U.H.COORSj
SCHILDEREN EN TEKENEN
BEVORDEREN DE GENEZING
Ons
ROMANBIJVOEGSEL
De Boeren-Baron
ONS „SUCCES-PATROON"
VAN
In het kader der bezigheidstherapie wordt
deze behandeling met succes toegepast
V
HOE BESTEL IK MIJN PATROON?
ZATERDAG 22 DECEMBER 1951
PAGINA 4
Kerstmis, feest van licht en geluid. Film, machtig
wapen van licht en geluid. Katholiek en K. F. A.
„Filmforum" voor het forum der filmliefhebbers.
Terug uit het Land der Blautve Wolken. Missionaris
als televisie-ster. Er is iets mis met Betty Grable.
Vittoria de Sica doet niet aan politiek. Clifton Webb
ontdekt een tegenspeelster. Charlie Chaplin gaat zijn
studio verkopen.
Doof dat zuurbranden
op üw maag
met 'n paar Renniez.
etai&gebouw
winkel bel i mrtienngen v
verbouwingen
.voorhaven loi;ld 34971-39012
2500 OORLOGSSLACHT
OFFERS OPGESPOORD
Dienst identificatie en berging
verdwijnt
SPEELGOEDGEWEERTJE
DEED HET TE „ECHT"
IIE l'OHT #1*: 71 I N IM li T A
V- 1.'
„En het Woord is vlees geworden en
Ftot heeft onder ons gewoond". Kerstmis
is het feest van de waarheid, want het
Woord Gods, dat vlees werd, is de Waar
heid en de verkondiging van de waar
heid is de eerste taak van ieder christen,
Kerstmls is ook het feest van het licht
en het geluid. Het feest van het Licht
der Wereld, van de stralende ster van
Bethlehem, het feest ook van de engelen
zang, van het ere aan God In den hoge
en vrede op aarde aan de mensen van
goede wil-
Op dit feest van licht en geluid is het
goed te bedenken, welke machtige wa
pens tot verkondiging en verdediging
van de waarheid het licht en het geluid
van de film kunnen zijn. In deze zin
krijgt het Kerstfeest een heel bijzondere
betekenis voor iedere katholiek, die, om
welke reden ook, belangstelt in de film.
Hij dient zich af te vragen, op welke
wijz>: hij kan helpen en voorkomen, dat
dit nog zo jonge medium wordt mis
bruikt om de waarheid te bestrijden en
hoe hij het zijne kan bijdragen tot de
vervaardiging van goede films, die de
waarheid verdedigen.
Bén der middelen, die ieder ten dienste
staat, is het lidmaatschap van de „Ka
tholieke Fllm-Actle". Iedere katholieke
bioscoopbezoeker, iedere katholiek, die
zich bewust is van zijn verantwoorde
lijkheid jegens de naaste, dient deze actie
voor de goede film te steunen. Metter
daad door eigen smaak en kennis ten
aanzien van de film te ontwikkelen.
Maar tenminste door zijn lidmaatschap,
dat de K.F.A. in staat zal stellen de strijd
voor de goede film voort te zetten.
In deze geest wensen wij onze lezers
een blij en vrolijk, maar vooral een
zalig Kerstmis.
„Katholieke Film-Actie", het orgaan
van het landelijk bureau voor K.F A.,
houdt op te verschijnen. In het zevende
nummer van de tweede jaargang wordt
dit bescheiden periodiek, dat in zijn
korte bestaan heel veel goeds heeft ge
daan, uitgeluid met een artikel, waar
boven de redactie de woorden „Happy
end" plaatst. Een blij einde Inderdaad,
went Het zal worden opgevolgd door een
nieuw filmtijdschrift „Filmforum" ge
heten, dat de doelstellingen van de
K.F.A., maar dan op bredere basis, zal
helpen verwezenlijken.
Het nieuwe blad, dat onder hoofd-
re dactie van A. van Domburg zal ver
schijnen. wordt uitgegeven door de
stichting „Het werk voor de goede film"
(de landelijke K.F.A.) en de bekende
uitgeverij „Foreholte" te Voorhout. Het
kan tevens worden beschouwd als eeA
voortzetting van „Filmfront-Filmstudiën",
ft*t beste filmperiodiek, dat in ons land
ve-scheen, totdat een conflict tussen
'"die en directie er toe leidde, dat het
éi voor filmliefhebbers én voor katho-
-'•en ongeschikte lectuur werd.
Tn de redactie hebben zitting de heren
C. loost, B. Bertlna, mr R. F, Borde-
w:;k. J. Botermans (Brussel), E. Brum-
st ede, A. Koolhaas en J- A. Wlersma,
d:s ook de redactie van „Filmfront"
vormden. Bovendien zijn pater J. P.
Dirkse S.CJ. en dr J. M. L. Peters,
directeur van het landelijke bureau der
Er is iets mis met Betty Grable.
K.F.A. en voorzitter van de K.FC., in
de redactie opgenomen.
