l EEUWIGE MENS BEROEP EN CHRISTELIJK LEVEN DE STEM VAN DE TIJD OVER DE GRENZEN HONDENPRAAT Jongeren lezen de Blijde Boodschap GROOTSCHEEPS OF NIET De bewaker van mijn broeder lSïï£\^ Daar waar ivij staan liggen onze kansen Alle volken Cultuur en techniek ZATERDAG 30 JANUARI 1954 PAGINA 7 - De wereld is zo klein als de plek1 •waar je staat en zo groot als je be langstelling. Daarom kun je klein beginnen, in 't klein doorgaan, en aldoor weten, dat je met iets groots bezig bent. Al onze bewegingen, daden en initiatieven hebben een onmetelijke invloedssfeer. Ze van gen aan op de plek waar we staan, zijn gericht op onze onmiddellijke nabijheid en reiken ovei alle hori zonnen. We spreken en worden verstaan, we handelen en wekken reacties, we zijn lamlendig en brengen vertraging teweeg. Onze hand reikt niet ver; onze invloed wel. Uit de scheppende handen is het heelal voortgekomen als een heel netwerk van verhoudingen en rela ties. Alles is met elkaar verbonden. Bergen, rivieren en de zee. Zon, aarde, regen en groeikracht. Le ven, verlangen, liefde en kinderen. Gezin, arbeid, industrie, handel en volk. Mensen en mensen. Alles werkt samen. Het sterven van het een dient tot het leven van het ander. In heel dat netwerk staan wij op een bepaald knooppunt. Daar zijn we en werken we en oefenen we invloed uit. Op onze eigen plek en nergens anders. Thuis, waar ik woon. Bij déze knaap, met wie ik praat. Bij m'n meisje. Bij die col lega. Bij déze lui van de club. Ik ben ergens neergezet. Nu moet ik niet doen alsof ik hier mets heb te maken. Nu niet alleen maar bomen over „de" wereld, „de" Kerk, „de" politiek, „de" jeugd en „de" maatschappij. Maar goed zijn allereerst en deugdelijk voor deze plek van de wereld, dit levend deel der Kerk, deze medeburgers, dit jong mens, dit brok maatschappij. En 'dan verder zien. Zo ver als ik maar kan. Met wijde belangstel ling. Bewust van m'n onnaspeur lijke invloed op alles en allen, op de loop en het lot van hemel en aarde. In geen andere geest dient deze pagina te worden gelezen. Wat God wil is tegelijkertijd klein en groot. Wie „ja" zegt op Gods initiatieven, omvat met z'n jawoord alles wat is en leeft: God Zélf, alles wat uit Hem bestaat en naar Hem op weg is Wie „ja" zegt, begint, heel con creet, in de geringe ruimte van het eigen hart en bij de naaste, d.i. de gene die het dichtst bij staat. Hij eindigt in de eindeloosheid van het goddelijk Hart, waarin oorsprong vond. Sportjournalisten Kunstenaars Medici Uw greep, o God, in 't stof van deze aarde: de mens gestalte van Uw lof komt tot zich zelf als een steeds wijkend perspectief en kan zich zelf niet behelzen; zoekt in de plooiïng van zijn aards bestaan te delven naar de Eeuwigheid. H. M. alles z n Onze verlatenheid T oneelspelers Ingenieurs en architecten 1 Mei 1953 W M Ir „Onder de volmaakte christen verstaan wij de mens van zijn tijd, de kenner en uitbuiter van alle vorderingen van wetenschap en techniek, de mens, die geen vreemdeling is temidden van het leven, zoals dit zich thans op aarde ontwikkelt. De wereld zal er geen spijt van hebben, wanneer een steeds groter aantal christenen zich zal inschakelen in iedere geleding van het openbare en private leven." „Keert terug naar uw arbeidsmilieu's en zegt: Het Koninkrijk Gods is nabijGrijpt iedere gelegenheid aan om uw collega's te doen begrijpen, van hoeveel rust en vrede hun zielen zouden overvloeien, indien zij uiteindelijk het besluit nemen, om zich opnieuw aan de zoete heerschappij van Christus te onderwerpen." „De Heilige Geest zal u eerst en vooral duidelijk doen zien, hoe geen enkel ter rein van de menselijke activiteit aan de hernieuwde werking van Christus ont trokken kan worden. Men moet erken nen, dat het Evangelie de menselijke geest geheel en al moet doordesemen en indien sommigen nog aarzelen