witte doek
Uitstekende verhalenbundel
in de „Zonnewijzer''
/i Jiff
PAUL ROTHA IN NEDERLAND
Prismaboeken voor liefhebbers
F?rweer tegen een felle aanval
Vers van
de
pers
Gele ossen in Taipei worden gouden ossen
mm
Rumoer rond boek over
Mata Hari
Hans van Bergen
lorum
Ze doen liet nog best
ZATERDAG 18 DECEMBER 1954
PAGINA
Vervalsingen
Ook nationale industrie
Zelfs de nationale filmindustrie profi
teert van de stijgende filmhonger. De
productie, die voor een groot deel in
Uitgever stond terecht
Met de filmcamera door Afrika. Pater Gordon H. h ournier
terug in Rome. Een tweede dr Schweitzer. De bekering
van de Dagari. Engelands meest succesvolle film. Een
tussenweg bestaat niet meer. De Mille rukte op naar Luxor.
Zwembad op het dak. „Als de ouwe Nijlwater had
gedronken'. De Mille-legende in actie. „Wie die vent
ook is, hij is ontslagen Rapporten over kwetsuren in
Tripoli. Christian Jaque aan de andere kant van de
camera. Pillen tegen luchtziekte in de bioscoop. Walter
Pidgeon (57 jaar) denkt nog niet aan uitscheiden. Film
acteur Jack Chefe maakte promotie. Richard Burton als
Alexander de Grote.
MAANDBLAD VOOR FILMVRIENDEN
Medicus aan het f ront
Avonturier - schatgraver
Puzzleboek
FILMBIOGRAFIE VAN
FRANKLIN D. ROOSEVELT
Zij, die van „De Mantel"
leven
(Van een bijzondere correspondent)
Dat de eerste CinemaScope-film „De Mantel" een financieel succes is ge
worden mag wel bekend worden geacht: 30 millioen dollar heeft de 20th
Century Fox Film, dank zij de ondernemende directeur Darryl F. Zanuck, die
het initiatief nam, er aan verdiend.
Natuurlijk hebben ook de theaterexploitanten over de gehele wereld, die
het nieuwtje aandorsten, er danig van geprofiteerd. Zelfs de onderwereld
is op de lucht en het gerinkel van de dollars afgekomen om er langs de
zonderlingste wegen óók een slaatje uit te slaan. Misschien niet zozeer in ons
brave vaderland, maar toch wel in gebieden en oorden waar andere opvat
tingen en gewoonten heersen dan bij ons. In Taipei op Formosa bijvoorbeeld,
dat 700.000 op de film verzotte inwoners telt en gezegend is met 17 bioscopen,
waarvan er 5 r/tet 1000 tot 5000 plaatsen en 12 met 500 tot 800 plaatsen, is
de stormloop zó groot, dat er dagelijks lange rijen begerigen urenlang hun
beurt afwachten.
t
Hoewel de bioscopen er 5 tot 6 voor
stellingen per dag geven, kunnen zij aan
de Cinemascope-lust nauwelijks voldoen.
Het instituut van het plaatsbespreken is
er onbekend. Dies moet men er enkele
uren in-de-rij-staan voor over hebben.
Dat deed een bloeiende zwarte handel
ontstaan. De zwarte handelaren zijn ge
organiseerd in bendes, die onderlinge af
spraken en overeenkomsten hebben,
elkaar niet hinderen en buitenstaanders
eendrachtig weren. Ze worden „gele os
sen" genoemd en danken deze scheld
naam aan het feit, dat een gele os in
China een laagstaand en verachtelijk dier
is, dat niet eens schouders heeft om ver
antwoordelijkheid te dragen.
De „gele ossen" nu, dringen zich stra
tegisch tussen de rijen der wachtenden en
kopen zoveel mogelijk plaatsen op. Die
verkopen ze de weer met een zacht
winstje aan gen. „zuchtigen. Op die ma
nier verdienen ze een paar kwartjes per
plaats. Er zijn maar twee rangen in de
bioscopen: boven en beneden. Een plaats
beneden kost 1, boven 1,50. De
zwarte prijzen zijn resp. beneden 1,25
tot 1,75 en boven 1,75 tot 2,50.
's Zondags zijn de prijzen iets hoger en
verder variëren ze naar gelang van de
populariteit van de film. Voor „De Man
tel" steeg de koers tot recordhoogte:
3,75 beneden en 6.25 boven. Ook de
„Glenn Miller Story" bracht een hausse
teweeg.
Onder de handelaars zijn er ook, die
vervalsingen plegen, welke voor de
slachtoffers onaangenaam kunnen zjjn.
Ze veranderen de plaatsnummers tot die
van een betere rang, zodat de argeloze
koper in het donker op de schoot van
een legale bezoeker terecht komt en dan
begint er natuurlijk een pijnlijk en sto
rend gevecht om het „recht". Er zijn ook
„gele ossen", die zelf kaartjes drukken
en aan de ingang der bioscopen aan de
man brengen.
