J 5 kilometer
LEO VALENTIN, de vli ;met houten
vleugels
Men kan het zo gek niet verzinnen
De ontdekking
van een
Amerikaanse
boer
Zo droomde ICARUS...
...of de Parijse Telefoon-vr ogendienst weet het!
Wie is Leo Valentin
Leo Valentin in Nederland
W aarom vliegen
Nieuwe pogingen
Nog
30 millioen per
jaar voor Franse
P.T.T.
NIET ALLEEN NAT HOUDEN
Einde September 1953 bevonden we ons in talrijk gezelschap op een
vliegveld in de omgeving van Parijs. Er werd flink over en weer gepraat
in het bonte gezelschap. Daarbij bevond zich een heel stelletje piloten,
jonge leerling-zweefvliegers, en veel nieuwsgierigen. Er waren er in deze
mensenmenigte maar twee, die zorgen behoefden te hebben. En we
zorgen
Alain Bombard, de man van de „Hérétiquc", de vrijwillige Oceaau-
gchipbreukeling, zei me: „Wel, jong, ik kan best aannemen dat hij thans
enkele moeilijke ogenblikken moet kennen. We staan hier reeds meer
dan drie uren en de wind wordt maar niet gunstig. Er moet zoveel
gedaan worden om tot een resultaat te komen, en een kleine fout kan de
hele boel doen verkeerd lopen. Ik kan best geloven dat bij zeker angstig
moet zijn, en ik zal immer iemand respecteren die zijn angst bekent.
Ik kan er over praten
Wij allen wachtten op de radioboodschap, die ons zou laten weten dat
het vliegtuig met Leo Valentin aan boord bet vliegveld Orly verlaten had
Leo Valentin, de Franse vliegende man,
zou die dag namelijk een officiële poging
doen om op eigen krachten te vliegen. Ik
was juist terug van een lang verblijf in
Indo-China en Noord-Afrika, en door een
Franse uitgevers- en filmmaatschappij
aangeworven om deze proefneming te fil
men.
Zodra het vliegtuig van Valentin Orly
verliet, zou ik me laten vastsnoeren boven
op een klein acrobatenvliegtuig „Stampe"
van de pilotenschool van St. Jan, bestuurd
door de grote Louis Notteghem. Ons was
voorgeschreven tot 4.000 M. hoogte op te
stijgen en daar op het vliegtuig van Va
lentin te wachten, dan op hoogte van de
open vliegtuigdeur te blijven en vervol
gens de nederdaling van Valentin te fil
men.
Daar alles zó snel voor elkaar gekomen
was en ook door het vele geloop om de
vergunningen (burgerlijke vergunning, mi
litaire vergunningen, verzekering, enz....)
had ik Valentin nog niet gezien. Ik had
reeds veel over hem horen praten en was
op de ..oogte van zijn pogingen.
Die dag zou echter in wachten verlopen,
de weerberichten bleven ongunstig en
tegen de avond, toen de zenuwen een
beetje in de war raakten, werd de terug
tocht naar Parijs aangevangen.
Van toen af begon ons zwerven op alle
mogelijke vliegvelden rond Parijs en in
Noord-Frankrijk, zwerven dat tot einde
November zou duren, en eindigen met een
verbod van een Franse vliegergeneraal.
Leo Valentin werd geboren op 22 Maart
1919 te Èpinal in de Vogezen. Van hem
mag niet gezegd worden dat hij van jongs
af reeds droomde te zullen vliegen. Neen,
Leo zou zijn eerste contact met een val
scherm pas krijgen tijdens zijn militaire
dienstperiode die hij verkoos te volbren
gen bij de valschermspringers in Algiers.
Daar behaalde hij het brevet van para
chutist in 1938. Toen kwam de oorlog en
Valentin maakte deel uit van Speciale
Luchtdiensten (S.A.S.), de Rode Baretten,
in Engeland. Na de bevrijding. Valentin
was toen adjudant, bleef hij een tijdlang
verbonden aan de opleidingsschool voor
valschermspringers te Pau.
