwens met
zozeer, wat hij denkt te gaan doen, doch
wat hij dacht te gaan doen.
Ze trok de wenkbrauwen op m een
traag. A. A. was dan ook lichtelijk
duister.
Hij vroeg mij een onderhoud, bij
zicli aan huis, omdat de trein hem te
vermoeiend was. Inplaats van dat onder
houd te doen plaats hebben, ging hij met
de trein niet naar mij, doch naar Parijs,
wat 'n heel wat bezwarende reis is.
Waarom hij mij spreken wilde, is wat ik
graag van hem horen zou en dan boven
dien: waarom hij zo spoorslags naar het
buitenland snelde.
Ja, dat weet ik natuurlijk niet. Hij
heeft met geen woord gerept over iets,
waarvoor hij uit de weg ging. Ook te
genover de politie niet. Ik heb het idee,
dat het een plotselinge inval geweest is.
Erg plotseling, zo u wilt, doch daarom
nog niet met een bijzondere betekiVis.
Intussen zal oom zelf u daarover ver
moedelijk wel willen inlichten, wanneer
hij straks is opgestaan. Ik hoop alleen,
dat het heui uiet teveel vermoeien ral.
We zullen het zo goed mogeiyk in
kleden, beloofde A. A.
Ik had het gevoel, dat er gezegd was
wat er gezegd moest worden. Aangezien
van Bemmelen echter nog niet was opge
staan en we dus moesten wachten, aan
gezien men daarenboven niet zwijgend
tégenover elkaar kan zitten, zonder een
beklemming op tc r°epen, die de daarna
volgende conversatie sterk belemmert,
hield A. A. het gesprek gaande. Hij ver
meed. het, pijnlijke onderwerpen aan te
roeren; een bewijs, dat hij, al lijkt hij
soms zeer ongevoelig, met veel tact weet
op te treden, indien hij dit gewenst acht.
Ik was nieuwsgierig naar de ontmoeting
met de verdwenen rentenier; ik keek op de
klok op de schoorsteenmantel en consta
teerde, dat we reeds ruim 'n kwartier in
de kamer vertoefden. Ik liet het gesprek
tussen A. A. en mevrouw van Bemmelen
langs me heen gaan. Totdat ik werd opge
schrikt door het horen van een naam, die
ik totaal niet verwacht had.
Hoe is het afgelopen met Waldhof,
uw vroegere boekhouder?, vroeg A. A.
Is hü door de nieuwe eigenaar van het
kantoor mee overgenomen?
Overgenomen niet Dat zou direct bij
de overdracht gebeurd moeten zijn en het
gebeurde niet. Wat daarna is overeengeko
men, is mij niet bekend. Wel weet ik, dat
Waldhof nog eens zou proberen. Hoa
komt u daar zo op?
Vertrouwde u hem volkomen?
Opnieuw gingen haar wenkbrauwen
omhoog.
Waarom zou ik hem met hebben ver.
trouwd? Hij was de enige trouwens, die
iets van de zaak wist en toen mijn man
stierf was ik de eerste dagen dus wel op
hem aangewezen, of ik hem vertrouwde
of niet Doch ik zou niet weten, waarom
ik hem z°u hebben moetenwantrou
wen.
Och, ik óok niet. Men zoekt echter
in elke richting en ergens moet toch een
band liggen, die de verschillende punten
met elkaar in contact brengt
Dan zou ik aan Waldhof maar niet
meer denken, zei ze.
Bent u er zeker van, dat het nutteloo3
zou zijn?
Waldhof is een goede hulp geweest
en zeker niet ontbloot van enige intelli
gentie antwoordde mevrouw van Bemme
len Zoveel heb ik echter wel uit uw
vage gezegden afgeleid, dat u achter al
wat er is voorgevallen een bijzondere
scherpzinnige drijfkracht zoekt. En die
zult u bij onze vroegere boekhouder stel
lig niet vinden.
Och. ik zeg ook maar zó. besloot A. A.
En hij ging voort over iets geheel an
ders, over de vermoeienissen van het
huishouden in een weliswaar niet vreemd
doch evenmin eigen huis. Vroeg of zij al
hulp in het vooruitzicht had, want dat ze
toch niet alles alleen zou kunnen blijven
doen. Hij toonde zich opnieuw een onder
houdend causeur, doch opnieuw gingen
mijn gedachten uit naar de rustende oom,
die nu toch langzamerhand wel eens
mocht opstaan. Anders had mevrouw ons
beter wat later kunnen doen terugkomen,
meende ik.
Het bracht even een niet onwelkome
onderbreking, toen er gebeld werd en
mevrouw de kamer uit moest, om te Zier
wie er ifras.
Hoe kom je zo opeens op die Walb
vroeg ik.
Je moet toch iets zeggen?, antwoi
de A. A.
Maar dat zei je niet maar zó.
moet het al ver mis hebben, wanneer
er niet een bedoeling mee had-