Het Rijk legt „Rekenschap'' af DE KAT EN DE MUIS lATERQft VODROOMG WIJ HOUDEN EEN GROTE WEDKAMP BBEJOW EtfOC/D Imposante tentoonstelling in „Het Prinsenhof Zeerovers in Rotterdams Park i;s m m w^mmm Bridge-Rubriek Wie doet er mee? DE HEILIGE VAN DE WEEK HET GRABBELTONNETJE 1 m W_J§ i II iMfil i mpLsm. ZATERDAG 18 DECEMBER 1954 PAGINA o VEELOMVATTENDE EXPOSITIE Boedelbeschrijving HOGERE JAARWEDDE GED. STATEN Z. HOLLAND Originele attractie op manifestatie E 55 Kersttoespraak van Eisenhower Amerika's taak bij het winnen van de vrede m m s m s s g§ m m i s i *1 a o mm m c e s s m m i m c. m m m s m 0 -i L -:ï m m m m. m m. m i .m 2 WM mm *5 WM M O wê Fr\fi§ *5 Oplossing van gisteren Opstelwedstrijd Zet bezwaren opzij Een tekening mag ook De voomvaarden Adres voor de inzendingen Half Januari sluit de termijn CORRESPONDENTIE-A DRES POSTBUS 8, HILVERSUM Oplossing van het eerste Tentamen 21 DecemberOngelovige Thomas Tweede. Tentamen voor het Kerstrapport ONZE DAGELIJKSE PUZZLE Kerstgroen In museum „Het Prinsenhof", dat sinds enkele jaren in de Contourtentoon stellingen een overzicht geeft van de moderne beeldende kunst van ons land, is ditmaal een expositie ingericht van de in de jaren 1946 tot 1954 door het Rijk verworven hedendaagse beeldende kunst. Was het voor de oorlog sinds 1931 zo dat op de Rijksbegroting een bedrag voor aankoop van beel dende kunst werd uitgetrokken van eigen tijd, pas na de oorlog is deze post aanzienlijk opgelopen. Zo werd voor 1955 een bedrag van 150.000 begroot voor dergelijke aankopen door het Rijk. Vroeger bestond er slechts één aan koopcommissie. Sinds 1952 is er naast de bestaande commissie die representa tieve werken van moderne beeldende kunstenaars aankocht een tweede commissie ingesteld voor z.g. stimulerende aankopen. Zo wordt dus het belastinggeld van de Nederlander besteed aan genoemde aankopen. strekt over eigentijdse kunstenaars. Ter geruststelling zij tenslotte nog opgemerkt dat men er voor gewaakt schijnt te heb ben al te veel extremiteiten aan te kopen zodat een wandeling over de gevarieerde bundeling moderne kunst een groot aan tal rustpunten biedt die vooral voor het publiek aanleiding kan zijn een vastge roest axioma over moderne kunst als onverstaanbaar, bizar of zonder meer on aanvaardbaar, weg te nemen. Hierdoor draagt „Rekenschap" een steentje bij tot het brengen van de kunst, de moderne kunst onder het volk. Hedenmiddag' heeft Z. Exc. prof. dr L. J. M. Beel. de tentoonstelling, die tot 7 Februari '55 toegankelijk is, geopend. In een veelomvattende expositie van het Ministerie van O. K. en W. heeft men nu gepoogd een zo volledig mogelijk overzicht te geven van deze aankopen. Hierbij dient a priori opgemerkt te wor den dat de keuze van de tentoongestelde werken niet allen door aesthetische fac toren bepaald werd. Men heeft hier de werken die voor het binnenland be waard zijn gebleven en die of in musea of in rijksgebouwen aanwezig waren, bij eengebracht. Het aantrekkelijke is hierbij bijzonder het overzicht dat men krijgt van de beeldende kunsten in ons land na de oorlog, een dwarsnoorsnee van het beste dat er naar het oordeel van de Rijkscommissies uiteraard te vinden is en was. Het hachelijke hierbij is echter dat men uiteraard op verschillende aan kopen critiek kan uitoefenen juist omdat het Kier om moderne kunst gaat die zich te enenmale onttrekt aan eenstemmige bewondering of critiek. Het is naast deze „boedelbeschrijving" dan ook de opzet van het ministerie ge weest van deze tentoonstelling een sti mulerende invloed op het publiek te doen uitgaan. Een uitvoerige, van royaal plaatwerk voorziene catalogus, waarin men allerlei gegevens over de samenstelling van de commissies, biografische gegevens over de betrokken kunstenaars en een van cijfermateriaal voorziene inleiding kan aantreffen, is hierbij een voortreffelijke gids. De inrichting van de tentoonstelling zelf is een moeilijke opgaaf geweest, maar wanneer men de expositie in haar geheel overziet mag men zeggen dat de inrichters er in geslaagd zijn uit de chaotische veelheid van werken een overzichtelijk geheel te formeren waarin de verschillende moderne stromingen in duidelijke lijnen zijn aangegeven. Naast vele „oude