HET ONTBIJT MOET GEEN „STIEFKIND" ZIJN Ons ROM ANBIJ VOEGSEL De Boeren-Baron ONS SUCCES PATROON VAN DE WEEK Nee-n.Akkertje C 658 HOE BESTEL IK MIJN PATROON? Hoofdpijn ZATERDAG 26 JANUARI 1952 PAGINA 4 Nieuwe film van Carol Reed is klaarAls een kwajongen door het leven. Vijf stoelen en een gebroken enkel. Vit het theater en van het theater. „Je bent gek, Dat kan je niet fotograferen'. Vittorio Manunta speelt zijn levensloop voor de film Peppino en zijn ezeltjeJean Simmons als „De- Vrouw van PilatusNieuwigheden in Cannes. Communistische „filmcritiek" in München. Aarts bisschop van Parijs: „Boycott ontoelaatbaar verklaarde films". FILM OVER PAUS PIUS X ROTTERDAM SYMBOOL VAN NEDERLANDS HERSTEL Opdracht aan de filmer Herman van der Horst PILOOT MOLL ZAG ZICH OP TELEVISIE-SCHERM Vruchten een belangrijk onderdeel Het carillon voor Amerika Royaal gebaar van klokkengieters De man, die volgens sommigen op het ogenblik de beste film-regisseur ter •wereld is, de Engelsman Carol Reed, heeft zijn nieuwste en grootste film „An Outcast of the Islands" aan het Condense publiek gepresenteerd. Een oordeel over deze film zullen we ons voorbehouden, tot we haar hebben gezien. Maar ze behoort wel goed te zijn, want van 'n man als Reed, die „Odd Man" Out", „Fallen Idol" en „The Third Man" maakte, mag iets bijzonders worden ver wacht. Bovendien is hij er twee jaar aan bezig geweest. Deze „slow-motion" (vertraagde op name)-productie heeft Reed's geldschie ter, met name een Londense zakenman Drayton geheten, heel wat grijze haren bezorgd. Maar Reed zelf heeft er niet ééntje verloren. Want hij komt er rond voor uit. dat hij absoluut geen belang stelt in de financiële kant van de filmerij. Hij probeert alleen de beste resultaten te krijgen uit een huwelijk tussen zijn ongetwijfeld grote talent en het beschik bare materiaal. Het grote verschil tussen Reed en de meeste andere filmregisseurs is, dat hij zich nooit tevreden stelt met op één na het beste. Hij is een lange man, dik en tegelijk jongensachtig. Daardoor ziet hij er vol gens de Engelse filmjournalist Paul Holt uit als een uit zijn krachten groeiende schooljongen, zodat men onwillekeurig kijkt, of zijn polsen niet uit z'n jasje «teken. Reed doet niets om die indruk weg te nemen, want hij gaat als een onverbe terlijke kwajongen door het leven. Alan Melville, de toneelschrijver, kan zich nog heel goed de tijd herinneren, toen ze samen in Parijs waren op zoek naar een filmverhaal. Toen ze daar het George V Hotel bin nenkwamen, ontdekte Reed een stel ver gulde stoelen, die op een rijtje stonden Hoewel doodernstig en zo nuchter als 'n pasgeboren kalf, vond hij het absoluut noodzakelijk om te zien, over hoeveel ervan hij springen kon. En hij had pas z'n zin, toen hij over vijf stoelen tegelijk gesprongen was en zijn enkel had ge broken. Reed komt uit het theater ep is van het theater. De grote liefde van zijn leven zijn toneelspelers als hijzelf ac teert. Op hun beurt zijn zij gek op hem. Hij kan een hele dag met een speler bezig zijn om een bepaalde scène goed te krijgen. Hij zal geduldig luisteren naar diens opvattingen over de rol en belang- lend toezien, hoe hij die in practijk brengt. En aan het eind van de dag kan men hem nog steeds horen zeggen, met de ernstige stem van een chirurg, die heeft besloten toch maar tot opereren over te gaan. „Ja, ja, ja, ja. Schitterend. Prachtig. Zullen we het nu nog eens proberen?" Georges Penrinal, een van de beste ca meramannen, deed gedurende de pro ductie van een film („The Fallen Idol") niets anders dan monotoon zeggen: „Je bent gek. Dat kan je niet fotograferen. Het is onmogelijk". Waarop Reed afwezig antwoordde: „Ja, ja, ja, ja. Onmogelijk. Volkomen juist, onmogelijk. Ben je klaar, Georges?" Het was Edgar Wallace, die Reed bij de film bracht. „Ga films maken, mis schien zit er wat in", zei deze wijze schrijver, toen Reed uit New York terug keerde, waar hij met groot succes zijn misdadigersstuk „On the Spot" voor het toneel had geproduceerd. Het was een groot geluk, dat Reed in de studio's direct kennis maakte met een voortreffelijk vakman als Basil Dean, die op dat ogenblik zijn energie en talenten wijdde aan de eerste Geroge Formby- en Gracie Fields-films. Dean leerde Reed, hoe belangrijk de intuïtie van de toneelregisseur is bij het maken van films, hoe groot diens be kwaamheid ook moet zijn. Het vertellen van verhalen is niets anders dan het publiek laten kennis maken met mensen van vlees en bloed. Een kunst, die het toneel verstaat, terwijl