Dank
Geestdrift
zij voltreffer in de
en energie vormden weer
laatste minuten
de basis van klein succes
Klaassens uitblinker, Bennaars matchwinner
m
Twee jeugdelftallen speelden
oefenwedstrijd te Amersfoort
Terlouw worstelde op de rand
van twee penalties
Oranje finishte gelukkiger dan de Engelse Amateurs
E
m
NIET ZO ZUUR NU, MIJNE
HEREN!....
Interland-vana
Geen Hull-ploeg
Een nuchter oog
JAN KLAASSENS
DE UITBLINKER
En dan Bennaars
Probleem bleef!
Harder dan beton
Na Nederland-Engeland
Lewis verbitterd
De „ouderen" (18-20 jaar) wonnen
Dappere Bennaars rehabiliteerde zich
m,
MAANDAG 8 MAART 1954
PAGINA 5
!P\ V—
door
MARTIN W. DUYZINGS
Steiger weer solide
Dreigende penalty
Odenthal redde
In de mangel
Worstelen-vrije-stijl
Dokter Brown, benjamin Cor
en Terlouw,s penalty
Tweede 1-0
zege
m successie
(Van onze speciale verslaggever!
STADION FEIJENOORD, Zondagmiddag
EN TOEVALSTREFFER En de allereerste,
reactie van de zestigduizend optimisten, die vrijwel
zonder uitzondering de beproeving van kou en regen
tot liet eind toe hadden getrotseerd, was er een van
verrassing. Tóch nog een doelpunt En tóch nog een,
nieuwe, overwinning voor ons Nederlands Elftal, dat
deze weelde al zo lang had moeten ontberen, er nu
ineens twee-in-successie op zijn boekje heeft staan
èndaarop de-hemel-mag-weten-hoe-lang nu
tveer moet teren
Slechts twee minuten restten ons nog, alvorens
scheidsrechter Devillers zijn laatste fluitsignaal door
de zondvloed zou laten klinken. Ergens op de Neder
landse linker vleugel kwam, na een onschuldig
schermutselingetje tussen de Oranje-voorhoede en de
Engelse verdediging zoals er al zo veel waren geweest,
de bal in het bezit van linksbuiten Gruyzen, die
van grote afstand een hoge voorzet losliet. De voorzet mislukte, bleek
té scherp, zweefde met een lange boog tussen een onbruikbare center
en een kansloos schot in. En keeper Brown maakte zich er dan ook
zonder moeite van meester.
Toen kwam het toeval eindelijk dat kleine duwtje geven, waartoe de
Oranje.voorhoede zélf niet bij machte was gebleken. Brown liet de,
ItitritH^iiïÏHinlwtfrif
spekgladde, bal uit zijn handen glippen. En nóg kan
de kleine Bennaars niet begrijpen, hoe da"ar ineens
De Grote Kans hem seconden lang in de modder van
het doorweekte Feijenoord-veld kon blijven toelachen.
Met zijn neus er boven óp stond Bennaars, zoals de
ijverige Bergenaar de hele wedstrijd al overal bovenop
had gezeten. Een verslagen keeper; een verlaten doel,
onbeschermd en gapend in al z'n levensgrootheid.
En Bennaars schoot. Hard en hoog vloog de bal van
drie meter afstand in de touwen. Het doelpunt was
dan tóch gevallen
Twee minuten later stond trainer Jaap van der Leek,
joviaal maar rustig, bij het hekje waarlangs elf
zegevierende Oranje-mannen de arena verlieten. Voor
allen een handdruk en een schouderklop, joviaal
maar rustig. Zó vierde men déze overwinning, zonder
opgeschroefde hopsa-hopsa-dansen, zonder omhelzin
gen, zonder theater. Het eenvoudige maar oprechte
gebaar van Jaap van der Leek was ons sympathieker
RINUS BENNAARS (}an ,]e roes na de 10 zege op België van een paar
maanden geleden. Ook al omdat deze Van der Leek inderdaad méér
dan iemand anders de inspirator is van dit nog altijd niet bijster
overtuigende, maar voor de statistiek en de historie toch wel verdien
stelijke, nieuwe Nederlandse voetbal-succes(je)
Inderdaad: een succes-je. Maar stellig verdienstelijk. En zeker ook
wel verdiend, vooral voor onze uitblinkers Klaassens en Bennaars.
KLAASSENS,
uitblinker
EEN toevalstreffer in de laatste minu
ten. En twee seconden lang zat het
Stadion verrast. Maar toen sloeg dan
tóch het enthousiasme los van de door
weekte tribunes en jubelde men zoals elk
Oranje-doelpunt
al sedert de
grijze oudheid
bejubeld is. Voor
dit doelpunt was
men tenslotte ge
bleven, had men
twee uren lang
de onverbidde
lijke en onophou
delijk neerdren-
sende regen over
- t xv-.tr zich heen laten
VAN DER LECK, gaan, Maar zelfs
inspirator§e
lingse optimist had er in die laatste twee
minuten niet meer op durven rekenen.
