Europa nog steeds ernstig bedreigd Adenauer pleit vurig geen histo rische kansen te verzuimen 1 CENTRAAL PENSIOEN Cultuurbeleid dient gemoderniseerd Een modem Maria-spel door Pater Henri de Greeve Marcel Carné inspireert zich op Emile Zola Raacl van Europa weer in zitting Levensverzekering- Maatschappijen: werken samen in Ingenieur'' beloofde onderwijzeres gouden bergen Lacoste resident- generaal in Marokko iaden weigerden ^Vei'Heidsadvertentie Subsidiesysteem overspannen; geografische decentralisatie gewenst. Culturele taak van de provincie honderdjarige te nuis „Thérèse Raquin", tweeslachtige film, waarin de hoofdfiguren steriel zijn gebleven „Face to face" Inkomensgrens voor vrijwillig verzekerden VRIJDAG 21 MEI 1954 PAGINA 3 Marga Klompé pleit voor Oostenrijk Mollet volgt De Mentlion op Zaak Anneke Beekman HAAGSE HEER 30 DAGEN LANGER IN ARREST AMERIK. COMPONIST CHARLES IVES OVERLEDEN VOOR geestelijke en morele D gevaren in Korea Amsterdamse monteur stouu terecht als verdacht van oplichting Zorgenkind Mede financieren Bestuurlijke schakel Zaterdag familie-reunie bij „olde Gepke NEUSHAAI IN DE SCHELDE GEVANGEN Twee verhalen door twee regisseurs verfilmd TREIN GREEP AUTOBUS OP OVERWEG Tegen chauffeur een maand geëist De Westduitse Bondskanselier dr Adenauer heeft Donderdag bij de ?Pening van de voorjaarszitting van de Raadgevende Vergadering van de aad van EUr0pa Je Europese politici op het hart gedrukt, „niet blind c zijn voor de gevaren, die het werk der vereniging van Europa thans 111 ®terkere mate bedreigen dan in de eerste jaren van onze gemeenschap pelijke bemoeiingen". Iedere verslapping van de ijver, om het begonnen c te voltooien, zou volgens Adenauer achteruitgang, zo niet bedreiging da* 'let gehele werk kunnen betekenen. Hij zei: „Reeds zijn hier en ar tekenen van ongeduld, ja, van ontgoocheling merkbaar met het oog °P het gebied der gemeenschappelijke verdediging. Laat ons deze wair- k'tuwende tekenen in acht nemen en ervoor waken, dat de stimulerende !acht der Europese gedachte niet verlamt. Historische kansen verzuimen Sevaarlijk, „zij keren zelden terug". corrtov auer meende, dat een nuchtere be- het o van de wereldsituatie Europa In i^evaar van zijn positie moest tonen, confp °P?' zo zei hijheeft de Berlijnse froniJentie een volledige verstarring der der r }en Sevolge gehad. Ook 't verloop dat de cr?ntie in Uenève demonstreert, geen p-iT^^t-Unie en haar Partners nog Werker-v bereidheid tonen om het tot een ontspanning te laten komen" Van bi*1 rnoet zich cr volgens Adenauer Waar,iiJVust zijn, dat het een begerens- dene Jf- "bjeet blijft, dat door verschei- overfl. i'?.?elen zou kunnen worden ver- aanvai zc': "De openlijke militaire Veel p 's ,slechts de primitiefste vorm. dermi-r-nst'ser is bet gevaar van de on- suh„„ï.n.Ing van een staat door middel van Ad Slcve acties", mité e^auer. die de boodschap van het co- Europa ministers van de Raad van verklaar811 de vergadering overbracht achtten 7?' dat de ministers het wenselijk behorend» f de delegaties der tot de raad 'hternatior, den ook in de overige grote minimum organisaties tenminste een toonden 8an onderlinge samenwerking tref|a'i„^ j besluiten der ministers be- ®D W Adenauer bijzondere nadruk een v°°memen tot het instellen van dir»EOciale commissie, waarin deskun- .gen der vijftien regeringen de met JKaar samenhangende vraagstukken der •t'uropesg sociale politiek zullen behan- delen. Bijzondere aandacht vroeg de bonds kanselier nog voor het vraagstuk der vluchtelingen. 