met be trekking tot de noodzakelijkheid van een radicale hervorming in christelijke zin, dan moet gij hen eraan herinneren, dat de theoretische en openbare activiteit in al haar vertakkingeneen christelijke bezieling moeten krijgen en dat zij niet aan de invloed van het denken en de genade van Christus mogen worden onttrokken". „De allereerste voorwaarde om dit doel (voorlichting van de publieke opinie in alles wat de sport aangaat) te herei ken is, dat gij diep in u zelf de sport oprechte achting toedraagt en aan deze overtuiging met overredingskracht blijk geeft, dat gij er de voordelen, de echte verdiensten en de werkelijke waarde van. belicht en dat gij dit doet met die sobere terughoudendheid, welke dui zendmaal welsprekender en krachtiger is dan vervelende redeneringen of lyri sche dithyramben". „Bekroont uw kunstidealen, dierbare zonen, met godsdienstige idealen, waar door de eerste worden versterkt en ver volledigd. De kunstenaar is op zich een bevoorrechte onder de mensen: maar de christen-kunstenaar is in zekere zin een uitverkorene, omdat het de uitverko renen eigen is de volmaaktheden van God te overwegen, te genieten en uit te beelden". „Dat is de grootheid van uw taak, mijne heren, in waarheid medewerkers tc zijn van God in de verdediging en ontplooiing van Zijn schepping. Het is in deze zin, dat de H. Schrift zegt van de medicus, dat „God hem heeft ge schapen" (Eccl. 38, 1). Hij heeft hem ge- Nee, vriend, hier kun jij je niet aan onttrekken. Ik ben niet van plan weer van voren af aan te beginnen en te gaan jeremieren, dat de wereld zo slecht is, dat we niet weten, waar dat naar toe moet. Dat nemen we bij deze als een feit aan. Maar nu komt het erop aan, wat j(j moet doen. Wanneer jij zo klaagt, dan wil je daarmee zeggen, dat je er zelf niets mee te maken wilt hebben, dat je zelf idealist wilt blijven ondanks alles. Maar dat legt ook een taak en plicht op je schouders: jij moet de wereld dan beter maken. Als ij later bij Christus aankomt, en Hij je vraagt wat je zo al gedaan hebt; en wan neer jij moet zeggen, dat je je ver ge houden hebt van deze boze wereld, dan zal Hij je niet al te vriendelijk aankijken en je vragen: wat heb jij er tegen gedaan: Alleen maar geklaagd; alleen maar ge kankerd? Dus de zaak maar op zijn beloop gelaten? Maar je zult dan misschien zeg gen: Ik heb zo braaf mogelijk geleefd' 'k heb m'n ziel willen redden. Maar Christus zal je dan vragen: hoe is dat nu mogelijk? Wie alleen zijn eigen huid wil redden, is een grote egoïst. Heb je dan niets gedaan? U.S.A. Katholieke jongeren verzetten zich tegen rassenonderscheid. Begin bij dc jeugd! Énkele „Kruisvaarders-studenten van New-Orleans zijn begonnen met een kindervacantie-kamp voor blan ken en zwarten. In Chicago heeft er voor het eerst in de geschiedenis een bijeenkomst plaats gehad van 700 studenten uit 85 katholieke colleges om te spreken over het rassen-recht. Katholieken en het Isolationisme. In de Commonwealth van Nov. 1953 noemt James O'Gara als een der voornaamste oorzaken van het Isolationisme en Nationalisme van Katholieken: de reeds zeer oude tendenz onder de Katholieken om overal de meest simplistische oplos- sin" te kiezen. Dit komt het meest duidelijk tot uiting in hun houding tegenover de Communisten Voor vele Amerikaanse K£th°i* het Communisme '°utlr des aanstoots. Als de 9? V„ ergens vóór zijn, dan zijn deze K tholieken automatisch tegen. Australië. Onder het motto: „Landen zon der mensen en mensen zonder land zijn de Australische Bisschoppen een grote actie begonnen voor de immigratie. Mgr Crennan, secretaris van het Kath. Comité voor immi gratie heeft in een congres in Mel bourne een uitgebreid plan voorge legd waarmee lui twee onderschei den'problemen wil oplossen: 1) De goede voorbereiding van de immi gratie door katholieke hulpgroepen. 