Dank Geestdrift zij voltreffer in de en energie vormden weer laatste minuten de basis van klein succes Klaassens uitblinker, Bennaars matchwinner m Twee jeugdelftallen speelden oefenwedstrijd te Amersfoort Terlouw worstelde op de rand van twee penalties Oranje finishte gelukkiger dan de Engelse Amateurs E m NIET ZO ZUUR NU, MIJNE HEREN!.... Interland-vana Geen Hull-ploeg Een nuchter oog JAN KLAASSENS DE UITBLINKER En dan Bennaars Probleem bleef! Harder dan beton Na Nederland-Engeland Lewis verbitterd De „ouderen" (18-20 jaar) wonnen Dappere Bennaars rehabiliteerde zich m, MAANDAG 8 MAART 1954 PAGINA 5 !P\ V— door MARTIN W. DUYZINGS Steiger weer solide Dreigende penalty Odenthal redde In de mangel Worstelen-vrije-stijl Dokter Brown, benjamin Cor en Terlouw,s penalty Tweede 1-0 zege m successie (Van onze speciale verslaggever! STADION FEIJENOORD, Zondagmiddag EN TOEVALSTREFFER En de allereerste, reactie van de zestigduizend optimisten, die vrijwel zonder uitzondering de beproeving van kou en regen tot liet eind toe hadden getrotseerd, was er een van verrassing. Tóch nog een doelpunt En tóch nog een, nieuwe, overwinning voor ons Nederlands Elftal, dat deze weelde al zo lang had moeten ontberen, er nu ineens twee-in-successie op zijn boekje heeft staan èndaarop de-hemel-mag-weten-hoe-lang nu tveer moet teren Slechts twee minuten restten ons nog, alvorens scheidsrechter Devillers zijn laatste fluitsignaal door de zondvloed zou laten klinken. Ergens op de Neder landse linker vleugel kwam, na een onschuldig schermutselingetje tussen de Oranje-voorhoede en de Engelse verdediging zoals er al zo veel waren geweest, de bal in het bezit van linksbuiten Gruyzen, die van grote afstand een hoge voorzet losliet. De voorzet mislukte, bleek té scherp, zweefde met een lange boog tussen een onbruikbare center en een kansloos schot in. En keeper Brown maakte zich er dan ook zonder moeite van meester. Toen kwam het toeval eindelijk dat kleine duwtje geven, waartoe de Oranje.voorhoede zélf niet bij machte was gebleken. Brown liet de, ItitritH^iiïÏHinlwtfrif spekgladde, bal uit zijn handen glippen. En nóg kan de kleine Bennaars niet begrijpen, hoe da"ar ineens De Grote Kans hem seconden lang in de modder van het doorweekte Feijenoord-veld kon blijven toelachen. Met zijn neus er boven óp stond Bennaars, zoals de ijverige Bergenaar de hele wedstrijd al overal bovenop had gezeten. Een verslagen keeper; een verlaten doel, onbeschermd en gapend in al z'n levensgrootheid. En Bennaars schoot. Hard en hoog vloog de bal van drie meter afstand in de touwen. Het doelpunt was dan tóch gevallen Twee minuten later stond trainer Jaap van der Leek, joviaal maar rustig, bij het hekje waarlangs elf zegevierende Oranje-mannen de arena verlieten. Voor allen een handdruk en een schouderklop, joviaal maar rustig. Zó vierde men déze overwinning, zonder opgeschroefde hopsa-hopsa-dansen, zonder omhelzin gen, zonder theater. Het eenvoudige maar oprechte gebaar van Jaap van der Leek was ons sympathieker RINUS BENNAARS (}an ,]e roes na de 10 zege op België van een paar maanden geleden. Ook al omdat deze Van der Leek inderdaad méér dan iemand anders de inspirator is van dit nog altijd niet bijster overtuigende, maar voor de statistiek en de historie toch wel verdien stelijke, nieuwe Nederlandse voetbal-succes(je) Inderdaad: een succes-je. Maar stellig verdienstelijk. En zeker ook wel verdiend, vooral voor onze uitblinkers Klaassens en Bennaars. KLAASSENS, uitblinker EEN toevalstreffer in de laatste minu ten. En twee seconden lang zat het Stadion verrast. Maar toen sloeg dan tóch het enthousiasme los van de door weekte tribunes en jubelde men zoals elk Oranje-doelpunt al sedert de grijze oudheid bejubeld is. Voor dit doelpunt was men tenslotte ge bleven, had men twee uren lang de onverbidde lijke en onophou delijk neerdren- sende regen over - t xv-.tr zich heen laten