En toen de sensatie van het ogenblik was
geluwd, kwam er een óndere reactie:
„jammerWant in déze strijd had er
eigenlijk geen verliezer mogen zijn. Dat
Uiteindelijk de eigen Oranjeploeg de ge
lukkigste bleek streelt ons nationaal ge-
Voel En het zou hoogst onredelijk zijn
om te zeggen, dat deze overwinning on
verdiend zou zijn. Zij was stellig wèl ver
diend. Wéér heeft ons Nederlands Elftal
gevochten met een geestdrift en een
energie, waarover men spontaan de lof
trompet steekt. Maar men had de Engel
sen gaarne een 00 gegund. En het tra
gische van de nederlaag voor de Britten
is, dat hun voortreffelijke doelman
Brown in die voor hem zo fatale tweede-
minuut-voor-het-einde zijn énige fout
van de hele wedstrijd maakte, een fout
bovendien in een situatie waarin ogen
schijnlijk geen enkel gevaar school, een
fout die door dat onvergankelijke oer-
Nederlandse opportunisme onmiddellijk
werd uitgebuit. En dat het juist Bennaars
was, die van dit presentje mocht profi
teren, is dan de welverdiende voldoening
voor hèm, die in deze wedstrijd de beste
en in ieder geval hardst werkende man
van onze aanval is geweest.
Wij schreven in onze voorbeschouwing:
„Een goed resultaat tegen deze Engelse
Amateurs is altijd nog een zeer eervolle
prestatie". Deze 10 zege is, in cijfers,
een goed resultaat. Maar de prestatie zou
toch heel wat eervoller zijn geweest, als
deze Engelse Amateurs niet zo zwak
waren gebleken. Kennelijk kan ook het
nationale Amateurs-elftal van de F.A.
zich niet onttrekken aan de dalende lijn,
die de jongste prestaties van Engelands
interland-voetbal kenmerkt (men denke
wat de Profs betreft alleen maar aan de
6—3 nederlaag tegen Hongarije). Deze
Engelse ploeg was aanzienlijk zwakker
dan die van anderhalf jaar geleden te
Huil en zij bleek vooral in physiek op
zicht slecht in conditie. Dat drukt dan
helaas de prestatie van de Oranje-ploeg
wel iets omlaag. In toenemende mate
wordt het Engelse amateurs-voetbal leeg
gezogen door de prof-clubs, die in haar
drang naar vernieuwing en versterking
van haar „stallen" meer dan ooit op de
veelbelovende amateurs zijn aangewezen.
Een proces dat in Nederland ten opzich
te van de Franse en Italiaanse ronselaars
al goeddeels tot staan is gebracht, maar
dat in de Engelse amateurs-wereld nü pas
in volle hevigheid aan het woeden is. Het
ontneemt de F.A.-amateurs de basis tot
een noodzakelijke stabilisatie en de ge
volgen daarvan traden bij een vergelij
king van dit elftal met dat van anderhalf
jaar geleden wel duidelijk naar voren. In
physieke conditie zowel als in tempo en
techniek kwam dit Engelse elftal geen
enkele maal boven de Oranje-ploeg uit.
Dat is Engelse zwakheid géén Nederland
se verdienste
Want men mene niet, dat het met ons
Nederlands Elftal nu alles op slag rozen
geur en maneschijn is. Deze I0 zege
mag dan verdiend én verdienstelijk zijn,
zij werd toch weer tè op het nippertje
bevochten, was toch weer tè weinig over
tuigend, hing toch tè veel van een toe
valstreffer af. En al doet het elk oprecht
vaderlands hart goed, als er in de al van
1949 af daterende depressie eindelijk
weer eens gewonnen wordt: de zegge en
schrijve 4e (vierde) overwinning in een
tijdsbestek van dito 4 (vier) jaren
men moet, evenals na die 10 October-
zege op België, een open en nuchter oog
blijven houden voor de tekortkomingen
waaraan onze ploeg lijdt. Met twee bui
tenspelers wier grote daden op de vin
gers van één hand zijn te tellen, met een
nog altijd en ook vanmiddag niet opge
lost middenvoors-probleem, met een ver
dediging die al te vaak en te riskant naar
een op de rand van de penalty zwevende
noodrem moet grijpen, is deze ploeg nog
voor zeer vele verbeteringen vatbaar en
komt zij op de internationale voetbal-
markt altijd nog niet hoger dan de cate
gorie der zwakste zusjes.
