THORN gaat duizendjarig
bestaan vieren
Het Witte Stadje eenmaal een
welvarend Vorstendom
1
Wat de luchtvaartpot zoal schaft...
„De appels bloeien"
Jacob Smits en de Kempen
ASTRANTIA'S
Hogere in- en uitvoer in Juni
Belgische positie in E.B.U. wordt
gevaarlijk
Honderdduizenden „beroemdheden
vormen kleurig mozaiek
Waar een vrouw scepter en kromstaf voerde
Lottums Rozenfeest op komst
Prinses van het H.
Roomse Rijk
Bejubeld
Een verkwikkend boek
Concert in de Kurzaal
Astronomische getallen over
gastronomische gevallen
J
Tuin- en kamerplanten
Nederland wordt het zorgenkind
DONDERDAG 9 AUGUSTUS 1951
PAGINA 4
HOGER DIVIDEND MAHEZ
Abdijkerk
KONINKLIJKE HARMONIE
(EEN EEUW OUD) WORDT
Weg landelijke rust!
Szenkar zoekt het in de variatie
Tentoonstelling in het Tilburgse Paleis-Raadhuis
Gunst der Muzen
ENIGE VERSCHUIVING IN DE
GOEDERENSOORTEN
Uiterste vereenvoudiging
AMERIK. TELEVISIEFILMS
Wereld kan kiezen uit 7000 stuks
AUSTRALISCHE WOL-
PRIJZEN
Werkelijke concessies kunnen
niet gedaan worden
dienden, een behoorlijk stuk brood. De
mensen profiteerden van de abdij en
waren de stiftsdames dankbaar voor de
welvaart die zij genoten.
Franse Revolutie
Maria Cunegonde, de laatste vorstin-
abdis, die te Thorn werd ingehuldigd,
doch' steeds te Trier verbleef, heeft het
nog moeten beleven dat de Franse
machthebbers haar vorstendom bij hun
land inlijfden en enige jaren later de
abdij supprimeerden.
Nimmer is Thorn deze ramp te boven
gekomen. Met de opheffing van het adel-
lijk stift verdween tevens de welvaart
van deze middeleeuwse miniatuurstaat.
Het Witte Stadje werd door de gruwel
der verwoesting geteisterd.
I Het hof der souvereine vorstin-abdis
werd tezamen met de stiftsgebouwen
voor afbraak verkocht. De kostbare meu
belen, fraai bewerkte eikenhouten deu
ren, beroemde schilderstukken, marme
ren schoorsteenmantels zo goed als
alles wat waarde had werden naar
Maastricht, Luik of Maaseyck vervoerd.
Vervolgens dreunden de slagen van
de mokers over het stadje, die ruw en
barbaars vernielden wat eeuwen van
cultuur moeizaam hadden opgebouwd.
De grond lag bezaaid met kapitelen,
kraagstenen, lijsten, gebroken zuilschach
ten enz., die later als dorpels van nieu
we woningen of fundamenten voor stal
len zijn gebruiktSlechts wat brok
stukken van muren zijn overgebleven.
De abdijkerk, die door een der ka
nunniken uit de tweede hand werd te
ruggekocht, is gelukkig voor desastreuze
ondergang gespaard gebleven. Met sPe~
ciale toestemming van Napoleon werd zij
in 1814 als parochiekerk in gebruik ge
nomen. Dit monumentale gebouw, dat
tijdens de laatste wereldoorlog zijn to
renspits verloor, doch overigens door
wijlen architect Wielders geheel gere
staureerd werd, houdt de herinnering le
vendig aan een glorieus Vorstendom, dat
voor goed tot het verleden behoort. Nim
mer zal het wederkeren. De laatste blad
zijde van zijn geschiedenis is volgeschre
ven. E. LOHMAN O.F.M.
Op de 16 Augustus te houden algemene
vergadering van aandeelhouders der N.V
Machinehandel Mahez te Amsterdam zal
worden voorgesteld over het boekjaar
1950 een dividend uit te keren van 9 (8)
procent.
Schilderachtig straatje in het Witte Stadje.
Maria Cunegonde, koninklijke prinses
van Saksen en Polen, vorstin-abdis der
hoogadellijke stiften Essen en Thom,
deed 23 September 1778 haar plechtige
intrede in de residentie van het rijks
vorstendom Thom. In gezelschap van
haar broer, mgr Clemens Wenceslaus,
bisschop en keurvorst van Trier, kwam
zij in het Witte Stadje van Midden-Lim
burg aan.
De ontvangst welke haar bereid werd,
was in één woord vorstelijk. De straten
waren weelderig versierd met erebogen,
bloemfestoenen, kransen en vlaggedoek.
In stramme houding stond voor de
hoofdingang van het Hof de erewacht
opgesteld. De staatsiekoets werd door
een escorte van ruiters begeleid, toen
deze vorstin-abdis onder het gejuich van
haar onderdanen de Immuniteitspoorten
binnenreed. Ridders, graven, baronnen
en edelvrouwen kwamen hun opwachting
maken. De harmonieën nog steeds de
roem van Thom concerteerden om
beurten op het binnenhof der abdij. De
deftige woningen der stiftsjonkvrouwen
trilden op de fundamenten van het da
verend gebulder der saluutschoten, die
ten teken van vreugde door het geschut
werden gelost. En op de grote weide
naast de hoftuin werd in de duistere
avonduren een grandioos vuurwerk
afgestoken.