VAN DER LECK, gaan, Maar zelfs inspirator§e lingse optimist had er in die laatste twee minuten niet meer op durven rekenen. En toen de sensatie van het ogenblik was geluwd, kwam er een óndere reactie: „jammerWant in déze strijd had er eigenlijk geen verliezer mogen zijn. Dat Uiteindelijk de eigen Oranjeploeg de ge lukkigste bleek streelt ons nationaal ge- Voel En het zou hoogst onredelijk zijn om te zeggen, dat deze overwinning on verdiend zou zijn. Zij was stellig wèl ver diend. Wéér heeft ons Nederlands Elftal gevochten met een geestdrift en een energie, waarover men spontaan de lof trompet steekt. Maar men had de Engel sen gaarne een 00 gegund. En het tra gische van de nederlaag voor de Britten is, dat hun voortreffelijke doelman Brown in die voor hem zo fatale tweede- minuut-voor-het-einde zijn énige fout van de hele wedstrijd maakte, een fout bovendien in een situatie waarin ogen schijnlijk geen enkel gevaar school, een fout die door dat onvergankelijke oer- Nederlandse opportunisme onmiddellijk werd uitgebuit. En dat het juist Bennaars was, die van dit presentje mocht profi teren, is dan de welverdiende voldoening voor hèm, die in deze wedstrijd de beste en in ieder geval hardst werkende man van onze aanval is geweest. Wij schreven in onze voorbeschouwing: „Een goed resultaat tegen deze Engelse Amateurs is altijd nog een zeer eervolle prestatie". Deze 10 zege is, in cijfers, een goed resultaat. Maar de prestatie zou toch heel wat eervoller zijn geweest, als deze Engelse Amateurs niet zo zwak waren gebleken. Kennelijk kan ook het nationale Amateurs-elftal van de F.A. zich niet onttrekken aan de dalende lijn, die de jongste prestaties van Engelands interland-voetbal kenmerkt (men denke wat de Profs betreft alleen maar aan de 6—3 nederlaag tegen Hongarije). Deze Engelse ploeg was aanzienlijk zwakker dan die van anderhalf jaar geleden te Huil en zij bleek vooral in physiek op zicht slecht in conditie. Dat drukt dan helaas de prestatie van de Oranje-ploeg wel iets omlaag. In toenemende mate wordt het Engelse amateurs-voetbal leeg gezogen door de prof-clubs, die in haar drang naar vernieuwing en versterking van haar „stallen" meer dan ooit op de veelbelovende amateurs zijn aangewezen. Een proces dat in Nederland ten opzich te van de Franse en Italiaanse ronselaars al goeddeels tot staan is gebracht, maar dat in de Engelse amateurs-wereld nü pas in volle hevigheid aan het woeden is. Het ontneemt de F.A.-amateurs de basis tot een noodzakelijke stabilisatie en de ge volgen daarvan traden bij een vergelij king van dit elftal met dat van anderhalf jaar geleden wel duidelijk naar voren. In physieke conditie zowel als in tempo en techniek kwam dit Engelse elftal geen enkele maal boven de Oranje-ploeg uit. Dat is Engelse zwakheid géén Nederland se verdienste Want men mene niet, dat het met ons Nederlands Elftal nu alles op slag rozen geur en maneschijn is. Deze I0 zege mag dan verdiend én verdienstelijk zijn, zij werd toch weer tè op het nippertje bevochten, was toch weer tè weinig over tuigend, hing toch tè veel van een toe valstreffer af. En al doet het elk oprecht vaderlands hart goed, als er in de al van 1949 af daterende depressie eindelijk weer eens gewonnen wordt: de zegge en schrijve 4e (vierde) overwinning in een tijdsbestek van dito 4 (vier) jaren men moet, evenals na die 10 October- zege op België, een open en nuchter oog blijven houden voor de tekortkomingen waaraan onze ploeg lijdt. Met twee bui tenspelers wier grote daden op de vin gers van één hand zijn te tellen, met een nog altijd en ook vanmiddag niet opge lost middenvoors-probleem, met een ver dediging die al te vaak en te riskant naar een op de rand van de penalty zwevende noodrem moet grijpen, is deze ploeg nog voor zeer vele verbeteringen vatbaar en komt zij op de internationale voetbal- markt altijd nog niet hoger dan de cate gorie der zwakste