Franse tegenstand tegen West
Duitse grondwetswijziging
Correctiegebieden terug naar de
„Heimat"
Langdurig debat over reglement
van orde
Botels vaak de „bottleneck" in
het verkeer
NG-
SLAGEN
Duitse wens
Koning Paul bedacht
een vorstelijk plan
Drie jaar geëist tegen
Barkey
Duitse bestrijding van Franse standpunt
Vier Nederlanders
ontvoerd
Sterke Ma?i
Peter Se/ie
Aantal bedden weer op vooroorlogs peil
PAGINA 3
Honderd prinsen en prinsessen
uitgenodigd
ONJUISTE OPGAVE VAN
LOONBELASTING
Op onveilig Makassar
Verhoging overlieidspensioenen
Oud-gepensionneerden
Tegen de Nederlander V. Barkey, die
voor het landgerecht te Djakarta heeft
terecht gestaan op beschuldiging van het
zonder vergunning in bewaring hebben
van patronen voor vurwapens, is heden
een gevangenisstraf geëist van drie jaar.
Uitspraak 18 Maart.
Koning Paul en Koningin Frederika van
Griekenland hebben volgens het Franse
persbureau A.F.P. een honderdtal prinsen
en prinsessen uitgenodigd voor een tocht
van vijftien dagen door Griekenland, in
Augustus aanstaande. De gasten zouden
te Marseille aan boord gaan van het
Griekse sch'ip „Agamemnon" Op de reis
door Griekenland zouden bezoeken ge
bracht worden aan de Cycladen- de Dode-
kanesus, Attica en de Peloponnesus.
De uitnodiging zou gericht zijn aan leden
van de koninklijke huizen van Engeland,
Noorwegen, Denemarken, Frankrijk en
ook Nederand. (Van de zijde van het Ne
derlandse Koninklijke Huis werd 't A.N.P.
echter desgevraagd medegedeeld, dat van
een uitnodiging als bovenbedoeld daar
niets bekend was).
doeleinden der Westduitse politiek en
de agressieve, op weerwraak berusten
de berekeningen van West-Duitsland
worden onthuld. En de buurlanden der
Westduitse federale republiek zullen
dit het eerst ondervinden".
Door de officier van justitie bij de Rot
terdamse rechtbank werd gisterenmiddag
tegen de 37-jarige directeur J. v. W., van
een bekende Rotterdamse tandtechnische
inrichting, drie weken gevangenisstraf ge-
eist wegens onjuiste aangifte bij de be
lastingen van uitbetaalde lonen vanaf
Juni 1948 t'm Maart 1953. Het achterstal
lige bedrag van 12.000 is inmiddels
vermeerderd met 100 pet boete aan
gezuiverd.
De verdediger van v. W. wees op de
loyale bekentenis van zijn cliënt, het vlot
te betalen van de boete en zijn positie als
werkgever van 200 mensen. Zijn onder
geschikte tandartsen wilden een deel van
hun honorarium onder tafel door dus
belastingvrij hebben. Eigenbaat was
geen hoofdfactor bij verdachte, benade
ling van de staat evenmin. „Hij is eigen
lijk blij, dat hu aan de financiële chaos
een einde is gekomen", aldus besloot de
advocaat.
vredesgrens een open wonde heeft ge
maakt".
In de grensstreek vooral langs de Lim
burgse grens, zijn in de laatste tijd weer
talrijke protestvergaderingen gehouden,
waarin de teruggave van in Nederland lig
gende tractaatgronden werd geëist.
Dinsdagmorgen zijn tussen tien en elf
uur uit de directe omgeving van Makassar
vier Nederlandse employe's van de Elec-
trogasmp O.G.E.M. ontvoerd, het zijn de
employe's Hanepcn- Horninge, Zonneveld
en Wedding, die gezamenlijk werkzaam
heden verrichtten aan een transformatn
in Tello, enkele kilometers ten Noord-
Oosten van Makassar. Bij de viersprong
even buiten Makassar werden zij aange
houden door een bewapende bende, waar
van het aantal leden niet bekend is. Zij
werden in Noordelijke richting mee
gevoerd. Twee uur later werd het terrein,
waar de ontvoerden met hun ontvoerders
verdwenen vergeefs doorgezocht.