De hogere leiding der politie poogt
deze practijken weliswaar te bestrijden,
maar de gewone agenten werken niet
bijster mee. Die voelen er niets voor
moeilijkheden met de bendes te krijgen
of om in een stille straat een pak slaag
op te lopen. Er zijn er, die het met de
„rackets" op een accoordje gooien en
zodoende in de winst meedelen. In ruil
voor hun diensten verplichten de „gele
ossen" zich dan om niet vlak onder hun
ogen te opereren. Af en toe verschijnt
er met veel vertoon een groep hoge of
ficieren ten tonele. Dan vallen er klap
pen en slachtoffers. Meestal echter on
der de „kleine zelfstandigen", want de
bendes zijn meestal wel gewaarschuwd.
Een beroep, dat de politie op het pu
bliek deed om niet van de zwarte han
delaren te kopen, heeft weinig uitge
haald. De mensen, die liever een paar
kwartjes meer betalen dan enkele uren
in de brandende zon te staan, reageren
er eenvoudigweg niet op. Nu heeft de
politie ten einde raad een enquête onder
het publiek en de exploitanten uitge
schreven om tot een oplossing te komen.
Men oppert allerlei maatregelen, zoals
het later opnemen van de cassa's, het
instellen van meer cassa's en het ver
plichten om direct na het kopen van een
kaartje naar binnen te gaan. Maar nie
mand trekt er zich iets van aan en de
zwarte markt tiert ongestoord verder.
Honkong tot stand komt, levert zowel
aan Formosa als aan communistisch
China. De films zijn natuurlijk aange
past aan de speciale smaak van de beide
landen. Inmiddels hopen de zwarte han
delaren, dat de stroom van Amerikaan
se Cinemascope-films maar blijft aan
houden. Nu, voorlopig is er nog wel wat
te wachten, want het productieschema
is nog lang niet uitgeput, hetgeen we in
ons land genoegzaam kunnen constate-
ren. Het ziet er dus voor de „gele ossen"
in Taipei wel rooskleurig uit. Die ver
dienen er 2,50 tot 5 per kaartje aan,
zodat ze zich wellicht spoedig uit het
bedrijf kunnen terugtrekken om als
„gouden ossen" rustig van „De Mantel"
te gaan leven.
Ph.
Men verweet ons laatst in een uit
voerig schrijven, dat onze rubriek op
de planken verworden is tot een af-
braak-geschrijf van alles wat het W.K.A.
doet. De brief was niet afkomstig van
het W.K.A. zelf, maar van een onzer
lezers. Op de eerste plaats zouden wij
de toneelverenigingen aangeraden heb
ben, om de toneeladviseurs, die toch
aangesteld zijn met medeweten van de
geestelijke adviseur en stuk voor stuk
bekwame vakmensen zijn, niet te raad
plegen.
Wij twijfelen geenszins aan de vakbe
kwaamheid van de aangestelde provin
ciale toneeladviseurs. Integendeel zijn
wij absoluut zeker van hun vakbe
kwaamheid. Ons bezwaar gold dan ook
geenzins hun vakbekwaamheid. Ons be
zwaar steunde veeleer op principiële re
denen.
De provinciale toneeladviseurs wor
den benoemd zowel voor de W.K.A.-
verenigingen als voor de N.A.T.U. ver
enigingen. Iedere provincie beschikt
over slechts één adviseur. Zij worden
door de N.A.T.U. benoemd in overleg
met het W.K.A. Nu weet ik niet in
hoeverre het W.K.A. de benoeming van
een of ander toneeladviseur kan tegen
gaan; ik weet echter wel, dat de in
vloed van de N.A.T.U. zeer sterk is. Wij
mogen natuurlijk in deze een groot ver
trouwen hebben in het bestuur van het
W.K.A. Toch kan het onmogelijk door
deze gezamenlijke benoeming zijn
ideaal verwezenlijken en voor de katho
lieke verenigingen overtuigd katholie
ke adviseurs benoemen. En dit lijkt ons
absoluut noodzakelijk! De toneeladvi-
WERELDNIEUWS
hbUhbUU6üfS7.
Zijn beledigingen aan het adres van
personen, die zijn overleden, doch door
hun daden geschiedenis hebben gemaakt,
strafbaar of niet? Met deze vraag heeft
rechtbank zich gisteren geruime tijd
bezig gehouden. Terecht stond de 46-
jarige uitgever J. M. te Baarn, die werd
verdacht van het verspreiden en het
voorhanden hebben van een geschrift,
waarin smadelijke passages voorkomen
over Rudolph MacLeod, de echtgenoot
van Mata Hari.
De smadelijke passages komen voor m
het boek „Vrouwen en spionnage" (van
Mata Hari tot Odette), een werk van
Kurt Singer, dat. omdat het in Amerika
een best seller was. bij de uitgeverij te
Baarn in een Nederlandse druk ver
scheen.
De president, mr D. Visser, las de ge
wraakte passages voor en was van oor
deel, dat hier nog geen sprake was van
geschiedenis, ondanks het feit, dat een
en ander zich 50 jaar geleden afspeelde.