zusjes. JAN KLAASSENS, de nog jonge maar reeds imposant gebouwde VW-er, was vanmiddag ongetwijfeld onze beste man, onvermoeibaar, zwoegend en sjouwend als vanouds, vechtend om elke bal om elke duimbreed gronds, een hechte steunpilaar van onze eerste verdedigingslinie op het middenveld èn daarachter! En boven dien wordt Klaassens ook voor zijn voorhoede een helper van steeds toenemende kracht. De privé-training, welke hij op het punt van plaatsen van Jaap van der Leek ontvangt, be gint haar vruchten af te werpen; en al geeft de Venlo ér nog lang niet al zijn passes op maat af, in het algemeen zijn zij reeds aanzienlijk veel zuiverder dan voorheen. Men mag hopen, dat Klaassens binnen korte tijd eindelijk het volle rendement van zijn aanleg en zijn enorme werk kracht zal oogsten; en dan wordt hiji een van de gróótste figuren in deze huidige Oranje-ploeg. RINUS BENNAARS was vanmiddag zonder twijfel onze tweede man! De kleine man uit Bergen op Zoom voor heen onze zwakste aanvaller, bleek van middag van heel het aarivals-kwintet de beste. Zijn werklust en uithoudingsver mogen deden voor die van Klaassens niet onder, zijn eigenaardige solo-acties trok ken meer dan eens gaten in de vijande lijke achterhoede, in vrijwel elke spel situatie was hij present èn dat vergoedde veel van de fouten die hij bij onzuiver plaatsen en bij treuzelen op schietkansen óók maakte. Dat de Dosko-man tenslotte het winnende doelpunt op zijn naam bracht, kwam hem alleszins toe. MAX VAN BEURDEN was dus dit maal niét onze beste aanvaller, ofschoon de B V V -er met zijn enthousiaste ver- binding'swerk en zijn zuiver geplaatste lange cross-passes weer zeer verdienste lijk heeft geopereerd. Het niet bijzonder gladde maar wel zeer zware veld belem merde hem kennelijk in zijn anders zo verrassende solo-rushes, zodat hij, wiens stijl minder zwervend en meer in de diepte stotend dan die van Bennaars is, thans zowel letterlijk als figuurlijk min der op de voorgrond trad. GRUYZEN op de linksbuitenplaats deed slechts heel weinig goede dingen, lijkt ons nog te jong en te timide voor interland-voetbal, had althans tegen de stukke rechtsback McGhee hoegenaamd niets in te bren gen. OVERBEKE, ofschoon wel „bruta ler", kwam op de rechtervleugel even min tot grote acties, al oogstte hij wel enige open doekjes voor zijn ijver en ambitie; bij enkele switches naar binnen dook hij wel gevaarlijk voor Brown's doel op, maar zijn totaal-prestatie was toch twijfelachtig. COR VAN DER GIJP, de enige debu tant in deze ploeg, heeft helaas het nijpende middenvoors-probleem geen stap nader tot zijn oplossing gebracht. Wellicht eveneens door het zware veld gehandicapt (spelers met geringere leng te als Bennaars, Overbeke, Biesbrouck hadden daar minder last van), vond hij geen enke le maal zijn sprint-met stootkracht, die hem in het competitie-voetbal zo gevreesd en succesrijk Vty* heeft gemaakt. Er ging vanmiddag van de Dord-1 tenaar geen verrassing noch leiding uit en van m schotvaardigheid viel al (fr evenweinig te bespeuren. VAN DER GIJp Hij kan echter veel beter nö een kans en daarom verdient hu het om, evenals zijn voorgangers ook een kans méér te krijgen. RIEN TERLOUW mag dan al van Mer- mans en Coppens geen vriend zijn, in Lewis heeft hij er een „vijand" bij ge kregen. Ontstellend hard en rigoureus waren de duels, die de Sparta-stopper met de Engelse middenvoor uitvocht. En de Rotterdammer bleek daarbij de hard ste! Daaraan is het te danken, dat de weg door het centrum geblokkeerd bleef en dat onze verdediging in het algemeen weinig paniek-situaties heeft behoeven doorleven. Terlouw heeft weer enorm veel staan ruimen, maar fraai was het niet AANVOERDER LOEK BIESBROUCK heeft onze verdediging als altijd knap geassisteerd, bracht ook als schakel-pion op het middenveld zijn rente weer dub bel en dwars op, bleef weliswaar in de schaduw van Klaassens maar vertolkte in alle soberheid