Twee wereldrecords in het springen da
teren uit deze tijd: bij dag, zonder speciaal
ademhalingstoestel, van een hoogte van
7.260 m. met een vrije val gedurende 113
seconden; bij nacht, eveneens zonder
ademhalingstoestel, van een hoogte van
5.200 m. met een vrije val van 85 seconden.
Valentin voerde met succes tot op heden
ongeveer 600 sprongen uit en bekwam het
brevet van piloot (een parachutist landt
ook wel eens graag met een vaste bodem
onder de voeten).
afdalende vlucht, en vooral zijn
landingsplaats uit te kiezen. Dit be
tekent .het einde van de grote vrees
der parachutisten terecht te komen
op hoogspanningskabels, huizen, in
het water, op bomen of andere
hindernissen.
Een eerste poging van Valentin mislukte:
hij verliet het vliegtuig, de armen langs
heen het lichaam en de vleugelen uit
sterk zeildoek samen gevouwen. Bij het
openen der armen en der vleugels kreeg
mingcn werd op den duur toch verzekerd.
Tjjdens de afgelopen maand is hij boven
Jissy-le-Noble, bij Parijs, op 4.000 meter
hoogte uit een Dakota gesprongen. Door
middel van houten vleugels is hij daarna
„op eigen krachten" ongeveer 5 km. ver
gevlogen. Vervolgens heeft hij op 1.500 m.
zijn valscherm geopend en landde hij keu
rig op de vooraf aangeduide plaats. Deze
demonstratie geschiedde in aanwezigheid
van moniteur-parachutist, ex-wereldkam
pioen Lard. Sedertdien kunnen wij voor
de eerste maal in de geschiedenis spreken
van een „vliegende mens".
Volgend jaar zal Leo Valentin waar
schijnlijk in Nederland aan enkele
luchtmetingen deelnemen, in zijn exhibitie
van de „vliegende mens", en ook in zijn
sensationeel nummer „het luchtkoppel".
Dit laatste bestaat in een sprong, ver
richt door een vrouw en Leo Valentin,
die te zamen het vliegtuig verlaten op
grote hoogte, tussen 3.000 en 4.000 m., en
elkaar bij de hand houden gedurende hun
ganse vrije val. Rookpotten aan hun benen
bevestigd laten toe de val zeer goed te
volgen. Een paar seconden vóór het openen
van hun valschermen (ongeveer op 150 m.
van de aarde) hernemen de beide springers
hun eigen val om de opening van hun
schermen niet te hinderen.
De befaamde valschermspringers Canar-
ioza en Rinaldi, beiden Italianen, zijn in
tussen eveneens met proefnemingen be-
gonnen die tot heden echter nog geen suc
ces hadden.
Het schijnt, dat Leo Valentin, die de
twee Italianen reeds versloeg in een wed
strijd voor vliegende mensen in Epinal in
1951, voldoende voorsprong heeft boven
zijn navolgers om zijn ondernemingen met
volledig succes te bekronen.
Naar verlufet doet overigens ook Rus
land pogingen, vooral in de persoon van
de wereldrecordhouder Paul Stortsjenko,
die een vrije val van 9.800 m. gedurende
170 seconden verwezenlijkte (met ademha
lingsapparaat). Nadere gegevens over deze
activiteit achter het IJzeren Gordijn ont
breken evenwel. Het resultaat van StortS'
jenko's roekeloze onderneming werd nim
mer bekendgemaakt
RAOUL RAVON
MIST als wapen tegen brand
Op bijna elk terrein, en wel inzonderheid op dat der techniek, heeft de
oorlog nieuwe vindingen gebracht. Ook op brandweergebied zijn deze te
vinden. Een belangrijke vinding hoe kan het anders is van
Amerikaanse oorsprong, en, evenals zovele dingen, een „toevallige"
ontdekking.
