Prof. Zijlstra gaf college over con j unctuur politiek Luxemburg tegen zetelverplaatsing van Europese kolen- en staalgemeenschap Imestermg-in-de-diepte than s eerste vereiste Vrede en veiligheid kunnen worden bereikt Pleidooi voor de Luxemburgse argumenten Wijziging Zieken fondssysteem H m f Minister overweegt Studie-uitstel leger opkomst gekoppeld aan verbintenis Nationale Reserve \an de vooravond van een tweede industriële revolutie Concurrentie een normaal verschijnsel o Jl Pakistans ambassadrice wil leren Aetherpiraten een ware plaag In Arnhem viel Roomboterprijs Prins bij onze jongens in Duitsland VRIJDAG 19 NOVEMBER 1954 PAGINA 3 Serieuze onderhandelingen gaande Enkele mensen besturen hele fabriek Vraag en aanbod Conjunctuur- of structuur politiek? K. S. G Broodprijs P. B. O. Middenstandszaken Gasblokkade in Utrecht Vestigingswet Broodbezorging ADVOCAAT VERDUISTERDE f 44.000 Hogere vergoedingen Kennismaking met Nederlands sociaal werk Scheepvaart raakt in gevaar h1;, Jong gezin kreeg vijfduizend gulden ET RUMOER over de loongrensver hoging van de ziekenfondsverzeke- "ring begint langzamerhand wat te verstommen, de sfeer wordt rustiger, al vindt ,.De Telegraaf" het blijkbaar nodig, nog voort te gaan op het eenmaal inge slagen pad, ongeacht de vraag, of zij daarmee de zaak, die zij zegt voor te staan, dient of schaadt. Tot verbetering van de stemming heeft niet dit blad, maar wel een verklaring van minister Suurhoff bijgedragen, dat het niet in de bedoeling ligt door voortdurende ver hoging van de loongrens te komen tot een allen omvattende verplichte zieken fondsverzekering. Op zich zal deze verklaring niet vol doende zijn om sinds lang levend wan trouwen weg te nemen. Zij zegt ook niet veel over de werkelijke intenties. IVel geloven wij, dat er reden is aan te ne men, dat de minister de kwestie na ver hoging van de loongrens tot 6000 wel ke in dit stadium wel niet te vermijden schijnt niet als afgedaan zal beschou wen, maar zich reeds nu bezint op een fundamentele oplossing van het gehele ziekenfondsvraagstuk. Daarbij heeft hij blijk gegeven het contact met betrokken partijen niet te schuwen, zodat wij kun nen constateren, dat onze suggestie niet overijld te handelen, maar diepgaand overleg te plegen, inderdaad is opge volgd. Dit resultaat is zeker niet bewerkt door het optreden van het comité van actie. Integendeel, dit bracht eerder het gevaar mee, de zeer correct opgezette en waardevolle geste van de Studiecommis sie uit het Verzekeringsbedrijf, vervat in de brochure van dr Kunneman, in discrediet te brengen. In discrediet brengen, daartoe worden van. andere zijde overigens voldoende po gingen ondernomen. Het Vrije Volk schreef b.v. Woensdag nog: „Nu komt de aap uit de mouw. Er is nog niets en verder „Met dit luchthartige rondsprin gen. op 'het terrein van de volksgezond heid is geen enkel belang gediend MAAR er is WéL IETS en luchthar tig wordt er gelukkig niet rondge sprongen. Er wordt momenteel' stel- Mg serieus onderhandeld; onderhandelin gen, die naar we menen te kunnen op maken tweeërlei gebied betreffen: in de eerste plaats de situatie, waarin fondsen medewerkers en verzekerden komen te verkeren na de loongrensverhoging tot 6000, welke situatie in beginsel als tij delijk gedacht wordt; vervolgens het probleem, welke definitieve vorm en in houd gegeven moeten worden aan de ziektekostenverzekering, beoordeeld naar de eisen, die aan een dergelijke verzeke ring uit oogpunt van volksgezondheid en persoonlijk belang van de betrokke nen gesteld moeten worden. Op deze wijze wordt tegemoet geko men aan het bezwaar, dat wij onlangs naar voren brachten n.l. dat eenvoudige loongrensverhoging gepaard aan vervul ling van bepaalde voorwaarden, door de medewerkers gesteld, niet kan voor kómen, dat in de toekomst steeds weer moeilijkheden en wrijvingen zullen ont staan. Dat het huidige systeem tal van gebre ken vertoont, wordt vrijwel door nie mand meer ontkend. Loongrensverhoging tot ƒ6000 zou deze gebreken verder accentueren. Dit leidt herhaaldelijk tot conflicten of tot eenzijdige aantasting van rechten. Reeds lang werd naar een oplossing hiervoor gezocht. Men heeft gedacht aan een speciale machtiging van da minister om in conflicten tussen fond sen en medewerkers, te kunnen ingrij pen, maar deze gedachte gelukkig laten varen. Thans zoekt men in de richting van verplichte