Intussen is reeds een proefnummer
verschenen, dat er bijzonder aantrekke
lijk en typografisch uitstekend verzorgd
uitziet en dat o.a. is toegezonden aan
alle abonné's van „Katholieke Film-
Actie". Blijkens een ln dit nummer op
genomen lijst van artikelen, die in het
van 1 Januari as. af maandelijks uit
komende tijdschrift zullen verschijnen,
mogen belangwekkende en sterk geva
rieerde bijdragen worden verwacht over
onderwerpen als: „Wie biepaalt het peil
der filmproductie?", „Karakteristiek van
de tegenwoordige Ihiitse film", Verschil
lende vormen van filmactie in Nederland
en België", „Film-amateurisme onder de
jeugd als opvoedingsmiddel" en „Portret
van de pin up". Voorts worden enige
vaste rubrieken aangekondigd, terwijl
uiteraard de belangrijke actuele films in
elk nummer zullen worden besproken.
Pater Mark A, Tennien van de con
gregatie van Maryknoll, „ster" van de
Amerikaanse succesfilm „Het Wonder
van het Land der Blauwe Wolken", Is
mager maar gezond, na twintig jaren
missiewerk in Zuid-China, in Hong Kong
aangekomen. Hij is door de Chinese
communistische regering uit het land
gezeti
Pater Tennien, die In Vermont (V.S.)
is geboren, heeft als missionaris gewerkt
in het berggebied der Blauwe Wolken in
Zuid-China. In zijn missiegebied was het
aantal bekeringen bijzonder groot. Sinds
1946 hebben zich daar meer dan 12.000
heidenen tot de missie gewend met het
verzoek in het katholiek geloof te wor-
den onderwezen.
Het begin van deze bekering was de
redding van een mandarijn en nog vijf
andere Chinezen door pater Tennien bij
een apto-ongeluk. De hele streek sprak
van de doortastendheid en vriendelijk
heid van de pater bij dit ongeval en de
„goodwill", die hij door zijn kordaat op
treden won, was de hefboom, die de sluis
voor een stroom van bekeringen opende.
De geschiedenis van zijn werk heeft
de stof geleverd voor het scenario van
de film „Het Wonder van het Land der
Blauwe Wolken", die meer dan honderd
maal door Amerikaanse televisie-stations
is uitgezonden.
De film is geproduceerd door de film
maatschappij. die door de Missiecongre
gatie van Maryknoll is opgericht.
Er is iets mis met Betty Grable. Jaren
lang heeft haar ster onverminderd aan
het Hollywoodse firmanent geschitterd-
Nu, zij pog aarzelend, beginnen de film
mensen te mompelen: „Grable is niet
meer, wat ze gewenst is. Al de laatste
Uen jaar niet meer".
En de bewijzen? De studio, waarvoor
ze een gouden geldbelegging was (in acht
jaar tjjds hebben haar films f 50.000.000
opgebracht), heeft haar geschorst, om
dat ze een rol had geweigerd. Deze
schorsing is na zes maanden nog steeds
van kracht.
Voor het 'eerst sinds 1939 de datum,
waarop de Grable-historie begon heeft
men één van haar films de traditionele
première in het Londense West End niet
waardig gekeurd.
Haar baas, Darryl Zanuck. die haar tot
ster bombardeerde, zei kort geleden
over zijn favoriete: ..Ik heb haar ln
maanden niet gezien". Tezelfdertijd gaf
hij bevel om alle registers van het Hol
lywoodse reclame-orgel open te zetten
voor één van zijn andere „ontdekkingen"
veertien jaar jonjvr dan Betty
Mitzi Gaynor, die ook zingt en danst-
Miss Gaynor geen familie van Janet
heeft een film helemaal zoor zich
alleen: „Golden Girl", die door een hele
reeks zal worden gevolgd. En het lot
wil, dat ze werd ..ontdekt" in ,.My Blue
Heaven", waarin Betty Grable de hoofd
rol speelde.
De communistische organisatie voor de
vrede heeft Vlttorfo de Sica, de maker
van films als „De Schoenpo* 'toertjes",
„Fietsendieven" en „Het Wonder van
Milaan", met tien anderen voorgedragen
voor de wereldprys van de trede,
Naar aanleiding van deze voordracht
heeft de Sica verklaard, dat de betrok
ken organisatie politiek bedrijft en dat
h(j alleen prijzen wenst aan te nemen
van verenigingen, die zich uitsluitend
met de kunst bemoeien.
„Der" Johan woont op het ogenblik in
Wenen en gaat binnenkort optreden in
het theater „In der Josefstadt".
Clifton Webb, de onweerstaanbare en
beroemde Mr Belvedere, verstokt vrij
gezel en acteur bij de gratie van zijn
eigen zelfgenoegzaamheid, heeft zijn
ideale tegenspeelster ontdekt ln Thelma
Ritter. Hij loopt met ernstige plannen
rond om met haar een hele serie films
te gaan maken, aangezien hij er zichzelf
van heeft overtuigd de enige persoon
op deze wereld, die Clifton Webb ergens
van kan overtuigen, is Clifton Webb
dat zij de enigla actrice is, die in staat zal
zijn, hem waardig tegenspel te leveren.
Thelma was het kamermeisje van Bette
Davis in de film „All about Eve". Zij is
een bekende Broadway-actrice en is
door Joseph L. Mankiewiez, die haar in
„Letter to three wives" haar debuut op
het witte doek liet maken, naar Holly
wood gehaald.
Charlie Chaplin is tot de ontdekking
Advertentie.
