GEDWONGEN AFSCHRIJVINGSFONDS VOOR OUDE HUIZEN ONAANVAARDBAAR MODIEUS ZONDER EXCESSEN Naar groter protectionisme in de Ver. Staten? Verklaringen omtrent ziekteongeschiktheid Meesters van het Petit Palais Reclame Her mes en Gé lot vormen zich een vaste klantenkring UIT DE BOEKENWERELD Een eeuw Franse Kunst in het Museum Boymans Financiering Woningbouw Plan Van Saane is een huurbelasting Verklaringen in ver band met behandeling Maakt DINSDAG 18 NOVEMBER 1952 MG1NA 7 GEEN RECHTSGROND VOOR EEN DERGELIJKE BELASTING Afroming van afschrijvingen Een onjuist uitgangspunt Wat de eigenaar toekomt Belasting op vrijheid van consumptie of besparing Het probleem van de vervanging Sou A Missel,fen worden republikeinen fc Z2% (Model Gélot) REGELING VAN DE DUITSE SCHULDEN EUROPESE LANDBOUW- INTEGRATIE Frans-Nederlandse overeen- Garantiefonds voor Amerikaanse beleggers ENGELAND BEPERKT INVOER ZACHT HOUT IN BUSSUM MOET DE SPOORBAAN OMHOOG Courbet de realist I)e modernen Verklaringen om aan verlangens te voldoen DUITSERS WILLEN HANDELS MERKEN TERUG Kunnen de moeilijkheden, voor de Over heid bij de Financiering van de woning bouw bij de komende verhoging van de huren anders dan door een huurbelasting worden opgelost door een regeling, welke het gezamenlijke woningbezit in Neder land in staat zou stellen te komen tot eer> jaarlijkse productie op de wijze zoals dit ook vroeger het geval was? De heer H- v. Saane, dir. v. d. Ned. Mij. voor Volkshuisvesting heeft een regeling uit gedacht, welke door het Ned. Econ. In stituut te Rotterdam is uitgewerkt en vermeld werd in ons blad van Zaterdag 8 November (pag. 3) In het kort komt de regeling hierop neer: De huurdermoet de volledige waar de van de door hem geconsumeerde „wo- ningdienst" betalen. De huren van <j oude woningen moeten daarom v®r..0<T Worden tot een peil, waarbij afscnnjv j, op vervangingswaarde mogelijk isj- gegaan moet worden van een peil, waarbij het voor de huis dek_ mogelijk is zijn exploitatiekos^ ken en een redelijk inkomen^gemeten, maar dat geen ruimte laa huUrpeil kelijke afschrijvingen. Dit basis nuuip 11 zou 119 net van het niveau van Mei I94U moeten bedragen. Volledige afschruvmg nn oostpeen vervangingswaarde zou mo- gelifk zlfn op een huurpeil van 155 van het niveau van voor de oorlog. Het ver schil tussen 155 en 119 pet. van het voor oorlogse huurpeil, of ca. 36 pet. van het vooroorlogse huurpeil zou verplicht in een afschrijvingsfonds moeten worden ge stort. Voor deze storting ontvangt de huis eigenaar een renteloos certificaat, dat vrij verhandelbaar is. De nominale waarde van het certificaat wordt slechts uit gekeerd wanneermen de verplich ting op zich neemt daarmede wonin gen zonder overheidssteun te bouwen. De koers van het certificaat is derhalve af hankelijk van de rentabiliteit van de wo ningbouw, of juister van de bouwkosten en het voor nieuwe woningen toegelaten en te bedingen huurpeil. Bij het huidige peil van bouwkosten en een huurpeil van circa 190 t.o.v. de vooroorlogse huren voor nieuw te bouwen woningen zou een van 60 pet. voor het certificaatte ver wachten zijn. Dit is de kerngedachte van de regeling. Men ziet dat het onrendabele deel van fle bouwkosten in dit systeem met be taald wordt door de overheid, maar door dc eigenaar van vooroorlogse wonin gen Het koersverlies dat hij by verkoop van certificaten, ontvangen voor ver plichte stortingen in het afschrijvings fonds, moet lijden dient ter betaling van dc onrendabele bouwkosten. Dc regeling betekent dus niet anders dan dat een deel van de huur. i.e. een deel van- dc afschrijvingen welke aan de eigenaar van vooroorlogse woningen toekomt, aan deze eigenaar wordt Ontroofd om daarmede nieuwbouw te financieren. Indien voor de nieuwbouw van woningen lasten op de bevolking moeten wordpn gelegd, dan zullen deze moeten worden gedrageU door alle5 lageij van de, bevolking 1 Sedert jaren hebben wij het standpunt verdedigd dat de huiseigenaar een onder nemer is. Hij is geen obligatiehouder, Hij geniet geen vast. inkomen. Hij loopt de risico's van huui-daling, vergroting van jnet aanbod van\w<jningen zodanig dat de vraag wordt overtroffen, verzakking van fundering enz. Dat dëze risico's bestaan heeft de ontwikkeling van de dertiger ■jaren bewezen. Daarom gaat het niet aan hem te bevriezen óp een crisis laagte niveau van 1940. Uitgangspunt van de regeling van de heer Van Saane is dat de huurdei -* af gezien van de afschrijvingen - een huur krijgt welke zijn exploitatiekosten c ekl cn hem een redelijk inkomen verschaft, zon der meer wordt er dan maar van uitge gaan dat het Mei-1940-peil rendabel was. Dit was nu echter juist voor vele wonin gen niet het geval. Dr ir H. G. van Beuse- kom wijst er in zijn enkele jaren na de bevrijding verschenen boek „De Volks huisvesting" op. dat de kosten van de ex ploitatie voor vele onroerende goederen in 1940 niet ten volle door de huurop brengst werden gedekt en in ieder geval voor het eigen kapitaal geen beh j rendement opleverden. De ?"e°rj>?"