arbitrage. Maar ook de rechten van verzekerden zijn bij het huidige systeem, dus ook zo lang dit na de l°onKrerisverhoging nog geldend zal zijn, niet voldoende beveiligd. Men voelt het b.v. als onhoudbaar, dat de ziekenfondsraad, waarin de verzeker den zelf eigenlijk maar weinig in te brengen hebben, zonder meer verstrek- kin ven kan toevoegen of schrappen. Vooral het laatste kan tot onbillijkheden leiden Daarom wenst men op dit punt te „tijdige vaststelling door komen tot onPartlJ^ekerden van de deskundigen en ver ze* noodzakelijke verstrekkingen. MEN BESEFT echter - tÉIimi"^]pt|'t hopen wij dat deze en ev andere maatregelen slechts ^vezen betekenen aan een systeem, dat in w en opzet verkeerd is. Vandaar, a gelijkertijd naar nieuwe wegen gez0 wordt, om uiteindelijk bij de wet ee regeling te kunnen treffen, die in gr0 lijnen aanvaardbaar is voor het gehele Nederlandse volk. Het is uiteraard nog niet bekend hoe het schema van deze nieuwe regeling er uit zal zien. Waar schijnlijk zal dit zelfs onderhandelende partijen minister, fondsen, medewer kers, bedrijfsleven nog niet geheel duidelijk voor ogen staan. Maar aan te nemen valt, dat toch niet meer gestreefd wordt naar een simpelweg uitbreiden van het bestaande systeem tot de gehele bevolking. Integendeel er schijnt thans een tendens aanwezig, te zoeken naar middelen om de verantwoordelijkheid weer daar te leggen, waar zij hoort te liggen, d.w.z. enerzijds bij de mensen zelf, die in bepaalde vorm tot risico-ge meenschappen samengebracht ic'le" worden en wel op een wijze, datzij toch niét de gehele verantwoordelijk heid op deze gemeenschappen kunnen a schuiven; anderzijds bij hen die de ge zondheidszorg uitoefenen en een des kundig oordeel kunnen geven over de merites van bepaalde regelingen, zowel voor de individuele burger als de sa menleving in haar geheel. Willen deze risico-gemeenschappen aan hun doel beantwoorden, dan zullen zij een bepaalde mate van zelfstandig heid moeten genieten. Zij zullen bij voor keur geen dwingende uniformiteit moe ten vertonen en niet het stempel van de Staat op zich gedrukt moeten krijgen. Voorkomen moet worden, dat een gigan tische organisatie ontstaat, waarin de mens als persoon verloren gaat. Het particuliere verzekeringswezen zou hier onschatbare diensten kunnen bewijzen, maar het is duidelijk, dat het dan nieuwe vormen zal moeten zoeken en andere wegen bewandel' dan tot nu toe. Het heeft zich reeds bereid en in staat verklaard, zij het nog niet be- 's-GRAVENHAGE, 18 November 1954. Heeft het Nederlandse bedrijfsleven zich wel voldoende losgemaakt van de verstarring van de afgelopen twintig jaar, een verstarring, waarin het begrijpelijkerwijs was geraakt door de crisis van de jaren dertig, door de oorlog en de maar regelen daarna? Deze vraag stelde de minister van Economische Zaken, prof. Zijlstra, in de aanhef van de magistrale, tevens professorale rede, welke hij hield aan het einde van de algemene beschou wingen over de begroting van zijn departement. Er was na de beschouwingen van gisterenmiddag nog een aantal sprekers achteraan gekomen, zodat prof. Zijlstra eerst om vijf uur heden middag aan zijn beantwoording kon beginnen om zijn rede des avonds voort te zetten. trok een parallel tussen onze huidige economische ontwikkeling en die van En geland in de laatste honderd jaar en con cludeerde daaruit, dat men nu moet komen tot een investeringsprogram, maar dan in de diepte, waarbij dus de kwali teitsinvestering op de voorgrond komt te staan. Juist deze zal meer aandacht gaan vragen. Ons investeringsprogram is zeker niet te groot geweest, eerder aan de krappe kant. Het laat zich aanzien, dat wij staan aan de vooravond van een tweede indu striële revolutie. De plastics, de atoom energie en het electrisehe besturen van de industriële organen vestigen de overtui ging, dat deze ontwikkeling zal doorzet ten. Dan zullen hele fabrieken door en kele mensen kunnen worden bediend! Daarvoor zijn kostbare kapitaalsinveste- professoraal, magistraal Dr ZIJLSTRA Nu men eindelijk meer normale toestan den heeft bereikt, aldus minister Zijlstra, beseft men nu wel, dat concurrentie een normaal verschijnsel is? Soms lijkt het er nl wel op, of men prijsconcurrentie moreel niet verantwoord acht. Hji richtte zich tegen kartellering en prijsafspraken, die de calculatie en daarmede de eigen ver antwoordelijkheid