Ad ver tan tl*
'n Wonder, op hoe korte termijn die
helpen. Binnen een paar minuten! Nog
vóór die Rennies zijn gesmolten op Uw
tong, behoort het zuurbranden tot het
verleden Rennies kunt U altijd en overal
innemen, onopvallend, zonder water of
wat ook.
gekomen, dat zijn studio teveel aan on
derhoudskosten vergt (een tekort van
85.000 dollars per jaar). Hij heeft daar
om besloten haar te verkopen, wanneer
hij klaar is met zijn nieuwste film ..Li
melight".
De studio zal hoogstwaarschijnlijk voor
televisie-uitzendingen worden gebruikt.
Chaplin zelf ontvangt trouwens bijna
dagelijks dringende (en verleidelijke)
aanbiedingen van de grote televisie-maat
schappijen. Tot nog toe heeft hij echter
steeds geweigerd.
In de film „Limelight" zal hij de rol
van een Engelse voriëté-artist spelen,
echter zonder zijn traditionele attri
buten.
Arthur Lubin, de regisseur van „Fran
cis" met de fameuze sprekende ezel heeft
medegedeeld, dat de film reeds meer dan
22% millioen gulden heeft opgebracht.
De ezel Francis zal nu optreden in een
film, die speelt in het millleu van de
bekende militaire academie van West
Point, die kort geleden van zich heeft
doen spreken, doordat de cadetten met
de examenopgaven hadden geknoeid.
Herinnert u zich nog de „Nederlandse"
filmacteur Johan Heesters, die vóór de
oorlog placht op te treden in diverse
Ufa-fTlms? Noem ze maar op: „Welsse
schweigen" (dat moesten niet alleen de
vrouwen in de Ufadljd), „Nanon", „Hallo
Janine", „Meine Tante, Delne Tante",
„Frühlungssymphonie", „Die Fleder-
maus" enz.
Clifton Webb heeft zijn ideale
tegenspeelster ontdekt.
(Van onze medische medewerker).
Het is al meer dan 10 jaar geleden dat
de kunstschilder Adrian Hill in het Ko-
ning Eduard VII-Sanatorium te Midhurst
(Sussex) voor tuberculose lag te kuren.
Wat er in een patiënt omgaat is vaak
van hoge menselijke waarde. Een mijner
patiënten zei eens enige jaren na het
herstel van een ernstig lijden: ik ben er
rijker door geworden. Het is do taak
van de psychologie en van hetgeen men
tegenwoordig psychosomatische genees
kunde noemt, om algemene wetmatighe
den in deze ervaringen na te speuren.
De betekenis van talloze psychische fac
toren op het verloop, ja zelfs op het
ontstaan, van menige lichamelijke ziekte
was aan de wijze geneesheer, die behalve
de technische hulpbrenger ook de ver
trouwensman van de patiënt was, van
ouds bekend, zij het dat hem de wetma
tigheid ontging. Bij het langdurige lijden
van de tuberculose hadden de psychische
veranderingen reeds lang de aandacht ge
trokken en menig initiatief om de lijdende
mens Juist qua mens te hulp te komen
is tot ontwikkeling gekomen. Eén daarvan
Is het geval van Hill.
HU beleefde het bevrijdende van de
scheppende arbeid op »Uh ziekbed. Zijn
eerste tekening in het sanatorium was
het kamertje, dat een kleine cel voor
hem was doch dat hem onder Invloed van
het tekenen een grote kamer toescheen.
Andere schetsjes volgden weldra. HU voel
de dat het hem goed deed. De opgewekte
stemming heeft een gunstige Invloed op
het verloop van het tuberculeuze proces.
Hill hielp ook zijn medepatiënt Bert bij
liet tekenen eh weldra'wist hij vele pa
tiënten te doen beleven, dat schilderen en
tekenen hun genezing kunnen bevorderen.
Zo ontstond wat wU thans noemen: de
schildertherapie.
Merkwaardig is dat velschillende perso
nen, die nooit een potlood of Penseel had
den gebruikt, na enige lessen een talent
als niemand verwacht zou hebben, voor
deze beeldende kunst ten toon spreidden.
Het effect van deze schildertherapie
laat zich begrijpen als we denken aan
de verhoogde emotionaliteit, die bij de tu
berculosepatiënt veelal wordt aangetroffen.
Hetzelfde geldt voor de grotere muzikali
teit en andere kunstuitingen, doch we
beperken ons tot de schilderkunst. De
tuberculose schept geen genialiteit, maar
kan zowel door de rust en inkeer die
de sanatoriumbehandeling geeft, als door
de grotere emotionele gevoeligheid het
sluimerende talent tot ontwikkeling bren
gen. Bekende schilders als Paulus Pot
ter, Lucas van Leyden en Watteau heb
ben aan tuberculose geleden.
Hill maakte een heel systeem om de
patiënten voor de kunst te sensibiliseren
en tot activiteit te brengen. Hij hing re
producties van bekende meesters aan de
wand en elke week werden deze op de
zalen verwisseld. Het „schilderij van de
week" werd door hem met de patiënten
besproken. Systematisch werd het zien
van schilderijen geleerd en de kunstzin
aangekweekt,
Eigenlijk behoeft het geen verwonde
ring te wekken, dat de behoefte aan vi
suele prikkels bij de tuberculosepatiënt
vaak groot is als men bedenkt, dat hij
maanden, soms jaren achtereen slechts een
uiterst klein stukje van de wereld ziet.
