J 5 kilometer LEO VALENTIN, de vli ;met houten vleugels Men kan het zo gek niet verzinnen De ontdekking van een Amerikaanse boer Zo droomde ICARUS... ...of de Parijse Telefoon-vr ogendienst weet het! Wie is Leo Valentin Leo Valentin in Nederland W aarom vliegen Nieuwe pogingen Nog 30 millioen per jaar voor Franse P.T.T. NIET ALLEEN NAT HOUDEN Einde September 1953 bevonden we ons in talrijk gezelschap op een vliegveld in de omgeving van Parijs. Er werd flink over en weer gepraat in het bonte gezelschap. Daarbij bevond zich een heel stelletje piloten, jonge leerling-zweefvliegers, en veel nieuwsgierigen. Er waren er in deze mensenmenigte maar twee, die zorgen behoefden te hebben. En we zorgen Alain Bombard, de man van de „Hérétiquc", de vrijwillige Oceaau- gchipbreukeling, zei me: „Wel, jong, ik kan best aannemen dat hij thans enkele moeilijke ogenblikken moet kennen. We staan hier reeds meer dan drie uren en de wind wordt maar niet gunstig. Er moet zoveel gedaan worden om tot een resultaat te komen, en een kleine fout kan de hele boel doen verkeerd lopen. Ik kan best geloven dat bij zeker angstig moet zijn, en ik zal immer iemand respecteren die zijn angst bekent. Ik kan er over praten Wij allen wachtten op de radioboodschap, die ons zou laten weten dat het vliegtuig met Leo Valentin aan boord bet vliegveld Orly verlaten had Leo Valentin, de Franse vliegende man, zou die dag namelijk een officiële poging doen om op eigen krachten te vliegen. Ik was juist terug van een lang verblijf in Indo-China en Noord-Afrika, en door een Franse uitgevers- en filmmaatschappij aangeworven om deze proefneming te fil men. Zodra het vliegtuig van Valentin Orly verliet, zou ik me laten vastsnoeren boven op een klein acrobatenvliegtuig „Stampe" van de pilotenschool van St. Jan, bestuurd door de grote Louis Notteghem. Ons was voorgeschreven tot 4.000 M. hoogte op te stijgen en daar op het vliegtuig van Va lentin te wachten, dan op hoogte van de open vliegtuigdeur te blijven en vervol gens de nederdaling van Valentin te fil men. Daar alles zó snel voor elkaar gekomen was en ook door het vele geloop om de vergunningen (burgerlijke vergunning, mi litaire vergunningen, verzekering, enz....) had ik Valentin nog niet gezien. Ik had reeds veel over hem horen praten en was op de ..oogte van zijn pogingen. Die dag zou echter in wachten verlopen, de weerberichten bleven ongunstig en tegen de avond, toen de zenuwen een beetje in de war raakten, werd de terug tocht naar Parijs aangevangen. Van toen af begon ons zwerven op alle mogelijke vliegvelden rond Parijs en in Noord-Frankrijk, zwerven dat tot einde November zou duren, en eindigen met een verbod van een Franse vliegergeneraal. Leo Valentin werd geboren op 22 Maart 1919 te Èpinal in de Vogezen. Van hem mag niet gezegd worden dat hij van jongs af reeds droomde te zullen vliegen. Neen, Leo zou zijn eerste contact met een val scherm pas krijgen tijdens zijn militaire dienstperiode die hij verkoos te volbren gen bij de valschermspringers in Algiers. Daar behaalde hij het brevet van para chutist in 1938. Toen kwam de oorlog en Valentin maakte deel uit van Speciale Luchtdiensten (S.A.S.), de Rode Baretten, in Engeland. Na de bevrijding. Valentin was toen adjudant, bleef hij een tijdlang verbonden aan de opleidingsschool voor valschermspringers te Pau. Twee wereldrecords in het springen da teren uit deze tijd: bij dag, zonder speciaal ademhalingstoestel, van een hoogte van 7.260 m. met een vrije val gedurende 113 seconden; bij nacht, eveneens zonder ademhalingstoestel, van een hoogte van 5.200 m. met een vrije val van 85 seconden. Valentin voerde met succes tot op heden ongeveer 600 sprongen uit en bekwam het brevet van piloot (een parachutist landt ook wel eens graag met een vaste bodem onder de voeten). afdalende vlucht, en vooral zijn