de film, vooral toendertijd alleen maar types kende. Reed's motto luidt: „Doe nooit aan koehandel". Daarmee bedoelt hij. dat wie een verhaal te vertellen heeft, dat moet doen zonder er aan te knoeien met het oog op de „ster", die toevallig beschik baar is. En zijn grote succes als film regisseur is waarschijnlijk voor een goed deel te danken aan de koppigheid, waar mee hij zich aan dit principe houdt. De kleine Vittorio Manunta, die op 25 Augustus 1941 in Rome het levenslicht zag, maakt als Peppino. een Italiaans oorlogsweesje, zijn debuut op het witte doek in de film „Never take no for an answer" (Neem nooit genoegen met nee als antwoord) van Anthony Havelock- Allan. De rol, die dit ventje in de film heeft te spelen, lijkt maar al tezeer op zijn eigen levensgeschiedenis. Want Vittorio werd tijdens de oorlog op 5-jarige leef tijd wees. Zijn vader Pietro sneuvelde en zijn moeder Maria Maddalene. kwam tijdens een relletje om het leven. Vit torio werd in een Romeins weeshuis op genomen, waar hij bleef, tot de gravin Carol Reed: als een kwajongen door het leven. van Berkeley, dochter van wijlen John Lowell uit Boston, die tijdens de oorlog bij het Amerikaanse Rode Kruis werk zaam was, het weeshuis bezocht en het ventje adopteerde. Vittorio woont nu met zijn weldoenster in Assisië in een prach tig oud klooster. Daar kwam op een goede dag Anthony Havelock-Alian op bezoek, die Italië afzocht naar een kleine jongen om de rol van Peppino te spelen in de filmversie, welke hij van Paul Gallico's verhaal „Never take no for an answer" ging maken. Toen hij de kleine jongen zag, wist hij, dat hij niet verder hoefde te zoeken en na lang aandringen kreeg Vittorio toestemming om de rol te spelen. Vittorio hield van het filmwerk als de spreekwoordelijke eend van het water en zijn aanpassingsvermogen bracht de ervaren filmgroep, die met hem werkte in verbazing. In de rol van Peppino speelt Vittorio, zoals gezegd, gedeeltelijk zijn eigen le vensgeschiedenis, want ook de kleine jongen in de film is een oorlogswees, die dol is op een ezeltje, Violetta. Deze twee zijn onafscheidelijk. Samen halen ze hun kostje op met het vervoer van goederen voor de burgers van Assisië. Maar Vio letta wordt ernstig ziek en de kleine Peppino is troosteloos. Hij gaat naar zijn vriend en raadsman, pater Domaco om te vertellen, dat de veearts niets voor het zieke dier kan doen. Peppino gelooft, dat St. Franciscus, die van alle dieren hield, Violetta best beter zou maken, als het ezeltje maar naar de crypte in As- sissië mag worden gebracht, waar het lichaam van de grote heilige rust. Pater Damaco vraagt de overste van het kloos ter, daartoe zijn toestemming te geven. Maar deze heeft er bezwaar tegen om een muur te slopen, teneinde een ezel toegang te verlenen tot de crypte. Pep pino geeft de moed echter niet op en op advies van een Amerikaanse korpo raal. die hem tijdens de oorlog verzorgde, houdt hij vol en dringt zelfs tot de Paus door, die onder de indruk van het grote geloof van het kind, de weg voor hem vrij maakt. De kleine Vittorio Manunta speelt deze rol onder leiding van Anthony Havelock-Allan met een gevoel en be grip, die zeldzaam zijn voor een kind van zijn leeftijd. Men weet nog steeds niet, wie zich zal belasten met de regie van de film, die naar de Bijbel-fantasie van Clare Booth „De Vrouw van Pilatus", zal worden gemaakt. René Clair, die, zoals we enige tijd ge leden hebben gemeld, naar Hollywood was gereisd om de plannen te bestude ren, is naar Europa teruggekeerd, zonder met de producenten tot overeenstemming te zijn gekomen. Intussen wordt thans gemeld, dat de titelrol van deze film zal worden gespeeld door de Engelse actrice Jean Simmons. Zij heeft dit engagement l» danken aan haar persoonlijk succes in de filmversie naar Bernard Shaw's komedie „Andro- cles and the Lion" waarin zij de christin Lavinia vertolkt. Op het vijfde Internationale Filmfesti val, dat van 23 April tot 10 Mei in Can nes zal worden gehouden, zullen enkele nieuwigheden worden ingevoerd. Aller eerst wordt een „Film-jaarbeurs" gehou den in één der bioscopen van de stad. waar vaklieden en critici een keur van filmwerken uit verschillende landen zui len kunnen zien. Anderzijds zullen er breedvoerige de batten worden gehouden tussen Franse en buitenlandse filmproducenten en technici ter uitwisseling van nuttige ideeën en suggesties over filmproblemen. Tenslotte zal de Cinematheque Fran- paise hulde brengen aan de overleden Robert Flaherty („Nanook""), „Man of Aran", „Elephant