JAN KLAASSENS, de nog jonge maar
reeds imposant gebouwde VW-er,
was vanmiddag ongetwijfeld onze
beste man, onvermoeibaar, zwoegend en
sjouwend als vanouds,
vechtend om elke bal
om elke duimbreed
gronds, een hechte
steunpilaar van onze
eerste verdedigingslinie
op het middenveld èn
daarachter! En boven
dien wordt Klaassens
ook voor zijn voorhoede
een helper van steeds
toenemende kracht. De
privé-training, welke
hij op het punt van
plaatsen van Jaap van
der Leek ontvangt, be
gint haar vruchten af
te werpen; en al geeft
de Venlo ér nog lang niet al zijn passes
op maat af, in het algemeen zijn zij reeds
aanzienlijk veel zuiverder dan voorheen.
Men mag hopen, dat Klaassens binnen
korte tijd eindelijk het volle rendement
van zijn aanleg en zijn enorme werk
kracht zal oogsten; en dan wordt hiji een
van de gróótste figuren in deze huidige
Oranje-ploeg.
RINUS BENNAARS was vanmiddag
zonder twijfel onze tweede man! De
kleine man uit Bergen op Zoom voor
heen onze zwakste aanvaller, bleek van
middag van heel het aarivals-kwintet de
beste. Zijn werklust en uithoudingsver
mogen deden voor die van Klaassens niet
onder, zijn eigenaardige solo-acties trok
ken meer dan eens gaten in de vijande
lijke achterhoede, in vrijwel elke spel
situatie was hij present èn dat vergoedde
veel van de fouten die hij bij onzuiver
plaatsen en bij treuzelen op schietkansen
óók maakte. Dat de Dosko-man tenslotte
het winnende doelpunt op zijn naam
bracht, kwam hem alleszins toe.
MAX VAN BEURDEN was dus dit
maal niét onze beste aanvaller, ofschoon
de B V V -er met zijn enthousiaste ver-
binding'swerk en zijn zuiver geplaatste
lange cross-passes weer zeer verdienste
lijk heeft geopereerd. Het niet bijzonder
gladde maar wel zeer zware veld belem
merde hem kennelijk in zijn anders zo
verrassende solo-rushes, zodat hij, wiens
stijl minder zwervend en meer in de
diepte stotend dan die van Bennaars is,
thans zowel letterlijk als figuurlijk min
der op de voorgrond trad. GRUYZEN op
de linksbuitenplaats deed slechts heel
weinig goede dingen, lijkt ons nog te
jong en te timide voor interland-voetbal,
had althans tegen de stukke rechtsback
McGhee hoegenaamd niets in te bren
gen. OVERBEKE, ofschoon wel „bruta
ler", kwam op de rechtervleugel even
min tot grote acties, al oogstte hij wel
enige open doekjes voor zijn ijver en
ambitie; bij enkele switches naar binnen
dook hij wel gevaarlijk voor Brown's
doel op, maar zijn totaal-prestatie was
toch twijfelachtig.
COR VAN DER GIJP, de enige debu
tant in deze ploeg, heeft helaas het
nijpende middenvoors-probleem geen
stap nader tot zijn oplossing gebracht.
Wellicht eveneens door het zware veld
gehandicapt (spelers met geringere leng
te als Bennaars, Overbeke, Biesbrouck
hadden daar minder last
van), vond hij geen enke
le maal zijn sprint-met
stootkracht, die hem in
het competitie-voetbal zo
gevreesd en succesrijk Vty*
heeft gemaakt. Er ging
vanmiddag van de Dord-1
tenaar geen verrassing
noch leiding uit en van m
schotvaardigheid viel al (fr
evenweinig te bespeuren. VAN DER GIJp
Hij kan echter veel beter nö een kans
en daarom verdient hu
het om, evenals zijn voorgangers ook een
kans méér te krijgen.
RIEN TERLOUW mag dan al van Mer-
mans en Coppens geen vriend zijn, in
Lewis heeft hij er een „vijand" bij ge
kregen. Ontstellend hard en rigoureus
waren de duels, die de Sparta-stopper
met de Engelse middenvoor uitvocht. En
de Rotterdammer bleek daarbij de hard
ste! Daaraan is het te danken, dat de
weg door het centrum geblokkeerd bleef
en dat onze verdediging in het algemeen
weinig paniek-situaties heeft behoeven
doorleven. Terlouw heeft weer enorm
veel staan ruimen, maar fraai was het
niet
AANVOERDER LOEK BIESBROUCK
heeft onze verdediging als altijd knap
geassisteerd, bracht ook als schakel-pion
op het middenveld zijn rente weer dub
bel en dwars op, bleef weliswaar in de
schaduw van Klaassens maar vertolkte
in alle soberheid als altijd weer een
Feijenoordstadion, Zondag.