Wie kon tijdens deze dagen van alge
mene vreugde vermoeden, dat de inhul
digingsplechtigheid van vorstin-abdis
Cunegonde het sluitstuk zou vormen op
de geschiedenis van een vredig vorsten
dom, dat acht eeuwen achtereen had be
staan? Niemand verwachtte, dat de
droevige ondergang zo nabij was
Omstreeks het midden der tiende eeuw
hebben Ansfried, graaf van Teisterbant,
en Hilsondis, gravin van Streijen, zijn
echtgenote, te Thom een abdij gesticht.
Van deze communiteit, die waarschijn
lijk uit Benedictinessen, afkomstig uit
Aldeneijck, bestond, werd Benedicta, hun
dochter, tot eerste abdis gekozen.
Ten einde aan de bemoeizucht van de
graven van Loon, die zich om politieke
beweegredenen met de aangelegenheden
der kloosters meer dan toelaatbaar was
Inlieten, voorgoed een einde te maken,
heeft de RoomS-Koning Hendrik II 4
Juni 1007 Thom tot een onafhankelijk
vorstendom verheven, waarvan de abdij
het middelpunt moest vormen. Hij stelde
deze miniatuurstaat, waaraan markt-,
tol- en landrechten werden verleend,
onder de onmiddellijke bescherming van
het Duitse rijk.
De abdij, waar oorspronkelijk de re
gel van de H. Benedictus gevolgd werd,
werd gedurende de twaalfde eeuw om
gezet in een „keizerlijk vrywereldlijk
rijksstift". Dit werd bestuurd door een
vorstin-abdis, die de titel van prinses
van het H. Roomse Rijk voerde. De
stiftsdames, die in het vervolg kanun
nikessen werden gepoemd, moesten tot
de hoge Duitse adel behoren en acht ot
zestien kwartieren kunnen aantonen.
Met de bouw van de gothlsche abdij
kerk werd in het jaar 1285 begonnen.
Crypte en koor ontstonden het eerst;
daarna kwamen dwarspand, midden
schip en zijbeuken tot stand; tenslotte
werd de kerk met een krans van zij
kapellen omgeven. Het schip bestaat uit
drie beuken, die vijf traveeën diep zijn.
In 1487 was het bouwwerk voltooid
Het weelderige vorstinnenkoor bleef
uitsluitend voor de abdis en haar gevolg
gereserveerd. De stiftdames namen by
het oxaal op het z.g. dameskoor plaats.
De kerkelijke plechtigheden werden ver
richt door geestelijken, die als kanun
niken aan het stift verbonden waren.
In de zeventiende eeuw werden pijlers
en kapitelen bepleisterd. Ook de muur
schilderingen verdwenen onder een
dikke laag witkalk. Toen het kartui
zerklooster te Roermond in 1783 door
keizer Joseph II werd opgeheven, kwam
de Thornse abdijkerk in het bezit van
het hoogaltaar der kapel door Francis-
cis Xaverius Bader vervaardigd, welks
prachtige beeldengroep een voorstelling
geeft van de geboorte van Christus en
het bezoek van de herders. Aan de Evan
geliezijde bevindt zich een in barokstijl
uitgevoerde graftombe van Clara Elisa
beth Gravin van ManderscheidtBlan
kenhelm, de vorstin-abdis die de Lo-
reto-kapel Onder de Linden gesticht
heeft.
Levenswijze
De abdis gedroeg zich volledig als een
vorstin. Zij hield er een eigen hofhou
ding op na. In een gedeelte van de abdij
waren haar particuliere vertrekken on
dergebracht, die in luxueuze inrichting
voor die van een koninklijk paleis niet
onderdeden. Bij gelegenheid van de In
huldigingsplechtigheid legde zij de gelofte
van zuiverheid af. De overige stiftdames
de dekanes incluis mochten desge
wenst in het huwelijk treden.
Zjj leefden zowel werelds als vroom.
Hoewel zij geen religieuzen in de strik
te betekenis van het woord waren, woon
den zij in de abdijkerk geregeld de
godsdienstige oefeningen bij, verrichtten
daar gezamenlijk het koorgebed en leef
den in een bepaalde zij het vrij losse
gemeenschap. Omstreeks de zeven
tiende eeuw lieten zij de fraaie patri
ciërswoningen bouwen, die thans nog
aan Thorn een zowel voornaam als pit
toresk aspect geven.
Wanneer ridders, graven, baronnen,
edelvrouwen, pages en freules haar in de
zomermaanden kwamen bezoeken, gin
gen zij mee op de valkenjacht, gaven
tournooien en rechtten uitgebreide diners
aan.
Haar edelmoedige milddadigheid was
algemeen bekend. Vooral de armen wer
den royaal door haar bedacht. Het be
gijnhof, de Godshuizen, het gasthuis enz.
ontvingen jaarlijks rijke bijdragen. In
dagen van oorlog en rampspoed, by
brand, plundering en hongersnood ston
den zy de behoeftige bevolking op vor
stelijke wijze bij. De gilden bloeiden m
het oude Thron. De ambachtslieden ver
(Van onze correspondent)
Aan de rand van een malse Maaswei
in het Noord-Limburgse dorpje Lottum
troffen wij dezer dagen de oud-president
van de Verenigde Staten Herbert Hoover
aan In een opvallend geel vacantiecos-
tuum. Hij was in gezelschap van de Ame
rikaanse zwemster Edith Helen, een ran
ke verschijning in een badpak van oud-
rose, de knalgele Herr Geheimrat Duis-
berg en de Gnadige Frau Carl Driischki,
die haar avondjapon van wit satijn
droeg. Binnen enkele dagen zal dit
illustere viertal mitsgaders een dikke
millioen andere rozen en roosjes, die
door de natuur met hun schilderachtige
kleuren en door de kwekers met hun
bijna even schilderachtige namen wer
den bedacht, van deze stille Maas
oever verhuizen naar een rumoerige
feestwei: plaats der handeling van Lot
tums Rozenfeest 1951 :op Zondag 12 en
Maandag 13 Augustus.