Er was nl. eens (dit is geen sprookje) een boer in Californië bezig
met het bespuiten van zijn wijnranken. Hij deed dit met de zgn.
insectendodende Bordeauxse pap. Terwijl hij zo bezig was hoorde hij
plotseling zijn kinderen angstig schreeuwen en tot z'n ontsteltenis zag
hij z'n hooiberg, die vlak naast zijn woonhuis was gebouwd, in lichter
laaie staan. Met de kleine sproeitank nog op z'n rug holt hij er naar toe,
maar wat moet hij beginnen De vlammen laaien hoog op en slaan snel
om zich heen. Hij vreest, dat ook z'n woonhuis een prooi der vlammen
zal worden. In z'n angst en gedreven door de drang om toch maar iets
te doen, spuit hij een hoeveelheid van de Bordeauxse pap op de brandende
hooiberg. En dan geschiedt het wonder; tot z'n grote verwondering
worden de hoog oplaaiende vlammen geblust. Verheugd over dit onver
wachte resultaat vertelt hij even later aan z'n buren, wat er is gebeurd.
Natuurlijk komt ook de brandweer er achter en die is met dat verhaal
alleen niet tevreden.
Tijdens zijn vele sprongen van grote
hoogte en in vrije val, ondervond Valentin
dat hij niet willoos viel, maar dat hij zijn
lichaam kon besturen. Daar de lucht sterk
weerstand biedt aan een vallend lichaam,
kan de springer door het bewegen van
armen en benen beurtelirigs op de rug
komen te liggen, of ook met het gezicht
naar beneden. Gekoppeld aan de grote
snelheid ontstaat een licht zwevende be
weging.
Wanneer de springer het vliegtuig ver
laat heeft hij reeds na een val van 30 m.
een'snelheid van 22 m. per seconde be
reikt. Deze wordt na 50 m. ongeveer 32
m. per seconde en zal steeds aangroeien
tot de geweldige snelheid van 200 km. per
uur. Zodra men echter een valscherm
opent, wordt deze snelheid na een val van
minimum 80 m. herleid tot de vereiste
zekerheidsgrens van 9 m. per seconde.
Valentin had de geschiedenis van
Icarus blijkbaar bestudeerd, en na
lang aarzelen en veel studie begon
hij aan vleugelen te denken. Met
vleugelen zou een springer in staat
zijn in de lucht rond te cirkelen,
gebruik te maken van de heersende
■winden om zijn val te verminderen
tot een bijna horizontale, langzaam
de wind een te grote tegenstand. Resultaat
beide armen ontwricht.
Een nieuwe poging, met geopende armen
en vleugels, had evenmin succes en de
formule der plooibare vleugels werd niet.
meer ingestudeerd. Lange studies grepen
toen plaats in luchttunnels, die tot een
nieuwe formulering van het probleem
leidden.
In October 1953 had een nieuwe poging
plaats op een vliegplein bij Chartres. Het
weerbericht was gunstig en de Junker,
met Valentin aan boord, en onze Stampe
verlieten de startbaan rond 14 uur.
Na drie kwartier vliegen was de vereiste
hoogte van 3.700 m. bereikt. Het was erg
koud voor me, gezien ik met ontblote
handen en zonder bril moest opereren om
het filmtoestel te kunnen bedienen.
De Junker kwam herhaalde malen op
onze hoogte, maar niets gebeurde. Het
weer en het uitzicht wa
ren prachtig, en dat
troostte me enigszins
tijdens de twee uren, die
we toen doorbrachten
met manoeuvreren op
deze hoogte.
Tot eindelijk de witte
gestalte van Valentin de
Junker verliet. We volg
den gespannen in een
razende duikvlucht de
ronddraaiende figuur.
Die kleef draaien en
draaien.... was be
slist iets niet in orde!