Opnieuw één-nul voor Oranje!
Het was alsof mister Brown, de
voortreffelijke Engelse doelman,
twaalf in figuurlijke rouwranden ge
vatte voorbeschouwingen van de Ne
derlandse sportpers verbluft en niet
zonder pijn stond te herkauwen toen
Bennaars nauwelijks twee minuten
voor het slot der Feijenoord-feeste-
lijkheden het enige, doch zegevieren
de Nederlandse doelpunt in de vij
andelijke touwen knetterde. Het was
alsof men. in de orkaan van geest
drift die plotseling en onverwacht
nog over de nat geregende tribunes
van het Feijenoordstadion rolde, tóch
een ondertoon van stille verbazing
beluisteren kon. Het was alsof men,
boven het gejuich der tien duizenden
uit, links en rechts op de afgeladen
perstribune het geknars der kiezen
van enige, de Keuze-Commissie nu al
langer dan een jaar met niets-dan-
zure-opmerkingen achtervolgende
voetbalgeleerden zo maar met het
blote oor kon horen.
En terwijl „Pieter Aafjes", die géén
familie is van de U welbekende poëet
Bertus doch wèl, daarentegen, een
uitstekend musicerende Koninklijke
Harmonie uit Culemborg, de trieste
regenmiddag besloot met een uitbun
dige galop die mèt dat pas gevallen
doelpunt het hart van de tienduizen
den waarachtig wel even verwarmde,
vroeg men zich af of wij na enige ja
ren van voetbalcrisis de weelde van
een overwinning niet zó sterk ont
wend zijn, dat wij de narigheid, waar
aan wij waarachtig nog geen gebrek
hebben, onderhand boven de weelde
prefererenf i
U wéét het: de voetbalgeleerde zul
len U niet ten onrechte opnieuw in
alle toonaarden voorhouden, dat ook
in deze interland het spelpeil geen
duizelingwekkende hoogte bereikte.
Ik wéét het: onze Engelse tegenpartij
had ogenblikken waarop het leek als
of men haar van hogerhand het ma
ken van doelpunten verboden had en
alsof zij inniger naar een open haard
en het feestbanket dan naar de over
winning verlangde. Ik wéét het: man
netje Devillers, de referee, zag ge
durende de eerste helft een geheide
penalty voor de Engelsen goedgemutst
over het hoofd, toen onze nationale
rots in de branding Rinus Terlouw,
wiens speltype ook ditmaal op de
éérste plaats aan een betonmolen en
dan pas (vaag) aan de Olympische
Gedachte herinnerde, een onzer En
gelse amateurvrindjes in het Neder
landse doelgebied volmaakt opvouwde
terwijl de bal zich ver weg in de cor-
nerhoek bevond. Ik weet het alle
maal: wij hebben nog altijd geen Ne
derlands elftal dat uitpuilt van de
cracks, en als ze ons bijvoorbeeld aan
de Hongaren zouden overleveren,
werden wij in de eerste helft al met
huid en haar verslonden, en als de
theoretici net zoveel gelijk hadden
als zij hardnekkig menen te hebben,
dan wonnen wij zo'n wedstrijd als de
ze, zelfs niet tegen elf matig spelende
Engelse amateurs, want ook deze
amateurs hadden een betere techniek
en speelden, als zijnde slecht-weer-
voetballers, makkelijker op het zwa
re, doorweekte veld, en wisten zelfs
van het magische vierkant, waarover
wij ons nog altijd zo druk maken, wel
hun weetje
Maar nietteminniettemin staat
er tegenwoordig weer een Nederlands
elftal in het veld, dat er tenminste
van de eerste tot de laatste minuut
voluit om vecht. Niettemin zag men
ook op het Feijenoordveld een Oran
je-elf die naar oude Nederlandse
voetbal wapens greep: dash en strijd
lust en koppige geestdrift, en zo men
U mocht melden, dat dit nu het resul
taat is van acht jaar theoretische bla-
bla-bla der systeem-maniakken, ge
lóóf het niet. Doelpunten van het gen
re zoals Bennaars er in het Feijen
oordstadion een maakte, werden door
Nederlandse voorhoedes gefokt nog
voor men in West-Europa ooit van
een s-opperspil vernomen .rad. Zó,
plompverloren en in de allerlaatste
seconden, sleepten wij destijds in
Düsseldorf een draw uit het vuur te
gen de Duitsers wier voetbal op z'n
minst tweemaal zo goed was als het
onze. Dat doelpunt van Van Spaan-
donck is destijds als een onzer grote
wapenfeiten in de vaderlandse voet
balhistorie gegaan, en in de commen
taren der sportpers vond men méér
pure vreugde om een succes van ons
nationale elftal dan droefenis om ons
waarachtig niet zo daverende spel
peil.