ondermijnen. Dit'leidt tot overheidsinvloed, welke wel uitzonde ring mag zijn, maar geen regel mag wor den. Volgens de minister gaf de economische organisatie intussen reden tot enige be zorgdheid. In dat opzicht gaf hij als voor beeld de zes procent loonsverhoging, die concurrentiebelemmerend kan werken voor sommige bedrijven. In dergelijke ge vallen zou er dispensatie voor prijsver- hoging kunnen worden verleend, zoals j ringen nodig en het is noodzakelijk zich b.v. voor bepaalde takken in de bouw industrie. De minister deelde mede, dat er daarnaar onderzoekingen gaande waren en dat hij de resultaten daarvan aan de vaste commissie voor Economische Zaken wilde overleggen. De aanvang van de rede van de mi nister was een groots opgezette vaststel ling van onze economische plaats. Hij had zo het gevoel, dat deze nog niet geheel was aangepast naar boven, waarvoor hij wees op de huurverhoging en de melk- subsidie. Wij moeten meer investeren-in de-diepte, dat wil zeggen zorgen voor een betere productie en verhoging van de ruilvoet. De minister stelde zich allerlei vra gen: of deze loonronde, die een wel vaartsronde wordt genoemd, schijn of wezen is. Of de structuurpolitiek moet worden herzien. Of deze geen conjunc- tuurpolitiek zal moeten zijn. Of zich niet een inflatie aan het ontwikkelen is en of deze dan door de overheid is ver oorzaakt. Of onze export dergelijke loonronden kan verdragen. Naar aanleiding van deze vragen con fronteerde hij de economische plaatsbe paling van Nederland met problemen van structuur en conjunctuur. De minister daarop vroegtijdig te bezinnen. Minister Zijlstra riep een heel toekomstbeeld op van een ontwikkeling;, die veel meer vrije tijd te zien zal geven, wat ook weer pro blemen zal oproepen. Hij zette uiteen, dat de productie in het algemeen sinds 1938 met 20 procent is gestegen, maar de ruilvoet met 14 procent is verslechterd. Maar ten opzichte van 1938 is er nog ruimte v.oor een welvaarts stijging van 5 a 10 procent per hoofd van de bevolking. Spr. vroeg zich ook nog af of het mogelijk zou zijn op den duur de loonronden af te stellen op de bedrijfs tak. Na een uitvoerige uiteenzetting over in flatie en deflatie ging spr. er van uit, dat in vijf jaren het prijsniveau niet 25 pro cent was gestegen. Wat doen wij daaraan? Moet men het aanbod uitbreiden? Het productie-apparaat is reeds geheel bezet. Of moet men de totale vraag gaan be snoeien? De vraag van het buitenland heeft men echter niet in de hand, even min als de investeringsuitgaven voor het binnenland. Het enige is dan de over heidsbesteding in te krimpen. De inkrim ping van bestedingen in het binnenland zou de buitenlandse vraag opvoeren. En zo kwam de minister dan tot zijn inves- teringen-in-de-diepte, tot verbetering van productie en ruilvoet. Wat betreft de vraag, of wij onze struc tuurpolitiek moeten onderbreken of tem peren met het oog op de conjunctuur, constateerde spr., dat beperking van de binnenlandse consumptie wel zal leiden tot vermeerdering van de deviezenvoor raad, maar niet tot vermindering van de vraag. Vervolgens, dat Nederland de con junctuur ondergaat, maar haar niet maakt. Ten derde, dat de huidige hoogconjunc tuurverschijnselen alleen in West-Europa zijn waar te nemen en nog niet eens jn alle landen van West-Europa', dat de Ver. Staten een aarzelende conjunctuur te zien geven en de wereldconjunctuur zeker niet gunstig is. Aan een conjuncturele voor stelling wilde de minister zich echter niet wagen, omdat men nu eenmaal geen con junctuur voorspellen kan. Ten vierde constateerde spr. dat de hoogconjunctuur in West-Europa geen inflatoire conjunctuur is, maar een nor maal groeiproces en dat het daarom niet is aan te bevelen op internationaal terrein over te gaan tot bestedingsbeperking, in dien dat nog mogelijk zou zijn en ten slotte, dat men 'oog moet hebben voor de quantitatieve verhoudingen, wanneer men het heeft over 'n tekort van b.v. honderd duizend arbeiders. Men moet Öan niet ver geten, dat een klein vleugje tegenwind en een normaal accres dat wel wegwerken De minister achtte het op dit moment niet opportuun maatregelen te treffen, die stimulerend werken op de omvang van de investeringen Zjjn conclusie was, dat men moet vast houden aan de eisen, die de structuur van onze economische politiek stelt. De K.S.G. bevond zich, volgens de mi nister, in een