landingsplaats uit te kiezen. Dit be tekent .het einde van de grote vrees der parachutisten terecht te komen op hoogspanningskabels, huizen, in het water, op bomen of andere hindernissen. Een eerste poging van Valentin mislukte: hij verliet het vliegtuig, de armen langs heen het lichaam en de vleugelen uit sterk zeildoek samen gevouwen. Bij het openen der armen en der vleugels kreeg mingcn werd op den duur toch verzekerd. Tjjdens de afgelopen maand is hij boven Jissy-le-Noble, bij Parijs, op 4.000 meter hoogte uit een Dakota gesprongen. Door middel van houten vleugels is hij daarna „op eigen krachten" ongeveer 5 km. ver gevlogen. Vervolgens heeft hij op 1.500 m. zijn valscherm geopend en landde hij keu rig op de vooraf aangeduide plaats. Deze demonstratie geschiedde in aanwezigheid van moniteur-parachutist, ex-wereldkam pioen Lard. Sedertdien kunnen wij voor de eerste maal in de geschiedenis spreken van een „vliegende mens". Volgend jaar zal Leo Valentin waar schijnlijk in Nederland aan enkele luchtmetingen deelnemen, in zijn exhibitie van de „vliegende mens", en ook in zijn sensationeel nummer „het luchtkoppel". Dit laatste bestaat in een sprong, ver richt door een vrouw en Leo Valentin, die te zamen het vliegtuig verlaten op grote hoogte, tussen 3.000 en 4.000 m., en elkaar bij de hand houden gedurende hun ganse vrije val. Rookpotten aan hun benen bevestigd laten toe de val zeer goed te volgen. Een paar seconden vóór het openen van hun valschermen (ongeveer op 150 m. van de aarde) hernemen de beide springers hun eigen val om de opening van hun schermen niet te hinderen. De befaamde valschermspringers Canar- ioza en Rinaldi, beiden Italianen, zijn in tussen eveneens met proefnemingen be- gonnen die tot heden echter nog geen suc ces hadden. Het schijnt, dat Leo Valentin, die de twee Italianen reeds versloeg in een wed strijd voor vliegende mensen in Epinal in 1951, voldoende voorsprong heeft boven zijn navolgers om zijn ondernemingen met volledig succes te bekronen. Naar verlufet doet overigens ook Rus land pogingen, vooral in de persoon van de wereldrecordhouder Paul Stortsjenko, die een vrije val van 9.800 m. gedurende 170 seconden verwezenlijkte (met ademha lingsapparaat). Nadere gegevens over deze activiteit achter het IJzeren Gordijn ont breken evenwel. Het resultaat van StortS' jenko's roekeloze onderneming werd nim mer bekendgemaakt RAOUL RAVON MIST als wapen tegen brand Op bijna elk terrein, en wel inzonderheid op dat der techniek, heeft de oorlog nieuwe vindingen gebracht. Ook op brandweergebied zijn deze te vinden. Een belangrijke vinding hoe kan het anders is van Amerikaanse oorsprong, en, evenals zovele dingen, een „toevallige" ontdekking. Er was nl. eens (dit is geen sprookje) een boer in Californië bezig met het bespuiten van zijn wijnranken. Hij deed dit met de zgn. insectendodende Bordeauxse pap. Terwijl hij zo bezig was hoorde hij plotseling zijn kinderen angstig schreeuwen en tot z'n ontsteltenis zag hij z'n hooiberg, die vlak naast zijn woonhuis was gebouwd, in lichter laaie staan. Met de kleine sproeitank nog op z'n rug holt hij er naar toe, maar wat moet hij beginnen De vlammen laaien hoog op en slaan snel om zich heen. Hij vreest, dat ook z'n woonhuis een prooi der vlammen zal worden. In z'n angst en gedreven door de drang om toch maar iets te doen, spuit hij een hoeveelheid van de Bordeauxse pap op de brandende hooiberg. En dan geschiedt het wonder; tot z'n grote verwondering worden de hoog oplaaiende vlammen geblust. Verheugd over dit onver wachte resultaat vertelt hij even later aan z'n buren, wat er is gebeurd. Natuurlijk komt ook de brandweer er achter en die is met dat verhaal alleen niet tevreden. Tijdens zijn vele sprongen van grote hoogte en in vrije val, ondervond Valentin dat hij niet willoos viel, maar dat hij zijn