bekenden" treft men hier ook werk aan dat weinig geëxposeerd is ge weest en dat waardevolle gegevens ver- Bij de Provinciale Staten van Zuid-Hol land is een voorstel ingediend om de iaar- wedde van de leden der Gedeputeerde Staten te verhogen van S.500 tot 12.000 en de kindertoelage-regeling voor de le den der Gedeputeerde Staten aan te pas sen aan de ter zake algemeen geldende bepalingen. Dit voorstel is ondertekend door vertegenwoordigers van alle fracties. Een van de wonderlijkste attracties van de E 55 zal ongetwijfeld worden het naar bet bekende boek van Stevenson „Trea sure Island" aan te leggen Schateiland „Carramonta". Het is hetzelfde eiland, waar gedurende de Aboy', 77 dagen lang, een man de rol van Robinson Crusoë heeft volgehouden, slechts vergezeld van de „inboorling" Vrijdag. Dit eiland in het Park te Rotterdam - opgenomen in het E 55-complex ts 500 vierk. meter groot en hierop zal men een wonderlijk samenraapsel vinden van zeekapers óók die met het bekende houten been en de lap op één oog die geroofde schatten op- en begraven. Het nest van zeerovers, vertoevend temidden van kisten goud, juwelen, zilver en an dere kostbaarheden, zal slechts op af stand te benaderen zijn met (gemotori seerde) houtvlotten, die om de „baai" en het hele eiland zullen heen- en weer varen en speciaal voor dit doel zijn ge bouwd. Een bende piraten zal hier zowel over dag als des avonds .een twintig minuten durend spel opvoeren dat erg fantastisch belooft te worden. Van het hele schateiland en zijn bewo ners is een maquette vervaardigd en hei mag gezegd zijn, dat reeds deze maquette een bijzonder romantische indruk maakt De boomgroep op het eiland blijft, zoals ze thans is. maar inplaats van he4 lage struikgewas komen allerlei exotische wonderlijke planten. De ontwerper ervan is de heer J. C. Wiegman, die bij Philips (welks „Wondertuin" bekend is) zijn ken nis van romantische lichteffecten heeft opgedaan. President Eisenhower heeft gisteren de Amerikanen uiteengezet wat hun houding moet zijn bij het winnen van de vrede. Hij deed dit bij de opening van de eerste plechtigheid van het grote Washingtonse Vredesfeest ter gelegenheid van Kerstmis, nadat hij de grote nationale kerstboom had ontstoken. De president verklaarde, dat de V. S. zullen voortgaan op de moeilijke weg van geduldig en onvermoeid zoeken naar de vrede. Doch laat niemand denken, zo voegde hij hieraan toe, dat wij vrede wil len tegen elke prijs, dat wij beginselen zullen verzaken of dat wij onze eer zullen verpanden voor kortstondige concessies. De hoop van de wereld op vrede brandt nu helderder dan menig jaar het geval is geweest, aldus de president, doch zij wordt nog getemperd door sommige brute feiten, zoals onderdrukking, beroving en wreed lijden naar lichaam en geest, opge legd door onmenselijke meesters aan hul peloze slachtoffers. Zelfs met Kerstmis mogen wij niet de misdaden tegen het recht, het onthouden van mededogen, de schending van de menselijke waardigheid vergeten. Verge ten is door de vingers zien, en dit lokt nieuwe gewelddaden uit. Wij mogen ech ter ook niet onze zegeningen vergeten, zo zei hij, door deze te tellen krijgen we nieuwe moed en nieuwe kracht, een stand vastiger geduld onder beproevingen en een krachtiger geloof in de Goddelijke voor zienigheid en het fatsoen van de mensen. Wij Amerikanen moeten weten, dat een machtige taak bij het helpen bevorderen van de vrede voor ons is weggelegd. Amerika moet met allen, die enig geloof belijden, zich verenigen in een gebed van dank en moet biddend vragen, dat wat er ook nog voor ons ligt wij sterk en moedig en wijs zullen zijn bij de volbren ging van onze taak in overeenstemming met Gods Wil. asiiï wa No. 2036. 18 December 1954 Redacteur: G. J. A. VAN DAM, Vossiusstraat 18 B, Amsterdam-Z. Alle correspondentie aan dit adres. Bij vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel voor antwoord insluiten. UITSLAG LADDERWEDSTRIJD (Sept.Oct.