4?r Audenauer's rede werd uitgesproken ~°T e©n volledig bezet huis. Voor het erst sedert vele jaren waren niet alleen de plaatsen der afgevaardigden, doch ook de tribunes tot de laatste plaats bezet. De rede werd door langdurig applaus ge volgd. Monnet wil uitbreiding K.S.G. De gemeenschappelijke zitting van de parlementen van de Raad van Europa en van de Europese Kolen- en Staalgemeen schap begon daarna met een rede van Jean Monnet, president van de Hoge Autoriteit van deze laatste. Monnet legde daarin de nadruk op de van uitbreiding van de ge- hy n"c_ ^..met. andere landen, waarbij °n' la„rt»r. niet alleen het oog had Rr"«t> van' le Vrjj zfln, om zich bij de V'Ülen, maar S aan te sluiten, als zij dat °°k op die, welke deze vrij heid thans niet hebben, al zouden zij wel rechten op een plaats in de K.S.G. kun nen laten gelden- Na hem sprak het Nederlandse lid var, beide Europese parlementen, dr Marga Klompé over de politieke aspecten van de twee organisaties. Zij constateerde, dat de periode van „goede wil voor de toe komst" op het gebied van Europese sa menwerking voorbij-is, en dat nu de tijd is gekomen voor practisch handelen. Zij wees er op, dat de invloed van de K.S.G voortdurend groter wordt, en dat de za kelijke en openhartige verhouding tussen de Hoge Autoriteit en het parlement van de gemeenschap, zoals deze verhouding geleidelijk is gegroeid, bewijst, dat vrucht baar politiek werk op supra-nationaal niveau wel degelijk mogelijk is. Mej. Klompé wijdde in haar rede bij zondere aandacht aan de relatie van de K.S.G. met Groot Brittannië en Oosten rijk. Ook zij meende dat de tijd is aan gebroken voor de verwezenlijking van de „nauwe en duurzame associatie" van het Verenigd Koninkrijk met de K.S.G. die de Britse regering in uitzicht heeft ge steld. Omtrent Oostenrijk zei zij, dat het Wes ten zich bewust dient te zijn van zijn verantwoordelijkheden t.a.v. dat land. Oostenrijk is zeer geïnteresseerd in de de gemeenschappelijke markt voor bijzon dere staalsoorten, die in Juli a-s. wordt geopend, maar het wordt door het Sovjet veto verhinderd zich er bij aan te sluiten, ten. Mei Klompé deed daarom een beroep op alle leden-staten van de Raad van (Advertentie) Europa, om door verlaging van invoer rechten voor speciale staalsoorten van Oostenrijkse herkomst een gebaar te ma ken, waaruit zou blijken dat het Westen er naar streeft ook in Oostenrijk bij te dragen tot bestaansverbetering voor de gewone man. Tenslotte wees zij er op, dat de Europese eenheid slechts middel is tot het doel: verzekering van de vrede voor de hele wereld. De wereld staat voor een keus tussen gemeenschappelijk voortbestaan en ge meenschappelijke ondergang, zo besloot zij- „Europa moet voldoende morele kracht hebben, om de juiste keus te maken". Gisteren is de Franse socialistische par tijleider Guy Moilet tot president gekozen De enige tegencandidaat, de aftredende president Francois de Menthon, trok zien terug, toen gebleken was, dat hij bij de eerste stemming minder stemmen had ge kregen dan Mollet, hoewel ook deze laat ste de absolute meerderheid die voor een verkiezing nodig is, niet had gehaald. Bij de tweede stemming kreeg Mollet alle stemmen op 20 onthoudingen na. De keuze van een socialistische presi dent werd binnenskamers wenselijk ge acht nu de socialist Spaak als president van het kolen- en staalparlement is ver vangen door de christendemocraat De Gasperi. De Franse regering heeft Donderdag Francis Lacoste, ccn beroepsdiplomaat, benoemd tot opvolger van generaal Guillaume als resident-generaal in Ma rokko. Generaal Guillaume blijft inspecteur-ge neraal van de Franse strijdkrachten in Noord-Afrika. Lacoste is 48 jaar. Hij vergezelde minis ter Bidault naar de Geneefse conferentie. Voordien was hij lid van de Franse dele gatie bij de V. N. In 1947 is hij nog enige tijd gevolmachtigd minister in Marokko geweest. Lacoste was Laniel's „tweede keus". De socialist Naegelen weigerde de benoeming na ruggespraak met zijn partijbestuur. De socialisten, in de oppositie, weigerden een post uit de handen der regering-Laniel te accepteren. (Van onze correspondent). Naar wij vernemen, is de gevangen houding van de heer B. uit Den Haag, die werd gearresteerd in verband met de kwestie Anneke Beekman, verlengd met een periode van dertig dagen. Op