AUTO-ASSEMBLAGE NEEMT GROTE VLUCHT Boeiende staalkaart van stand van zaken in de wereld van de auto De ..personen-Diesel" wint terrein. - Herovert ,.de Amerikaan" gedeeltelijk onze markt? man-Hardtop „Californian" op de eerste plaats met het oog op de Amerikaanse smaak gebouwd, en Méér P.K.'s! De „Amerikanen" ook al levert tegenwoordig zelfs Jaguar desgewenst zijn befaamde Mark VII met een automatische gangwissel. West-Duitsland leidt de import En meer comfort! Europese stijl Wat de Europese industrie daar in 1954 tegenover stelt, is anders van stijl en anders van karakter, doch technisch daarom niet minder knap. Hoewel deze industrie, zoals gezegd, tegenwoordig wel degelijk met haar Amerikaanse afzetgebied rekening houdt, is zij nog altijd niet ver-Amerikaanst en gaat zij haar eigen wegook al werd bij voorbeeld de zo geslaagde Hill- Niet conservatief.. DRINKT geregeld ook eens mei een schijf CITROEN het natuurlijke spijs- verterende bron water uit de Belgische Ardennen Comfort en Luxe: de Chevrolet „Bel Air'. En hoewel het ook op deze RAI wel weer enorm druk zal worden rond de stand waarop de luxe sleeën en de, met lauweren be kroonde raspaarden te bezichtigen zijn, de stands waarop de kleine wagen prijkt, zal men ook ditmaal niet overslaan. De kleine, zuinige, handige en goedkope auto die voor de oorlog reeds ck wind in de zeilen kreeg, laat zijn suppor ters ook dit jaar stellig niet los! AMSTERDAM, Februari. Goede resultaten Met de Nederlandse assemblage-bedrijven is het anders, florissanter gegaan. Het assembleren van in het buitenland ont worpen automobielen, aanvankelijk met enige schuchterheid in Nederland begon nen, heeft een steeds grotere vlucht ge nomen en typerend daarvoor is wel het assemblage-cijfer over het achter ons lig gende jaar: in 1953 werden in Nederland niet minder dan tienduizend automobielen (10.414) geassembleerd, niet alleen ten be hoeve van de Nederlandse automobilist, doch ook voor export. Meer dan 25 pet van deze in Nederland geassembleerde wagens ging naar het buitenland en dat bleek een uitstekende deviezenbron: de waarde van deze export bedraagt 19.720.000 fmrwn—iWL Engels verlies DONDERDAG 25 FEBRUART 1954 PAGINA 5 1939 '15 '16 '17 '18 '1'9 '50 '51 '52 '5'3 IlAugustos-1 AMSTERDAM, Februari. De romantiek is er wat af, van zo'n automieltentoonstelling! De tijd, dat de automobielexperts aller landen dagen tevoren al rond het RAI-gebouw slopen, speurend naar technische sensaties, is voorbij. De automobieltechniek is zo ver, cat zij de wereld geen zenuwslopende, volmaakt revolutionnaire vondsten meer te bieden weet. Zij staat uiteraard stil. de automobieltechniek Er wordt no naar steeds grotere perfectie g in de fabriekslaboratoria, aan de teken planken en op de proefbanken. De jacht op meer paardenkrachten, een nuttiger motorvermogen, grotere stabiliteit, meer comfort, hogere wegvastheid en meer vei ligheid duurt voort en in de carros serie-afdelingen der grote automobielfa brieken vindt men ieder jaar wel weer 'n nieuwe variant op een, langzamerhand vrij algemeen geworden koetswerk-mo tief en mócht er in de een of andere sector van de automobiel-fabricage al van een zekere stabilisatie sprake zijn, dan behoeft de automobilist ook in den jare 1954 slechts de afdeling accessoires van een internationale automobiel-ten toonstelling binnen te lopen om te ont dekken, dat ook de moderne automo biel, waarin men de ervaringen van mil- liarden kilometers verwerkt heeft, nog altijd ieder jaar wel weer enige detail verbeteringen verdragen kan. Dat is het beeld van vrijwel iedere na-oorlogse automobieltentoonstelling. Dat is ook het beeld van deze R.A.I, die in het oude, vertrouwde, doch ten dode opgeschreven gebouw aan de Lairessestraat te Amster dam morgen door minister Zijlstra offi cieel geopend wordt en die tot en met 7 Maart a.s. zal duren: geen verbluffende sensaties, geen waarlijk revolutionnaire nieuwigheden. Doch wel: een uitstekend en royaal