Daar zullen tienduizenden Herbert
Hoovers en honderduizenden andere be
roemdheden tot en met Fanny Blankers-
Koen pal naast elkaar in de grond wor
den gestopt, tot z® Mn ontzaglijk mo-
zaiek vormen van dertig are grootte:
leeuwen en sprookjestaferelen, reuzen-
sterren en ingewikkelde figuren, één
enorme legpuzzle van meer dan een mil
lioen rozenknoppen en ter waarde van
wel honderduizend gulden. Op dit bloe-
menschilderij viert het Rozendorp Lot
tum met zijn vele gastèn dit jaar een
bijzonder Rozenfeest, besprenkeld door
blanke Rijn- en Moezelwijnen, het goiv
den Limburgse bier en de vurige drup
pels van verlichte fonteinen, die uit de
klare vijvertjes omhoogspuiten.
Twee dagen zal het gedaan zijn met
de landelijke rust, die vier eeuwen bij
na ongestoord bleef hangen rond het
in oude dromen verzonken kasteeltje
dp Borggraaf, een kasteeltje om met
zijn tweeën op te wonen, zei Werumeus
Buning. Vroeger werden de rozenfees-
Olaff 3. de Landell, de schrijver van
de bekroonde novelle „De porseleintafel"
het boekenweek-geschenk 1951, verstaat
de kunst om het smartelijke niet senti
menteel, het plezierige niet uitbundig te
maken. Daarom juist is zijn laatste ro
man „De appels bloeien" (Uitgave F. G.
Kroonder te Bussum), zo'n verkwikkend
bock geworden. Er wordt ons in verteld
over jonker Coen, die na de dood van
zijn ouders bij zijn drie oude, ongetrouw
de tantes op het familiebuiten Wijnen-
dael komt wonen.
Coen's moeder was een actrice en dit
bepaalde niet alleen veel in zijn karak
ter en aanleg, doch het bepaalde even
zeer de houding vain de tantes, die al
zijn echte of vermeende ondeugden op
rekening van deze „schande" schreven.
Gelukkig vond Coen een vriendje, kreeg
een goede gouverneur en bleek tenslotte
de liefde van Tante Lientje een der
zusters,, minder verzuurd dan de an
deren te winnen. Zij bezat zo nu en
dan de moed om het kind in bescher
ming te nemen en zich tegen de beslis
singen van haar verbitterde zusters te
verzetten.
Helemaal zonder lichtpuntjes waren de
kinderjaren van Coen dus niet, maar de
verdrietelijkheden en teleurstellingen
waren toch groter in aantal. De schrij
ver vertelt losjesweg, zonder enige op
zettelijkheid. Coen is een echt joch, geen
papieren kind geworden. Hij kon lief
zijn. maar ook driftig en brutaal. Hij
kon goed comedie spelen, maar toch
evenzeer kinderlijk-openhartig en goed
gelovig zijn.
De jongeman groeide op. Het kind.
dat moest dansen zeer tot ongenoe
gen van de tantes bleek werkelijk
talent te bezitten. Toch werd hij geen
beroepsdanser, want een uiterst merk
waardige ontmoeting veranderde zijn
hele leven. Als getrouwd man keerde
hij op Wijnendael terug en op een dag
in het voorjaar, toen de appels bloei
den en er weer kindergeschrei klonk
in de grote kamers van het buiten,
kwamen de tantes de nieuwe stam
houder begroeten en verzoenden zich,
alsof er niets gebeurd was
Een zonnig en verkwikkend boek,
waar ook de twintvgjarigen veel vreug
de aan zullen beleven. En waar zij onge
twijfeld nog wel eens een tweede maal
naar zullen grijpen-.
ten gevierd op het karakteristieke
dorpsplein; met zijn hoge, knoestige
linden om de oude pomp een der mooi
ste pleinen van Limburg. Maar nu de
42 Lwttumse rozenkwekers hun hon
derdjarige en pas Koninklijk gewor
den harmonie weer een rozenfeest wil
den aanbieden, is men het gaan zoeken
aan de roerloze groene grachten van
de Borggraaf. Het groen der weiden zal
volkomen schuilgaan onder de rozen-
mozaieken, de vijvertjes en de paden.
Een millioen rozenknoppen! Maar wat
is een millioen rozenknoppen op de an
derhalf millioen struiken, die nu nog
hier in Lottum, maar die straks in uw
tuin in bloei staan en in de tuinen en
parken van Duitsland en Canada,
Frankrijk en Noorwegen, Luxemburg
en de Verenigde Staten?
En omdat dit hele feest begonnen is
om de Koninklijke Harmonie zal het na
tuurlijk ook aan muziek niet ontbreken.