het ogenblik bevinden zich behalve de heer B. ook nog in arrest de ex-voog- des van Anneke Beekman, mevr. Lan- gendijkvan Moorst uit Hilversum en een van haar beide Hilversumse zusters. Alle drie de arrestanten hebben reeds talrijke verhoren ondergaan. Woensdag is de Amerikaanse componist Charles E. Ives op 79-jarige leeftijd te New York overleden. Ives ontving in 1947 de Pulitzer muziekprijs voor zijn 35 jaren eerder gecomponeerde „derde symphonie". „E.R.K. Levensverz. Mij. N.V., Nijmegen N.V. Ned. Verx. Mij. „Si. Willibrordus" Uirechi N.V. Verenigde Verz. Mijen (V.V.M.). Uirechi »V"- w-, 'v. W een A.s. Zondag zal de eerste trein van de snelverbinding AmsterdamParijs het Gare du Nord te Parys veriaten en wel om 17.45 uur. Zes uur later rijdt hij het Centraal Station van Amsterdam binnen. De rit zal dus vijf kwartier minder duren dan die van de Etoille du Nord en twee uur minder dan -.et de gewone sneltrei nen Deze dienst, de Diamantdienst zoals men hem te Parijs heeft ge noemd wordt verzorgd met drie T.A.R-treinen (dat zyn automoteur- sneltreinen). De T.A.R. is een electri- sche dieseltrein met twee motorwa gens een aanhangwagen, die er tussen is geplaatst. De trein heeft een vermogen van 840 PK en bezit 114 zitplaatsen Deze trein heelt uitslui tend tweede klasse. Er is een restau ratiegelegenheid aanwezig. Voor het gebruik van deze trein wordt speciale toeslag geheven. De trein rijdt in Nederland op normale snelheid, maar veel sneller op 't Belgische en Franse net. Men weet, dat in Frankrijk de maximum-snelheid 140 kilometer is. De Franse machinisten worden op het Belgische en Nederland-e net verge zeld door een Belgische en Neder landse bestuurder. Maar de verant woordelijkheid blijft aan hun Franse collega. Dir. J. A. Duynsteo Bezuidenhoutseweg 54 Tel. 773459 's-Gravenhage kwart ^a®bladen van het Rotterdammer- „Njg.^ (omvattende „De Rotterdammet", ^'e Haagsche Courant", „Nieuwe blad") 16 Courant" en „Dordtsch Dag- hebben de plaatsing geweigerd van de Van he wervingsadvertenties, uitgaan- van het ministerie van Oorlog. Deze Geweigerde advertentie had betrekking op oe werving van vrijwilligers voar Korea Oh genoemde bladen hebben haar gewei- ger<i, omdat er naar hun mening meer he iliging dient te zijn tegen de geestelijke morele gevaren voor de militairen in en in Japan. Ilet Tweede-Kamerlid Roosjen (A.R.) *e£t hu aan de minister van Oorlog ge- den&S? °f het juist is, dat genoemde bla- «esi t ëevolg van een en ander zijn uit- advet-f Vatl de plaatsing van wervings- voo ies van zijn departement. En dat h 01 de minister niet van mening is, ad deze bladen geheel vrijstaat een e '-""entie weigeren, in het bijzonder deahvertentie, waarin vrijwilligers wor- Sevrnagd en of hij voor deze algehele de hg het motief voldoende acht dat Ij We^ving als één geheel dient te worden Neen evenmin is ieder Hooldpijntableije n ASPIRIN- tabietje. Het Bayer-kruis. dat op ieder tabletje staat geeft U de zekerheid, dat U wer kelijk ASPIRIN heelt, het middel tegen Hoofdpijn Griep Rheumatische Verkoudheid In de tweede helft van verleden jaar kwam de 30-jarige Amsterdamse onder wijzeres C. M. in contact met een heer die zich voordeed als ingenieur, werk zaam bij de General Motors en een lintje van de Militaire Willemsorde droeg. Met het vertellen van verhalen en het laten zien van foto's over de zaken, die hij in Afrika zou hebben, had hij van het meisje grote bedragen weten los te krijgen, in totaal 4650.Hij deed het voorkopen alsof hij binnen zeer korte tijd een cheque verwachtte, waarmee hij al het geleende geld kon terugbetalen. Hij gaf de onder wijzeres de illusie, dat hij met haar zou trouwen, hoewel hij in die tijd verloofd was met een ander meisje en verder nog relaties onderhield met een andere vrouw Hij zou verder ee nauto voor hen beiden kopen en een. huis laten bouwen, waartoe hij de grond reeds had aangekocht. Inder daad liet hij