Een gemachtigde van de familie, die
de vervolging tegen deze Baarnse uitge
ver had ingesteld, verklaarde, dat de fa
milie eventueel een schadevergoeding
eiste en wel 10 voor de moeder en 10
voor de dochter. Hij voerde aan. dat deze
publicatie voor deze officiersfamilie een
zeer pijnlijke geschiedenis is geweest.
De Officier van justitie zeide dat
„Dichtung und Wahrheit in dit boek
nogal waren gemengd en dat „Dichtung
hier wel erg door de schrijver was ge
hanteerd. Hij wilde deze affaire niet
hoger aanslaan dan deze waard was en
vroeg een geldboete van 2o.
De rechtbank zal over 14 dagen vonnis
wijzen.
John Davis, de directeur-generaal van
dé Engelse Rank Organisatie, lieeft ver
klaard, dat „Doctor in the House" (hier
te lande vertoond onder de titel „Dok
ter worden is gemakkelijk") met Dirk
Bogarde en Kenneth More in de hoofd
rollen, in commercieel opzicht waarschijn
lijk de meest succesvolle Britse film is,
i die ooit werd gemaakt.
Ij „Ik geloof niet", aldus Mr. Davis, die
pas van een reis naar New York en Hol
lywood is teruggekeerd, „dat er ooit
eerder zo'n film is geweest. In Enge
land alleen heeft ze f 5.000.000, opge-
II bracht."
Dit betekent, dat de winst ongerekend
de inkomsten van de vertoningen buiten
Engeland, thans reeds rond 3.000000,
bedraagt.
„Hieruit kan men zien", aldus voegde
John Davis aan zijn verklaring toe, „hoe
het op 't ogenblik in het filmbedrijf toe
gaat. Een film is ofwel een enorm suc
ces, ofwel het is een volslagen misluk
king. Een tussenweg bestaat er niet. Be
halve gedurende de oorlog, toen alles een
succes was, gaan de zaken aan de cassa
op het ogenblik beter dan ooit."
Na de Exodus, waarvan we onze lezers
uitvoerig hebben verteld, is de Cecil B.
DeMille-karavaan verder de woestijn in
getrokken. DeMille en zijn generale staf
rukten op in de richting van Luxor en
de Vallei der Koningen om daar voort te
gaan met de verfilming van „De Tien
Geboden".
Gezeten op de rug van een kameel is
de regisseur van het geweldige spektakel
even de berg Sinaï opgewipt, waarna hij
een bezoek heeft gebracht aan de Rode
Zee om er de beroemde doortocht van
het Joodse volk voor te bereiden. En al
die tijd heeft DeMille het bewijs gele
verd, dat hij, en hij alleen, van alle
groten in Hollywood de kunst om zich
nog tijdens zijn leven tot een legende te
maken, heeft vervolmaakt.
Zoals het ie^nand in zijn positie past,
neemt DeMille zijn intrek niet in een
hotel evenals zijn sterren en technici. Hij
heeft een „flat" op de oevers van de Nijl,
groot genoeg om Mrs. Harper, zijn doch
ter en tevens „sociale secretaresse", haar
man en twee kinderen, zijn particuliere
secretaresse, zijn lijfknecht en zijn dok
ter, die speciaal per vliegtuig uit New
York is overgekomen, onderdak te ver
lenen. Er is óók een zwembad op het dak.
De legende reist met DeMille mee. In
Egypte bereidde- hij een verklaring aan
de pers voor, waarin de volgende schone
frase voorkwam: „Ik zal u in mijn ver
trouwen nemen en u iets vertellen, wat
ik niet heb gezegd in Amerika, Frank
rijk of Italië".
Na zulk een aankondiging kon alleen
een man als DeMille volstaan met de toe
voeging: „Ik móest hier wel terugkeren.
Na ééns het water van de Nijl te hebben
geproefd, kón ik niet anders."
Wat één van de leden van zijn staf de
opmerking ontlokte: „Als de ouwe Nijl
water had gedronken, toen hij hier dertig
jaar geleden was, had hij het niet over
leefd
Charlton Heston, die de rol van Mozes
speelt in de film, vatte de houding van
DeMille als volgt samen: „DeMille maakt
zich niet druk over zijn enorme taak.
Regisseurs van minder formaat zouden
langrijkste ster-naam in een DeMille-
film is Cecil B. DeMille zelf".
Christian Jaque, de regisseur van
films als „Le Grand Elan", „Voyage sans
espoir", „Boule de suif", „La Symphonie
fantastique" en „Fanfan - la - tulipe",
heeft in het diepste geheim zijn de
buut gemaakt als filmacteur. Hij speelt
een belangrijke rol in een door Maurice
Chevalier voor de televisie geproduceer
de film.
