Larens kindercircus „Knie
werkt voor het Rode Kruis
Voorstellingen zijn elke avond
en middag uitverkocht
a
AUTOBRIDGE
WERDA)
VOOR OOilG
In het land van de Groot-Khan
BBEITCW
W OM)
HET GRABBELTONNETJE
v>
BR1DGE-RUBRIEK
DE HEILIGE VAN DE WEEK
Circus draait door
„vorstelijke" gift
I §1
w wm
mm p§ lil iiL
Éi fl
Bij enkele
plaatsnamen
Tien nieuwe vragen
Vorige vragen
beantwoord
ZATERDAG 1 MEI 1954
PAGINA 6
175 in één week
Geen verstarring
a m d
m m m m
m m m m.
m m 'o. o. c
M m m
m m t<
o 0 a
a a o
a m
0 s a
a a a 0
0 a s o
mm ga? m
Op jacht
Duivendrecht Drecht van
duiven?
Papendreclit Drecht der
papen?
6 Mei: „San Giovanni a Porta Patina
CORRESPONDED TlE-ADRES:
POSTBUS 8, HILVERSUM
(Van een medewerker)
Elke dag trekt een stoet van
Larense kinderen naar het kinder-
circus ,,Knie", waar zij voor hel
summiere bedrag van één cent een
complete circusvoorstelling kunnen
bijwonen. Reeds een uur voordal
het circus door de zeventienjarige
Wim Bokhorst wordt geopend,
staan de Larense jongeren zich voor
de tent te verdringen, met elkaar al
de genietingen besprekend, die het
kindercircus hun straks bieden
gaat. Circus „Knie" is van em vooi
de jeugd. Aan het gehele circus
komt geen volwassene te pas. Direc
teur Wim Bokhorst die net als
een echte circusdirecteur de jeugd
toespreekt met Hooggeëerd publiek
en getooid is met een .hoge zijden
hoed en sierlijke paardenzweep
is een ondernemend jongmens. Hij
vond het leven onder de Larense
jongeren te „saai" en besloot daar
om een eigen circus op te richten.
Voor een circus is een tent nodig en
daar Wim Bokhorst veel ondernemings
lust maar weinig (lees: geen) kapitaal
tot zijn beschikking heeft was goede
raad duur. De ondernemingslust won
het echter van het kapitaalgebrek. Wim
Bokhorst schreef eenvoudigweg 'n brief
aan H. M. Koningin Juliana. „Majesteit,
ik wil een kindercircus oprichten, al
het geld dat we verdienen gaat naar het
Rode Kruis maar we hebben geen tent"
schreef hij. Enkele dagen later kwam er
antwoord. Wim Bokhorst kon bij het
Rode Ki-uis in Den Haag een tent gaan
ophalen. Het bleek een reuze-tent" te
zijn. In minder dan geen tijd was de tent
opgezet en hadden Wim en zijn „artis-
ten" een piste gebouwd. Zaagsel voor de
piste werd bij een timmerman gehaald,
beschilderde kisten vormen de pisterand.
Maar daar was de circusdirecteur nog bij
lange na niet tevreden mee. Hij vroeg en
kréég een verlichting 's avonds wordt
de tent verlicht door tientallen veel
kleurige lampjes en wist zelfs een
drietal woonwagens te vinden. In deze
woonwagens zijn de „stallen" van het
circus Knie ondergebracht en kunnen de
artisten zich verkleden.
De circusvoorstellingen hébben een
specifiek karakter. De artisten, allen
vrienden van de circusdirecteur, kleden
zich om als paarden en apen, zij keren
herhaaldelijk in andere creaties in de
piste terug en laten de Jeugdige toe
schouwers dubbel liggen van het lachen.
Op oude fietsen, waarvan telkens meer
onderdelen in het zaagsel van de piste
terecht komen, halen zij dolle manoeu
vres uit, clowns onderbreken op de
vreemdste momenten de „meer serieuze
nummers" en maken de toeschouwers zó
enthousiast, dat de tent op haar grond
vesten staat te schudden.
De voorstelling is niet aan een vast
omlijnd programma gebonden. Voelt een
van de artisten zich tot een nieuwe
„stunt" geïnspireerd dan holt hij zonder
meer de piste binnen en begint zijn pri-
vé-nummer af te werken. Dit behoedt
het programma óók voor verstarring.