Boy" en „Louisiana Story") door het vertonen van onuitge geven werken van deze filmer. In München hebben de communisten hun gebruikelijke intimidatle-methodas toegepast door tijdens de première van de anti-communistische film „Crossroads of Freedom" (Kruispunt der Vrijheid), waarover heel wat te doen is geweest, met stinkbommen en flessen vol am moniak te gaan smijten. Politiemannen in burger, die zich onder de 2300 toe schouwers in Münchens grootste bios coop, de „Kongress-Saal", bevonden, arresteerden de demonstranten. Tijdens de eerste vertoning van de film in West-Berlijn in November van I verleden jaar werden door de commu- j nisten eveneens stinkbommen en pam- j fletten geworpen tijdens een scène, waar- j in een Russische soldaat een Duitse vrouw poogt te overweldigen. De door de West-Duitse filmindustrie in het leven geroepen commissie voor vrijwillige censuur op films te Wiesbaden had de openbare vertoning van de film in West-Duitsland en West-Berlijn ver boden, tenzij zekere gedeelten van de dialoog zouden worden geknipt. De pro ducent beloofde, de gewenste c'cpuires aan te brengen, waarna de commissie toestemming tot vertoning van de film verleende. De aartsbisschop van Parijs, mgr Fel- tin, heeft de katholieken opgedragen om alle films te boycotten, die door het Centrale Katholieke Filmbureau ontoe laatbaar zijn verklaard. De katholieken in dit land hebben ten aanzien hiervan niet de nodige discipline betracht". De aartsbisschop betoogt verder, dat de Franse filmindustrie een ziel nodig heeft en hij spoort alle leden van de filmin dustrie aan niet uitsluitend uit te zijn op onmiddellijk gewin en de productie van prulfilms te vermijden. Pierre Fresnay, aangezocht voor de hoofdrol, had reeds voor de rol van Luther gecontracteerd Onder de titel „Mensen zien de hemel" zal vermoedelijk in Maart een film uit komen, die het leven en werken van de Zalige Pius X in beeld brengt De rol van de Paus wordt daarin vertolkt door Andrew Dunn, omroeper bij Radio Vati- cana en vroeger kolonel in het Engelse leger. De regisseur van de nieuwe film, Um- berto Ssapelli, had voor deze rol eerst de Franse speler, Pierre Fresnay, aange zocht. Deze echter moest verstek laten gaan, omdat hij reeds door een Franse filmonderneminig voor de rol van Maar ten Luther was gecontracteerd. Andrew Duun is geboren in Zuid-Rho- desia en kwam voor heit eerst in Rome, toen hij acht jaar geleden de opmars van het achste leger meemaakte. Toen de Duitsers de stad ontruimd hadden, bleef Dunn in Rome. Daar werd hij schrijver en 'toneelspeler en later Engelse omroe per bij Radio Vaticania. De film zal ruim een miïlioen gulden kosten en wordt vervaardigd met goed keuring van het Vaticaan- Mgr Terzariol is belast met de supervisie, prof. Eugenio Bacohio heeft het scenario geleverd- Heel het leven van Pius X wordt in deze film in beeld gebracht, ook het conclaaf, tij dens hetwelk de kardinalen hem tot Paus kozen De Nederlandse filmer Herman van der Horst die o.a. de voortreffelijke documentaire ,,'t Schot is te boord" heeft vervaardigd, heeft van het „Mutual Security Agency" opdracht ontvangen voor het maken van een film over het economische herstel van Nederland, zo als dat mede dank zij het Marshall-plan tot stand is gekomen. In de film, voor het vervaardigen waarvan vandaag het contract is getekend, zullen de econo mische vorderingen van Nederland in hoofdzaak worden gesymboliseerd door het herstel van Rotterdam. Het is de bedoeling,, dat de opdracht dia voor jaar zal zijn uitgevoerd. Gedistingeerd japonnetje, een voudig van lijn, voordelig van stof, maar juist door zijn een voud bizon der chic. De rug van deze japon is ge heel glad, en heeft in de taille een paar coupenaadjes. Het lijfje heeft een grote over slag en sjaalkraagje. De plooi in de rok sluit aan op de overslag. De knopen lopen ook door op de rok. De mouw is lang, gegarneerd met een geruite of gestreepte manchet, waarvan ook de rever, ceintuur en slip op de rok ge nomen zijn. Het meest voldoet de garne ring als zij van taftzijde gemaakt wordt. Dit hlijft mooi stevig in het dragen. Het patroon is verkrijgbaar in maat 40, 42, 44, 46, 48 a 0.85. 2 tot 2.50 Mtr. stof van 130 c.M. breed is er voor nodig. En voor de garnering 90 cM- van 90 breea Plak aan de adreszijde van een briefkaart, naast en buiten de frankeerzegel het verschuldigde bedrag aan geldige postzegels en zend deze naar ATELIER CROON, BEATRIJSSTRAAT 4, ROTTERDAM Vermeld aan de andere zijde duidelijk uw naam, adres, woonplaats en maat en nummer van het gewenste patroon, Plak nooit meer dan Iop een kaart, wat meer geplakt wordt is waardeloos. Girostortingen eveneens ten name van Atelier Croon op nummer 271291. Afgehaald elke dag van 9 tot 12 en van 2 tot 5 uur. Behalve 's Zaterdags. Een nieuwe hulde viel de K.L.M.