Twee overwinningen nu al in één
seizoen: eerst de Belgen, nu de Engel
se amateurs!, mèg men wel meer ver
wachten bij de huidige constellatie
van onze Nederlandse voetbalwereld?
En is het bovendien niet nuttiger, elf
Nederlandse voetballers die in ieder
geval stuk voor stuk met hart en ziel
voor deze overwinning gevochten
hebben de een met meer succes, de
ander met minder eindelijk weer
eens van harte te prijzen voor het
feit, dat wij tegenwoordig zowaar en
ondanks alles nog wedstrijden win
nen, alvorens hen opnieuw te ver
drinken in een poel van niets-dan-
critiek? Niet zo zuur nu, heren critici!
Er is voor zure opmerkingen nog tijd
en gelegenheid genoeg. Straks, bij de
volgende nederlaag! En zelfs dan zal
Neêrlands voetbaljeugd, het onver
woestbaar-optimistische volkje op de
jongenstribune, nog altijd, zoals van
daag toen 't nog nul-nul stond, 'n oude
vaderlandse hymne zingen: „Houd-
durdemoedmaarrin Zo lang een
elftal nog overwinningen te bevech
ten weet, zo lang leeft er nog altijd
een sprietje hoop
uiterst nuttige onopvallende, maar waar
devolle partij. ODENTHAL en TEBAK
hebben met hun felle ingrijpen en nijdige
volhouden weer zeer doelmatig staan
backen, maar anderzijds kwam er van
hun voet geen enkele speelbare bal in
de voorhoede; hun werk was zuiver des
tructief en daardoor liep de opbouw van
de Nederlandse tegenaanvallen des te
trager en moeilijker. LIEUWE STEIGER
tenslotte heeft niet veel moeilijk werk
gehad, maar een enkele maal kreeg hij
met moedig en kundig ingrijpen toch wel
de gelegenheid om te bewijzen, dat hij op
het ogenblik onze beste doelman is.
De Engelse ploeg heeft het Cor van
der Gijp c.s. moeilijker dan Tebak
en Odenthal gemaakt. Met de Pom-
peyaanse matroos McGhee (Royal Navy,
maar als amateur ook in de prof-club
Portsmouth spelend) als uitblinkende
invaller vormde de Britse defensie
een stevig bolwerk, waarin ook aanvoer
der Adams als solide en rustige stopper
ende jonge Brown als uitstekende-
doelman-met-één-fatale-fout opvielen.
Ondanks het knappe werk van rechts
half Topp, de beste man bij de Engelsen,
ging er van de rechter vleugel Bromilow-
Groves niets uit, voornamelijk door een
opvallend tekort aan tempo. Middenvoor
Lewis liep op den duur verbitterd maar
steeds vergeefs storm tegen de graniet
rots Terlouw en op links gingen de beide
schoolmeesters O'Connell en Flanagan wel
zeer stijlvol en met oogstrelend tech
nische kunstigheidjes te werk maar pro
ductief werd hun „college" nooit. Alles
bijeen stelde deze Engelse Amateurs-
ploeg zowel in techniek als in tempo en
schotvaardigheid zeer teleur, waar
vooral hun physieke conditie (terwijl het
zware veld en de onophoudelijke regen
toch typisch „Engels" waren) te kort
schoot.
En op grond van deze wel ver onder
de verwachtingen gebleven, matige
tegenstand doet men er maar beter aan,
om de 10 zege van de Oranje-ploeg,
hoe verdienstelijk ook, voorlopig nog met
de nodige reserve te omringen.
GERARD PATTIJN.
Het beslissende ogenblik: Bennaars'
doelpunt. Men ziet de Dosko-schulter
vierde van links, zich juichend om
draaien, naast hem Cor van der Gijp,
die hei, nog niet kan geloven. Vijf
Engelse verdedigers verslagen, links
Topp en Taylor, liggend keeper
Broun, rechts Adams en Farrere.
Zaterdagmiddag werd in het Sportpark
.•Birkhoven" te Amersfoort een oefen
wedstrijd gespeeld tussen twee Neder
landse jeugdelftallen: het „Witte" elftal,
bestaande uit spelers van 1820 jaar- en
het „Blauwe" team, samengesteld uit jeug
dige voetballers van 16—18 jaar. De „Wit
ten", de oudere spelers dus, behaalden een
verdiende 4—3 overwinning.
De grotere ervaring van de achttien- t/m
twintigjarigen kwam duidelijk tot uiting.