Wij bedoelen niet zozeer de dansmuziek
in de tent op het feestterrein, maar de
dertien Limburgse muziek- en zangge
zelschappen, die Zondag op het Rozen
feest hun festival houden. Wie zou niét
in Herbert Hoovers en Frau Drüschki's
schoenen willen staan, om zo feestelijk
en muzikaal in twee dagen tijd ten on
der te gaan in een roes van rozengeur en
kunstlicht?
Dat de Amerikanen, zowel van Noord
als Zuid in de muziek eigenaardige op
vattingen hebben, is wej bekend. _Wat
men moet denken van de „Bachianas
Brasileiras" die de bekende Braliaanse
componist Heitor Villa Lojbos schreef
in de vorm van een Suite zal wel
enigszins individualistisch zijn op te los
sen. Wii kresen gisteravond in het Kur-
hous een Préludë-Modinha _eryan te ho
ren, hetgeen een combinatie is van een
Bachse benaming gekoppeld aan een
Braziliaanse.
Het Preludium in kwestie is voor acht
celli geschreven en doet vormtechnisch
veel buigingen naar de grote Kantor doch
blijft melodisch wel op Braziliaanse bo
dem. Iets wat overigens te aanvaarden
is. Het fragment is intussen zeer wel te
genieten, al is het ook vri.i lang in ver
band met de eenzelvigheid van de mu
zikale kleur. Het werd door de celli-
groep. onder aanvoering van Martin
Zagwijn, goed verklankt.
Szenkar leidde daarna de uitvoering
van Beethovens vijfde symphonie in een
stormtempo. Wil hij nu enkel en alleen
maar eoateren, dan heeft hij hier ver
moedelijk toch niét zijn milieu gevon
den; een prairlebrand levert wel een
imposant schouwspel, doch is doorgaans
echt vernietigend in zijn uitwerking.
Het komt ons voor dat Szenkar inder
daad de bomen van het muziekwoud hier
in brand steekt
Stefan Askenase bracht het eer»te
pianoconcert van Chopin, waaromtrent
inderdaad geen nieuws te verhalen
valt. Askenase. Chopinvertolker bij roe
ping. had een ziiner beste avohden en
speelde met gloed en overtuiging. Daar
voor werd hem nadrukkelijk hulde ge
bracht: de begeleiding sloot wel tame
lijk goed aan, maar was toch anders dan
anders.
Met de Daphnis suite tweede deel werd
het omvangrijk programma besloten.
J. K.
Vreemd kan het gaan in de
luchtvaart. Niet elke dag
worden er levende koeien
vervoerd aan boord van de
vrachtmachines van de KLM,
maar dagelijks gaan er hon
derden kilo's koe met de ge
wone machines mee naar alle
delen van de wereld. De
civiele dienst op de Amster
damse luchthaven Schiphol
verwerkt 360 kg. vlees in de
maand en dat gaat mee de
lucht In: in welke vorm dan
ook.
Zo is het ook met de kip.
Als ééndagsdier gaat 't vaak
bij honderden tegelijk net
luchtruim in om in het bui
tenland een welkome aanvul
ling te zijn van de pluimvee
stapel; als ze iets ouder zijn
neemt de K.L.M. er 500 af
om ze aan boord te verstrek
ken als onderdeel van het
noenmaal of de soep. Tegen
het gebruik van het product
van de kip: het ei, bestaat
ook geen overwegend be
zwaar, gezien 'n maandelijks
verbruik van 50.000 stuks.
Het hoofd van de civiele
dienst kan aan de hand van
de vliegschema's zijn dienst
de voedselschema's laten
opstellen, die een handlei
ding zijn voor de bevoor
rading van de machines. Bij
't samenstellen van voedsel
schema's dient men met tal
van factoren rekening te
houden: route (koude en
warme gebieden), 't klimaat,
de aard van de passagiers
(godsdienst en levensbe
schouwing, waardoor het ge
bruik van vlees of het vlees
van bepaalde dieren soms
niet is toegestaan) en het
seizoen (met het oog op te
verkrijgen primeurs op tuin
bouw gebied).
Voor een belangrijk ge
deelte van deze voedsel
schema's moet de chef-kok
worden ingeschakeld en deze
heeft de verantwoording voor
de samenstelling van de
maaltijden, die door de keu
kenbrigade worden bereid.
Hij bekijkt. of het aanbieder,
van bepaalde spijzen in over
eenstemming is met hetgeen
erna wordt genuttigd en de
maatstaf of iets inderdaad
smakelijk is, wordt voor een
deel bepaald door een aan-
tal mensen, die op gezette
tijden zich rond de tafel
scharen en met verwende
tong en verhemelte proever,
wat er in de keuken is tot
stand gekomen.
Een probleem op zichzelf is
het zodanig samenstellen
van voedselschema's, dat een
passagier, van Djakarta ko
mende en op doorreis via
Amsterdam naar New York,
niet op beide routes dezelfde
maaltijden krijgt voorge
schoteld.
Was het aandeel van de
keuken belangrijk, er zijn
niettemin nog tal van zaken,
die op het voedselschema
voorkomen, doch niet uit de
keuken van Schiphol komen.