-gezag voerder Moll gisteravond ten deel, nadat hem reeds bij zijn aankomst op Schiphol, na afloop van zijn honderdste retourvlucht naar Indonesië, een grootse ontvangst was bereid. Enige uren na zijn aankomst op de Amsterdamse luchthaven bevond Moll zich namelijk in een café-restaurant aan de Ceintuurbaan te Amsterdam, waar hij temidden van de talrijke bezoekers zijn eigen huldiging op 'n grootbeeldte'evisie apparaat aanschouwde. Dr Plesman overhandigde zijn jubileren de gezagvoerder op Schiphol dus ook op het televisiescherm, een wereldatlas, „op dat hij later nog eens kan nazien over welke landen hij in zijn loopbaan heen- gevlogen heeft". Commodore Moll ver telde nog dat hij van plan is de stuur- knuppel nog twee jaar trouw te blijven. Na de televisie-uitzonding zongen alle aanwezigen de heer Moll toe. Het ontbijt is het stiefkind onder de maaltijden. Doen we moeite om onze warme maaltijden afwisselend en sma kelijk te maken en zorgen we ook voor verschillende belegsels bij de tweede broodmaaltijd over -het ontbijt denken we niet lang na en aan het klaarzetten besteden we vaak weinig zorg en tijd. Ja. terwijl we er niet over zouden den ken om een van de andere maaltijden over te slaan, komt het zelfs voor, dat het ontbijt er geheel -bij in schietEr is z.g. geen tijd voor of men denkt de sJanke lijn te dienen met een lege maag. Het weglaten van het ontbijt bevor dert echter noch de ,,lijn", noch de ge zondheid. Uit een behoorlijk ontbijt moeten wij onze energie putten om in de morgen uren ons werk te kunnen doen, hetzij op het land. op kantoor of werkplaats, in huis, op school of waar dan ook. Hoe zouden we anders aan arbeidskracht en fut moeten komen? Van de lucht kun nen wij niet leven. „Rammelen' is bo vendien onaangenaam voor ons zelf en onze omgeving. Afgesproken duseen ontbijt zal er zijnmaar dan ook een goed ont bijt, waar we iets aan hebben. Het feit alleen dat er gegeten en gedronken wordt is niet voldoende. Van een slecht gekauwde voedselmassa .bijvoorbeeld van hompen brood, die naar binnen ge spoeld worden met te hete thee. hebben we meer last dan ptofijt. Kinderen, die gejacht worden bij iedere lepel pap, krij gen een hekel aan eten. Neen, een goed ontbijt wordt in de eerste plaats rustig gebruikt. Ten tweede is een behoorlijk ontbijt ook goed samengesteld. Dit be tekent voor de kinderen en jongelui, melk of karnemelk als drank of warme of koude pap. Vinden ze dit kinderach tig, geef hun dan een goed voorbeeld en doe er aan mee het zal ook u ten goede komen Is er 's ochtends niet genoeg tijd voor de bereiding van pap, dan kan deze de avond te voren gekookt worden en voor het ontbijt opgewarmd of vermengd met hete of koude melk. Geef een kopje thee daarna, als een warme drank op prijs wordt gesteld. Het gebruik van fruit of vruchtensap (Advertentie) aan het ontbijt is een gezonde buiten landse gewoonte. die ook hier in de smaak zal vallen. Een boterham met ap pel of ramenas hoeft niet duurder te zijn dan een met jam, koek of ander zoet belegsel. Ook vruchtencompóte of -moes vormen een smakelijke broodbelegging. De zoe tigheid willen wij U niet ontnemen, maar belangrijker is, dat er voldoende plaats wordt ingeruimd voor (rauwe) vruchten en groenten, en dat er vol doende kalkrijke levensmiddelen wor den genuttigd: per dag een halve liter melk en een plak kaas. Naast deze levens middelen, niet inplaats ervan, geven wij de zoete smeersels en strooisels. Een goed ontbijt zal er als volgt uit zien: melkdrank of pap (deze iaarste liefst gezoet met stroop of bruine sui-" ker), brood met boter of gevitamineerde margarine, rauwe vruchten of groenten zoals radijs, ramenas, tomaat of geweek te gedroogde vruchten of gestoofde vruchten. Volwassen kunnen inplaats van de melk kaas gebruiken, de opgroeiende kinderen geven we liefst beide. Daar naast komen dan desgewenst zoet beleg sel en thee of koffie, al naar men ge wend is. U zult ondervinden, dat de goede in vloed van zo'n welverzorgde eerste maal tijd -de hele dag merkbaar blijft! De carillanklokkengieters, de firma's Van Bergen te Heiligerl-ee, Petit en Fritsen te Aarle-Rixtel en Eysbouts te gezamenlijk de klokken van de beiaard zulllen gieten, welke door het Nederlandse