overzicht over de jongste ontwikkeling van een industrie die se dert de oertijd nog nimmer op haar lau weren rustte en die ook sedert 1952, toen de jongste RAI onder grote belangstelling en met een opmerkelijk commercieel suc ces gehouden werd, links en rechts weer vorderingen heeft gemaakt. Zo is deze RAI, en zo lang de jet-motor als kracht bron voor de automobiel nog in het prille experimenteer-stadium verkeert, zo lang de befaamde hete-lucht-motor zich tel kens weer terugtrekt achter een myste rieus rookgordijn, zo lang zullen niet al leen de ongeduldige experts, doch ook het autorijdende publiek zich tevreden moeten steilen met detailverbeteringen en het griezelige is, dat men de waarde van sommige detailverbeteringen wel eens over het hoofd wil zien in een auto mobielwereld die al zo ver is, dat de Duitsers (Mercedes) ons nu een elegan te sportautomobiel te koop aanbieden die goed is voor meer dan 200 K.M. per uur en die voor het overige nu niet minder dan 60 P.K. méér levert dan de race wagen, waaruit hij werd afgeleid, pro duceerde toen men er slechts twee jaar geleden de 24 uursrace van Le Mans mee won. Dertig p.k. winst per jaar!, en Meer licht en (40 pet.) zon De „Ford-Skylinerheeft een voor de helft uit zonne-warmte werend plexiglas vervaardigd dak. van het Engelse succes in Amerika komt, relatief gesproken, stellig voor rekening van een fabriek als Jaguar, terwijl het ook in Italië de automobie- len-van-het-duurdere genre zijn (Lancia, Alfa Romeo, Ferrari) die na de oorlog in de V. S. een steeds groter afzetge bied kregen. Het heeft zijn effect op de Amerikaanse industrie niet gemist. Terwijl men daar voortging, te streven naar het steeds ver der opvoeren van het motorvermogen (er worden standaardwagens in Amerika ge maakt met een vermogen van 235 P.K.!, en de nieuwe Ford-motor voor 1954, een V.-8-kopklepper levert alweer 20 P.K. meer dan zijn voorganger, de zijklepper!)', zocht men het ook elders: lagere chassis' en daarmee gepaard gaande een meer Europees uiterlijk. Enkele Amerikaanse fabrieken lieten hun nieuwe carrosse rieën ontwerpen door beroemde Italiaanse carrossiers als Pinin Farina, en een van de succesnummers van het nu lopende auto mobiel-seizoen, de nieuwe Studebaker, waarvan op de RAI o.a. de „Landcrui- ser" met een wielbasis van 3.06 M. en een totale lengte van 5.15 M. te zien is, werd dan ook niet zonder bijbedoeling gelanceerd als de „Amerikaanse wagen met het Europese uiterlijk". Nu de overheidsrestricties die de im- Steeds meer Stationcarsop de Nederlandse wegen. Hierboven: de H illman. zelfs de constructeur noemt dat tegen woordig achteloos niet meer dan het gevolg van de „perfectionnering van enige details".... rJaar zeggen willen, is dat ook deze „details" niet alléén de vak man, doch ook de huis- tuin- en keuken- automobilist die voor geen goud achter het stuur van zo n Mercedes-projectiel zou willen gaan zitten, wel boeien kun nen. En wat wij verder, reeds na een eerste, vluchtige blik over deze RAI- tentoonstelling op een moment, dat men hier en daar nog druk bezig was, het laatste streekje verf op de stands aan te brengen wat wij verder onmiddel lijk zouden willen vaststellen is dat deze 33ste RAI, veel beter dan dfrpkkapn 1952, de bezoeker een even aantrekke lijk als volledig overzicht schenkt van dat wat er, letterlijk en figuurlijk, in wereld van de automobiel op het °§en" blik allemaal aan technische wonderen te koop is. Dat valt bij een bezoek aan deze RAI wel het eerste op. Men mist er wellicht 'n paar paradepaarden die (als zijnde niet te koop) ter decoratie dienden bij de automobiel-shows in Brussel, Londen en Parijs, doch voor liet overige brengt de RAI de hui dige stand van zaken in de automo bielwereld practisch volledig en over zichtelijk in beeld. Zelfs de „Ameri kanen" zijn nu in haast ouderwetse hoeveelheid en verscheidenheid terug gekeerd op onze RAI, en dat heeft uiteraard zijn reden. Men heeft nau welijks de statistieken