THORN gaat duizendjarig bestaan vieren Het Witte Stadje eenmaal een welvarend Vorstendom 1 Wat de luchtvaartpot zoal schaft... „De appels bloeien" Jacob Smits en de Kempen ASTRANTIA'S Hogere in- en uitvoer in Juni Belgische positie in E.B.U. wordt gevaarlijk Honderdduizenden „beroemdheden vormen kleurig mozaiek Waar een vrouw scepter en kromstaf voerde Lottums Rozenfeest op komst Prinses van het H. Roomse Rijk Bejubeld Een verkwikkend boek Concert in de Kurzaal Astronomische getallen over gastronomische gevallen J Tuin- en kamerplanten Nederland wordt het zorgenkind DONDERDAG 9 AUGUSTUS 1951 PAGINA 4 HOGER DIVIDEND MAHEZ Abdijkerk KONINKLIJKE HARMONIE (EEN EEUW OUD) WORDT Weg landelijke rust! Szenkar zoekt het in de variatie Tentoonstelling in het Tilburgse Paleis-Raadhuis Gunst der Muzen ENIGE VERSCHUIVING IN DE GOEDERENSOORTEN Uiterste vereenvoudiging AMERIK. TELEVISIEFILMS Wereld kan kiezen uit 7000 stuks AUSTRALISCHE WOL- PRIJZEN Werkelijke concessies kunnen niet gedaan worden dienden, een behoorlijk stuk brood. De mensen profiteerden van de abdij en waren de stiftsdames dankbaar voor de welvaart die zij genoten. Franse Revolutie Maria Cunegonde, de laatste vorstin- abdis, die te Thorn werd ingehuldigd, doch' steeds te Trier verbleef, heeft het nog moeten beleven dat de Franse machthebbers haar vorstendom bij hun land inlijfden en enige jaren later de abdij supprimeerden. Nimmer is Thorn deze ramp te boven gekomen. Met de opheffing van het adel- lijk stift verdween tevens de welvaart van deze middeleeuwse miniatuurstaat. Het Witte Stadje werd door de gruwel der verwoesting geteisterd. I Het hof der souvereine vorstin-abdis werd tezamen met de stiftsgebouwen voor afbraak verkocht. De kostbare meu belen, fraai bewerkte eikenhouten deu ren, beroemde schilderstukken, marme ren schoorsteenmantels zo goed als alles wat waarde had werden naar Maastricht, Luik of Maaseyck vervoerd. Vervolgens dreunden de slagen van de mokers over het stadje, die ruw en barbaars vernielden wat eeuwen van cultuur moeizaam hadden opgebouwd. De grond lag bezaaid met kapitelen, kraagstenen, lijsten, gebroken zuilschach ten enz., die later als dorpels van nieu we woningen of fundamenten voor stal len zijn gebruiktSlechts wat brok stukken van muren zijn overgebleven. De abdijkerk, die door een der ka nunniken uit de tweede hand werd te ruggekocht, is gelukkig voor desastreuze ondergang gespaard gebleven. Met sPe~ ciale toestemming van Napoleon werd zij in 1814 als parochiekerk in gebruik ge nomen. Dit monumentale gebouw, dat tijdens de laatste wereldoorlog zijn to renspits verloor, doch overigens door wijlen architect Wielders geheel gere staureerd werd, houdt de herinnering le vendig aan een glorieus Vorstendom, dat voor goed tot het verleden behoort. Nim mer zal het wederkeren. De laatste blad zijde van zijn geschiedenis is volgeschre ven. E. LOHMAN O.F.M. Op de 16 Augustus te houden algemene vergadering van aandeelhouders der N.V Machinehandel Mahez te Amsterdam zal worden voorgesteld over het boekjaar 1950 een dividend uit te keren van 9 (8) procent. Schilderachtig straatje in het Witte Stadje. Maria Cunegonde, koninklijke prinses van Saksen en Polen, vorstin-abdis der hoogadellijke stiften Essen en Thom, deed 23 September 1778 haar plechtige intrede in de residentie van het rijks vorstendom Thom. In gezelschap van haar broer, mgr Clemens Wenceslaus, bisschop en keurvorst van Trier, kwam zij in het Witte Stadje van Midden-Lim burg aan. De ontvangst welke haar bereid werd, was in één woord vorstelijk. De straten waren weelderig versierd met erebogen, bloemfestoenen, kransen en vlaggedoek. In stramme houding stond voor de hoofdingang van het Hof de erewacht opgesteld. De staatsiekoets werd door een escorte van ruiters begeleid, toen deze vorstin-abdis onder het gejuich van haar onderdanen de Immuniteitspoorten binnenreed. Ridders, graven, baronnen en edelvrouwen kwamen hun opwachting maken. De harmonieën nog steeds de roem van Thom concerteerden om beurten op het binnenhof der abdij. De deftige woningen der stiftsjonkvrouwen trilden op de fundamenten van het da verend gebulder der saluutschoten, die ten teken van vreugde door het geschut werden gelost. En op de grote weide naast de hoftuin werd in de duistere avonduren een grandioos vuurwerk afgestoken. Wie kon tijdens deze dagen van alge mene vreugde vermoeden, dat de inhul digingsplechtigheid van vorstin-abdis Cunegonde het sluitstuk zou vormen op de