2) De Vereniging in n zelfde milieu van verspreide familieleden. Spanje. Sociale Missie. Na een algemeen religieuse Missie heeft men in Spanje een „Na-Missie gehouden over liet sociale Paters, speciaal hiervoor onderlegd, onder leiding van de bisschoppen van Bilbao en Malaga, hebben in 37 een tra deze na-Missie gehouden De on derwerpen waren de volgende- De menselijke waardigheid. Verlosrin» van het proletariaat. De juiste ver deling van de rijkdommen De tus senkomst van Kerk en staat. Het probleem van het staken. Frankrijk. De JAC (Jeunesse Agricole Chrétienne) en de J.E.C. (Jeunesse Etudiante Chrétienne) vieren 7 Fe bruari hun vijf en twmtig jang be staan. De J.E.C. heeft als speciaal punt. van ha-'.r Proiparn gesteld: de studiegelegenheid onder alle klassen voor personen die Bij zondere aanleg hebben. De verenigde Katholieke jongeren van Frankrijk, de A.C.J.F. (Associa tion Catholique de la Jeunesse Eran- qaise) hielden eind December 1953 hun 55ste vergadering met een on geëvenaard aantal deelnemers. De A.C.J.F. is sinds 1949 het overkoe pelende orgaan van de verschillende organisaties van de arbeiders-, stu denten-, boeren-, matrozen- en onafhankelijke jeugd. (De J.'O.C.; J.E.C.; J.A.C.; J.M.C. en J.I.C.). België. Over de kwestie van het ontslag van een groot aantal arbeiders in de mijnen van de Borinage heeft mgr Himmer. bisschop van Doornik een open brief geschreven, waarin luj het. recht van de arbeiders op arbeid verdedigt. „Weer dreigt in een ar beidsconflict het geld het te winnen van de persoon, de economie van het. menselijke, het, geweld van het. recht. Het is onaanvaardbaar dat de beslissing over het sluiten van een bedrüf uitsluitend bepaald wordt door de kracht van het kapitaal, zonder voldoende rekening te hou den met de rechten van de arbei ders. Men vergeet bovendien vooral bij mijn-werk teveel dat de arbeider veel meer riskeert dan de aan deelhouders. Deze immers riskeren alleen een gedeelte van hun kapi taal, de arbeider riskeert z'n leven!" Je was toch verantwoordelijk voor ie medemensen en voor de wereld. En je hebt geen enkel initiatief genomen? Je zag toch, hoe rot de zaak was; je zag, hoe verleidelijk de wereld was voor zovelen, die er in op en in onder gingen en je hebt maar gekankerd en alleen maar vroom gekeken- Egoïst! Ga weg van mij! Of is het niet zo? De stem van de tijd is de stem van God. Alles roept om ver nieuwing, dus God vraagt van ons, dat we meehelpen aan de vernieuwing van de wereld. Meer dan ooit voelt de mens van tegenwoordig zijn verantwoordelijkheid voor het geheel. We ondervinden dat >n de sociale kwestie, waarin werkgevers en werknemers zich voor elkaar verantwoor delijk weten. We ervaren dat bij een ramp zoals vorig jaar omtrent deze tijd gebeur de. Heel Nederland voelde er zich verant woordelijk voor en deed al het mogelijke, om het leed te verzachten. Het stelde zich niet tevreden met klagen en jammeren. Het kwam tot de daad De stem van ds tijd! Er komt een apostolisch geslacht op. dat niet stil wil blijven staan bij de slo gan: redt uw ziel, maar dat er in waar- achtig christelijk verantwoordelijkheids gevoel aan toevoegt: door de zielen van anderen te redden. De stem van de tijd laat zien, hoe de mens van tegenwoordig meer dan ooit te voren afhankelijk is van zijn milieu en de christen en de leken apostel en welke christen is geen apos tel voelt in zich een heilig moeten, om ieder naar krachten, naar talenten, naar de roep van de Kerk en naar de roep van de Geest, om dit milieu te heiligen, opdat christenen kunnen leven en sterven in dit milieu als christen. Hier kun jij je niet afzijdig houden. Dat kan gewoon niet. Ik wilde, dat je dit begreep. Jij bent verant woordelijk voor dat stukje wereld, waar in je leeft en werkt. Hier heb jij Christus tegenwoordig te stellen