-serie) Na de in de maanden September en October ter oplossing gegeven vraagstuk ken bleken de acht hoogstaankomende deelnemers aan de ladderwedstrijd te zijn de heren: Leo Springer, Den Haag met 69 punten; C. H. Spanjaard te Beverwijk, J. van Berkum te Noordwijkerhout en S. Korpershoek te Vlaardingen, ieder met 60 punten; C. v. d. Weide te Rotterdam met 59 p.; O. Platt te Rotterdam met 57 p.; A. Gorree Jr te Rotterdam met 54 p. en O. G. v. Veen te Breda met 53 punten. Aan ieder van de genoemde heren wordt een prijs van 2.50 toegezonden. /De puntenlijst van de overige deelnemers ziet er verder als volgt uit: L. W. Scholtes (51), Den Haag: M. Rom- bouts (45), Rotterdam; H. M. Kipping (42), 's-Hertogenbosch: H. P. J. Goesens (39), Geleen- G. H. W. v. d. Most (35), Rotter dam; J Smeets (31), Noordwijkerhout; C. de Zeeuw (31), Rotterdam; H. Garrelts (29), Amsterdam; M. Uzeel (27), Den Bosch. C. H. Blokzijl (24), Amsterdam; T. Bruin (22). Amsterdam; W. H. Hoekstra (18), Amster dam; M. W. Diels (17), Dreumel; L. P. de Caluwe (14), Wateringen; dr R. J. Nivard (11), Nijmegen; S. H. F. v. Hateren (10), Rotterdam; dr K. Venema (9), Den Haag; en P. M. de Graaf (8) te Gouda. Het aantal punten van de deelnemers waarin ge durende deze serie geen verandering is gekomen, is (ter besparing van plaats ruimte), niet vermeld. Zij zullen hun r.amen vinden op de lijst van de Nov.- Dec.-serie. Ook zijn nog geen namen op genomen van oplossers, welke tot dusver met minder dan 8 punten geboekt staan. VOOR ONZE LADDERWEDSTRIJD Oud-wereldkampioen Isidore Weiss t All-round componisten waren en zijn in de damproblematiek dun gezaaid. Onder deze problemisten worden zij gerekend die werkelijk bijzondere staaltjes van constructie-techniek en scheppingsvermo gen tonen te bezitten in alle compositie genres. Voor hun veelzijdigheid vormt het componeren van spectaculaire slagproble men evenmin een bezwaar als het con strueren van spelstudies, lokzetten, eind spelen enz., terwijl zij evengoed de aan wezigheid van de dam(men) in de begin- standen van vraagstukken weten te ver antwoorden als het gebruik daarvan tijdens de afwikkeling. Kortom: hun crea tief vermogen en hun vindingrijkheid in het inlassen van verrassende zetten of slagen gaat voor geen enkele constructie moeilijkheid op zij. Het is begrijpelijk, dat deze veelzijdig heid het meeste voorkomt onder pro016" misten, die teven sterke spelers zijn. Vaak behoren zij zelfs tot de grootmeesters. Zij beheersen immers alle factoren van het spel, kennen alle facetten en alle bord mogelijkheden tot in de finesses. De twee vermaardste vertegenwoordigers waren beide wereldkampioen, namelijk wijlen Isidore Weiss en de nestor der groot meesters B. Springer. De overige all-round componisten maken het dozijn nog niet eens vol. Het waren of zijn (alphabetisch): E. Boissinot (Frankrijk), Geo v. Dam (Ned). G. L. Gortmans (Engeland), H. Laros (Ned.), H. J. Lize (Ned.), G. Mantel (Ned.), ir P. Sonier (Frankrijk), L. Schut (Ned.) en A. R. de Zwart (Ned.), alsmede nog enige anderen, die wel in alle probleemgroepen componeerden, maar in een of ander genre minder productief waren. Nu wil de veelzijdigheid van deze com ponisten niet zeggen, dat hun werk in een of ander probleemgenre mooier of waar devoller is dan het werk van hen, die zich in hoofdzaak beperken tot het componeren in één of enkelen vajr de bekende genres. Geenszins! Het feit, dat het merendeel der com ponisten zich beperkt of moet beperken tot een enkele groep der probleemgenres kan verschillende oorzaken hebben, zoals, gebrek aan belangstelling vóór of aan kennis van het partijspel gebrek aan ge duld (het construeren van eindspelen bijv vergt extra geduld voor het onderzoeken van mogelijke bij-oplossingen, het noteren van de vaak vele varianten enz.); een tekort aan fantasie (zoals bijv. nodig is voor het construeren van problemen met dam(men) in de beginstand 0Ip deze dam- (men) daarna in de afwikkeling functies te laten vervullen, welke voor een schijf onmogelijk zijn enz), terwijl tenslotte ge voelsoverwegingen een grote rol spelen. De een werkt liever met weinig materiaal en vindt de subtiele schoonheid van de samenwerking tussen enkele schijven mooier dan wanneer dit in massaal ver band geschiedt, dus met veel materiaal op het bord. De ander prefereert juist zware, met veel schijven gevulde standen en de verrassende wendingen, welke daarin zijn te bereiken. Het verschil tussen deze problemisten en de all-round