het meisje bij hun ritjes met de auto door het Gooi steeds het stuk grond zien, waarop dit huis zou moeten verrijzen. Het ontwerp had hij in zijn hoofd en met zijn toekomstige vrouw be zocht hij een architect, die de plannen zou moeten Uitvoeren. Deze heer bleek later de 31-jarige Am sterdamse monteur E. p. te zijn, die zich gisteren als verdacht van oplichting voor de Amsterdamse rechtbank had te verant woorden. Ter zitting vertelde het meisje nooit argwaan te hebben gehad en, hoe wel zij helemaal niet zo „lenerig" van aard was, het feit, dat het toch uiteinde lijk ook voor haai was cd haar steeds weer zonder enig bezwaar geld aan ver dachte afstaan, in de veronderstelling ook. dat zij het zou terug ontvangen. De Officier van Justitie, mr W- Kolkert zeide in zijn requisitoir, dat verdachte het meisje op schandelijke manier had bedro gen, terwijl hij in dezelfde periode ook nog andere meisjes het hoofd op hol had ge bracht. Hij achtte de feiten bewezen en eiste een onvoorwaardelijke gevangenis straf van twee jaar niet aftrek. Uitspraak over 14 dagen. In de interessante reeks rapporten die door het Prins Bernhard-Fonds worden uitgegeven is dezer dagen no. 8 verschenen onder de titel „De cultu rele taak van de provincie Wie het rapport gaat lezen zal er aanvankelijk weinig in vinden over het onderwerp dat de titel aanduidt. De schryver heeft zijn studie namelijk in zeer breed ver band geplaatst, en alvorens te spreken over de culturele taak van de provincie wijdt hij enkele algemene beschouwin- gen aan de veranderingen die sinds de vooroorlogse jaren in de maatschappe- Üjke en in de culturele situatie zyn ingetreden. Tegenover de recente wyzigingen in mentaliteit, maatschappelijke organisatie, technische uitrusting en welvaartsver- houdingen weegt hij de kansen der cul tuur af en bepaalt hij de richtlijnen die een modern cultuurbeleid zal dienen te volgen. Er bestaan, aldus het rapport, ver schillende maecenaatsvormen. Onder de oude vormen worden het uitloven van prijzen en het verlenen van opdrachten vermeld. De nieuwe maecenaatsvormen omvatten verschillende soorten van steunverlening: het dekken van exploi tatietekorten, en het echt medefinan cieren. Het is vooral het door subsidies dekken van exploitatiekosten dat de laatste decennia het zorgenkind van het onder- wijsdepartement is geworden en dat door menigeen met schrik in zijn groei wordt gadegeslagen. - De steller van het rapport betoogt dan dat de subsidiëringsmethode sevaar loopt overspannen te geraken, gelet op het feit dat bijvoorbeeld de subsidies aan de orkesten nu reeds 50 Pct t0' pet van de totale budgetten dezer orkesten uit maken Een ander gevaar dreigt door de te sterke beklemtoning van het centra liserende element wanneer practisch alleen het Rijk belangrijke cultuur onderdelen financieel draagt. Gin deze en andere redenen conclu deert de rapportschrijver dat in onze dagen alleen de maecenaatsvorm van werkelijk medefinancieren nog zinvol is. ,Jin deze vorm" aldus het rapport, „kan zelfs nog sterk uitgezet worden, vooral door de steun van particuliere vereni gingen e.d. onder deze rubriek te bren gen. door ook daar te breken met de methode van „tekorten dekken". Het is toch te dwaas dat d<. particuliere, niet- eommerciële organisaties eerst een te kort moeten hebben, willen zij in aan merking komen voor een Overheidsbij drage. De Overheid dient zich bewust van de werkelijke situatie óf te ont houden van een bepaalde arbeid óf te erkennen, dat zulk belangrijk werk ver richt wordt en dat zodanige bedragen daarvoor nodig zijn, dat in de gegeven omstandigheden in redelijkheid' deze gelden niet ten volle van de geïnteres- - seerde burgers venvacht mogen worden, trere zich op deze functie, dan heeft zij in een deugdelijke maecenaatsvorm waarlijk meefinanciert, zodat een stabiel, zakelijk en cultureel w. rkelijk verant woord beleid van de bestuurderen der organisaties