lichaam kon besturen. Daar de lucht sterk weerstand biedt aan een vallend lichaam, kan de springer door het bewegen van armen en benen beurtelirigs op de rug komen te liggen, of ook met het gezicht naar beneden. Gekoppeld aan de grote snelheid ontstaat een licht zwevende be weging. Wanneer de springer het vliegtuig ver laat heeft hij reeds na een val van 30 m. een'snelheid van 22 m. per seconde be reikt. Deze wordt na 50 m. ongeveer 32 m. per seconde en zal steeds aangroeien tot de geweldige snelheid van 200 km. per uur. Zodra men echter een valscherm opent, wordt deze snelheid na een val van minimum 80 m. herleid tot de vereiste zekerheidsgrens van 9 m. per seconde. Valentin had de geschiedenis van Icarus blijkbaar bestudeerd, en na lang aarzelen en veel studie begon hij aan vleugelen te denken. Met vleugelen zou een springer in staat zijn in de lucht rond te cirkelen, gebruik te maken van de heersende ■winden om zijn val te verminderen tot een bijna horizontale, langzaam de wind een te grote tegenstand. Resultaat beide armen ontwricht. Een nieuwe poging, met geopende armen en vleugels, had evenmin succes en de formule der plooibare vleugels werd niet. meer ingestudeerd. Lange studies grepen toen plaats in luchttunnels, die tot een nieuwe formulering van het probleem leidden. In October 1953 had een nieuwe poging plaats op een vliegplein bij Chartres. Het weerbericht was gunstig en de Junker, met Valentin aan boord, en onze Stampe verlieten de startbaan rond 14 uur. Na drie kwartier vliegen was de vereiste hoogte van 3.700 m. bereikt. Het was erg koud voor me, gezien ik met ontblote handen en zonder bril moest opereren om het filmtoestel te kunnen bedienen. De Junker kwam herhaalde malen op onze hoogte, maar niets gebeurde. Het weer en het uitzicht wa ren prachtig, en dat troostte me enigszins tijdens de twee uren, die we toen doorbrachten met manoeuvreren op deze hoogte. Tot eindelijk de witte gestalte van Valentin de Junker verliet. We volg den gespannen in een razende duikvlucht de ronddraaiende figuur. Die kleef draaien en draaien.... was be slist iets niet in orde! Ik kon het aangezicht van mijn piloot observe ren, maar we hadden beiden hetzelfde idee: dit is het einde van de vlie gende man. Neen, op 100 m. hoogte kon Va lentin een einde maken aan de „twist" (door parachutisten gebruikte term om een rond draaiende beweging zeer gevaarlijk voor de springer, daar alle hang- touwen verward geraken aan te duiden) en zijn doodvalscherm openen. Later vernamen we van hem dat een sterk doek, dat Valentin tussen hei de henen had gespannen ais luchtroer, onklaar geraakt was en hem bijna het leven kostte. Valentin zou echter niet opgeven en deze maal met houten vleugels erg gelijkend op de vleugels van een vliegtuig werden de pogingen voortgezet. In de eerste dagen van November was alles klaar om een publieke demonstratie te geven tijdens een luchtmeeting te Rijssel, maar een vlieger generaal gaf op het laatste ogenblik een verbod, gezien er te veel gevaar bestond voor de toeschouwers. Hierboven Valentin met zijn vroegere vleugels. Tussen cle benen het roer, dat bijna oor zaak werd van zijn dood bij een poging te Chartres. Beneden links: De definitieve houten vleugels. Let op de controle-apparaten op de borst van Leo Valentin. iROTE VOORDELEN Bij nadere beschouwing blijkt, dat ie z.g.n. Bordeauxe pap, waarvan leze boer ongeveer vijf liter gebruik- ;e om een brandende hooiberg te alussen, opzichzelf niet een extra goed blusmiddel is. De onderzoekin gen toonden echter wél aan, dat zeer fijn verdeeld water (dat veel over eenkomst heeft met mist) talloze ma len beter blust dan een gewone wa terstraal met misschien honderd of duizend keer zoveel water. Toen men dit eenmaal wist kwam ie kentering. De Amerikaanse Ma- ine zag nl. het voordeel van deze nieuwe