componist ligt in het feit, dat de laatste de schoonheid van elk genre weet te waarderen en er daarom naar streeft de bekoring, welke aan ieder genre is verbonden, tot uitdrukking te brengen. Dit is ook de reden, waarom de samen stelling van een jury, die de voor een probleemwedstrijd ingezonden vraagstuk ken moet beoorddelen, zo moeilijk is, want iedere deelnemer heeft er recht op, dat zijn werk, ook al is dat gebaseerd op een probleemgenre, dat zijn voorliefde heeft, onbevooroordeeld wordt getaxeerd. Een jurylid mag zich nu eenmaal niet laten leiden door zijn eigen voorkeur. En pro bleemkenners, die alle genres weten te waarderen gijn er, zoals uit het boven staande blijkt, helaas te weinig. Zo iemand was Weiss! Hieraan danken we het gevleugelde gezegde: „Ach, waren alle dammers zo wijs als Weiss!" Hoe bekwaam, ingenieus en origineel deze beroemde grootmeester was, moge blijken uit dit viertal composities, waar van de oplossingen gaarne tot 30 Decem ber aan het boven deze rubriek vermelde adres worden tegemoet gezien. -v j Schaakredacteur: P. A. KOETSHEID Huize Sint Bernardus, Sassenheim Zaterdag 18 December 1954 M. D. L. ARTZ OVERLEDEN In de leeftijd van 81 jaar is op 9 Decern, ber te Amersfoort overleden de heer Artz die ons in de laatste jaren verschillende van z'n opgaven ter beschikking stelde Voor zover ons bekend bepaalde hij zich uitsluitend tot de compositie van twee- zetten. We herinneren ons slechts één driezet te hebben gepubliceerd. Dikwijls waren het opgaven in combinatie met Seilberger. We geloven dat hij de com positie uitsluitend beoefende voor z'n lief hebberij en er niet naar streefde om roem en eer te oogsten. Hij ruste in vrede DE PROBLEMEN VAN DEZE WEEK Een twee- en driezet waaraan de lezer z'n hart kan ophalen. Het zou zeer jammer zijn als de oplossing oppervlakkig ge schiedt. PROBLEEMOPLOSSINGEN No. 7210. P. Overkamp. Opl 1. Pd5b4 dreiging 2. Pb4c6tf. Aan 1. Rb4 ont breekt de matzet en deze is in dit soort opgaven nodig. Ver-der worden 1. Pb6 en 1. Pc7 weerlegd door 1Rf3!. No. 7211. I. Mikan. Opl 1. Th7 dreigt 2. Pf7+ 1Kd6: (Kf6), Ta5, Td2, 2. Dd4t, Pc4t,' Te7t enz. 1. Pb5. Th4, f6t falen door c4c3. Kf6 en Rg5. Beide problemen werden goed opgelost door: P. M. Bekker, R'dam; F. Pyls- Maas- bracht; Paul Rasohdorf, Hannover. No. 7210 door dr R. Bromberg, Roer mond; H. Th v. Goor, Voorburg; C Ob den Camp, Maastricht; F. J. F. Vismans, R'dam; C. v. d. Weide, R'dam. No. 7211 door J. Dickhaut, Nijmegen. No. 7217 O. STRERATH. HAMBURG le prijs Tidskrift för Schack 1953 Mat in 2 zetten No. 3019 Probl. zonder dam No. 3020 Probleem met dam No. 3021 Spelstndic No. 3022 Eindspel O, 0 H H 0 O 0 3 i O, O 'O 0 O O O. 0 5) O. Stand: Zw. 7-9, 16, 19, 24-26, 29, 30. Wit 27, 28, 32, 33, 36, 39, 41, 42, 45, 48. Wit speelt en wint. Stand: Zw 7-9, 14. 19, 24, 28, 29, 35, D. 26. Wit 15, 22, 31, 33, 37-41, 44, 50. Wit speelt en wint. Stand: Zw. 12-17, 21, 25, 26. Wit 24, 28, 31-34, 37, 38, 48, 50. Wit, aan zet, for ceert de winst. Va rianten aangegeven. Stand: Zw. 1, 15, 23. D. 12, D. 47. Wit 20, 30, 33, D. 11, D. 14, D. 24. Wit, aan slag, forceert de winst! Var. aangegeven. In één onzer vorige rubrieken bieden j bij. Zuid bleef onaandoenlijk onder deze zonder haast maakten wij naar aan- openhartigheid van de vijand en liet de leiding van een bijzonder slecht en een dummy beide hoge ruitens afspelen. J3p bijzonder goed biedverloop de opmerking,- dat men daêruit het hemelsbrede verschil kon zien tussen goed en slecht bridge Dezer dagen zagen wij het onderstaande spel spelen en als wij dat hieronder weer geven is dat, om thans eens bij het afspelen het enorme verschil te laten zien, dat tussen goed en slecht bridge be staan kan. A 7,5,2 C 5,3 O H,V.3,5,4 H,E A H,V.9,8,4 N A 6,3 V H,10,2 W O B,7,6 <0 6 7 O A,10 8,7,3 8,7,4,2 10,9,5 4 A.B.10 V A,V,9,8,4 B,2 A,V,6 Zuid gever, niemand kwetsbaar. Zuid opende met één Harten, West bood één Schoppen, Noord twee Ruiten, Oost paste, Zuid drie Sans-atout, waarop ieder een paste. West speelde Schoppen 9 uit. welke door Zuid met de 10 genomen werd. In de tweede slag trok Zuid O* Boer na, hopende die kleur vrij te kunnen spelen. Oost nam O Aas en vervolgde met zijn laatstede 6. Zuid had