nodig om met één oogopslag te zien, dat er na de jongste wereldoorlog enige nogal op zienbare verschuivingen hebben plaats gevonden op de Nederlandsche automo- bielmarkt. Niet alléén als gevolg van de uiterst zuinige manier waarop de Nederlandse overheid met onze Dollar- voorraad omsprong, doch ook om an dere redenen werd de automobiel van Amerikaanse afkomst, die voor de oorlog de Nederlandse markt had over heerst, in niet onbelangrijke mate naar de achtergrond gedrongen. Het gold niet alleen voor Nederland, het gold voor andere landen bovendien. Het gold, zowaar, zelfs voor de Verenigde Staten. Er is geen sprake van, dat de leidende positie van de Ameri kaanse automobiel in Amerika zelf voor lopig ernstig bedreigd wordt, dóch het is niettemin zo, dat bijvoorbeeld de export naar Amerika van Engelse en Italiaanse wagens van Har tot jaar hogei oploopt. ftfevk- cui'dgenoeg zijn het niet op de eerste glaa-'s de kleine, Muinige Europese wanens die deze ver- verinyslocht op de Amerikaanse markt uitvoeren. Integendeel: het grootste part ben in het gevecht om steeds méér paar denkrachten soms opvallende winst ge boekt. Het Amerikaanse streven naar meer luxe en meer comfort demon streert zich aan alle zijden. Niet alleen zijn de meeste Amerikaanse fabrieken er dit jaar toe over gegaan, om, naast de normale standaard-series, ook enige „super-de-luxe-series" (met daarop cor responderende verhoogde prijzen!) te vervaardigen Chevrolet met de „Bel Air"-serie, Ford met de, gedeeltelijk met plexi-glas overkoepelde „Skyliner" doch in tal van wagens behoort bij voorbeeld het vol-automatische druk- op-de-knop-systeem om een cabriolet van zijn kap te ontdoen nu al tot de standaarduitrusting. Het motto luidt ken nelijk: „Uw wagen rijdt zich zelf!", en als U een volmaakte air-conditioning in Uw wagen wilt hebben, of een druk-op- de-knop-systeem voor het automatisch omhoog schuiven van Uw ramen, dan hebt U tegenwoordig bij de Amerika nen de keus. Ook op zuiver mechanisch gebied is dit streven naar meer ge mak voor de bestuurder opmerkelijk: de automatische gangwissel, die in Euro pa overigens nog altijd meer tegenstan ders dan enthousiasten heeft en de electrische of electro-hydraulische be diening van stuur en remmen, zodat zelfs een ruk aan het stuur of een trap naar de rem tegenwoordig nauwe lijks nog „mankracht" eist. Daarnaast dan leggen de Amerikaanse- carros siers de laatste hand aan dit comfort, en een van de vondsten welke men voor 1954 deed, was ongetwijfeld het verder naar achteren doorbuigen van de voorruit, waardoor het uitzicht van de bestuurder in opmerkelijke mate werd verruimd. Vanzelfsprekend hebben vooral de twee grote Amerikaanse concerns - General Motors en Ford de beste kan sen in deze strijd om de herovering van de Europese markt: omdat zij beschik ken over een zeker niet aan gebrek aan variatie lijdende serie producten, waar onder er zijn die hun greep op de Euro pese automobilist bleven behouden om dat zijvan Europese oorsprong wa ren. Bij General Motors heeft men ook op de RAI de keus onder alle va rianten welke men slechts bedenken Doch als men enkele buitennissig- dure Europese merken uitzondert de Rolls, de Bentley en de Delahaye, waar van men op de RAI twee, door Chapron met verfijnde smaak gecarrosseerde exem plaren aantreft dan gaat de Euro pese industrie, door allerlei omstandig heden gedwongen, nog steeds de weg ie ude-lnóelijk naar een vondst als de, m 1954 alweer meer p.k.'s leverende en sneller geworden Volkswagen heeft geleid, en waarop men voor het overige nog altijd doende is, op de eerste plaats te streven naar een formule waarbij men bij een zo klein mogelijke cylinderin- houd en een daarmee gepaard gaande bedrijfszuinigheid, een zo groot mogelijk nuttig vermogen en althans een rede lijke mate van comfort bereikt. Het is logisch, dat dit streven juist de Euro pese industrie de blik liet werpen in de richting van de Diesel-motor, die met het vorderen der techniek steeds minder hinderlijke trillingen produceren ging en die bij normaal toerental bovendien al lang niet meer leed aan het, stellig niet het gevoelige automobilistenoor bijzonder strelende gel"-geluid. „Diesel-pingel-klun- De Italianen Mercedes is daarin voorgegaan, de En gelse Standard Vanguard-fabriek brengt in April a.s. een 2.092 cc. Diesel op de markt, en nu zelfs een ervaren en suc cesrijke fabriek als de Turijnse Fiat met een 1900 cc. Diesel voor personen wagens ten tonele verschijnt, een motor snee te bewonderen valt, maar stellig j ook met de nieuwe M. G.