vol-k aan de Verenigde Staten zal worden aangeboden, hebben zich bereid verklaard dit werk tegen de kostende prijs en zonder enige wkist te verrichten. Ter propagering van de komende actie voor het Nederlandse geschenk zullen begin Februari drie reizende beiaards afkomstig van bovengenoemde firma's door ons land trekken. Eén beiaard zal het Westen van ons land bezoeken, een andere het Oosten en da derde het Zuid-en. 7) Betty staarde met onderzoekende blik ken in de spiegel. Zij stond er op, er ouder uit te zien, zij wilde ouder lijken als zij zich voelde. Het was een van de vervelendste dingen des levens voor Betty, dat niemand haar wilde beschou wen als: „groot". Haar moeder sprak als regel van haar als „het kind", haar vader noemde haar: „mijn kleine meid" en de neven deden, zoals zjj altijd gedaan hadden, en, wat Betty verschrikkelijk vond: zij namen haar niet au serieux. Maar vandaag kwam Roger en Roger was altijd lief voor haar, daarom hoopte zij, dat Dick en de neven zich door hem zouden laten beinvloeden. Dick was steeds meer ge nietbaar, als Roger een poosje gelogeerd had, hij was over het algemeen aardig genoeg, zolang haar plannen met zyn ideeën strookten, maar hij had er een handje van, haar te doen voelen, dat zij toch nog maar voor spek en bonen telde. Vandaag mocht zij echter met hen naar een cricket-match, die Dick georgani seerd had, omdat hij er zo dol op was. De match zou plaats hebben op het veld van een buurman en er moest en zou een vroegere nederlaag gewroken wor- d6Betty's eenvoudige witte mantel en hoed lagen klaar. Haar rok was een paar centimeter langer dan die, welke z(j tot nu toe gedragen had en zq was er met weinig trots op. Ik wil wat meer een groot mens lijken, Griggs, zeide zij klagend. Het spijt mij voor u, miss, maar dat doet u nog niet. Betty draaide haar hoofd naar links en rechts om zich goed te bezien. Het was een lief gezichtje, dat haar vanuit de spiegel aanzag. De diep-blauwe kin derogen onder de lange wimpers waren een beetje donkerder geworden, naar frisse wangen hadden nog de tim van een pas ontloken roos. Maar dat Betty kerngezond was, getuigden haar helder rode lippen. De kritiek van Griggs was zonder twijfel waar, de ronding van wangen en hals was absoluut kinderlijk. Kinderachtig, zei Betty zelf met on tevreden stem. Uw haar zit prachtig, miss, zei Griggs. Ik heb het zoveel mogelijk naar achter geborsteld, maar u heeft zoveel krulletjes, dat je de vorm van het hoofd toch bijna niet ziet. Betty was een beetje getroost en kwani spoedig daarna de eetkamer binnen met een air, dat buitengewoon waardig ge noemd kon worden. Hoera! riep Sam. Daar is Betty, op en top een dame. De neven uit Schotland keken haar eens onderzoekend aan, maar konden toch niet vergeten, dat zij het meisje was, dat gisteren nog met wilde, flad derende manen had rondgelopen en be handelden haar met een soort neerbui gende vriendelijkheid. Lady Anna was niet beneden, zij moest wegens een lichte verhoudheid haar kamer houden De enige aanwezige gast was majoor Rick- staed, die kort geleden uit Indië terug gekomen was, een vriend en oud school kameraad van mijnheer Hornock. Hij was bruin en mager met grijzend haar en grijze ogen, die glinsterden als hij naar het geplaag en gepraat van de jongelui luisterde. Hij was al half op staan, toen Betty binnenkwam, maar de neven waren vlugger dan hij en hn ging weer langzaam zitten. Toen Betty naar hem keek, zag zij, dat zijn ogen vol bewondering en verbazing op haar gevestigd waren. Betty zou vervuld zijn geweest van triomf, als zij geweten had, wat hem door het hoofd speelde, maar daar hij het natuurlijk niet uitte, wist zij het niet. Zij vond de vriend van Papa een aardige vent en hoopte, dat de an deren zouden merken, hoe keurig correct hij haar behandelde. Onderwijl snapte zij vrolijk tegen hem en zette een menigte theorieën uiteen over de meest verschillende onderwer pen in de hoop, dat hij haar zou tegen spreken. Batty had zeer uitgesproken opinies en hield er van, ze uit te stallen voor gewillige luisteraars, maar majoor Rickstaed bepaalde zich tot glimlachen en éénlettergrepige antwoorden; hij deed dat echter zo vriendelijk, dat, al voelde ze zich een beetje teleurgesteld, zij toch niet gepikeerd was. Toen zij na het ontbijt naar de kamer van haar moeder ging, vond zij deze een beetje prikkelbaar. Betty-lief, ik hoor zo juist, dat tante Martha komt lunchen en nu ben ik zo bang, dat je zult moeten thuis blijven om haar te ontvangen. Het is te laat, om