Om heel eerlijk te zijn, heeft Christian
Jaque, die zich tot nog toe altijd aan de
andere kant van de filmcamera heeft
opgehouden, niet direct de indruk van
een groot acteur gemaakt. Hij had
verschrikkelijke „plankenkoorts. Boven
dien had hij zijn vrouw Martine Carol en
Maurice Chevalier, die wél weten, hoe ze
zich voor een camera moeten gedragen,
tot tegenspelers.
Liefderijke echtgenote als ze is, hield
Martine niet op, hem goede raad te ge
ven: „Niet zo krampachtig met je han
den.. Kalm blijven.. Beter articuleren."
Christian Jaque deed z'n uiterste best
de raadgevingen van zijn lerares in de
dramatische kunst op te volgen.
„Dat zal hem leren", verklaarde Mar
tine later. En wraakzuchtig voegde ze er
aan toe: „Alle regisseur» zouden min
stens éénmaal voor de camera moeten op
treden. Dan zouden ze minder geneigd
zijn, het onmogelijke van ons te eisen."
seurs nemen een leidende positie in. Zij
zullen ons adviseren en leiden. Zij zul
len de keus van ons stuk beïnvloeden.
Zij zullen de toon aangeven en de sfeer
bepalen. Onze bezorgdheid komt niet
voort uit een angst om het zieleheil
van de spelers, zoals de briefschrijver
opmerkt, maar uit een bezorgdheid om
de katholiciteit van onze amateurver
enigingen en van onze toneelavonden.
Waarvoor hebben wij dan nog een
W.K.A.? Men zou 't dan evengoed kun
nen stellen met de N.A.T.U. en heel
wat gecompliceerde moeilijkheden zou
den meteen uit de weg geruimd zijn.
Wij hebben als Katholieke verenigingen
een geheel eigen taak. Hoe moeten niet-
katholieken adviseurs hierin de leiding
nemen? Wat begrijpen zij van onze
geest? Zij kunnen ons vakbekwaamheid
bijbrengen inderdaad, maar niet de sen-
sus catholicus, die wij zo graag én in
ons spel én op onze toneelavonden ge
waar worden.
Tweedens zegt de briefschrijver, dat
wij iedere gelegenheid aangrijpen om
het „gehate" W.K.A. een hak te zetten.
Of het W.K.A. door ons zo gehaat
wordt, kan misschien het duidelijkst blij
ken uit enkele aanhalingen uit onze
voorafgaande artikelen.
20 Maart van dit jaar schreven wij,
dat het toneel een weergave wil zijn
van het werkelijke leven. En pas als
het dit is, kan het ons boeien en ont
roeren en is er sprake van echt toneel.
Maar juist omdat het dit is, kunnen wij
onze 'levensbeschouwing niet buiten ge
ding laten. En alzo verder redenerend
kwamen wij tot de conclusie, dat als
wij Katholieken het leven willen uit
beelden op het toneel, dat wij dan on
middellijk een zeer grote verantwoor
delijkheid op ons nemen.
Want w(j zullen dan een stuk „ka
tholiek" leven op de planken moeten
zetten. En zo wjj dit niet doen, dan
zetten wij geen juist, geen zuiver,
geen gaaf beeld van het leven op het
toneel. Dan heeft ons spel geen zin.
Want voor ons katholieken is onze
zienswijze op het leven de enig
juiste. Zoals wij het bezien, zo is het
leven'. En niet anders! En zo dienen
wij het op de planken te brengen. Wij
nemen dus een taak op ons: het ka
tholiek leven in al zijn rijke kleur
schakeringen uit te beelden. Het ka
tholieke leven, waarin zelfs het ge
ringste en het minste diepe en groot
ste betekenis heeft en waarin elk con
flict en elke moeilijkheid en elk pro
bleem zijn geheel eigen speciale op
lossing vindt. En dan behoeft nog
geen enkele keer de naam „God" in
een stuk genoemd te worden, het gaat
om de geest, de sfeer, de gehele le
venshouding, die katholiek moet zqn.
En om deze taak die een gezamenlijke
taak is van de katholieke verenigin
gen te kunnen volbrengen, is contact
nodig. Welk contact de verenigingen
kunnen vinden in het werkverband
katholiek amateurtoneel! Door dit
contact kunnen de verenigingen el*
kaar steunen en helpen ideaal hoog
en zuiver te houden.
3 Juli van dit jaar verweten wij de
katholieke verenigingen, die zich nog
niet aangesloten hadden bij. het W.K.A.
hun laksheid. Wij schreven:
„Wij hebben een gemeenschappelij
ke taak. Wjj willen een eigen katho
lieke volkscultuur dienen. Door mid
del van ons toneel een eigen katho
lieke levensbeschouwing uitdragen.
Geen enkele vereniging mag zich dan
ook aan een organisatorisch verband
onttrekken, om dit doel te bereiken.