door je voorbeeld, door je gedrag, door het christelijk uit oefenen van je beroep. Je moet niet wachten, tot je geroepen wordt; iedere christen is geroepen. Houdt dat voor gezegd. En nu niet te veel praten, maar doen- Vandaag, morgen. Beginnen in je eigen 0mKjVlnB' De wereld moet vernieuwd worden, maar die vernieuwing wordt je met in de schoot geworpen. Daar moet voor gebeden worden, daar moet voor ge- f"' door jou. Het uur •je verantwoordelijkheid op slaat. Neem je als een christen. H B. Vernieuwing? Accoord. Van uit God? Accoord. Maar wat nu? Dat alles is immers vrij vaag. Met deze twee slagwoorden kan ik geen nieuwe wereld opbou wen. God zegt mij immers niet, boe het nu dan wel moet. En het Evangelie? Dat kan misschien goed zijn en actueel voor de tijd, dat bet geschreven werd. Maar de tijden zijn sindsdien een klein beetje veranderd. (Heeft u dat ook in de gaten. Daar was ik ook achter gekomen)Ik zie best in, dat de eerste voorwaarde voor een betere en nieuwe mensheid is de gehoorzaamheid aan het Woord van God. Dit moet elke vernieuwing dragen. Maar het Evangelie zegt mij daarom nog niet, hoe dat nu in feite moet ge beuren in deze concrete omstan- digheden. God spreekt echter ook op een andere wijze tot de mens. Hij staat hoven de geschie denis en leidt de geschiedenis, ook al merken we het niet. Zo hoog staat Hij boven en zo innig staat Hij in de geschiedenis. Het tijdsgebeuren wijst mij de weg, welke ik gaan moet. De stem van de tijd is de stem van God. Wanneer ik rondom me heen zie, naar de gesprekken luister van dit geslacht, wanneer ik zie naar de nieuwe wijsbegeerte, welke opkomt, naar de literatuur, naar de film, de muziek, dan bemerk ik b.v. dat het woord van Graham Greene uitkomt: deze tijd is de tijd van de verlatenheid. Teleurgesteld door de gebeurtenissen heeft de mens zich weer teruggetrok ken op zichzelf, is hij alleen en ver laten geworden. Dan weet ik b.v. dat alleen een innige omgang met God mij uit deze verlatenheid zal kunnen trekken. Maar wanneer ik van de andere kant zie, hoe hoog het Myste rie van God is, dan voel ik me voor Hem nog verlatener. Is het dan won der, dat de christen van tegenwoor dig zich meer dan vroeger getrokken voelt tot de persoon van Christus: deze mens als wij en toch de Zoon van de levende God. In Hem voel ik mij geborgen en veilig en weet ik, dat God bij mij is. De stem van de tijd: de stem van God. En wanneer we zien, hoe de mens van deze tijd aards gezind is, hoe de aarde, het sociale probleem, de zicht bare dngen hem veel zeggen; en wanneer we van de andere kant zien hoe geheel deze wereld, welke toch zoveel voor ons betekent, welke zo'n grote invloed op ons heeft, ons toch niet gelukkig kan maken, dan weten we, dat er ergens iets moet zijn- Mis schien is het dit, dat de wereld, zo als zij feitelijk door de mens geor ganiseerd is, van God verlaten is. Er is geen rekening gehouden met God m.a.w. de wereld is in zonde, van God verlaten en dit is de diep ste oorzaak van al de ellende. Ook door dit tijdsgebeuren spreekt God tot ons en wijst ons om de we reld, de aarde, het gezin, het beroep, weer tot God terug te brengen en zo te heiligen en aldus de voorwaarde te scheppen voor een waarachtige vernieuwing van de wereld. De stem van de tijd is de stem van God. Dit is Gods Wil nu voor dit geslacht: heilig de aarde. Heiliging van het aardse We zien dan ook overal een im mens pogen tot heiliging van net aardse. Nieuwe meer christelijke op vattingen over huwelijk en gezin ko men op. Door woord en geschrift, publiek en in besloten clubs zien we overal po gingen tot opbouw =z van een spirituali teit van het huwe lijk het geslachtelijk, van het lichaam- Maar vooral zien we tegenwoordig een grote stroming om het milieu te heiligen, zo maar niet in het vage weg, maar zoals het feitelijk