haar af te zeggen, bovendien geloof ik, dat zij dat heel onvriendelijk zou vin den en ik kan haar heus niet hier heb ben, ik heb zo goed als geen stem. Bovendien zou het toch te veel voor u zijn, zei Betty. Ik moest maa-r thuis blijven, ging zij voort, met zoveel goede wil als zij bij elkaar kon rapen. Maar een ogenblik later riep zij uit: Wat een misselijk mens. Papa heeft het de vorige week met haar afgesproken en het helemaal ver geten te zeggen, verontschuldigde Lady Anna haar. Hij beloofde de auto door te laten rijden, nadat hij naar kantoor ge bracht was. Hij zou zelf wel thuis willen blijven, maar je weet, dat hij een ver gadering heeft. Dit werd allemaal op fluistertoon ge sproken, zij had nog zo goed als geen stem. Maar je kunt dadelijk na de lunch gaan. We zullen precies op tijd begin nen en dan kun je onmiddellijk weg. O, dat is best, zei Betty met voor gewende vrolijkheid, hoewel zij in zich zelf er bij voegde: Het is juist de lunch op het veld, die zo leuk is. Zij ging treurig naar beneden en vond de hele troep bij elkaar in de hall en een grote auto voor de deur. Vooruit, Betty! riep Dick. We komen nooit weg. Roger's trein zal wel te laat zijn, of die misselijke kleine auto is weer kapot. Ik kom pas na de luncV, zei Betty. Tante Martha heeft een bezoek aange kondigd en moeder vindt, dat ik moet blijven om haar bezig te houden. Grote goden! kreet Dick. Wat een pech! Het spijt me voor jou, Betty, maar we moeten gaan. Kom je, Joe? Dick, brutale rakker, bedoelde daar mee de schoolmakker van zijn vader, majoor Rickstaed. De majoor kwam haastig voor de dag met een plan, dat zich zo juist in zijn brein gevormd had. Kan ik niet blijven en die dame, wie het ook is, aangenaam bezig hou den, dan kan Betty meegaan! Ik kan haar uitleggen, waarom er niemand is. Zal niet gaan. denk je wel, Betty? zei Dick met een eerbied voor de wetten der gastvrijheid, die hij niet ten toon gespreid zou hebben, als hij zelf de las ten er van had moeten dragen. Ik moest maar liever thuis blijven, zei Betty klagelijk. Goed, dan blijf ik ook. Ik kan goed met oude tantes overweg, zei Rickstead. Deze is anders iet vreeselijks! riep Dick uit. Kom, lui, het is al ontzettend laat. Stuur Roger dadelijk door, Betty, als hij komt. Ik vind, dat de oude heer de Humber niet had hoeven nemen, hij weet, dat we nooit op de kleine kunnen rekenen. Roger is de beste speler. Ik wou, dat ik hem maar gezegd had, recht uit naar het veld te gaan inplaats van eerst hier te komen. Maar hij zal ook wel gedacht hebben, dat hij een zee van tijd had. Weg was hij. Betty keek treurig naar majoor Rickstead. Nu wat zullen we doen? zeide hij. Ik ga eerst mijn hond borstelen, zei Betty. In die tussentijd zal tante Martha wel komen. U zoudt het ook leuker ge vonden hebben met de anderen mee te gaan. We gaan samen na de lunch, zei hij. De auto komt dadelijk terug, de oude da me blijft toch niet lang, wel? Dat weet ik niet, klaagde Betty, moeder zei, dat ze vroeg kwam. Wees niet te amusant, majoor Rickstead, an ders blijft ze thee drinken ook. Maar vóór de hond geborsteld was, ar riveerden tante Martha en Roger samen in de Humber, omdat de andere wagen, zoals Dick wel voorspeld had, het com pleet had afgelegd en de chauffeur van mijnheer Hornock had de wanhopige spe ler meegenomen. Hallo, Betty! riep 'hij uit, terwijl hij van het voorbankje sprong en tante Mar tha met gefronste wenbrauwen langzaam en bezadigd haar veelvuldige sjaals en doeken verzamelde, voor zij uitsteeg. Zijn de anderen al weg? Wat doe jij hier? Ik ben gebleven om tante Martha te ontvangen, zeide zij met een klein gri- masje achter de rug van de oude dame. Zij komt hier lunchen en moeder is in bed. Kijk, Betty, zei de oude dame, een grote, blozende vrouw, met een onmis kenbare pruik, ik zou wel eerder geko men zijn, maar we werden onderweg op gehouden. En ik zei nog tegen de chauf feur, waarom kan die jonge man niet lo pen, met een blik in de richting van Ro ger, ze wachten op mij. Maar nee, hij moest proheren de ander te helpen en dan, zonder mij iets te vragen, neemt hij die jonge man mee. Weer een blik van sterke afkeuring in de richting van Ro ger, vergezeld van een majestueus ge baar van een zijden handtasje. Dit is mijn neef, stelde Betty voor. En ook uw achterneef, tante Martha. Mag ik u voorstellen? Tante Martha Hornock is jouw tante net zo goed als de mijne Roger. Dit is Roger Beck, tante. Zo, zei de oude dame, nog met een vaste greep haar tasje omklemmend, maar nu de jonge man met