-Magnette, waarin men alle zo sportieve eigen schappen der M. G.'s heeft onderge bracht in een luxueus en sierlijk uit gevoerde carrosserie, en voorts, uiter aard, met de producten van het mach tige Rootes-concern waarvan de Hill- man (o.a. met een nieuwe station wagen) in groten getale reeds over de Nederlandse wegen rijdt, en waarvan de Humbers en de Sumbeam-Talbots altijd wel een bijzondere aantrekkings kracht uitoefenen op de fijnproevers. In Frankrijk bouwt men, in tegen stelling tot de Engelsen die zich in de automobielbouw de laatste jaren alles behalve conservatief gedragen, nog al- De R.A.I. in voorbereiding. Nog een laatste streekje verf..., Een der schlagersvan Nederlanse assemblage: de Morris-Minor welke men in robustere Fiat-typen eerst enkele jaren beproefde, nu schijnt het pad voor de Diesel langzamerhand ge- effend. Deze terreinwinst van de Diesel vormt een der opmerkelijke verschijn selen in de Europese automobielwereld- 1954, en nu wij toch bij Fiat zijn: de Fiat/1100 die sedert hij verleden jaar port van Amerikaanse wagens stellig hebben tegengehouden, practisch opge heven zijn en nu wij op dit terrein bo vendien, in het kader van de Benelux- overeenkomst, kunnen putten uit de „Amerikaanse" productie van de Bel gische assemblage-bedrijven van o.a. General Motors (Ford assembleert prac tisch alles in de fabriek aan de Am sterdamse Hembrug), nu de Nederlandse markt ook voor de Amerikanen weer interessant geworden is, bespeurt men op de RAI reeds een begin van een Amerikaans offensief, gericht op een al thans gedeeltelijke verovering van de Nederlandse markt. U: troeven welke men daarbij in de ,i' ,ziJn: motorvermogen, een g c°mfort, en voor de sel OverrSrfI7 de automatische gangwis sel. Over dat motorvermogen spraken wij al, en practisch aile Amerikanen die met nieuwe 1954-motoren on de RAI verschijnen (Ford met de V-8 kop- klepper, Buick met de nieuwe 4.33 L „Fireball", en nog enkele anderen) heb- Rekord!Sehet sJfccesp^odtc^van °P de automobielsalon te Genève voor de Duitse General Motorsfabriek, bij Ford vindt men dezelfde variatie met aan de ene kant de Lincolns en de Mercurries, en aan de andere kant de vele Ford-varianten van respect. Ame rikaanse, Engelse (de Zephyr en de Po pular o.a.), Franse (de Vedette en de, daar uit afgeleide elegante Comète) en Duitse (de Taunus) oorsprong. het voetlicht kwam, stormenderhand op verovering is uitgegaan, is voor lieden die er wat voor over hebben en die nog méér pit uit deze tóch al niet bepaald trage kleine wagen peuren willen, thans verkrijgbaar in een gepousseerde vorm: de T. V. Tourisme Veloce, waarvan de compressie-verhouding werd opgevoerd tot 1: 7.4 en die nu bij 5200 toeren/mi nuut 48 P.K. levert. (De normale 1100: 36 P.K. bij 4400 toeren/min.). De rest van de Italianen is practisch uitsluitend spor tief getint: Alfa-Romeo, Ferrari en Lan cia met zijn Gran Turismo die nog al tijd een bijzonder zeldzaam juweel is.... voor wie het betalen kan. Engeland blijft zijn greep op de Ne derlandse automobilist stellig wel behou den. Niet alleen met de Morris-produc ten die nu al enige jaren achtereen met nog steeds stijgend succes in Amersfoort geassembleerd worden, niet alleen met zijn Austins, waarvan de twee-deurs A-30 in Nederland debuteert en waar van op de RAI vooral ook een, iedere minuut open klappende A-30 In door- tijd met opvallend