phase, waarin men zeer behoedzaam moest zijn om geen brokken te maken. Hij achtte het niet reëel om nu bij de K.S.G. aan te dringen op een ge meenschappelijke conjuncturele politiek. De O.E.E.S. achtte hij daarvoor eveneens minder geschikt. Een mogelijkheid daar toe zag hij echter wel in de Benelux, waarin men een beraad zou kunnen voeren over het te voeren conjuncturele beleid Prof. Zijlstra achtte het moeilijk Japan uit het G.A.T.T. te houden. Wat betreft een erecode voor de exportpolitiek in de O.E.E.S.. deelde de minister mee, dat op basis van bet Britse accoord de bespre kingen werden voortgezet, op het gebied van <J etarieven was van een perspectief zelfs sprake. Met mr Blaisse (K.V.P.) betreurde de minister het heengaan van de heer Mon- net uit de K.S.G.men kon slechts hopen, dat hij een opvolger zou krijgen met een Europese visie en met veel doorzettings vermogen. Voor het industriële beleid in de ont wikkelingsgebieden waren besprekingen gevoerd met minister Beel en de Commis sarissen der Koningin in de meeste be trokken gebieden. Het beraad was nog gaande; de minister had daarover nog geen uitgesproken mening. het aardgas uit het Noorden aan hel kraakgas van Pernis zal moeten komen Daarvan hangt de mogelijkheid af, om een nationale gasfabriek op te richten H<t Utrechtse plan is duidelijk in strijd met het nationale belang. De minister zal nog een uiterste poging doen om Utrecht en de andere betrokken gemeenten hiervan te doen afzien. De subsidie voor de Consumentenbond verdedigde minister Zijlstra als een aan moedigingssubsidie, een tijdelijke subsidie dus. De producenten kunnen beter dan de consumenten hun stem laten horen. Daar om vond de minister een subsidie aan de consumenten op haar plaats. Wat de broodprijzen betreft deelde de minister mede, dat het kabinet had be sloten tegelijk met de maximumprijzen ook de minimumprijzen los te laten. „Thinking can never be killed b.v bru- kan men de V. tality", denken kan nooit worden gedood j verwijt maken, door bruut geweld, zo zei Trygve Lie, de voormalige secretaris-generaal van de Verenigde Naties- De toekomst van de we reld zal niet worden beslist door de wa pens, maar door de sociale vooruitpang. Zij zal worden beslist door de volkeren, die lijden en hongeren. Er zijn op de totale wereldbevolking 1500 miliioen mensen, die gebrek hebben, die om kleding vragen, om bestrijding der ziekten en om meer. Zij zijn beslissend over de vraag: com munisme of democratie? De technische Hqt afschaffen van deze minimumprij- hulpverlening is de meest belangrijke zaak zen zou men alleen dan met effect kun- jom 6e democratie te redde nen bestrijden, indien men zou kunnen j Trygve Lie besloot daarmee een praatje, bewijzen, dat er dan een chaos zou ont- I dat hij gistermiddag te Den Haag ^in een staan en dat bewijs is niet geleverd. Bij het ontstaan van desastreuze eoncurren- tie zal piaatseliik worden nagegaan, wat er moet geschieden. Daarna was het woord aan minister De Bruijn, die opnieuw een uiteenzetting gaf van de positie van het bedrijfsleven ten aanzien van de P.B.O. Hij deelde mede, dat de instelling van een product'schap- zuivei in bespreking was bij de minister raad en legde er de nadruk op. dat di recte overeenstemming met het bedrijfs leven niet altijd nodig was. Men moet ook nagaan of het algemeen belang of het be drijfsbelang instelling noodzakelijk of wenselijk maakt. De instelling van een be drijfschap voor de vleeswarenindustrie zal binnenkort in het Staatsblad komen, de oprichting van een P.B O.-orgaan voor de schoen-, zeep-, lederwaren- en edel metaalindustrie was in behandeling bij de S.E.R. Ook de regering was voor econo mische bevoegdheden voor de schappen, maar wilde zoveel mogelijk rekening hou den met het standpunt van de bedrijfsge- noten. De bestuurders der schappen moes ten echter niet een gilde van beroepsbe stuurders worden; zij moesten deskundig ziin, maar er was geen reden om artikel 75 van de wet op de P.B.O. nu reeds te herzien. Eerst moest zich dienaangaande nog een praetijk vormen en deze practijk moest men afwachten. Wat een hoofdbedrijfschap voor het am bacht betreft, verwachtte minister De Bruiin. dat de S.E.R.niet spoedig tot een standpunt zou kunnen komen. Hij zal overwegen, wat de centrale overheid zou kunnen doen in de agrarische sector, daar waar geen productschappen worden .Inge steld. Het