weer mogelijk wordt". Deze vorm van medefinanciering ziet de rapportschryver als een der voor naamste middelen tot aanpassing van de nieuwe situatie. Hy verwijt het huidige cultuurbeleid voorts dat te weinig ge streefd wordt naar decentralisatie, voor al door het vormen van culturele fondsen op regionale basis. En daarmede is de schrijver dan bij de culturele taak van de provincie beland. Hjj ziet deze als die van bestuurlijke „as" te zijn tussen de twee brandpunten van het cultuurbeleid: het centrale beleid in de Raad van de Kunst, Jeugdraad, To neel- of Balletcentrum enerzijds, en de „culturele markt" van provincies en ge meenten anderzijds. Die taak bestaat in stimuleren, coördineren en verevenen en doorverbinden van het cne naar het andere centrum. „De provincie concen- In het laatste geval dienen dan in geza menlijk overleg de normen ten aanzien van de taakstelling, de wegen van uit voering en de financiering gevonden te worden, op basis waarvan de Overheid haar financiële partij mceblaast en dus een buitengewoon belangrijke taak van volstrekt eigen karakter, logisch passend in een groter beleidsgeheeldan wordt zij de spil en daartoe is zij in haar bestuurlijke functie als geroepen van het gehele nationale culturele beleid". In de aula van het Canisius-College te Nijmegen, vond Woensdagavond j.l. de op voering plaats van een door pater Henri de Greeve geschreven modern Maria-spel, getiteld: „Commissie van objectief onder zoek". De leiding was in handen van de zeereerw. auteur, die persoonlijk de pries- terrol in het stuk speelde. Uitvoerenden waren leden van de toneelgroep: „Ar- kadia", gevormd door ambtenaren der A.R.K.A. De aula was geheel gevuld; naar schatting waren er 600 aanwezigen, onder wie de zeereerw. rector van het Canisius- College en andere geestelijken. Pater de Greeve, met langdurig applaus begroet, hield een korte inleiding tot juister begrip van het spel. Ten huize der (Van onze correspondent) In N9is if -olde Gepke" een bekende figuur. Doch vooral m deze dagen nu de voorbereidingen worden getroffen voor de 100ste verjaardag van deze nog zo krasse vrouw, mevrouw G. RosemaNij- boer, die Zaterdag dit feest hoopt te vieren. Op 30 April 1874 trouwde ze met R. Rosema. Het echtpaar kreeg tien kin deren van wie er nog acht in leven zijn. Voorts heeft de honderdjarige 44 klein kinderen, 97 achterkleinkinderen en 7 Schter-achterkleinkinderen Deze zitten °ver de gehele wereld verspreid, want de ^°sema's zijn pioniers. Zoons van de "Olde Gepke" trokken naar Amerika en Canada en van haar kleinkinderen zyn er al weer naar Zuid-Afrika geemigreerd. pit aije windstreken komt de familie chter op opoe's honderdste verjaardag aar Nujs om het feest mèt de burgerij te vieren. Ook de oudste zoon, de rii?ariSe Tjebbe. die helemaal van Ame- fe er voor Is overgestoken, zal op het est aanwezig zijn. op (Van onze correspondent) De firma Landa te Bergen c„ Zoom heeft tijdens de weervisserij in de Schelde een neushaai gevan gen. De vis is lang ruim drie me ter en heeft een gewicht van 250 kilo. Sinds mensenheugenis kwam een dergelijke haai nimmer in de Schelde voor. Marcel Carné lieeft Emile Zola's roman „Thérèse Raquin" op nieuw verfilmd. De eerste filmversie werd door de grote Belgische regisseur Jacques Feyder vervaar digd in de tijd, die on- middelijk voorafging aan de komst van de geluids film. Deze nieuwe verfilming was, aldus wordt ons ver zekerd, een opdracht aan Carné, zelfs een laatste kans om zich in de ogen van filmbedrijf en pu bliek te rehabiliteren, hetgeen na „La Marie du port" en „Juliette ou le clé des songes" een nood zakelijkheid was ge worden. In hoeverre Carne tijd moeten8leren,' oradlt J:"'one Signoret en Raf Vallone in „Theresa het succes van een re-is- Ra1uin"> een op do roman van Emile Zola seur niet alleen naar de geïnspireerde film van Marcel Carne. artistieke waarde van zijn films wordt afgemeten, maar