succes voort op een reputatie welke jaren geleden reeds ge creëerd werd. Dat geldt vooral voor Citroën, doch het geldt ook voor andere merken. De Peugeot 203 blijkt mèt de Citroën een automobiel te zijn ge weest die destijds zijn tijd vele jaren vooruit was, en ook de Renaults, die hun klanten overigens verblijd hebben met een ruimere garantie-service, een systeem dat twee jaar geleden in Frank rijk zelf reeds werd ingevoerd, had den zelfs geen wijzigingen in hun uiter lijke aspect nodig om ook in 1954 met succes op de Europese markt te kunnen concurreren. Resten de Tsjechen, die met Skoda en Tatraplan nog altijd over veel good will beschikken in de Nederlandse auto-wereld; resten ook de Duitsers die naast hun onovertroffen „schlager", de Volkswagen, nog wel andere succes-pij len op hun boog hebben: Mercedes, D.K.W., B.M.W., Borgward en, onder de kleinste en goedkoopste wagens op de RAI, de Loyd, het vier-zittertje van de Bremense fabriek dat nu een geheel stalen carrosserie en een eleganter uiterlijk gekregen heeft. De Nederlandse automobiel-industrie heeft het, een poging tot het creëren van een te dure sportwagen door de bekende wedstrijdrijder Maus Gat9onides uitgezonderd, met een eigen product nooit verder gebracht dan wijlen de „Spijkerdat technische juweel dat helaas, onder meer air gevolg van gebrek aan belangstelling van de zijde van de Nederlandse automobilist, ter ziele ging nog vóór de automobieltechniek haar grote vlucht had kunnen nemen. Een eigen Nederlandse automobiel-industrie heeft sedertdien, gegeven de betrekkelijk kleine Nederlandse markt, gegeven dus een beperkt en kostbaar productie-schema, geen kans meer gehad. Dat lag op de eerste plaats aan de kennelijk nogal verfijnde smaak van de Nederlandse automobilist. De Nederlandse automobilist Iieeft de royale keus in diverse merken en typen op de Nederlandse automobielmarkt, een keus waarvan ditmaal de RAI in zo opmerkelijke mate getuigt, altijd op hoge prijs gesteld. Als men hem voorrekende, dat een eigen Nederlandse industrie alleen kansen zou hebben indien men zich aan de productie-band zou kunnen beperken tot het vervaardigen van slechts enkele, weinig uit elkaar lopende typen, dan maakte de Nederlandse automobilist het de omstaanders onmiddellijk duidelijk, dat hij niet voor een éénheidsautomo biel voelde, en onder deze wetenschap begroef men dan telkens weer de plannen waarvan men op gezette tijden wel eens hoorde. Hoe sterk de groei in deze assemblage- c(jfers wel is, moge blijken uit het feit, dat men in het jaar 1948 in Nederland slechts 2160 wagens op de assemblage lijnen vervaardigde, dat is: zev«n honderd minder dan men verleden jaar alleen al naar het buitenland exporteerde En wat deze export betreft: een oor spronkelijk nogal bescheiden Nederlandse industrie, zich toeleggende op het vervaar- NEDERLAMD KR'JGT STEEDS MEER AUTO'S PprsonpRéufo's - g•••••BedMjtodutos 1Motorrijwielen mpt - motordnewielers Méér P.K.'s! Close-Lp van de nieuwe Ford-krachtbron, een V-8-kopklepper. digen van auto-onderdelen (schokbrekers bijvoorbeeld, zuigers, klepgeleiders, accu mulatoren en banden) vindt ook buiten onze grenzen een steeds ruimer arbeids terrein en hetzelfde geldt voor de auto- mobiel-accessoires van Nederlandse oor sprong, een branche ook waarin Philips onder meer met zijn auto-radio een be langrijke rol speelt. Wat onze import uil het buitenland be treft: in 1953 stond West-Duitsland, vooral ook dank zij de Volkswagen, opnieuw bovenaan. De West-Duitse automobiel industrie nam niet minder dan 41.1 pet van de totale import in Nederland in be slag. Volgde Engeland met 27.2 pet, Amerika met 13.7, Frankrijk met 12.1 en de overige landen (Italië, Zweden en Tsjecho-Slowakije) met 5.9 pet. Alleen En geland leed, vergeleken bij 1952, verliezen. Het percentage dat de Britse industrie voor haar rekening nam, daalde van 32 naar 27.2. MORGEN OPENT DE R.A.I.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 5