belangstelling aanziend. De zoon van die arme Mary. Nou, als ik hem goed bekijk, is hij van top tot teen een Hornock. Hoe maakt u het, tante? zei Roger. Ik wist niet, dat u mijn tante was, an ders zou ik mjj dadelijk voorgesteld heb ben. Maar we zullen elkaar beter leren kennen. U gaat toch mee naar de cricket- wedstrijd? De cricket-wedstrijd? riep tante Hornock uit. Betty gehoorzaamde aan een veelzeg gende blik van Roger en met een plotse ling opkomende hoop viel zij hem bij: Het wordt een prachtige wedstrijd tante. En de rit zal u goed doen. Het is heerlijk weer, en we zullen verrukkelijk lunchen. Majoor Rickstead kwam hun ook nog te hulp: Ik heb Diak horen zeggen, dat ze erg royaal zijn en ze geven altijd champagne. Mag ik u majoor Rickstead voorstel len? zei Betty. Hij is met vader gelijk op school geweest. Ik geloof, dat ik u toen nog wel eens ontmoet heb, juffrouw Hornock, zei ma joor Rickstead leugenachtig. Juffrouw Hornock, die haar oren ge spitst had bij het horen spreken over een heerlijke lunch en bovendien over cham pagne, straalde nu. Maar wat zal je lieve moeder zeg gen? Zal het haar niet spijten? Moeder ligt te bed met 'n nare ver koudheid, zei Betty. Zij kan alleen maar fluisterend spreken, ik geloof niet, dat zij u ontvangen kan, tante Martha. Dan is het voor elkaar! riep Roger. We hebben geen chauffeur nodig, wel? Ik zal wel rijden, kom jij dan bij mij zit ten, Betty, dan is er voor tante Martha meer plaats binnen. Ik liet de kap dicht maken, zei tante Martha. Het tochtte en de wolken stof waren vreselijk. Ik denk, dat we het sa- men goed zullen hebben, zo .majoor Rickstead, en zij stapte na hem in. Een blik op Betty's stralend gezicht be loonde de majoor. Klaar! riep Roger en de auto reed weg. Zeg, het is een prachtdag voor cric- Kct. Ik vind het geweldig om het zo klaar te spelen, prees Betty hem. Maar Dick is natuurlijk erg kwaad. Ik ben bang, dat hij denkt, dat tante Martha de boel be derven zal. Hij zei net nog, dat zij een nachtmerrie was. En hij maakte, dat hij weg kwam, voordat de neven haar zou den zien. Zo is Dick, zie je. Nou, ze is misschien 'n beetje lastig, zei Roger. Maar dit is toch beter dan dat jij thuis moest blijven. Hij lachte haar vrolijk toe en wU»® dan al zijn aandacht aan de wagen. Bew overdacht, of hij gezien zou hebben, a heur haar anders zat en wat e flinke kerel hij toch was, vooral in J witte pak. Wat een vastberaden Kin mond had hij, dacht Betty en ZIJ ook op, dat hij glad geschoren n tegenstelling met Dick, die v0Lj? 8n, voor een klein filmsterrensnorr j u.ck zou zeker moeilijkheden maken over tante Martha, maar met 10 n lléüer waagde Betty het er op. Op het cricketveld werden zij enthou siast begroet door beide partijen. Toen Dick evenwel tante Martha zag, die kwam aanzwoegen tussen Betty en ma joor Rickstead, betrok zijn gezicht. Wat ter wereld., begon hij. Nee, maar, dat is toch een beetje te erg, Betty. Mijn schuld, kwam Roger er tussen. - De kleine wagen gaf het op en de oude dame nam me mee. Toen kon ik toch niet minder doen dan haar mee brengen? Vooral omdat ik er achter kwam, dat het mijn lang verloren tante was. En waarom moest Betty thuis blij ven, plus die oude leuke, oude kerel? Maar Dicks gezicht bleef betrokken. Betty moest niet zo egoïstisch zijn, ging hit door. Het is niet alleen om ons. maar wat zullen de anderen er van denken? Wat bliksem, Roger, tante Mar tha is toch niet van het soort, waar ie trots oo bent. Nou. het is mijn tante evengoed als de jouwe, zei Roger, Doe niet zo uit de hoogte, Dick. Nou, ja, kom maar mee, riep Dick. We hebben al te veel tijd verloren. Hij ging hun voor naar het grasveld, terwijl hij bij wijze van begroeting met zijn hand in de richting van de onwel kome tante wuifde. Ik geloof, dat ik maar liever binnen zit, kondigde tante Martha aan. Zij ste vende oo het paviljoen aan. Dan ben ik tenminste uit de tocht Was Dick bij die jongens? Dan had hij wel even kun nen wachten en mii begroeten. We ziin al zo laat, tante. Ziet u wel? legde Bettv uit. Zij hebben op RoSar gewacht. Kiik eens, hier is een heerlijk hoekje, helemaal uit. de wind. En een gemakkelijke stoel, haastte zich maioor Rickstead te zeggen. Later zei tante, dat zij nooit de dag doorgekomen zou ziin zonder majoor Rickstead. Door al die onverwachte ge beurtenissen. de autorit, de onbeleefd heid van haar neef. de herinneringen dia door het opduiken van die andere onbe kende neef weer waren wakker geschud, was zij uit haar gewone doen en kon niet nalaten zich tegenover