verf Drol eet was teruggenomen, omdat de verffabrikanten bezwaar hadden tegen het opnemen van arbeiders in bet orgaan. Na nog enkele opmerkingen over de be zitsvorming sprak tenslotte staatssecreta ris Veldkamp over middenstandsaangele- genheden. Hij onderstreepte een opmer king van de tieer Van de Heuvel (KVP), dat de resultaten van de Middenstands nota niet direct werken, maar op termijn. Dat <3e middenstandsvoorlichting nog niet op gang was, kon men ook moeilijk ver wachten, daar de gelden daarvoor eerst op de begroting van 1955 waren gevoteerd De dienst was echter volop in voorberei ding en het was de bedoeling een doel treffende middenstandsvoorlichting te ontwikkelen. Indien de voorlichting van particuliere organisaties doeltreffend zou zijn, zal hij een gereed project gaarne op zijn merites onderzoeken om te zien of dit gesubsi- N. niet al veel een Het is een vrijwillige organisatie en zij heeft geen souvereini- teit, met uitzondering van enkele artike len voor de Veiligheidsraad- Er is wel eens gezegd, dat de V. N. wel eens aan prestige verliezen. „Wij hadden verder te gaan, omdat de wereldzaken een andere keer namen dan wij hadden verwacht. In Februari 1946 begon er een koude oorlog. Die is nog niet over, al is er sprake van een ingetreden verbetering". De stichting van de NATO was de enige weg, die de V. N. konden volgen vooi het bereiken van het doel: vrede en veilig heid. Als oud-secretaris-gciieraal der V. N. met al zijn ervaring, wilde hij nog altijd beweren, dat als er een kans is op het bereiken van die vrede en veiligheid, wjj hebben te staan achter de regeringen ten einde een sterke macht te hebben om die vrede te bereiken. Er zal een tijd komen, zo zei hij, dat we zaken kunnen doen. dat het gezond verstand de overhand zal heb ben. De aandacht moet gevestigd blijven op Duitsland Berlijn op het midden- Oosten en op Azië, wil men de wereld vrede verwezenlijkt zien. Tenslotte sprak hij nog in het kort over de zeer belang rijke zaak van de technische hulpverle- tot in de uiterste hoeken gevulde Rolzaal hield, op uitnodiging van de Haagse afde ling van de Vereniging voor In'ernationale Rechtsorde en het Ned. genootschap voor internationale zaken. In de aanvang sprak hij zijn bewonde ring uit voor ons land, vooral met betrek king tot ons actieve aandeel in het werk van de Verenigde Naties. Hierna sprak hij over zijn land, Noorwegen, dat met Ne derland zoveel dingen gemeen heeft, Hij schetste de oorlogsjaren en vertelde van bet gezamenlijke streven, om na de oor log alles op te bouwen, de V. N. kwamen tot stand. Die wereldorganisatie heeft te- leurstellingen opgeleverd, maar daarvan ning voor de onderontwikkelde gebieden- Bjj de bespreking van het gasbcleid kwam ook het Utrechtse plan voor de op richting van een koolgasfabriek ter sprake. Dit betekent, volgens de minister, een blokkering van een nationale gasvoorzie- ning, omdat in Utrecht de koppeling van dieerd zou kunnen worden. Hif wilde dus het initiatief van het bedrijfsleven af wachten. Een kwalitatieve versterking van het directoraat-generaal was zelfs met een honorering tegen topsalarissen met moge lijk gebleken. De staatssecretaris zocht nu naar een andere oplossing. Dat er in. de middenstands wet. ge ving te veel geregeld werd. kon hij niet geheel onderschrijven. De wetgeving was een ai- stemmen op bijzondere situaties. De inwerkingtreding van de Vestigings wet bedrijven op 1 Januari 1955. waarnaar de heer Van de Heuvel ook had gevraagd, betekende volgens de Staatssecretaris, dat het besluit algemeen vestigingsverbod kleinbedrijf zou komen te vervallen en dat er o.a. een geleidelijke ombouw zou moe ten komen van de erkenningsreglementen. Het reglement vestiging in de N.O -polder zou geleidelijk moeten worden verlaten. De staatssecretaris deelde mede, dat het in zijn voornemen lag, bij de wijziging van de Winkelsluitingswet 1951 de broodbezor- ging na acht uur ook voor de fabrieken toe te laten. Wat de geverbaliseerde ge vallen betreft, zal hfl een soepele afwer king trachten te bevorderen. Hij kon geen toezegging doen, dat een nieuwe wet betreffende de uitverkopen en opruimingen nog vóór 1 Juli 1955 het Staatsblad zou bereiken. Dat zou voor een groot deel van de medewerking der Ka mer zelf afhangen. Tenslotte deelde hij mede, op een desbetreffende vraag, dat het Institut National des Brevets niet