*sa van talrijke huizenmaatschappijen, de Crisis-hypotheekaflossingswet hebben een en ander ook duidelijk aangetoond. Voor de niet in de goedkope tijd van de dertiger laren gebouwde huizen was er dus veelal geen rendabel huurpeil op het niveau van "ola^het uitgangspunt van een rendabele huur op het niveau van Mei mo loo' oniuist is, is het gevolg dat ook alle verdere berekeningen en conclusies, welke hierop gebaseerd zijn, onjuist moe ten zijn Afgezien' hiervan is er op de be rekening, dat een huurpeil van 155 van de vooroorlogse huur voldoende zou zijn voor een rendabele huur plus afschrijving op vervangingswaarde heel veel aan te merken. Bij de afschrijving op basis van de vervangingswaarde wordt uitgegaan van eon index van 200 t.o.v. 100 vóór 1939-'40. Dit is echter veel te laag en be hoort 250 te zijn. De motivering van 200 is dat de stijging van de totale bouwkos ten ten dele moet worden toegeschreven aan kwaliteitsverbetering en dat daarom alleen voor nieuwe woningen de index 250 afschrijving is genomen. Maar de knappe bouwèr die voor het dubbele van de prijs kort vóór de oorlog de woningen, welke gebouwd zijn, zeg in de jaren 1920- '40. kan herbouwen, is niet te vinden. Voor de onderhoudskosten wordt een stijging van 240 pet aangenomen, terwijl het volgens deskundigen 275 a -80 pc_ moet zijn. De kapitaalrente wordt voor iy u op 45 pet van de vooroorlogse huur gesteld en dit percentage wordtwoor de huidige toestand onveranderd gehandhaafd. Daai de afschriivingen op de vervangingsbasis dienen te geschieden brengt dit met zich mee dat 0ok de kapitaalrente op het bedrag van het kapitaal, dat nodig is voor de vervanging, móet zijn gebaseerd. Voorts dient ook de stijging van de rente, welke sedert de dertiger jaren is ingetre den, in aanmerking te worden genomen. Neemt men al deze factoren in aanmer king. dan komt men tot een geheel andere berekening dan die van het plan-Van- Saanc. Wy menen dat by het door ons verdedigde uitgangspunt de huur van de oude woningen zou moeten worden opge trokken tot circa 255 a 265 pet van de vooroorlogse huur. By een dergelijke huur is er dan nog geen enkele rechts grond aan te geven waarom van de ver hoging met 155 a 165 pet t. o. v. het voor oorlogse peil een gedeeltelijke wcgbelas- ting zou dien plaats te vinden. Voor de goede orde wijzen wij er na drukkelijk op, dat wij hiermede niet een directe aanpassing van de huren tot 255 a 265 pet van het voorooologse niveau be pleiten. Voorts menen wij dat bij een a.s. huurverhoging compensaties' door loons verhoging enz., zoals door ons ook in het verleden betoogd, niet achterwege'kunnen blijven. Afgezien van het bezwaar dat wij tegen de verkapte huurbelasting als zodanig hebben,, is er o. i. nog een principieel be zwaar aan te voeren tegen de gedachte van verplichte storting van afschrijvin gen in een afschrijvingsfonds. Wij kunnen niet inzien waarom alleen op de huis eigenaar een dergelijke verplichting tot storting in een afschrijvingsfonds zou moe ten worden gelegd. Waarom dan piet ver plichte storting van afschrijvingen voor fabrieken, machines, vervoermiddelen enz. in een afschryvingsfonds? Hcj is dui delijk dat een dergelijke beperking van het beschikkingsrecht voor alle kapitaal goederen onaanvaardbaar is en tevens on uitvoerbaar. Maar alleen een beperking van dc beschikkingsmacht t. a.v. afschrij vingen op vooroorlogs onroerend goed gaat niet aan. De motivering van het rap port dat het wenselijk zon zijp met het oog op de kapitaalschaarste is ten enen male onvoldoende en bovendien onjuist. De koers van de certificaten zal vol gens het -exposé plm. 60 pet zijn bij een huurpeil van 190 t.o.v. vooroorlogswo- ningen voor nieuw te bouwen woningen. Een huurpeil van 190 voor nieuw te bou wen woningen is bij een huurverhoging van vooroorlogse woningen tóf; byv. 145 a 150 pet van de vooroorlogse huur «een reëel uitgangspunt. Door de as huurverhoging wil men immers juist, het grote verschil tussen voor oorlogse woningen en na-oorlogse wo ningen uit de wereld helpen. Als de hu ren voor nieuw te bouwen woningen niet op 190 worden gesteld, dan. is het gevolg dat het onrendabele deel van de nieuwbouw groter wordt. Dit moet wor den betaald door de eigenaren van de oude woningen met het gevolg, dat de koers van het certificaat bil overdracht veel lager zal komèn dan de genoemde 60 pet. Dit betekent dus een hogere weg- belasting van de afschrijvings quote van de vooroorlogse woningen, begrepen in de huur. Gesteld wordt dat de vrijheid van consumptie of besparing voor de huis eigenaar behouden blijft door de ver handelbaarheid van het certificaat en dat nationaal gezien het totale be drag aan afschrijvingen bespaard blijft en slechts voor de woningbouw kan worden aangewend. Dit .is een onjuiste redenering. Stel een huiseigenaar heeft voor een afschrijvingsquota van 1000 een certificaat van 1000 ontvangen we gens storting in het afschrijvingsfonds en hij verkoopt dit certificaat beneden pari, zeg tegen 50 pet., dus tegen 500. De koper van het certificaat ontvangt 1000 voor het certificaat en stopt die in de nieuwbouw. In dat geval zijn 500 van deze 1000 afkomstig van belas tingheffing van de eigenaar van oude woningen. De overige 500 moeten wor den verkregen uit nieuwe besparingen. Het is dus niet juist dat in het uitge dachte systeem het totale bedrag der afschrijvingen