Geen enkele vereniging mag genoeg
zaamheid in zichzelf vinden. Wjj heb-
ben veel meer reden ons met elkaar
te verenigen dan onze andersdenken
de broeders, die zich slechts vereni
gen om materialistische doeleinden te
verwezenlijken zoals perfectie van het
spel etcetera. En als wij menen, dat
wü dit niet kunnen door ons lidmaat
schap van het W.K.A. - welke mening
wij in het geheel niet delen, omdat
wij dan toch immers juist onze stem
konden laten horen binnen het W.K.A.
als wij maar actief zjjn - dan moe
ten wij op een andere manier tot ge
zamenlijk overleg zien te komen, om
zodoende gezamenlijk weer in con
tact te treden met het W.K.A."
Dus altijd weer terugwijzend naar het
W.K.A. Dit veronderstelt toch geen haat
ten opzichte van het W.K.A. Hoewel wij
dikwijls ook scherpe critiek hebben la
ten horen op het W.K.A., hebben wij
toch nog nooit van de zijde van het
W.K.A. vernomen, dat het onze criti'ek
als een hatelijke afbrekende critiek be
schouwde. Integendeel, wij zouden niets
liever zien dan dat het W.K.A. uitgroei
de tot een sterke machtige bond, waar
bij alle verenigingen aangesloten wa
ren. Wij hebben dikwijls de oorzaken
trachten te onderkennen van het feit,
dat maar zo heel weinig verenigingen
iets voelden voor het lidmaatschap van
het W.K.A. Want dit moet toch zijn oor
zaken hebben. Zou ook hier niet veel
schuld liggen bij het W.K.A. zelf? Dat
het de verenigingen nog geen program
kan voorleggen, dat boeit en interes
seert? Wij weten wel, de moeilijkheden
zijn heel groot. Alles staat nog zo in
het begin stadium. Het W.K.A. weet
zelf ook heel goed, dat het nog lang
niet is, waar het wezen moet. Het is
nog lang niet tevreden. En dat is een
gezond teken. Het heeft nog voldoende
critiek op zichzelf en staat ook gaarne
open voor critiek van buitenaf. Zelfge
noegzaamheid betekent einde. En ge
zonde critiek nog lang geen afbraak. En
juist omdat er nog zoveel moeilijkheden
te overwinnen zijn, hameren er wij op,
dat de verenigingen zich aansluiten
moeten. Zodat ook zij hun stem kunnen
laten horen binnen het kader van het
W.K.A. en gezamenlijk kunnen bouwen
aan het zo noodzakelijke instrument)
Spencer Tracy (links boven), Walter
Pridgeon rechts boven) en Clark
Gable (onder) 5 drie Ilollywoodsc
„oudjes", die 't nog steeds volhouden
(Van onze filmredacteur)
Pater Gordon H. Fournier van de Wit
te Paters is enkele weken geleden in
Rome teruggekeerd na een verblijf van
ruim dertien maanden in Afrika, waar hij
32.000 kilometer per auto aflegde en
9.000 meter kleurenfilm heeft opgenomen.
Pater Fournier, een Am*rikaan van
geboorte, heeft al eens eerder, in 1948,
een dergelijke reis in Oost-Afrika ge
maakt, speciaal in Oeganda, waar hij
tien jaar als missionaris werkzaam is
geweest. Ditmaal bracht hij een bezoek
aan West-Afrika om daar de voornaam
ste gebeurtenissen van het missieleven
en het werk van zijn confraters op de
filmband vast te leggen.
Te beginnen in Noord-Afrika maakte
hij in Tunesië een film over de lekebroe-
ders van de sociëteit der Witte Paters
met een tweeledig doel: hun religieus
communiteitsleven te tonen en tevens hun
werk, waartoe hij een zevental hunner
op een dienstreis vergezelde.
Na per auto door de Sahara te zijn
getrokken, arriveerden pater Fournier en
de beroepscineast, die hem vergezelde, in
Gao aan de Niger. Het leven van de
volken daar leverde de stof voor een
boeiende en kleurige film, terwijl de
Toearegs, koningen der woestijn, de stad
Tomboektoe, die zij lang in hun macht
hebben gehad, hun kampen en de zout-
karavanen een interessant, onderwerp
vormden voor een' tweede film.
Verder trekkend naar Oeagadoegoe von
den de cineasten in pater Goarmsseur,
zelf arts, tevens missionaris en auteur
van medische werken, een tweede dr.
Schweitzer, die daar sinds 19:30
zaam) is. Met hem introduceert hun film
de Zusters van de Onbevlekte Ontvange
nis, een congregatie, die een 90-tal ge-
profeste leden telt, allen inlanders, van
wie er velen in de afgelopen twintig ja-
ren door „Vader Dokter" voor de zie
kenverpleging zijn opgeleid.
De Goudkust leverde de stof voor de
voornaamste film: de bekering van de Da
gari Deze stam, die in 1930 nog geheel
heidense was, telt thans 50.000 christenen.
Op zijn verdere reis naar de kust ver
filmde pater Fournier nog de werkzaam
heden van verschillende andere missie
congregaties.
Bovendien zal van het door hem ver
zamelde materiaal nog een film over de
kinderen en een reisfilm kunnen worden
vervaardigd.