In verband hiermede wordt ook de grote
behoefte in sanatoria evenals in ge
vangenissen aan geïllustreerde bladen
en het zien van films duidelijk.
Hill had het geluk dat hij geheel be
grepen werd door dr G, Todd, de genees
heer-directeur van het sanatorium, die
direct het belang ervan inzag. De schil
dertherapie is een stuk van de behande
ling van de patiënt geworden en wordt
door de behandelende arts gedoseerd.
Het Britse Rode Kruis (B. R. C. S.)
stelde Hill gedurende de oorlog in de ge
legenheid zijn schildertherapie op grote
schaal toe te passen. Deze organisatie
legde een collectie reproducties van oude
en moderne meesiers aan om deze in de
sanatoria op te hangen, zond teken
leraren uit om de patiënten te bekwamen
en verzorgde voordrachten over kunsthis
torie.
Florence Nightingale, de bekende ver
pleegster, die zulk een grote Invloed heeft
gehad bij het totstandkomen van het
internationale Rode Kruis, schreef ln 1860
reeds over de betekenis van vorm en
kleur voor de genezing; maar thans wordt
dit in het gehele raam van bezigheids
therapie en actievere behandeling beter
begrepen.
Ook in Nederland wordt aan schilder
therapie gedaan en met evenveel succes.
De vele modeshows, welke dit
seizoen gegeven zijn, hebben
elk een eigen karakter, maar in
grote lijnen komen ze toch on
geveer op hetzelfde neer. Men
kan daaruit derhalve opmaken,
wat dit seizoen het meeste in
de smaak zal vallen, en het
meest gevraagd zal worden.
Voor warme winterjaponnen
worden naast ruitstoffen en
pepita ruitjes, ook heel veel
effen japonnen gedragen, al of
niet gegarneerd met een afste
kende strik, ceintuur of iets
dergelijks.
Het hierbij afgebeelde model
is ook bedoeld van effen stof,
met 'n garnering van gestreep
te taftzijde of fluweel. Het rok
je valt iets klokkend en heeft
van voren wat plooien. In de
zijhaan valt een binnenwaartse
zak. De hizonder vlotte garne
ring van het lijfje geeft deze
japon een zeer apart cachet.
De driekwart mouw is eveneens
met een gestreepte manchet af
gewerkt.
Het patroon is verkrijgbaar
in maat 40, 44, 46, 48 a 0.85.
Benodigde hoeveelheid stof
van 130 c.m. breed van 2.75
tot 3.00 Mtr. Voor de garne
ring 50 c.m. van 80 a 90 c.m.
breed.
Plak aan de adreszijde van een briefkaart, naast en buiten de frankeerzegel
het verschuldigde bedrag aan geldige postzegels en zend deze naar
ATELIER CROON, BEATRIJSSTRAAT 4. ROTTERDAM
Vermeld aan de andere zijde duidelijk uw naam, adres, woonplaats en maat
en nummer van het gewenste patroon.
Plak nooit meer dan 1.op een kaart, wat meer geplakt wordt is
waardeloos.
Girostortingen eveneens ten name van Atelier Croon op nummer 271291.
Afgehaald elke dag van 9 tot 12 en van 2 tot 5 uur. Behalve 's Zaterdags.
Het personeel van de dienst Identifi
catie en Berging, welke op 31 Decem
ber a.s. zal worden opgeheven, kwam
gisteren voor de laatste maal bijeen ln
de Nieuwe Frederikskazerne te Den
Haag. Tijdens deze bijeenkomst sprak
de commandant Lt. kol. L. van Oyen,
woorden van dank tot de vertegen
woordigers der organisaties, waarmede
men onafgebroken heeft samengewerkt.
De diensf Identificatie en Berging droeg
sedert zijn oprichting ln Mei 1946 zorg
voor het terugvinden, overbrengen en
herbegraven der stoffelijke' resten van
bijna 2500 Nederlandse oorlogsslachtof
fers. Ook werd door het werk van deze
dienst de inrichting mogelijk van het
Russische kerkhof te Amersfoort en van
het Franse kerkhof te Westkapelle. Ten-
slote verzamelde de dienst de stoffelijke
overschoten van 25000 Duitsers, die
thans begraven zijn op het kerkhof te
IJsselsteijn.
Een jongetje in Amsterdam dat een
speelgoedgeweer had gekregen. meest
men gisteren naar het ziekenhuis bren
gen. omdat het geweertje „echt" ont
plofte. De tienjarige knaap V. had name
lijk een scherpe patroon gevonden en
probeerde of hij daarmee kon schieten.
Het ging met het gevolg, dat de Jongen
verwondingen aan hand en aan het hoofd
opliep, aclufckig W*s h„r niet vu ernstwe
aard. De knaap kon sithans na
ling in het ziekenhuis naar huis terug
keren.
Advertentie.
HOOFDSTUK I.
De koetsier van de oude, muffe vigelante
die mijnheer Jefferies drie kilometer lang
over de ellendigste weg van heel Lan
cashire had geschommeld, hield plotseling
de teugels in aan de ingang van een smal
weggetje. Zich omdraaiend op zijn Uit
plaats. kondigde hij zijn passagier aan,
dat deze het overige van de weg te voet
zou moeten afleggen.