bespaard blijft. Ook zonder dit systeem zouden 500 van de J 1000 aan nieuwe besparingen aanwezig Z'.in. Is het voorts niet zot te zeggen dat de huiseigenaar de „vrijheid van keuze tus sen besparing of consumptie of deel neming aan de woningbouw krygt Voor deze „vrijheid" wordt o0a 60 pet. of meer belasting betaald! Ook als ny kiest besparing of deelneming aan de nieuwbouw betaalt hij deze belasting. De gedachte van de regeling is 25.000 nieuwe woningen te bouwen met steun van het verplichte afschrijvingsfonds. Dit zou een goede oplossing zijn voor de vervanging van oude woningen. Naast de reeds gegeven dfitiek kan nog wor den opgemerkt dat er by 25.000 stuks nieuwbouw meer woningen worden.ver vangen dan overeenkomt met bet jaar lijkse aantal woningen dat moet wor den vervangen. Dit betekent dat een deel van de expansie van de woning voorraad zou worden gefinancierd dooi de belastingheffing van eigenaren van oude woningen. Nu is deze expansie be hoefte zeer groot door de bevolkings groei. Een dergelijke uitbreiding van tie woningvoorraad behoort echter te wor den gefinancierd door nieuwe bespa ringen en niet door belastingheffing van eigenaren van oude woningen. Volgons bet exposé v. Saane is een behoorlijke vervanging tot dusverre ach terwege gebleven. De schuld hiervan kan men echter o.i. niet geven aan de huiseigenaren. Sedert de crisi9 der dertiger jaren is er in zeer vele gevallen in de huur geen afschrijvingsquote meer be grepen. Toch zijn cr ook in dc dertiger jaren veei woningen gebouwd. Dat kwam omdat de huur overeenkwam met een rendabel exploitatiepeil van nieuwe wo ningen. (Na de oorlog klopte het zaakje niet meer omdat de overheid een ver keerde "huurpolitiek heeft gevoerd). In de jaren 1930—1940 is op voldoende schaal gebouwd zelfs in een mate dat in de grotere steden de aanbouw uitging boven de behoefte. Wel zijn er volgens van Beusekom dringende behoeften vooral t.a.v. de boüw van woningen voor minder draagkrachtige gezinnen onbe vredigd gebleven De fout lag naar wy menen in het feit, dal. men de woning wet niet heeft gebruikt voor do bouw van woningen voor minderdraagkrach- tigen, de economisch zwakkeren, doch wel voor de bouw van woningen' voor andere categorieën der bevolking. Gezien de wijze waarop dit plan is gepubliceerd, menen wij er goed aan te doen er de aandacht op te vestigen, dat het Ned. Economisch Instituut slechts een theoretische uitwerking heeft ge geven van de gedachte van de opdracht gever, dc heer v. Saane. Het rapport van het N.E.I. betekent niet een beoorde ling van de mérites' van de ideeën van de heer v. Saane Het wil dus niet zeg gen dat het N.E.I. het eens is met het principe van de regeling. Het is dus ook mogelijk dat het N.EX volkomen afwij zend staat tegenover de grondgedachte van het systeem. OMMIGE vrouwen draven naar dc grote warenhuizen voor het minste of geringste wat ze nodig hebben, al is het maar een doosje spelden. Als ze er eenmaal zijn doen ze meteen even een rondgang over alle verdiepingen. Ze beginnen met de pannen en de eetserviezen in de soussol en eindigen met op de bovenste verdieping doodop in de theesalon op een stoel neer te rallen. Toch zijn er minder dames die daar tijd en liefhebberij voor hebben dan vroe ger. Natuurlijk is het aantal bezoeksters, die zo maar wat ronddrentelen in de warenhuizen nog altijd groot, maar el kaar verdringen om een lapje te betasten wordt alleen nog maar in uitverkooptijd gGTe"enover die vaste warenhuisklan ten staan de vrouwen, die er nooit een voet zetten, zoveel mogelijk alles in haar eigen stadskwartier kopen en ver- der adressen van winkels hebben, die over de hele stad verspreid zijn. Achter in de rue Vaugirard wonen, en pinda's halen vlak bij de Madeleine is heel gewoon. Koekjes kopen op Passy en een taart weer heel ergens anders, ook al woont men in de rue Vaugirard, is niets buitengewoons. Zo hebben som mige winkeliers tal van klanten die hun een mensenleven trouw blijven. Dit geldt niet alleen voor lekkernijen, maar ook i voor kledingstukken, 't Eigenaardige is, i dat mensen, die van jongs af de ge- woonte hebben bij hun inkopen op kwa-1 liteit te letten, de trouwste klanten zijn. j De anderen zijn wispelturig en lopen van j de ene zaak naar de andere. Toch slagen sommige zaken er in, zich Tricot rand on een bol van dof leer enkele jaren een clientèle te vormen. wat liberaler I invoer door de republikeinen doorgedre- 1 ven met steun van enkele democraten, die de verschillende bijzondere belangen ver tegenwoordigden. Vele autoriteiten op handelsgebied in de V. S. zijn echter veel minder pessimistisch over de handelsvooruitzichten nu de repu blikeinen aan het bewind zijn, dan veie Europeanen. Zij wijzen er op, dat generaal Eisenho wer, de nieuwe president der V. S., ver klaard heeft, dat de V. S. buitenlandse invoer moeten toelaten, teneinde de Geal lieerden in staat te stellen de dollars te verdienen, welke nodig zijn voor het ko pen van de Amerikaanse goederen. Verder Men verwacht, dat er in het Ameri kaanse Congres, dat in Januari bijeen komt. en waarin de republikeinen de meerderheid hebben, een nieuwe strijd zal ontbranden over de handelspolitiek ten aanzien