bestaat in vermaak en politiek in ambt en beroep. We zien ook, hoe onze te genwoordige Paus, meer dan wie ook meelevend met de noden van dit ge slacht telkens en telkens hierop zin speelt. Ja. we kunnen zeggen deze Paus is de Paus van de heiliging van het beroep. Of hij tot medici spreekt of tot bankdirecteuren, verpleegsters of tabakshandelaren, altijd wijst hij op hun beroep en hoe zij zich moeten heiligen in en door hun beroep en tevens hoe zij zo het apostolaat moe ten uitoefenen. We geven hier een staaltje, hoe concreet hij dit ziet. Zo spreekt hij b.v. tot de tramconducteurs: „Hij moet de passagiers waarschuwen of raadgeven, en als hij de kaartjes ver koopt, moet hij meestal ook nog kleingeld teruggeven: een taak, die zijn plicht nog ingewikkelder maakt- Hij moet opletten, dat de mensen achterinstappen en aan de voorkant uitstappen eh dat niemand het rook verbod overtreedt". Een enkel specimen van de vele. Het wordt ons duidelijk, dat hier de grote taak ligt van net tegenwoordig geslacht, dat het zó het beste en het meest efficiënt zijn plicht van apos tolaat vervult. Het is juist ook hier op, dat deze Zaterdagavondpagina van de Maasbode-pers voortdurend wil drukken. De stem immers vah de tijd IS DE STEM VAN GOD H. B. schapen als een instrument van Zijn barmhartigheid, om de kwalen van zijn broeders tc verzachten, .ls een gids en een raadsman om hun wijsheid te le ren, als bewaarder van Zijn kennis van de mens en van Zijn behulpzame goed heid". „Welk een afstand ligt er tussen dit ideaal en de prikkel van de ijdele roem of het stoffelijk belangDeze prikkel kan intelligente en begaafde virtuozen voortbrengen; maar zij missen het we zenlijke. de expressie van een vurige en fijnzinnige ziel. Voor hen is het beroep veeleer een vak; voor u is het een roe ping, als men voor wat u betreft met dit grote woord die innerlijke en als het ware onweerstaanbare aandrift mag aanduiden, die u dwingt in het hart van uw toehoorders of uw toeschouwers de gevoelens over te planten, waarvan het uwe is vervuld en die zich willen uiten". Vanaf de eenvoudigste woning tot de prachtigste gebouwen toe, moet men verband weten te leggen tussen het practisch nutèn de waardigheid en aesthetische waarde....". „Vanzelfspre kend eist de volmaaktheid van deze ver binding van techniek, comfort en schoon heid van de ingenieurs en architecten, ervaring en smaak, die natuurlijke ga ven veronderstellen, welke door studie en arbeid zijn gecultiveerd en verrijkt". „Het is (tenslotte) dc dag, waarop de gelovige mensheid door het werk van haar geest en handen een cultuur ter ere van God belooft te scheppen, een cultuur, die verre van de mens van God te verwijderen, hem steeds dichter bij God brengt". „Draagt daarom zorg, dat gij steeds uw arbeid volgens zjjn diepere betekenis blijft zien, namelijk als uw persoonlijk aandeel in de verbetering van de ge meenschap. pank zjj die arbeid kunt gij een wettige aanspraak maken op een opbrengst welke voldoende is voor uw materiële en culturele behoeften, over eenkomstig uw stand en staat". (Dit „artikel" bestaat louter uit tek sten verzameld uit vele toespraken, ge durende de laatste jaren door de H. Vader te Rome bij gelegenheid van wijzen wij graag op de uitstekende audiënties gehouden.. Geïnteresseerden studie: „Hóe rijm ik beroep en Christelijk leven?" door H. van Santvoort, uitgege ven te Heemstede in 't kader van het tijdschrift „Actio Catholica".). Vr. A"l dat gepraat over die eerste mensen en de paradijselijke toestand, waarin zij leefden, lijken mij meer een sprookje toe De H. Schrift zegt er maar weinig van. Ik moet dus proberen of ik langs n andere weg iets van hen te weten kan komen. Nu heeft men tegenwoordig een methode, om de godsdienst en de cul tuur van de vroegste mensen na te gaan, ook al zijn zij honde: döuizenden jaren geleden gestorve en staat hun geschie denis niet op schrift. Welnu deze methode leert ons, dat de vroegste mensen, wat het technisch-kunnen betreft zo ongeveer op de laagste trap van de beschaving stonden. Ze staan, zoals de Duitsers het uitdruk ken, nog op de „Sammelstufe". Dat wil zeggen: ze maken nog niets, planten niet, bouwen niet, en leven van hetgeen hun voor de hand ligt Zij verzamelen nog slechts. Dit komt toch maar moeilijk overeen met datgene, wat U van de eer ste mensen zegt. Of is het misschien zo, dat de mens na de zondeval alle zin voor techniek heeft verloren? Dat lijkt ook wat onwaarschijnlijk. Ant. Ik ken inderdaad de methode, waarover U spreekt. Deze staat bekend als de cultuur-historische methode. Daar mee werkend heeft men kunnen nagaan, dat de godsdiensten van de vroegste mensen betrekkelijk zuiver waren, en ook, dat hun technisch-kunnen nog op de onderste sport staat. Nu wat is daar tegen U wilt toch niet de vergissing begaan: cultuur en techniek te verwis selen. Er is klaarblijkelijk een groot ver schil tussen. Ik ken mensen met een grote innerlijke beschaving nu en in het verleden, maar die technisch weinig on derlegd zijn en waren. En ook omgekeerd. Het zou dus helemaal niet verwonderlijk zijn, dat deze eerste mensen een zeer hoge be schaving gehad hadden, maar technisch ten achter waren. De nadruk lag toen zeker niet zo sterk als tegenwoordig op de organisatie van het aardse. Daarbij was de aarde gewillig, en zo konden ze leven van wat de aarde voortbracht, zonder al te grote inspanning. H. B. „Hond", zeg ik, „hoe is dat nou oij jullie? Hebben jullie honden nooit 't gevoel, dat je de hele wereld 'ns op haar kop zou willen zetten?" Hond bezag mij met één wantrou wend oog, om met het ander een nog niet geheel afgewerkte kluif in de gaten te houden. Vervolgens demon streerde hij het meest opvallende voordeel van het staartspreken, door al kluivende en kauwende mij rustig van antwoord te dienen. „Wij honden voelen er niets voor om de hele wereld op haar kop te zet ten", aldus Hond. „Niet dat de wereld ons, zoals ze in feite is, onverdeeld bevalt. Nee, dèt niet. Maar we hebben er als hond zijnde 'n hekel aan ons vast te bijten in het onmogelijke of zinloze". „Wat bedoel je, Hond?", vroeg ik twijfelend. „De zaak is deze", ver volgde hij, de afgekloven kluif stev'g in de poot houdend ter onderstreping van zijn betoog, „als ik de aardbol op z'n kop zou willen zetten, dan krijg ik dat niet klaar. Daar is die aardbol te onhandig groot voor, of ik te klein Bovendien is 't niet nodig, want zoals je weet, zet de aardbol zichzelf voort durend op z'n kop. Ja zeker! Je hebt toch wel 'ns van de wentelingen der aarde om haar eigen as gehoord! Goed, die radicale omwenteling, die jij en je kamraden zo af en toe van plan zijn te ondernemen, zijn waar deloos en niet ter zake dienende „Hond", zeg ik, „ben jij dan van de conservatieve vleugel? Meen jij dat we alles dan maar bij 't oude moeten laten? Niks veranderen?" „Hoor 'ns even" zegt Hond, „je moet bij mij niet met vleugels aan komen zetten; ik ben tenslotte 'i hond. Maar wat ik indirect wil zeg gen is dit: je moet je vastbijten in iets wat je wel op z'n kop kunt zet ten. Neem nu zo'n kluif. Daar heb je houvast aan. Daar kun je mee werken. Dit is dichtbij en je kunt er wat mee doen. Zo is er voor jou en voor ieder mens altijd wel ergens 'n kluif te vinden. Laat 't waar we zen, dat zo'n kluif maar 'n heel klein stukje van de totale wereld is: 't is in elk geval 'n bereikbaar stukje. Je neemt 't in je poot en je wentelt d«t stukje wereld zo vaak om als je wilt. En als je klaar bent of bijna klaar, neem je weer 'n andere kluif. Zie je, dat is mooi en degelijk werk. En voedzaam. Ik als hond zou iedere revolutionnair willen aanraden z'n revolutie te beginnen in z'n