De aangesprokene, een heer van mid
delbare leeftijd met een scherp, baard
loos gezicht, stak zijn hoofd ongeduldig
uit het raam en na eens goed rondgekeken
te hebben, riep hij kribbig:
Ik heb je toch gezegd, me naar
Beckford Hall te brengen, of hoe het
huis van Sir John Beek dan ook heet.
Nou, daar is het huis van Sir John
Beek.
Waar?
Daar, aan 't eind van dit weggetje.
De man knikte in de richting van een
klein, laag grijs huisje, waarachter, zoals
bij iedere boerderij, schuren en stallen
lagen.
Och kom, dat is toch een boerderij?
Natuurlijk, dat is het, antwoordde de
koetsier en glimlachte genoegelijk tegen
mijnheer Jefferies. Maar 't is ook het
huis van Sir John Beek, het enige huis
dat-ie heeft.
Mijnheer Jefferies Staarde zijn gids half
ongelovig, half verontwaardigd aan, als
v oosde hij, dat hem een kool werd ge-
"h maar de ander keek hem zo dood-
>'dig aan, dat hij dat denkbeeld liet
een huis, mompelde hij halfluid.
van de oude familie Beek.
■eb al ij d wel gedacht, dat het een
o familie was, zei de koetsier,
•'e. da! de woorden tot hem ge
won. Maar dan zijn ze toch wel
i a achteruit geboerd.
Dat schijnt wel zo, zei mijnheer Jef-
fer.es Nu, je kunt hier op me wachten,
het - 1 n et to ere lang duren.
De koe'rier knikte, leunde naar voren
en werp een oude daken over de rug
van het paard. Daarna sloeg hij zijn be
nen over elkaar, stak zijn pijp op en gaf
zich ever aan vredige overpeinzingen.
On ;e: wijl liep mijnheer Jefferies voor
zichtig langs het modderige, ongelijke pad.
De heggen aan weerszijden waren keurig
geschoren en zijn blik kon ongehinderd
over een groot, vlak stuk bouwland dwa
len. Aan zijn rechterhand, boven de rand
van de heg uit, zag hij de silhouette van
het hoofd en de schouders van een man
en een epen paarden, die langzaam
voortgingen. De man had zijn hoed diep
In de ogen gedrukt en had een lange, witte
baard.
Daar zijn ze aan het ploegen, zei
Jefferies bij zichzelf en dacht er niet ver
der over na, totdat men hem, toen hij op
de deur van de boerderij geklopt had en
naar Sir John Beek gevraagd, mededeel
de, dat „de baas op het land was".
Maar hij komt nou gauw thuis, voeg
de het stevige, bruinverbrande meisje, dat
hem open gedaan had, er aan toe. We
gaan zo eten.
Is er dan niemand thuis? vroeg Jef
feries na een korte stilte.
Lady Beek ia er, antwoordde het
meisje. Maar ze zal u niet kunnen ont
vangen, ze is druk in de keuken. Komt
u d'r maar in.
Mollyl riep een stroeve stem, vanuit
het huis.
Ja, mylady, antwoordde Molly.
Kom eens eventjes hier.
Molly liet de deurknop in de steek en
vertrok. Intussen kon mijnheer Jefferies
zijn oifigeving eens opnemen. Het was
een schilderachtig gebouw met stevige
grijze muren, boogvensters en een warm,
rood pannendak, maar toch was het geen
passende woning voor een baron,zoals
Sir John Beek. Er liep een smal tegel
pad naar de voordeur, met randen van
bloemen en onder de ramen bloeiden
muurbloemen en stokrozen. Maar het
grasveldje was wild en slecht onderhou
den en rechts lag open en bloot het hele
erf met de varkenshokken en de mest
vaalten compleet.
Jefferies keerde zich om en staarde
weer naar de velden. De paarden waren
aan het einde van de voor gekeerd, nu
zwoegden zij langzaam naar hem toe, het
lentezonnetje viel stralend op het hoofd
van de oude man en deed zijn baard als
zilver glanzen.
Wenst u mijn man te spreken, mijn
heer?
Jefferies draaide zich om en nam een
beetje verschrikt zijn hoed af. Een grote,
oude vrouw stond tegenover hem, met 'n
flink, energiek gezicht en heldere, don
kere ogen. Zij had een katoenen jak aan,
over een wollen rok, een witte schort en op
haar overvloedig grijs haar droeg ze een
antiek, zwart kanten mutsje. Klaarblijke
lijk had zij pas haar mouwen afgestroopt,
wan de ene mouw hing open en terwijl
zij sprak, knoopte zij de andere rustig
dicht. Alles deed zij rustig en bedaard,
haar hele optreden was waardig.
Ja, ik... wilde Sir John Beek spre
ken, maar ik vrees, dat ik ongelegen kom,
stamelde Jefferies. Als was hy nog zo'n
man van de wereld, de vreemde omstan
digheden en een gevoel van onbeschei-
den-zün, maakten dat hij zich niet op
zijn gemak voelde.
Helemaal niet, zei Lady Beek. Als
u iets met mijn man te behandelen hebt,
ls dit het beste uur, want hij is de hele
dag buitenshuis. Mag ik uw naam vragen
mijnheer
Ik heet Jefferies, Robert Jefferies.
Ik geloof niet, dat u of uw man ooit ge
hoord hebben, maar als ik U uitleg, waar
voor ik kom, zult u mijn bezoek veront
schuldigen.