van Europa. Alles wyst er op, dat protectionistische belangen in de V. S. nog meer zullen aandringen op hogere in voerrechten of grotere'invoercontrole voor buitenlandse goederen. Handelsdeskundigen zijn het er over het algemeen over eens, dat de houding"'van het Congres grotendeels bepaald zal wor den door de toestand van het Amerikaanse bedrijfsleven in het komende jaar. Aan houdende welvaart zou de kans op invoer beperkingen kleiner maken, maar een te rugslag zou vrij zeker groter protectionis me bevorderen. Daar de republikeinen de naam hebben voorstanders te zijn van beschermende maatregelen tegen buitenlandse concur rentie voor de Amerikaanse industrie, vergrootte hun overwinning in de Ame rikaanse verkiezingen de vrees in Europa voor het oprichten van nieuwe belemme- doilarmafkt. Tijdens voorafgaande zittin- de invoer van goederen op de Zwart en wit tweed mantelpak van Hern ies die al even trouw belooft te zijn. Zo heeft Hermès, de wereldbekende leer- zaak in de Faubourg St Honarê, nog geen tien jaar geleden een afdeling van japonnen en mantels geopend en zich 'speciaal toegelegd op klassieke tailleurs cn mantels. Hij volgt natuurlijk de, mode, maar zonder in excessen te vallen. En die mantelpakken hebben verbazend veel succes bij dames, die een groot gedeelte van het jaar op haar landgoed verblijven en er als ze in dc stad komen toch niet dorps willen uitzien. Ook Creed werkt voor een dergelijke clientèle. Zijn tail leurs zijn comfortabel, goed van snit en van magnifieke Schotse stoffen. Daar door betekenen ze een klasse, die menig mantelpak uit andere huizen moeilijk bereikt. Hetzelfde kan gezegd van de dames hoeden van Gélot. De grootvader van de tegenwoordige Gélot verkocht reeds in dezelfde winkel op de place Vendröme herenhoeden naar maat. In heel Europa en Amerika is deze zaak trouwens al jaren en jaren bekend. Maar de tegenwoordige Gélot heeft een afdeling dameshoeden «an zijn zaak toegevoegd, natuurlijk ook uitsluitend maathoeden. Hij heeft het aangedurfd, zo min mogelijk rekening te houden met de mode en maakt noeden, waar van het jaren duurt voor z« ouderwets worden. Hij legt zich speciaal op sport- en regenhoeden toe en zyn clientèle bestaal voornamelijk uit dames, die een groot gedeelte van het jaar buiten doorbren gen, een makkelijke hoed willen dragen, maar er toch voor niets ter wereld pro vinciaals uit willen zien. Om de mode zo weinig mogelijk te vol gen en toch hoeden en mantelpakken te maken, die modern zyn, zoals Gélot en Creed b.v. doen, eist misschien meer smaak dan haar vooruit te lopen, wat couturiers cn modisten altijd willen. Het is waar, dat hun clientèle zich er niet toe leent, wat die van Gélot en Creed wel doet. DINY K—W een garantiefonds inhouden, dat de beleg gers zou beschermen tegen plaatselijke risico's van Inbeslagneming, nationalisa tie of welke andere vorm ook van ont eigening. Waarschijnlijk, zo zeggen de ontwerpers van het plan, zou het bestaan van een garantiefonds de mogelijkheid van het ver strekken van leningen door banken en andere financiële instellingen aan onder nemingen, welke fot investeringen in het buitenland willen overgaan en niet over voldoende contanten beschikken, aanzien lijk vergroten. De door de beleggers te betalen verzekeringspremies zouden aan dit op gezag van de Amerikaanse rege ring gevormde garantiefonds ten goede komen. De garantieverstrekking voor particu liere beleggingen in het buitenland is een van de vele oplossingen, waaraan door het Bureau voor Wederzijdse Beveiliging gedacht wordt ter vervanging van de rechtstreekse gratis hulpverlening aan het buitenland. In economische kringen is men van mening, dat zij tevens de mo- De eerstkomende dagen is «r volgens het Westduitse economische nieuwsbureau V. W. D. overeenstemming te verwachten tussen de Duitse, Engelse, Amerikaanse en Franse delegaties te Londen over het ont werp voor de regeringsverdragen tot re geling van de Duitse buitenlandse nüchul- den. Enkele nog openstaande techniscne punten zullen waarschijnlijk in de loop van deze week geregeld kunnen worden. Nadat de vier regeringsdelegaties over eenstemming zullen hebben bereikt, wordt het ontwerp voor de regeringsverdragen toegezonden aan dé 61 andere schuld- eiserslanden, waarvan de regeringen kun nen toetreden tot de overeenkomst. De ondertekening van het ontwerp vindt pas plaats nadat de verklaringen van ie an dere regeringen ontvangen zullen zijn en dan eventueel nodig zijnde kleine wijzi gingen in de tekst aangebracht zijn. male handelsbetrekkingen met het buiten land in overweging te nemen. „De heilige Joannes Chrysosto-1 weg naar het Amerikaans, piesid mus", door Zr Dr M. Costanza schap is vol gevaren C.R.S.S.met, tekeningen van II. earlier Uitg, J. H. Gottme.r, Haarlem. Wat weten we eigenlijk van onze gro te mannen uit het verleden? Joannes Guldenmond was een beroemd redenaar, die zelfs het hof de harde waarheid durf de zeggen en die het daarom niet ge makkelijk heeft gehad. Zover strekt de kennis van vele intellectuelen zich wel licht nog wel uit. Maar wie heeft zijn leven bestudeerd, zijn machtige rede voeringen gelezen? Het boek van Zr dr M Costanza is ware onthulling