als altijd weer een Feijenoordstadion, Zondag. Opnieuw één-nul voor Oranje! Het was alsof mister Brown, de voortreffelijke Engelse doelman, twaalf in figuurlijke rouwranden ge vatte voorbeschouwingen van de Ne derlandse sportpers verbluft en niet zonder pijn stond te herkauwen toen Bennaars nauwelijks twee minuten voor het slot der Feijenoord-feeste- lijkheden het enige, doch zegevieren de Nederlandse doelpunt in de vij andelijke touwen knetterde. Het was alsof men. in de orkaan van geest drift die plotseling en onverwacht nog over de nat geregende tribunes van het Feijenoordstadion rolde, tóch een ondertoon van stille verbazing beluisteren kon. Het was alsof men, boven het gejuich der tien duizenden uit, links en rechts op de afgeladen perstribune het geknars der kiezen van enige, de Keuze-Commissie nu al langer dan een jaar met niets-dan- zure-opmerkingen achtervolgende voetbalgeleerden zo maar met het blote oor kon horen. En terwijl „Pieter Aafjes", die géén familie is van de U welbekende poëet Bertus doch wèl, daarentegen, een uitstekend musicerende Koninklijke Harmonie uit Culemborg, de trieste regenmiddag besloot met een uitbun dige galop die mèt dat pas gevallen doelpunt het hart van de tienduizen den waarachtig wel even verwarmde, vroeg men zich af of wij na enige ja ren van voetbalcrisis de weelde van een overwinning niet zó sterk ont wend zijn, dat wij de narigheid, waar aan wij waarachtig nog geen gebrek hebben, onderhand boven de weelde prefererenf i U wéét het: de voetbalgeleerde zul len U niet ten onrechte opnieuw in alle toonaarden voorhouden, dat ook in deze interland het spelpeil geen duizelingwekkende hoogte bereikte. Ik wéét het: onze Engelse tegenpartij had ogenblikken waarop het leek als of men haar van hogerhand het ma ken van doelpunten verboden had en alsof zij inniger naar een open haard en het feestbanket dan naar de over winning verlangde. Ik wéét het: man netje Devillers, de referee, zag ge durende de eerste helft een geheide penalty voor de Engelsen goedgemutst over het hoofd, toen onze nationale rots in de branding Rinus Terlouw, wiens speltype ook ditmaal op de éérste plaats aan een betonmolen en dan pas (vaag) aan de Olympische Gedachte herinnerde, een onzer En gelse amateurvrindjes in het Neder landse doelgebied volmaakt opvouwde terwijl de bal zich ver weg in de cor- nerhoek bevond. Ik weet het alle maal: wij hebben nog altijd geen Ne derlands elftal dat uitpuilt van de cracks, en als ze ons bijvoorbeeld aan de Hongaren zouden overleveren, werden wij in de eerste helft al met huid en haar verslonden, en als de theoretici net zoveel gelijk hadden als zij hardnekkig menen te hebben, dan wonnen wij zo'n wedstrijd als de ze, zelfs niet tegen elf matig spelende Engelse amateurs, want ook deze amateurs hadden een betere techniek en speelden, als zijnde slecht-weer- voetballers, makkelijker op het zwa re, doorweekte veld, en wisten zelfs van het magische vierkant, waarover wij ons nog altijd zo druk maken, wel hun weetje Maar nietteminniettemin staat er tegenwoordig weer een Nederlands elftal in het veld, dat er tenminste van de eerste tot de laatste minuut voluit om vecht. Niettemin zag men ook op het Feijenoordveld een Oran je-elf die naar oude Nederlandse voetbal wapens greep: dash en strijd lust en koppige geestdrift, en zo men U mocht melden, dat dit nu het resul taat is van acht jaar theoretische bla- bla-bla der systeem-maniakken, ge lóóf het niet. Doelpunten van het gen re zoals Bennaars er in het Feijen oordstadion een maakte, werden door Nederlandse voorhoedes gefokt nog voor men in West-Europa ooit van een s-opperspil vernomen .rad. Zó, plompverloren en in de allerlaatste seconden, sleepten wij destijds in Düsseldorf een draw uit het vuur te gen de Duitsers wier voetbal op z'n minst tweemaal zo goed was als het onze. Dat doelpunt van Van Spaan- donck is destijds als een onzer