Lady Beck keek hem even onderzoe
kend aan, dan zei zij, dat zij juist dan
tafel gingen en dat hy, als hij hun een
voudige maaltijd wilde delen, welkom
was.
ZiJ bracht hem naar een kamer met
eiken lambrisering, schoof een stoel by
en liet hem alleen.
Jefferies keek de kamer nieuwsgierig
rond, de muren waren helaas in imitatie
hout geverfd. Er lag zeil op de vloer en
de stoelen waren met tryp overtrokken.
Er hing niets aan de muur dan een
paar verschoten portretten hier en daar,
er was geen boek ln de hele kamer.
Toen ging de deur open en kwam een
jongen van een jaar of zes de kamer ln,
een flinke, vierkante knaap met blond
haar en de blauwste ogèn, die ooit ln een
kindergezichtje straalden. In zyn ene
hand had hij een schoen, in de andere een
borstel. Terwyi hy door de kamer liep,
gaf hy nog een of twee vegen, stond dan
Stil vlak voor zijn bezoeker en sprak
hem aan met een plat boeren-dialect,
maar met een biye glimlach.
Oma zei, dat ze vergeten had u te
zeggen, dat we altyd ln de keuken eten.
Dat is maar goed Ook, in dit kille
voorjaarsweer, antwoordde Jefferies
vriendelijk.
Het kind nam hem een paar minuten
ln stilte op, nog met de lach op zyn
gezichtje en wilde toen met de woorden:
Het ls veel warmer ln de keuken,
weer weggaan. Maar de bezoeker riep
hem terug.
Biyf nog eens even, ventje. Hoe heet
Je?
Ik moet eerst aan Oma zeggen, wat
u gezegd hebt, antwoordde de Jongen. Als
ik het gezegd heb, kom lk terug.
Hy draafde weg en verscheen al heel
gauw weer, nog bezig met zyn schoen.
Ik heet John Roger Beck, kondigde
hy aan, op die vroiyke, langzame manier,
die hem eigen scheen te zijn.
O, de Becks heten allemaal John en
Roger, zei Jefferies.
Opa is John, myn vader was Roger,
ik ben John Roger, maar ze noemen me
Roger, omdat de Becks van Beekford om
de beurt zo heten. Myn vader ls dood,
daarom ben ik Roger.
Ach, ls Je vader dood?' vroeg Jeffe
ries. En Je moeder ook?
Ja, zei Roger. D-oö-d.
Ik hoor, dat Je al naar school gaat,
glimlachte Jefferies.
- Nee, schudde Roger heftig. Ik ga
nog niet naar school. Oma leert me en
nicht Jane. Als lk een beetje ouder ben,
ga lk naar een echte school.
Een langzame, zware stap klonk nu op
het tegelpad, dan volgde het geluid van
voeten vegen.
Daar is Opa! riep Roger.
Hij draafde weg en Jefferies hoorde,
hoe hy zyn grootvader vertelde van de
bezoeker.
D'r is een münheer, Opa en hij biyft
by ons eten en we hebben hutspot van
daag en Oma vroeg, of-le 't erg vond, dat
we ln de keuken aten en hy zei van niet.
Hier onderbrak Sir John biykbaar de
confidenties van zijn kleinzoon en kwam
zelf de kamer binnen om zyn gast hoffe
lijk welkom te heten.
Toen Jefferies de lange, eerbiedwaar
dige figuur in de deuropening zag staan,
was hy niet verbaasd de ploeger te her
kennen. Sir John Beck was gekleed zoals
iedere gewone boer, bpna zoals een dag
loner, zyn hoed was verfomfaaid en er
kleefde modder aan zijn handen. Ondanks
dat,- was hp even rustig en deftig als
Lady Beek zelf. zy geleken veel op el
kaar, wat waarschymijk kwam doordat
zy nauw verwant waren, maar Jefferies
merkte op, dat er een zekere goedheid
van de oude baron uitstraalde, welke zyn
vrouw geheel miste.
Het verheugd mij, u te zien, zei' Sir
John. Het spyt mij, dat u moet nemen,
wat de pot schaft, als wij geweten had
den, dat u kwam, zouden wy beter voor
u gezorgd hebben.
Hy sprak zo harteiyk, alsof Jefferies
een oude kennis was, zonder de minste
nieuwsgierigheid te laten biyken naar
wat de gast nu eigeniyk kwam doen.
Jefferies was hem hier heel dankbaar
voor, want hy wilde niet gaarne zyn hof-
feiyke gastheer beledigen. En al kwam
hy met de beste bedoelingen, toch vrees
de hy, dat zyn verzoek de oude heer niet
aangenaam zou zijn.
Ik denk, dat het eten wel zowat op
tafel staat, ging Sir John voort.
We eten precies om twaalf uur, viel
Roger hem in de rede. Kyk 'ns naar
m'n schoenen, Opa. Heb ik zelf gepoetst.
Kranig myn jongen, zei Sir John
goedkeurend. Ga nu gauw je handen
wassen, zorg, dat die smeer er af komt.
Ik zal het ook even gaan doen, mynheer,
als u my even wilt verontschuldigen. Er
zyn hier geen leeglopers, een man kan
niet werken en toch zijn handen schoon
houden. Goddank maakte geen Beek
ooit zyn handen vuil, behalve met eer-
ïyke arbeid.