Hierbij denken wij aan de
verpakte artikelen, zoals
hopjes en chocolade. Ook
moet niet vergeten worden al
hetgeen uit het entrepot van
de douane komt, zoals 100.000
pakjes kauwgom, 150.000 siga
retten 220.000 zakjes suiker,
3600 kleine flesjes eau de
Cologne, 150 liter eau de
Cologne in grote flessen: al
les in maandcijfers uitge
drukt. En de drank, bestemd
voor apératifs, afterdinners
en slaapmutsjes: 600 liter je
never, 500 liter wiskey, 450
liter cognac, 750 liter cham
pagne, enz. Aan proefflesjes
drank, die door de K.L.M.
als aandenken worden ver
strekt. gaan er per maand
36.000 de lucht ln.
De afdeling boordverzorging
heeft met dit alles de handen
vol en dan is er nog niet
gesproken van de borden,
kopjes, schoteltjes, glazen en
couverts en de dienbladen,
die alle aan boord moeten
gaan.
Voor dit aan boord gaan
zorgt de expeditie, die met
handige kleine autootjes van
de barakken van de civiele
dienst heen en weer rijdt
naar en van de vliegtuigen.
De afdeling bevoorrading zet
alles klaar: het eetgerei en
het diepgevroren voedsel
(waar broodjes bij zijn, die
in diepgevroren toestand et
telijke dagen oud zijn. maar
na ontdooiing knappend vers
worden), de drank en de
sigaretten in verzegelde bak
ken. Ook zogenaamde „klei.
nigheden" mogen niet wor
den vergeten, zoals zout- en
peperstrooiers, mosterd, enz
Uit 'n belangrijke afdeling
van de keuken komen dage
lijks grote hoeveelheden lek
kernijen. Wij bedoelen de
banketbakkerij. Noemen wij
een aantal van 15.000 ge
bakjes per maand, die niel
alleen staan gezien het fe.t,
dat er 27.000 plakjes cake
worden geconsumeerd. Ook
nagerechten in de vorm van
bavarois (pudding) komea
hier vandaan: 4500 porties.
De wagentjes rijden af en
aan. De keuken werkt op
volle toeren. Voorin wordt
naar buiten gedragen, wat
meer naar achteren wordt
klaargemaakt. Een luidspre
ker-systeem is aangelegd om
nagekomen bestellingen en
spoedopdrachten ogenblikke.
lijk te kunnen opgeven aan
de mensen in het wit....
Zij werken gestadig door:
vier ploegen maken het mo
gelijk om de keuken 24 uur
in bedrijf te houden, hetgeen
noodzakelijk is, omdat Schip
hol nooit slaapt en de dag
machines ongemerkt ziet
overgaan in nachtmachines.
Bovendien worden hier per
maand alle 700 kosjei^maai-
tijden bereid, die orthodox
Joodse passagiers kunnen be
stellen.
Eveneens worden hier maan
delijks 5700 koude lunches
bereid en 16.000 diepvries
maaltijden. Zij hierbij ver
meld. dat er langs de „lang
ste geregeld bevlogen route",
de Amsterdam-Djakarta-lijn,
eveneens maaltijden worden
bereid voor verstrekking aan
boord. De keuken van de
K.L.M. in Caïro fourneert
maandelijks 1000 diners, 700
lunches en 2300 ontbijten, in
Karatsji zijn de aantallen
als volgt: 2400 diners, 23011
lunches en 2800 ontbijten,
waarbij wij aantekenen, dat
een groot deel van de ont
bijten aan de grond wordt
genuttigd.
Ruim 300 K.L.M.-ers wer
ken langs de Azië- en
Australië-route aan de ver
zorging op culinair gebied.
Samen met hun collega's
langs andere routes en de 435
man op Schiphol spannen zij
dag en nacht alle krachten
in om hun „klanten op 3000
M. hoogte", de passagiers
van de „Vliegende Hollan
ders" een aangename reis te
bezorgen.
De Kempen is een landstreek die het schildersoog boeien moet. De
eenzaamheid rond bos, hei en ven, het ruige en toch tere van het Kempische
landschap, de boerendorpen met hun stille maar zwaarmoedige ingetogen
heid, hebben vooral in de vorige eeuw tal van landschapschilders tot zich
getrokken. Zoals in de schone omstreken van Den Haag de kunstenaars
van de Haagse School, zo trokken in de Kempen de Vlaamse paysagisten
er met palet en schildersdoos op uit, steeds op zoek naar het in kleur eu
vorm weergeven van dat aantrekkelijke en toch zo droefgeestige landschap.
In het Tilburgse Paleis-Raadhuis, Oscar
Leeuw's architectonische cocktail van
ridderromantiek en moderne zakelijkheid,
is thans een tentoonstelling ingericht waar
werken van Vlaamse schilders, betrekking
hebbend op de Kempen, zijn bijeenge
bracht.
Jacob Smits, de eenzame zwoeger van
de niedwere Vlaamse schilderkunst, na
aanvankelijke miskenning thans algemeen
als een der groten aanvaard, is de centrale
figuur van deze expositie. Daarover be
hoeft men niet lang te twijfelen wanneer
men zijn krachtig werk. sterk persoonlek
van karakter, vergelijkt met de romanti
serende idyllen en de knap doorwerkte,
maar zielloze dorps- en heigezichten van
zjjn voorgangers en navolgers in het land
van Mol.
De sfeer-volle reuzendoeken van Flor
Crabeels en de zorgvuldig gepenseelde
stukken die Francois de Lamorinière van
berkenlaantjes en mulle bospaden, van
hei en ven maakte, de gevoelig waarge
nomen landschappen van Rosseels, Theo-
door Verstraete en Heymans mogen het
stemmingsbeeld nabij brengen van hel
Kempische land, waarvan Albert van
Dyck de simpele mens en Charles Merter.s
het armoedige interieur uitbeeldde, geer
van deze mindere goden heeft dat grootse
die visionnaire kracht waarmee Jacob
Smits het wezen van dit land vorm en
kleur gaf.