Elke voorstelling is nieuw en daarom
komen dezelfde kinderen avond aan
avond naar het circus terug. Het im
provisatie-talent van de artisten is gren
zeloos en het plezier dat de toeschou-
wertjes om de voorstellingen hebben valt
niet te beschrijven. Zij schreeuwen van
de pret, klimmen dol-verrukt boven op
de planken en staan furieus te hossen
als de voorstelling een climax bereikt.
Directeur Bokhorst zorgt er echter, sta
tig rondwandelend met zijn hoge zijden,
voor dat alles vlot blijft verlopen. Een
toeschouwer, die zijn geestdrift al te ver
doorvoert en zelfs neigingen mocht krij
gen de piste binnen te hollen, wordt door
hem onmiddellijk tot andere gedachten
gebracht. Larens jeugd heeft voor de
directeur van circus Knie dan ook een
groot ontzag.
Als de jongeren de tent binnendrom-
men, houden de artisten hun een grote
bus voor. Daarin rinkelen de centen, die
zich opstapelen tot omvangrijke hoeveel
heden. Het circus is zó populair dat in
de eerste week van dit seizoen een be
drag van175.binnenkwam. Dat
bedrag gaat in zijn geheel naaf het Rode
Kruis, dat voor de tent moeilijk een be
tere „huur" had kunnen krijgen. De
artistenschaar van het circus breidt zich
steeds verder uit. De Larense huismoe
ders vervaardigen apen-pakken en jute-
paardenlichamen, waarin de artisten zich
hullen,-en complete menagerie vor
mend. Het menselijke paard is 'n weer
galoos succes-nummer, ook al omds# de
manieren van het paard elke keer anders
zijn om de eenvoudige reden dat telkens
andere artisten zich geroepen voelen
„paardje te spelen".
Avond aan avond en op de matinée's,
die op de Woensdag- en Zaterdagmidda
gen worden gegeven is het circus uit
verkocht. Op de staanplaatsen, achter de
houten banken staat de jeugd mannetje-
aan-mannetje, bij de tentingang bunge
len de volle geldbussen. Als de voorstel
ling is beëindigd gaat directeur Wim
Bokhorst met zijn artisten ijverig aan
het tellen. Het totaal van de recettes
wordt op papier gesteld en enkele dagen
later ontvangt het Rode Kruis de post
wissel. Is 't wonder dat men in Laren
danig trots is op de verrichtingen van
circus „Knie"?
De aankleding en het schminken van de circus-medewcr kers is geen eenvoudig werk. Zorgvuldig tekent de
dierentemmer voor de spiegel zijn snor bij, tenvijl de „circuskapperzich bezig houdt met het kapsel van een
der f ,top- sterren"',
anï sum
No. 2003. 1 MEI 1954
Redacteur: G. J. A. VAN DAM
Vossiusstraat 18b, Amsterdam-Z.
Alle correspondentie aan dit adres. Bij
vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel
voor antwoord insluiten.
UITSLAGEN LADDERWEDSTRIJD
Januari-serie
De vier hoogstaankomende deelnemers
van de gedurende de maand Januari ter
oplossing gegeven vraagstukken zijn de
heren: G. H. W. v. d. Most te Rotterdam
met 72 p.; M. Rombouts, Rotterdam, met
69 p.; K H. Hoekstra te Amsterdam met
63 p. en Th. A. Romeyn, Rotterdam met
62 punten, die elk een prijs van 2.50 ont
vangen.
Februari-serie
De vier hoogstaankomende deelnemers
van de Februari-opgaven bleken te zijn
de heren: Leo Springer te Den Haag met
76 p.; J. Smeets te Noordwijkerhout met
69 p.; L W. Scholtes te Den Haag met 68
p. en S. Korpershoek te Vlaardingen met
63 punten. Ook zij ontvangen ieder een
prijs van 2.50.
De puntenlijst van de overige deelne
mers ziet er thans als volgt uit: C. v. d.
Weide (58), Rotterdam; H. Keukens (57),
Rotterdam; L. P. de Caluwe (48). Waterin
gen; W. A. Mol (47), Pijnacker; H P. J.
Goesens (46), Geleen (L.); H J. v. Alphen
(40), Rotterdam; J. v. Berkum (40), Noord
wijkerhout; M. W. Diels (40), Dreumel
(Gld.); R. Goedings (39), Haarlem; M.
Suyskens (37), Den Bosch; dr K. Venema
(34), Den Haag; F. C. de la Roy (28), Rot
terdam; H. M Kipping (27). Den Bosch;
O. G. v. Veen (27). Breda; A. Wouters (26),
Amsterdam; dr R. J. F. Nivard (25), Nij
megen; J. A. M. Brouwer (23), Deift; T.