geschiedenis van een vredig vorsten dom, dat acht eeuwen achtereen had be staan? Niemand verwachtte, dat de droevige ondergang zo nabij was Omstreeks het midden der tiende eeuw hebben Ansfried, graaf van Teisterbant, en Hilsondis, gravin van Streijen, zijn echtgenote, te Thom een abdij gesticht. Van deze communiteit, die waarschijn lijk uit Benedictinessen, afkomstig uit Aldeneijck, bestond, werd Benedicta, hun dochter, tot eerste abdis gekozen. Ten einde aan de bemoeizucht van de graven van Loon, die zich om politieke beweegredenen met de aangelegenheden der kloosters meer dan toelaatbaar was Inlieten, voorgoed een einde te maken, heeft de RoomS-Koning Hendrik II 4 Juni 1007 Thom tot een onafhankelijk vorstendom verheven, waarvan de abdij het middelpunt moest vormen. Hij stelde deze miniatuurstaat, waaraan markt-, tol- en landrechten werden verleend, onder de onmiddellijke bescherming van het Duitse rijk. De abdij, waar oorspronkelijk de re gel van de H. Benedictus gevolgd werd, werd gedurende de twaalfde eeuw om gezet in een „keizerlijk vrywereldlijk rijksstift". Dit werd bestuurd door een vorstin-abdis, die de titel van prinses van het H. Roomse Rijk voerde. De stiftsdames, die in het vervolg kanun nikessen werden gepoemd, moesten tot de hoge Duitse adel behoren en acht ot zestien kwartieren kunnen aantonen. Met de bouw van de gothlsche abdij kerk werd in het jaar 1285 begonnen. Crypte en koor ontstonden het eerst; daarna kwamen dwarspand, midden schip en zijbeuken tot stand; tenslotte werd de kerk met een krans van zij kapellen omgeven. Het schip bestaat uit drie beuken, die vijf traveeën diep zijn. In 1487 was het bouwwerk voltooid Het weelderige vorstinnenkoor bleef uitsluitend voor de abdis en haar gevolg gereserveerd. De stiftdames namen by het oxaal op het z.g. dameskoor plaats. De kerkelijke plechtigheden werden ver richt door geestelijken, die als kanun niken aan het stift verbonden waren. In de zeventiende eeuw werden pijlers en kapitelen bepleisterd. Ook de muur schilderingen verdwenen onder een dikke laag witkalk. Toen het kartui zerklooster te Roermond in 1783 door keizer Joseph II werd opgeheven, kwam de Thornse abdijkerk in het bezit van het hoogaltaar der kapel door Francis- cis Xaverius Bader vervaardigd, welks prachtige beeldengroep een voorstelling geeft van de geboorte van Christus en het bezoek van de herders. Aan de Evan geliezijde bevindt zich een in barokstijl uitgevoerde graftombe van Clara Elisa beth Gravin van ManderscheidtBlan kenhelm, de vorstin-abdis die de Lo- reto-kapel Onder de Linden gesticht heeft. Levenswijze De abdis gedroeg zich volledig als een vorstin. Zij hield er een eigen hofhou ding op na. In een gedeelte van de abdij waren haar particuliere vertrekken on dergebracht, die in luxueuze inrichting voor die van een koninklijk paleis niet onderdeden. Bij gelegenheid van de In huldigingsplechtigheid legde zij de gelofte van zuiverheid af. De overige stiftdames de dekanes incluis mochten desge wenst in het huwelijk treden. Zjj leefden zowel werelds als vroom. Hoewel zij geen religieuzen in de strik te betekenis van het woord waren, woon den zij in de abdijkerk geregeld de godsdienstige oefeningen bij, verrichtten daar gezamenlijk het koorgebed en leef den in een bepaalde zij het vrij losse gemeenschap. Omstreeks de zeven tiende eeuw lieten zij de fraaie patri ciërswoningen bouwen, die thans nog aan Thorn een zowel voornaam als pit toresk aspect geven. Wanneer ridders, graven, baronnen, edelvrouwen, pages en freules haar in de zomermaanden kwamen bezoeken, gin gen zij mee op de valkenjacht, gaven tournooien en rechtten uitgebreide diners aan. Haar edelmoedige milddadigheid was algemeen bekend. Vooral de armen wer den royaal door haar bedacht. Het be gijnhof, de Godshuizen, het gasthuis enz. ontvingen jaarlijks rijke bijdragen. In dagen van oorlog en rampspoed, by brand, plundering en hongersnood ston den zy de behoeftige bevolking op vor stelijke wijze bij. De gilden bloeiden m het oude Thron. De ambachtslieden ver (Van onze correspondent) Aan de rand van een malse Maaswei in het Noord-Limburgse dorpje Lottum troffen wij dezer dagen de oud-president van de Verenigde Staten Herbert Hoover aan In een opvallend geel vacantiecos- tuum. Hij was in gezelschap van de Ame rikaanse zwemster Edith Helen, een ran ke verschijning in een badpak van oud- rose, de knalgele Herr Geheimrat Duis- berg en de Gnadige Frau Carl Driischki, die haar avondjapon van