blusmethode en richtte prompt een aantal brandweerscholen op waar speciaal de techniek van het blussen van branden met mist werd geleerd. Toen dan ook in de zomer van 1944 brand uitbrak op een muni tieschip, liggende in de haven van Brooklyn, gelukte het aan twee ma trozen om in vijf minuten tijd de brand te blussen. Zij hadden gebruik gemaakt van de nieuwe vinding „mist" en het gevaar voor de stad Brooklyn afgewend. WAT IS MIST Waarschijnlijk niemand beter dan de Londenaar zou u kunnen zeggen, wat „mist" is, doch ook in ons land kan men daarover meepraten. Mist is eigenlijk niets anders dan water in zulk een fijn verdeelde toestand, dat de waterdeeltjes nagenoeg zwe vende blijven. De natuur produceert mist op efficiënte wijze door afkoe ling van met waterdamp verzadigde lucht beneden het dauwpunt (tempe ratuur waarbij de lucht met water damp verzadigd is). De waterdamp condenseert tengevolge waarvan mist en nevel ontstaan of wolken worden gevormd, welke laatste bij voortge zette daling van temperatuur bij re gen of sneeuw kan overgaan. Indien vochtige lucht over koude vlakten stroomt is eveneens mist te verwach ten, hetgeen we aan onze kust in de herfst b.v. veelvuldig kunnen erva ren. Op dezelfde wijze als in de natuur, kan ook kunstmatige mist worden opgewekt, en wel op twee manieren nl. door een waterstraal op het mo ment dat deze het mondstuk verlaat, een sterk draaiende beweging te ge ven of wel door twee of meer stralen met elkaar in botsing te brengen. Voor de brandweerdeskundigen is het natuurlijk van belang om te we ten, welke graad van waterverdeling bij een bepaalde druk kan worden verkregen en hoe groot de minimum druk moet zijn om een goede wer king der straaipijpen te verkrijgen. De door de diensten van de Ameri kaanse Vloot en Kustwacht uitge voerde proeven hebben nadrukkelijk de grote blusmogelijkheden van de mist bewezen. Inlichtingen genomen bij 40 vooraanstaande Amerikaanse brandweren, die geregeld mist aan wenden bij hun blusverrichtingen, hebben duidelijk de voordelen van (Van onze correspondente). Toen enkele jaren voor de oorlog Georges Mandel mi nister van de P.T.T. was, kwam hij op een lumineus idee, dat de inkomsten van zijn ministerie aanzienlijk vermeerderde en tegelijker tijd het publiek een dienst bewees. Het was in die dagen nog geen gewoonte ettelijke nieuwe postzegels per jaar uit te geven. Mandel verzon iets anders en kwam met een plan, wat goed uitgewerkt, nog steeds een bron van in komsten voor de staat is. Stellig is hij op dat idee ge komen door de vragen- rubriek >n de kranten. Iets dergelijks wilde hij perfectionneren, het publiek moest onverschillig welke vraag ook kunnen stellen en er binnen de kortst mogelijke tijd antwoord op krijgen. Die vraag moest per telefoon ge steld en per telefoon beant woord. Iedere vraag bracht de P.T.T. dus twee gesprek ken in het laatje Mandel wist enkele particu lieren warm te maken voor zijn plan, want hij zag de S.V.P., zoals hij die onder neming wilde noemen, niet als een staatsdienst. Valentin zou echter spoedig de staats secretaris van het Vliegwezen, minister Christiaens, weten warm te maken voor zijn plan. De Luchtmacht verleende van dit ogenblik af alle steun aan Valentin en tal van pogingen volgden. Het succes van Valentin's stoute onderne- In 1937 startte de S.V.P. met een uiterst klein perso neel. Het publiek vond het grappig en telefoneerde al gauw met enkele hoofd brekende vragen in de hoop, dat de S.V.P. het antwoord schuldig zou blijven. Maar daarin heeft het zich ver gistVan het begin af aan beschikte de S.V.P. over en kele zeer goede krachten, waaronder een vrouw jaren lang een van de voornaam ste, zo niet de voornaamste plaats, innam. Zo gek kan men het niet verzinnen, of de SV-P. weet de gevraagde inlichting te geven, evengoed of 't een der oude Egyptische