H Tusveld (21), Den Haag; O. Plat (20),
Rotterdam; G. H. W. v. d. Most (16), Rot
terdam; E. Oosterbeek (16), Amsterdam;
C. A. v. d. Pol (16), Eerde (N.-Br.); J. M.
Bootsma (15), Enschede; M. Buyen van
Weelderen (15), Delft; M. Rombouts (15),
Rotterdam; C. H. Blokzijl (12), Amster
dam; M. Uzeel (12), Den Bosch; J Jans-
sens (11), Den Bosch; A. v. Beek (10),
Schiebroek; K. H. Hoekstra (10), Amster
dam; J. Pennings (9). Den Bosch; H Gar-
relts (8), Amsterdam; A. Goeree Jr (8),
Rotterdam; Th. A. Romeyn (7). Rotterdam;
S. H. F. van Hateren (6), Rotterdam; C.
H. Spanjaard (4), Beverwijk.
OPLOSSINGEN
No 2828. H. v. Meggelen. Wit 33—29, 43
—38, 28 X 39 (1937), 34—29, 26 X 6, 39 -33 35
30, 61! Een uitstekende recordpresta
tie, welke qua stand en afwikkeling ons
nog beter lijkt dan de maximumconstruc
tie, welke wij onder no 2772 publiceerden.
No. 2829 (Scheyen). Wit 21 (17X26 ge
dwongen). 44, 4338, 39, 40 33, 34, 4. 2.
Alix-eindspel.
No. 2830 (Stuurman), Wit 24—20, 38 —33,
37—31 31 24, 26x 19 wint. Heel fraai. De
auteur meldt dat wit 1. 37—31 niet meer
dan remise oplevert.
No. 2831. (v. d. Boogaard) Wit 1. 44—40,
33—28. 44, 43, 1 (37A). 22 (26), 17 (21) 23,
46. Op zw A. 86, wit 22 (26), 23 (21) 19 (31),
23 wint. Een fraaie bewerking van het
eindspel van P, Beers.
No. 2834. (v. D.) Wit 17, 41, 18, 11. 13, 10
44 wint op tempo.
No. 2835. (v. D.) Wit 11, 17, 11, 24, 25—
20, 18 33, w. op tempo.
No. 2836. (v. D.). Hier was in de opgave
vergeten een witte dam op 6. Het vraag
stuk zal daarom opnieuw ter oplossing
worden gegeven.
No. 2837. (v. D.). Wit 23, 39 -33. 31, 25—
20 27 13 met het beroemde eindspel van
wijlen de nestor der Nederlandse dans
beweging Van Vught, waarvan de oor
spronkelijke stand is: zw. twee sch op
5 en 6. wit één schijf op 23 W.a.z wint!
No. 2840 (v. D.). Wit 13 -9, 35-30 30x28,
25 - 20. 20— 14, 15x4. Kaatsen van de zwarte
dam op de lange lijn van onder naar
boven en terug.
No. 2841. (v. D.). Wit 20-15, 30 24, (30
gedw.). 27—21, 43—38, 37x19, 25x14 w. Mot.
Van D.
No. 2842. (v. D.). Wit 25—20, 24—19,
19x30, 20—15, 30—24 wint De oplossers
hebben gelukkig zelf bemerkt, dat in dit
diagram een zetfout is ingeslopen. De
zwarte schijf op 28 moet nl. de zw dam
zijn en de zw. dam op 23 moet schijf zijn.
No. 2843. (v. D.). Wit 13—9 19-13
1812, 20—14, nieuw motief, 15x4, 4x35
wint.
OPMERKINGEN
No. 2807 van Leo Springer faalt na 427
(zw. 47) 2722 door zw. 47—20
No. 2825 van G. Mantel bevat de afdoen-
d 1 winstgang door 31, 34x43, 4339, 40. 27,
23, 25x5 en 5x3
In no. 2817 is nog het volgende mogelijk:
32-28, 26x47, 43-39, 25x3 27x38 16x27,
3 -12, 3439 gedw., 44x33, 2—8 gedw.,
12x3. 3540 of?, 38 met overmacht.
VOOR ONZE LADDERWEDSTRIJD
No 2857 No 2858
A. Stuurman. J. H. H. Schejjen,
Schiedam (le pi.). Kerkrade (le pl.).