gewor den en we geloven dat het dit voor ve ren zal zijr? De schrijfster tekent hem met enkele rake «'oorden. „Voor zijn vijanden was bij de last,'£® ger van hun leven, het gewetenjat tot geen an dan: „Ere aan God voor al- zwijgen moest worden gebllmu.t',v1oést misdadiger die zo spoedig ptogelj j verdwijnen. Voor zijn vrienden vas J de kracht en de steun, ja, de vreuf,'J® hun leven. Voor de H. Kerk de 'eia. de heilige". En zelf kende bij der ideaal Ige". Deze karakterschets wordt in dit bui tengewoon boeiende boek prachtig uit gewerkt. Geen sentimentaliteit, zoais We in vele heiligen levens aantreffen, maar realistische weergave van een vechtersleven, een heilig vechtersleven. En we leren Chrysostomus ook kennen zijn eigen redevoeringen, schitteren de documenten van welsprekendheid e- yuri8e geloofsijver. Maar die hem harde !evensstrijd en ballingschap brachten en eh slotte, bet leven kostten. Ben dramatisch leven, prachtig en Vetenschappelijk beschreven. Een boek Voor katholieken van deze tijd. „Eisenhower, mens en symbool", door John Gun Uier, vertaling M. Mok Uitg. F. G, Kroonder, Bussum. Een boek over Eisenhower, vooral van de hand van een Gunther, de voortref felijke Amerikaanse journalist, die al «zoveel inside-boeken heeft geschreven, moet wel de belangstelling trekken. Voor al omdat we naar de trant van deze schrijver, de gekarakteriseerde door een groot aantal anecdotes en kleinere feit jes beter leren kennen. Belangwekkend is vooral het verle den van Eisenhower De oorlog „Is voor m\j een kruistocht in de traditionele zin van dit veel misbruikte woord". Deze uitlating tekent hem ten volle uit. Zo gaat het pagina na pagina, zo verrijst voor ons een Eisenhower, die waardig was de vrije wereld naar de zege te lei den. En de toekomst? We moeten afwach ten. Misschien heeft sympathie de schrij ver tot een zekere illusie verleid. De Het apparaat der Rijksoverheid", „Het appara ker de Bruine door mr G. H. ölotenw' - Uitg. Staatsdrukkerij- en uit geversbedrijf, 's-Gravenhage. ,Het apparaat der Rijksoverheid is ecu onderwerp, dat zich er uitstekend uwe leent om op dorre, saaie wijze belic worden. Mr G. Slotemaker de Bruine ts er echter in geslaagd over dit onderwerp een boekje te schrijven, dat verrast door oorspronkelijke aanpak en prettig-leesbare f V, P-e schriive>' maakt in deze brochure behartigenswaardige opmerkingen, m. n. treft flciency in het Rijksapparaat be- Tevens doet hij enige overwegenswaar- dige suggesties aan de hand ter bevorde ring van een betere, doelmatiger fune- tionnering van het apparaat der Riiks- ovérheid. J In het bijzonder denken wij aan zijn voorstel tot periodieke herziening det taakverdeling over de ministeriële depar tementen en tot centralisering van alle „apparaatsbemoeienissen" onder de minister-president. Voor allen, wie do efficiency van het Rijksapparaat ter harte gaat, een interessante, instructieve bro chure. „Ilct raadsel van Cora Bergo", door Sigge Stable Uitg. Born, Assen. De bekende Zweedse schrijfster behan delt in deze roman een geval van geheu genverlies dat de kern vormt van het knap vertelde verhaal ener ontluikende liefde tegen de achtergrond van schilder achtige natuur.beschrijving. „Return to Chesterton" door Maisie Ward Uitg. Sheed Ward, London. Maisie Ward's onvolprezen biografie van Chesterton heeft een vervolg gekregen. No°' nimmer gepubliceerde documenten on niet het minst de brieven en gesprekken waarmee Chesterton-vri.enden de schrijf ster naar aanleiding van haar boek over stelpen vormen de bronnen van dit nieu we werk, dat uiteraard geen volledig beeld van G.KC. geeft, maar het reeds bestaande beeld op boeiende en vaak geestige wijze ^Over'chesterton's jeugd, over zijn Fleet- street-periode met name de ontwikkeling 'van zijn eigen blad „G.K.'s Weekly" be vat het boek nieuwe, interessante bijzon derheden. Apiusante anecdotes geven het boek een blijde toon, die goed bij de fi guur van de beschrevene past. zeggen zij, dat de republikeinen, nu zij aan gelijkheid schept hervatting van de nor- het bewind zijn, mogelijk op het gebied ,-'-i1 van de handelspolitiek veel liberaler zul len zijn dan zij als oppositiepartij waren. Dc behandeling in het Congres van de verlenging van de in Juni a.s. allopende wet op dc handel pp basis van wederke righeid zal echter de grote proef voor de houding van het Congres zijn. Men acht het zeer onwaarschijnlijk, dat het Congres, met zijn geringe republi keinse meerderheid, deze wet zal verwer pen. Wel is men er vrij zeker van, dat machtige protectionistische belangen krachtige pogingen zullen ondernemen om amendementen in te dienen tot beperking van bepaalde invoer uit het buitenland. Verder verwacht men, dat de leden van de internationalistische vleugel van de re publikeinse partij, die tot de eerste aan hangers van generaal Eisenhower behoor den, de zijde van de democratische voor standers van de vrijhande zullen kiezen, wanneer deze tegen verdere beperkingen zullen strijden. Volgens Amerikaanse economische kringen zou het Bureau voor Wederzijdse Beveiliging een programma hebben uitge werkt voor garantieverlening aan Ameri kaanse particuliere beleggers in het bui tenland