Hun team vormde een meer sluitend ge
heel en ook hun combinaties waren beter.
In de voorhoede der ..Witten" waren de
meest opvallende spe ers Venhof (DWS)
Doets (Haarlem) en Rijnvis (ADO). Venhof
toonde zich een uiterst handig dribbelaar
en een nuttige verbindingsspeler. Rij
liet op de vleugel handige staaltjes zien
en Doets bewees schutterscapaciteiten te
bezitten. Ook de middenvoor De Wit van
TSC is een voetballer met talent, zijn
switchen was soms zeer handig.
Dat de Witte ploeg vaak het middenveld
bezette was voor een belangrijk deel te
danken' aan het goede ingrijpen van de
.-lil Maas (Kimbria), die op verdienste-
iiike wijze werd bijgestaan door de
auwwitter Corbran en Van Ham (Zee-
burgia) De Volendamse backs Karregat
en Bond maakten een solide indruk, even
als doelman Feith (Woerden).
Het spel der jongeren (de Blauwen) was
meer op het individuele afgestemd. Stuk
voor stuk toonden de jeugdige knapen zich
handige voetballers met een goede tech
niek en een behoorlijke dosis uithoudings
vermogen. Maar als ploeg vormden zij
nog lang geen homogeen geheel. Er waren
soms wel verrassend aardige gelegenheids
combinaties, maar er zat geen vaste lijn
in de opbouw van hun aanvallen. Het zijn
nog geen „routiniers", maar er waren
verschillende jongeren die wel blijk gaven
van opmerkelijk talent.
Den Dekker (AFC) verdedigde zijn doel
moedig- De backs Craay (DOS) en Smits
(Helmondia) hadden vaak grote moeite
om zich de goed combinerende Witte aan
vallers van het lijf te houden. De half-
spelers, De Bruyn (NOAD), Bruis (NAC)
en Ten Braak (HRC), waren vaak in de
verdediging te vinden, waardoor de voor
hoede het extra moeilijk kreeg. Toch
slaagden de Blauwe aanvallers er nog vrij
dikwijls in de Witte defensie in moeilijk
heden te brengen, getuige de drie doel
punten, die van prima kwaliteit waren.
De voorhoede bestond v. r. n. 1. uit de vol
gende speler»: Nederhand (HVC). Fran
sen (Velncltss), Van Hooft (Sp. Emms).
Berkens (Sitterdia) en Jansen (Enschedé
In de ««r*te helft werd het overwicht
der WltWc. gaandeweg groter. Wel had
Ten Briik (HRC) na een doelpunt van
Rljnvi» <AtO» de partijen weer op gelijke
voet g»br»«At dwr een zeldzaam fraaie
kogel v«fc i««r verre afstand, maar daar
na brachten Im Wil van TSC (lx) en Doets
van Haarl«»fl (2*) de stand voor de rust
op 41.
Na rust. was het met de schotvaardigheid
van de Witte gelederen gedaan. „Blauw"
hield fanatiek vol en kwam zelfs nog een
korte tijd in de meerderheid. In die pe
riode scoorde Nederhand (HVC) op schit
terende wijze, waarna Van Hooft (Sp.
Emma) de stand op 43 bracht door een
prachtige kopbal uit een corner.
(Van onze speciale verslaggever)
STADION FEIJENOORD, Zondag
Als in de laatste minuten Rinus Bennaars niet dat reddende doelpunt had
gescoord, zou er hoegenaamd niets spectaculairs zijn over gebleven
De zwakheid van de Nederlandse voorhoede bleek al 3 minuten na de
aftrap, toen Gruyzen in vrije positie een center van Bennaars finaal miste.
En een minuut later was het óók al duidelijk, dat tegen een grimmiger
dan ooit te keer gaande Terlouw, nu meer dan ooit inderdaad op zijn,
enorme, physieke kracht spelend, de Engelse aanval evenmin veel potten
zou breken.
Steiger moest het eerst de handen uit
de mouwen steken: op een schot van Gro
ves en op een lage trekbal van de ia
buitenspel-positie doorgebroken Flanagan
maar daar zou het voorlopig bij blijven-
Terlouw leunde een keer met al zijn kilo
grammen tegen stylist O' Connell aan eri
vervolgens eiste de Nederlandse voor
hoede de aandacht op: een uit moeilijke
positie gewaagd en hoog over het doel
verdwijnend schot van Van der Gijp, een
in het niemandsland gedeponeerde trek
bal van Van Beurden waar niemand op
liep, een verkeerd door Bennaars op het
hoofd genomen en derhalve hoog in de
regensluiers verloren gaande voorzet
waarmee Van der Gijp een fraaie, beur
telings over de linker en rechter wing
opgebouwde, aanval over de hele front-
breedte had afgewerkt. Het waren weer
Van der Gijp en Bennaars, die even later
een listige combinatie opzetten, waarin
ook Gruyzen werd betrokken; de voorzet
van de Sittardiaan was iets te scherp en
Bennaars kon er niet meer zijn volle
kracht achter zetten.