Ik kon het aangezicht
van mijn piloot observe
ren, maar we hadden
beiden hetzelfde idee: dit
is het einde van de vlie
gende man. Neen, op
100 m. hoogte kon Va
lentin een einde maken
aan de „twist" (door
parachutisten gebruikte
term om een rond
draaiende beweging
zeer gevaarlijk voor de
springer, daar alle hang-
touwen verward geraken
aan te duiden) en zijn
doodvalscherm openen.
Later vernamen we van
hem dat een sterk doek,
dat Valentin tussen hei
de henen had gespannen
ais luchtroer, onklaar geraakt was en
hem bijna het leven kostte.
Valentin zou echter niet opgeven en deze
maal met houten vleugels erg gelijkend
op de vleugels van een vliegtuig werden
de pogingen voortgezet. In de eerste dagen
van November was alles klaar om een
publieke demonstratie te geven tijdens een
luchtmeeting te Rijssel, maar een vlieger
generaal gaf op het laatste ogenblik een
verbod, gezien er te veel gevaar bestond
voor de toeschouwers.
Hierboven Valentin met zijn
vroegere vleugels. Tussen cle
benen het roer, dat bijna oor
zaak werd van zijn dood bij
een poging te Chartres.
Beneden links: De definitieve
houten vleugels. Let op de
controle-apparaten op de borst
van Leo Valentin.
iROTE VOORDELEN
Bij nadere beschouwing blijkt, dat
ie z.g.n. Bordeauxe pap, waarvan
leze boer ongeveer vijf liter gebruik-
;e om een brandende hooiberg te
alussen, opzichzelf niet een extra
goed blusmiddel is. De onderzoekin
gen toonden echter wél aan, dat zeer
fijn verdeeld water (dat veel over
eenkomst heeft met mist) talloze ma
len beter blust dan een gewone wa
terstraal met misschien honderd of
duizend keer zoveel water.
Toen men dit eenmaal wist kwam
ie kentering. De Amerikaanse Ma-
ine zag nl. het voordeel van deze
nieuwe blusmethode en richtte
prompt een aantal brandweerscholen
op waar speciaal de techniek van het
blussen van branden met mist werd
geleerd. Toen dan ook in de zomer
van 1944 brand uitbrak op een muni
tieschip, liggende in de haven van
Brooklyn, gelukte het aan twee ma
trozen om in vijf minuten tijd de
brand te blussen. Zij hadden gebruik
gemaakt van de nieuwe vinding
„mist" en het gevaar voor de stad
Brooklyn afgewend.
WAT IS MIST
Waarschijnlijk niemand beter dan
de Londenaar zou u kunnen zeggen,
wat „mist" is, doch ook in ons land
kan men daarover meepraten. Mist
is eigenlijk niets anders dan water
in zulk een fijn verdeelde toestand,
dat de waterdeeltjes nagenoeg zwe
vende blijven. De natuur produceert
mist op efficiënte wijze door afkoe
ling van met waterdamp verzadigde
lucht beneden het dauwpunt (tempe
ratuur waarbij de lucht met water
damp verzadigd is). De waterdamp
condenseert tengevolge waarvan mist
en nevel ontstaan of wolken worden
gevormd, welke laatste bij voortge
zette daling van temperatuur bij re
gen of sneeuw kan overgaan. Indien
vochtige lucht over koude vlakten
stroomt is eveneens mist te verwach
ten, hetgeen we aan onze kust in de
herfst b.v. veelvuldig kunnen erva
ren.
Op dezelfde wijze als in de natuur,
kan ook kunstmatige mist worden
opgewekt, en wel op twee manieren
nl. door een waterstraal op het mo
ment dat deze het mondstuk verlaat,
een sterk draaiende beweging te ge
ven of wel door twee of meer stralen
met elkaar in botsing te brengen.