naar Parijs zal worden overgebracht. Hierna werden de replieken gehouden, waarop de beide ministers en de staats secretaris morgen nog zullen antwoorden. F. S. Het aantal vrijwilligers der Nationale huidige tijdsgewricht onvoldoende voor ogen staan en dat een geringe bereidheid bestaat om vrijwillig bepaalde militaire verplichtingen op zich te nemen. Reserve, dat nodig wordt geoordeeld is nog niet bereikt, aldus de minister van oorlog in de M.v.A. op de begroting van Oorlog. De maatregelen, waarop bij de behan deling van de laatste defensienota werd gedoeld, zullen behelzen, dat aan dienst- plichtigen, die wegens studieredenen uit- j Een jayj- g/j drie maanden geëist stel van eerste oefening vragen, zodanig uitstel alleen zal worden verleend indien zij De Officier van Justitie bij de recht- voor de duur van dit uite"tel,"ëen"ver- j bank te 's Hertogenbosch, mr A W. baron voor ne auur van imhoff, heeft gisterenmiddag tegen bintenis sluiten bij de Nationale Reserve. De minister is van mening, dat de voor het personeel van de Nationale Réserve geldende voorzieningen op enkele punten kleine verbeteringen kunnen ondergaan. Zo is thans in overweging om de gere geld tweejaarlijkse uitkering wegens tot tevredenheid verrichte dienst te veran deren in een halfjaarlijkse uitkering, welke wordt berekend naar een grond slag van 1.25 voor elke z.g. oefenop komst. Voorts wordt overwogen de vrij willige opkomst voor herhalingsoefenin gen te stimuleren en deswege de ge oefendheid te vergroten door de hier voor bedoelde halfjaarlijkse uitkering te verhogen met 5 voor elke dag van vrij willige werkelijke dienst, met een maxi mum van 10 dagen per jaar. Verhoging van het maximum van de loondervings vergoeding voor adspirant-vrijwilligers bij arbeidsverlet wegens het ondergaan van een medische keuring van 8 tot 14 per dag zal eerstdaags plaats vinden. Wat de reden is. dat de Nationale Re serve nog niet op voldoende sterkte is, kan de minister slechts bevroeden. Naar zijn mening is de oorzaak daarin te zoe ken, dat aan een groot deel van het Nederlandse volk de gevaren van het De zetel van het Gerechtshof van de E.K.S.G. te Luxemburg. de 35-jarige advocaat en procureur mr H. W. wegen verduistering een gevange nisstraf van een jaar en drie maanden met aftrek geëist. Verdachte, die in het Huis van Bewaring te 's Hertogenbosch verblijft, had verstek laten gaan, hetgeen door de rechtbank was verleend. Hier door kon zijn raadsman, mr Van der Putt uit Eindhoven, geen pleidooi houden. Dit zou alleen mogelijk zijn geweest, in dien de raadsman gemachtigde was. Mr W. werd beschuldigd van drie ver duisteringen, in totaal belopend een be drag van bijna 44.000. Alleen deze verduisteringen heeft de officier ten laste gelegd. Valsheid in geschrifte en op lichting noemde hij terloops in zijn requisitoir. Een bedrag van 22.000 verduisterde verdachte als curator in twee faillissementen en het resterende bedrag was afkomstig van de schade vergoedingen, die de gemeente Tilburg had te betalen aan inwoners van Oister- wijk ingevolge de vervuiling van de Voorste Stroom, een zijtak van de Dom mel. De bijna halve ton, die met deze ver duisteringen is gemoeid, is nagenoeg m een paar jaar tijd aan pleziertjes ver dwenen. De officier achtte het vreemd, dat de confrères van mr W. de geld- verkwisting niet signaleerden en de gang van zaken niet hebben doen keren. Mr W. heeft zich einde Mei van dit jaar vrijwillig bij de officier gemeld. De rechtbank zal over veertien dagen uitspraak doen. De ambassadrice van Pakistan, Begum Liaquat Ali Khan. heeft de minister van Maatschappelijk Werk verzocht haar met een aantal specifieke aspecten van het maatschappelijke werk in ons land in aanraking te brengen. Als gevolg van dit verzoek zal zij in de komende maan den een aantal instellingen en organisa ties van maatschappelijk werk bezoeken, waarbij zoveel mogelijk aan een sprei ding over het gehele land wordt gedacht. Het is haar wens daarbij vooral met maatschappelijk werksters zelf en de di verse vrouwenorganisaties in contact te komen. De minister van Maatschappelijk Werk zal de ambassadrice in gezelschap van mej. W. Hillen, raadadviseur in algemene dienst bij zijn departement, op enkele van deze tochten begeleiden. De eerste keer zal mr F. van Thiel met de Begum Oost-Brabant bezoeken en wel op Don derdag 25 November a.s. Het ligt