grote wapenfeiten in de vaderlandse voet balhistorie gegaan, en in de commen taren der sportpers vond men méér pure vreugde om een succes van ons nationale elftal dan droefenis om ons waarachtig niet zo daverende spel peil. Twee overwinningen nu al in één seizoen: eerst de Belgen, nu de Engel se amateurs!, mèg men wel meer ver wachten bij de huidige constellatie van onze Nederlandse voetbalwereld? En is het bovendien niet nuttiger, elf Nederlandse voetballers die in ieder geval stuk voor stuk met hart en ziel voor deze overwinning gevochten hebben de een met meer succes, de ander met minder eindelijk weer eens van harte te prijzen voor het feit, dat wij tegenwoordig zowaar en ondanks alles nog wedstrijden win nen, alvorens hen opnieuw te ver drinken in een poel van niets-dan- critiek? Niet zo zuur nu, heren critici! Er is voor zure opmerkingen nog tijd en gelegenheid genoeg. Straks, bij de volgende nederlaag! En zelfs dan zal Neêrlands voetbaljeugd, het onver woestbaar-optimistische volkje op de jongenstribune, nog altijd, zoals van daag toen 't nog nul-nul stond, 'n oude vaderlandse hymne zingen: „Houd- durdemoedmaarrin Zo lang een elftal nog overwinningen te bevech ten weet, zo lang leeft er nog altijd een sprietje hoop uiterst nuttige onopvallende, maar waar devolle partij. ODENTHAL en TEBAK hebben met hun felle ingrijpen en nijdige volhouden weer zeer doelmatig staan backen, maar anderzijds kwam er van hun voet geen enkele speelbare bal in de voorhoede; hun werk was zuiver des tructief en daardoor liep de opbouw van de Nederlandse tegenaanvallen des te trager en moeilijker. LIEUWE STEIGER tenslotte heeft niet veel moeilijk werk gehad, maar een enkele maal kreeg hij met moedig en kundig ingrijpen toch wel de gelegenheid om te bewijzen, dat hij op het ogenblik onze beste doelman is. De Engelse ploeg heeft het Cor van der Gijp c.s. moeilijker dan Tebak en Odenthal gemaakt. Met de Pom- peyaanse matroos McGhee (Royal Navy, maar als amateur ook in de prof-club Portsmouth spelend) als uitblinkende invaller vormde de Britse defensie een stevig bolwerk, waarin ook aanvoer der Adams als solide en rustige stopper ende jonge Brown als uitstekende- doelman-met-één-fatale-fout opvielen. Ondanks het knappe werk van rechts half Topp, de beste man bij de Engelsen, ging er van de rechter vleugel Bromilow- Groves niets uit, voornamelijk door een opvallend tekort aan tempo. Middenvoor Lewis liep op den duur verbitterd maar steeds vergeefs storm tegen de graniet rots Terlouw en op links gingen de beide schoolmeesters O'Connell en Flanagan wel zeer stijlvol en met oogstrelend tech nische kunstigheidjes te werk maar pro ductief werd hun „college" nooit. Alles bijeen stelde deze Engelse Amateurs- ploeg zowel in techniek als in tempo en schotvaardigheid zeer teleur, waar vooral hun physieke conditie (terwijl het zware veld en de onophoudelijke regen toch typisch „Engels" waren) te kort schoot. En op grond van deze wel ver onder de verwachtingen gebleven, matige tegenstand doet men er maar beter aan, om de 10 zege van de Oranje-ploeg, hoe verdienstelijk ook, voorlopig nog met de nodige reserve te omringen. GERARD PATTIJN. Het beslissende ogenblik: Bennaars' doelpunt. Men ziet de Dosko-schulter vierde van links, zich juichend om draaien, naast hem Cor van der Gijp, die hei, nog niet kan geloven. Vijf Engelse verdedigers verslagen, links Topp en Taylor, liggend keeper Broun, rechts Adams en Farrere. Zaterdagmiddag werd in het Sportpark .