Voor de brandweerdeskundigen is
het natuurlijk van belang om te we
ten, welke graad van waterverdeling
bij een bepaalde druk kan worden
verkregen en hoe groot de minimum
druk moet zijn om een goede wer
king der straaipijpen te verkrijgen.
De door de diensten van de Ameri
kaanse Vloot en Kustwacht uitge
voerde proeven hebben nadrukkelijk
de grote blusmogelijkheden van de
mist bewezen. Inlichtingen genomen
bij 40 vooraanstaande Amerikaanse
brandweren, die geregeld mist aan
wenden bij hun blusverrichtingen,
hebben duidelijk de voordelen van
(Van onze correspondente).
Toen enkele jaren voor de
oorlog Georges Mandel mi
nister van de P.T.T. was,
kwam hij op een lumineus
idee, dat de inkomsten van
zijn ministerie aanzienlijk
vermeerderde en tegelijker
tijd het publiek een dienst
bewees.
Het was in die dagen nog
geen gewoonte ettelijke
nieuwe postzegels per jaar
uit te geven. Mandel verzon
iets anders en kwam met een
plan, wat goed uitgewerkt,
nog steeds een bron van in
komsten voor de staat is.
Stellig is hij op dat idee ge
komen door de vragen-
rubriek >n de kranten.
Iets dergelijks wilde hij
perfectionneren, het publiek
moest onverschillig welke
vraag ook kunnen stellen en
er binnen de kortst mogelijke
tijd antwoord op krijgen. Die
vraag moest per telefoon ge
steld en per telefoon beant
woord. Iedere vraag bracht
de P.T.T. dus twee gesprek
ken in het laatje
Mandel wist enkele particu
lieren warm te maken voor
zijn plan, want hij zag de
S.V.P., zoals hij die onder
neming wilde noemen, niet
als een staatsdienst.
Valentin zou echter spoedig de staats
secretaris van het Vliegwezen, minister
Christiaens, weten warm te maken voor
zijn plan. De Luchtmacht verleende van
dit ogenblik af alle steun aan Valentin en
tal van pogingen volgden.
Het succes van Valentin's stoute onderne-
In 1937 startte de S.V.P.
met een uiterst klein perso
neel. Het publiek vond het
grappig en telefoneerde al
gauw met enkele hoofd
brekende vragen in de hoop,
dat de S.V.P. het antwoord
schuldig zou blijven. Maar
daarin heeft het zich ver
gistVan het begin af aan
beschikte de S.V.P. over en
kele zeer goede krachten,
waaronder een vrouw jaren
lang een van de voornaam
ste, zo niet de voornaamste
plaats, innam.
Zo gek kan men het niet
verzinnen, of de SV-P. weet
de gevraagde inlichting te
geven, evengoed of 't een der
oude Egyptische dynastieën
betreft of een wasmachine,
een menu of een algebra-
vraagstuk waar uw man en
zoon niet uit kunnen komen.
En vol trots kan de S.V.P.
dan ook zeggen, dat hij nog
nooit 'n vraag onbeantwoord
heeft moeten laten
3000 dictionnaires
Z\jn abonné's bestaan zo
wel uit particulieren als uit
ondernemingen en nun aan
tal is zo toegenomen, dat de
S.V.P. op het ogenblik over
een équipe beschikt die uit
30 bibliothecarissen, 120 in
formateurs en 30 redacteurs
bestaat. De documentatie
wordt uit 3000 dictionnairs.
encyclopedies etc. gehaald.
De S.V.P. beschikt over een
millioen affiches en is op 600
tijdschriften, couranten enz.
geabonneerd.
180 telefoonlijnen zijn nodig
om alle vragen te beantwoor
den en de 30 diensten die hij
op het ogenblik telt zijn in
52 bureaux ondergebracht.
Gemiddeld worden 4500 ant
woorden per dag gegeven,
waarvan 4000 per telefoon en
500 per brief. Dat de P.T.T.