wit satijn droeg. Binnen enkele dagen zal dit illustere viertal mitsgaders een dikke millioen andere rozen en roosjes, die door de natuur met hun schilderachtige kleuren en door de kwekers met hun bijna even schilderachtige namen wer den bedacht, van deze stille Maas oever verhuizen naar een rumoerige feestwei: plaats der handeling van Lot tums Rozenfeest 1951 :op Zondag 12 en Maandag 13 Augustus. Daar zullen tienduizenden Herbert Hoovers en honderduizenden andere be roemdheden tot en met Fanny Blankers- Koen pal naast elkaar in de grond wor den gestopt, tot z® Mn ontzaglijk mo- zaiek vormen van dertig are grootte: leeuwen en sprookjestaferelen, reuzen- sterren en ingewikkelde figuren, één enorme legpuzzle van meer dan een mil lioen rozenknoppen en ter waarde van wel honderduizend gulden. Op dit bloe- menschilderij viert het Rozendorp Lot tum met zijn vele gastèn dit jaar een bijzonder Rozenfeest, besprenkeld door blanke Rijn- en Moezelwijnen, het goiv den Limburgse bier en de vurige drup pels van verlichte fonteinen, die uit de klare vijvertjes omhoogspuiten. Twee dagen zal het gedaan zijn met de landelijke rust, die vier eeuwen bij na ongestoord bleef hangen rond het in oude dromen verzonken kasteeltje dp Borggraaf, een kasteeltje om met zijn tweeën op te wonen, zei Werumeus Buning. Vroeger werden de rozenfees- Olaff 3. de Landell, de schrijver van de bekroonde novelle „De porseleintafel" het boekenweek-geschenk 1951, verstaat de kunst om het smartelijke niet senti menteel, het plezierige niet uitbundig te maken. Daarom juist is zijn laatste ro man „De appels bloeien" (Uitgave F. G. Kroonder te Bussum), zo'n verkwikkend bock geworden. Er wordt ons in verteld over jonker Coen, die na de dood van zijn ouders bij zijn drie oude, ongetrouw de tantes op het familiebuiten Wijnen- dael komt wonen. Coen's moeder was een actrice en dit bepaalde niet alleen veel in zijn karak ter en aanleg, doch het bepaalde even zeer de houding vain de tantes, die al zijn echte of vermeende ondeugden op rekening van deze „schande" schreven. Gelukkig vond Coen een vriendje, kreeg een goede gouverneur en bleek tenslotte de liefde van Tante Lientje een der zusters,, minder verzuurd dan de an deren te winnen. Zij bezat zo nu en dan de moed om het kind in bescher ming te nemen en zich tegen de beslis singen van haar verbitterde zusters te verzetten. Helemaal zonder lichtpuntjes waren de kinderjaren van Coen dus niet, maar de verdrietelijkheden en teleurstellingen waren toch groter in aantal. De schrij ver vertelt losjesweg, zonder enige op zettelijkheid. Coen is een echt joch, geen papieren kind geworden. Hij kon lief zijn. maar ook driftig en brutaal. Hij kon goed comedie spelen, maar toch evenzeer kinderlijk-openhartig en goed gelovig zijn. De jongeman groeide op. Het kind. dat moest dansen zeer tot ongenoe gen van de tantes bleek werkelijk talent te bezitten. Toch werd hij geen beroepsdanser, want een uiterst merk waardige ontmoeting veranderde zijn hele leven. Als getrouwd man keerde hij op Wijnendael terug en op een dag in het voorjaar, toen de appels bloei den en er weer kindergeschrei klonk in de grote kamers van het buiten, kwamen de tantes de nieuwe stam houder begroeten en verzoenden zich, alsof er niets gebeurd was Een zonnig en verkwikkend boek, waar ook de twintvgjarigen veel vreug de aan zullen beleven. En waar zij onge twijfeld nog wel eens een tweede maal naar zullen grijpen-. ten gevierd op het karakteristieke dorpsplein; met zijn hoge, knoestige linden om de oude pomp een der mooi ste pleinen van Limburg. Maar nu de 42 Lwttumse rozenkwekers hun hon derdjarige en pas Koninklijk gewor den harmonie weer een rozenfeest wil den aanbieden, is men het gaan zoeken aan de roerloze groene grachten van de Borggraaf. Het groen der weiden zal volkomen schuilgaan onder de rozen- mozaieken, de vijvertjes en de paden. Een millioen rozenknoppen! Maar wat is een millioen rozenknoppen op de an derhalf millioen struiken, die nu nog hier in Lottum, maar die straks in uw tuin in bloei staan en in de tuinen en parken van Duitsland en Canada, Frankrijk en Noorwegen, Luxemburg en de Verenigde Staten? En omdat dit hele feest begonnen is om de Koninklijke Harmonie zal het na tuurlijk ook aan muziek niet ontbreken. Wij bedoelen niet zozeer de dansmuziek in de tent op het feestterrein, maar de dertien Limburgse muziek- en zangge zelschappen, die Zondag op het Rozen feest hun festival houden. Wie zou niét in Herbert