0 m 0 C
d 0
Stand: Zw. 4. 7—9, Stand: Zw 8, 14,
11, 17 23, 26 29. 33, 17, 19, 20, 25, 27,
38 Wit: 15 16, 20, 32. Wit: 23, 29 30,
22, 24, 30, 31 37 42, 34, 39 40, 42, 44 W
44, 45, 47, 49. W. sp. sp. en w. (Opgedr.
en w. aan Geo v- D-).
No 2859 No 2860
Joh. v. d. Boogaard, H. v. Meggelen,
Nuland (le pl.). Groningen (le pl.).
M 'M M
I *00
m
■7 B 0
O Ci
Stand: Zw. 11—15,
21, 26. 28, 32. Wit:
23—25, 29, 30, 36,
43, 47 48. Wit sp.
en w. Eindspel uit
werken.
Stand: Zw. 7—9,
12, 26, 30, 35. Wit:
18, 19, 23. 31, 40,
41, 44. W. sp. en w.
(Schaakredacteur P. A. KOETSHEID,
Huize St. Bernardus. Sassenheim.)
(Zaterdag 1 Mei 1954)
DE PROBLEMEN VAN DEZE WEEK
Beide problemen kunnen, in hun soort,
als lichte opgaven worden aangeduid en
daardoor zullen er zich velen met succes
aan kunnen wagen. Zouden wij het in
onze verwachtingen ook weer mis hebben
zoals bij no. 7123? Wie zou vermoed heb
ben, dat zelfs ervaren oplossers zich in
dit eenvoudig tempotweezetje zouden ver
gissen?
Oplossingen over drie weken.
PROBLEEMOPLOSSINGEN
No. 7123. P. A. Koetsheid. Opl. l. 'Kc2—cl
enz. Na 1. Rc6, Pd7 heeft wit geen matzet.
No. 7124. J. Schee). Opl 1 Tc6 h6! drei
ging 2. Dd3f, Kd5 3. e4ft- 1Rf4:,
g5f4: 2. Td6!, Dh3! enz.
Dat de T noodzakelijk naar h6 moet
worden gespeeld blijkt uit 1gf4: 2.
Dh3, h2hl (D! of Ti) een penning d js
van de dame, immers op h7 staat de w. K
Om hiér nu 3. De6 te laten volgen behoort
de T zich op de i-lijn te plaatsen.
Beide problemen werden goed opgelost
door: A. van Asten, te Asten; Paul Rascn-
dorf, Hannover: J G. M. Vos, Rijswijk:
C. v. d. Weide, Rotterdam.
No. 7123 door T. B. M. Arends, Venlu;
mr dr R. Bromberg, Roermond; M. v. d.
Burgt, Utrecht; J. van Dijk, De Lier; W.
H. Haring, Schipluiden; C. Ob den Camp,
Maastricht.
No., 7124 door ir A. Bergstein, Geleen;
J. Dlckhaut, Nijmegen.
No. 7131
C. GROENEVELD, Aalten
Eerste plaatsing. Mat ih twee zetten
No 2861
Leo Springer,
Den Haag (le pl.).
No 2862
Geo van Dam,
Amsterdam.
3
0
0 0
Stand: Zw. 12, 19,
24—26, 29. Wit: 28,
36, 39, 40, dam 37.
W. sp. en forceert
de winst.
Stand: Zw 7—9,
14, 15. 19, 20, 36, 45,
d 13, d, 16. Wit: 17,
23, 25, 26, 28, 29,
32. 38 39, 42, 44. 47,
50, d. 6. W. sp. en
wint.
De oplossingen van deze vraagstukken,
waarmede de nieuwe serie Mei-Juni-op-
gaven begint, worden gaarne voor 20 Mei
tegemoet gezien aan het boven deze
rubriek vermelde adres.
No. 7132
J. VAN DIJK, De Lier
Mat in drie zet'en
Autobridge werd reeds enkele jaren
vóór de oorlog voor het eerst in de han
del gebracht. Met autobridge is het moge
lijk, geheel alleen bridge te spelen tegen
volmaakte-papieren-tegenstanders! Men
beschikt over een apparaat, dat op inge
nieuze wijze de 52 kaarten welke op een
formulier gedrukt staan voor het bied-m
en spelen van een bridgespel geschikt
mgakt.