eigm achtertuintje Weet je hoe ik aan deze heerlijke kluif ben gekomen? Door de hele wereld op haar kop te zetten? Nee! Maar door in jouw klei ne achtertuintje de vuilnis-emmer op U z'n kop te zetten! Welnu, in ieder mensenhart en in iedere mensenstad is wel ergens 'n achtertuintje met 'n vuilnisemmer! Daar zoekt ieder z'n kluif". Als de storm opsteekt, verschijnt de Heer. De storm jaagt in je rug, trekt voor je uit, sleept je opzij; of zit hij gedoken in je hart, als een angstige vogel, die er plotseling klapwiekend uitvliegt' Boven de stormen staat de Heer. Vind je het overdreven? Pas op. De bewoners van de Zeeuwse eilanden zouden het verhaal ook overdreven hebben genoemd, als het hun 's Zaterdags was verteld. Als de storm opsteekt, verschijnt de Heer. Gods Geest is niet in de stormwind. De Heer staat bóven de stormen. Hij alleen kan rust geven aan je hart, „dat al zo moe is, altijd maar luider slaat en niet rusten wil". Onrust komt nooit van God. God alleen geeft rust. De rust die een nieuw mensentypd maakt, ongekend in onze jachtcrige samenleving. De rust waardoor je die gestadige gelijkmatigheid krijgt. De rust van vertrouwen op God. De rust van Gods liefde. Boven de stormen staat de Heer, Hij beurt u er boven uit, en draagt u in Zijn hand: de rust van de mens in Gods hand. Of slaapt de Heer in de stormwind? Wees gerust. Hèm, noch de appel van Zijn gesloten oog kan iets deren. De appel van Zijn oog zijt gij. Wees gerust. Als de storm opsteekt, Verschijnt de Heer. Vlucht dan niet naar de mensen, maar roep tot Hèm: Heer red ons, wij vergaan! En de rust van Gods liefde komt in je hart. R. BECKERS, pr. Welke stad is nu de hoofdstad van Nederland: Amsterdam of Den Haag? Zie daar een vraag, die zo spoedig mogelijk moet worden opgelost en waaraan tot dusverre in jongeren-kringen slechts weinig aandacht werd geschonken. Dit laatste schrijven w(j hier iret zonder ver driet neer. Waarom heeft de jeugd zich nu niet eens sterk en eendrachtig achter de oplossing van dit ern stig vraagstuk gezet, om daarmee de mond te snoeren van al dege nen, die maar doorgaan met te beweren, dat de jeugd zich tegenwoordig voor niets meer interes seert? Het is toch dui delijk. dat Nederland 'n hoofdstad moet hebhen en dat we het als Nederlanders over de keuze van die hoofdstad eens moeten zijn of zien te worden. Door de af wezigheid van de jeugd ontstaat nu het gevaar, dat heel de kwestie bin nenkort en binnenska mers wordt uitgemaakt door enkele oude hoog leraren in de vader landse geschiedenis, die minister Beel dan wel bij ontstentenis van de stem der jongeren van advies zullen dienen. Ons voorstel komt hierop neer: wij zouden dit hoofdstedelijk pro bleem in de jongeren- kernen ter discussie ge bracht willen zien Hier ligt nu inderdaad een stevige en concrete kluif voor gespreks groepen, die naar reele onderwerpen zoeken. De ouderen hebben hier dit moeten we hun na geven een vraagstuk opgeworpen, niet alleen van eminent belang, maar ook in staat om ieder die jong van hart is te boeien en in beweging te brengen. Amsterdam of Den Haag dus? Dat is de vraag. Ter verduidelij king moge erop gewezen worden, dat de rechten, welke Medem- blik op de titel van „Hoofdstad des lands" doet gelden slechts be rusten op de opgewon den praatjes en betogen van een ijsbereider daar ter plaatse, die door zijn agitatie de belangrijke kwestie in de sfeer van de belangenstrijd poogt te trekken. Men vrage als inleider voor de ge- spreksavonden terzake dus geen inleider uit Medemblik, Wij zelf zijn afkom stig uit Gouda, zijn der halve niet vooringeno men en verklaren ons bereid om tegen een vergoeding van 50 't genoemde vraagstuk voor jongeren-groepen in te leiden en te bespreken (reiskosten niet inbegrepen. KARAKTEROLOOG.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 7