Hoovers en Frau Drüschki's schoenen willen staan, om zo feestelijk en muzikaal in twee dagen tijd ten on der te gaan in een roes van rozengeur en kunstlicht? Dat de Amerikanen, zowel van Noord als Zuid in de muziek eigenaardige op vattingen hebben, is wej bekend. _Wat men moet denken van de „Bachianas Brasileiras" die de bekende Braliaanse componist Heitor Villa Lojbos schreef in de vorm van een Suite zal wel enigszins individualistisch zijn op te los sen. Wii kresen gisteravond in het Kur- hous een Préludë-Modinha _eryan te ho ren, hetgeen een combinatie is van een Bachse benaming gekoppeld aan een Braziliaanse. Het Preludium in kwestie is voor acht celli geschreven en doet vormtechnisch veel buigingen naar de grote Kantor doch blijft melodisch wel op Braziliaanse bo dem. Iets wat overigens te aanvaarden is. Het fragment is intussen zeer wel te genieten, al is het ook vri.i lang in ver band met de eenzelvigheid van de mu zikale kleur. Het werd door de celli- groep. onder aanvoering van Martin Zagwijn, goed verklankt. Szenkar leidde daarna de uitvoering van Beethovens vijfde symphonie in een stormtempo. Wil hij nu enkel en alleen maar eoateren, dan heeft hij hier ver moedelijk toch niét zijn milieu gevon den; een prairlebrand levert wel een imposant schouwspel, doch is doorgaans echt vernietigend in zijn uitwerking. Het komt ons voor dat Szenkar inder daad de bomen van het muziekwoud hier in brand steekt Stefan Askenase bracht het eer»te pianoconcert van Chopin, waaromtrent inderdaad geen nieuws te verhalen valt. Askenase. Chopinvertolker bij roe ping. had een ziiner beste avohden en speelde met gloed en overtuiging. Daar voor werd hem nadrukkelijk hulde ge bracht: de begeleiding sloot wel tame lijk goed aan, maar was toch anders dan anders. Met de Daphnis suite tweede deel werd het omvangrijk programma besloten. J. K. Vreemd kan het gaan in de luchtvaart. Niet elke dag worden er levende koeien vervoerd aan boord van de vrachtmachines van de KLM, maar dagelijks gaan er hon derden kilo's koe met de ge wone machines mee naar alle delen van de wereld. De civiele dienst op de Amster damse luchthaven Schiphol verwerkt 360 kg. vlees in de maand en dat gaat mee de lucht In: in welke vorm dan ook. Zo is het ook met de kip. Als ééndagsdier gaat 't vaak bij honderden tegelijk net luchtruim in om in het bui tenland een welkome aanvul ling te zijn van de pluimvee stapel; als ze iets ouder zijn neemt de K.L.M. er 500 af om ze aan boord te verstrek ken als onderdeel van het noenmaal of de soep. Tegen het gebruik van het product van de kip: het ei, bestaat ook geen overwegend be zwaar, gezien 'n maandelijks verbruik van 50.000 stuks. Het hoofd van de civiele dienst kan aan de hand van de vliegschema's zijn dienst de voedselschema's laten opstellen, die een handlei ding zijn voor de bevoor rading van de machines. Bij 't samenstellen van voedsel schema's dient men met tal van factoren rekening te houden: route (koude en warme gebieden), 't klimaat, de aard van de passagiers (godsdienst en levensbe schouwing, waardoor het ge bruik van vlees of het vlees van bepaalde dieren soms niet is toegestaan) en het seizoen (met het oog op te verkrijgen primeurs op tuin bouw gebied). Voor een belangrijk ge deelte van deze voedsel schema's moet de chef-kok worden ingeschakeld en deze heeft de verantwoording voor de samenstelling van de maaltijden, die door de keu kenbrigade worden bereid. Hij bekijkt. of het aanbieder, van bepaalde spijzen in over eenstemming is met hetgeen erna wordt genuttigd en de maatstaf of iets inderdaad smakelijk is, wordt voor een deel bepaald door een aan- tal mensen, die op gezette tijden zich rond de tafel scharen en met verwende tong en verhemelte proever, wat er in de keuken is tot stand gekomen. Een probleem op zichzelf is het zodanig samenstellen van voedselschema's, dat een passagier, van Djakarta ko mende en op doorreis via Amsterdam naar New York, niet op beide routes dezelfde maaltijden krijgt voorge schoteld. Was het aandeel van de keuken belangrijk, er zijn niettemin nog tal van zaken, die op het voedselschema voorkomen, doch niet uit de keuken van Schiphol komen. Hierbij denken wij aan de verpakte artikelen, zoals hopjes en chocolade. Ook moet niet vergeten worden al hetgeen uit het entrepot van de douane komt, zoals 100.000 pakjes kauwgom, 150.000 siga retten 220.000 zakjes suiker, 3600 kleine flesjes eau de Cologne, 150 liter eau de Cologne in grote flessen: al les in