Het is niet mogelijk het eenvoudig te
bedienen apparaat in deze kolom geheel te
omschrijven. Wij kunnen slechts zeggen,
dat het thans door de Amerikaanse expert
Charles Goren in de handel gebrachte
„Autobridge" ons bijzonder bekoort door
de keurige uitvoering en de interessante
spellen die daarmede te spelen zijn (er
bestaat een Autobridge voor beginners en
één voor gevorderden: regelmatig kan
men „nieuwe" snellen voor het apparaat
bijkopen). In Nederland zal men Auto-
brigde bij de goede boekhandel kunnen
bestellen (Uitg. J. Westerdijk, Burg. Ver-
kadesingel 23, Vlaardingen) en wij weten
zeker, dat U elke bridgespeler, die weinig
of niet in de gelegenheid is met z'n vie
ren te spelen, daarmede een groot genoe
gen bereidt. Want dat de verzorging Pij
Charles Goren in goede handen is, zal
nauwelijks betoog behoeven; Amerika's
bridgespeler en -journalist nummer één
heeft ook hier een grote reputatie.
Eén der aardige spellen uit de steeds 48
tellende „set" (gevorderden), is het vol
gende:
H V B
O 10 7 4
O H V B
4» H V 72
A 9 6 4
V A V 5
O A 6 2
4" A 6 3
Biedverloop (Systeem Goren waarvan
een uittreksel in Autobridge is bijgevoegd)
Zuid 1 SA-Noord 6 SA.
West speelt 4»Boer voor, genomen met
•I»Vrouw. Zuid speelt 2 malen en oij
West valt de *10. De 3e uit Noord kan
nu worden overgenomen met het aas en
*9 wordt geïncasseerd. West heeft op de
laatste 2 schoppens 2 ruitens afgegooid.
Vervolgens speelt Zuid 4»Aas waarop
Oost niet bekent. De drie volgende slagen
worden in O gemaakt, Noord komt aan
slag. West heeft nog één O en daarna een
4> en een V veggegooid. Het is nu duide
lijk, dat West nog slechts twee 4» en twee
x? over heeft. In slag 10 wordt *Heer
gespeeld en in slag 11 wederom waar
door West aan slag komt en naar de
C?A-V van Zuid moet spelen.
Het aardige van Autobridge is, dat, In
dien U zo'n spel fout biedt jf speelt, het
apparaat U op de vingers tikt!
Oplossing bridgeprobleem vorige week:
Zuid moet alle troeven afspelen, op één
na; in Noord weg te gooien 1 2<>, 1 4"
en 2 C?. Bij dit spelverloop Is West ge
dwongen één O af te gooien. Speelt Zuid
(na 5 X 4) nu dan neemt Oost en
speelt O, die Zuid duikt, West aan slag.
Speelt West thans 4»Boer, dan wint de
dummy de slag met *Vrouw, waarop O
gespeeld wordt en Zuid aftroeft; bij Wes'
valt O Aas. Nu speelt Zuid wederom 4*
en West moet nemen, waarna hij verplicht
is 4" of CP te spelen.
MIMIR.
Volgens de dagbladpers bereidt bet aloude Venetië zich op een
groot eeuwfeest voor: het zevende eeuwfeest der geboorte van dc
beroemde Venetiaan: Marco Polo.
„Marco Polo", de eerste Europeaan
die kon vertellen over het Verre Oos
ten. De eerste ook, die een geestelijk
contact tot stand bracht tussen de H.
Stoel en de Grootkeizer: Koeblai, die
om olie uit een lamp boven Christus'
graf verzocht. De zeventien-iarige
wereldreiziger, als koopman vertrok
ken in 1271, vereerd met een keizerlijke
opdracht tot het uitoefenen van gezag
in de stad Yangtschou
Het paleis van de
Groot-Khan
Polo's reisverslag, weldra over ge
heel Europa vertaald, ruimt aan de
beschrijving van het winterpaleis te
Cambaluc, het huidige Peking, een be
langrijke plaats in. Er liep een gracht
omheen. Men zag er parken met her
ten, reeën en muskus-ossen. Gouden
draken, marmeren trappen, kristallen
ramen en versierde vertrekken boeiden
het oog.» 's Vorsten rijkdommen lagen
opgetast in afzonderlijke gebouwen; zij
bestonden uit goud?n en zilveren sta
ven, kostbare juwelen en paarlen van
onmetelijke waarde.
Uit kunstig aangelegde vijvers kwam
de vis voor de keizerlijke tafel. Een
hofstoet van tienduizend personen stond
ten dienste van de vier keizerinnen;
haar zoons vertegenwoordigden hun
vader als stadhouders der gewesten.