Zeker niet, zei Jefferies. Een Ietsje
twijfel klonk in zyn stem door. wat de
oude man dadeiyk opmerkte. Hy was al
by de deur. maar nu keerde hy zich om
en keek zijn gast half boos, half vragend
Geen Beek maakte ooit zjjn han
den vuil, tenzy met eerlhk werk, zei hy
nog eens. Als het zou gebeuren, dat een
van ons zich met vuile zaken Inliet, dan
zou hy geen Beek meer z|jn.
Hij had luider gesproken en Lady
Beek kwam haastig de keuken uit.
Wat ls er aan de hand? vroeg zy.
Ik zeg deze heer, dat geen Beek
ooit zpn handen vuil maakte met smerig
werk. riep Sir John met een stem, die
beefde van. emotie.
De oude vrouw keek van de een naar
de ander.
Niemand, die de Becks kent, kan
er andei's over denken, zeide zy. Ga nu
je handen maar wassen, want het eten
staat op tafel. U wilt misschien met my
meegaan, mynheer?
Haar stem was minder vriendelpk dan
eerst en Jefferies meende, dat er een
verontwaardigde blik in haar ogen was
geweest ,toen zij hem aanzag. Nu leidde
zij hem naar de keuken, met dezelfde
rustige hoffelijkheid als eerst.
U moet hier maar zitten, mynheer,
aan myn rechterhand, niet te dicht by
het vuur. Dit ls mijn nicht Jane, ook een
Beek, zoals wy allemaal. Ik ben twee
maal een Beek, anders zou ik niet ge
trouwd zijn, ik kon de naam er niet aan
geven.
Mejuffrouw Jane Beck, was een vale,
niet meer Jonge dame, met een tamelijk
onnozel gezicht, zij antwoordde op deze
woorden met een gegiechel.
Ik zou myn naam er graag genoeg
aan gegeven hebben, als iemand het mu
maar gevraagd had, zeide zy.
De keuken was een lang, laag ver
trek, gezellig met de boogvensters, al
zagen die dan ook op het erf uit; de
lichtbruine muren waren een beetje
berookt. Maar er lag geen vuiltje óp
den vloer, die met zand bestrooid was,
de eiken tafel en stoelen waren melk
wit geboend en de koperen en tinnen
voorwerpen blonken prachtig.
Molly zette een dampende schotel
aan het ene einde en een schaal aard
appelen aan het andere einde, ging
daarna aan een zytafel zitten met drie
of vier knechts, die precies hetzelfde
menu hadden als de Becks zelf.
We kunnen niet beginnen zonder
Sir John, zei Lady Beek, rondziende. Is
Opa bpna klaar, Roger?
Roger wiens stevige handjes nog voch
tig waren van zyn schoonmaak, knikte
en gleed in een stoel naast nicht Jane,
en even later kwam de heer des huizes
binnen, met zün langzame stap, en blijk
baar verdiept in sombere gedachten. Hy
klopte vinnig op de tafel en onmiddeliyk
HU
stonden allen, ook de knechts op. Hy
bad voor, heel langzaam en devoot.
Ik moet me nogmaals verontschul
digen over het uiterst eenvoudig maal,
dat we u voorzetten zei hy daarna.
In vroeger tyden plachten de Becks hun
gasten anders te onthalen. Doch u weet
misschien hoe, bulten onze schuld, on
geluk en tegenslag ons geslacht schynt
te vervolgen. Dat is in het grijze ver
leden al begonnen met verlies en ver
beurdverklaring om politieke rede
nenen de voorspoed is nooit meer
teruggekeerdKyk eens, het land
goed was eens zo groot, het Hep van de
Mersey tót de Ribbleen wat ls er
van over? Een vervallen, oud huis, een
paar «tukken bouwland en de naam.
Nu, dat ie genoeg, zei Lady Beek,
terwijl zij even ophield met het opschep
pen van het eten.
Ah, het is genoeg, dat geloof ik wei,
antwoordde haar man: Het was genoeg
voor my en het zal ook genoeg zijn voor
Roger. Roger is de laatste Beck van
Beckford.
Niet de matste, zei zUn grootmoeder.
Neen niet de laatste, hopen we. zei
Sir John peinzend. Maar je xunt het nooit
weten Wij hadden maar een zoon Sophie,
?n hij stierf jong vergeet dat niet. Ik
was ook de enige zoon. De familie sterft
uit, zoals ook het land ons ontglipt.
Hemel, John, wat ben je somber, riep
juffrouw Jane uit: De longen is toah flink
genoeg en e,r, waren toch nog andere
Becks behalve jij in mijn jonge jaren. Er
was nog een Willem, niet. Sophie? Je
broer, die naar Amerika ging. Hij zal ook
wel getrouwd zijn denk ik....
Jane, zei Lady Beek, eet.
Nou, ik weet wel, dat je dat niet
horen wilt; zei Jane: Maar ik noem het
niet hartelijk. Het bloed kruipt, waar het
niet gaan kan en alles en alles bij elkaar,
was het toch maar een kleine ruzie....
Je weet niet waar j« over praat,
Jane, zei Sir John.
AI keek mijnheer Jefferies strak op zijn
bord, toch had hij met gespannen aan
dacht geluisterd. Hij was evenwel de eer
ste om de ongezellige stilte, die hierop
volgde, te vehoreken.