ook, en niet in de laatste plaats, naar de financiële resultaten van zijn werk. Wat het eerste betreft is Carné met „Fherèse Baquin" zo niet beneden dc middelmaat, dan toch ver heneden zijn kunnen gebleven, zoals dit zich manifesteerde in een film als „Le jour se léve". Carné heeft voor zijn film Zola's roman gemoderniseerd"- Nu erkennen we het goed recht van iedere kunstenaar, die eer. bepaald werk herschept, en vooral als hij zich daarbij bedient van een medium waarvoor het oorspronkelijk niet was be stemd, de nodige wijzigingen aan te bren gen. Maar hij mist het recht om de geesi van het werk aan te tasten en het toch onder de oorspronkelijke naam te presen teren. In dit geval rijst de verdenking, dat de titel alleen maar dient om toeschouwers te lokken. Beziet men Carné's film critisch, dan zijn van de figuren uit Zola's roman alleen de namen overgebleven. Niet alleen dt omstandigheden, waarin zij leven, maai ook hun karakters zijn gewijzigd en de rol die zij in de oorspronkelijke roman speel den. Thérèse (Simone Signoret), haar zwakke, veeleisende echtgenoot (Jacques Duby) en haar dominerende*schoonmoeder (Sylvie) drijven m de film een textielzaak in Lyon. De rn'rujlaar (vertolkt door Raf Vallone, omdat het hier een gemeenschap pelijke Frans-Italiaanse productie betreft) is een stoere, driftige Italiaanse vracht auto-chauffeur geworden. De echtgenoot wordt niet met voorbedachten rade ver moord volgens Carné zou de moderne mens in zo'n geval de weg tot echtschei ding openstaan maar in een opwelling van drift tijdens een worsteling uit de trein geworpen- En in de plaats van het knagende geweten en de verwijtende ogen van de schoonmoeder, die door een be roerte wordt verlamd, speelt het noodlot in de gedaante van een joviale afperser, voor welke rol Carné in Roland Lesaffre een volmaakt sujet heeft gevonden, de beide schuldigen_in handen van de men selijke gerechtigheid- Het valt niet te loochenen, dat Carné's film alle kenmerken vertoont, door een geroutineerde en kundige vakman te zijn gemaakt. Met enkele rake beelden typeeri hij het bekrompen kleinburgerlijke be staan van het gezm Raqmn, de verveling van Thérèse, de zelfzucht van haar be moeizieke, heerzuchtige schoonmoeder, die geen afstand wil doen van haar zoon, het walgelijke zelfbeklag van haar luie, door zijn moeder vertroetelde echtgenoot en ds komst van de stoere, zelfbewuste chauf feur, aldus de plotselinge verliefdheid van Thérèse verklarend, zo niet rechtvaardi gend. Meesterlijk is ook de wijze, waarop Car né Thérèse en haar minnaar Laurent in hun misdaad van de menselijke gemeen schap isoleert. Een enkele uitzondering daargelaten, ziet men het minnende paar nimmer met anderen samen. Een sprekend voorbeeld van deze eenzaamheid vindt men in een scène aan het slot van de film De afperser, die zo even de winkel van Thérèse heeft verlaten met het geld, dat zijn stilzwijgen heeft gekocht, wordt door een vrachtauto aangereden. Dodelijk ge wond wordt hij door Laurent de winkel binnengedragen, waar hij met zijn laatste snel afnemende krachten het paar vergeefs duidelijk poogt te maken, wat het moet doen om te voorkomen, dat de brief, die zal worden gepost, als hij op een bepaalde tijd niet is teruggekeerd, de justitie be reikt. De menigte, die op het ongeluk is komen toelopen, treedt de winkel niet bin- nen. Thérèse en Laurent blijven volkomen geïsoleerd in hun fatale eenzaamheid. Toch is, naast het gesproken woord, waarvan Carné in zijn film meer gebruik heeft gemaakt dan met het oog op een verantwoorde vormgeving wenselijk was. iuist in dit isolement de zwakheid van zijn werk_te vinden. Zola, de naturalist ,,pai excellence", liet Thérèse en haar minnaar in de ban van een alles verterende harts tocht, de lastige echtgenoot met voorbe dachten rade vermoorden en door de ver wijtende blikken en de doodsangst van de verlamde schoonmoeder tot een bekentenis