maandcijfers uitge drukt. En de drank, bestemd voor apératifs, afterdinners en slaapmutsjes: 600 liter je never, 500 liter wiskey, 450 liter cognac, 750 liter cham pagne, enz. Aan proefflesjes drank, die door de K.L.M. als aandenken worden ver strekt. gaan er per maand 36.000 de lucht ln. De afdeling boordverzorging heeft met dit alles de handen vol en dan is er nog niet gesproken van de borden, kopjes, schoteltjes, glazen en couverts en de dienbladen, die alle aan boord moeten gaan. Voor dit aan boord gaan zorgt de expeditie, die met handige kleine autootjes van de barakken van de civiele dienst heen en weer rijdt naar en van de vliegtuigen. De afdeling bevoorrading zet alles klaar: het eetgerei en het diepgevroren voedsel (waar broodjes bij zijn, die in diepgevroren toestand et telijke dagen oud zijn. maar na ontdooiing knappend vers worden), de drank en de sigaretten in verzegelde bak ken. Ook zogenaamde „klei. nigheden" mogen niet wor den vergeten, zoals zout- en peperstrooiers, mosterd, enz Uit 'n belangrijke afdeling van de keuken komen dage lijks grote hoeveelheden lek kernijen. Wij bedoelen de banketbakkerij. Noemen wij een aantal van 15.000 ge bakjes per maand, die niel alleen staan gezien het fe.t, dat er 27.000 plakjes cake worden geconsumeerd. Ook nagerechten in de vorm van bavarois (pudding) komea hier vandaan: 4500 porties. De wagentjes rijden af en aan. De keuken werkt op volle toeren. Voorin wordt naar buiten gedragen, wat meer naar achteren wordt klaargemaakt. Een luidspre ker-systeem is aangelegd om nagekomen bestellingen en spoedopdrachten ogenblikke. lijk te kunnen opgeven aan de mensen in het wit.... Zij werken gestadig door: vier ploegen maken het mo gelijk om de keuken 24 uur in bedrijf te houden, hetgeen noodzakelijk is, omdat Schip hol nooit slaapt en de dag machines ongemerkt ziet overgaan in nachtmachines. Bovendien worden hier per maand alle 700 kosjei^maai- tijden bereid, die orthodox Joodse passagiers kunnen be stellen. Eveneens worden hier maan delijks 5700 koude lunches bereid en 16.000 diepvries maaltijden. Zij hierbij ver meld. dat er langs de „lang ste geregeld bevlogen route", de Amsterdam-Djakarta-lijn, eveneens maaltijden worden bereid voor verstrekking aan boord. De keuken van de K.L.M. in Caïro fourneert maandelijks 1000 diners, 700 lunches en 2300 ontbijten, in Karatsji zijn de aantallen als volgt: 2400 diners, 23011 lunches en 2800 ontbijten, waarbij wij aantekenen, dat een groot deel van de ont bijten aan de grond wordt genuttigd. Ruim 300 K.L.M.-ers wer ken langs de Azië- en Australië-route aan de ver zorging op culinair gebied. Samen met hun collega's langs andere routes en de 435 man op Schiphol spannen zij dag en nacht alle krachten in om hun „klanten op 3000 M. hoogte", de passagiers van de „Vliegende Hollan ders" een aangename reis te bezorgen. De Kempen is een landstreek die het schildersoog boeien moet. De eenzaamheid rond bos, hei en ven, het ruige en toch tere van het Kempische landschap, de boerendorpen met hun stille maar zwaarmoedige ingetogen heid, hebben vooral in de vorige eeuw tal van landschapschilders tot zich getrokken. Zoals in de schone omstreken van Den Haag de kunstenaars van de Haagse School, zo trokken in de Kempen de Vlaamse paysagisten er met palet en schildersdoos op uit, steeds op zoek naar het in kleur eu vorm weergeven van dat aantrekkelijke en toch zo droefgeestige landschap. In het Tilburgse Paleis-Raadhuis, Oscar Leeuw's architectonische cocktail van ridderromantiek en moderne zakelijkheid, is thans een tentoonstelling ingericht waar werken van Vlaamse schilders, betrekking hebbend op de Kempen, zijn bijeenge bracht. Jacob Smits, de eenzame zwoeger van de niedwere Vlaamse schilderkunst, na aanvankelijke miskenning thans algemeen als een der groten aanvaard, is de centrale figuur van deze expositie. Daarover be hoeft men niet lang te twijfelen wanneer men zijn krachtig werk. sterk persoonlek van karakter, vergelijkt met de romanti serende idyllen en de knap doorwerkte, maar zielloze dorps- en heigezichten van zjjn voorgangers en navolgers in het land van Mol. De sfeer-volle reuzendoeken van Flor Crabeels en de zorgvuldig gepenseelde stukken die Francois de Lamorinière van berkenlaantjes en mulle bospaden, van hei en ven maakte, de gevoelig waarge nomen landschappen van Rosseels, Theo- door Verstraete en Heymans mogen het stemmingsbeeld nabij brengen van hel Kempische land, waarvan Albert van Dyck de simpele