Dit programma zou vorming van Tijdens het bezoek van de Frans,e mi nister van landbouw, Camille Lourens aan minister S. L. Mansholt te Den Haag, heb ben beide ministers van, landbouw een in formatieve bespreking gehouden over de vooruitzichten van de West-Europese landbouwintegratie. Met het oog' op de komende West-EÜropese ministersconfe rentie, die de Franse regering in Janurai 1953 belegt, bleek in belangrijke mate over eenstemming te bestaan met betrekking tot de té volgen procedure. Tijdens een lunch in de Franse ambas sade te Den Haag heeft minister Lourens aan dr J. J. van der Lee, chef van de di rectie der internationale organisaties van het ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, de versierselen uitge reikt verbonden aan diens benoeming tot .officier du merites agricöles", welke on- De Engelse minister van handel, Thor- neycroft, heeft bekend gemaakt, dat met ingang van 18 November voor de invoer van zacht hout dat in 1953 in Engeland, aankomt, weer vergunningen nodig zijn. Hij verklaarde, dat gehoopt wordt, dat het niet nodig zal zijn een nauwkeurige limiet voor de totale invoer vast te stellen. De minister deelde mede, dat het in het be lang van de betalingsbalans nodig is streng toezicht te houden op het verbruik van zacht hout. Gisteravond behandelde de Bus$umse raad een kern plan, dat, als het geheel zal zfjn uitgevoerd, millioenen zal kosten doch dat zeer noodzakelijk is in verband met de sterke groei van Bussum, de bouw van een nieuw modem raadhuis en de geringe gelegenheid welke Bussum heeft lot uitbreiding, waardoor hoogbouw noodzakelijk zal worden. Hoewel de raad het een „gedurfd" plan vond aanvaardde hy het beginsel. Een uitvoerige bespre king werd voorts gewijd aan het spoor wegprobleem dat men zeer urgent noem de. Bussum wordt doorsneden door een dei- drukste lijnen van het land, de ver binding van Amsterdam met het Noorden en Oosten van het land. De gemeente is niet in staat tunnels of viaducten te bou wen in verband met de ligging der we gen. De N.S. hebben daarom een plan ingediend volgens hetwelk de spoorbaan omhoog moet en de wegen in de ge meente Bussum op hetzelfde niveau kun nen blijven. De raad diende een motie in waarbij er bij de Spoorwegen en de re gering op aan gedrongen wordt, spoed met deze plannen te betrachten, in ver band met een evenwichtige ontwikke ling van de kern der gemeente. Het col lege van B. en W. vond deze motie echter van zulk een Importantie, dat be sloten werd haar aan te houden en er later een prae-advies over uit te bren gen. De verhoging der sP°9!?aa"'„ziL (Van onze medische medewerker) Een vorige maal hebben we gezien, dat aan het afgeven van een geneeskundige ver klaring een gehele problematiek verbonden is. Dit wordt maar al te gemakkelijk vergeten, In het algemeen moet het aantal verklaringen tot het noodzakelijke beperkt blyven en er moeten slechts die vragen aan een arts worden gesteld, die uitsluitend dour een medicus beantwoord kunnen worden. In onze ingewikkelde maatschappij is het niet meer mogelijk het afgeven van allerlei verklaringen achterwege te laien zonder gewichtige belangen van de patiënten te schaden. Wanneer behandeling of genezing er onder zouden lydcn als geen verklaring wordt afgegeven zou de arts zyn taak uit het oog verloren hebben. Vandaag zullen we van de vele verklaringen die mogelijk zijn, die omtrent ziekte en ongeschiktheid bespreken. derscheiding de heer Van der Lee dankt naar schatting 'n bedrag van 12 millioen aan zijn verdiensten voor de landbouwin- gulden kosten, tegratie. Als typisch voorbeeld hiervan kan het zieken voedsel gelden, dat gelukkig met de distributie tot het verleden behoort en waarvoor de Gezondheidsraad voorschrif ten had opgesteld. Eveneens duidelijk is,dat-voor physische therapie de behandelende geneesheer aan de physico-therapeut een briefje mag af geven daar dit als het ware als een voort zetting van de behandeling te beschouwen is. Hetzelfde geldt voor briefjes voor bril len, kunstogen, bandages, steunzolen, eias- tieka kousen, orthopaedische apparaten enz. voor opticiën, bandagist of instru mentmaker en is te vergelijken met het afgeven van een. recept voor de apotheker. Ook briefjes aan dé kruisvereniging voor het in bruikleen afstaan van verplegings- artikelen zijn toegestaan, evenals voor het inroepen van de hulp. der wijkverpleeg ster. Niet toegestaan is een briefje van de behandelende arts over wijziging van ar beidsvoorwaarden b.v.: ander werk, geen nachtdienst e.d. Hij mag dit de werkgever niet kenbaar maken. Beoordeling van da arbeidsvoorwaarden behoort te geschie den door de bedrijfsarts of de controleren de geneesheer. Wel mag de behandelende arts in een gesloten brief vooraf aan deze arts inlichtingen verschaffen om zodoende voor de belangen van zijn patiënt op te komen. Verklaringen voor opneming in een ziekenhuis sanatorium, rusthuis of krankzinnigengesticht zijn uiteraard ge oorloofd, voor het laatste zelfs wettelijk vereist. Vermelding van diagnose ge schiedt echter principieel alleen aan een medische instantie. Anders ligt het geval bij de uitzending van kinderen naar officieel erkende ge zondheidskolonies. De