30 millioen francs per jaar
aan de S.V.P. verdient laat
zich dus heel goed begrijpen.
groter
Maar nog steeds wordt uit
gebreid. Het laatste jaar in
stalleerde men een aantal
magnetofoons op platen die
met de telefoon worden
verbonden. Deze dienst is
met de presidentsverkiezing
in December in gebruik ge
nomen. Men hoeft geen
abonné te zijn om deze spe
ciale dienst op te bellen.
Iedere Parijzenaar die er be-
nieuwd naar was om te we
ten of hij nu een president
had ja of neen, vormde de
letters S.V.P. op zijn tele
foontoestel en kreeg meteen
te horen hoe het met die
netelige kwestie stond. Per
dag hadden 25.000 aanvragen
over de presidentsverkiezing
plaats.
Ook de resultaten van de
Tour de France werden na
iedere aankomst minuut na
minuut uitgegeven. Meer dan
200.000 aanvragen heeft de
beroemde „Tour" opgebracht!
Deze kosteloze magneto-
foon-op-platen-dienst wordt
nu uitgebreid. Het publiek,
dat geen abonné van de
S.V.P. is, schijnt er hogelijk
mee ingenomen te zijn. Een
soort inlichtingsdienst zal
nu Ingesteld worden betref
fende het volgende:
Hoe een gezellige avond
door te brengen in schouw
burg of bioscoop;
raadgevingen over de sa
menstelling van het dagelijks
menu en over het kopen van
levensmiddelen;
beursnoteringen en die van
de grondstoffen;
alles wat de vacanties be
treft en het begin van het
schooljaar;
de beste boeken van de
week enz. enz.
Betaalde reclame
Dit alles is bedoeld als be
taalde reclame en een groot
magazijn heeft dan ook al
een emissie lopen over „het
practische leven", waarin de
moeders haarfijn wordt ver
teld, hoe ze in dit warenhuis
en tegen welke prijzen ze
kleren en schoolbehoeften
voor haar kroost kunnen
kopen.
Of het succes zal hebben?
Een telefoongesprek kost 15
francs, een krant eveneens.
Ze krijgt voor hetzelfde geld
oneindig meer inlichtingen
door de betaalde reclame en
bovendien al het nieuws wat
een krant biedt. Maar dit is
misschien het standpunt van
een krantenmens
Toch in de regel kan een
Parisienne zeer goed rekenen
en over het algemeen wordt
verwacht, dat het publiek er
ook zo over denken zal.
Maar die reclame-stunt
daargelaten, Is de S.V.P. een
merkwaardige instelling, die
oneindig veel gemak geeft
aan haar uitgebreide schaar
van abonné's. En bovendien
30 millioen francs per jaar
aan de staat opbrengt.
Het valt dan ook te betreu
ren, dat nog geen andere
minister op zo'n geniale ge
dachte is gekomen
deze werkwijze aan het licht ge
bracht. In het algemeen gebruiken
deze korpsen mist voor binnenbran
den, vooral daar waar dichte rook
heerst. Vet- en oliebranden werden
eveneens met gunstig gevolg door
middel van mist bestreden. Sommige
corpsen melden gunstigè uitslagen
door gebruik van mist in fel bestoven
fabrieksgebouwen, terwijl anderen
wijzen op de geringe schade door mist
veroorzaakt bij branden van chemi
sche producten of electrische inrich
tingen.