In de 29e minuut wéér Bennaars: zo
hard als hij kon (maar een zuivere sprint
is tóch iets andersjoeg de kleine
Dosko-man aan achter een harde, recht
in dc lengte voortgejaagde pa.ss van Ter
louw; in de afwerking echter faalde Ben
naars door tegen de uitgelopen Brown aan
(e schieten. Klaassens knalde kort daarop
een directe vrije trap van twintig meter
afstand keihard pal onder de lat en
Lrown had daar opnieuw aïle moeite mee
Het was op een through-pass van Bies
brouck. dat wéér Bennaars dc vrije ruim
te kreeg; maar wéér was zijn sprint niet
snel genoeg, bovendien treuzelde hij wéér
met zijn schot en tenslotte knalde hij toen
weer tegen Brown s benen aan.
Het staat er allemaal alsof de Engelsen
op hun beurt aan geen enkele aanval toe
kwamen Dat. deden jij wèl. Maar hun
schieten was daarbij, èls zij eenmaal de
in het centrum onvermurwbare Terlouw
langs een zijspoor hadden weten te mis
leiden, erbarmelijk slecht. Steiger kon vol
staan met ernaar te kijken, verkeerde al
leen in gevaar toen linkshalf Taylor met
een gloeiende kogel de lat millimeterde,
moest nog een keer op de knieën voor een
vervaarlijke schuiver van Flanagan; de
rest was losse flodders.
Het is echter de vraag, of Steiger be
stand was geweest tegen de penalty, die
scheidsrechter Devillers de Engelsen had
moeten toekennen, toen Terlouw in de He
minuut zonder enig excuus en zonder dat
de bal in het geding was Flanagan onder
zich vertrapte; gelukkig voor Oranje
veinsde monsieur Devillers op dat mo
ment enige bijziendheid
Aan de overkant waagden Bennaars en
Overbeeke enige él te overmoedige scho
ten uit onmogelijke hoeken, zag Van der
Gijp zijn rush, iets te ver doorgedreven,
gestuit door de zich op zijn voeten slinge
rende Brown, noteerde men aan elke kant
een corner en toen waren de eerste 45
regen-minuten voorbij.
Een doorbraak van Overbeke door het
midden leidde de tweede helft in; een
gevaarlijke doorbraak, waaruit een fel
schot van Bennaars resulteerde. Btowd
kon het leer slechts ópstompen, steil om
hoog, liet zich toen vlak voor de doellijn
er boven op en óp de zwaaiende
voet van Van Beurden vallen. De Engel
sen antwoordden met een serie nijdige
tegenaanvallen. Le
wis zag kans om Ter
louw ten val te bren
gen, kreeg echter on
middellijk Odenthal
op zijn hielen, kan-
jerde toen té gehaast
ver naast. Bij een
volgend schot van
de Chelsea-amateur
glipte het gladde leer
door Steiger's han
den, maar opnieuw
stond daar Odenthal
als redder in de
nood. En toen O'
Connell een lage
vleugel-voorzet voor het Nederlandse doel
deponeerde, waar alle vier andere En
gelse aanvallers gretig op toerenden,
wierp Steiger zich met een even fantasti
sche als riskante duik midden in het aan
stormende kwartet, griste daar de bal in
derdaad uit de modder weg. Zoals een
goed captain betaamt was het Loek Bies
brouck, die de bakens verzette; en boven
dien gaf hij zelf het voorbeeld tot een
schot, dat Brown echter secuur stopte.
centertje van O' Connell voor Lewis, maar
goed uitlopend redde Steiger ook nu met
een sliding.
Dat was dan ongeveer wel de laatste
gevaarlijke Engelse aanval. In de laatste
10 minuten boorde Oranje zijn laatste
reserves aan en toen bleek dat de Engel
sen méér uitgespeeld raakten dan onze
jongens! Op een verre voorzet van Van
der Gijp vuurde Gruyzen een goede kop
bal af, die Brown maar nauwelijks over
de lat kon tippen (en dat maakte het to
taal van de corner-verhouding vijf-vier
voor Nederland), de even later eveneens
naar binnen gekomen Overbeke werkte
goed opbouwend werk van Biesbrouck en
Klaassens (die in het middenveld inder
daad een duo vormden) af met een hard
schot, dat wéér veel van Brown's capaci
teiten vergde, een nieuwe centrum-actie
van Overbeke bracht een schietkans voor
Van Beurden, die echter te hoog mikte.