in het voornemen eerst de Doofstommen-in richting te Sint Michielsgestel te bezich tigen. Het gaat daarbij vooral om de maatschappelijk-werk-aspecten van deze minder-validen-zorg, zodat speciale aan dacht zal worden besteed aan het werk van de maatschappelijke werkster, die actief is bij de aanpassing aan de nor male samenleving van patiënten en oud-patiënten dezer instelling. In de namiddag zal de sociale gezinsverzor ging in Eindhoven worden bezocht. Tijdens de behandeling van drie zaken tegen z.g. aetherpiraten voor het Arn hemse gerechtshof heeft een hoofd-em- ployé van de P.T.T., tevens ambtenaar van de radiocontröledienst, die als ge tuige werd gehoord en die door middel van peilingen in samenwerking met de Rij'tpolitie de daders wist op te spo ren, gisteren o.m. verklaard, dat het voorkomt, dat er in Twenthe soms der tig tot veertig clandestiene zenders te gelijk in de lucht zijn. Men staat tegen over een welhaast onmogelijke taak deze alle op te sporen. Van de zijde van de loodsdienst te Delfzijl is zelfs ge klaagd, over de hinder, die men daar van de aetherpiraten ondervindt. Hun zen ders zouden tot ver over de honderd kilometer last voor de scheepvaart ver oorzaken. De drie verdachten, die terecht ston den in hoger beroep, waren de 32- jarige Enschedese stukkenkeurder G. J. E„ de 18-jarige textielarbeider A. K. uit Tubbergen en de 27-jarige textiel arbeider B. D. uit Losser. Zij zonden resp. uit onder de schuilnamen „Rood borstje". „Vrolijke Frans" en „De Goud vink". Zij werden alle drie op heterdaad betrapt De advocaat-generaal mr N. S. Hoek stra, kondigde strengere maatregelen en straffen aan, wanneer aan deze hoogst ongewenste, toestand geen einde komt. Het aantal verbalen in dit soort zaken stijgt onrustbarend en heeft reeds tot strafverhoging geleid. Hij verklaar de. dat hij in dit geval nog zou mee gaan met de door de rechtbank opge legde vonnissen van 12 weken gevan genisstraf, waarvan 6 voorwaardelijk, met drie jaar proeftijd. De volgende maal kunnen dergelijke verdachten, zo zeide hij, op onvoorwaardelijke veroordeling rekenen. wezen. Maar alleen, zonder medewer king van andere betrokken groepen, zal het nooit in dié mate zijn bijdrage tot de oplossing k"nnen leveren' nood zakelijk is, om deze aanvaardbaar te doen zijn. T t ET BELANGRIJKE winstpunt van u deze, wanneer nen en te hopen valt datM zij gepubliceerd worden t zen er op, dat dit binnen afztenbate tijd het geval kan zijn niet met en strijdkreten van bepaalde zij paard zullen gaan. Wij begrijpen, dat er nog te moeilijkheden te overwinnen zijn v een nieuw systeem kan worden bere Wijziging te brengen in de positie ^an e overheid en van het georganiseeide e drijfsleven ten opzichte van de regeling der ziektekostenverzekering, zal mis schien het moeilijkste punt vormen. Maai zonder bepaalde radicale maatregelen zullen wij nooit uit het slop geraken. Het geeft ons in zekere zin voldoening te bemerken, dat de gedachten thans meer in de richting schijnen te gaan, die in het verleden herhaaldelijk hier ter plaatse is aangegeven. Dit zegt nog niet veel over het uiteindelijke resultaat, maar mag toch reeds als een winstpunt worden aangemerkt. UlnJ Jil kat 11 (Van onze Brusselse correspondent) LUXEMBURG, November 1934. Men is in het Groot-Hertogdom Luxemburg allesbehalve ingenomen met het inzicht der regeringen van Frankrijk en Duitsland om, ter gelegenheid van het sluiten der overeenkomsten betreffende de Saar, bij de andere landen, die lid zijn van het Schumanplan, aan te dringen om de zetel van de E. K. S. G. van Luxemburg naar Saarbrücken te verplaatsen. De president van de regering, dr Joseph Beck, antwoordende op een vraag van het congres der Katholieke sociale partij, waartoe hij behoort, en waarin op het bieden van weerstand werd aangedron gen, heeft zonder omwegen verklaard, dat zijn'regering niet met de verplaatsing van dé E.K.S.G. zou kunnen instemmen. Ook de socialistische minister van economische zaken, de heer Rasquin, sprak in dezelfde geest. Volgens de bepalingen van artikel 77 van het E.K.S.G.