komen. Zij bleven, zich bewust van hun schuld, deel uitmaken van de gemeen schap- Bij Carné, de poëtische realist, is er geen sprake van persoonlijke verant woordelijkheid of schuld. Hun misdaad is een gevolg van een samenloop van omstan digheden. Wel wordt even een poging ge daan om een gevoel van schuld bij Thé rèse te suggereren, maar daarin kan men nauwelijks geloven. Dan verschijnt het noodlot in de persoon van de afperser en van dat ogenblik af is het wederom een samenloop van gezochte en sensationele omstandigheden, die hun onontkoom bare ondergang bewerkt. De rol, die door Zola aan de schoonmoeder was bedacht wordt daardoor zinloos en de zorg, waar mee Thérèse haar omringt, een weerzin wekkend voorbeeld van walgelijke huiche larij. In de roman van Zola is het een alles verterende hartstocht, die de beide laakbare sujetten samenbindt en naar hun gemeenschappelijke ondergang voert. In de film mist de schildering van de beide hoofdpersonen alle kracht. Carné is er niet in geslaagd zijn eigen poëtische realisme met het meedogenloze naturalisme van Zola te verzoenen, waardoor zijn werk een tweeslachtig karakter heeft gekregen en de door hem geschilderde figuren ste riel zijn gebleven. Bovendien zullen de uitschakeling van elke persoonlijke aansprakelijkheid voor hun daden en het ontbreken van elk schuldgevoel bij de rampzalige geliefden die door het noodlot worden achterhaald als ze menen zich straffeloosheid te heb ben gekocht, er al te licht toe leiden, dat oppervlakkige toeschouwers tot een licht vaardige vrijspraak komen en hen be schouwen ais onschuldige slachtoffers van de omstandigheden, die een beter lot had den verdiend- Vandaar dat deze film al leen door volwassenen met een gerijpt oordeel op haar juiste waarde zal kunnen worden geschat. F. Zo nu cn dan grijpen de filmmakers naar twee of meer verhalen om deze in cên rolprent samen te voegen. Verhalen, die meestal iets gemeen hebben. De Amerikanen proberen het weer eens met „Face to Face" (In het aangezicht van de dood), waarin zij twee verhalen te zamen brengen, die in dc verte iets met deze titel te maken hebben. In beide ver halen staan twee mannen tegenover el kaar, van wie er telkens een ten dode schynt opgeschreven. „De medeplichtige" is het minst over tuigend. De andere geschiedenis „De She riff kiest een vrouw" geeft in bepaalde gedeelten stukjes goede film te genieten. Beide verhalen hebben gemeen, dat ze in de tijd spelen van „het wilde Westen" en zeilende fregatten. „De Medeplichtige" vertelt van een jonge kapitein, die zijn eerste reis in deze functie gaat maken. Tijdens zijn wacht klimt er 'n man aan boord. Het blijkt de stuurman van een ander schip te zijn dat in de buurt ligt- In een zware storm zo vertelt hij heeft hij zijn schip ge red, doch daarbij een man gedood, die te genwerkte. De volgende dag komt een sloep langs zij. Men zoekt de moordenaar. De kapi tein verbergt de stuurman en wil hem helpen aan de handen van vrouwe Justitia te ontkomen. Als de wind komt opzetten stuurt hij het schip landwaarts tussen ge vaarlijke klippen zodat de stuurman in zee kan sprinken om te trachten de kust te be reiken. Een gegeven, dat zeer zeker een boei ende film had kunnen opleveren. Regis seur John Brahm kon daarbij beschikken over een ervaren acteur als James Mason (de kapitein). Hij beperkte zich echter tot een conventionele verfilming. Regisseur Bretagne Windust daarentegen maakte er iets meer van- Hij probeert hier en daar de sfeer te benaderen van films als „Shane" en „High Noon", maar haalt het slechts gedeeltelijk Het scenario van „De Sheriff kiest een vrouw" plaatst ons in een klein dorp. Yellow Sky genaamd, waar de Sheriff (Robert Preston) orde oo de zaken heeft gesteld. Van een hele ro- Commissie van objectief onderzoek" een drietal humanisten worden achter eenvolgens verschillende personen „ver hoord" om na te gaan, wat de Maria-ver- ering in hun