beslissing behoort genomen te worden door een hierttoe aan gewezen arts, die de beschikbare plaatsen het best eerlijk kan verdelen. Ook de keuringen, zoals die voor het officiële for mulier van het Staatstoezicht op de Volks gezondheid vereist zijn, behoren, uitge zonderd in plaatsen waar het niet anders kan, niet door de behandelende geneesheer verricht te worden. Alle verklaringen voor uitzending naar Het Petit Palais, het museum van de Stad Parijs, heeft een «root en belangrijk deel van zijn collectie kunstwerken naar bet Museum Boymans te Rotterdam gezonden. Deze wordt thans geëxposeerd in de prachtige zalen van dit altijd weer opvallend fraaie Museum. Het is een opmerkelijk mooie tentoonstelling die, alleen al wat zijn ontstaan betreft, spreekt tot elke burger van het nijvere Rotterdam. Zoals ook de verzameling van het Museum Boymans niet ontstaan is uit een historisch bezit, van graaf of prins maar in hoofdzaak gegroeid uit giften en legaten van kunst minnaars en tevens vrienden van Rotterdam, zo ook is de Parijse ver zameling hijeen gebracht door belangrijke giften van Franse collectionneurs wa[ 1S er 111 dit rijke land, in deze rijke stad veel hijeen te brengen, dat een plaats verdient onder de meesterwerken, vooral uit de zo vrucht bare 19e eeuw, uit het fin de siècle en uit onze halve eeuw! Een verzameling die zo ontstaat heeft vanzelfsprekend niet het karakter van een geheel dat, compleet met hoogtepun ten en al, een ontwikkelingsbeeld schetst en de grote meesters oaar evenredigheid een plaats geeft. De verzameling van het Petit Palais is er dus een die zonder meer bestaat in een aantal werken^van grote meesters. De een komt er daarbij door de wisselvalligheid der schenkingen royaler af dan de ander. Een <lie bij deze collectie schitterend vertegenwoordigd is, is Courbet; gen grandioze zaal vol schilderijen van een man die. vrijwel alleen, mei de roman tiek afrekende en er het realisme voor In de plaats stelde. In zijn zelfbewuste kop (no. 11) ontwaart men de revolu- tionnair. die n'£t alleen de minachting oogstte van het kunstminnend publiek uit zijn dagen rond het midden van de vorige eeuw maar bovendien door zijn revolutionnair gedrag in storm achtige dagen uit Frankrijk moest vluchten. Dat door zijn tijd zo gewraakte realis me blijkt heden nog wel mee te vallen. We moeten het gevai in het licht van de tijd zien. Het moet zijn opgevallen, dat Courbets gr&s en zyn bomen groen wa ren, zijn rotsen grauw en zijn luchten blauw'temidden van het theatrale ro mantische duister. Nog heden bewon deren we zijn heldere indringende visie en zijn klare taal (no. 25 en 29). Als men het vrij jonge portret van Juliette Cour bet (no. 23) ui' 1844 vergelijkt met het traditionele portret van Couture (no. 35), dan verkiest men de levensechte Courbet boven het gladde werkstuk van Couture, waarop de man ins gezet met een gewiló 'oneellit P p overigens meesterlijk ^Jïimmer" schedel en met een smeuïge „81 op het overhemd; een vlot gev voor het salonpubtiek *em tien geven die dan alleen slaat op de at wezigheid van fouten. Men sta ons toe in deze besprekin* met opnieuw lof toe te zwaaien ajionjs. bekende schoonheid van V de ten en hun voorgangers, zowellaL aan o Jongkind, Manet. Monet. Sisley, en nisme Corot. uons--;, -r-anne de baanbre- kèSrS8di1 het"fraaie vlak-van schildering nn z'chzelf predikte, ia in deze collectie vertegenwoordigd en vóór we de zalen uU deze periode betreden passeren.we een corridor waar een paar tekeningen e zien rijn van Ingres. Het zijn een paar por tretjes getekend met het .gemak der vir tuozen. In de laatste kabinetten vraagt meer recent o.a. van Rouault. Matisse en Picas so onze aandacht, schilders bij wie alles gaat om de inhoud of liever gezegd om de bedoeling. Het metier is daarbij ge sneuveld. Ga bij deze doeken niet dicht bij kijken, als ge nog hecht aan een fraai geschilderd en doorwerkt oppervlak, want het js verschrikkelijk. Vooral Rouault creëert een niet toonbaar oppervlak, rauw, rul. vuil en dor. Het gaat hem er om een religieuze sfeer te scheppen, waar aan de invloed van het zonnige glas-in- lood venster niet vreemd is (no. 119 en 122)Matisse zoekt naar een synthese van een fel en expressief verbeeld on derwerp en een grillig lijn- en kleuren spel. In «en klein kabinet hangen «nkele werken van Odillon Redon. die we gaarne apart vermelden. Het zijn hoogst merk waardige producten passend bij de zeld zame en merkwaardige figuur die Redon was. Hij opent voor de toeschouwer een sinistere vreemde wereld waarvan hij alleen het geheim kent; z0 zijn zijn litho's en ook de meeste van zijn schilderijen. Wij willen in dit verband wijzen op de fantastische kleurstelling in no. 105, waarop hij de rode Arabier (wat een prachtig rood!) ëen paarse guitaar in de hand geeft. Een minder sterke schilder achten wij Aristide Maillol, die voor alles beeldhou wer is. Dat is zijn kracht; het is duidelijk waarneembaar ia no. 79 de zee In het ruimtelijk verbeelden, van een men selijke figuur, in de opbouw der volumi na en het verglijden van de contouren, naarmate, men van standpunt verandert, is de meester sterker dan in het schilde ren van zo'n ondérwerp. Het