ODENTHAL,
redder-in-nood
Onmiddellijk daarop moest, in de 26e
minuut, Biesbrouck ijlings terug om sa
men met Odenthal de op een listig hakje
van Lewis voorbjj Terlouw gesnelde O'
Connell in de mangel te nemen; het kwam
ons op een vrjje schop te staan, die Lewis
echter van de rand van het strafschop
gebied domweg midden in het Oranje-
muurtje knalde. Nieuw gevaar toen in de
34e minuut Terlouw mis greep op een.
Een vergeefse aanval van Van der
Gijp op het Engelse doel
Toen kwam dan tenslotte 2 minuten
voor het einde (maar twee minuten ook
nadat Terlouw in een verbasterend wild
duel volgens de regels van het worstelen
vrye-stjjl-met-recht-van-alle-grepen voor
de zoveelste maal Lewis tegen de zoden
had gewerkt, juist binnen het strafschop
gebied, zodat wjj met ons alien op het
(luitje èn de penalty zaten te wachten-
weike beide echter bi) de gratie van mon
sieur Devillers' opnieuw geveinsde bij
ziendheid uitbleventoen kwam
dan eindelijk dat doelpunt van Bennaars,
dat de 10 op het score-bord bracht.
In de resterende minuut kogelde Lewis
voorzichtig en op eerbiedige afstand om
Terlouw heen gezeild, onder té ongunstige
hoek en té nerveus de kans op Engeland's
gelijkmaker, die weinigen hem misgund
hebben, met een woedend en tesel'ik
triest gebaar over de latkruising. Praat
mister Lewis nooit meer over mijnhe")
Terlouw noch over monsieur Devillers
Zuid-Korea heeft in een wedstrijd in
w v°°"onden van het tournooi om het
Wereldkampioenschap voetbal met 5—1
van Japan gewonnen. Met de rust hadden
ae Zuiakoreanen reeds een 21 voor
sprong. Zuid-Korea behoeft de return
wedstrijd, welke a.s. Zondag eveneens le
Tokio wordt gehouden, sle hts gelijk li
spelen om zich in de eindr .den te plaat
sen. Nationalistisch China fat oorspron
kelijk ook bij deze groep /as ingedeeld,
heeft zich nl. teruggetrokk. a, zodat alleen
Japan en Zuid-Korea zijn overgebleven.
(Van onze spec, verslaggever.)
FEIJENOORD, Zondag.
„It's all in the game", was het korte
commentaar van Sir Stanley Rous, secre
taris van de Engelse voetbalbond, op de
tragische fout van de Oxford-student
dokter Ben Brown, die in de laatste
minuten tot de Engelse nederlaag had
geleid. „It's all in the' game" (nogal vrij
vertaald; Zo is nu eenmaal het spel) en
daarom komt Nederland de zege toe.
Cor is van de vier gebroeders en
één neef, die allen onder de naam Van
der Gijp in het eerste elftal van Emma
spelen, met zijn 23 jaren de Benjamin.
Broers Freek en Janus, resp. 11 en 10
jaar ouder, waren na de rust door het
politie-cordon heen gedrongen en trac-
teerden „de kleine" voor het begin van
de tweede helft op bijna vaderlijke wijze
op hun laatste raadgevingen. De politie
kneep daar wel een oogje voor dicht.
Wij herinneren ons, dat Terlouw ander
half jaar geleden te Huil de penalty ver
oorzaakte, waaruit Lewis voor Engeland
de 22 gelijkmaker scoorde. Wij herin
nerden ons dat vanmiddag des te zeker
der, toen wij Terlouw opnieuw verschei
dene malen op de rand van een penalty
zagen worstelen. Hij mag scheidsrechter
Devillers wei erg dankbaar zijn
Hulde aan het terrein-personeel van
Bas van Krimpen, dat de Stadion-mat in
zo perfecte conditie had gebracht. Tot
het eind toe bleef het ondanks de regen
en de zware strijd inderdaad een groene
grasmat, zacht en zwaar, doch niet glad
en uitstekend bespeelbaar, met slechts
voor de doelen wat zwarte moddervlek
ken.
„Het is toch nog vol", hoorden wij een
tribune-buurman. Natuurlijk was het
Stadion Feijenoord met zijn 65.000 plaat
sen vol. Maar het aanbod van kaarten
aan de hekken was groter dan ooit bij
een na-oorlogse interland het geval is
geweest. En er werden ditmaal hoege-
naamd géén „zwarte" prijzen bedongen.
UT kan een eventueel „mene
tekel" nog met de regen wegpraten!