Van het geheel zal een Engelse en
een Franse versie worden gemaakt, ter
wijl de films zodanig zullen worden ge
monteerd, dat ze zowel via de televisie
als in de bioscopen kunnen worden ver
toond.
In een nieuwe versie van de jilm
,JVaterloo Road" zal Leslie Caron de
rol vertolken, die indertijd door Vi
vien Leigh is gespeeld
slapelozenachten hebben over de ver
antwoordelijkheid om 8.000.000 dollars uit
te geven aan een film. Of om een me
nigte van 4.000 man te laten wachten,
terwijl hij op een afstand van enkele
tientallen meters een man in de goede
richting laat kijken".
Tijdens de opnamen van de Exodus kon
men de DeMille-legende in actie zien.
Hij vuurde een revolver af ten teken, dat
er kon worden gedraaid. Op een afstand
van een kwart mijl raakte een ongeluk
kige assistent-regiseur in 't cameraveld.
DeMille wenkte zijn microfoonjongen en
brulde: „Wie die vent ook is, hij is ont
slagen. Op staande voet ontslagen. Als
hij een Amerikaan is, heeft hij een lange
thuisreis voor de boeg".
DeMille houdt er een ijzeren discipline
op na. Niemand, maar dan ook niemand,
noemt Cecil B. DeMille Cecil. Of durft in
de stoel te gaan zitten, waarop die naam
staat. De weinige uitverkorenen, zoals de
acteur Henry Wilcoxon, die hij al 21 jaar
kent, mogen „C. B." zeggen. Alleen Wil
coxon, die tevens medeproducent is. durft
hem tegenspreken. De rest zegt gewoon
lijk Yes, sir", zelfs voordat hij zijn mond
heeft opengedaan.
DeMille heeft zijn eigen dokter op
dracht gegeven, zijn naaste medewerkers
dagelijks injecties te geven om ze ge
schikt te maken de druk te doorstaan die
hij op hen uitoefent, In totaal zijn er drie
dokters en alleen bij een DeMille-film
is het. mogelijk, dat er op een'bord wordt
aangekondigd: „Rapporten over kwets
uren moeten in triplo worden opgemaakt
Het spreekt vanzelf, dat DeMille thuis
in een straat woont, die naar hem is ge
noemd en niet in één huis, maar in twee
die door een glazen gang met elkaar
zijn verbonden. Voor een rustig week-end
heeft hij een ranch van 1200 acres, waar
hij het eenvoudige leven van een boer
kan leven'op luxueus niveau....
Dit alles helpt de DeMille-legende wak
ker te houden. Want DeMille weet, zoals
Henry Wilcoxon het uitdrukte: „De be-
Citaat van een. tamelijk geschokte
toeschouwer na een Cinerama-voorstël-
ling (het nieuwe systeem, dat door mid
del van drie camera's het publiek alle
sensaties doet ondergaan van een Ijzing
wekkende vliegtocht): „Het mooiste mo
ment was, toen het ophield."
Misschien gaan de bioscopen binnenkort
ook nog pillen tegen lucht- en zeeziekte
toevoegen aan het ijs en bier, de limo
nade en chocolade, waar ze hun klanten
op het ogenblik op tracteren.
Walter Pidgeon, een van Hollywood's
oudere burgers, heeft een bezoek aan
Londen gebracht. Op 57-jarige leeftijd
heeft hij 30 jaar zijn boterham verdiend
met er ruig uit te zien.
„Het voordeel van oud worden", aldus
Pidgeon, „is, dat je je concurrenten over
leeft. Er zijn er niet veel onder ons, die
boven de 50 zijn. Hoe je het zo lang
kan uithouden? Door je niet druk te ma
ken en door niet met één slag beroemd
te willen worden. De oudjes, zoals Gable,
Tracy en ik, hebben het best weten vol
te houden en we denken voorlopig niet
aan uitscheiden."
Er is trouwens geen enkele reden voor
Pidgeon om het op te geven. Als hij
zich terugtrekt, krijgt hij van zijn maat
schappij pensioen. Op 65-jarige leef
tijd betekent dat 160.000, per jaar. Heus
de moeite wel waard om nog even vol
te houden.
4
De filmacteur Jack Chefe heeft einde
lijk promotie gemaakt. Dertig jaar lang
heeft hij in meer dan dertig films de
rol van ober gespeeld. Thans heeft Hol
lywood hem 'n nieuwe rol gegeven: eige
naar van een exclusief restaurant
Richard Burton heeft een contract ge
tekend voor de vetste rol van het volgen
de filmjaar. Hij zal Alexander de Grote
spelen in een film over de man, die in
het jaar 300 vóór Christus de wereld
veroverde en die stierf, toen hij 32 was.
Van de zwaar dramatische film „Wa
terloo Road" zal een nieuwe versie wor
den gemaakt met de danseres Leslie Ca
ron in de rol,' die indertijd door Vivien
Leigh is gespeeld.