Het basiscommando heeft Donderdag
morgen aan de pers medegedeeld, dat de
ontvoerders vermoedelijk met grote haast
de Teliorivier overstaken in Noordelijke
richting, het terrein, waar ook vroegere
ontvoerden waren weggeleid. De stads
rand aan de zijde van Tello was na de
zuiveringsacties van enkele maanden ge
leden geruime tijd geheel rustig.
De basiscommandant, majoor Mochtar
heeft verder aan de pers bevestigd dat
Zondagmiddag een militaire eenheid mt
Malakadji op de weg naar Djeneponto la
en hinderlaag was gelopen, waarbij negen
militairen sneuvelden.
In de Westduitse hoofdstad huldigt men
de opvatting, dat het vervallen van het
bezettingsrecht door het van kracht wor
den der conventies van Bonn, ook con
sequenties zou moeten hebben ten aanzien
van de rechtstitel, waaronder Nederland
en België de kleine grensgebieden beheren,
die bij wijze van grenscorrectie in April
1949 aan de Bcncluxlandcn werden toege
wezen.
Deze opvatting is neergelegd in een aan
tal artikelen, die in „Aaohener Volkszei-
tung" zijn verschenen en die, naar van
ingelichte zijde in Bonn verklaard wordt
zich dekken met de mening der Bonds
regering. De artikelen zijn niet onder
tekend, doch zij zijn, naar wij vernemen,
van de hand van Erich Kordt, een der
hoge ambtenaren van de landelijke rege
ring van Noordrijn-Westfalen. In Bonn
wordt verklaard, dat de Bondsregering
zelf wat de grenskwesties betreft nog geen
officiële stappen ondernomen heeft, doch
dat zij uiteraard geïnteresseerd is in een
regeling der hangende kwesties in een
geest van goede nabuurschap. Erich Kordt
verdedigt in deze artikelen de opvatting,
dat de „correctiegebieden" nog altijd
rechtens een deel der Bondsrepubliek uit
maken, ook al kan de grondwet van Bonn
er momenteel niet worden toegepast. De
artikelensërie besluit met de opmerking
dat het hier gaat om het lot van 12.000
Duitsers, „die eens toch tot hun vader
land zullen terugkeren"-
Ook het weekblad van de liberale
partij „Die Deutsche Zukunft" heeft de
opvatting geuit, dat onderhandelingen
over de teruggave der correctiegebieden
zo snel mogelijk dienen te beginnen. Dit
blad beschuldigt Nederland ervan, dat
het „van een eeuwenoude, voorbeeldige
GIT MOET er voor de aardigheid eens
acht op slaan, hoeveel staten, meestal
in de Aziatische werld gelegen, er te
genwoordig ,,'n sterke man" op na houden.
De figuren, die met een dergelijke toe
naam worden geëerd, hebben hem niet te
danken aan het feit, dat zij in hun vrije
tijd de worstel- en gewichthefsport be
oefenden of iedere morgen de vuilnis
emmer voor hun vrouw buiten zetten, doch
aan hun activiteiten op politiek gebied.
Het is opmerkelijk, dat de man, op wie
deze benaming nog maar pas geleden het
meest van toepassing werd gebracht,
Mossadeq was, de lichamelijk zeer zwakke
premier van Perzië. die als het ware de
stroom in zijn land gewonnen aardolie
vanaf zijn ziekbed in hem welgevallige
banen leidde. In de kranten werd hij
meer dan eens „de zwakke sterke man"
genoemd. Dit is dus wel een bewijs, dat
„sterke" mannen heus niet onvermijdelijk
over enorm ontwikkelde biceps moeten
beschikken.