deze slag kunnen duiken als hij dat doet kan hij het con tract niet meer winnen! Zuid moet op dit moment 4» Aas nemen, om één over te houden; met die laatste kan hij in het eindspel eventueel West aan slag brengen, waarna West gedwongen kan worden van zijn V Heer af te spelen. Zuid doorzag de mogelijkheden en won de tweede 4»-trek direct. In slag 4 speel de Zuid de O 2 na en bemerkte tot zijn teleurstelling, dat er geen enkele lengte slag tn die kleur te ontwikkelen zou zijn. West, die het zéér noodzakelijk vond zijn partner te vertellen dat hij met C? aan slag zou kunnen komen, kegelde de V 10 No. 7218 A. P. EERKES en J. HARTONG le ptijs Arbejder Skak 1953 Mat in 3 zetten de laatste hoge Ruiten gooide Zuid de V 4 weg, West begon op zijn stoel te draaien en liet vervolgens een kleine los. Nadat dit gebeurd was incasseerde Zuid zijn 3 slagen en daar West deze nog alle drie bekende, wist Zuid dat West oor spronkelijk begonnen was met 4 4», 1 O, 5 en dus met 3 V- Het eindspel was nu simpel. Zuid speelde schoppen na, West mocht nog drie slagen in die kleur maken en moest tenslotte naar de V A—V van Zuid toe spelen. 9 Slagen voor NZ voor een score van 400 punten. Zuid heeft het spel zéér goed geboden en zéér goed afgespeeld, alhoewel daarbij gezegd moet worden, dat elke internatio nale meesterspeler het op deze wijze zou afwerken. West maakte alle technische en tacti sche fouten welke er maar te maken zijn. Zijn volgbod van 1 4» is hoogst dubieus,, zijn uitkomst van 4* 9 technisch fout (hij moet de „vierde van boven" de 8 spelen), zijn signaleren van Harten buitengewoon naïef. Zoals West te werk ging, vervulde hij de rol van de muis, die zich in de etensbak van de kat liet zakken om een maaltijd te nuttigen. Zetten we nu eens 'n werkelijke bridge- speler op de Westplaats. Hij volgt niet met 1 4». omdat met een bod op zo'n zwakke kaart als regel niets gewonnen kan wor den en het dus alleen maar nuttig is om de tegenpartij inlichtingen te geven. Als NZ 3 SA geboden hebben, komt hii met 8 uit. Zuid wint met de 10 en trekt na. Oost neemt, en vervolgt met A. die Zuid neemt. Als Zuid nu twee malen speelt, gooit West de O 2 en de CP 10 weg! Hierna wordt drie malen A ge speeld. maar waar de 4e A zit bliift een geheim Zuid kan nu snelen op het snii- den in CP. dan wel on een placing hei de speelwijzen mislukken want West keeft nog een A over' stlechts kan Zuid het spel winnen als hü West doorziet en O Aas Slaat". Maar kan Zuid dat zien? 7,iet ge het verschil tussen °n slecht bridge? MIMIR. HORIZONTAAL: 1. boerderij; 5. klein plantje; 9. verlaagde toon; 11. verhaal; 13. verharde huid; 15. water in Brabant; 17. visnet; 19. te zijner plaatse (lat. afk.); 20. het romeinse rijk (lat. afk.); 21. niet fout; 23. aandoening; 25. de dato (afk.); 26. pa- pagaaiennaam; 28. riviermonding; 20. lek kernij; 32. zangnoot; 33. pers. vnw.; 35. stijf; 36. Gode zij lof (lat. afk.); 38, pro jectiel; 41. naamloze vennootschap (duits) 42. ernstige; 44. jongensnaam; 46. maan stand (afk.); 47. doorzichtige stof; 49. wa terdamp; 50. leerling (Fr.); 53. en anderen (afk.); 55. plaats in Z.-Holland; 57. coupe; 58. vervoerbedrijf (afk.); 60. titel; 61. bij woord; 63. steenmassa; 65. bericht; 67. wijnglas; 70. natuurkundeterm (afk.); 71. deel v. e. breuk; 72. bouwmateriaal. VERTICAAL: 1. verwarmingsartikel; 2. aanzien; 3. van een dunne laag gaad voor zien; 4. stofmaat; 5. vogel; 6. luchtmacht; 7. vorm geven;; 8. overblijfsel; 9. stofmaat 10. bevel; 12. vogel; 14. bijb. naam; 16. pi. in Zeeland; 18. ijzerhoudende aarde; 22. zangnoot; 24. verbintenis; 27. vossennaam; 30. bid (lat.); 31. maanstand (afk.); 34. vogel; 35. heilige; 37. vallei; 38. pers. vnw. 39. anno (afk.); 40. afwezige; 42. eng. voor zetsel; 43. verschaffen; 45. foto; 48. leegte; 51. watering; 52. deel v. Amerika; 54. pl. in Drente; 56. nakomeling; 59. pl. in Duitsland; 62. aanzien; 64. vr. munt; 66. naamloze vennootschap (duits); 68. goud (fr.); 69. soort schip (afk.). HORIZONTAAL: 1. ora; 4. mot; 6. gul: 9. marie; 10. tarwe; 11. ark; 14. laf 17. al; 18. ab; 20. toepasselijk; 21. pa; 22. se; 23. ier; 24. olm; 28. ketel; 31. sneek; 33. sas; 34. lot; 35. ree. VERTICAAL: 1. oma; 2. ra; 3. aria; 4. me; 5. t.t.; 6. grif; 7. uw; 8. lek; 12. rappe. 