•Birkhoven" te Amersfoort een oefen wedstrijd gespeeld tussen twee Neder landse jeugdelftallen: het „Witte" elftal, bestaande uit spelers van 1820 jaar- en het „Blauwe" team, samengesteld uit jeug dige voetballers van 16—18 jaar. De „Wit ten", de oudere spelers dus, behaalden een verdiende 4—3 overwinning. De grotere ervaring van de achttien- t/m twintigjarigen kwam duidelijk tot uiting. Hun team vormde een meer sluitend ge heel en ook hun combinaties waren beter. In de voorhoede der ..Witten" waren de meest opvallende spe ers Venhof (DWS) Doets (Haarlem) en Rijnvis (ADO). Venhof toonde zich een uiterst handig dribbelaar en een nuttige verbindingsspeler. Rij liet op de vleugel handige staaltjes zien en Doets bewees schutterscapaciteiten te bezitten. Ook de middenvoor De Wit van TSC is een voetballer met talent, zijn switchen was soms zeer handig. Dat de Witte ploeg vaak het middenveld bezette was voor een belangrijk deel te danken' aan het goede ingrijpen van de .-lil Maas (Kimbria), die op verdienste- iiike wijze werd bijgestaan door de auwwitter Corbran en Van Ham (Zee- burgia) De Volendamse backs Karregat en Bond maakten een solide indruk, even als doelman Feith (Woerden). Het spel der jongeren (de Blauwen) was meer op het individuele afgestemd. Stuk voor stuk toonden de jeugdige knapen zich handige voetballers met een goede tech niek en een behoorlijke dosis uithoudings vermogen. Maar als ploeg vormden zij nog lang geen homogeen geheel. Er waren soms wel verrassend aardige gelegenheids combinaties, maar er zat geen vaste lijn in de opbouw van hun aanvallen. Het zijn nog geen „routiniers", maar er waren verschillende jongeren die wel blijk gaven van opmerkelijk talent. Den Dekker (AFC) verdedigde zijn doel moedig- De backs Craay (DOS) en Smits (Helmondia) hadden vaak grote moeite om zich de goed combinerende Witte aan vallers van het lijf te houden. De half- spelers, De Bruyn (NOAD), Bruis (NAC) en Ten Braak (HRC), waren vaak in de verdediging te vinden, waardoor de voor hoede het extra moeilijk kreeg. Toch slaagden de Blauwe aanvallers er nog vrij dikwijls in de Witte defensie in moeilijk heden te brengen, getuige de drie doel punten, die van prima kwaliteit waren. De voorhoede bestond v. r. n. 1. uit de vol gende speler»: Nederhand (HVC). Fran sen (Velncltss), Van Hooft (Sp. Emms). Berkens (Sitterdia) en Jansen (Enschedé In de ««r*te helft werd het overwicht der WltWc. gaandeweg groter. Wel had Ten Briik (HRC) na een doelpunt van Rljnvi» <AtO» de partijen weer op gelijke voet g»br»«At dwr een zeldzaam fraaie kogel v«fc i««r verre afstand, maar daar na brachten Im Wil van TSC (lx) en Doets van Haarl«»fl (2*) de stand voor de rust op 41. Na rust. was het met de schotvaardigheid van de Witte gelederen gedaan. „Blauw" hield fanatiek vol en kwam zelfs nog een korte tijd in de meerderheid. In die pe riode scoorde Nederhand (HVC) op schit terende wijze, waarna Van Hooft (Sp. Emma) de stand op 43 bracht door een prachtige kopbal uit een corner. (Van onze speciale verslaggever) STADION FEIJENOORD, Zondag Als in de laatste minuten Rinus Bennaars niet dat reddende doelpunt had gescoord, zou er hoegenaamd niets spectaculairs zijn over gebleven De zwakheid van de Nederlandse voorhoede bleek al 3 minuten na de aftrap, toen Gruyzen in vrije positie een center van Bennaars finaal miste. En een minuut later was het óók al duidelijk, dat tegen een grimmiger dan ooit te keer gaande Terlouw, nu meer dan ooit inderdaad op zijn, enorme, physieke kracht spelend, de Engelse aanval evenmin veel potten zou breken. Steiger moest het eerst de handen uit de mouwen steken: op een schot van Gro ves en op een lage trekbal van de ia buitenspel-positie doorgebroken Flanagan maar daar zou het voorlopig bij blijven- Terlouw leunde een keer met al zijn kilo grammen tegen stylist O' Connell aan eri vervolgens eiste de Nederlandse voor hoede de aandacht op: een uit moeilijke positie gewaagd en hoog over het doel verdwijnend schot van Van der Gijp, een in het niemandsland gedeponeerde trek bal van Van Beurden waar niemand op liep, een verkeerd door Bennaars op het hoofd genomen en derhalve hoog in de regensluiers verloren gaande voorzet waarmee Van der Gijp een fraaie, beur telings over de linker en rechter wing opgebouwde, aanval over de hele