De ontmoeting van Jacob Smits met
de Kempen is een bijzondere gunst van
ds Muzen geweest. Tevoren was Smits
in 1856 geboren als zoon van een
Rotterdamse decoratie-schilder aen
weinig opvallende kunstenaar, wiens
activiteit vooral op decoratief terrein
lag. Hij maakte b.v. muurschilderingen
voor het oude museum Boymans, ont-
wjerp wandversieringen voor het Rijks
museum en was een tijd directeur van
de Haarlemse school voor Decoratieve
Kunst.
In 1886 vestigde hij zich te Mol en aan
stonds blijkt een verwantschap te bestaan
tussen de pathetische verweerde Kempi
sche vlakte en deze onrustige geest diezo
hartstochtelijk naar ingetogenheid zocht
Uit Holland bracht Smits de liefde mee
voor het eenvoudige landleven en zijn
picturale verschijning; in de Vlaamse
Volgens de door het C.B.S. verstrekte
oo-iopige gegevens vertoont de invoer
n Juni. ofschoon deze vergeleken met de
>-:ge maand met slechts 1,3 pet is toe-
vliemen. wel enige verschuivingen m de
goederensoorten.
Zo gaf de invoer van oliehoudende
zaden, oliën, vetten, weefsels, stoffen
kled'ng en vervoermateriaal een dal.ng
te zien, terwijl de invoer van ertsen,
hout, katoen, ijzer, staal en productem
alsmede machines is gestegen. Bij de uit
voer kan men ten opzichte van de vorige
maand een vermeerdering waarnemen bij
de producten: groente, fruit, machines en
vervoermaterieel, terwijl de uitvoer van
oliën, vetten en minerale oliën is ver
minderd.
Onderstaand staatje geeft van de In- en
uitvoer der goederensoort (zonder pakke-
post en diamant) een overzicht (m
1 millioen):
1951 1950
Mei Juni Mei Jum
Invoer totaal 938,3 949,7 662.0 690,5
Waarvan:
Oranen 69,8 64,6 37,4 32,5
83,3 49,9 45,0
16.2
67,5
36,1
571,9 618,2 377,4 429,0
18,0
68,8
27,4
Oliehoud. zaden 47,4 29,0 26,4 16,9
Oliën en vetten 22,7 15,9 13,2 9,1
Minerale oliën 62,9 58,2 34,6 56,o
Steenkolen 24,0 29,2 16,6 27,3
Ertsen 30,5 37,2 22,9 14,4
Hout 30,9 52,5 22,4 34,7
Wol en katoen 31,5 56,5 41,0 42.1
Garens 36,3 33,6 27,9 26,7
Weefsels, kleding 55,4 45,9 56,2 52,7
IJzer, staal en
producten 70,7
Non-ferro metalen en
producten 32,9 34,6
Machines 74,4 86,2
Vervoermaterieel 40,5 25,7
Uitvoer totaal
Waarvan:
Vlees (inclusief
conserven) 36,5 33,7 18,2 25,3
Zuivel en eieren 72,9 75,8 57,6 54,7
Groenten en fruit 24,7 33,0 19,8 25,2
Choc, en suiker
producten 21,6 19,0 18,0 16,5
Oliën en vetten 11,0 5,0 7,5 8,7
Garens 10,7 13,1 8,3 9.5
Weefsels, kleding 46,5 50,8 33,3 36,9
IJzer, staal en
producten 24,2 20,4 13,8 14,9
Tin in blokken 26,4 23,2 10,0 13,0
Machines 44,6 53,4 34,6 39,0
Vervoermaterieel 23,2 36,9 16,2 19,7
Het merendeel van de nra-
belllferen is, dank z(j de
vaak talrijke en uitgebreide
schermen, waarmee zij zich
tonen, onmiddellijk herken
baar, maar er z(jn er ook, die
de leek gemakkelijk ln ver
warring kunnen brengen: ik
denk b.v. aan de waternavel,
de kruisdistel en de blauwe
zeedistel. Ook de Astrantia's
zien er niet in allen dele
traditioneel schermbloem-
achtig uit.
Het zijn geen planten van
eigen bodem, maar kruiden,
die hoofdzakelijk thuis horen
in Midden-Europa; ik mochi
er mee kennis maken in het
berggebied van het Berner
Oberland; het was daar de
soort Astrantia major, die
grote Astrajitia, die ik er
mocht aanschouwen. In som
mige handboeken wordt als
maximumiengte van deze
plant 50 c.M. opgegeven
maar in Zwitserland zag ik
wel exemplaren, die een
meter haalden.
Inderdaad bezit Astrantia
major, zoals bij de familie
van de umbelliferen betame
lijk is, heuse bloemschermpjes, maar het
eingenaardige geval doet zich voor, das
de omwindselblaadjes net zo lang of zelfs
langer zijn dan de schermpjes en boven
dien wit of rose zijn gekleurd, terwijl zij
groengetopt en groengestreept zijn. Ook
de kroonbladen van de bloempjes zijn
blank of roodachtig aangelopen. Doordat
zij dicht op elkaar staan, wordt de in
druk gewekt, dat men, evenals bij de
samengesteld bloemigen, telkens met
slechts één bloem heeft te maken. In de
Engelse vertaling van het door Correvon
en Robert samengestelde en met vele
voortreffelijke kleurplaten versierde boek
„Flore Alpine" („The Alpine Flora")
wordt in verband met de rangschikking
van de omwindselblaadjes dan ook ge
rept van „a kind of cup or Henri-Quatre
collar" en „a ruff ii la Henri IV".