Zweden echter bezit sinds ruim een
maand een „sterke man", die zijn ere
naam niet met een politieke mond heeft
verdiend. Nee, deze heer, Albert Kinberg
is zijn naam, heeft het op zijn knuisten
aan laten komen en we kunnen niet
anders zeggen dan dat hij van deze
lichaamsdelen kwistig en doeltreffend ge
bruik heeft gemaakt.
We willen de man even in uw herinne
ring terughalen. Tot 25 Januari was Kin-
berg een geweldige qua omvang
Zweed, die het zakendoen tot zijn beroep
had gemaakt. Maar op die gedenkwaardige
25ste Januari treffen wij hem in Berlijn,
juist wanneer de Viermogendhedenconfe-
rentie aan de gang is. Hij leest de kran
ten, waarin eindeloze verslagen van het
geen gezegd is tussen de vier en wordt
er moedeloos van, dat Molotof op iedere
langademige speech maar weer „Njet"
zegt. Het wordt onze Zweed te machtig.
Als die Westerse ministers de Russische
bewindsman niets aan het verstand kun
nen brengen, dan zal hij het wel doen.
Daarop gaat hij naar de Russische
ambassade, vraagt, alsof het de burge
meester van Tietjerksteradeel betrof,
audiëntie aan bij Molotof en geeft als
reden van zijn bezoek op, „dat hij met
zijne excellentie de minister over vrede
wil praten".
Nu is het voor de Sovjet-inwoners zelf
reeds reeds een macht van een uitzonde
ring, de minister van buitenlandse zaken
in hoogst eigen persoon te spreken te krij
gen. voor de buitenlandse man in de
straat, vooral als hij er nogal bruusk uit
ziet. is het niets meer of minder dan ëen
onmogelijkheid. De Volkspolizisten zeiden
dus alsdat dit niet kon en raadden de
Zweed aan. zo gauw mogelijk weg te
ploffen, omdat er anders nog wel eens
andere dingen konden gebeuren. Die drei
gementen hadden een averechtse uitwer
king op het gemoed van Kinberg. hij
haalde zijn rechtervuist uit zijn broek
zak en drukte haar tegen de kaken van de
twee agenten, waarmee :i.i onmiddellijk
buiten gevecht werden gesteld. Ver kwam
de potige Noorderling echter niet, want
nadat hij in een vertrek verderop nog
vier van de vijf daar aanwezige wachten
met een stoel voor verdere agressie on
klaar had gemaakt, werd hij tenslotte
overmeesterd, in het cachot gestopt en
beschuldigd van het doen var, een aan
slag op een Russische minister in functie.
Wanneer de Sovjetrussische rechtsdie-
naren volgens de gebruikelijke manier te
werk waren gegaan dan had de moderne
ridder Kinberg er in 1970 waarschijnlijk
nog gezeten. Edoch, de Zweedse regering
kwam nederig excuus aanbieden en dit
had tot gevolg dat Kinberg binnenkort in
vrijheid wordt gesteld.
Wij weten het natuurlijk niet zeker,
maar we hebben toch zo'n vaag vermoe
den, dat de Zweden hun landgenoot niet
als mishandelaar van arme, van onder
voeding mogelijk zwakke Oostduitse
politiemannen zullen begroeten. Wij den
ken eerder, dat hij. in ieder geval voor
één dag. als een soort nationale held
wordt beschouwd.
atlete» 1 ue noodzakelijKneia
j, ?etl> om medewerkers te recruteren,
nT, ö®kwaam zijn om uw energie en
Op de vraag, waarom de Conventie In
het geheel geen sociale rechten bevat,
antwoordde de minister, dat men op het
ogenblik nog niet in staat is om cp dit
punt formuleringen te vinden, die enig
houvast geven. Dit stuit op grote moei
lijkheden.