-tractaat, moet er een algemeen en unaniem accoord zijn voor het vestigen van de zetel. Dit voor ogen houdend, vraagt men zich af, hoe het Frans—Duits voorstel kans van slagen zou kunnen hebben. Met name stellen de Luxemburgers de vraag, welke, in de gegeven omstandig heden, de houding zou zijn van de andere partners van de Gemeenschap en meer speciaal die van de twee Beneluxpartners. De R.K. „Luxemburger Wort", die zich in een uitvoerig artikel eveneens met deze kwestie bezighoudt, vraagt met welk recht de Franse ambassadeur in het Saargebied, de heer Gilbert Grandval, onlangs via een Frans blad heeft verklaard „dat het van zelfsprekend is, dat de Gemeenschap Luxemburg (voorlopige zetel) zal verlaten, al ware het alleen maar om trouw te blij ven aan een algemeen accoord, dat in dit verband op 23 Juli 1952 te Parijs, in de ministerraad van de E.K.S.G. zou geslo ten zijn". Een ontkenning „Nooit", zegt het Luxemburgse blad, „werd 'n dergelijke overeenkomst gesloten en het doet op zijn minst genomen vreemd aan, dat de heer Grandval zich heeft ge leend tot het uitspreken van woorden, waarvan kan worden beweerd, dat zij de feiten verdraaien". Strikt genomen, zeggen de Luxembur gers, biedt Saarbrücken geen enkel voor deel boven Luxemburg. Dat zou ook de indruk zijn van ambtenaren der Gemeen schap, die in de loop der laatste weken op discrete wijze de situatie te Saar brücken zijn gaan verkennen. Luxemburg heeft belangrijke openbare gebouwen aaq, hun vroegere bestemming onttrokken ten dienste van de vreemde gasten. Met hetzelfde doel moesten andere gebouwen worden opgetrokken. „En wie zou de verantwoordelijkheid nemen", vraagt de „Luxemburger Wort", „van de astronomische uitgaven, die met die reusachtige verhuizingen van bu reaux en appartementen zouden gemoeid zijn?" Het is de Luxemburgers niet onbekend, dat het Frans—Duitse voornemen van de verplaatsing van de E.K.S.G. naar Saar brücken werd opgevat zonder enig vooraf gaand contact met de vier andere geïnte resseerde landen. Daarom vraagt de „Lu xemburger Wort": „Zou de verwezenlij king van hét éne Europa zich beperken tot die enkele FransDuitse dialoog, waarbij de andere landen zich zonder meer zou den moeten neerleggen? Het Europa van morgen zal, om niet bij voorbaat tot mis, lukking te zijn gedoemd, in een democra^ tische geest moeten evolueren, zich be wust zijnde van de égards, die het aan allen, en vooral aan de zu rksten ver schuldigd is". Intussen heeft de Belgische katholieke oud-minister en oud-voorzitter van de s aat, dr Paul 7 ruije, die bovendien lid is van de Assemblée van Straatsburg, zon der omwegen geschreven, dat de - beslis sing in kwesties als de onderhavige niet aan Frankrijk en Duitsland alleen toe behoren, maar dat het de taak is van de zes, buiten sentimentele en eng- nationale overwegingen om, hun eigen keus te doen, met het oog uitsluitend op het hoger belang van de Gemeenschap. De Luxemburgers vallen de Belgische staatsman natuurlijk daarin bij. Het Groot-Hertogdom dringt er dan ook met klem en kracht van argumenten op aan, dat de zetel van de E.K S.G. in zijn hoofdstad zal blijven, en men dat land niet het voordeel zou afnemen van een instelling, waarvoor het veel offers heeft gebracht. De Roomboterprijs van 5000 is te Arnhem gevallen. Gisterenmiddag is deze uitgereikt door de directeur van het Ne derlandse Zuivelbureau, de heer H. Dor- las. De heer R. Smallenbroek, St Peter laan 49, Arnhem bleek de gelukkige te zjjn. Toen de winnaar gistermiddag half drie te zijnen huize deze som werd uit gekeerd, was hij door het dolle heen van vreugde. Zijn vrouw was jammer genoeg niet thuis. De heer Smallenbroek is nog slechts een jaar getrouwd en werkzaam als sergeant magazijnmeester bij de Luchtmacht Electronische School op Schaarsbergen. „Wat hij mét al dat geld wel ging aanvangen?" „Voorlopig eens goed uitkijken. Na tuurlijk wat betere meubeltjes zullen er nu wel af kunnen", verklaarde hij be dachtzaam. Naast de 5000 die hij met zijn slag zin „Roomboter op het brood voor het hele gezin, getuigt van goede smaak in dubbele zin" kreeg uitgekeerd, mocht ook de leverancier K. v. d. Veer Jac. Cremer- straat een bedrag van 1000 in ontvangst nemen. Hoe deze dat wel vond: „Nou als het een tientje was geweest, was ik er niet voor gekomen., maar dit is wel een gang waard." Prins Bernhard heeft gisteren een bezoek gebracht aan Nederlandse troe peneenheden, die in Duitsland aan het oefenen zijn. Z.K.H. vloog gisterenmor gen naar een vliegveld in de buurt van Hannover en keerde 's middags laat naar Valkenburg terug om in Den Haag nog een vergadering bij te wonen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 3