Over 's Vorsten persoonlijke veilig
heid waakte een stoet van 12.000 rui
ters, die bijna nimmer het palels ver
lieten. Bij feestelijke maaltijden moes
ten zij ongenode gasten weren.
De bedienden, die voor spijzen en
wijn zorgden, behoorden mond en neus
met een sluier te bedekken: hun adem
mocht het eten van de dwingeland
anders eens aanraken Zette de Groot-
Khan een gouden beker aan zijn lippen
en dat gebeurde nogal eens dan
tokkelden harpenaars de snaren, ter
wijl de overigen neerknielden.
Keizer Koeblai trof voor zijn jacht
partijen stellig geen halve maatregelen.
Om te beginnen: er namen vijfduizend
jachthonden aan deel. Twee van zijn
broers oefenden het ere-ambt van
jagermeester uit; zij hadden leder tien
duizend man onder zich. De ene broer,
die de hemelsblauwe jagers comman
deerde, stelde zich links van de keizer
op; de andere, met de rode jagers, koos
diens rechterzijde; de Khan in het
midden Door deze opstelling kon,
practisch, geen beer, geen hert, of
ander wild de jagers ontgaan.
De beide jagermeesters hadden de
opdracht gedurende de jachttijd het hof
van 1000 stuks wild per dag te voor
zien.
Maar er werd niet alleen door men
sen gejaagd Gedresseerde luipaarden,
lynxen, ja zelfs leeuwen zetten hun
beste beentje voor Onze Middel
eeuwen kenden de valkenjacht Koeblai
Khan bezigde afgerichte arenden, die
er niet tegen op zagen zelfs wolven te
grijpen
Zeden en gewoonten
In het reisverslag van Marco Polo
trokken de volgende regels sterk onze
aandacht: „Zakelijke betrekkingen lig
gen daarginds in een sfeer van op
rechtheid en rechtschapenheid De
onderlinge verstandhouding is harte
lijk; de mensen uit dezelfde straat be
schouwen zich onderling als leden van
een groot gezin".
De onderdanen van de Groot-Khan
hechtten veel waarde aan astrologie,
of sterrenwichelarij. Zij meenden, dat
de hemellichamen grote invloed uit
oefenden op aardse zaken en "s men
sen levenslot, aanleg en karakter. Het
verloop der mensengeschiedenis stond,
zo stelden zij, in de sterren geschreven.
Wij, als katholieken, wijzen die invloed
op 's mensen vrije handelingen vol
strekt af, maar Marco Polo's tijdelijke
landgenoten deden dat met. Bij ge
boorte het aanvaarden ener grote reis,
bij handelsaangelegenheden en huwe
lijkskwesties, raadpleegden ze deze
wichelaars, die hun bedrijf op mark
ten en langs de weg uitoefenden
De nationale feestdag vierde men op
28 September, de verjaardag van de
Groot-Khan. De vorst kleedde zich voor
deze gelegenheid in goudbrokaat; zijn
Rijksgroten versierden hun gewaden
met paarlen en edelstenen, terwijl in
alle tempels gebeden opstegen voor
het geluk en de gezondheid van de
heerser.
Op Nieuwjaarsdag schonken zijn
onderdanen hem honderdduizend paar
den. Dan stelde men een plechtige
stoet van vijfduizend olifanten samen,
die ieder twee schrijnen droegen ge
vuld met gouden en zilveren voorwer
pen. Zelfs een leeuw kwam dan Nieuw
jaar wensen: het tamme dier legde zich
vóór de troon van Zijne Majesteit
neer
Op zijn sterfbed stelde men Marco
Polo de eis, dat hij al deze fantastische
dingen herroepen zou. „Inderdaad",
zei hij „want ik heb nog niet voor de
helft verteld, wat ik daarginds alle
maal gezien heb"
De latere geschiedschrijvers hebben
hem gelijk gegeven.
Vlak ten Z. van Amsterdam, langs
de spoorlijn Amsterdam—Utrecht, ligt
het landelijke plaatsje Duivendrecht,
kenbaar aan de twee slanke torentjes
der katholieke kerk. Lange tijd heeft
men gemeend, dat Duivendrecht met
een persoonsnaam, Duif, gevormd zou
zijn; een halve eeuw geleden heetten
sommigen: „Duif", doch was dit meer
een vrouwennaam; een mansnaam:
„Duif" lijkt, welhaast niet bestaanbaar?
Maar gebleken is, dat oudtijds „Doe-
vendrecht" werd geschreven, vermoe
delijk uit te spreken als: doovendrecht.