mens en Charles Merter.s het armoedige interieur uitbeeldde, geer van deze mindere goden heeft dat grootse die visionnaire kracht waarmee Jacob Smits het wezen van dit land vorm en kleur gaf. De ontmoeting van Jacob Smits met de Kempen is een bijzondere gunst van ds Muzen geweest. Tevoren was Smits in 1856 geboren als zoon van een Rotterdamse decoratie-schilder aen weinig opvallende kunstenaar, wiens activiteit vooral op decoratief terrein lag. Hij maakte b.v. muurschilderingen voor het oude museum Boymans, ont- wjerp wandversieringen voor het Rijks museum en was een tijd directeur van de Haarlemse school voor Decoratieve Kunst. In 1886 vestigde hij zich te Mol en aan stonds blijkt een verwantschap te bestaan tussen de pathetische verweerde Kempi sche vlakte en deze onrustige geest diezo hartstochtelijk naar ingetogenheid zocht Uit Holland bracht Smits de liefde mee voor het eenvoudige landleven en zijn picturale verschijning; in de Vlaamse Volgens de door het C.B.S. verstrekte oo-iopige gegevens vertoont de invoer n Juni. ofschoon deze vergeleken met de >-:ge maand met slechts 1,3 pet is toe- vliemen. wel enige verschuivingen m de goederensoorten. Zo gaf de invoer van oliehoudende zaden, oliën, vetten, weefsels, stoffen kled'ng en vervoermateriaal een dal.ng te zien, terwijl de invoer van ertsen, hout, katoen, ijzer, staal en productem alsmede machines is gestegen. Bij de uit voer kan men ten opzichte van de vorige maand een vermeerdering waarnemen bij de producten: groente, fruit, machines en vervoermaterieel, terwijl de uitvoer van oliën, vetten en minerale oliën is ver minderd. Onderstaand staatje geeft van de In- en uitvoer der goederensoort (zonder pakke- post en diamant) een overzicht (m 1 millioen): 1951 1950 Mei Juni Mei Jum Invoer totaal 938,3 949,7 662.0 690,5 Waarvan: Oranen 69,8 64,6 37,4 32,5 83,3 49,9 45,0 16.2 67,5 36,1 571,9 618,2 377,4 429,0 18,0 68,8 27,4 Oliehoud. zaden 47,4 29,0 26,4 16,9 Oliën en vetten 22,7 15,9 13,2 9,1 Minerale oliën 62,9 58,2 34,6 56,o Steenkolen 24,0 29,2 16,6 27,3 Ertsen 30,5 37,2 22,9 14,4 Hout 30,9 52,5 22,4 34,7 Wol en katoen 31,5 56,5 41,0 42.1 Garens 36,3 33,6 27,9 26,7 Weefsels, kleding 55,4 45,9 56,2 52,7 IJzer, staal en producten 70,7 Non-ferro metalen en producten 32,9 34,6 Machines 74,4 86,2 Vervoermaterieel 40,5 25,7 Uitvoer totaal Waarvan: Vlees (inclusief conserven) 36,5 33,7 18,2 25,3 Zuivel en eieren 72,9 75,8 57,6 54,7 Groenten en fruit 24,7 33,0 19,8 25,2 Choc, en suiker producten 21,6 19,0 18,0 16,5 Oliën en vetten 11,0 5,0 7,5 8,7 Garens 10,7 13,1 8,3 9.5 Weefsels, kleding 46,5 50,8 33,3 36,9 IJzer, staal en producten 24,2 20,4 13,8 14,9 Tin in blokken 26,4 23,2 10,0 13,0 Machines 44,6 53,4 34,6 39,0 Vervoermaterieel 23,2 36,9 16,2 19,7 Het merendeel van de nra- belllferen is, dank z(j de vaak talrijke en uitgebreide schermen, waarmee zij zich tonen, onmiddellijk herken baar, maar er z(jn er ook, die de leek gemakkelijk ln ver warring kunnen brengen: ik denk b.v. aan de waternavel, de kruisdistel en de blauwe zeedistel. Ook de Astrantia's zien er niet in allen dele traditioneel schermbloem- achtig uit. Het zijn geen planten van eigen bodem, maar kruiden, die hoofdzakelijk thuis horen in Midden-Europa; ik mochi er mee kennis maken in het berggebied van het Berner Oberland; het was daar de soort Astrantia major, die grote Astrajitia, die ik er mocht aanschouwen. In som mige handboeken wordt als maximumiengte van deze plant 50 c.M. opgegeven maar in Zwitserland zag ik wel exemplaren, die een meter haalden. Inderdaad bezit Astrantia major, zoals bij de familie van de umbelliferen betame lijk is, heuse bloemschermpjes, maar het eingenaardige geval doet zich voor, das de omwindselblaadjes net zo lang of zelfs langer zijn dan de schermpjes en boven dien wit of rose zijn gekleurd, terwijl zij groengetopt en groengestreept zijn. Ook de kroonbladen van de bloempjes zijn blank of roodachtig aangelopen. Doordat zij dicht op elkaar staan, wordt de in druk gewekt, dat men, evenals bij de samengesteld bloemigen, telkens met slechts één bloem heeft te maken. In de Engelse vertaling van het door Correvon en Robert samengestelde en met vele voortreffelijke kleurplaten versierde boek „Flore Alpine" („The Alpine Flora") wordt in verband met de rangschikking van de omwindselblaadjes dan ook ge rept van „a kind of cup or Henri-Quatre collar" en „a ruff ii la Henri IV". De bloemen staan op lange stengels, wat ook het geval is met de