haar nicht te uiten. Speciaal had ze het druk over Roger. Vindt u. dat hij meer op de Hor nocks lijkt dan vroeg Betty O, ja, riep de oude dame. Jij en je broer, lilken erg 0p je moeder. Roger is een flinke kerel om te zien. Maar dat is maar de buitenkant. Ik hoop nu ook maar, dat hij zich flink door het leven slaat Haar toon dTukte een ernstige twijfel uit. Betty keek naar Roger en zij voelde een soort trots in zich opzwellen. Maa. zij zeide niets en tante Martha begon volijverig te breien. Net was voor Betty een moeilijke dag. Tante Martha werd 's middags nog las tiger en weidde tegen Roger uit over oude familieruzietjes, waar hij niets van wist. Vooral onder de lunch, toen er be halve de spelers nog een zwerm dames kwamen, stond Diek folteringen uit. Zii verweet Roger scherp, dat hij haar nooit had uitgenodigd, een bezoek te komen brengen op Beckford en toen Roger ver ontschuldigend aanvoerde, dat hij nim mer van haar bestaan had geweten, maakte hij daardoor de zaak eer slechter dan beter. Toen snelde majoor Rickstead te hulp Komaan, riep hij, Roger zal het nu fijn vinden, u het huis te laten zien. Natuurlijk, tante Martha, zei Roger met de moed der wanhoop. Ik hoop, dat u eens komt, het zal een groot ge noegen voor me zijn. Hij zei het zo ernstig en met zoveel hoffelijkheid, dat tante Martha toch on der de indruk kwam. Majoor Rickstead, ziende, dat er een bres in de wal gescho ten was, schonk haar glas nog eens vol en zo was de zege bevochten. Nou, zei tante Martha, toen het spel weer aan de gang was, al zijn die Becks nou nog zo afgezakt in de wereld, dan is Roger toch nog een heer. Dat zal wel het bloed van de Hornocks zijn, voegde ze er met een zucht van voldoe ning bij. Even moest Betty lachen, maar dade lijk stond haar gezicht weer ernstig. Misschien wel, zeie zij. Roger is nu eenmaal iets aparts. HOOFDSTUK VIII. Toen Roger bijna twintig jaar was en zijn laatste jaar maaktte op het college, gebeurde er iets onverwachts. Tan ié Martha stierf na een korte ziekte, en liet hem tienduizend pond na. Eenzelf de s'>m was voor Betty bestemd en een ziekenhuis kreeg de rest, wat niet wei nig was. Er waren nog heel wat haken en ogen aan dat legaat van Roger, voo.al had I oude dame de wens geuit, aat hij zijn opvoeding zou voleindigen door een paar jaar naar Oxford te gaan, zo als zijn neef Dick, en hoewel het geheel hem pas zou worden uitgekeerd als aij meerderjarig werd, had zij al een gotae som bestemd voor zijn eerste jaar m Oxford. Roger besprak dit buitenkansje vol enthousiasme met Lady Beek. Hij was vol verlangen en vastberaden, al was zijn toon even welwillend en eerbiedig als altijd. Ik zou erg graag naar Oxford gaan, Oma. Lady Beck was heel wat ouder gewor den ,maar zij nog even kaarsrecht in haar leunstoel en haar ogen ston den even helder en vurig als ooit. Ik heb je al gezegd, wat ik er van denk, Roger. Het zal je ongeschikt ma ken voor het leven ,dat je hier moet leiden. Je grootvader dacht er niet over, naar de universiteit te gaan, zelfs al was er^ toentertijd wel geld voor. Ik heb nu een hoop geld, zei Roger, voor tvien het legaat van tante Martha onuitputtelijk leek. Och kom, mijn "jongen, wat is een paar honderd pond per jaar op 'n boer derij als deze? En je weet ook nog heel goed. Roger .wat je grootvader en ik altijd gedacht hebben over het geld van de Hornocks. Ta, Oma, dat weet ik wel, onder brak Roger haar, laten we daar nu niet langer over praten ,men ka niets te ver drijven. Al ben ik een Beek, i'k heb toch ook het bloed der Hornocks in mijn aderen. Nou, als er dan toch geld gebruikt moet worden, hernam de oude vrouw, zonder zich uit het veld te laten slaan, dan ügt je plicht toch duidelijk voor je, Roger. Je moest zoveel als je kunt te rug kopen van het oude bezit. Het land, dat de Beoks verloren hebben, moet weer terug gewonnen worden. Daar heb ik al over gesproken met neef Sam, zei Roger peinzend. En hij raadt me aan, een beetje te wachten, voordat ik een beslissing neem. Hij zegt, dat het verkeerd is. meer land te kopen, dan je bewerken kunt, dat ik beter met het geld van tante Martha dit huis kon laten opknappen en netjes in orde laten maken, voor ik er kom wonen. Behalve Sam Hornock, hebben nog wel andere mens°n aan je toekomst ge dacht, zei Lady Beek en haar ogen flit sten. .Waarom denk je, dat ik al jaren heb geschraapt en gespaard? Misschien heb ik ook nog wel een beetje geld, evengoed als Martha Hornock U, Oma? (Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1952 | | pagina 4