AAN DE TOP DOOR TEKST EN FOTO'S
PER JAAR 12 NUMMERS F 10,-
Leden filmliga's en K.F.A. genieten f 2.- reductie
Gratis proefnummer bij
ADMINISTRATIE FILMFORUM VOORHOUT
Paul Rotha, autoriteit op het gebied
van de film en schrijver van verschil
lende filmhandboeken („The film till
now", „Documentary Film", „Movie Pa
rade") is voor ruim een week in ons
land teneinde zijn eerste speelfilm en
troetelkind „No resting place" in te lei
den in voorstellingen, die door het rum
museum in Den Haag en Amsterdam
worden gehouden. Rotha heeft de laatste
jaren vooral veel succes geoogst met
zijn sociale documentaire „The world is
rich", waarin het wereldvoedselprobleem
op scherpzinnige wijze wordt behandeld.
De Nederlandse Beroepsvereniging van
Filmers vond aanleiding in het bezoek
van Paul Rotha, een speciale bijeen
komst te beleggen, waarin hem eni§9
Nederlandse films werden vertoond, die
hij nog niet heeft gezien op het Edin
burgh Festival, waarvan hij een der or
ganisatoren is: Ytzen Brusse's „Ro
mance in Enkalon", Wim Gerdes' „Er
is een tijd van komen, er is een tijd
van gaan" (over de kankerbestrijding)
en de film over de T.T.-races, waarvoor
het materiaal door vele Nederlandse ci
neasten is geschoten. Een bezichtiging
van Jqop Geesink's Dollywood me:
vertoning van de nieuwste werken van
deze studio, had Mr Rotha reeds op da
hoogte gesteld van de poppenfilmindus-
trie in ons land.
Een aantal cineasten, onder wie Her
man van der Horst, Ytzen Brusse, Wim
Gerdes, T.V.-regiSseur Eric de Vries en
Jan Gerhard Toonder onderhielden zien
na de vertoning van de filmsmet de
Engelse regisseur, die sinds 1956 «eau
of Documentaries van de B.BC-. ieie-
vision is. Rotha gaf te kennen dat mj
binnenkort graag een programma zou
produceren, waarin de Nederlandse do
cumentaire (zowel van v°°r als na dB
oorlog) wordt getoond aan het Engelse
T.V.-publiek, dat per uitzending meer
dan vijf millioen toeschouwers telt. Hij
meende, dat de beste manier om T.V -
documentaires samen te stellen is slechts
twee mensen er op uit te sturen en
een leger zoals de Amerikanen graag doen.
kanen graag doen.
„Ik heb geen tijd om zelf films te
maken", verklaarde Mr Rotha. „De pro
ductie van televisiefilms eist alles van
mij, physiek en geestelijk. Ik ben wel
op het ogenblik bezig met het schrijven
van een autobiografie, maar het zal wel
vijf jaren duren voordat het werk is
voltooid., ik schrijf één zin per week."
Lawines razen door A. Rutgers
van der Loeff-Bosman Uitg.
Ploegsma, Amsterdam.
In dit boek wordt op boeiende wijze
verteld over een Zwitsers bergdorp, dat
door lawines getroffen wordt. Een uit
stekend jeugdboek, zo echt en avontuur
lijk geschreven, dat onze jongens en
meisjes het zullen lezen alsof ze er zelf
bij waren.
„De Invloed van de paedagogi-
sche situatie op de geestelijke volks
gezondheid" door prof. dr F. P. J-
Buytendijk, prof. dr A. Kriekemans
en dr E. Ringel Uitg.. Het Spec
trum, Utrecht.
In dit geschrift zijn de referaten opge
nomen, die gehouden zijn op de algemene
vergadering van de Katholieke Centrale
Vereniging voor Geestelijke Volksgezond
heid op 7 April j.l. en welke in ons blad
toen in een uitvoerig verslag zijn weerge
geven.
Nieuwe kennisneming van deze refera
ten bevestigt de indruk, dat op deze alge
mene vergadering belangrijke dingen zijn
gezegd, die de volle aandacht verdienen
van alien, die met opvoeding en geeste
lijke gezondheid van ons katholieke volks
deel te maken hebben.
Naar prof Buytendijk in aansluiting aan
de andere sprekers in het licht stelt, is
er reden voor ernstige bezorgdheid om
trent de paedagogische situatie van het
Katholieke volksdeel.
Cliarlton Heston, die in „De 'I
Geboden" van Ccril B. De Mille
rol van Mozes speelt.
VERHALEN van uitstekend gehalte, van bekende en minder bekende schrij
vers van verschillende pluimage en uit diverse landen, verhalen over uiteen
lopende mensen, doch alle tenslotte toch met. dezelfde ondertoon en uitkomst,
zijn bijeengebracht in een voortreffelijk boekje met, een rijke inhoud, „wij zijn
allemaal maar mensen", een onlangs verschenen deeltje uit de Zonnewijzer aen
nieuw Prismaboek heeft de oorlog als onderwerp, doch een zeer bepaald facet van
de oorlog, namelijk de specialistische hulp aan het front en een ander vertelt ons
over het leven van een merkwaardig man, eerst koopman en daarna schat
graver in de oudheid, wie het fortuin bij voortduring gunstig gezind blijkt.