13. klaar; 14. lasso; 15. abeel; 16. sta; 19. ski; 23. iets; 25. meer; 26. aks; 27. oke; 29. e.a.; 30. 1.1.; 31. st.; 32. ee. ,,Wat voor wedstrijd is dat dan?" horen we deze en gene al vragen. „Gaat het over sport?" Ja en: neen. Niet over voetbal, of zo; niet over sport met de henen. Maar de handen komen er wel aan te pas, zonder dat er „hands" gemaakt wordt! We bedoelen: schrijfsport! Wie dit woord niet indrukwekkend genoeg vindt, mag het inruilen tegen: denksport! We zullen het eens precies uitleggen. De Kerstvacantie staat voor de deur. Willen we in vorm blijven dan kan het geen kwaad af en toe eens naai de pen te grijpen. Neen niet voor strafsommen, of strafregels. Kersttijd is vredestijd! Maar voor een opstelle tje over belevenissen tijdens de vacan- tiedagen. Er valt altijd wel wat voor: een reisje; een wandeling door het winterse bos; mogelijk ijs- of sneeuw pret; een feestje om de Kerstboom, bij het kribje; wat er op Oudejaars avond gebeurde en op Nieuwjaarsdag; niet te vergeten; op Driekoningen en zulke dingen meer. „Ja, maar.." En dan komen de bezwaren. „Ik ben geen Hofwijk of geen Duijzings." Dat zijn wij ook niet. Maar een ver haaltje schrijven kan iedereen. Het gaat ook niet om de ereprijs voor Nederlandse letterkunde. En nog min der om de Nobelprijs voor schone let teren. Het ts de bedoeling; een eenvoudig verhaal te schrijven over hetgeen er zo tijdens en even na de Kerstvacan tie in de omgeving gebeurde. En wij weten zeker, dat ook thans beroemde literatoren zo begonnen zijn. Wie weet, wat er nog uit groeit? Nu willen we eerlijk zijn; in onze klas van veertig leerlingen zaten er vorig jaar drie, die voor 'n opstel geen pen op 't papier konden krijgen. Twee meisjes en één jongen. Eén meisje kreeg een rood gezicht. Het andere begon te., schreien. En de jongen zei: ik ga liever rolschaatsen. Hij wou zich groot houden! Met dit drietal maakten we toen een andere afspraak die ook voor deze wedstrijd geldtZij mochten een tekening inleveren En kleuren ook! Niet overtrekken tegen de ramen; niet natekenen; neen eigen werk. En laat die jongen nu de eerste prijs krijgen. Hij mocht een hele maand snippers oprapen, inktpotjes vullen en de gymnastiektoestellen klaarzetten. Bof- te-ie even! De snippers deed-ie voor 'n zuurbal aan 'n andere jongen over, en de rest hield ie voor zichzelf. Nu mag iedereen zijn adem gaan inhouden, want nu komt 't: WE TELLEN DE DEELNEMERS AF IN DRIE GROEPEN: I. VAN 9 TOT EN MET 11 JAAR. II. VAN 12 TOT EN MET 14 JAAR. III. BOVEN DE 14 TOT EN MET 17 JAAR. We loven voor iedere groep drie prijzen uit, in totaal dus: negen. De opstellen beoordelen we met twee collega's samen; die komen dus voor de Raad-van-Drie. De tekeningen enz. worden beoor deeld door een vriend van ons, een zeer bekende, Gooise kunstschilder, tevens leraar aan de schilders-acade mie. Alle inzendingen worden gestuurd naar Postbox 8, Hilversum; meer hoeft er op de enveloppe niet te staan. Dus: heel kort; ,,Aari postbox 8, Hilversum". De inzenders vermelden op hun werk hun leeftijd; hun naam en voor naam; jongen of meisje; en duide lijk adres. Bovendien, de naam van deze courant. De opstellen mogen ten hoogste 4 kantjes van een gewoon schoolschrift beslaan, aan één zijde beschreven. De wkeningen mogen het formaat va" f ,x 25 cm- niet te boven gaan. Het fraaiste opstel uit elke wordt in de „Grabbelton' Als een „bekroonde" zich toe leent, zal „Grabbelton' groep afgedrukt, tekening er plaatsing in de overwogen worden. gebruiken of Daarom: zwarte inkt heel donkerblauwe. De ouders mogen helpen, maar uit sluitend bij het vaststellen van het briefporto!. „Tot hoelang hebben we de tijd?" Tot en met 15 Januari. De uitslag zal zo spoedig mogelijk bekend ge maakt worden. 1. In de bouwkunde spreekt men vaak van: friezen. Men verstaat er onder bepaalde, verticale vlakken. Op het toneel is een fries het boven stuk ener toneeldecoratie. 2. Aspirine kan uit steenkolenteer worden vervaardigd. 3. Porselein is harder dan staal. 4. Stijfsel bestaat uit zetmeel. Wordt Uw boord onder het hete strijkijzer warm en stevig, dan is het slappe zetmeel door de verhitting omgezet in glanzende dextrine. 