dynastieën betreft of een wasmachine, een menu of een algebra- vraagstuk waar uw man en zoon niet uit kunnen komen. En vol trots kan de S.V.P. dan ook zeggen, dat hij nog nooit 'n vraag onbeantwoord heeft moeten laten 3000 dictionnaires Z\jn abonné's bestaan zo wel uit particulieren als uit ondernemingen en nun aan tal is zo toegenomen, dat de S.V.P. op het ogenblik over een équipe beschikt die uit 30 bibliothecarissen, 120 in formateurs en 30 redacteurs bestaat. De documentatie wordt uit 3000 dictionnairs. encyclopedies etc. gehaald. De S.V.P. beschikt over een millioen affiches en is op 600 tijdschriften, couranten enz. geabonneerd. 180 telefoonlijnen zijn nodig om alle vragen te beantwoor den en de 30 diensten die hij op het ogenblik telt zijn in 52 bureaux ondergebracht. Gemiddeld worden 4500 ant woorden per dag gegeven, waarvan 4000 per telefoon en 500 per brief. Dat de P.T.T. 30 millioen francs per jaar aan de S.V.P. verdient laat zich dus heel goed begrijpen. groter Maar nog steeds wordt uit gebreid. Het laatste jaar in stalleerde men een aantal magnetofoons op platen die met de telefoon worden verbonden. Deze dienst is met de presidentsverkiezing in December in gebruik ge nomen. Men hoeft geen abonné te zijn om deze spe ciale dienst op te bellen. Iedere Parijzenaar die er be- nieuwd naar was om te we ten of hij nu een president had ja of neen, vormde de letters S.V.P. op zijn tele foontoestel en kreeg meteen te horen hoe het met die netelige kwestie stond. Per dag hadden 25.000 aanvragen over de presidentsverkiezing plaats. Ook de resultaten van de Tour de France werden na iedere aankomst minuut na minuut uitgegeven. Meer dan 200.000 aanvragen heeft de beroemde „Tour" opgebracht! Deze kosteloze magneto- foon-op-platen-dienst wordt nu uitgebreid. Het publiek, dat geen abonné van de S.V.P. is, schijnt er hogelijk mee ingenomen te zijn. Een soort inlichtingsdienst zal nu Ingesteld worden betref fende het volgende: Hoe een gezellige avond door te brengen in schouw burg of bioscoop; raadgevingen over de sa menstelling van het dagelijks menu en over het kopen van levensmiddelen; beursnoteringen en die van de grondstoffen; alles wat de vacanties be treft en het begin van het schooljaar; de beste boeken van de week enz. enz. Betaalde reclame Dit alles is bedoeld als be taalde reclame en een groot magazijn heeft dan ook al een emissie lopen over „het practische leven", waarin de moeders haarfijn wordt ver teld, hoe ze in dit warenhuis en tegen welke prijzen ze kleren en schoolbehoeften voor haar kroost kunnen kopen. Of het succes zal hebben? Een telefoongesprek kost 15 francs, een krant eveneens. Ze krijgt voor hetzelfde geld oneindig meer inlichtingen door de betaalde reclame en bovendien al het nieuws wat een krant biedt. Maar dit is misschien het standpunt van een krantenmens Toch in de regel kan een Parisienne zeer goed rekenen en over het algemeen wordt verwacht, dat het publiek er ook zo over denken zal. Maar die reclame-stunt daargelaten, Is de S.V.P. een merkwaardige instelling, die oneindig veel gemak geeft aan haar uitgebreide schaar van abonné's. En bovendien 30 millioen francs per jaar aan de staat opbrengt. Het valt dan ook te betreu ren, dat nog geen andere minister op zo'n geniale ge dachte is gekomen deze werkwijze aan het licht ge bracht. In het algemeen gebruiken deze korpsen mist voor binnenbran den, vooral daar waar dichte rook heerst. Vet- en oliebranden werden eveneens met gunstig gevolg door middel van mist bestreden. Sommige corpsen melden gunstigè uitslagen door gebruik van mist in fel bestoven fabrieksgebouwen, terwijl anderen wijzen op de geringe schade door mist veroorzaakt bij branden van chemi sche producten of electrische inrich tingen. De klassieke blusmethode met de gesloten waterstraal, zoals deze ook thans nog wordt