Uw kleinzoon lijkt niet op u, begon
hy: hij lijkt zeker op zijn moeder.
Hij lijkt cp haar als twee druppels
water, riep de onverbeterlijke juffrouw
Beek uit: Ik heb horen zeggen, dat alle
Hornocks blond zijn.
Hornock Hornock, herhaalde mijn
heer Jefferies. Die naam komt me be
kend voor. Wonen zy niet in Preston?
Daar ziin fabrikanten die zo heten.
Dat kan wel, zei Lady Beek kort.
Ik geloof, dat zij heel rijk zijn, ging
de bezoeker vriendelijk voort. Erg
gezien.
O. ja. antwoordde de oude dame
en daarmee was het afgelopen.
Aan het einde van het maal evenwel
toen Jefferies zijn gastheer en gastvrouw
weer naar de eiken tafel was gevolgd,
begon Lady Beek er zelf over:
Ik wilde er nlot over spreken, waar
het kind of de knechts by waren, even
min in tegenwoordigheid van juffrouw
Beck, die, zoals u wel gemerkt zult heb
ben, wat simpel is. Maar het is nu een
maal zo. dat noch Sir John, noch Ik, het
huwelijk van onze zoon goedgekeurd
hebben.
O, niet? vroeg de ander verbaasd.
Neen, hernam zij. Het trof ons
als een slag, omdat de Hornocks han
delslui zijn.
Jefferies keek van de een na de ander
en onderdrukte een aanvechting om te
lachen. De naam Hornock was niet ai-
leen door rijkdom bekend, maar ook
door voorname connecties. Een tak van
de familie was uitstekend door de grote
wereld in Londen ontvangen en ge
parenteerd aan geslachten, heel wat
hoger in rang, dan de Becks van Beck
ford.
Maar er viel niet aan te twyfelen. de
oudjes meenden hèt.
Ja, toentertijd vonden we het erg,
heel erg, zei Sir John. Er was nooit
een dergelijk huwelijk ja de familie ge
weest, maar er was ook nog nimmer een
Beek geweest, die niet precies wist, wat
nij wilde en onze zoon hield vol.
Kom, kom, laten we het arme ding
de eer geven, die haar toekomt, John,
kwam zijn vrouw tussenbeide. -- Zij
waren gelukkig zolang hij leefde en zij
bleef treuren na zijn dood. Dat mogen
wij niet vergeten. En nu hebben we na
tuurlijk niets meer met de Hornocks uit
te staan.
Jeffries zweeg verbaasd.
Maar de kleine jongen erft ioch
begon hij; toen onderbrak Sir John h m.
Niets van de Hornocks, mijnheer.
Niets. De oude Samuel Hornock ent
de zijn dochter, omdat hij óók of
tegen het huwelijk was, toen hij een
begrepen had, dat wij haar niet g
genoeg vonden. Dat liet ons koud e
voelden er niets voor, het geld van
koopman in de familie te hebben K
zal het best stellen, met wat we h..n
nalaten.het zal veel beter voor li' n
zijn, als hij moet werken, zoals ook k
altijd heb moeten doen.
Het bleef even stil, terwijl Sir J
en zijn vrouw hun bezoeker vol
wachting aankeken
Nu moest ik u maar zeggen
voor ik gekomen bên, zei m.inhee
faries. Ik ben een manusje van
neen, wees maar niet bang. >k
figuurlijk. Ik doe een bedtje aan
kunde, iets aan politiek en ben o.j
soort van bemiddelingsbureau eh
hoedanigheid stel ik me aan u Von
•De oude man keek hem mei. gem
gevoelens van ontstemming en w
zing aan, maar hij sprak niet en Je'
ging verder:
Ik meende uit uw gesprekken aan
tafel te moeten opmerken, dat u rr, ;t,
dat u en uw kleinzoon de enige min'e-
lljka afstammelingen zijn van de Becks.
Wat zoudt u ervan ,l::ggcn. ala ik u
mededeel, dat lk in correspondentie ben
met een heer van dezelfde naam, die ey
aanspraak op maakt, lid van de familie
te zy'n.
Ik zou zeggen, dat zoiets onmoge
lijk w«s, zei Sir John.
Mijnheer Jefferies scheen dit antwoord
verwacht te hebben, want hy glimlachte
naar Lady Beek en sprak haar aan:
Myn correspondent is meer familie
van u dan 9an uw man. Ik geloof, dat
hij de zoon ls van uw overleden broer.
Die bestaat niet, zei Lady Beek
Dat verwondert me niet. merkte tilj
op. Mijn cliënt zegt. dat zijn vader
niet bepaald op goede voet stond met de
familie, teen hij Engeland verliet
Ik wil «r verder niets over horen,
baar 4'r een ongeduldig ge-
Laat me tenminste uitspreken her
nam Jefferies. die op zyn beurt in«e-
duldig werd en kleurde- Dere «mn'g.
heid is veertig jaar oud, maar zelfs nü
ls het dan nog wel tijd om alles te
vergeten en te vergeven. Deze man is
van uw eigen familie, lady Beek en heeft
de beate bedoelingen met u. Omdat hij
weduwnaar is en geen kinderen heeft, wil
hij zyn groot fortuin besteden om uw
familie ln ere te herstellen. Hij wil het
land terugkopen, het huis restaureren.
(wordt vervolgd).