De Staatkundig Gereformeerden ver
klaarden zich tegen het verdrag, omdat het
op humanistische grondslag rust, iedere
heenwijzing naar God als wezenlijke bron
der mensenrechten mist, alsook wijl het
opnieuw een stuk van onze nationale zelf
standigheid opoffert.
De Kamer heeft vanmiddag ook z.h.s. het
wetsontwerp tot verhoging de, overheids-
pensioenen met een toeslag van vijf pet
i.v.m. de huurverhoging en de opheffing
van de consumptiebeperking per 1 Januari
1954 aangenomen.
De heer Beernink (C.H.) achtte het
wenselijk ook de z.g. kerkelijke pensioenen
onder de werking van de toeslagwet-1954
voor gepensionneerden te brengen en
diende deswege een daartoe strekkend
amendement in. De heer Van der Zanden
(K.V.P.) sloot zich hierbij aan, evenals de
heer Ritmeester (V.V.D.). Minister Beel
ontraadde de aanvaarding van dit amen
dement sterk. De kerkelijke pensioenen
worden niet in de Pensioenwet geregeld,
maar bij Kon. Besluit.
Een staatscommissie is te dezer zake
bezig een rapport samen te stellen. De
bewindsman zegde toe na te gaan, of dit
rapport spoedig gereed is. Mocht dit niet
het geval zijn, dan zal hij met zijn ambt
genoot van Financiën overleg plegen over
het treffen van een regeling, waardoor
aan de noden van de betrokkenen tege
moet wordt gekomen.
De heer Van der Zanden verklaarde
zich na deze ministeriële toezegging te
gen het amendement.
Dr Schouten (A.R.) deed na de minis
ter nog een poging om de heer Beernink
te bewegen zijn amendement in te trek
ken om een onzuivere stemming te voor
komen, maar de C.H.-woordvoerder liet
zich niet vermurwen.
Zijn amendement werd verworpen met
46 tegen 26 stemmen. Vóór stemden de
C.H., de V.V.D., de St. Ger., vijf P.v.d A.-
efgevaardigden, twee K.V.P.- en drie
A.R.-leden.
Wat de z.g, oud-gepensionneerden be
treft, merkte de heer v. d. Zanden op,
dat deze met de 5 pet verhoging niet
geholpen zjjn. Minister Beel deelde ter
zake mede, dat het rapport van de staats
commissie (voor de pensioenwetgeving)
inzake de oud-gepensionneerden thans
ontvangen is en bij het kabinet in be
handeling Indiening van een wetsontwerp
ten behoeve van deze gepensionneerden
kan op korte termijn worden verwacht.
Ad Int.
hotellerie faalt dit in een toekomst ook
zijn terugslag hébben op het bezoek aan
andere West-Europese landen.
Nog steeds bestaat er een gaping tussen
de omvang van het wereldtoerisme en de
opnamecapaciteit van de hotellerie en ook
in ons land is dat zeer merkbaar. Het
aantal hotelbedden is hier nu zo langza
merhand weer op het voorloorlogse peil.
maar het aantal overnachtingen is sinds
1938 verdubbeld en bedroeg in 1953 een
milliocn zeshonderdduizend. Daarbij ver
blijven dan nog eens jaarlijks anderhalf
millioen mensen in tentenkampen, bun-
galowbcdrijvcn, kampeerhuizen enz.
Het aantal buitenlanders is veruit het
belangrijkste contingent der hotelgasten
en bedroeg in 1952 90.6 procent, waarvan
70 procent een onderdak vond in een
hotel in een der grote steden. In verband
hiermede merkte de heer Meyer op, dat
het bevreemdend was, dat een stad als
Eindhoven nog steeds geen hotel van
grote allure heeft.
Een oplossing voor het verwerken van
de grote toeristenstroom is moeilijk, om
dat de exploitatiekosten voor nieuw te
bouwen hotels hoog zijn en er moeilijk
voldoende kapitaal voor kan worden ge
vonden.