toegepast, berust grotendeels op het bevochtigen en nat houden van de brandbare stoffen. Be- halve het bevochtigen van brandbare stoffen, kan men met water ook een hoeveelheid warmte aan een vuur haard onttrekken. Indien men b.v. er in zou slagen de geproduceerde warm- (verbrandingswarmte) voor 100 procent te absorderen, zal er géén warmte meer beschikbaar zijn om zich aan de omgeving mede te delen en omliggende brandbare stoffen op hun ontbrandingstemperatuur te brengen. Het is dus duidelijk, dat het water bij een brandbestrijding op zo danige wijze dient te worden aange wend, dat dit zo snel mogelijk en zo volledig mogelijk tot verdamping kan overgaan. Hiermede wordt niet alleen een grote hoeveelheid warmte aan de brand onttrokken, doch bo vendien ontstaat stoomvorming, waardoor de voor verbranding beno digde zuurstof wordt verdreven. Het is dus logisch om aan te nemen, dat een mechanische manier om water om te zetten in een toestand, die kou de stoom dicht benadert, een groter blusvermogen zal hebben dan een gesloten waterstraal. De oppervlakte van een groot aantal kleine water druppels, waarin een bepaalde hoe veelheid water is verdeeld is nl. aan zienlijk groter dan de oppervlakte van dezelfde hoeveelheid water in een gesloten waterstraal. Zoals reeds is betoogd, wordt met mist onmiddellijk een zeer grote hoe veelheid warmte aan de brand ont trokken, waardoor het vuur a.h.w. „neerslaat". Bovendien maakt de grote hitte-absorptie het mogelijk de brandhaard veel dichter te benade ren, dan met een gesloten straal mo gelijk is, zodat de vuurhaard inten siever kan worden bestreden. In Amerika hebben laboratorium proeven nl. aangetoond, dat het blus- effect van mist circa tienmaal groter is dan van 'n gesloten straal. Aange zien echter het juiste gebruik van mist bij een practijkbrand in hoge mate afhankelijk is van de geoefend heid en vakmanschap van de brand weerman, wordt in de practijk een 6 a 7 maal groter bluseffect aange houden. MINIMUM WATERSCHADE Dat door toepassing van mist de waterschade tot een minimum wordt beperkt is duidelijk. Zeer handige en goed geoefende brandweerlieden kunnen een brand met mist blussen, waarbij de waterschade nihil is.' Ook de uitruktijd en aflegtijd is bij de mistblussing zeer klein, zodat de brand veel minder gelegenheid heeft gehad zich uit te breiden tot een zo danige omvang, dat zij met mist niet meer te blussen zou zijn. HOGERE EISEN Laboratoriumproeven hebben aan getoond, dat de juiste graad van ver deling van het water (vernevelings fijnheid), nodig om mist voor brand bestrijding te produceren, pas be reikt wordt bij een druk van ca. 40 atm. aan de straalpijp. Een dergelijke hoge druk is echter ook nog om an dere redenen noodzakelijk. Een mist- deeltje heeft slechts een buitenge woon kleine „massa". Om nu deze mistdeeltjes toch over een behoorlij ke afstand (in brandweerkringen „worplengte" genoemd) te verplaat sen dienen zij derhalve een zeer grote aanvangssnelheid te hebben, hetgeen met een hoge druk aan de mond van de straalpijp kan worden bereikt. Niet alleen is het gewenst om de mist- straal een behoorlijke worpafstand te geven, doch het is bovendien zaak om de mist zo spoedig mogelijk in de vuurhaard te brengen teneinde te voorkomen, dat zij „onderweg" voor tijdig tot verdamping overgaat door de stralingswarmte van het vuur. Het ligt voor de hand, dat de drukver- meerdering waarover men bij de ho- gedruk mistblussing moet kunnen be schikken om een goede verstuiving van het water te verkrijgen, hogere eisen stelt aan de bluspompen en de brandslangen. De nevelblussing betekent voor het gehele brandweerwezen een belang rijke ommekeer. Een ommekeer wel ke ongetwijfeld omschakeling van de organisatie der brandweer en de blustactiek tengevolge zal hebben.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 5