In de bundel „verhalen over lieden van
allerlei slag" zoals de. ondertitel van het
Zonnewijzerboek luidt, treffen we bij
dragen aan van o.a. Henri Bordeaux, J.F.
Powers en Heinrich Federer, doch ook
van Leo Tolstoi. Frank O'Connor en Pe
ter Dörfler; Chesterton is aanwezig met
een belevenis van zijn onvolprezen Fa
ther Brown, Luis Coloma leverde een
kostelijk verhaal uit het Spanje van het
einde van de vorige eeuw en, om dich
ter bij huis te blijven, Anton Coolen is
present met 'n Sinterklaasvertelling, die
ge, al behoort dit festijn reeds weer toi
het v. .1 den, met vesl plezier zult lezen:
Stijn Streuvels laat U onderduiken in
zijn sappige Vlaamse wereldje, terwijl
ook een andere auteur van vaderlandse
bodem Kees Meekel niet ontbreekt.
Deze verhalen nemen, zoals ge uit de
naam van de bundel hebt kunnen op
maken, alle de medemens op een of
andere wijze „op de korrel", doch dit
geschiedt, op een dergelijke afwisselen
de wijze, nu eens humoristisch, dan
weer spottend medelijdend, of soms
meedogenloos analyserend, met toch 'n
ondertoon van deernis en levenswijs
heid. dat het geheel, zoals gezegd, wer
kelijk waardevol genoemd mag worden
omdat deze verhalen van allerlei men
sen over allerlei mensen U stuk voor
stuk wat te zeggen hebben, U iets mee
geven. Een aanwinst voor „de biblio
theek van het katholiek gezin"!
VAN een geheel ander genre, doch
niettemin het lezen zeker waard, is
het 12-e deeltje uit de Prisma
reeks. Dat het boekje de oorlog tot on
derwerp heeft, zal misschien menigeen
van te voren afschrikken. Toch is een
dergelijke houding ten opzichte van dit
verhaal niet juist. De schrijver van dit
werkje is namelijk chirurg geweest als
Duitser in dienst van het Duitse leger.
In de eerste wereldoorlog vocht hij met
zijn operatieinstrumenten aan het West
front, in de tweede maakte hij de Rus
sische veldtocht mee. En over deze oor
log in de Russische steppen in het alge
meen, doch over het moeilijke en opof
ferende werk van de geneesheer in de
frontlinie in het bijzonder, weet Peter
Bamm boeiend en zonder opsmuk te ver
tellen. Interessant is hierbij de verhou
ding tussen de zich niet aan Hitier toe
gewijd hebbende Duitse militair en de
wanstaltige nazi's, welke laatste Bamm
in zijn boek aanduidt met de naam „de
anderen", zoals hij ook nooit de naam
Hitier schrijft, doch 't, als dit onvermij
delijk is, heeft over de „primitieve man
aan de top".
NIET enthousiast kunnen wij zijn over
'n ander, onlangs verschenen Pris
maboek, namelijk Emil Ludwig's
„Goudzoeker in Griekenland". Deze bio
grafie van de koopman-amateur-archeo
loog Heinrich Schliemann, een zeer suc
cesvol, doch niet sympathiek man, die in
de tweede helft van de vorige eeuw zich
in de handel een fortuin verdiende en
die daarna, geen man van de weten
schap zijnde, er toch in slaagde het oude
Troje op te graven, waarbij de schat van
Priamos hem ten deel viel, is zonder
twijfel interessant, doch daarnaast te
dikwijls taai en vervelend.
Tenslotte, nog een enkel woord over
het Prisma Puzzleboek, waarin Theo J.
v.d. Wal een dikke vijf honderd proble
men, denkspelen, raadsels, hersengymna-
stiek-vragen en andere breinomoelenJe
opgaven samenbracht. Puzzlegrage
vrienden zullen er. zoals wij reeds heb
ben kunnen constateren, hun hart aan
ophalen en er vele vrije ogenblikken tot
voldoening mee kunnen vullen.
K.-
N.a.v. „Wij zijn allemaal maar
mensen". Dé Zonnewijzer; „Front
chirurg" door Peter Bamm, Pris
mareeks; „Goudzoeker in Grie
kenland" door Emil Ludwig,
Prismar^eks en het Prisma Puz
zleboek, alle uitgaven van het
Spectrum te Utrecht.
Mevrouw Eleonora Roosevelt heeft het
„William Morris Theatrical Agency" toe
stemming verleend tot het nemen van be
slissingen over en het oefenen van toezicht
op het maken van een film over haar
overleden echtgenoot, president Franklin
D. Roosevelt.
Het bureau zal de scenarioschrijvers
regisseurs en filmspelers uitzoeken en het
plan daarna verkopen aan de filmmaat
schappij, die de hoogste prijs biedt.
t