De klassieke blusmethode met de
gesloten waterstraal, zoals deze ook
thans nog wordt toegepast, berust
grotendeels op het bevochtigen en nat
houden van de brandbare stoffen. Be-
halve het bevochtigen van brandbare
stoffen, kan men met water ook een
hoeveelheid warmte aan een vuur
haard onttrekken. Indien men b.v. er
in zou slagen de geproduceerde
warm- (verbrandingswarmte) voor
100 procent te absorderen, zal er géén
warmte meer beschikbaar zijn om
zich aan de omgeving mede te delen
en omliggende brandbare stoffen op
hun ontbrandingstemperatuur te
brengen. Het is dus duidelijk, dat het
water bij een brandbestrijding op zo
danige wijze dient te worden aange
wend, dat dit zo snel mogelijk en zo
volledig mogelijk tot verdamping
kan overgaan. Hiermede wordt niet
alleen een grote hoeveelheid warmte
aan de brand onttrokken, doch bo
vendien ontstaat stoomvorming,
waardoor de voor verbranding beno
digde zuurstof wordt verdreven. Het
is dus logisch om aan te nemen, dat
een mechanische manier om water
om te zetten in een toestand, die kou
de stoom dicht benadert, een groter
blusvermogen zal hebben dan een
gesloten waterstraal. De oppervlakte
van een groot aantal kleine water
druppels, waarin een bepaalde hoe
veelheid water is verdeeld is nl. aan
zienlijk groter dan de oppervlakte
van dezelfde hoeveelheid water in
een gesloten waterstraal.
Zoals reeds is betoogd, wordt met
mist onmiddellijk een zeer grote hoe
veelheid warmte aan de brand ont
trokken, waardoor het vuur a.h.w.
„neerslaat". Bovendien maakt de
grote hitte-absorptie het mogelijk de
brandhaard veel dichter te benade
ren, dan met een gesloten straal mo
gelijk is, zodat de vuurhaard inten
siever kan worden bestreden.
In Amerika hebben laboratorium
proeven nl. aangetoond, dat het blus-
effect van mist circa tienmaal groter
is dan van 'n gesloten straal. Aange
zien echter het juiste gebruik van
mist bij een practijkbrand in hoge
mate afhankelijk is van de geoefend
heid en vakmanschap van de brand
weerman, wordt in de practijk een
6 a 7 maal groter bluseffect aange
houden.
MINIMUM WATERSCHADE
Dat door toepassing van mist de
waterschade tot een minimum wordt
beperkt is duidelijk. Zeer handige en
goed geoefende brandweerlieden
kunnen een brand met mist blussen,
waarbij de waterschade nihil is.' Ook
de uitruktijd en aflegtijd is bij de
mistblussing zeer klein, zodat de
brand veel minder gelegenheid heeft
gehad zich uit te breiden tot een zo
danige omvang, dat zij met mist niet
meer te blussen zou zijn.
HOGERE EISEN
Laboratoriumproeven hebben aan
getoond, dat de juiste graad van ver
deling van het water (vernevelings
fijnheid), nodig om mist voor brand
bestrijding te produceren, pas be
reikt wordt bij een druk van ca. 40
atm. aan de straalpijp. Een dergelijke
hoge druk is echter ook nog om an
dere redenen noodzakelijk. Een mist-
deeltje heeft slechts een buitenge
woon kleine „massa". Om nu deze
mistdeeltjes toch over een behoorlij
ke afstand (in brandweerkringen
„worplengte" genoemd) te verplaat
sen dienen zij derhalve een zeer grote
aanvangssnelheid te hebben, hetgeen
met een hoge druk aan de mond van
de straalpijp kan worden bereikt.
Niet alleen is het gewenst om de mist-
straal een behoorlijke worpafstand
te geven, doch het is bovendien zaak
om de mist zo spoedig mogelijk in de
vuurhaard te brengen teneinde te
voorkomen, dat zij „onderweg" voor
tijdig tot verdamping overgaat door
de stralingswarmte van het vuur. Het
ligt voor de hand, dat de drukver-
meerdering waarover men bij de ho-
gedruk mistblussing moet kunnen be
schikken om een goede verstuiving
van het water te verkrijgen, hogere
eisen stelt aan de bluspompen en de
brandslangen.
De nevelblussing betekent voor het
gehele brandweerwezen een belang
rijke ommekeer. Een ommekeer wel
ke ongetwijfeld omschakeling van de
organisatie der brandweer en de
blustactiek tengevolge zal hebben.