5. Onder de musicerende insecten is de huiskrekel, achter de bakkers oven, wel het bekendst. Maar vergeet de zwarte veldkrekel niet. En dan: de sabelsprinkhaan, waarvan de man netjes musiceren. 6. De veenmol doet ook al mee. Een mol met zes poten! De voorste zijn graafpoten, net als bij de echte mol. 7. Elk college van Gedeputeerde Staten bestaat uit zes personen, o.a. belast met het dagelijks bestuur in de Provincie. 8. Er bestaan, inderdaad, ook vlees etende planten. We noemen: zonne dauw, die een insect op zijn bladeren vangt. Het blaasteskruid stelt zelfs „valletjes" op om insecten te vangen. 9. De bijenhouder weegt de lege korf. Schept hij een bijenzwerm, dan weegt hij hem opnieuw. Is de korf dan 2 kg. zwaarder, dan zitten er ongeveer 20.000 bijen in. 10. Hagedissen houden haar winter slaap in kleine groepjes. Merkwaar dig is, dat ze slapen met open mond. 11. Orde van Oranje-Nassau (1892). Devies: „Je Maintiendrai". Vijf klas sen: ridder, officier, commandeur, grootofficier, grootkruis. 12. Nederlandse Leeuw (1815). De vies: „Virtus nobilitat (Deugd adelt). Ridder, commandeur, grootkruis; („broeders" met jaarlijkse toelage). We hebben het dikwijls over „de ongelovige Thomas" en be doelen dan de Apostel Thomas ook wel: „Didymus" genaamd beide woorden betekenen: twee ling die niet wou geloven, dat Christus uit de doden was opge staan. „Eerst zien En dan ge loven" hield hij maar vol, zelfs tegen 't getuigenis zijner mede- Apostelen in. En toch was 't juist deze Tho mas, die eens zijn ambtgenoten had opgewekt samen met Chris tus te sterven: „Laat ons ook gaan, om met Hem te sterven". Daaruit spreekt toch wel grote ijver en liefde tot de Meester! Wie zou van zo iemand ver wachten, dat hij de dingen op z'n kop wilde zetten. Eerst zien, dan geloven! Christus zegt het juist andersom: „Zalig zij, die niet zien en toch geloven" Eerst geloven dan zien. De Evangelist Sint Jan heeft dit niet opgetekend om ons aan te moedigen Thomas te volgen in diens ongeloof, maar om ons zijn boetvaardigheid voor ogen te stellen. Deze H. Thomas toch heeft Je zus"* later beleden als zijn Heer en zijn God. Daardoor erkende hij Hem in Zijn menselijke na tuur die hij zag, en in Zijn God- lijke natuur, die hij niet zag, waardoor S. Gregorius zeggen kon: „Meer heeft mij tot 't Ge loof gebaat de ongelovigheid van Thomas, dan 't geloven der an dere discipelen". Het betaamde nu, dat Thomas, die aanvankelijk 's Heren verrij zenis had geloochend, een zeer bijzondere verkondiger Zijner Opstanding zou worden. Het is, als 't ware, of hij zijn misstap goed wilde maken. Hii doorkruis te, volgens oude, vrome schrijvers de landen van Parthen en Me den, Perzen en Moren „hij heeft de mensen, die leelijker waren dan slanghen en swerter dan ra ven, gesuyvert door het water- badt der wedergeboorte" tot in Brazilië en Indië toe. 1. Veroordeelde misdadigers maak ten vroeger met de galei kennis: ga leiboeven. Nog steeds zijn er men sen, maar nu van onbesproken handel en wande], die dagelijks met een ga lei te maken hebben. Hoe kan dat? 2. Kan het water, dat zich in enig materiaal bevindt, alleen maar door drogen verwijderd worden, of kent U ook nog andere manieren? Daar was eens 'n meisje, dat de wijde wereld in wou. „Ga je gang"— zei haar vader. Een moeder had ze niet meer. Toen ze een paar dagen gelopen had kwam ze aan het paleis. Daar woon de de koningin. „Wat kom jij hier doen? vroeg een soldaat, die voor het paleis stond. „De koningin helpen" zei het meisje. „Ik spin een draad uit een pond vlas binnen een dag en een nacht. „Kom dan maar hier"— vond de soldaat. „De koningin zit net om draad verlegen". Zo kwam het meisje in dienst van haar vorstin. Deze gaf haar een pond vlas. En toen moest ze gaan spinnen. Ze kreeg een eigen werkkamer. Maar in plaats van te spinnen begon ze te huilen. „Dat krijg ik nooit af"snik- tg ZG. Opeens stond er een oud vrouwtje bij haar, met een hele lange neus. „Ik wil je wel helpen", zei ze. „Maar dan moet je op de gelukkigste dag van je leven „tante" tegen me zeggen Nu dat wou het meisje wel. Ze ging naar bed. En toen ze 's morgens wakker werd lag er een lange prachtige vlas-draad op tafel. Kun je daar nu een stuk linnen van weven?"vroeg de koningin. „Zeker, Majesteit, morgenochtend heb ik het voor U klaar. Ze ging naar haar werkkamer, maar ze begon niet te weven; ze deed niets dan schreien. Opeens hoorde ze weer een oud vrouwtje spreken Ze was heel erg ge bogen. „Ik wil je wel helpen, maar dan moet je me tante noemen op de gelukkigste dag van je leven". Best! 