leven heeft betekend. „De moeder van de Bond zonder Naam' komt er aan het woord, een historische figuur, door de Gestapo in 1942 gearresteerd. In haar kerker kraste zij „Ave Maria" in de wand; de letters begonnen te fosforiseren. De kellner, Giuseppe Rivella, overleden in 1952, „verantwoordde" zich met gedeelten aan zijn levensbeschrijving ontleend De Spaanse boer, S. Isidorius, getuigde aan gaande de H. Maagd, en de vliegenier John William Bailey, door zijn rozenkrans gered Aan het slot het stuk duurde, zonder pauze ongeveer drie uur declameerde pater de Greeve een Mariaal jeugdgedicht van de priester-dichter Jac. Schreurs. De aanwezigen toonden door een ovatio neel applaus de voorstelling zéér te waar deren Overwogen wordt, of de groep mis schien ook elders met dit Maria-spel zal optreden. In de Memorie van Antwoord betreffen de het wetsontwerp tot uitbreiding van de toepassing van het Ziekenfondsenbesluit deelt de minister van Sociale Zaken o.a. mede. dat het, wat de verhoging van de inkomensgrens voor de vrijwillige verze kering betreft, gezien de invloed, die een en ander zal hebben op de inkomsten der medewerkers gewenst is dat eerst de ziekenfondsen en de medewerkers (in het bijzonder de huisartsen) omtrent een zo danige verhoging van de inkomensgrens tot overeenstemming geraken. Deze over eenstemming zou bereikt moeten worden in het kader van de onderhandelingen over het honorarium der huisartsen. De m-'nister koestert de verwachting, dat het mogelijk zal blijken bij de deze zomer tot stand te brengen definitieve overeenkbmst tussen de algemene ziekenfondsen en de Kon. Ned. Mij tot bevordering der genees kunst omtrent het abonnementshonora rium van de huisarts de verhoging van de inkomensgrens te doen aanvaarden. Op 12 Februari jl. werd op een onbe waakte overweg te Harderwijk een auto- versbende bleef slechts één man over, een bus van de stadsdienst gegrepen door een oude baas, die het af en toe nog wel eens op de heupen krijgt. Vooral als hij gedron ken heeft. Op een dag vertrekt de sheriff voor een paar dagen en natuurlijk neemt de oude zijn kans waar. Dronken terrori seert hij 't plaatsje- Hij wil met de sheriff afrekenen. Niemand weet echter, dat de sheriff inmiddels getrouwd is en zijn jonge gade met zich terugvoert. In het verlaten dorp komt hij dan plotseling tegenover de dronkaard te staan, die hem uitdaagt tot een duel. Als deze hoort, dat de ander geen wapens bij zich draagt, omdat hij juist ge trouwd is, keert, de oude man mistroostig om en werpt zijn revolvers weg. De rust is weergekeerd. Dit tweede verhaal bood ongetwijfeld meer mogelijkheden dan het eerste en is dan ook het beste op het celluloid vastge- Icgd- Van beide moet echter worden ge- zegd, dat artistiek gesproken juist „dat kleine beetje meer", wat een goede flint van de middelmatige onderscheidt ontbreekt. J. v. d. V. electrische trein uit de richting Zwolle. Een vrouw en twee soldaten werden hier bij vrijwel op slag gedood. Gisteren moest de chauffeur van de bus, de 33-jarige M. K. uit Hulshorst, zich ver antwoorden voor de Zwolse rechtbank. Hij verklaarde goed te hebben uitgeke ken, maar de trein niet te hebben ge zien. Op de overgang werd hij verrast. De treinmachinist W. A- M. uit Utrecht, die naast de wagenbestuurder stond, had de bus evenwel reeds van verre gezien en geen seconde gedacht, dat deze zou over steken. K. beriep zich er op, dat er mist was, maar vele getuigen noemden het zicht goed en volkomen vrij. De Officier van Justitie'opperde, dat er een psychische oorzaak geweest kan zijn. K. had vroeger namelijk al eens te gen zijn vrouw gezegd, dat hij het „een afschuwelijke overweg" vond. Gezien de ellende, die dit ongeval voor de chauffeur reeds heeft betekend, volstond de offic er met een maand hechtenis en twee jaar ontzegging van het rijbewijs te eisen. Uitspraak op 3 Juli-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 3