schilderij is weinig picturaal en arm aan kleur. Fraai opgesteld treft men op de tentoon stelling ook beeldhouwwerken aan die aangevuld werden met. <ie bezittingen van het Rotterdams museum zelf. We moeten wederom een keuze maken. Laat ons Carpeaux kiezen, de schepper van het fraaie beeldhouwwerk „de dans" voor front van de Parijse Opera. Van hem is er o.a. een buste van de „Prince Royal" (no. 10), een zeer char mant werkstuk, leder zal met grote sym pathie dit kopje beschouwen. Het is een en al hartelijkheid. Het kopje rust als een bloemknop op de ranke hals en de jonge schoudertjes. Het harde marmer is onder de knappe handen van Carpeaux een teder materiaal geworden. Zeker, het is traditioneel en wat romantisch, maar in dat soort zeer sterk. Al kan de hedendaagse kunstenaars er niet ,op door gaan", al is zijn tijd in feite voorbij 'dit soort „bezwaren" hoort men heden vaak), het moet voor de be zoeker een hartelijk en charmant afscheid van dc tentoonstelling zijn vooral waar hij zich op het laatst heeft bezig gehouden met de moeilijk doorgrondbare modernen. niet-erkende gezondheidskolonies, kinder hulzen, gezinnen e.d. zijn voor de behan delende arts verboden. Het geven van inlichtingen aan de bede- vaarts-arts moet tot de behandeling gere kend worden en is derhalve geoorloofd evenals briefjes of telefonische medede lingen omtrent zlekenvervoer. Helaas zijn de deviezen nog beperkt be schikbaar zodat wanneer he't geweest is, dat iemand voor herstel van gezondheid naar het buitenland moét en met zijn tou- ristendeviezen niet toekomt, hij bij het Departement van Sociale Zaken en Volks gezondheid een aanvrage kan indienen. Daarbij moet hij een verklaring insluiten van zijn behandelende geneesheer waarin de medische gronden van de uitzending uiteengezet worden. Deze verklaring moet in een gesloten enveloppe gericht zijn aan de Geneeskundige Hoofdinspecteur van de Volksgezondheid. Moeilijker ligt het bij het verzoeken om gezinshulp, omdat de medische indicatie hier vaak niet zo gemakkelijk van de so ciale te schelden is. Het ideaal is als de hulp bij een centrale controlerende instel ling b.v. een geneeskundige dienst, wordt aangevraagd waar dan zowel de medische als de sociale facetten beoordeeld worden. In plaatsen waar dit niet mogelijk is kan de behandelende arts zich rechtstreeks tot de instelling richten met een strikt-me- disch oordeel b.v. drie weken bedrust. Het is de taak van de maatschappelijke werk ster om te beoordelen hoeveel hulp dit voor het gezin betekent. Dagelijks komt de vraag naar betere huisvesting helaas nog aan de orde. De behandelende geneesheer mag geen ver klaring daaromtrent afgeven, hetgeen di rect begrijpelijk is als men bedenkt, dat hij de woningmogelijkheden en de verlangens van de talloze gegadigden niet kan over zien. Het huisvestingsbureau of de ge meentelijke woningdienst wijst een con trolerend geneesheer aan. In de regel is dit in kleinere plaatsen de gemeente-arts en in grotere een arts van de Gemeen telijke Geneeskundige Dienst. Bij levensgevaar van een der familie leden mag de behandelende geneesheer, omdat het steeds om spoedgevallen gaat, een verklaring afgeven voor een S.O.S.- bericht per radio. Tenslotte een aangelegenheid, die we nauwelijks bij onze lezers durven veron derstellen, maar die gezien het bekende zwarte schaap in de familie wel eens voor komt, n.l. het bezoek van gedetineerden aan zieke familieleden. Als de directeur van de strafinrichting geen genoegen neemt met een verklaring van de patiënt zelf moet hij een controlerende arts aan wijzen of aan de gevangenis-arts opdragen bij de behandelende geneusheer inlichtin gen in te winnen omdat bij uitzondering is toegestaan, dat de behandelende genees heer in dat geval inlichtingen verstrekt. Op de gedragslijn voor andere gevallen zullen we binnenkort nader ingaan. Da Westduitse vereniging van kamers van koophandel (Industrie und Handels- tag) heeft er'op aangedrongen dat <ia Wes telijke Geallieerden de na de oorlog in- beslaggenomen handelsmerken aan West- Dultsland terug zullen geven. Dit zou volgens de vereniging moeten geschieden vóór de conventies van Bonn tussen West-Duitsland en de Westelijke mogend heden. waarover in de loop van deze maand in het Westduitse parlement ge debatteerd zal worden, geratificeerd wor den. De vereniging heeft een brief gezon den aan het parlement, waarin zij mede deelt. dat door het verlies van de Duit se handelsmerken aan de Geallieerden, na de oorlog voor de Westduitse export een bedrag van ongeveer 1 milliard D.M. ver loren is gegaan. Volgens de brief is het voor Duitse firma's moeilijk haar oude markten te heroveren met nieuwe han delsmerken, welke de afnemers niet ken nen. De conventies van Bonn staan on derhandelingen ti>e over het teruggeven van Duitse handelsmerken. De houding van de drie Westelijke Ge allieerden zou volgens de brief van in vloed zijn op de houding van andere lan den. Om die reden zouden de Ver. Staten, Engeland en Frankrijk vóór de ratifica tie der conventies door West-Duitsland de Duitse handelsmerken aan Weet. Duitsland moeten teruggevao.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1952 | | pagina 7