De bloemen staan op lange stengels,
wat ook het geval is met de wortelbladen,
welke de handvorm vertonen en uit vij,
delen bestaan, die ook weer sllpsgewtjze
Ingesneden zijn. Speciaal vermelden wij,
dat de kleur van genoemde bladeren groen
is, omdat de stengelbladeren, tenminste de
hoogstgeplaatste. roodgetint kunnen zijn
De bloeitijd van Astrantia major valt in
de drie zomermaanden. Er bestaan van de
plant verschillende verscheidenheden: o.a
rosea een variëteit, waarvan de om-
windselblaadjes rood tot purperkleur:
zijn en pallida (candida). waarbij
M of groenachtig wit zijn. De Astrantia.
struise en toch sierlijke verschijningen
HM bewonen in Zwitserland en elders vooral
steenachtige weiden, rotslandschappen en
struwelen op hoogten van meestentijds
500—1800 M. Dit geldt voor major.
In hetzelfde Alpengebied, maar hoger
klimmend, nl. tot 1300—2500 M„ komt
eveneens de kleine Astrantia voor, waar*
van de Latijnse soortnaam minor luidt.
Zij is lang niet zo'n rijzige verschijning
als de zoevengenoemde verwante, daar zij
zich slechts 15—40 c.M. boven de bodem
verheft. De witte schermbloempjes zijn
klein en het geheel is gevat in een witte
halskraag". De bladeren van deze soort
zijn in meer slippen verdeeld dan het ge
val is bij haar geslachtsgenote,- maar ook
zij is een sieraad van het landschap.
Het behoeft niet te verwonderen, dat
men de beide Astrantia's een plaatsje in
de siertuinen heeft ingeruimd. Zij geven
de voorkeur aan een zandige tuinbodem
en zijn meer of minder schaduwminnend.
De grond, waarin zij wortelen, mag niet
te waterhoudend zijn. Terwijl major niet
beducht is voor kalk, staat minor, die ook
van Juni tot Augustus bloeit, juist te boek
als kalkvluchtend of kalkmijdend. Men
houde bij het kweken hiermee dus ernstig
rekening.
De bloementelers zullen u ook nog
Astrantia maxima, een Kaukasiër, kunnen
bezorgen die omstreeks 5080 c.M. hoog
pleegt te worden. De schermbloemen
hiervan zijn rose aangelopen, terwijl door
het rose van de omwindselblaadjes pur
per is gemengd. Er zijn twee vermenig-
vuldigings-methodes bij de Astrantia:
scheuren of zaaien.
Jacob Smits, zelfportret
Kempen, te midden van de barre heide
en de schamele, stille mensen kwam hij
zwoegend en worstelend met de materie,
geleidelijk tot die stijl van simpele groots
heid die de bezoeker van het Tilburgse
Paleis-Raadhuis dadelijk de grootmeester
doet herkennen.
Corot en tie impressionisten hadden het
uitzicht der dingen geschilderd, Smits
schildert hun wezen. Hoeveel tastbaarder,
materiëler zijn Smits' huizen en bomen
met hun vereenvoudigde omtrekken en
zware kleuren, en toch hoeveel suggestie-
ver en hun synthetische ver*
eenvoudiging en mysterieuze verlatenheid.
Hij bereikt dit resultaat door zijn ge
bruik van het licht. Via een Rembrandt
achtig clair-obscur, dat men in zijn in
terieurs en etsen aantreft, komt hij ertoe
het licht niet langer als een uiterlijke toe
valligheid te beschouwen, waardoor de
dingen beschenen worden, maar als eeri
middel tot openbaring van het diepste
wezen van mensen en dingen. De vormen,
zwaar geschilderd en veelal dik omliji*!,
zijn niet meer dan de weerstand van de
dingen tegen het licht. Werken als ...Het
gehucht" of „Avond in de Kempen" met
hun bijna aan de abstracten verwante
eenvoud van vlakindeling zijn hiervoor
typerend.
Een brede, maar niet ruime hemel,
meest grijsblauw; wat lage hoeven warm
tegen de aarde gedrukt, een gespan met
paard, of enkele boeren, kleine vreed
zame wezens in harmonische verhouding
tot de omgeving, dat is het thema dat bij
Jacob Smits telkens terugkeert.
Zijn uitgangspunt was de realiteit. De
tekeningen en etsen waarvan in Tilburg
een vijftigtal der schoonste bijeen zijn,
laten dit duidelijk zien. Maar uitgaande
van de realiteit, is hij aldoor zuiverder
en onmiddellijker geworden, zoekend naar
een vereenvoudiging, ontdaan van al het
RINKE TOLMAN.
tijdelijke en voorbijgaande, naar het
elementaire, dat het eeuwige in zich
draagt.
Dat is, naast de aard van de voorstel
lingen, waarin hij bijvoorbeeld scènes uit
Christus' leven zich temidden der Kempi
sche boeren fantaseert, het religieuze
karakter van het werk van Jacob Smits.