wortelbladen, welke de handvorm vertonen en uit vij, delen bestaan, die ook weer sllpsgewtjze Ingesneden zijn. Speciaal vermelden wij, dat de kleur van genoemde bladeren groen is, omdat de stengelbladeren, tenminste de hoogstgeplaatste. roodgetint kunnen zijn De bloeitijd van Astrantia major valt in de drie zomermaanden. Er bestaan van de plant verschillende verscheidenheden: o.a rosea een variëteit, waarvan de om- windselblaadjes rood tot purperkleur: zijn en pallida (candida). waarbij M of groenachtig wit zijn. De Astrantia. struise en toch sierlijke verschijningen HM bewonen in Zwitserland en elders vooral steenachtige weiden, rotslandschappen en struwelen op hoogten van meestentijds 500—1800 M. Dit geldt voor major. In hetzelfde Alpengebied, maar hoger klimmend, nl. tot 1300—2500 M„ komt eveneens de kleine Astrantia voor, waar* van de Latijnse soortnaam minor luidt. Zij is lang niet zo'n rijzige verschijning als de zoevengenoemde verwante, daar zij zich slechts 15—40 c.M. boven de bodem verheft. De witte schermbloempjes zijn klein en het geheel is gevat in een witte halskraag". De bladeren van deze soort zijn in meer slippen verdeeld dan het ge val is bij haar geslachtsgenote,- maar ook zij is een sieraad van het landschap. Het behoeft niet te verwonderen, dat men de beide Astrantia's een plaatsje in de siertuinen heeft ingeruimd. Zij geven de voorkeur aan een zandige tuinbodem en zijn meer of minder schaduwminnend. De grond, waarin zij wortelen, mag niet te waterhoudend zijn. Terwijl major niet beducht is voor kalk, staat minor, die ook van Juni tot Augustus bloeit, juist te boek als kalkvluchtend of kalkmijdend. Men houde bij het kweken hiermee dus ernstig rekening. De bloementelers zullen u ook nog Astrantia maxima, een Kaukasiër, kunnen bezorgen die omstreeks 5080 c.M. hoog pleegt te worden. De schermbloemen hiervan zijn rose aangelopen, terwijl door het rose van de omwindselblaadjes pur per is gemengd. Er zijn twee vermenig- vuldigings-methodes bij de Astrantia: scheuren of zaaien. Jacob Smits, zelfportret Kempen, te midden van de barre heide en de schamele, stille mensen kwam hij zwoegend en worstelend met de materie, geleidelijk tot die stijl van simpele groots heid die de bezoeker van het Tilburgse Paleis-Raadhuis dadelijk de grootmeester doet herkennen. Corot en tie impressionisten hadden het uitzicht der dingen geschilderd, Smits schildert hun wezen. Hoeveel tastbaarder, materiëler zijn Smits' huizen en bomen met hun vereenvoudigde omtrekken en zware kleuren, en toch hoeveel suggestie- ver en hun synthetische ver* eenvoudiging en mysterieuze verlatenheid. Hij bereikt dit resultaat door zijn ge bruik van het licht. Via een Rembrandt achtig clair-obscur, dat men in zijn in terieurs en etsen aantreft, komt hij ertoe het licht niet langer als een uiterlijke toe valligheid te beschouwen, waardoor de dingen beschenen worden, maar als eeri middel tot openbaring van het diepste wezen van mensen en dingen. De vormen, zwaar geschilderd en veelal dik omliji*!, zijn niet meer dan de weerstand van de dingen tegen het licht. Werken als ...Het gehucht" of „Avond in de Kempen" met hun bijna aan de abstracten verwante eenvoud van vlakindeling zijn hiervoor typerend. Een brede, maar niet ruime hemel, meest grijsblauw; wat lage hoeven warm tegen de aarde gedrukt, een gespan met paard, of enkele boeren, kleine vreed zame wezens in harmonische verhouding tot de omgeving, dat is het thema dat bij Jacob Smits telkens terugkeert. Zijn uitgangspunt was de realiteit. De tekeningen en etsen waarvan in Tilburg een vijftigtal der schoonste bijeen zijn, laten dit duidelijk zien. Maar uitgaande van de realiteit, is hij aldoor zuiverder en onmiddellijker geworden, zoekend naar een vereenvoudiging, ontdaan van al het RINKE TOLMAN. tijdelijke en voorbijgaande, naar het elementaire, dat het eeuwige in zich draagt. Dat is, naast de aard van de voorstel lingen, waarin hij bijvoorbeeld scènes uit Christus' leven zich temidden der Kempi sche boeren fantaseert, het religieuze karakter van het werk van Jacob Smits. De tentoonstelling in het Paleis-Raad huis, waar men de geëxposeerde werken aan vernuftig door ir G. Beekers ont worpen verplaatsbare schotten heeft op gehangen, duurt tot 9 September. (Van onze Haagse redactie). De Amerikaanse televisie-deskundige John Winnie, die in dienst van het State Department een studie-reis maakt door Europa heeft deze week ook ons land bezocht. Zijn deskundigheid ligt niet