front- breedte had afgewerkt. Het waren weer Van der Gijp en Bennaars, die even later een listige combinatie opzetten, waarin ook Gruyzen werd betrokken; de voorzet van de Sittardiaan was iets te scherp en Bennaars kon er niet meer zijn volle kracht achter zetten. In de 29e minuut wéér Bennaars: zo hard als hij kon (maar een zuivere sprint is tóch iets andersjoeg de kleine Dosko-man aan achter een harde, recht in dc lengte voortgejaagde pa.ss van Ter louw; in de afwerking echter faalde Ben naars door tegen de uitgelopen Brown aan (e schieten. Klaassens knalde kort daarop een directe vrije trap van twintig meter afstand keihard pal onder de lat en Lrown had daar opnieuw aïle moeite mee Het was op een through-pass van Bies brouck. dat wéér Bennaars dc vrije ruim te kreeg; maar wéér was zijn sprint niet snel genoeg, bovendien treuzelde hij wéér met zijn schot en tenslotte knalde hij toen weer tegen Brown s benen aan. Het staat er allemaal alsof de Engelsen op hun beurt aan geen enkele aanval toe kwamen Dat. deden jij wèl. Maar hun schieten was daarbij, èls zij eenmaal de in het centrum onvermurwbare Terlouw langs een zijspoor hadden weten te mis leiden, erbarmelijk slecht. Steiger kon vol staan met ernaar te kijken, verkeerde al leen in gevaar toen linkshalf Taylor met een gloeiende kogel de lat millimeterde, moest nog een keer op de knieën voor een vervaarlijke schuiver van Flanagan; de rest was losse flodders. Het is echter de vraag, of Steiger be stand was geweest tegen de penalty, die scheidsrechter Devillers de Engelsen had moeten toekennen, toen Terlouw in de He minuut zonder enig excuus en zonder dat de bal in het geding was Flanagan onder zich vertrapte; gelukkig voor Oranje veinsde monsieur Devillers op dat mo ment enige bijziendheid Aan de overkant waagden Bennaars en Overbeeke enige él te overmoedige scho ten uit onmogelijke hoeken, zag Van der Gijp zijn rush, iets te ver doorgedreven, gestuit door de zich op zijn voeten slinge rende Brown, noteerde men aan elke kant een corner en toen waren de eerste 45 regen-minuten voorbij. Een doorbraak van Overbeke door het midden leidde de tweede helft in; een gevaarlijke doorbraak, waaruit een fel schot van Bennaars resulteerde. Btowd kon het leer slechts ópstompen, steil om hoog, liet zich toen vlak voor de doellijn er boven op en óp de zwaaiende voet van Van Beurden vallen. De Engel sen antwoordden met een serie nijdige tegenaanvallen. Le wis zag kans om Ter louw ten val te bren gen, kreeg echter on middellijk Odenthal op zijn hielen, kan- jerde toen té gehaast ver naast. Bij een volgend schot van de Chelsea-amateur glipte het gladde leer door Steiger's han den, maar opnieuw stond daar Odenthal als redder in de nood. En toen O' Connell een lage vleugel-voorzet voor het Nederlandse doel deponeerde, waar alle vier andere En gelse aanvallers gretig op toerenden, wierp Steiger zich met een even fantasti sche als riskante duik midden in het aan stormende kwartet, griste daar de bal in derdaad uit de modder weg. Zoals een goed captain betaamt was het Loek Bies brouck, die de bakens verzette; en boven dien gaf hij zelf het voorbeeld tot een schot, dat Brown echter secuur stopte. centertje van O' Connell voor Lewis, maar goed uitlopend redde Steiger ook nu met een sliding. Dat was dan ongeveer wel de laatste gevaarlijke Engelse aanval. In de laatste 10 minuten boorde Oranje zijn laatste reserves aan en toen bleek dat de Engel sen méér uitgespeeld raakten dan onze jongens! Op een verre voorzet van Van der Gijp vuurde Gruyzen een goede kop bal af, die Brown maar nauwelijks over de lat kon tippen (en dat maakte het to taal van de corner-verhouding vijf-vier voor Nederland), de even later eveneens naar binnen gekomen Overbeke werkte goed opbouwend werk van Biesbrouck en Klaassens (die in het middenveld inder daad een duo vormden) af met een hard schot, dat wéér veel van Brown's capaci