Dan hebben we, wellicht, te doen met
een oudgermaanse naam: „Dovo" en
dit „Dovo" zou dan weer familie zijn
van de Friese voornaam: „Douwe".
Hoe nu dit „Dovodrecht" „Doven-
drecht", tot „Duivendrecht" is gewor
den dat hebben we nergens kunnen
vinden.
Het woordje „paap" klinkt ons, ka
tholieken niet bijzonder mild in de
oren. Doch vóór de Hervorming bezat
het woord deze minachtende betekenis
stellig niet. In „Papendrecht", ten N.
van Dordrecht, behoeven we dus niets
vervelends te zoeken. Edoch.... de
plaatsnaam heeft met „papen" niets
van doen! Het gaat hier over een voor
naam, Pape, die in Zeeland gedurende
de Middeleeuwen veelvuldig was ver
breid. In Papendrecht staat: „Pape"
dus voor een mansnaam. Ook "in het
bekende Katendrecht, een havenwijk
van Rotterdam, speelt een persoons
naam: „Kat", die wij tegenkomen in
„Kattendijke"misschien, een rol,
want anderen denken hier aan „de
Heer van Kats". Katendrecht zou dan
met Kadzand en Kattendijke in hetzelf
de vlak moeten liggen, naar men stelt.
In Schotland staan hoge bergen. Op
de hellingen van die bergen ziet men
dikwijls grote kudden schapen. Van
deze schapen komt de wol, de Schotse
wol, in de hele wereld bekend. Het
spreekt vanzelf, dat de dieren een her
der nodig hebben. En die herder heeft
een hond, om de verdwaalde schaapjes
naar de andere terug te brengen. De
hond van de herder uit dit verhaaltje
heette: Snip.
Op zekere dag nam de herder zijn
kleine zoontje Willy mee met de scha
pen. Nu, dat vond Willy fijn. Maar de
schapen hadden aan het gras. dat op
die helling groeide, niet genoeg. Ze
wilden meer hebben en begonnen te
blaten.
„Nu", dacht de herder, „misschien
is er meer te eten achter die berg
daarginds? Ik zal eens gaan kijken!"
Hij zei tegen Willy: „Blijf hier maar
even wachten. Als er werkelijk gras
achter die berg groeit, kom ik je halen.
En anders komen we terug".
De man klom met de schapen naar
de top van de berg. Plotseling, onver
wachts. begon het mistig te worden.
Een wolk zonk over de berg neer. De
herder kon geen hand voor ogen meer
zien. Met de grootste moeite daalden
hij en zijn schapen de berg af Maar
Willy kon hij niet meer vindén. Hij
riep, hij schreeuwdegeen ant
woord. Verdrietig kwam hij thuis.
Zonder kind, maar óók zonder Snip.
Snip was weg!
De volgende morgen was de mist nog
Aangaande haar beide zoons,
Joannes en Jacobus, richtte een
moeder tot Christus dit verzoek:
„Zeg, dat deze, mijn beide zoons,
in Uw Rijk mogen zitten, de een
aan Uw rechter-, de andere aan
Uw linkerhand". Christus voor
spelde toen die twee broers: „Gij
zult Mijn kelk drinken
Met dit voorzegde tijden nu
maakte Sint Jan, de Evangelist,
kennis bij één der poorten van
Rome, genaamd: „De Latijnse
Poort". Een kerk ter plaatse
heet er, op z'n Italiaans: „San
Giovanni (dzjo-wón-ni) a Porta
Latina". Wanneer men de we
reldberoemde Via Appia verlaat,
kan men, ter linkerzijde de „Via
Latina" volgen; aan deze weg nu
ligt de kerk, met de achthoekige
kapel: „San Giovanni in Oleo"
„Sint Jan in de olie".
Te'rtulliaan, maar óók de Gul
den Legende, verhalen, dat de H.
Joannes op last van keizer Do-
mitianus (f 96) een despotische
en eerzuchtige Vorst, naar Rome
werd ontboden. Daar bad de
wreedaard een verschrikkelijke
marteling voor 's Heren geliefd
ste Apostel uitgedacht: hij moest
in een ketel met kokende olie
worden gedompeld vóór de La
tijnse Poort. De H. Evangelist
kwam er ongedeerd uit, en werd
toen naar het eiland Patmos
verbannen, waar God hem, in
zinnebeeldige vormen, omtrent
de laatste dingen en 's werelds
ondergang openbaringen schonk.
niet opgetrokken. Aan zoeken viel niet
te denken. Daar kwam Snip! Hapte een
stuk brood uit zijn bak en verdween
weer in de mist. Geen Willy. De arme
ouders liepen te schreiel* door het huis.