zo zeer op .technisch gebied als wel op dat van de uitbeeldingsmogelijkheden der televisie. In verschillende landen voert hij o.a. besprekingen over de uitwisseling van televisieprogramma's. Amerika be schikt thans over zes a zeven duizend culturele en onderwijsfilms, welke ge schikt zijn om als televisie-films te wor den uitgezonden. Uit deze voorraad kun nen de verschillende landen, waar tele visie-zendstations zijn, een keuze doen. De gekozen films worden dan gratis be schikbaar gesteld, omdat Amerika deze films beschouwt als een middel om het buitenland in kennis te brengen met het Amerikaanse leven. Op een gistermiddag gehouden pers conferentie heeft de heer John Winnie enkele van deze films vertoond, dieonge- twiifeld met belangstelling door het Ne derlandse publiek zullen worden gezien. Het waren een film over een televisie- cursus aan een Amerikaanse Universiteit, een muziekfilm en een film van eei} Ame rikaanse glazenwasser, die zyn met on gevaarlijk ambacht uitoefent aan de bui tenzijde van een wolkenkrabber. De heer Winnie heeft in Nederland contact gehad met televisie-instanties, bezocht de T.V.-studio te Bussum en de Philips fabriek. Hij sprak zijn grote be wondering uit over hetgeen Philips in drie vier jaar op televisie-gebied heeft gepresteerd. De vice-kanselier van de Australische staatsuniversiteit heeft verklaard, dat Australië geen werkelijke concessies met betrekking tot de wolprys kan doen. Spreker wees hierbij op de besprekin gen welke op het ogenblik door de wo.- commissie van de internationale grond- stoffencommissie te Washington worden gevoerd. Australië kan geen regelingen treffen, die op een of andere wijze de wolprijzen terugbrengen tot een niveau, dat beneden de prijs ligt die de kopers bereid zijn te betalen. Men moet er op rekenen, dat de pro ductiekosten voor wol in de toekomst aan zienlijk zullen stijgen. Australië moet ooK talrijke productiegoederen en grondstoffen invoeren, waarvan de prijzen door de stij gende tendens op de wereldmarkten oe- invloed zijn. Onder deze omstandigheden zou een kunstmatig vastgestelde wolpnjs tot een catastrophe voor Australië kunnen leiden. Het netto-overschot van België ln de Europese Betalings Unie beliep in de maand Juli 56 millioen EBU-eenheden (1 EBU-eenheid 8 1), vergeleken met 67 millioen in de maand Juni. Van het Juli-overschot van S 56 millioen ontvangt België de helft in goud terwijl voor het resterende bedrag erediet aan de FöU wordt verleend. Per uit. Juli bedroeg het Belgische erediet aan de EBU 8 l"5 ""J- lioen, terwijl aan goud in totaal 8 103 millioen ontvangen was. Verantwoordelijke kringen zijn van me ning, dat, tenzij er in de komende week een radicale verandering wordt gebracht in het bedrag dat het land aan de EBU moet verstrekken, België een energieke houding aan zal moeten nemen. Men sprak zijn teleurstelling uit over de grootte van het surplus over Juli en de betrekkelijk geringe daling er van ten opzichte van het overschot over de maand Juni. Het surplus over beide maanden is veel hoger dan het surplus over Mei, dat 38 milli oen bedroeg. Voorts is men ongerust over de veran dering in de positie van Groot-Brittannië ten opzichte van België. In het begin van het jaar was er tussen de EBU-verreke- nlngen tussen de beide landen evenwicht, doch sindsdien zijn de Belgische credieten aan Groot-Brittannië scherp gestegen tot 10 millioen in Mei, 17 millioen in Juni en 8 18.6 in Juli. Hoewel de Britse reser ves in de EBU snel verminderen, zijn ze echter toch nog veruit de hoogste. De „energieke houding" van België zou erin moeten bestaan, dat België een strikte uitvoering van de regels der EBU zou eisen. Te rekenen van September af zou België dan geen erediet meer aan de EBU hoeven te geven. Levering van goederen zal dan slechts tegen be taling in harde valuta kunnen geschie den. In genoemde kringen is men van mening, dat een dergelijke houding al leen in het voordeel van België kan zijn, daar 8 J75 millioen het maximum Is, dat België zou kunnen lenen. Het land heeft nu een grotere bewegings vrijheid, daar het vrijwel geen Mars hall hulp meer ontvangt. Het surplus van België ls bQna iden tiek aan de schuld van Nederland in de E.B.U. De kleine verhoging van het Ne derlandse quotum geeft Nederland even Iets meer armslag, doch weldra zullen de moeilijkheden urgent worden. Na Duits land is nu Nederland het zorgenkind ln de EBU geworden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1951 | | pagina 4