teiten vergde, een nieuwe centrum-actie van Overbeke bracht een schietkans voor Van Beurden, die echter te hoog mikte. ODENTHAL, redder-in-nood Onmiddellijk daarop moest, in de 26e minuut, Biesbrouck ijlings terug om sa men met Odenthal de op een listig hakje van Lewis voorbjj Terlouw gesnelde O' Connell in de mangel te nemen; het kwam ons op een vrjje schop te staan, die Lewis echter van de rand van het strafschop gebied domweg midden in het Oranje- muurtje knalde. Nieuw gevaar toen in de 34e minuut Terlouw mis greep op een. Een vergeefse aanval van Van der Gijp op het Engelse doel Toen kwam dan tenslotte 2 minuten voor het einde (maar twee minuten ook nadat Terlouw in een verbasterend wild duel volgens de regels van het worstelen vrye-stjjl-met-recht-van-alle-grepen voor de zoveelste maal Lewis tegen de zoden had gewerkt, juist binnen het strafschop gebied, zodat wjj met ons alien op het (luitje èn de penalty zaten te wachten- weike beide echter bi) de gratie van mon sieur Devillers' opnieuw geveinsde bij ziendheid uitbleventoen kwam dan eindelijk dat doelpunt van Bennaars, dat de 10 op het score-bord bracht. In de resterende minuut kogelde Lewis voorzichtig en op eerbiedige afstand om Terlouw heen gezeild, onder té ongunstige hoek en té nerveus de kans op Engeland's gelijkmaker, die weinigen hem misgund hebben, met een woedend en tesel'ik triest gebaar over de latkruising. Praat mister Lewis nooit meer over mijnhe") Terlouw noch over monsieur Devillers Zuid-Korea heeft in een wedstrijd in w v°°"onden van het tournooi om het Wereldkampioenschap voetbal met 5—1 van Japan gewonnen. Met de rust hadden ae Zuiakoreanen reeds een 21 voor sprong. Zuid-Korea behoeft de return wedstrijd, welke a.s. Zondag eveneens le Tokio wordt gehouden, sle hts gelijk li spelen om zich in de eindr .den te plaat sen. Nationalistisch China fat oorspron kelijk ook bij deze groep /as ingedeeld, heeft zich nl. teruggetrokk. a, zodat alleen Japan en Zuid-Korea zijn overgebleven. (Van onze spec, verslaggever.) FEIJENOORD, Zondag. „It's all in the game", was het korte commentaar van Sir Stanley Rous, secre taris van de Engelse voetbalbond, op de tragische fout van de Oxford-student dokter Ben Brown, die in de laatste minuten tot de Engelse nederlaag had geleid. „It's all in the' game" (nogal vrij vertaald; Zo is nu eenmaal het spel) en daarom komt Nederland de zege toe. Cor is van de vier gebroeders en één neef, die allen onder de naam Van der Gijp in het eerste elftal van Emma spelen, met zijn 23 jaren de Benjamin. Broers Freek en Janus, resp. 11 en 10 jaar ouder, waren na de rust door het politie-cordon heen gedrongen en trac- teerden „de kleine" voor het begin van de tweede helft op bijna vaderlijke wijze op hun laatste raadgevingen. De politie kneep daar wel een oogje voor dicht. Wij herinneren ons, dat Terlouw ander half jaar geleden te Huil de penalty ver oorzaakte, waaruit Lewis voor Engeland de 22 gelijkmaker scoorde. Wij herin nerden ons dat vanmiddag des te zeker der, toen wij Terlouw opnieuw verschei dene malen op de rand van een penalty zagen worstelen. Hij mag scheidsrechter Devillers wei erg dankbaar zijn Hulde aan het terrein-personeel van Bas van Krimpen, dat de Stadion-mat in zo perfecte conditie had gebracht. Tot het eind toe bleef het ondanks de regen en de zware strijd inderdaad een groene grasmat, zacht en zwaar, doch niet glad en uitstekend bespeelbaar, met slechts voor de doelen wat zwarte moddervlek ken. „Het is toch nog vol", hoorden wij een tribune-buurman. Natuurlijk was het Stadion Feijenoord met zijn 65.000 plaat sen vol. Maar het aanbod van kaarten aan de hekken was groter dan ooit bij een na-oorlogse interland het geval is geweest. En er werden ditmaal hoege- naamd géén „zwarte" prijzen bedongen. UT kan een eventueel „mene tekel" nog met de regen wegpraten!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 5