De mist hing als een dicht gordijn over
alles heen. De andere dag kwam Snip
weer, pakte een stuk brood en liep
weg. Maar nu was het wat helderder
geworden. De herder ging zijn trouwe
hond achterna. Eindelijk kwamen zij
aan een hol in de berg. Snip stapte
naar binnenen legde net brood
neer voor de voeten van de kleine baas.
Zelf at hij er niets van op.
Wat was de herder blij! Hij zette het
jongetje op zijn schouder en haastte
zich naar huis. Daar tracteerde hij
Snip op de grootste worst, die aan de
balken hing.
1. De zetel van een Middeleeuwse
burchtheer bezat ooit een troonhemel,
vervaardigd van een kostbare stof, bal
daquin.
Met welke plaatsnaam houdt dit
woord verband?
2. Een dienaar van de burchtheer
goot de gast water over de handen en
droogde ze daarna af met een „dwe-
gel".
De betekenis van dat woord is sterk
„gedaald". Weet u soms, waaruit dat
blijkt?
3. Wittebroodswekenwittebroods
kinderen. Is wittebrood dan zo iets heel
bijzonders?
4. Suiker, uit suikerriet, en, sinds
pl.m. 1800, uit suikerbieten.
Wie van deze twee speelt de omvang
rijkste rol in 't wereldsuikerverbruik?
5 Tabaksbladeren moeten pl.m. 4
ma?njfn broeien, „fermenteren". Thee
en koffie ook?
6. Snijsla wordt meestal gestoofd
8®§eten; kropsla rauw.
Wat verstaat u onder molsla? Waar-
door. gele blaadjes? Is molsla sla?
7. Hoe heet de zeer dikke schil van
een pompelmoes, in stukken verdeeld
en gesuikerd?
8. Finnen komen ooit ln varkens
vlees voor. Hoe is zoiets nu mogelijk?
9. Bij de platvis: schol zitten, zoals
trouwens bij de meeste platvissen, de
ogen aan de rechterzijde. Noem eens
een platvis die ze aan de linkerzijde
heeft?
10. Welke beroemde Nederlander
werd eerst op zijn 81e jaar gepensio
neerd en in welke kwaliteit? Welk deel
van zijn salaris ontving hij toen als
pensioen, óók 70 pet.?
1. Volgens encyclopedie W. P. 9, 6e
druk, is graslinnen een gebleekt, ka
toenen weefsel, dat geen linnen bevat.
2. De verrader, die het de Perzen
in 480 v. Chr. mogelijk maakte de Grie
ken bij Thermopylae in de rug aan te
vallen, heette: Ephialtes. (Klemtoon
op a).
3. Gletscherspleten ontstaan daar,
waar snelheidsverschillen optreden, zo
als naar de zijkanten, waar de snelheid
van het ijs geringer is dan verder naar
net midden. Door rek wijkt het Ijs dan
uiteen.
4. Wanneer door smelten van het nog
aanwezige ijs de zeespiegel 40 m- zou
rijzen, zou zeker óók de Hondsrug (Dr.)
onder water staan. Zuid-Limburg en
enkele delen van Gelderland en Over
ijssel niet. Hoogste punt Hondsrug is
30 meter.
5. De grote, zware stenen, „zwervers"
zijn niet met „ijsbergen" naar hier ge
komen, maar gedurende de Ijstijd met
„gletschers" uit Scandinavië, (Hune
bedden; kei te Amersfoort, Hilversum,
Lage Vuurse enz.)
6. Van de schrijvers Erckmann—Cha-
trian („l'Ami Fritz enz-), was de eer
ste vooral de schrijver; Chatrian meer
de tussenpersoon by de uitgevers.
De beide heren gingen niet als vrien
den uiteen.
7. Wonen de landgebruikers samen
ln een dorp in de onmiddellijke nabij
heid van de es (bouwland), dan spreekt
men van: esdorp.
8 H°og-frequente letters zijn bijv.
en 6,5 pet!' de 4' resp' 19 pCt' 11 PCt
tie9ndeap?ocenU)ntie: 3' X (n°8 86611
Ket Meer van Genève heet ook
wel: Lac Léman, van het Latijnse: La-
cus Lemanus; de Duitsers spreken van
Genfer See.