's Morgens lag het linnen ge reed. Toen moest ze er overhemden van maken, voor de Prins, de zoon van de koningin. Een derde oud vrouwtje, met rode ogen, hielp haar, maar, alweer: ze moest tante tegen haar zeggen op de gelukkigste dag van haar leven. Die dag brak eindelijk aan: zij trouwde met de Prins. En de drie oude vrouwtjes kwamen feliciteren. „Dag Tante! Dag Tante! Dag Tante" riep de Prinses. De Prins keek raar op. Wat 'n rare vrouwtjes. „Als U maar weet, dat ik mijn lan ge neus heb gekregen door steeds aan die lange draad te werken"— zei de een. „En ik mijn kromme rug, door me over het linnen te bukken"zel de ander. „En ik m'n rooie ogen, d°or het knopen aanzetten"— zei de derde. „Goed dat ik het hoor"— zei de Prins. „Lieve Prinses. Je mag n0° spinnen, nooit weven en nooit over hemden maken". H De Prinses vond dat natuurlijk goea. 3. Driekleurendruk. Welke kleuren zijn dat hoofdzakelijk? 4. „Heilig, heilig, driemaal heilig". Waarom juist driemaal? Drie is toch niet veel. 5. Een dichterlijke roman behandelt de geschiedenis van „Floris ende Vult U s.v.p. even in? 6. Wat scheren is, weet iedereen. Ook wat scheren zijn? 7. Met Kerstmis ziet U in het vroe ge ochtenduur een zeer stralende ster aan de hemel glanzen niet: schitte ren Is dat een ster? Hoe is de naam? 8. Gedurende de gehele Kerstnacht is nog een andere ster te zien, ook buitengewoon glanzend; Kijkt U maar in Zuid-Zuidoostelijke richting. Is dat een ster? Naam? 9. Hoe heet de ambtenaar, die zon der onderbreking de algemene leiding heeft van een departement? 10. Welke rechten heeft de Tweede Kamer, die de Eerste Kamer mist? Noemt U er eens twee. 11. Sommigen maken onderscheid tussen een universiteit en een hoge school. Weet U ook welk? 12. Zoudt U ook enige universitei ten hier te lande kunnen opnoemen? En een drietal hogescholen? Oplossing de volgende keer. Eén takje hulst brengt al dadelijk wat Kerst-sfeer in huis. De eironde blaren met hun scherpe punten en glanzig, lederachtig oppervlak, steken zo leuk af tegen de rode bessen, de vruchten, met haar langwerpige za den, die zo heerlijk ruiken! Dat weten lijsters en merels ook en waar ze maar kunnen, proberen zij van die bessen te snoepen. De stekels houden bladen schorsetende dieren op 'n genadige afstand de egelhuist draagt zelfs nog stekels op de blad vlakte ook. Toch telt de familie wel soorten die van stekels niets moeten hebben en bijna gaafrandig blad be zitten, hoogstens met één priem aan de top. Vreemd, een sierstruik met blad, midden in de winter. „Verliest de hulst z'n blad dan nooit?"— vraagt iemand misschien. Niet eerder dan van de zomer. Dat heeft dus nog even tijd. Een trouw Kerst-attribuut vormt ook de maretak, of mistletoe, met z'n lepelvormig, lederachtig, altijd bleek groen blad. En vergeet de glanzige, witte bessen niet, met hun slijmachtig taai vlees. Sommigen zeggen, dat deze bessen niet geheel onschuldig zijn ,ja, vergiftigt?) maar de .vogels hebben daar zo geen weet van, eten ze onge hinderd op, doch geven het zaad vrij. Meestal komt dit op een tak terecht. Er ontwikkeld zich dan een nieuwe plant, die gedeeltelijk leeft door zuig- wortels in haar gastheer te werken, waardoor deze iets van zijn voedings sappen moet afstaan voor de halfpara- siet, de vogellijm. Bij het Kerstgroen komt, onvermij delijk, de kerstboom in menige huis kamer, meestal een sparretje, geen den! Kijkt U zelf maar: bij een den zitten de naalden ten getale van twee, drie, vijf bijeen, aan de voet door een „kokertje" omsloten; bij een spar staan de naalden alléén, stuk voor stuk in het hout, het „vurenhout". De spar vertoont, bovendien, de pi ramide-vorm, de den niet, en zijn ke gels, de sparappels, zijn bruiner, langwerpiger, zonder verdikte schub ben. Onder de naaldbomen vormt de lork een bekende uitzondering: hij verliest in het najaar al zijn naalden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 6