De tentoonstelling in het Paleis-Raad
huis, waar men de geëxposeerde werken
aan vernuftig door ir G. Beekers ont
worpen verplaatsbare schotten heeft op
gehangen, duurt tot 9 September.
(Van onze Haagse redactie).
De Amerikaanse televisie-deskundige
John Winnie, die in dienst van het State
Department een studie-reis maakt door
Europa heeft deze week ook ons land
bezocht. Zijn deskundigheid ligt niet zo
zeer op .technisch gebied als wel op dat
van de uitbeeldingsmogelijkheden der
televisie. In verschillende landen voert
hij o.a. besprekingen over de uitwisseling
van televisieprogramma's. Amerika be
schikt thans over zes a zeven duizend
culturele en onderwijsfilms, welke ge
schikt zijn om als televisie-films te wor
den uitgezonden. Uit deze voorraad kun
nen de verschillende landen, waar tele
visie-zendstations zijn, een keuze doen.
De gekozen films worden dan gratis be
schikbaar gesteld, omdat Amerika deze
films beschouwt als een middel om het
buitenland in kennis te brengen met het
Amerikaanse leven.
Op een gistermiddag gehouden pers
conferentie heeft de heer John Winnie
enkele van deze films vertoond, dieonge-
twiifeld met belangstelling door het Ne
derlandse publiek zullen worden gezien.
Het waren een film over een televisie-
cursus aan een Amerikaanse Universiteit,
een muziekfilm en een film van eei} Ame
rikaanse glazenwasser, die zyn met on
gevaarlijk ambacht uitoefent aan de bui
tenzijde van een wolkenkrabber.
De heer Winnie heeft in Nederland
contact gehad met televisie-instanties,
bezocht de T.V.-studio te Bussum en de
Philips fabriek. Hij sprak zijn grote be
wondering uit over hetgeen Philips in
drie vier jaar op televisie-gebied heeft
gepresteerd.
De vice-kanselier van de Australische
staatsuniversiteit heeft verklaard, dat
Australië geen werkelijke concessies met
betrekking tot de wolprys kan doen.
Spreker wees hierbij op de besprekin
gen welke op het ogenblik door de wo.-
commissie van de internationale grond-
stoffencommissie te Washington worden
gevoerd. Australië kan geen regelingen
treffen, die op een of andere wijze de
wolprijzen terugbrengen tot een niveau,
dat beneden de prijs ligt die de kopers
bereid zijn te betalen.
Men moet er op rekenen, dat de pro
ductiekosten voor wol in de toekomst aan
zienlijk zullen stijgen. Australië moet ooK
talrijke productiegoederen en grondstoffen
invoeren, waarvan de prijzen door de stij
gende tendens op de wereldmarkten oe-
invloed zijn. Onder deze omstandigheden
zou een kunstmatig vastgestelde wolpnjs
tot een catastrophe voor Australië kunnen
leiden.
Het netto-overschot van België ln de
Europese Betalings Unie beliep in de
maand Juli 56 millioen EBU-eenheden
(1 EBU-eenheid 8 1), vergeleken met
67 millioen in de maand Juni. Van het
Juli-overschot van S 56 millioen ontvangt
België de helft in goud terwijl voor het
resterende bedrag erediet aan de FöU
wordt verleend. Per uit. Juli bedroeg het
Belgische erediet aan de EBU 8 l"5 ""J-
lioen, terwijl aan goud in totaal 8 103
millioen ontvangen was.
Verantwoordelijke kringen zijn van me
ning, dat, tenzij er in de komende week
een radicale verandering wordt gebracht
in het bedrag dat het land aan de EBU
moet verstrekken, België een energieke
houding aan zal moeten nemen. Men sprak
zijn teleurstelling uit over de grootte van
het surplus over Juli en de betrekkelijk
geringe daling er van ten opzichte van
het overschot over de maand Juni. Het
surplus over beide maanden is veel hoger
dan het surplus over Mei, dat 38 milli
oen bedroeg.
Voorts is men ongerust over de veran
dering in de positie van Groot-Brittannië
ten opzichte van België. In het begin van
het jaar was er tussen de EBU-verreke-
nlngen tussen de beide landen evenwicht,
doch sindsdien zijn de Belgische credieten
aan Groot-Brittannië scherp gestegen tot
10 millioen in Mei, 17 millioen in Juni
en 8 18.6 in Juli. Hoewel de Britse reser
ves in de EBU snel verminderen, zijn ze
echter toch nog veruit de hoogste.
De „energieke houding" van België zou
erin moeten bestaan, dat België een
strikte uitvoering van de regels der EBU
zou eisen. Te rekenen van September
af zou België dan geen erediet meer
aan de EBU hoeven te geven. Levering
van goederen zal dan slechts tegen be
taling in harde valuta kunnen geschie
den. In genoemde kringen is men van
mening, dat een dergelijke houding al
leen in het voordeel van België kan
zijn, daar 8 J75 millioen het maximum
Is, dat België zou kunnen lenen. Het
land heeft nu een grotere bewegings
vrijheid, daar het vrijwel geen Mars
hall hulp meer ontvangt.
Het surplus van België ls bQna iden
tiek aan de schuld van Nederland in de
E.B.U. De kleine verhoging van het Ne
derlandse quotum geeft Nederland even
Iets meer armslag, doch weldra zullen de
moeilijkheden urgent worden. Na Duits
land is nu Nederland het zorgenkind ln
de EBU geworden.